NL8801558A

NL8801558A - SEALING ELEMENTS.

Info

Publication number: NL8801558A
Application number: NL8801558A
Authority: NL
Original assignee: Redland Roof Tiles Ltd
Priority date: 1987-06-19
Filing date: 1988-06-17
Publication date: 1989-01-16
Also published as: GB2206143B; GB2206143A; GB8814379D0; GB8714471D0

Description

• N.0. 35256 ^ Γ 1 ^• N.0. 35256 ^ Γ 1 ^

AfdichtelementenSealing elements

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op verbeteringen in of met betrekking tot afdichtelementen en heeft in het bijzonder betrekking op verbeteringen in afdichtelementen bestemd om gebruikt te worden bij dakpannen zoals hierna zal worden beschreven.The present invention relates to improvements in or with respect to sealing elements and particularly relates to improvements in sealing elements intended to be used with roof tiles as will be described below.

5 Met de term dakpannen worden die pannen bedoeld die gewoon!ijk gebruikt worden op de nokken van daken met een enkele helling of met een dubbele helling, of mansarde pannen die toegepast worden op de verbindingslijn van daken en dergelijke constructies.5 The term roof tiles refers to those tiles that are commonly used on the lugs of single-slope or double-slope roofs, or mansard tiles used on the connecting line of roofs and the like.

In het verleden werd bij het leggen van mono-nokpannen, dat wil 10 zeggen pannen die geschikt zijn om gebruikt te worden op de nok van een dak met een enkele helling, mortel gebruikt als het afdichtmiddel tussen de nokpannen en de dakpannen waarbij de mortel ook gebruikt werd voor het afdichten van de spleten tussen aangrenzende mono-nokpannen.In the past, when installing mono-ridge tiles, ie tiles suitable for use on the ridge of a single-slope roof, mortar was used as the sealant between the ridge tiles and the roof tiles where the mortar was also was used to seal the gaps between adjacent mono-cam pans.

Een belangrijk nadeel daarvan is dat de samenhang van de afdich-15 tingen verloren gaat wanneer de mortel gaat scheuren tengevolge van de differentiële bewegingen in de dakconstructie waarop de pannen zijn gelegd.An important drawback of this is that the cohesion of the seals is lost when the mortar cracks due to the differential movements in the roof construction on which the tiles are placed.

De ontwikkeling en de brede acceptatie van droge bevestigingsmiddelen voor daken van een aantal woningen heeft geleid tot de toepassing 20 van nok tot nok afdichtingen. Door deze methode zijn de nadelen die samenhangen met de mortel vermeden.The development and wide acceptance of dry fasteners for roofs of a number of houses has led to the use of ridge to ridge seals. This method avoids the drawbacks associated with the mortar.

Dergelijke afdichtingen worden gewoonlijk uitgevoerd in de vorm van stijve van kunststof gevormde voorwerpen die een vorm bezitten die complementair is ten opzichte van die van de nokpannen waarbij zij moe-25 ten worden gebruikt. Tot nu toe zijn dergelijke afdichtingen niet toegepast voor mono-nokpannen zelfs hoewel het gebruikelijk geworden is om stijve kunststofafdichtingen toe te passen van nok tot dak met mono-nokpannen.Such seals are usually constructed in the form of rigid plastic molded articles which have a shape complementary to that of the ridge tiles in which they are to be used. Heretofore, such seals have not been used for mono-cam tiles even though it has become common to use rigid plastic seals from ridge to roof with mono-cam tiles.

Doel van de onderhavige uitvinding is dit probleem op te lossen en 30 daartoe wordt op geschikte wijze een langwerpig soepel afdichtelement verschaft met ten minste een scharniersectie, welk element geschikt is om een afdichting te verschaffen tussen naburige pannen zoals hiervoor beschreven waarbij de scharniersecties naburige aan elkaar grenzende gedeelten van het element aan elkaar verbinden zodat in gebruik de re-35 latieve plaatsen van de aan elkaar grenzende gedeelten veranderd kunnen worden overeenkomstig de dwarsdoorsnede van de pannen waarbij het afdichtel ement wordt gebruikt, met het kenmerk, dat het element een omgekeerde "V'-vora bezit in dwarsdoorsnede waarbij de verticale poot van 18801558 2 v de "T" geschikt is om in gebruik geplaatst te worden tussen eindvlakken van naburige pannen terwijl de tegenover elkaar liggende zijdelingse armen van het "T"-vormige element geplaatst worden onder respectieve eindgedeelten van de genoemde pannen.The object of the present invention is to solve this problem and for this purpose an elongated flexible sealing element with at least one hinge section is suitably provided, which element is suitable for providing a seal between neighboring pans as described above, wherein the hinge sections are adjacent to each other Connecting adjacent parts of the element so that in use the relative positions of the adjacent parts can be changed according to the cross section of the pans using the sealing element, characterized in that the element is an inverted "V '-vora features in cross section where the vertical leg of 18801558 2v the "T" is suitable for use in placement between end faces of neighboring pans while the opposing lateral arms of the "T" shaped member are placed under respective end portions of said pans.

