NL8800467A - Ballastafvoersysteem. - Google Patents

Description

J9

W

-1- vo 1048

Ballastafvoersysteem.

De uitvinding heeft betrekking op een ballastafvoer-systeem voor het afvoeren van ontgraven ballastmateriaal in de lengterichting van het spoor, waaruit het ballastmateriaal afkomstig is, bestaande uit een reeks gekoppelde 5 wagons, omvattende tenminste een ballastontvangstwagon met vulstation voor het achtereenvolgens vullen.van ballastcontainerbakken, een reeks lege containerbakken, welke één voor één aan het vulstation kunnen worden toegevoerd, een stel opslagwagons voor het daarop plaatsen 10 van met ballastmateriaal gevulde containerbakken, middelen voor het toevoeren van lege containerbakken aan het vulstation en middelen voor het in transportrichting afvoeren van met ballast gevulde containerbakken.

Het ballastbed van een spoorweg raakt in de 15 loop der tijd verontreinigd en moet dan ook met een frequentie van eens in de 10 a 15 jaar worden vervangen.

Het ballastbed wordt dan, doorgaans onder de spoorwegrail weggegraven en gefilterd, waarbij het nog bruikbare ballastmateriaal opnieuw in het ballastbed wordt aange-20 bracht en het verontreinigde ballastmateriaal moet worden afgevoerd. Een probleem bij deze werkzaamheden is dat het treinverkeer op het naast liggende spoor niet mag worden gehinderd, zodat het ballastmateriaal moet worden afgevoerd over hetzelfde spoor waaronder 25 het ballastbed wordt weggegraven. De hoeveelheid af te voeren ballastmateriaal hangt af van de mate van verontreiniging van het ballastbed en kan liggen tussen 30-75% van het ontgraven ballastmateriaal, zulks afhankelijk van o.a. de frequentie waarmee het ballastbed 30 wordt gereinigd.

Voor het afvoeren van dit ballastmateriaal zijn diverse ballastafvoersystemen bekend. Het hierboven 8800467 % -2- omschreven ballastafvoersysteem is bekend uit een brochure "Fortschritt im Gleisbau" van de fa. Plasser & Theurer, en daarin aangeduid met de titel "Abraumverladeanlage mit Behaltern". Bij dit systeem worden zowel de lege 5 alsook de volle containerbakken geplaatst op opslagwagons, waarbij tenminste één portaalkraan aanwezig is, verrijdbaar over op deze opslagwagons aangebrachte rails om een lege container naar het vulstation te brengen en deze vervolgens weer in gevulde toestand af te voeren naar 10 een opslagwagon. Dit roept reeds onmiddelijk het probleem op dat er geen sprake kan zijn van het continu vullen van lege containerbakken omdat een gevulde containerbak met behulp van een portaalkraan eerst moet worden afgevoerd en vervolgens een lege containerbak naar de vulinrichting 15 moet worden getransporteerd en onder de vulinrichting moet worden geplaatst. Indien een groot aantal opslagwagons in het ballastafvoersysteem is opgenomen wordt de transpor ttijd te lang, zodat met meer dan één portaalkraan wordt gewerkt, welke portaalkraan een lege resp. gevulde 20 containerbak aan elkaar overgeven. Dit leidt weer tot relatief gecompliceerde en vooral dure portaalkranen.

De uitvinding beoogt een ballastafvoersysteem van het bovenomschreven type te verschaffen, dat continu kan werken en is opgebouwd uit relatief eenvoudige 25 systeemcomponenten. Het ballastafvoersysteem volgens de uitvinding is daartoe gekenmerkt doordat de ballastont-vangstwagon is voorzien van een reeks in elkaar stapelbare, lege containerbakken, welke één voor één toevoerbaar zijn aan het vulstation, dat zich in materiaaltransport-30 richting aan het achtereinde van de ballastontvangstwagon bevindt en waarheen het ballastmateriaal door middel van een transporteur vanaf de voorzijde van de ontvangst-wagon transporteerbaar is.

Op deze wijze heeft men de lege containerbakken 35 gescheiden van de gevulde containerbakken, waarbij de lege containerbakken voor het vulstation op bijzondere . 88 0 0467 I* -3- wijze worden opgeslagen. Na het vullen van een containerbak in het vulstation kan de gevulde containerbak in transportrichting worden afgevoerd. Lege en volle contai-nerbakken hoeven elkaar daarbij niet meer te passeren 5 en het gehele proces kan zich derhalve op één niveau zijnde het laadvloerniveau van de wagons afspelen.

De containerbakken steunen op rollen/ hebben schuin oplopende zijkanten en een afgeschuinde voorzijde, waarbij de ballastontvangstwagon is voorzien van een 10 onder een scherpe hoek schuin geplaatste oploopsteun, waartegen de onderste containerbak van de stapel in de opslagpositie met zijn rollen steunt, terwijl de overige containerbakken in de opslagpositie met hun rollen steunen op de bodem van de voorgaande containerbak, 15 in welke positie de voorste rand van de afgeschuinde voorzijde van elke containerbak grijpt achter blokkeernok-ken, die op de bodem van de ontvangstwagon zijn geplaatst.

Door de vorm van de containerbakken en de schuine plaatsing van een stapel lege containerbakken op de 20 ballastontvangstwagon kan een groot aantal containerbakken op de ballastontvangstwagon worden geplaatst. Op een ballastontvangstwagon kunnen in de praktijk voldoende containerbakken worden gestapeld om 90 ton ballastmateriaal op te nemen. Voor het verplaatsen van de containerbakken 25 is de ontvangstwagon voorzien van rijplaten met opstaande zijkanten, waarbij de middelen voor het in transportrichting afvoeren van een gevulde containerbak bestaan uit twee door een hydromotor aandrijfbare wrijvingsrollen, welke op de bodem van de containerbak aangrijpen.

30 De opslagwagons van het ballastafvoersysteem bestaan uit standaardwagons met platte laadvloer, waarop rijplaten met opstaande zijkanten zijn aangebracht, welke aansluiten op de rijplaten van de voorgaande ontvangst- of opslagwagon, waarbij de lengte van de 35 containerbakken zodanig is gekozen dat de lengte van één opslagwagon een geheel veelvoud is van de lengte . 8800467 -4- van een containerbak, terwijl elke opslagwagon verder is voorzien van tenminste twee elk door een hydromotor aandrijfbare wrijvingsrollen, die een geheel aantal onderling gekoppelde containerbakken kunnen transporteren 5 naar de volgende opslagwagon.

Om meer dan 90 ton ballastmateriaal te kunnen afvoeren is het nodig meer lege containerbakken beschikbaar te hebben dan op de ballastontvangstwagon kunnen worden gestapeld. In dat geval kunnen in het ballastafvoersysteem 10 één of meer ballastdoorvoerwagons worden opgenomen, welke tussen een ontvangst- en een opslagwagon koppelbaar zijn, welke doorvoerwagons zijn voorzien van een reeks lege, gestapelde containerbakken, een vulstation met een transporteur, welke kan aansluiten op de tweede 15 transporteur van de ontvangstwagon, waarbij na het vullen van alle containerbakken met ballastmateriaal de doorvoerwagons als opslagwagon kan fungeren.

Een uitvoeringsvorm van het ballastafvoersysteem volgens de uitvinding wordt aan de hand van de tekening 20 nader toegelicht. Hierin toont: fig. la een ballastafvoersysteem in zijn eenvoudigste vorm, schematisch weergegeven; fig. lb een ballastafvoersysteem met doorvoerwagons, schematisch weergegeven, voor het geval dat meer dan 25 90 ton ballastmateriaal moet worden afgevoerd; fig. 2 een ballastontvangstwagon van het systeem; fig. 3 een ballastdoorvoerwagon van het systeem; fig. 4 een ballastopslagwagon; en fig. 5 een vooraanzicht van een ballastontvangstwa-30 gon volgens fig. 2 resp. een ballastdoorvoerwagon volgens fig. 3.

In fig. la is het ballastafvoersysteem in zijn eenvoudigste vorm schematisch weergegeven. De ontvangstwagon 1 bevindt zich nabij de plaats, waar het ballastmate-35 riaal uit het ballastbed wordt ontgraven. Met behulp van een ontgravingsinrichting 3, die 8800467 -5- het onbruikbare ballastinateriaal stort op een transporteur van de ontvangstwagon 1. Deze transporteur voert het af te voeren ballastinateriaal naar een vulstation, aan het einde van de ontvangstwagon 1. Onder dit vulstation 5 is een lege containerbak geplaatst. Links van dit vulstation bevindt zich een stapel lege containerbakken, die één voor één in horizontale toestand kunnen worden gebracht en naar het vulstation kunnen worden getransporteerd. Na het vullen van een containerbak wordt deze 10 over op de ontvangstwagon aanwezige rijplaten getransporteerd naar een opslagwagon 2, waarvan er in fig. la twee zijn weergegeven. Het zal duidelijk zijn dat er evenveel opslagwagons in het ballastafvoersysteem zijn opgenomen als nodig is voor het daarop plaatsen van 15 gevulde containerbakken. De (niet weergegeven) locomotief bevindt zich rechts van de achterste opslagwagon.

In fig. lb is een uitvoeringsvorm van het ballastafvoersysteem weergegeven, geschikt voor ontgravingen van het ballastbed over een lang traject, waarbij meer 20 dan 90 ton ballastinateriaal moet worden af gevoerd.

Tussen de ontvangstwagon 1 en de opslagwagons 2 zijn twee ballastdoorvoerwagons aangebracht, welke in principe op dezelfde wijze zijn ingericht als een ballastontvangst-wagon 1. Het enige verschil tussen de doorvoerwagon 25 4 en de ontvangstwagon 1 wordt gevormd door de positie van het begin van de boven de stapel containerbakken aangebrachte transporteur, die bij een doorvoerwagen 4 aansluit op het einde van de transporteur van de voorgaande ontvangstwagon 1 resp. de voorgaande doorvoer-30 wagon 4. Bij het begin van de werkzaamheden wordt het af te voeren ballastinateriaal gestort in de ontvangstin-richting van de ontvangstwagon 1 en vervolgens via transporteurs doorgeleid naar het vulstation van de achterste doorvoerwagon 4. Indien alle containerbakken 35 van de achterste doorvoerwagon 4 met ballastinateriaal zijn gevuld fungeert deze doorvoerwagon als opslagwagon .8800467 at -6- en wordt het af te voeren ballastmateriaal toegevoerd aan de vulinrichting van de voorgaande doorvoerwagon 4. Nadat alle containerbakken van deze doorvoerwagon 4 zijn verbruikt gaat ook deze doorvoerwagon als opslagwagon 5 fungeren en wordt het af te voeren ballastmateriaal toegevoerd aan het vulstation van de ontvangstwagon 1.

De grondverzetmachines 5 voeren het af te voeren ballastmateriaal toe aan de ontvangstinrichting van de ontvangstwagon 1. Grondverzetmachines 5 worden in plaats van 10 de ontgravingsinrichting 3 gebruikt indien niet alleen het ballastbed onder de spoorrails moet worden vervangen maar ook het spoor zelf dient te worden vernieuwd.

De ballastontvangstwagon 1 is weergegeven in de fign. 1 en 5. Deze ballastontvangstwagon bestaat 15 uit een standaardwagon 6 met platte laadvloer, waarop een schuin geplaatste oploopsteun 7 is aangebracht.

Deze oploopsteun 7 dient als ondersteuning voor een stapel 8 van lege containerbakken 9, die in schuine stand, in elkaar geschoven op de ontvangstwagon zijn 2 0 aangebracht. Een lege containerbak 9 bestaat uit een vlakke bodem 26, schuin oplopende zijkanten 20 en een afgeschuinde voorzijde 25. Aan de onderzijde zijn vier rollen 22 aangebracht. In de gestapelde toestand rusten de rollen 21 van een containerbak op de bodem van de 25 voorgaande containerbak in de stapel 8. Om de containerbakken in deze schuine opslagpositie te blokkeren zijn op de bodem van de ontvangstwagon 1 blokkeernokken 12 aangebracht, waar achter de rand van de afgeschuinde voorzijde 25 van een containerbak 9 in de opslagpositie 30 kan grijpen. Om de containerbakken uit de opslagpositie te kunnen verplaatsen naar de vulpositie onder het vulstation 10 is een hydraulisch bedienbare loopkraan 11 aanwezig, die de voorste containerbak uit de stapel 8 boven de blokkeernokken 12 kan optillen en vervolgens 35 kan geleiden naar de vulpositie onder het vulstation 10. Op de laadbodem van de ontvangstwagon is een portaal- . a a o 0 4 67 -7-.

constructie aangebracht, die dient als ondersteuning voor een lange kettingtransporteur 14, die boven over de stapel lege containerbakken loopt vanaf de voorzijde van de ontvangstwagon 1 naar het aan de achterzijde 5 daarvan aanwezige vulstation 10. De lange kettingtransporteur 14 wordt gevoed door een schuin omhoog lopende korte kettingtransporteur 15, die van een ontvangstinrich-ting of vultrechter 16 is voorzien en die aan de voorzijde van de ontvangstwagon 1 is gemonteerd op een sleeconstruc-10 tie 18, voorzien van een kantelinrichting 17. In fig. 2 is de korte kettingtransporteur 15 in de werkstand aangegeven. In de transportpositie wordt de transporteur 15 met behulp van een sleeconstructie 18 naar voren (in de tekening naar links) geschoven zodanig dat het 15 uiteinde van de korte transporteur 15 het voorste einde van de lange transporteur 14 kan passeren, waarna de korte transporteur 15 in benedenwaartse richting kan worden gekanteld en vervolgens horizontaal kan worden teruggeschoven zodat in de transportpositie de transpor-20 teur 15 niet buiten de standaardwagon 6 uitsteekt.

Onder het vulstation 10 bevindt zich op de bodem van de standaardwagon een tweetal aandrijfrollen 13, die elk afzonderlijk aandrijfbaar zijn door middel van een hydromotor 23. De aandrijfrollen 13 zijn uitge-25 voerd als wrijvingsrollen en liggen aan tegen de bodem 26 van een onder het vulstation 10 geplaatste container-bak 9. Wanneer deze containerbak met af te voeren ballast-materiaal is gevuld worden de aandrijf- of wrijvingsrollen 13 aangedreven waardoor de nu gevulde containerbak 30 over de rijplaten 21 wordt weggetransporteerd naar een op het ontvangststation 1 aansluitende en daarmee gekoppelde opslagwagon 2.

Deze opslagwagon 2 bestaat eveneens uit een platte standaardwagon 6, voorzien van rijplaten 21 35 die kunnen worden aangesloten op de rijplaten van een voorgaande en een volgende wagon. Op de voorzijde van .8800467 * -8- een dergelijke opslagwagon 2, gezien in de materiaaltrans-portrichting, is eveneens een tweetal aandrijfrollen 13 aangebracht, elk aangedreven door een bijbehorende hydromotor 23.

5 De lengte van de containerbakken is zodanig gekozen dat een geheel aantal containerbakken, in dit geval vijf een opslagwagon 2 volledig vullen. De op één opslagwagon 2 aanwezige containerbakken worden met elkaar gekoppeld waardoor een treintje van vijf 10 gevulde containerbakken wordt gevormd. Dit heeft het voordeel dat bij aandrijving van één van deze containerbakken met behulp van de aandrijfrollen 13 het uit vijf containerbakken bestaande treintje in de transport-richting in beweging kan worden gezet. Zodra de achterste 15 containerbak 9 van dit treintje van vijf containerbakken is losgekomen van de aandrijfrollen 13 is de voorste containerbak van dit treintje in contact gekomen met de op de achterzijde van de volgende opslagwagon aangebrachte aandrijfrollen. Een treintje van vijf container-20 bakken kan op deze wijze worden getransporteerd naar de laatste, lege opslagwagon 2 behorende tot het ballastaf voersysteem .

Omdat een ballastontvangstwagon 1 slechts een beperkt aantal lege containerbakken kan bevatten, voldoende 25 voor het afvoeren van 90 ton ballastmateriaal is het wenselijk het aantal lege containerbakken te kunnen uitbreiden indien meer dan 90 ton ballastmateriaal moet worden afgevoerd. In dat geval kan aan het systeem een ballastdoorvoerwagon worden toegevoegd zoals weerge-30 geven in fig. 3. De ballastdoorvoerwagon 4 kan in het systeem worden opgenomen tussen een ontvangstwagon 1 en een opslagwagon 2. De constructie van een ballastdoorvoerwagon 4 is nagenoeg identiek aan die van een ontvangstwagon 1, zoals uit een vergelijking van de 35 fign. 2 en 3 onmiddellijk duidelijk is. Bij een doorvoer-wagon 4 ontbreekt de schuin oplopende korte kettingtrans- 880 0467 * -9- porteur 15 en de bijbehorende sledeconstructie 18 met kantelinrichting 17. De lange kettingtransporteur 14 van de doorvoerwagon 4 is aan het vooreinde daarvan verlaagd aangebracht, zodanig dat dit voorste einde 5 komt te liggen onder het achterste uiteinde van de lange kettingtransporteur 14 van de ontvangstwagon 1 en daaruit materiaal kan overnemen teneinde dit te transporteren naar het vulstation 10, aangebracht aan. het achtereinde van de doorvoerwagon 4. Uit fig. lb 10 blijkt dat in het systeem evenveel ballastdoorvoerwagons 4 kunnen worden opgenomen als nodig is voor het afvoeren van de hoeveelheid af te voeren ballastmateriaal.

In fig. 5 is het vooraanzicht van een ontvangstwagon 1 resp. van een doorvoerwagon 2 getekend binnen 15 het voorgeschreven beladingsprofiel B, aangegeven in streepstippellijnen, terwijl verder met getrokken lijnen het profiel A van de vrije ruimte is weergegeven.

.8860467

Claims (8)

1. Ballastafvoersysteem voor het afvoeren van ontgraven ballastmateriaal in de lengterichting van het spoor, waaruit het ballastmateriaal afkomstig is, bestaande uit een reeks gekoppelde wagons, omvattende: 5. tenminste een ballastontvangstwagon met vulstation voor het achtereenvolgens vullen van ballastcontainer-bakken - een reeks lege containerbakken welke één voor één aan het vulstation kunnen worden toegevoerd 10. een stel opslagwagons voor het daarop plaatsen van met ballastmateriaal gevulde containerbakken - middelen voor het toevoeren van lege containerbakken aan het vulstation, en - middelen voor het in transportrichting afvoeren van 15 met ballast gevulde containerbakken met het kenmerk, dat de ballastontvangstwagon (1) is voorzien van een reeks in elkaar stapelbare, lege containerbakken (9) welke één voor één toevoerbaar zijn aan het vulstation (10), dat zich in materiaaltransportrich-20 ting aan het achtereinde van de ballastontvangstwagon (1) bevindt en waarheen het ballastmateriaal door middel van een transporteur (14, 15) vanaf de voorzijde van de ontvangstwagon (1) transporteerbaar is.

2. Ballastafvoersysteem volgens conclusie 1, met 25 het kenmerk, dat de containerbakken (9) steunen op rollen (22), schuin oplopende zijkanten (20) hebben en een afgeschuinde voorzijde (25), waarbij de ballastontvangstwagon (1) is voorzien van een onder een scherpe hoek schuin geplaatste oploopsteun (7) waartegen de 30 onderste containerbak van de stapel in de opslagpositie (8) met zijn rollen (22) steunt terwijl de overige containerbakken in de opslagpositie met hun rollen (22) steunen op de bodem (26) van de voorgaande containerbak, in welke positie de voorste rand van de afgeschuinde .88 0 04 67 Λ ft -11- voorzijde (25) van elke cöntainerbak (9) grijpt achter blokkeernokken (12) die op de bodem van de ontvangstwagon (1) zijn geplaatst.

3. Ballastafvoersysteem volgens conclusies 1-2, 5 met het kenmerk, dat de middelen voor het toevoeren van lege containerbakken (9) aan het vulstation (10) bestaan uit een hydraulisch bedienbare loopkraan (11), welke de voorzijde (25) van een cöntainerbak (9) in opslagpositie kan optillen tot boven de blokkeernokken 10 (12) en deze cöntainerbak (9) vervolgens kan geleiden naar het vulstation (10).

4. Ballastafvoersysteem volgens de conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de ontvangstwagon (1) is voorzien van rijplaten (21) met opstaande zijkanten (24), over 15 welke rijplaten (21) de containerbakken (9) kunnen rijden, waarbij de middelen voor het in transportrichting afvoeren van een gevulde cöntainerbak (9) bestaan uit twee door een hydromotor (23) aandrijfbare wrijvingsroliën (13) , welke aangrijpen op de bodem (26) van een container-20 bak (9) .

5. Ballastafvoersysteem volgens de conclusies 1-4, met het kenmerk, dat de ontvangstwagon (1) aan de voorzijde is voorzien van een kantelbare, op een sledecon-structie (18) gemonteerde eerste ballastmateriaaltranspor- 25 teur (15) en een daarop aansluitende tweede transporteur (14) , welke het ballastmateriaal boven de lege, gestapelde containerbakken (8, 9) kan toevoeren aan het vulstation (10).

6. Ballastafvoersysteem volgens één der conclusies 1-5, met het kenmerk, dat de opslagwagons (2) bestaan 30 uit standaardwagons (6) met platte laadvloer, waarop rijplaten (21) met opstaande zijkanten (24) zijn aangebracht, welke aansluiten op de rijplaten (21) van de voorgaande ontvangst- of opslagwagon (2), waarbij de lengte van de containerbakken (9) zodanig is gekozen 35 dat de lengte van een opslagwagon (2) een geheel veelvoud is van de lengte van een cöntainerbak (9) terwijl elke .8800467 -12- ops lagwagon (2) verder is voorzien van tenminste twee elk door een hydromotor (23) aandrijfbare wrijvingsrollen (13) die een geheel aantal onderling gekoppelde container-bakken (9) kunnen transporteren naar de volgende opslag- 5 wagon (2).

7. Ballastafvoersysteem volgens één der conclusies 1-6, met het kenmerk, dat het systeem één of meer ballast-doorvoerwagons (4) omvat, welke tussen een ontvangst-(l) en een opslagwagon (2) koppelbaar zijn, welke doorvoerwa-10 gons (4) zijn voorzien van een reeks lege gestapelde containerbakken (9), een vulstation (10) en een transporteur (14), welke kan aansluiten op de tweede transporteur (14) van de ontvangstwagon (1) waarbij na het vullen van alle lege containerbakken (9) met ballastmateriaal 15 de doorvoerwagon (3) als opslagwagon (2) kan fungeren.

.8&00467