NL8900083A - Demonteerbare trekhaakinrichting voor een voertuig. - Google Patents

Demonteerbare trekhaakinrichting voor een voertuig. Download PDF

Info

Publication number
NL8900083A
NL8900083A NL8900083A NL8900083A NL8900083A NL 8900083 A NL8900083 A NL 8900083A NL 8900083 A NL8900083 A NL 8900083A NL 8900083 A NL8900083 A NL 8900083A NL 8900083 A NL8900083 A NL 8900083A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
locking
coupling part
tightening head
tightening
locking pawl
Prior art date
Application number
NL8900083A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Boumans Johannes A
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Boumans Johannes A filed Critical Boumans Johannes A
Priority to NL8900083A priority Critical patent/NL8900083A/nl
Priority to DE19904000784 priority patent/DE4000784A1/de
Publication of NL8900083A publication Critical patent/NL8900083A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60DVEHICLE CONNECTIONS
    • B60D1/00Traction couplings; Hitches; Draw-gear; Towing devices
    • B60D1/48Traction couplings; Hitches; Draw-gear; Towing devices characterised by the mounting
    • B60D1/52Traction couplings; Hitches; Draw-gear; Towing devices characterised by the mounting removably mounted

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Body Structure For Vehicles (AREA)
  • Clamps And Clips (AREA)

