NL8800712A - Opslaginrichting voor in het bijzonder compact-discs. - Google Patents

Description

« ) D HO/AM/1

OPSLAGINRICHTING VOOR IN HET BIJZONDER COMPACT-DISCS

De uitvinding heeft betrekking op een opslaginrich-ting voor platte voorwerpen, in het bijzonder houders voor compact discs, videocassettehouders en audiocassettehouders, omvattende een bakvormig bodemgedeelte met opstaande wandde-05 len en afstandhouders op twee overliggende wanddelen.

Een dergelijke opslaginrichting is bekend en in de handel verkrijgbaar. Deze wordt gebruikt om compact discs bij de gebruiker op ordelijke wijze op te bergen, De bekende opslaginrichting heeft enkele bezwaren. Het is alleen mogelijk 10 hetzij zogenaamde dubbele compact discs of zogenaamde enkele compact discs op te slaan. De opslagmogelijkheden worden bepaald door de onderlinge afstand van de afstandhouders waartussen de enkele respectievelijk de dubbele compact disc wordt vastgehouden. Voorts is de bekende opslaginrichting 15 uitsluitend bruikbaar voor de opslag van een compact disc en niet voor bijvoorbeeld videocassettehouders en audiocassettehouders .

Het is het doel van de uitvinding een opslaginrichting van de in de aanhef genoemde soort zodanig te verbeteren 20 dat deze universeler toepasbaar wordt.

Dit wordt volgens de uitvinding bereikt doordat de afstandhouders worden gevormd door afzonderlijk losmaakbaar met de wanddelen verbonden, van die wanddelen uitstekende elementen.

25 Volgens een voorkeursuitvoering wordt elk element gevormd door een penvormig uitsteeksel vertonend, rechthoekig plat orgaan, dat inschuifbaar is in een sleuf in het wand-deel.

Bij voorkeur is het penvormig uitsteeksel in dwars-30 doorsnede asymmetrisch en kan het rechthoekige platte orgaan .8800712 4 ¥ -2- naar keuze in elke van de mogelijke standen in een sleuf worden geschoven.

Dit maakt een grote mate van flexibiliteit in het gebruik mogelijk. Afhankelijk van de gewenste afstand tussen 05 opeenvolgende afstandhouders kan de stand van het rechthoekige platte orgaan worden bepaald, zodat, dankzij de asymmetrie in dwarsdoorsnede van het uitsteeksel, een instelbare afstand tussen de afstandhouders wordt verkregen.

Bij voorkeur worden de wanddelen gevormd door 10 strookvormige elementen, die naar keuze op één van een aantal plaatsen op het bodemgedeelte kunnen worden aangebracht. Dit maakt het mogelijk in het bodemgedeelte meerdere rijen houders voor compact discs en dergelijke onder te brengen.

Het strookvormige element is bij voorkeur hoekvor-15 mig van één van de zijden waarvan een getand penvormig uitsteeksel uitsteekt, hetwelk vergrendelbaar is in een in het bodemgedeelte aangebrachte opening.

Ter vergroting van de stabiliteit kan het penvormige uitsteeksel de hele afstand tussen overliggende wanden 20 overbruggen.

De uitvinding wordt aan de hand van een uitvoe-ringsvoorbeeld volgens de tekeningen verduidelijkt. In de tekeningen toont:

Fig. 1 een perspectivisch bovenaanzicht van de op-25 slaginrichting volgens de uitvinding,

Fig. 2 een doorsnedeaanzicht volgens de lijn II-II uit fig. 1,

Fig. 3 een perspectivisch aanzicht van de afstandhouder volgens de uitvinding, 30 Fig. 4 een weggebroken perspectief van een andere opslaginrichting volgens de uitvinding,

Fig. 5 een perspectivisch aanzicht volgens de pijl V uit fig. 4, en

Fig. 6 een perspectivisch aanzicht van een afstand-35 houder volgens een variant van de uitvinding.

De opslaginrichting 1 voor platte voorwerpen 2,3, bijvoorbeeld een houder voor enkelvoudige of een houder voor dubbele compact discs, videocassettehouder en audiocassette-houder wordt gevormd door een bakvormig bodemgedeelte 4. Het .6800712 4k * -3- bodemgedeelte vertoont opstaande wanddelen 5, 6 en 7, 8. Op de wanddelen 5, 6 zijn afstandhouders 9 respectievelijk 10 geplaatst. Deze afstandhouders (zie ook fig. 3) worden gevormd door een plat rechthoekig orgaan 11 en een daarvan uit-05 stekend uitsteeksel 12. De uitsteeksels kunnen naar keuze in één van de daartoe bestemde sleuven 13 in de wanddelen worden geschoven en zijn door de zwaluwstaartvormige vorm van het orgaan 11 en de sleuf 13 stevig daarin vergrendeld. Door keuze van de sleuf waarin de afstandhouders worden geschoven kan 10 de onderlinge afstand van opeenvolgende afstandhouders, bijvoorbeeld 18 en 19 worden bepaald zodanig dat daartussen een houder met een bepaalde dikte kan worden opgenomen (zie fig.

2). Door gebruik te maken van in doorsnede asymmetrisch gevormde penvormige uitsteeksels 12 (zie fig. 3) en door het 15 platvormige orgaan ll naar keuze in één van de vier mogelijke standen in de sleuf 13 aan te brengen, bestaat (fig. 2) een grotere variëteitmogelijkheid in de afstand tussen afstandhouders onderling. De opslaginrichting wordt op deze wijze universeel toepasbaar voor houders van verschillende dikte.

20 Door de wanddelen 14, 15 losmaakbaar als afzonder lijk element te kiezen (fig. 4) en met het getande penvormige uitsteeksel 16 in daartoe aanwezige openingen in het bodemge-deelte te vergrendelen, kunnen meerdere opslagmogelijkheden naast elkaar (fig. 4) in de opslaginrichting worden verkre-25 gen.

Voorts is het mogelijk gebruik te maken van afstandhouders welke de totale afstand tussen overliggende zijden overbruggen, zoals de afstandhouder 17 uit fig. 6. Hierdoor kan de stabiliteit worden vergroot.

.8800712

Claims (7)

1. Opslaginrichting (1) voor platte voorwerpen (2,3), in het bij zonder houders voor compact discs, videocas-settehouders en audiocassettehouders, omvattende een bakvormig bodemgedeelte (4) met opstaande wanddelen (5,6,7,8) en 05 afstandhouders (9,10) op twee overliggende wanddelen (5,6), met het kenmerk, dat de afstandhouders (9,10) worden gevormd door afzonderlijk losmaakbaar met de wanddelen verbonden, van die wanddelen uitstekende elementen.

2. Opslaginrichting volgens conclusie 1, met het 10 kenmerk, dat elk element wordt gevormd door een penvormig uitsteeksel (12) vertonend rechthoekig plat orgaan (11) dat inschuifbaar is in een sleuf (13) in het wanddeel.

3. Opslaginrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het penvormig uitsteeksel (12) in dwarsdoorsnede 15 asymmetrisch is en het rechthoekige platte orgaan (11) naar keuze in elke van de mogelijke standen in een sleuf (13) kan worden geschoven.

4. Opslaginrichting volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat wanddelen (14,15) worden gevormd door strookvor- 20 mige elementen, die naar keuze op één van een aantal plaatsen op het bodemgedeelte kunnen worden aangebracht.

5. Opslaginrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het strookvormige element (14) hoekvormig is, van één van de zijden waarvan een getand penvormig uitsteek- 25 sel (16) uitsteekt, hetwelk vergrendelbaar is in een in het bodemgedeelte aangebrachte opening.

6. Opslaginrichting volgens conclusies 2-5, met het kenmerk, dat het penvormig uitsteeksel (17) de gehele afstand tussen overliggende wanddelen overbrugt. 30

7. Rechthoekig plat orgaan (11) met penvormige uit steeksel (12) ten gebruike bij de opslaginrichting (l) volgens conclusies 1-6. . 88 0 07 1 2.