NL8803021A - Kattebak. - Google Patents

Description

Kattebak.

De uitvinding heeft betrekking op een kattebak.

Bekende kattebakken hebben een aantal nadelen. De meeste bakken zijn niet hoger dan ca. 10 cm; door het "spitten" van de kat komt vaak iets van de inhoud (kattebakkorrels en/of uitwerpselen) naast de bak terecht. Wanneer er een kater in het spel is wil deze wel eens schuin omhoog plassen (dit gedrag wordt "geurvlaggen uitzetten" genoemd), waaraan ook poezen zich wel eens willen bezondigen.

De ervaring leert, dat een bak ten minste 35 cm hoog moet zijn. Inderdaad bestaan er lage onderbakken met voldoende hoge losse overkapping, maar het reinigen van onder- en bovenbak blijft een onaangenaam karwei. Weliswaar zijn er kunststof kattebak-zakken in de handel, maar deze heeft een spittende kat al gauw stuk gekrabd, met alle gevolgen van dien. Tevens krijgt een kattebak, zelfs als deze regelmatig wordt schoongemaakt, na verloop van korte tijd een penetrante onaangename geur, terwijl de bak tevens vele, lang niet ongevaarlijke, micro-organismen kan bevatten (zoals het toxoplasmose-virus).

De uitvinding beoogt een kattebak te verschaffen, welke de bovengenoemde nadelen niet bezit.

Hiertoe wordt de kattebak volgens de uitvinding gekenmerkt door een, in een van zijn zijwanden van een opening voorziene, aan zijn bovenzijde open doos en een aan de binnenzijde van de doos aangebrachte zak uit kunststof of dergelijke, die een op de doosopening aansluitende opening bezit.

Via de doosopening en de aansluitende opening in de zak kan een kat zich in de kattebak begeven en aldaar zijn behoefte doen. De zak beschermt de doos op effectieve wijze tegen de uitwerpselen van de kat, en kan voor het verschonen van de kattebak eenvoudig uit de doos worden weggenomen en samen met de inhoud worden weggegooid.

Overigens wordt opgemerkt dat de doos ook een doosvormige constructie kan omvatten, zoals een draadconstructie, die niet-gesloten wanden bezit.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de katte- bak volgens de uitvinding geldt, dat in de zak, op de bodem hiervan, een plaatvormig deel, zoals uit karton, kunststof of dergelijke, is aangebracht met een omtreksvorm die nagenoeg overeenkomt met de inwendige vorm van de doos. Een dergelijk plaatvormig deel, waarop kattebakkorrels kunnen worden aangebracht, vormt een zeer betrouwbare bescherming tegen beschadiging van de zak door scherpe kattenagels.

Verder is het van voordeel, wanneer de kattebak tevens is voorzien van een tweede om de buitenzijde van de doos aangebrachte en de bovenzijde hiervan afsluitende zak met een opening die eveneens aansluit op de doosopening. Op deze wijze wordt tevens de opening aan de bovenzijde van de doos effectief afgesloten.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een plano voor het vormen van een doos voor toepassing in een kattebak volgens de uitvinding. Overeenkomstig de uitvinding is hierin een met de vorm van de te vormen doosopening corresponderende perforatie aangebracht.

Tevens heeft de uitvinding betrekking op een zak, zoals uit kunststof of dergelijke voor toepassing in een kattebak volgens de uitvinding. Overeenkomstig de uitvinding bezit deze zak het kenmerk, dat deze is voorzien van een met de vorm van de te vormen doosopening corresponderende scheur-perforatie.

Tenslotte heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een zak volgens de uitvinding. Hierbij geldt, dat een slang uit het zakmateriaal wordt platgelegd onder vorming van ten minste een zij-inleg, dat vervolgens ter plaatse van de zij-inleg een het materiaalpakket geheel doordringende C-vormige perforatie wordt aangebracht, waarbij de twee benen van de C-vormige perforatie binnenwaarts wijzen en zich ten minste tot aan de binnenste zij-inlegrand uitstrekken, en waarbij dwars op de slang lasnaden worden aangebracht en de slang nabij de lasnaden wordt doorgesneden ter vorming van de afzonderlijke zakken. Doordat de slang uit het zakmateriaal wordt platgelegd onder vorming van ten minste één zij-inleg is het mogelijk om de voor het vormen van de opening in de zak bedoelde scheurperforatie in een eenvoudige ponsbewerking aan te brengen.

De uitvinding wordt hierna nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin een uitvoeringsvoorbeeld van de kattebak volgens de uitvinding is weergegeven.

Fig. 1 toont de samenstellende delen van een kattebak volgens de uitvinding;

Fig. 2 toont de samengestelde kattebak volgens fig. 1 voorafgaande aan het samenbrengen van een extra zak;

Fig. 3 toont een plano ter vorming van de doos uit de kattebak volgens fig. 1 of fig. 2, en fig. 4 toont een gedeelte van de vervaardiging van een zak uit de kattebak volgens fig. 1 of fig. 2.

In fig. 1 zijn de volgende onderdelen van de kattebak zichtbaar: een doos 1, die in één van zijn zijwanden is voorzien van een opening 2 en die aan zijn bovenzijde is geopend; een aan de binnenzijde van de doos 1 aan te brengen zak 3 uit kunststof of dergelijke, die, wanneer deze is aangebracht in de doos 1, een op de doosopening 2 aansluitende opening 4 bezit; alsmede een in de zak 3, op de bodem hiervan, aanbrengbaar plaatvormig deel 5, zoals uit karton of dergelijke, dat een omtreksvorm bezit die nagenoeg overeenkomt met de inwendige vorm van de doos 1.

In de in fig. 1 getoonde uitvoeringsvorm is de doos 1 aan zijn onderzijde eveneens gedeeltelijk open uitgevoerd. De gedeeltelijke bodem van de doos 1 bestaat hierbij uit overlappend binnenwaarts gevouwen op de dooszijwanden aansluitende materiaalstroken 6. Vanzelfsprekend is het mogelijk, dat deze materiaalstroken 6 een zodanige afmeting bezitten dat zij in de samengevouwen stand overeenkomstig fig. 1 een volledig gesloten bodem voor de doos 1 vormen.

De opening 2 van de doos 1 wordt gevormd door het langs corresponderende perforaties 7 tot 10 uitscheuren of anderzins verwijderen van een betreffend materiaaldeel 11 (zie fig. 3).

De, in de getoonde uitvoeringsvorm bijvoorbeeld uit kunststof vervaardigde, zak 3 bezit eveneens perforaties 12 tot 15. Langs de perforaties 12, 13 en 15 wordt een strookvormig materiaaldeel 16 omlaag losgescheurd van de zak 3, welk materiaaldeel 16 slechts ter plaatse van de perfora- tie 14 met de zak 3 verbonden blijft.

Tenslotte kan worden opgemerkt, dat ter voorbereiding van het aanbrengen van de zak 3 in de doos 1 onder de opening 2 in deze doos 1 een verdere perforatie 17 is aangebracht, die ter vorming van een horizontale spleet wordt geopend. Het materiaaldeel 18 blijft ter plaatse van de perforaties 19 en 20 met de doos 1 verbonden.

Thans kan de zak 3 in de doos 1 worden aangebracht. Hierbij worden de bovenranden van de zak 3, zoals getoond in fig. 2, om de bovenranden van de doos 1 gevouwen. Het gedeeltelijk losgescheurde materiaaldeel 16 van de zak 3 wordt door de opening 2 van de doos 1 naar buiten geleid, omlaag gevoerd en vervolgens door de ter plaatse van de perforatie 17 gevormde spleet opnieuw binnenwaarts in de doos 1 gestoken. Deze stand is getoond in fig. 2. Op deze wijze wordt de zak 3 ter plaatse van de opening 2 stevig met de doos 1 verbonden, zodat een zich in de doos 1 begevende kat niet tussen de doos 1 en de zak 3 kan raken. Vervolgens wordt het plaatvormige deel 5 voorzichtig in de zak 3 aangebracht totdat dit plaatvormige deel de zak 3 met de bodem daarvan tegen de de bodem van de doos 1 vormende materiaalstroken 6 aandrukt. Tenslotte worden op het plaatvormige deel 5 kattebakkorrels of dergelijke aangebracht, waarna de kattebak gereed is voor gebruik.

In fig. 2 is tevens een verdere zak 21 getoond, welke volledig overeenkomt met de zak 3, doch waarbij het materiaaldeel 16 volledig uit de zak is weggescheurd. Tevens bevindt de zak 21 zich ten opzichte van de zak 3 in een omgekeerde stand, waarbij de bodem zich aan de bovenzijde bevindt. De zak 21 kan thans over de buitenzijde van de combinatie doos 1 en zak 3 worden geschoven, waarbij de in de zak 21 gevormde opening 22 komt samen te vallen met de opening 2 in de doos 1. Op deze wijze kan de gevormde kattebak ook aan de bovenzijde op effectieve wijze worden afgesloten.

Wanneer de kattebak bestemd is voor kleine katten kan het van voordeel zijn wanneer het materiaaldeel 18 volledig van de doos 1 wordt losgemaakt. Op deze wijze wordt een grotere opening 2 verkregen, waarvan de onderrand zich op geringere hoogte bevindt.

Fig. 3 toont een plano voor het vormen van de doos 1. Zichtbaar zijn de zijwanden 23 tot 26 van de doos, een verbindingsdeel 27 dat ter vorming van de doos met de zijwand 23 wordt verbonden, alsmede de materiaalstroken 6 die, op de juiste wijze samengevouwen, de bodem van de doos 1 zullen vormen. Tevens zijn de diverse perforaties in de zijwand 24 zichtbaar, welke dienen voor het vormen van de opening 2 en eventueel de spleet 17.

Tenslotte toont fig. 4 op welke wijze de perforaties 12 tot 15 kunnen worden aangebracht in de zak 3. Hiertoe wordt uitgegaan van een slang 28 uit het zakmate-riaal, die wordt platgelegd onder vorming van ten minste één (in het getoonde uitvoeringsvoorbeeld twee ) zij-inleg 29.

Ter plaatse van de zij-inleg 29 wordt met behulp van een ponsorgaan 30 een het materiaalpakket geheel doordringende C-vormige perforatie 31 aangebracht, waarbij de twee benen 32 en 33 van deze C-vormige perforatie binnenwaarts wijzen en zich ten minste tot aan de binnenste zij-inlegrand 34 uitstrekken. Vervolgens worden dwars op de slang 28 lasnaden 35 aangebracht, waarna de slang 28 nabij de lasnaden 35 wordt doorgesneden (snedes 36) ter vorming van de afzonderlijke zakken.

De door het ponsorgaan 30 aangebrachte C-vormige perforatie leidt in de opengevouwen stand van de zak 3 tot de perforaties 12 tot 15. Tevens bevinden zich in de zijwanden van de zak 3 C-vormige perforaties 37, die evenwel tijdens het gebruik van de zak 3 niet worden gebruikt en die van zodanige aard zijn dat zij de werking van de zak niet op ongunstige wijze beïnvloeden.

Het gebruik van de kattebak volgens de uitvinding is uitermate eenvoudig. Het aanbrengen van de zak 3 in de doos 1 kan snel worden uitgevoerd, waarbij ter extra beveiliging tevens de zak 21 over de aldus gevormde kattebak kan worden aangebracht. Het verschonen van de kattebak vindt op eenvoudige wijze plaats door de zak 3, samen met diens inhoud en het plaatvormige deel 5 (en eventueel de zak 21) uit de doos 1 weg te nemen en weg te gooien. Hierbij wordt de gehele inhoud van de kattebak zonder deze inhoud aan te raken uit de doos 1 verwijderd, welke doos 1 opnieuw kan worden gebruikt onder toepassing van ten minste één nieuwe zak. De hygiëne van de kattebak wordt hierdoor aanzienlijk verbeterd.

Tevens wordt op deze wijze een goedkope oplossing voor het verkrijgen van een hygiënische kattebak verschaft. De zakken 3 zijn door de getoonde vormgeving op eenvoudige en goedkope wijze vervaardigbaar, zodat hun kostprijs laag zal zijn.

De uitvinding is niet beperkt tot de in het voorgaande beschreven uitvoeringsvorm, die binnen het kader der uitvinding op velerlei wijze kan worden gevarieerd.

Claims (10)

1. Kattebak, gekenmerkt door een, in een van zijn zijwanden van een opening voorziene, aan zijn bovenzijde open doos en een aan de binnenzijde van de doos aangebrachte zak uit kunststof of dergelijke, die een op de doosopening aansluitende opening bezit.

2. Kattebak volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat in de zak, op de bodem hiervan, een plaatvormig deel, zoals uit karton, kunststof of dergelijke, is aangebracht met een omtreksvorm die nagenoeg overeenkomt met de inwendige vorm van de doos.

3. Kattebak volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat op de onderrand van de zakopening een strookvormig materiaaldeel aansluit, dat zich buitenwaarts door de doosopening en vervolgens omlaag langs de betreffende zijwand van de doos uitstrekt.

4. Kattebak volgens conclusie 3, m e t het kenmerk, dat de doos op enige afstand onder de onderrand van de doosopening en de betreffende zijwand een horizontale spleet bezit voor het doorvoeren van het strookvor-mige materiaaldeel van de zak.

5. Kattebak volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de doos tussen de uiteinden van de spleet en de uiteinden van de onderrand van de doosopening is voorzien van perforaties.

6. Kattebak volgens één der conclusies 1-5, met het kenmerk, dat deze tevens is voorzien van een tweede om de buitenzijde van de doos aangebrachte en de bovenzijde hiervan afsluitende zak met een opening die eveneens aansluit op de doosopening.

7. Kattebak volgens één der conclusies 1-6, met het kenmerk, dat de bodem van de doos bestaat uit overlappend binnenwaarts gevouwen op de dooszijwanden aansluitende materiaalstroken.

8. Plano voor het vormen van een doos voor toepassing in een kattebak volgens één der conclusies 1-7, met het kenmerk, dat hierin een met de vorm van de te vormen doosopening corresponderende perforatie is aangebracht.

9. Zak, zoals uit kunststof of dergelijke, voor toepassing in een kattebak volgens één der conclusies 1-7, met het kenmerk, dat deze is voorzien van een met de vorm van de te vormen doosopening corresponderende scheurperforatie.

10. Werkwijze voor het vervaardigen van een zak volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat een slang uit het zakmateriaal wordt platgelegd onder vorming van ten minste een zij-inleg, dat vervolgens ter plaatse van de zij-inleg een het materiaalpakket geheel doordringende C-vormige perforatie wordt aangebracht, waarbij de twee benen van de C-vormige perforatie binnenwaarts wij zen en zich ten minste tot aan de binnenste zij-inlegrand uitstrekken, en waarbij dwars op de slang lasnaden worden aangebracht en de slang nabij de lasnaden wordt doorgesneden ter vorming van de afzonderlijke zakken.