5 Een voorkeursuitvoering volgens de uitvinding bezit drie van der gelijke aan elkaar grenzende gedeelten verbonden door twee scharnier-secties.A preferred embodiment according to the invention has three such adjacent parts connected by two hinge sections.

Het afdichtelement waaraan de voorkeur wordt gegeven volgens de uitvinding is voorzien van ribben die zich uitstrekken langs de zijde-10 lingse armen daarvan teneinde in gebruik waterafvoerkanalen in het genoemde element te verschaffen, waarbij de bij elk aangrenzend gedeelte behorende ribben op geschikte wijze op een lijn, of bij benadering op een lijn, ten opzichte van elkaar zijn aangebracht.The preferred sealing element according to the invention is provided with ribs extending along its lateral arms to provide, in use, water drains in said element, the ribs associated with each adjacent portion suitably aligned , or are aligned approximately to each other.

Op geschikte wijze is het afdichtelement uitgevoerd in de vorm van 15 een gevormd voorwerp van kunststofmateriaal met dunne doorsnede.Suitably, the sealing element is in the form of a molded article of plastic material of thin cross section.

Bij voorkeur is het afdichtelement door blaasvormen gevormd van polyvinyl acetaat of dergelijk materiaal.Preferably, the sealing element is blow molded from polyvinyl acetate or the like material.

Vervolgens zal de uitvinding toegelicht worden aan de hand van een gedetailleerde beschrijving, onder verwijzing naar de bijgevoegde teke-20 ningen.The invention will now be elucidated on the basis of a detailed description, with reference to the accompanying drawings.

Figuur 1 toont een eindaanzicht van een afdichtelement volgens de onderhavige uitvinding, een mono-nokpan en andere bijbehorende onderdelen.Figure 1 shows an end view of a sealing element according to the present invention, a mono-cam pan and other associated parts.

Figuur 2 toont een bovenaanzicht van een afdichtelement volgens de 25 onderhavige uitvinding, zoals gevormd.Figure 2 shows a top view of a sealing element according to the present invention, as formed.

Figuur 3 toont een zijaanzicht van het element afgebeeld in figuur 2, gezien in de richting van de pijl III.Figure 3 shows a side view of the element depicted in Figure 2, viewed in the direction of the arrow III.

Figuren 4, 5, 6 en 7 tonen doorsneden volgens de lijnen IV-IV, V-V, VI-VI en VII-VII respectievelijk van figuur 2.Figures 4, 5, 6 and 7 show cross sections along the lines IV-IV, V-V, VI-VI and VII-VII respectively of Figure 2.

30 Het afdichtelement 2 volgens de uitvinding is een uit een geheel gevormd voorwerp van kunststofmateriaal met een dunne doorsnede, bijvoorbeeld pvc, en wordt door middel van een conventionele blaasvorm-techniek aanvankelijk gevormd tot de in figuren 2 en 3 afgeheelde vorm.The sealing element 2 according to the invention is an integrally formed article of plastic material with a thin cross section, for instance PVC, and is initially formed into the shape shown in Figures 2 and 3 by means of a conventional blow molding technique.

35 Het element 2 bevat eerste, tweede en derde aan elkaar grenzende gedeelten 3, 4 en 5.The element 2 comprises first, second and third adjacent parts 3, 4 and 5.

De gedeelten 3, 4 en 5 bezitten in dwarsdoorsnede in wezen de vorm van een omgekeerde "T", zie de figuren 4, 5 en 6 waarbij door de verticale steel van de "T" een holle centrale ribbe 10 gevormd wordt. Het 40 element 2 bezit ook zich naar de zijkanten uitstrekkende vleugelgedeel- , 8 8 D 1 5 5 8 *· 3 3 ten 11 en 12 verschaft door de tegenover elkaar liggende zijdelingse armen van de "T".The cross sections 3, 4 and 5 are essentially in the shape of an inverted "T", see Figures 4, 5 and 6, whereby a hollow central rib 10 is formed by the vertical stem of the "T". The element 2 also has laterally extending wing members, 8 8 D 1 5 5 8 * 3 3 at 11 and 12 provided by the opposing lateral arms of the "T".

De gedeelten 11 en 12 zijn voorzien van naar boven uitstekende ribben 13 en 14 respectievelijk die zich op afstand bevinden van de ge-5 noemde ribbe 10 en naar boven gekeerde kanalen 15 en 16 vormen. De ribben leveren extra sterkte en stijfheid aan het afdichtelement dat niettemin binnen aanvaardbare grenzen soepel blijft.The sections 11 and 12 are provided with upwardly projecting ribs 13 and 14, respectively, which are spaced from said rib 10 and form upwardly facing channels 15 and 16. The ribs provide additional strength and stiffness to the sealing element which remains flexible within acceptable limits.

De gedeelten 11 en 12 zijn ook voorzien van naar boven uitstekende flenzen 17 en 18 aan respectievelijk tegenover elkaar liggende buiten-10 ste randgedeelten, zie in het bijzonder de figuren 4, 5 en 6. De flenzen 17 en 18 bepalen tezamen met de ribben 13 en 14 naar boven gekeerde kanalen 19 en 20 waarvan het doel hierna zal worden toegelicht. De kanalen 19 en 20 zijn respectievelijk aangebracht buiten de kanalen 15 en 16 en lopen in wezen daaraan evenwijdig, zie de figuren 2, 4, 5 en 6.Portions 11 and 12 are also provided with upwardly projecting flanges 17 and 18 on opposite outer 10th edge sections, respectively, see in particular Figures 4, 5 and 6. Flanges 17 and 18 define together with ribs 13 and 14 upwardly directed channels 19 and 20, the purpose of which will be explained below. Channels 19 and 20 are disposed outside channels 15 and 16, respectively, and are essentially parallel thereto, see Figures 2, 4, 5 and 6.

15 Het element 2 bevat ook een scharniersectie 27 tussen de gedeelten 3 en 4 en een scharniersectie 28 tussen de gedeelten 4 en 5, zie de figuren 2, 3 en 7» waarbij het doel van deze scharniersecties ook hierna zal worden toegeiicht.The element 2 also includes a hinge section 27 between sections 3 and 4 and a hinge section 28 between sections 4 and 5, see Figures 2, 3 and 7, the purpose of these hinge sections also being explained hereinafter.

Aan een uiteinde van het element 2, dat wil zeggen het bovenste 20 uiteinde in de figuren 2 en 3, is een klein opstaand wandgedeelte 30 aangebracht terwijl aan het tegenover liggende uiteinde van het element, dat wil zeggen het onderste uiteinde in de figuren 2 en 3, eveneens een klein opstaand wandgedeelte 32 is aangebracht.At one end of the element 2, ie the top end in Figures 2 and 3, a small upright wall portion 30 is provided while at the opposite end of the element, i.e. the bottom end in Figures 2 and 3, also a small upright wall portion 32 is provided.

Het wandgedeelte 32 is ook voorzien van een centrale ribbe 33 die 25 ligt in een vlak, en samenvalt met, de ribben 10 van de gedeelten 3, 4 en 5. Het doel van de wandgedeelten 30 en 32 en de ribbe 33 zal hierna worden toegelicht.The wall portion 32 also includes a central rib 33 which lies in a plane and coincides with the ribs 10 of the sections 3, 4 and 5. The purpose of the wall sections 30 and 32 and the rib 33 will be explained below. .

Het door de onderhavige uitvinding verschafte afdichtelement 2 kan gebruikt worden voor het afdichten van de voeg tussen twee zijdelings 30 naburige mono-nokpannen 40, waarvan slechts een afgebeeld is in figuur 1. Een dakconstructie waarin de nieuwe elementen 2 moeten worden gebruikt, bevat een fascia 41, een daklat 42, een pan geplaatst op de genoemde lat 42 en een afdichtelement 44 tussen nok en dak van het soort beschreven in het Britse octrooi No. 2.030.629 B op naam van aanvraag-35 ster.The sealing element 2 provided by the present invention can be used to seal the joint between two laterally neighboring mono-cam tiles 40, only one of which is shown in Figure 1. A roof construction in which the new elements 2 are to be used contains a fascia 41, a roof batten 42, a tile placed on said batten 42 and a sealing element 44 between ridge and roof of the type described in British patent no. 2,030,629 B in the name of application-35 star.

Teneinde de mono-nokpan 40 en het element 2 ter plaatse op het dak samen te stellen, wordt het element 2 in de vereiste vorm gebogen, dat wil zeggen een vorm die bij benadering overeenkomt met de dwarsdoorsnede van de mono-nokpan 40, zie figuur 1.In order to assemble the mono-ridge tile 40 and the element 2 on site on the roof, the element 2 is bent into the required shape, i.e. a shape approximately corresponding to the cross-section of the mono-ridge tile 40, see figure 1.

40 Aangenomen dat een nok van het dak waarop de mono-nokpannen 40 en ,8801558 * 4 ' de elementen 2 moeten worden gebruikt, vervaardigd wordt vanaf het rechter uiteinde daarvan, neemt de dakdekker een element 2 en vormt dit, dat wil zeggen dat hij het zodanig buigt dat het past bij de vorm van de mono-nokpan. Het buigen van het element 2 in de vereiste vorm 5 wordt vergemakkelijkt door de scharniersecties 27 en 28 en de soepelheid die eigen is aan het element 2. De dakdekker plaatst dan het element zodanig dat dit samenwerkt met een linker uiteinde van de pan 40 zoals afgebeeld in figuur 1.40 Assuming that a ridge of the roof on which the mono-ridge tiles 40 and 8801558 * 4 'the elements 2 are to be used is manufactured from the right end thereof, the roofer takes an element 2 and forms it, i.e. he it bends to match the shape of the mono-ridge tile. Bending the element 2 into the required shape 5 is facilitated by the hinge sections 27 and 28 and the flexibility inherent in the element 2. The roofer then positions the element so that it interacts with a left end of the tile 40 as shown in figure 1.

In deze positie worden de wandgedeelten 30 en 32 van het element 2 10 gegrepen door de respectieve tegenover elkaar liggende eindgedeelten 45 en 46 van de pan 40 zoals afgebeeld in figuur 1 en is het vleugel gedeelte 12 van het element 2 gelegen onder een linker randgedeelte van de pan 40.In this position, the wall portions 30 and 32 of the element 2 are gripped by the respective opposing end portions 45 and 46 of the pan 40 as shown in Figure 1 and the wing portion 12 of the element 2 is located below a left edge portion of the the pan 40.

De dakdekker plaatst dan de pan aan een rechter uiteinde van de 15 nok waar een geschikt sluitorgaan is aangebracht, dat niet is afgebeeld. Vervolgens bevestigt hij de pan aan de fascia 41 door middel van een conventioneel bevestigingsmiddel 47, zie figuur 1.The roofer then places the tile at a right end of the ridge where a suitable closure member is provided, not shown. He then attaches the pan to the fascia 41 using a conventional fastener 47, see figure 1.

Vervolgens vormt de dakdekker het volgende element 2, brengt dit achterwaarts aan op een pan 40 en bevestigt de pan aan de nok zoals 20 hiervoor beschreven.The roofer then forms the next element 2, applies it backwards to a tile 40 and attaches the tile to the ridge as described above.

Duidelijk zal zijn dat het rechter uiteinde van de tweede pan 40 over het vleugel gedeelte 11 van het voorgaande afdichtelement 2 zal worden aangebracht. Deze procedure wordt herhaald totdat de nok gereed is. Gezien in figuur 1 zal ook duidelijk zijn dat de ribben 10 van de 25 elementen 2 een doeltreffende afdichting verschaffen over de lengte van naburige nokpannen 40 waarbij de kanalen 15, 16, 19 en 20 middelen verschaffen waarmee verzekerd kan worden dat regenwater enz. niet doordringt in de dakruimte.It will be clear that the right-hand end of the second pan 40 will be fitted over the wing portion 11 of the previous sealing element 2. This procedure is repeated until the cam is ready. As seen in Figure 1, it will also be appreciated that the ribs 10 of the 25 elements 2 provide effective sealing along the length of adjacent ridge pans 40, the channels 15, 16, 19 and 20 providing means to ensure that rainwater etc. does not penetrate in the roof space.

Binnen de omvang van de uitvinding kunnen veranderingen worden 30 aangebracht, bijvoorbeeld kunnen de afdichtelementen 2 meer dan drie aan elkaar grenzende gedeelten bevatten en kunnen de elementen 2 vervaardigd zijn van elk geschikte materiaal.Within the scope of the invention, changes may be made, for example, the sealing elements 2 may contain more than three adjacent portions and the elements 2 may be made of any suitable material.

Ook binnen de omvang van de onderhavige uitvinding valt de toepassing van het nieuwe afdichtelement bij mansardepannen of conventionele 35 nokpannen.Also within the scope of the present invention is the use of the new sealing element with mansard tiles or conventional ridge tiles.

.8801558.8801558

Claims

1. Elongated smooth sealing member with at least one hinge section, which member is suitable for forming a seal between adjacent pans as described above wherein the hinge sections connect adjacent adjacent portions of the member so that in use the relative locations of the adjacent parts can be adjusted according to the cross-section of the pans using the sealing element, characterized in that the element has a cross-sectional shape of an inverted "T", the vertical leg of the "Τ'1 being suitable for to be placed in use between the end faces of neighboring pans with the opposing side arms of the 'T' shaped member placed under respective end portions of said pans.

Sealing element according to claim 1, with three such adjoining sections connected by two hinge sections.

Sealing element according to any one of claims 1 and 2, with ribs extending along its side arms to form drains in use in said elements, the ribs associated with each adjacent portion being aligned with respect to the other, or essentially aligned.

Sealing element according to any one of the preceding claims, wherein the element is a molded article of plastic material with a thin section.

Sealing element according to claim 4, wherein the molded plastic object is blow molded from polyvinyl acetate or the like. .8801558