Description

Demonteerbare trekhaakinrichting voor een voertuig
De uitvinding heeft betrekking op een demonteerbare trekhaakinrichting voor een voertuig, die een koppeling behelst, welke een aan het voertuig te bevestigen eerste koppelingdeel omvat voor het daarop aanspannen van een tweede koppelingdeel, dat verbonden is aan de trekhaak, die wanneer deze niet gebruikt wordt los te nemen is voor het wegbergen daarvan, van welke koppelingdelen het ene is voorzien van een aanspankop en het andere van een uitsparing voor het opnemen van de aanspankop, en welke koppelingdelen na het aanspannen van de trekhaak in de aanspanpositie te vergrendelen zijn.
Een dergelijke inrichting is bekend uit de gepubliceerde Nederlandse octrooiaanvrage 8300996.
Bij deze bekende inrichting zijn de genoemde aanspankop en de genoemde uitsparing voor het opnemen vah de aanspankop voor hun verbinding uitgevoerd met zwaluwstaartranden, die echter geen volkomen rammelvrije verbinding verzekeren, en bovendien wordt het vergrendelen van de koppelingdelen na het aanspannen van de trekhaak uitgevoerd met een vergrendelpen, die het bezwaar heeft niet verliesvrij te zijn en derhalve met een opsluitpen geborgd moet worden.
Beoogd wordt hierin verbetering te brengen en daartoe is de trekhaakinrichting volgens de onderhavige uitvinding gekenmerkt door een inhaakverbinding tussen de koppelingdelen, waar- . bij een grendelpal onder inwerking van tenminste één grendelveer de aanspankop in zijn ingehaakte positie aandrukt en stevig opsluit om het rammelen tegen te gaan.
Een voorkeursuitvoering van de nieuwe trekhaakinrichting is voorts gekenmerkt doordat de aan het genoemde tweede koppelingdeel verbonden losneembare trekhaak is voorzien van de aanspankop terwijl de uitsparing voor het opnemen van de aanspankop zich in het aan het voertuig verbonden eerste koppelingdeel bevindt, waarbij de genoemde grendelpal en grendelveer draaibaar aan het eerste koppelingdeel zitten, en de grendelpal ter plaatse van het draaipunt daarvan samenhangt met een voor het ontgrendelen daarvan dienende ontgrendelingshefboom terwijl de grendelveer de aanspankop na het inhaken daarvan stevig in de daarvoor bestemde opneemuitsparing aandrukt.
Het automatisch invallen van de grendelpal is daarbij verzekerd doordat de genoemde opneemuitsparing aan de van de trekhaak afgekeerde zijde daarvan een opening heeft, door welke opening een stift aan een overigens vlak tegen de genoemde zijde van de opneemuitsparing aan te brengen bladveer te drukken is bij het losnemen van de trekhaak, welke bladveer nabij zijn vrije uiteinde een door de kastwand van het genoemde tweede koppelingdeel uit te steken aanslag heeft, waartegen de grendelpal in zijn van de aanspankop weggedraaide positie, terwijl de genoemde stift onder inwerking van de genoemde bladveer de aanspankop dan uit zijn opneemuitsparing drukt, stuit.
De goede werking van de trekhaakinrichting is hierbij verzekerd doordat - de genoemde aanslag een afgeschuinde bovenkant heeft, zodat de grendelpal, onder het tegen de werking van de bladveer wegdrukken van de aanslag, langs deze afschuining omlaag bewegen kan tot de grendelpal daarachter schiet en tegen de aanslag stuit onder inwerking van de grendelveer; - de grendelveer uit tenminste één trekveer bestaat, die boven de genoemde opneemuitsparing op hetzelfde draaipunt opgespannen zit als de genoemde bladveer; - het draaipunt van de grendelpal en de ontgrendelingshefboom uit een in de kast van het eerste koppelingdeel gelegerde draaistang bestaat terwijl de grendelveer op een pen nabij het vrije uiteinde van de grendelpal vastgehaakt zit; - de genoemde aanslag met zijn onderkant stuit tegen een onder een passende hoek gevormde keep in de grendelpal; en - de voor het opnemen van de aanspankop van de trekhaak bestemde uitsparing in het eerste koppelingdeel is uitgevoerd in de vorm van een ingesleufde kast met een dicht bovenwandgedeelte, waarachter de trekhaak met zijn aanspankop ingehaakt en door de grendelpal vastgedrukt wordt.
Het grote voordeel van deze uitvoering is dat de trekhaak met zijn aanspankop bij het inhaken daarvan zonder meer vergrendeld komt te zitten in de opneemuitsparing wanneer de stift aan de genoemde bladveer en zodoende ook de palaanslag aan deze veer naar achter gedrukt wordt waarbij de van zijn aanslag af schietende grendelpal dan tegen de aanspankop knalt voor het automatisch vergrendelen van de aangespannen trekhaak.
De uitvinding wordt in het volgende nader toegelicht aan de hand van een in de tekeningen weergegeven uitvoerings-voorbeeld daarvan, waaraan echter geen beperkende betekenis gehecht moet worden.
Fig. 1 is een overzichtstekening in perspectief van de hier voorgestelde trekhaakinrichting in samengestelde toestand; fig. 2 toont van de beide koppelingdelen het eerste koppelingdeel, dat de trekhaak met zijn aanspankop omvat, in zijaanzicht en het tweede koppelingdeel, dat uit een met het oog op het daarin vasthaken van de aanspankop van de trekhaak ingesleufde koppelingkast bestaat, in middenlangsdoorsnede, in de samengestelde toestand; fig. 3, 4 en 5 tonen de trekhaak losgenomen in zijaanzicht ter plaatse van zijn aanspankop resp. in zij-, in achteren in bovenaanzicht tegen de aanspankop beschouwd; fig. 6-8 tonen de koppelingkast, die het tweede koppelingdeel vormt, in eindaanzicht, in boven- resp. in zijaanzicht; fig. 9 - 12 tonen de achter de voor de trekhaak bestemde inhaakuitsparing aan de koppelingkast aangebrachte bladveer met de daaraan verbonden stift en aanslag, waarvan het doel en de werking hier in het volgende nog nader blijken zullen; fig. 13 en 14 zijn respectievelijk een zijaanzicht en een eindaanzicht van de draaibaar aan de koppelingkast gemonteerde grendelpal; en fig. 15, 16 en 17 zijn respectievelijk afbeeldingen van de ontgrendelingshefboom en van de aanbrengbus daarvan in eind- aanzicht en van opzij van de koppelingkast beschouwd.
De in de tekeningen voorgestelde trekhaakinrichting 1 behelst het aan het (niet weergegeven) voertuig te bevestigen eerste koppelingdeel 2 in de vorm van een koppelingkast 3 met daarin gevormde opneemuitsparing 4 voor het daarin inhaken van het tweede koppelingdeel 5, dat de trekhaak 6 met zijn koppelkogel 7, koppelstang 8 en aanspankop 9 omvat, die losneembaar is teneinde weggeborgen te kunnen worden en buiten gebruik niet achter het voertuig uitstekende obstakels te vormen.
In fig. 1 en 2 is de trekhaak 6 weergegeven in zijn telkens met zijn aanspankop 9 in de opneemuitsparing 4 van de koppelingkast 3 ingehaakte positie, waarin deze vergrendeld komt te zitten door toedoen van de draaibaar op de koppelingkast 3 aangebrachte grendelpal 10, welke daartoe onder inwerking staat van de voorts aan de koppelingkast 3 aangebrachte trekveren 11, die de grendelpal 10 tegen de ingehaakte aanspankop 9 drukken, hetgeen geheel automatisch tot stand komt doordat de aanspankop 9 bij het inhaken de aan een ook aan de koppelingkast 3, achter de opneemuitsparing 4, gemonteerde bladveer 12 verbonden stift 13 naar achter drukt onder het tevens van de grendelpal 10 wegdrukken van de nabij het vrije einde van de bladveer 12 aangebrachte aanslag 14 zodat de pal 10 van de aanslag 14 af schiet en tegen de aanspankop 9 slaat onder het stevig vergrendelen van de ingehaakte trekhaak 6. In fig.
2 zijn de grendelpal 10 en zijn aanslag 14 en ook de stift 13 met volle lijnen in de grendelstand en met stippellijnen in de aanslag-stand weergegeven.
De ontgrendelingshefboom 15, die op de in de koppelingkast 3 gemonteerde draaistang 16 gelegerd is, is op het van de aanspankop 9 wegdraaien van de grendelpal 10 tot onder de aanslag 14 berekend. De aanspankop 9 wordt dan door de stift 13 onder inwerking van de bladveer 12 uit de opneemuitsparing 4 gedrukt onder het daarbij uitsteken van de door een opening 17 in de koppelingkast 3 stekende aanslag 14, waar de grendelpal 10 dan met een daarin gevormde keep 18 met zijn bovenkant zoals weergegeven nauwsluitend passend tegenaan komt te zitten. De aanslag 14 heeft zoals ge- zien wordt aan de bovenkant een afschuining 19 die op het uit de weg drukken daarvan door de grendelpal 10 en het laten passeren daarvan berekend is.
De hefboom 15 en zijn legerpunten en legerbus 20 zijn nader weergegeven in fig. 1, 2, 6, 7, 8, 15, 16 en 17 en de vorm van de aanspankop 9 van de trekhaak 6 en van de in de koppe-lingkast 3 gevormde opneemuitsparing 4 daarvan blijken duidelijk uit fig. 1-8.
De aanspankop 9 heeft een op de samenwerking met de grendelpal 10 berekende afschuining 21 en een met het oog op het gemakkelijk inhaken daarvan berekende afschuining 22 zoals uit fig. 3, 4 en 5 blijkt. De opneemuitsparing of inhaakholte 4 heeft de duidelijk in fig. 6 en 7 voorgestelde vorm met bovenaan de dichte vasthaakrand 23 van deze holte 4.
Het door de draaistang 24 gevormde draaipunt behoort zoals weergegeven gemeenschappelijk zowel tot de trekveren 11 als tot de bladveer 12, welke laatste zoals in fig. 2 duidelijk gezien wordt vlak tegen de achterzijde 25 van de opneemuitsparing 4 aan ligt om met de daaraan aangebrachte stift 13 door een opening in en uit deze uitsparing 4 gedrukt te worden. Met 26 is de opening in de koppeling-^kast 3 aangegeven, waar de aan de bladveer 12 bevestigde aanslag 14 doorheen voert.
Het bevestigingspunt van de trekveer 11 op de grendelpal 10 is met 27 aangegeven en met 28 is een borgpen voor het vastzetten van de hefboom 15 aangegeven.
Verdere details van de nieuwe trekhaakinrichting blijken uit de tekeningen, waarbij echter wordt opgemerkt dat hieraan geen beperkende betekenis gehecht moet worden.
Belangrijke aspecten zijn dat de uitneembaarheid van de trekhaak te allen tijde goed uitvoerbaar moet zijn, waarbij wanneer men de trekhaak langere tijd in gemonteerde toestand laat zitten deze niet door roest ofwel zand of stof ofwel andere elementen vast komt te zitten of vastroest. Beoogd wordt dat er geen delen gelast mogen worden, dat de meeste delen gesmeed ofwel geperst worden uit één stuk, en dat alle scharnierbare delen worden vervaardigd van kunststof ofwel worden bekleed met teflon.
De constructie van de trekhaak is daarbij zodanig dat de trekhaak zowel aan de kogelkopzijde als aan de grendelkop-zijde uit één stuk gesmeed is· Het frame wordt uit één stuk staal gestampt ofwel gesmeed. Bussen ofwel draaipunten worden van kunststof vervaardigd of daarmee bekleed. Trekveren en bladveren worden van roestvrij staal vervaardigd. Alle stalen delen worden waar nodig roestwerend behandeld.
Het uit één stuk geperste frame van het koppeling-deel 2 wordt met vier stalen bouten aan het voertuig bevestigd. De boutgaten in de koppelingkast 3 zijn met 29 aangegeven in fig. 1, 6, 7 en 8. In deze kast zijn de grendel 10 met de as 16 en de veren 11 en 12 en de hefboom 15 met kunststof bussen 20 gemonteerd. Wanneer men de hefboom 15 in fig. 2 beschouwd naar rechts beweegt zal van de grendel 10 de keep of nok 18 tegen de aanslag 14 stuiten zodat de hefboom 15 in die stand blijft staan.
Wordt nu de trekhaak 6 in een schuine stand in de zitting 4 van het frame 3 gehaakt en de kogelkop 7 van de trekhaak 6 neerwaarts gedrukt dan zal de kleine stift 13 op de bladveer 12 in contact komen met de achterzijde van de aanspankop 9 van de trekhaak 6. Hierdoor wordt de aanslag 14 onderaan de bladveer 12 van de grendelpal 10 af gedrukt en zullen de trekveren 11 de hefboom 15 in de tekening beschouwd automatisch naar links doen bewegen waardoor de grendelpal 10 zich onder tegen de schuine zijde van de aanspankop 9 zal vastdrukken waardoor een absoluut spelingvrije verbinding van de trekhaak 6 met het frame 3 tot stand komt.
VERWIJZINGSLIJST
Figure NL8900083AD00081
1. trekhaakinrichting 2. eerste koppelingdeel 3. koppelingkast 4. opneemuitsparing 5. tweede koppelingdeel 6. trekhaak 7. koppelkogel 8. koppelstang 9. aanspankop 10. grendelpal 11. grendelveer 12. bladveer 13. stift aan bladveer 14. aanslag aan bladveer 15. ontgrendelingshefboom 16. draaias van grendelpal en van ontgrendelingshefboom 17. opening in achterzijde opneemuitsparing 18. keep in grendelpal 19. afschuining bovenkant aanslag 20. legerbussen 21. afschuining aanspankop 22. afschuining aanspankop 23. dichte vasthoudrand van opneemuitsparing 25. achterzijde opneemuitsparing 26. opening in achterzijde koppelingkast 27. bevestigingspunt trekveer op grendelpal 28. borgpen van hefboom 29. boutgaten

Claims (13)

1. Demonteerbare trekhaakinrichting voor een voertuig, die een koppeling behelst, welke een aan het voertuig te bevestigen eerste koppelingdeel omvat voor het daarop aanspannen van een tweede koppelingdeel, dat verbonden is aan de trekhaak, die wanneer deze niet gebruikt wordt los te nemen is voor het wegleggen daarvan, van welke koppelingdelen het ene is voorzien van een aanspankop en het andere van een uitsparing voor het opnemen van de aanspankop, en welke koppelingdelen na het aanspannen van de trekhaak in de aanspanpositie te vergrendelen zijn, gekenmerkt door een inhaakverbinding (3, 4? 6, 9) tussen de koppelingdelen (2, 5) waarbij een grendelpal (10) onder inwerking van tenminste één gren-delveer (11) de aanspankop (9) in zijn ingehaakte positie aandrukt en stevig opsluit.
2. Inrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de aan het genoemde tweede koppelingdeel (5) verbonden losneembare trekhaak (6) is voorzien van de aanspankop (9) terwijl de uitsparing (4) voor het opnemen van de aanspankop zich in het aan het voertuig verbonden eerste koppelingdeel (2) bevindt.
3. Inrichting volgens conclusie 2, gekenmerkt doordat de genoemde grendelpal (10) en grendelveer (11) draaibaar aan het eerste koppelingdeel (2) zitten.
4. Inrichting volgens conclusie 3, gekenmerkt doordat de grendelpal (10) ter plaatse van het draaipunt (16) daarvan samenhangt met een voor het ontgrendelen daarvan dienende ont-grendelingshefboom (15).
5. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat de grendelveer (11) de aanspankop (9) na het inhaken daarvan stevig in de daarvoor bestemde opneemuitspa-ring (4) aandrukt.
6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat de genoemde opneemuitsparing (4) aan de van de trekhaak (6) afgekeerde zijde (25) daarvan een opening heeft, door welke opening een stift (13) aan een overigens vlak tegen de genoemde zijde van de opneemuitsparing aan te brengen bladveer (12) te drukken is bij het losnemen van de trekhaak (6), welke bladveer nabij zijn vrije uiteinde een door de kastwand (3) van het genoemde tweede koppelingdeel (2) uit te steken aanslag (14) heeft, waartegen de grendelpal (10) in zijn van de aanspankop (9) weggedraaide positie, terwijl de genoemde stift onder inwerking van de genoemde bladveer de aanspankop dan uit zijn opneemuitsparing drukt, stuit.
7. Inrichting volgens conclusie 6, gekenmerkt doordat de genoemde aanslag (14) een afgeschuinde bovenkant (19) heeft, zodat de grendelpal (10), onder het tegen de werking van de bladveer (12) wegdrukken van de aanslag, langs deze afschuining omlaag bewegen kan tot de grendelpal daarachter schiet en tegen de aanslag stuit onder inwerking van de grendelveer (11).
8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat de grendelveer (11) uit tenminste één trekveer bestaat, die boven de genoemde opneemuitsparing (4) op hetzelfde draaipunt (23) opgespannen zit als de genoemde bladveer (12).
9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat het draaipunt (16) van de grendelpal (10) en de ontgrendelingshefboom (15) uit een in de kast (3) van het eerste koppelingdeel (2) gelegerde draaistang bestaat.
10. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat de grendelveer (11) op een pen (26) nabij het vrije uiteinde van de grendelpal (10) vastgehaakt zit.
11. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat de genoemde aanslag (14) met zijn onderkant stuit tegen een onder een passende hoek gevormde keep (18) in de grendelpal (10).
12. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat de voor het opnemen van de aanspankop (9) van de trekhaak (6) bestemde uitsparing (4) in het eerste kop- pelingdeel (2) is uitgevoerd in de vorm van een ingesleufde kast (3) met een dicht bovenwandgedeelte (23)/ waarachter de trekhaak met zijn aanspankop ingehaakt en door de grendelpal (10) vast gedrukt wordt.
13. Inrichting, in hoofdzaak zoals voorgesteld in de beschrijving en/of tekeningen.
NL8900083A 1989-01-13 1989-01-13 Demonteerbare trekhaakinrichting voor een voertuig. NL8900083A (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8900083A NL8900083A (nl) 1989-01-13 1989-01-13 Demonteerbare trekhaakinrichting voor een voertuig.
DE19904000784 DE4000784A1 (de) 1989-01-13 1990-01-12 Demontierbare anhaengerkupplungsvorrichtung fuer ein fahrzeug

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8900083A NL8900083A (nl) 1989-01-13 1989-01-13 Demonteerbare trekhaakinrichting voor een voertuig.
NL8900083 1989-01-13

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8900083A true NL8900083A (nl) 1990-08-01

Family

ID=19853955

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8900083A NL8900083A (nl) 1989-01-13 1989-01-13 Demonteerbare trekhaakinrichting voor een voertuig.

Country Status (2)

Country Link
DE (1) DE4000784A1 (nl)
NL (1) NL8900083A (nl)

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0548060A1 (en) * 1989-02-10 1993-06-23 Johannes Adrianes Boumans A practical set of useful tools and apparatuses which are presented for various industrial purposes
DE29702961U1 (de) * 1997-02-20 1997-04-30 Beumer, Bernhard, 24589 Nortorf Zugkugelvorrichtung mit abnehmbarer Zugkugel
NL1021479C2 (nl) * 2002-09-17 2004-04-06 Brink Internat B V Koppelsamenstel voor voertuigen.
DE10306512A1 (de) * 2003-02-14 2004-09-02 Hans Sauermann Anhängerkupplung für ein Fahrzeug, insbesondere für einen Ackerschlepper

Also Published As

Publication number Publication date
DE4000784A1 (de) 1990-07-19

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5839745A (en) Lock mechanism for fifth wheel hitch
US5853187A (en) Snowmobile hitch
CA2526290C (en) Atv plow support frame assembly with quick locking system and method for installing same
US4596334A (en) Locking gun rack
US5009446A (en) Self aligning coupling apparatus
US6485045B1 (en) Combination fifth wheel and gooseneck hitch
US20030146637A1 (en) Vehicle cargo bed extender
CA2392432A1 (en) Fifth wheel hitch assembly with improved jaw mechanism
CA2080145C (fr) Glissiere pour siege de vehicule a position de retour fixe
US4398745A (en) Three point hitch lower link claw
CA2295725C (en) Step apparatus
US5236110A (en) Cycle rack
US3287027A (en) Combination tow hitch and grill guard
US4659101A (en) Fifth wheel
US6623025B2 (en) Trailer hitch with trailer hitch accessory mounting assembly
NL8900083A (nl) Demonteerbare trekhaakinrichting voor een voertuig.
US5249842A (en) Collector cart
NL2021585A (nl) Afneembare koppelinrichting voor aanhangers aan voertuigen en bijbehorende ontgrendelingsinrichting
EP0289340B1 (en) Drawbar coupler
EP0307006B1 (en) Fifth wheel
US5027991A (en) Trailer tire rack
US4451066A (en) Hitch assembly
US11279296B2 (en) Cargo carrier system
US4826199A (en) Fifth wheel hitch
US4883285A (en) Removable trailer hitch

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed