NL8801662A - METHOD FOR MANUFACTURING A TEXTILE COMPLEX AND COMPLEX OBTAINED THEREFROM - Google Patents

METHOD FOR MANUFACTURING A TEXTILE COMPLEX AND COMPLEX OBTAINED THEREFROM Download PDF

Info

Publication number
NL8801662A
NL8801662A NL8801662A NL8801662A NL8801662A NL 8801662 A NL8801662 A NL 8801662A NL 8801662 A NL8801662 A NL 8801662A NL 8801662 A NL8801662 A NL 8801662A NL 8801662 A NL8801662 A NL 8801662A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
complex
substrate
fabric
net
wire
Prior art date
Application number
NL8801662A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Nijverdal Ten Cate Textiel
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Nijverdal Ten Cate Textiel filed Critical Nijverdal Ten Cate Textiel
Priority to NL8801662A priority Critical patent/NL8801662A/en
Priority to EP89201729A priority patent/EP0349089A1/en
Publication of NL8801662A publication Critical patent/NL8801662A/en

Links

Classifications

    • D—TEXTILES; PAPER
    • D04—BRAIDING; LACE-MAKING; KNITTING; TRIMMINGS; NON-WOVEN FABRICS
    • D04H—MAKING TEXTILE FABRICS, e.g. FROM FIBRES OR FILAMENTARY MATERIAL; FABRICS MADE BY SUCH PROCESSES OR APPARATUS, e.g. FELTS, NON-WOVEN FABRICS; COTTON-WOOL; WADDING ; NON-WOVEN FABRICS FROM STAPLE FIBRES, FILAMENTS OR YARNS, BONDED WITH AT LEAST ONE WEB-LIKE MATERIAL DURING THEIR CONSOLIDATION
    • D04H13/00—Other non-woven fabrics
    • D—TEXTILES; PAPER
    • D04—BRAIDING; LACE-MAKING; KNITTING; TRIMMINGS; NON-WOVEN FABRICS
    • D04B—KNITTING
    • D04B21/00—Warp knitting processes for the production of fabrics or articles not dependent on the use of particular machines; Fabrics or articles defined by such processes
    • D04B21/14—Fabrics characterised by the incorporation by knitting, in one or more thread, fleece, or fabric layers, of reinforcing, binding, or decorative threads; Fabrics incorporating small auxiliary elements, e.g. for decorative purposes
    • D—TEXTILES; PAPER
    • D04—BRAIDING; LACE-MAKING; KNITTING; TRIMMINGS; NON-WOVEN FABRICS
    • D04H—MAKING TEXTILE FABRICS, e.g. FROM FIBRES OR FILAMENTARY MATERIAL; FABRICS MADE BY SUCH PROCESSES OR APPARATUS, e.g. FELTS, NON-WOVEN FABRICS; COTTON-WOOL; WADDING ; NON-WOVEN FABRICS FROM STAPLE FIBRES, FILAMENTS OR YARNS, BONDED WITH AT LEAST ONE WEB-LIKE MATERIAL DURING THEIR CONSOLIDATION
    • D04H1/00—Non-woven fabrics formed wholly or mainly of staple fibres or like relatively short fibres
    • D04H1/40—Non-woven fabrics formed wholly or mainly of staple fibres or like relatively short fibres from fleeces or layers composed of fibres without existing or potential cohesive properties
    • D04H1/44—Non-woven fabrics formed wholly or mainly of staple fibres or like relatively short fibres from fleeces or layers composed of fibres without existing or potential cohesive properties the fleeces or layers being consolidated by mechanical means, e.g. by rolling
    • D—TEXTILES; PAPER
    • D05—SEWING; EMBROIDERING; TUFTING
    • D05C—EMBROIDERING; TUFTING
    • D05C17/00—Embroidered or tufted products; Base fabrics specially adapted for embroidered work; Inserts for producing surface irregularities in embroidered products
    • D05C17/02—Tufted products
    • D05C17/023—Tufted products characterised by the base fabric
    • D—TEXTILES; PAPER
    • D10—INDEXING SCHEME ASSOCIATED WITH SUBLASSES OF SECTION D, RELATING TO TEXTILES
    • D10B—INDEXING SCHEME ASSOCIATED WITH SUBLASSES OF SECTION D, RELATING TO TEXTILES
    • D10B2503/00—Domestic or personal
    • D10B2503/04—Floor or wall coverings; Carpets
    • D10B2503/041—Carpet backings
    • D10B2503/042—Primary backings for tufted carpets

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Nonwoven Fabrics (AREA)
  • Carpets (AREA)

Description

Werkwijze voor het vervaardigen van een textiel-complex, alsmede daarmee verkregen complexMethod for manufacturing a textile complex, as well as a complex obtained therewith

De uitvinding betreft een werkwijze voor het vervaardigen van een textielcomplex, bijvoorbeeld een substraat voor getufte tapijten.The invention relates to a method for manufacturing a textile complex, for example a substrate for tufted carpets.

Een dergelijke werkwijze is bijvoorbeeld bekend uit de Nederlandse octrooiaanvrage NL-77.04148. De daarin beschreven techniek heeft uitsluitend betrekking op fijngetufte tapijten.Such a method is known, for example, from Dutch patent application NL-77.04148. The technique described therein relates only to finely tufted carpets.

in de internationale tapijtindustrie kan een aantal verschillende ontwikkelingen worden vastgesteld. Ten eerste is er een wending naar steeds fijnere pooldelingen en ten tweede is er in samenhang met deze ontwikkeling een voorkeur waarneembaar voor vliesachtige, "primary backings". Om een slecht poolbeeld bij een fijne pooldeling te voorkomen, is een aanpassing van de primary backing noodzakelijk. Een oplossing hiervoor kan zijn het vervaardigen van een fijner weefsel, d.w.z. een weefsel met meer ketting- en inslagdraden per lengte-eenheid. Een dergelijke fijne backing is kostbaar als gevolg van de hogere produktiekosten. Ook wordt gebruik gemaakt van CLW's en nonwoven vliezen. Een bijkomend voordeel van deze oplossingen is, dat ze een betere dimensionele stabiliteit vertonen, d.w.z. goede sterkte-eigenschappen in alle richtingen vertonen. Een verder voordeel van deze vliesachtige backings is dat ze in veel gevallen in een breder gebied ingezet kunnen worden. Dit houdt in, dat met minder verschillende produkten een ruimer toepassingsgebied kan worden verkregen.a number of different developments can be observed in the international carpet industry. Firstly, there is a turn towards increasingly finer pool divisions, and secondly, in connection with this development, there is a preference for non-woven primary backings. In order to avoid a bad pole image with a fine pole division, an adjustment of the primary backing is necessary. A solution to this can be to manufacture a finer fabric, i.e. a fabric with more warp and weft threads per unit length. Such a fine backing is expensive due to the higher production costs. CLWs and nonwoven nonwovens are also used. An additional advantage of these solutions is that they exhibit better dimensional stability, i.e. show good strength properties in all directions. A further advantage of these non-woven backings is that in many cases they can be used in a wider area. This means that a broader range of applications can be obtained with fewer different products.

Onder omstandigheden komen CLW's en nonwoven vliezen in het bovengenoemde kader niet in aanmerking.Under certain circumstances CLWs and nonwoven nonwovens are not eligible in the above framework.

De uitvinding beoogt, een werkwijze te bieden, die een textielcomplex kan opleveren dat aan de volgende eisen voldoet: a) het complex is als primary backing bruikbaar voor tapijten met een fijne pooldeling; b) het complex is voor veel verschillende toepassingen bruikbaar; c) het complex bezit een uitstekende dimensionele stabiliteit.The object of the invention is to provide a method which can yield a textile complex that meets the following requirements: a) the complex can be used as primary backing for carpets with a fine pile division; b) the complex can be used for many different applications; c) the complex has excellent dimensional stability.

Ter bereiking van bovengenoemde doelstellingen stelt de uitvinding een werkwijze van het in aanhef vermelde type voor, die is gekenmerkt door de volgende stappen: (1) het verschaffen van een eerste component, bestaande uit een soepele textiele laag, en (2) het daaraan mechanisch verbinden van een uit ten minste één draad, vezel, of dergelijke bestaande structuur.In order to achieve the above objects, the invention proposes a method of the type stated in the opening paragraph, which is characterized by the following steps: (1) providing a first component, consisting of a flexible textile layer, and (2) mechanically attaching it thereto. joining a structure consisting of at least one wire, fiber, or the like.

Bijvoorbeeld kan men stap (2) uitvoeren door een kettingbreibewerking, terwijl onder omstandigheden ook een naaibewerking in aanmerking kan komen.For example, step (2) can be performed by warp knitting operation, while under some circumstances a sewing operation may also be considered.

In een nadere uitwerking kan de werkwijze zijn gekenmerkt door de volgende stappen: (3) het verschaffen van ten minste één verdere component, bestaande uit een soepele textiele laag; (4) het op elkaar leggen van de componenten; (5) het door middel van stap (2) mechanisch met elkaar verbinden van de componenten.In a further elaboration, the method may be characterized by the following steps: (3) providing at least one further component consisting of a flexible textile layer; (4) superimposing the components; (5) mechanically joining the components together by step (2).

Desgewenst kan een verkregen complex worden verdicht door toepassing van de ‘volgende stap: (6) het aan een kalander-bewerking onderwerpen van het verkregen complex,If desired, an obtained complex can be densified by applying the "following step: (6) calendering the obtained complex,

De werkwijze volgens de uitvinding kan verder zijn gekenmerkt door de volgende stap: (7) het kiezen van de in (1), (2), (3) en (5) genoemde component(en) uit de groep waartoe behoren: -een weefsel -een substraat op basis van een weefsel -een vezelvlies -een substraat op basis van een vezelvlies -een draadsysteem -een. uit ten minste twee <3raadsysternen met voorafgekozen relatieve oriëntatie bestaand complex -een net, bijvoorbeeld een geëxtrudeerd en gebiöriënteerd net.The method according to the invention may further be characterized by the following step: (7) selecting the component (s) mentioned in (1), (2), (3) and (5) from the group comprising: -one fabric - a substrate based on a fabric - a nonwoven fabric - a substrate based on a nonwoven fabric - a thread system - one. complex consisting of at least two 3-wire systems with preselected relative orientation-a net, for example an extruded and bi-oriented net.

Tenslotte betreft de uitvinding een textiel complex dat is verkregen door toepassing van een werkwijze als hierboven omschreven.Finally, the invention relates to a textile complex obtained by using a method as described above.

De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van een aantal voorbeelden. Zie voorbeelden (A) - (E).The invention will now be elucidated on the basis of a number of examples. See examples (A) - (E).

Onderstaand volgt een toelichting op de voorbeelden.Below is an explanation of the examples.

Door combinatie van verschillende componenten wordt het mogelijk dat voor de in aanvang van deze octrooiaanvrage gestelde eisen een betere oplossing geboden wordt dan met de bestaande substraten mogelijk is. In complex (A) zorgt het lengte- en breedtedraadsysteem voor sterkte in twee richtingen. In complex (B), (C), (D), en (E) vindt dit respectievelijk plaats door een net, een bandjesweefsel en een leno-weefsel.By combining different components it is possible that a better solution is offered for the requirements set in the beginning of this patent application than is possible with the existing substrates. In complex (A), the length and width wire system provides two-way strength. In complex (B), (C), (D), and (E), this takes place through a net, a strap fabric and a leno fabric, respectively.

Het draadsysteem dat ontstaat door de kettingbreibewerking en de verbinding die dit draadsysteem maakt tussen de verschillende componenten verbeteren de dimensionele stabiliteit en de sterkte-eigenschappen in alle richtingen.The thread system created by the warp knitting operation and the connection that this thread system makes between the different components improve dimensional stability and strength properties in all directions.

Poolbeeldverbetering vindt plaats door gebruikmaking van een vlies en door verbetering van de dimensionele stabiliteit. Het vernaaldingsproces van de breibewerking geeft eveneens een verbetering van het poolbeeld omdat het complex zachter en flexibeler wordt; hierdoor ontstaan tijdens het tuften minder naaldafwijkingen.Polar image enhancement occurs by using a nonwoven and improving dimensional stability. The needling process of the knitting operation also improves the pile image because the complex becomes softer and more flexible; this results in fewer needle deviations during tufting.

In de praktijk is gebleken dat het kettingbrei-draadsysteem de tuft-lock in belangrijke mate verbetert.In practice, it has been found that the warp knitting system significantly improves the tuft lock.

Proeven, beoordeeld door onafhankelijke deskundigen, tonen aan dat voor een enkel substraat zowel het bereik van de naalddelingen alsook het stekentallenbereik vergroot is.Tests, assessed by independent experts, show that for a single substrate both the range of the needle divisions and the stitch count range are increased.

In complex (D) wordt geen gebruik gemaakt van een vlies. Proeven hebben aangetoond dat de gebruikte, fijnere naalddeling (E12) van de kettingbreibewerking een goede invloed heeft op de multi-inzetbaarheid en het poolbeeld.In complex (D) no fleece is used. Tests have shown that the used, finer needle division (E12) of the warp knitting operation has a good influence on the multi-usability and the pile image.

Indien als binddraad voor het kettingbreien een aanverfbaar garen gekozen wordt kan de aanverfbaarheid van het gehele substraat verbeteren.If a dyeable yarn is chosen as the binding thread for warp knitting, the dyeability of the entire substrate can be improved.

VoorbeeldenExamples

Complex Complexopbouw Gew1chtsopbouw Naalddellng Binding type VervaardlglngswljzeComplex Complex structure Weight structure Needle part Binding type Manufactured

Nummer ___ __ A. 1. breedtedraden 60 draden/10 cm 1. 23 g/m2 E 18 dubbeltrlcot Vervaardiging vindt plaats op een kettlngbrelmachine 2. lengtedraden, 72 draden/10 cm 2. 27 g/m2 met breedtedradenlnleg. Verbinding van de componenten 3. vezelviles 3, 50 g/m2 vindt plaats door het draadsysteem dat ontstaat door 4. Binddraad 4. 30 g/m2 kettlngbrelbewerking 9eëxtrudeerd en In twee 1, 30 g/m2 E 8 dubbel atlas De componenten net en vezelvlies worden aan een richtingen verstrekt kettlngbrelmachine toegevoerd. Verbinding vindt plaats 2. Vezelvlles 2. 60 g/m2 dpor het draadsysteem dat ontstaat door de ketting- -3· -----L-gSa/H?__brejbewerklng_ C. 1, Vezelvlles 1. 40 g/m2 E 6 dubbelatlas De componenten vezelvlles, net en vezelvlles worden 2. Net, geëxtrudeerd en In twee 2. 40 g/m2 0p zodanige wijze aan de machine toegevoerd dat een richtingen verstrekt 3. sandwlchconstructle ontstaat. Verbinding vindt plaats 3. Vezelvlles 3. 30 g/m2 door net draadsysteem dat ontstaat door kettlngbrel- j 4. Binddraad --- 4--,,.,20 g/m2--_____bewerking _ . : .Number ___ __ A. 1. width threads 60 threads / 10 cm 1. 23 g / m2 E 18 double trlcot Manufacture takes place on a chain breaking machine 2. length threads, 72 threads / 10 cm 2. 27 g / m2 with width threads. Connection of the components 3. fiber files 3, 50 g / m2 takes place through the thread system that is created by 4. Binding thread 4. 30 g / m2 chain bending operation Extruded and In two 1, 30 g / m2 E 8 double atlas The components net and nonwoven are fed to a direction-supplied chain belling machine. Connection takes place 2. Fiber fleece 2. 60 g / m2 by the wire system created by the chain -3 · ----- L-gSa / H? __ brejwerktlng_ C. 1, Fiber fleece 1. 40 g / m2 E 6 double-glazed The components fiber fleeces, netting and fiber fleeces are 2. Netted, extruded and In two 2.40 g / m2 are fed to the machine in such a way that directions are obtained 3. sandwlchconstructle. Connection takes place 3. Fiber fleeces 3. 30 g / m2 due to the wire system that is created by chain brackets 4. Binding thread --- 4 - ,,., 20 g / m2 --_____ processing _. :.

Ban^esweefeel 1» 95 g/m2 E 12 doektrlcot Het weefsel wordt door het draadsysteem van de --—Binddraad-__- 2. 35 g/m2_,, _ ._kett1nqbre1bewerk1nq versterkt ________ E. 1. Vezelvlles 1, 30 g/m2 E8 dubbelatlas Vervaardlglngswljze gelijk aan die van complex C.Banana weave 1 »95 g / m2 E 12 fabric tape The fabric is strengthened by the thread system of the - Binding wire-2.- 2. 35 g / m2 _ ,, _. m2 E8 double-glazing Manufacturing process identical to that of complex C.

2. Leno-weefsel 2. 45 g/m2 jn plaats van een net wordt echter leno-weefsel 3. Vezelv1les 3. 40 g/m2 gekozen ___4. Binddraad _ 4. 20 q/m2___2. Leno fabric 2. 45 g / m2 instead of a net, leno fabric 3. Fiber bottle 3. 40 g / m2 is chosen ___4. Binding thread _ 4. 20 q / m2 ___

Claims (3)

1. Werkwijze voor het vervaardigen van een textielcomplex, bijvoorbeeld een substraat voor getufte tapijten, gekenmerkt door de volgende stappen: (1) het verschaffen van een eerste component, bestaande uit een soepele textiele laag, en (2) het daaraan mechanisch verbinden van een uit ten minste één draad, vezel, of dergelijke bestaande structuur.A method of manufacturing a textile complex, for example a substrate for tufted carpets, characterized by the following steps: (1) providing a first component consisting of a flexible textile layer, and (2) mechanically bonding a consisting of at least one wire, fiber, or the like structure. 2. Leno-weefsel 2. 45 g/m2 In plaats van een net wordt echter leno-weefsel2. Leno fabric 2. 45 g / m2 However, instead of a net, leno fabric is used 2. Binddraad_2. 35 g/m2__kettlngbrelbewerklng versterkt_ E. 1. Vezelvlles 1. 30 g/m2 E 8 dubbel atlas Vervaardlglngswljze gelijk aan die van complex C.2. Binding Wire_2. 35 g / m2. Chain reinforcement reinforced. E. 1. Fibers 1.30 g / m2 E 8 double atlas Manufacturing procedure identical to that of complex C. 2. Net, geëxtrudeerd en 1n twee 2. 40 g/m2 op zodanige wijze aan de machine toegevoerd dat een richtingen verstrekt 3. sandwlchconstructle ontstaat. Verbinding vindt plaats2. Net, extruded and 1n two 2. 40 g / m2 fed to the machine in such a way that provides directions 3. sandwlchconstructle. Connection takes place 3. Vezelvlles 3. 30 g/m2 door het draadsysteem dat ontstaat door kettlngbrel- _4. Binddraad _4. 20 g/m2 _bewerking____ D. 1. Bandjesweefsel 1. 95 g/m2 E 12 doektrlcot Het weefsel wordt door het draadsysteem van de3. Fiber fleeces 3. 30 g / m2 due to the thread system that is created by chain brackets. Binding wire _4. 20 g / m2 _working____ D. 1. Band fabric 1. 95 g / m2 E 12 fabric trlcot The fabric is fed through the thread system of the 2. Vezelvlles 2. 60 g/m2 door het draadsysteem dat ontstaat door de kettlng- _ 3. Binddraad _ 3. 20 g/m2___brei bewerking__. C. 1. Vezelvlles 1. 40 g/m2 E 6 dubbelatlas De componenten vezelvlles, net en vezelvlles worden2. Fiber fleeces 2. 60 g / m2 due to the thread system that is created by the chain _ 3. Binding thread _ 3. 20 g / m2 ___ knitting operation__. C. 1. Fiber fleeces 1. 40 g / m2 E 6 double-glazing The components fiber fleeces, net and fiber fleeces become 2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat men stap (2) uitvoert door een kettingbreibewerking.Method according to claim 1, characterized in that step (2) is carried out by a warp knitting operation. 3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat men stap (2) uitvoert door een naai- of stikbewerking.Method according to claim 1, characterized in that step (2) is performed by a sewing or stitching operation. 4. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, . gekenmerkt door de volgende stappen: (3) het verschaffen van ten minste één verdere component, bestaande uit een soepele textiele laag; (4) het op elkaar leggen van de componenten; (5) het door middel van stap (2) mechanisch met elkaar verbinden van de componenten.Method according to any one of the preceding claims,. characterized by the following steps: (3) providing at least one further component consisting of a flexible textile layer; (4) superimposing the components; (5) mechanically joining the components together by step (2). 5. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, gekenmerkt door de volgende stap: (6) het aan een kalander-bewerking onderwerpen van het verkregen complex.Method according to any one of the preceding claims, characterized by the following step: (6) subjecting the obtained complex to a calender operation. 6. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, gekenmerkt door de volgende stap: (7) het kiezen van de component(en) uit de groep waartoe behoren: -een weefsel -een substraat op basis van een weefsel -een vlies -een substrat op basis van een vlies -een draadsysteem -een uit ten minste twee draadsystemen met voorafgekozen relatieve oriëntatie bestaand complex -een net, bijvoorbeeld een geëxtrudeerd en gebiöriënteerd net.A method according to any one of the preceding claims, characterized by the following step: (7) selecting the component (s) from the group which includes: -a fabric -a substrate based on a fabric -a fleece -a substrate on based on a nonwoven -a wire system -a complex consisting of at least two wire systems with preselected relative orientation -a net, for example an extruded and bi-oriented net. 7. Complex, verkregen met een werkwijze volgens één der voorgaande conclusies.Complex obtained by a method according to any one of the preceding claims. 8. Getuft tapijt met een primaire ondergrond, vervaardig met een werkwijze volgens één der voorgaande conclusies. Werkwijze voor het vervaardigen van een textiel-complex, dat dient als primaire ondergrond voor getufte tapijten alsmede een daarmee verkregen tapijt De uitvinding betreft een werkwijze voor het vervaardigen van een textielcomplex dat als substraat ingezet kan worden voor het vervaardigen van getufte tapijten. Een dergelijk produkt is bijvoorbeeld bekend uit de Nederlandse octrooiaanvrage NL-77.04148. De daarin beschreven techniek heeft uitsluitend betrekking op fijngetufte tapijten. In de internationale tapijtindustrie kunnen een aantal ontwikkelingen worden vastgesteld. Ten eerste is er een ontwikkeling naar tapijten met fijnere pooldelingen, als gevolg hiervan is er een grotere vraag naar een voor deze tapijten geschikte primaire ondergrond. Ten tweede is er een wens binnen de tapijtindustrie, naar een substraat met een verbeterde dimensionele stabiliteit (d.w.z. dezelfde sterkte-, rek- en krimpeigenschappen in alle richtingen), een goed en rustig poolbeeld (ook bij fijne pooldelingen) en dat tevens multi-inzetbaar is. Als mogelijke oplossing voor de eerstgenoemde ontwikkeling worden fijnere weefsels aangeboden; deze weefsels bezitten meer ketting- en inslagdraden per lengte-eenheid. Naast het feit dat een dergelijk produkt kostbaarder is vanwege hogere produktiekosten geeft het bij erg fijne pooldelingen nog steeds een onvoldoende rustig poolbeeld. Daarnaast wordt aan de eisen, genoemd in de tweede ontwikkeling onvoldoende tegemoet gekomen. Een andere oplossing is die door gebruik te maken van vezelvliezen, FLW's (Fleece Locked Weave) en CLS's (Calander Locked Weave, een produkt dat omschreven wordt in de Nederlandse octrooiaanrage NL-77.04148). Vezelvliezen, FLW's en CLW's vertonen bij fijne pooldelingen een beter poolbeeld en hebben een betere dimensionele stabiliteit dan. geweven substraten. De dimensionele stabiliteit van een ondergrond is vooraf belangrijk als in het getufte tapijt geometrische patronen zoals lijnen en rechthoeken voorkomen. Bij onvoldoende dimensionele stabiliteit treedt vervorming van deze patronen op. De eigenschappen van een ondergrond dienen onder meer op grond van deze redenen in alle richtingen gelijk te zijn. Een vezelvlies bezit deze dimenionele stabiliteit. Tijdens de vervaardiging van een tapijt met geometrische patronen dient de ondergrond een zekere rek en elasticiteit te bezitten. Vezelvliezen bezitten onvoldoende rek en elasticiteit, hierdoor kunnen o.a. beschadigingen optreden. Daarnaast hebben vezelvliezen, vooral bij garens met een lineaire dichtheid van meer dan 3000 dtex een onvoldoende tuft-lock. Hieronder wordt verstaan dat het gat dat ontstaat bij penetratie van het substraat door de tuftnaald, na deze penetratie te weinig sluit. Het poolgaren wordt daardoor onvoldoende vastgehouden. Vezelvliezen komen verder niet in aanmerking omdat de prijs beduidend hoger ligt dan die van een geweven substraat van FLW of een CLW. FLW's en CLWrs komen niet in aanmerking omdat de multi-inzetbaarheid beperkt is, daarnaast is het poolbeeld bij erg fijngetufte tapijten onvoldoende. De uitvinding beoogt een werkwij ze te bieden voor een textielcomplex dat ingezet als substraat voor getufte tapijten, naast de reeds bestaande eisen, voldoet aan de volgende eisen: a) het produkt heeft als ondergrond voor getufte tapijten een breed inzet gebied, met een enkel produkt kunnen meer stekentallen en naalddelingen worden bereikt dan met bestaande produkten. b) het produkt bezit een uitstekende dimensionele stabiliteit, d.w.z. de sterkte-, rek- en krimpeigenschappen zijn in alle richtingen gelijk. c) het produkt geeft een rustig poolbeeld d) het produkt kan zowel als ondergrond voor getufte tapijten als ook voor cacheren en coaten van textielprodukten ingezet worden, daarnaast'kan het dienen als versterkingsmateriaal in alle daarvoor in aanmerking komende toepassingen waarvoor ook een textielprodukt geschikt is. Ter bereiking van bovengenoemde doelstellingen stelt de uitvinding een werkwijze van het in aanhef vermelde type voor, die is gekenmerkt door de volgende stappen: (1) het verschaffen van een eerste component, bestaande uit een soepele textiele laag, en (2) het daaraan mechanisch verbinden van een uit ten minste één draad, vezel, of dergelijke bestaande structuur. Bijvoorbeeld kan men stap (2) uitvoeren door een kettingbreibewerking, terwijl onder omstandigheden ook een stik- of naaibewerking in aanmerking kan komen. In een nadere uitwerking kan de werkwijze zijn gekenmerkt door de volgende stappen: (3) het verschaffen van ten minste één verdere component, bestaande uit een soepele textiele laag; (4) het op elkaar leggen van de componenten; (5) het door middel van stap (2) mechanisch met elkaar verbinden van de componenten. Desgewenst kan een verkregen complex worden verdicht door toepassing van de volgende stap: (6) het aan een kalander-bewerking onderwerpen van het verkregen complex. De werkwijze volgens de uitvinding kan verder zijn gekenmerkt door de volgende stap: (7) het kiezen van de in (1), (2), (3) en (5) genoemde component(en) uit de groep waartoe behoren: -een weefsel -een substraat op basis van een weefsel -een vezelvlies -een substraat op basis van een vezelvlies -een draadsysteem -een uit ten minste twee draadsysternen met voorafgekozen relatieve oriëntatie bestaand complex -een net, bijvoorbeeld een geëxtrudeerd en gebiöriënteerd net. Tenslotte betreft de uitvinding een textiel complex dat is verkregen door toepassing van een werkwijze als hierboven omschreven. De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van een aantal voorbeelden. Zie voorbeelden (A) - (E). Onderstaand volgt een toelichting op de voorbeelden. Door combinatie van verschillende componenten wordt het mogelijk dat voor de in aanvang van deze octrooiaanvrage gestelde eisen een betere oplossing geboden wordt dan met de bestaande substraten mogelijk is. In complex (A) zorgt het lengte- en breedtedraadsysteem voor sterkte in twee richtingen. In complex (B), (C), (D), en (E) vindt dit respectievelijk plaats door een net, een bandjesweefsel en een leno-weefsel. Het draadsysteem dat ontstaat door de kettingbreibewerking en de verbinding die dit draadsysteem maakt tussen de verschillende componenten verbeteren de dimensionele stabiliteit en de sterkte-eigenschappen in alle richtingen. Poolbeeldverbetering vindt plaats door gebruikmaking van een vlies en door verbetering van de dimensionele stabiliteit. Het vernaaldingsproces van de breibewerking geeft eveneens een verbetering van het poolbeeld omdat het complex zachter en flexibeler wordt; hierdoor ontstaan tijdens het tuften minder naaldafwijkingen. In de praktijk is gebleken dat het kettingbrei-draadsysteem de tuft-lock in belangrijke mate verbetert. Proeven, beoordeeld door onafhankelijke deskundigen, tonen aan dat voor een enkel substraat zowel het bereik van de naalddelingen alsook het stekentallenbereik vergroot is. In complex (D) wordt geen gebruik gemaakt van een vlies. Proeven hebben aangetoond dat de gebruikte, fijnere naalddeling (E12) van de kettingbreibewerking een goede invloed heeft op de multi-inzetbaarheid en het poolbeeld. Indien als binddraad voor het kettingbreien een aanverfbaar garen gekozen wordt kan de aanverfbaarheid van het gehele substraat verbeteren. Voorbeelden Complex Complexopbouw Gewlchtsopbouw Naalddellng Binding type Vervaardlglngswljze Nummer___,______________________ A. 1. breedtedraden 60 draden/10 cm 1. 23 g/m2 E 18 dubbeltrlcot Vervaardiging vindt plaats op een kettlngbrelmachine 2. lengtedraden, 72 draden/10 cm 2. 27 g/m2 met breedtedradenlnleg. Verbinding van de componenten 3. vezelvlles 3. 50 g/m2 vindt plaats door het draadsysteem dat ontstaat doorTufted carpet with a primary substrate, manufactured by a method according to any one of the preceding claims. The invention relates to a method for the production of a textile complex which can be used as a substrate for the production of tufted carpets. Such a product is known, for example, from Dutch patent application NL-77.04148. The technique described therein relates only to finely tufted carpets. A number of developments can be observed in the international carpet industry. First, there is a development towards carpets with finer pile divisions, as a result of which there is a greater demand for a primary substrate suitable for these carpets. Secondly, there is a desire within the carpet industry for a substrate with improved dimensional stability (ie the same strength, stretch and shrinkage properties in all directions), a good and quiet pile image (also with fine pile divisions) and that it can also be used multi-purpose. is. Finer fabrics are offered as a possible solution for the former development; these fabrics have more warp and weft threads per unit length. In addition to the fact that such a product is more expensive because of higher production costs, it still gives an insufficiently calm pool image for very fine pool divisions. In addition, the requirements mentioned in the second development are not sufficiently met. Another solution is that by using nonwoven fabrics, FLWs (Fleece Locked Weave) and CLS's (Calander Locked Weave, a product which is described in Dutch patent application NL-77.04148). Nonwoven fabrics, FLWs and CLWs show a better pile image with fine pile divisions and have better dimensional stability than. woven substrates. The dimensional stability of a surface is important in advance if geometric patterns such as lines and rectangles appear in the tufted carpet. With insufficient dimensional stability, deformation of these patterns occurs. For one reason or another, the properties of a substrate must be the same in all directions. A nonwoven fabric has this dimensional stability. During the manufacture of a carpet with geometric patterns, the substrate must have a certain stretch and elasticity. Fiber membranes have insufficient stretch and elasticity, which can cause damage, among other things. In addition, nonwoven fabrics have an insufficient tuft-lock, especially for yarns with a linear density of more than 3000 dtex. This is understood to mean that the hole created when the substrate penetrates the tufting needle does not close enough after this penetration. The pile yarn is therefore insufficiently retained. Fiber membranes are not eligible because the price is significantly higher than that of a woven substrate of FLW or a CLW. FLWs and CLWrs are not eligible because the multi-employability is limited, in addition, the polar image with very fine tufted carpets is insufficient. The object of the invention is to provide a method for a textile complex which, used as a substrate for tufted carpets, in addition to the already existing requirements, satisfies the following requirements: a) the product has as a substrate for tufted carpets a wide area of use, with a single product more stitch numbers and needle divisions can be achieved than with existing products. b) the product has excellent dimensional stability, i.e. the strength, stretch and shrink properties are the same in all directions. c) the product gives a calm polar image d) the product can be used as a substrate for tufted carpets as well as for coating and coating textile products, in addition, it can serve as a reinforcing material in all suitable applications for which a textile product is also suitable . In order to achieve the above objects, the invention proposes a method of the type stated in the opening paragraph, which is characterized by the following steps: (1) providing a first component, consisting of a flexible textile layer, and (2) mechanically attaching it thereto. joining a structure consisting of at least one wire, fiber, or the like. For example, step (2) can be performed by a warp knitting operation, while under some circumstances a stitching or sewing operation may also be considered. In a further elaboration, the method may be characterized by the following steps: (3) providing at least one further component consisting of a flexible textile layer; (4) superimposing the components; (5) mechanically joining the components together by step (2). If desired, an obtained complex can be densified by using the following step: (6) calendering the obtained complex. The method according to the invention may further be characterized by the following step: (7) selecting the component (s) mentioned in (1), (2), (3) and (5) from the group comprising: -one fabric - a substrate based on a fabric - a nonwoven fabric - a substrate based on a nonwoven fabric - a wire system - a complex consisting of at least two wire systems with preselected relative orientation - a net, for example an extruded and biased net. Finally, the invention relates to a textile complex obtained by using a method as described above. The invention will now be elucidated on the basis of a number of examples. See examples (A) - (E). Below is an explanation of the examples. By combining different components it is possible that a better solution is offered for the requirements set in the beginning of this patent application than is possible with the existing substrates. In complex (A), the length and width wire system provides two-way strength. In complex (B), (C), (D), and (E), this takes place through a net, a strap fabric and a leno fabric, respectively. The thread system created by the warp knitting operation and the connection that this thread system makes between the different components improve dimensional stability and strength properties in all directions. Polar image enhancement occurs by using a nonwoven and improving dimensional stability. The needling process of the knitting operation also improves the pile image because the complex becomes softer and more flexible; this results in fewer needle deviations during tufting. In practice, it has been found that the warp knitting system significantly improves the tuft lock. Tests, assessed by independent experts, show that for a single substrate both the range of the needle divisions and the stitch count range are increased. In complex (D) no fleece is used. Tests have shown that the used, finer needle division (E12) of the warp knitting operation has a good influence on the multi-usability and the pile image. If a dyeable yarn is chosen as the binding thread for warp knitting, the dyeability of the entire substrate can be improved. Examples Complex Complex construction Wrinkle structure Needle part Binding type Manufacture number Number ___, ______________________ A. 1. width threads 60 threads / 10 cm 1. 23 g / m2 E 18 double trlcot Manufacture takes place on a chain bending machine 2. length threads, 72 threads / 10 cm 2. 27 g / m2 with width wire inserts. Connection of the components 3. fiber fleeces 3. 50 g / m2 takes place through the wire system created by 4. Binddraad 4. 30 g/m2 kettlngbrelbewerking B. 1. Net, geëxtrudeerd en In twee 1. 30 g/m2 E 8 dubbel atlas De componenten net en vezelvlles worden aan een richtingen verstrekt kettlngbrelmachine toegevoerd. Verbinding vindt plaats4. Binding wire 4. 30 g / m2 chain bending operation B. 1. Net, extruded and In two 1. 30 g / m2 E 8 double atlas The net and fiber flake components are fed to a direction-supplied chain bending machine. Connection takes place 3. Vezelvlles 3. 40 g/m2 gekozen _4. Binddraad_._4. 20 g/m2_.___3. Fiber flake 3. 40 g / m2 selected _4. Binding thread _._ 4. 20 g / m2 _.___
NL8801662A 1988-06-30 1988-06-30 METHOD FOR MANUFACTURING A TEXTILE COMPLEX AND COMPLEX OBTAINED THEREFROM NL8801662A (en)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8801662A NL8801662A (en) 1988-06-30 1988-06-30 METHOD FOR MANUFACTURING A TEXTILE COMPLEX AND COMPLEX OBTAINED THEREFROM
EP89201729A EP0349089A1 (en) 1988-06-30 1989-06-28 Method for manufacturing a textile complex which serves as primary backing for tufted carpets, in addition to a carpet obtained thereby

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8801662A NL8801662A (en) 1988-06-30 1988-06-30 METHOD FOR MANUFACTURING A TEXTILE COMPLEX AND COMPLEX OBTAINED THEREFROM
NL8801662 1988-06-30

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8801662A true NL8801662A (en) 1990-01-16

Family

ID=19852551

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8801662A NL8801662A (en) 1988-06-30 1988-06-30 METHOD FOR MANUFACTURING A TEXTILE COMPLEX AND COMPLEX OBTAINED THEREFROM

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP0349089A1 (en)
NL (1) NL8801662A (en)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE9115657U1 (en) * 1991-12-18 1992-02-20 Amoco Fabrics Niederlassung Der Amoco Deutschland Gmbh, 4432 Gronau, De
US5962101A (en) * 1997-04-29 1999-10-05 Donald A. Irwin, Sr. Dimensionally stable tufted carpet

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB930237A (en) * 1959-09-18 1963-07-03 Canadian Celanese Ltd Supported pile carpet
US4026129A (en) * 1974-03-20 1977-05-31 Herschel Sternlieb Dimensionally stable fabric
US4096302A (en) * 1976-09-02 1978-06-20 Conwed Corporation Backing for tufted carpet of a thermoplastic net and plurality of fibers
US4140071A (en) * 1977-08-09 1979-02-20 E. I. Du Pont De Nemours And Company Process for preparing tufted carpet

Also Published As

Publication number Publication date
EP0349089A1 (en) 1990-01-03

Similar Documents

Publication Publication Date Title
RU2085638C1 (en) Carpet with sewn pile
US4042655A (en) Method for the production of a nonwoven fabric
US20020172795A1 (en) Tuftable and tufted fabrics
US3819462A (en) Primary backing for tufted carpets
US5317886A (en) Flexible abrasive means
US5194320A (en) Heat bonding textile for linings and a method of manufacturing same
HU215764B (en) Thermosetting fibres element and method for producing thereof
US5396689A (en) Process for obtaining a composite textile structure based on nonwoven fibrous sheets
EP0281643B1 (en) Reinforced non-woven fabric
CZ148796A3 (en) Fibrous structure for preparing composite materials and process for preparing thereof
NL8801662A (en) METHOD FOR MANUFACTURING A TEXTILE COMPLEX AND COMPLEX OBTAINED THEREFROM
GB2268197A (en) A fleece material
DE1635742A1 (en) Sewn, non-woven textile surface structure
EP0156503A1 (en) Sewing thread with thermoplastic material; sewing method and sewn product
DD202320A5 (en) NUTRIOT FABRICS AND METHOD OF MANUFACTURE
US5180633A (en) Composite textile material capable of being employed for resin reinforcement
CZ88193A3 (en) Mechanically reinforced web, process of its production, and apparatus for making the same
CN105713531B (en) Adhesive tape with long fiber stitch-bonded nonwoven fabric
EP0058087B1 (en) Weft insertion knitted secondary carpet backing and carpet structure
US6878648B2 (en) Regionally imprinted nonwoven fabric
EP0018766B1 (en) Stitch-bonding machine and a decorative stitch-bonded fabric produced by said machine
EP0873441B1 (en) Reinforcement material
Ahmadi et al. Date palm fiber preform formation for composites
GB2108045A (en) Laminated films
EP0467936B2 (en) Method and device for manufacturing stitch bonded textiles

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed