NL8701775A - TORQUE VALVE. - Google Patents

TORQUE VALVE. Download PDF

Info

Publication number
NL8701775A
NL8701775A NL8701775A NL8701775A NL8701775A NL 8701775 A NL8701775 A NL 8701775A NL 8701775 A NL8701775 A NL 8701775A NL 8701775 A NL8701775 A NL 8701775A NL 8701775 A NL8701775 A NL 8701775A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
valve
transmission
valve body
shifting
recesses
Prior art date
Application number
NL8701775A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Dana Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Dana Corp filed Critical Dana Corp
Publication of NL8701775A publication Critical patent/NL8701775A/en

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60KARRANGEMENT OR MOUNTING OF PROPULSION UNITS OR OF TRANSMISSIONS IN VEHICLES; ARRANGEMENT OR MOUNTING OF PLURAL DIVERSE PRIME-MOVERS IN VEHICLES; AUXILIARY DRIVES FOR VEHICLES; INSTRUMENTATION OR DASHBOARDS FOR VEHICLES; ARRANGEMENTS IN CONNECTION WITH COOLING, AIR INTAKE, GAS EXHAUST OR FUEL SUPPLY OF PROPULSION UNITS IN VEHICLES
    • B60K17/00Arrangement or mounting of transmissions in vehicles
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16HGEARING
    • F16H63/00Control outputs from the control unit to change-speed- or reversing-gearings for conveying rotary motion or to other devices than the final output mechanism
    • F16H63/02Final output mechanisms therefor; Actuating means for the final output mechanisms
    • F16H63/30Constructional features of the final output mechanisms
    • F16H63/34Locking or disabling mechanisms
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16HGEARING
    • F16H59/00Control inputs to control units of change-speed-, or reversing-gearings for conveying rotary motion
    • F16H59/02Selector apparatus
    • F16H59/04Ratio selector apparatus
    • F16H59/045Ratio selector apparatus consisting of fluid valves
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16HGEARING
    • F16H61/00Control functions within control units of change-speed- or reversing-gearings for conveying rotary motion ; Control of exclusively fluid gearing, friction gearing, gearings with endless flexible members or other particular types of gearing
    • F16H61/22Locking of the control input devices

Description

m q - -1- 26626/CV/jkm q - -1- 26626 / CV / jk

Korte aanduiding: KoppelklepShort designation: Coupling valve

De huidige uitvinding heeft betrekking op een vierweg, twee standen, mechanische koppel luchtklep en meer in het bijzonder op 5 een dergelijke klep aangepast om in antwoord op stuurdruksignalen zijn zuigerstand te verschuiven en daardoor selectief luchtdruk te verkrijgen voor het verschuiven van de reekssectie van een voertuigoverbrenging op die tijdstippen, dat de hoofdsectie van de overbrenging in neutrale stand is en welke verschuifluchtdruk bijdraagt in afdichten van de klep.The present invention relates to a four-way, two-position, mechanical torque air valve and more particularly to such a valve adapted to shift its piston position in response to control pressure signals and thereby selectively obtain air pressure for shifting the series section of a vehicle transmission at those times, that the main section of the transmission is in neutral position and that shifting air pressure contributes to valve sealing.

10 Het Amerikaanse octrooi 3.229.551 openbaart een schuifmechanisme voorzien van een koppelklep evenals de Amerikaanse octrooischriften 3.393.US patent 3,229,551 discloses a sliding mechanism with a coupling valve as well as US patents 3,393.

586, 4.445.393, 4.448.094 en 4.550.627. Geen van deze publicaties openbaart echter een afzonderlijke grendelpen overeenkomend met ieder van de hoofd-schuifrails van de overbrenging om de klepspoel te vergrendelen in positie 15 indien een van de hoofdschuifrails uit de neutrale stand wordt bewogen.586, 4,445,393, 4,448,094 and 4,550,627. However, neither of these publications discloses a separate locking pin corresponding to each of the transmission main slide rails to lock the valve spool in position 15 when one of the main slide rails is moved out of the neutral position.

Aanvullend heeft de klepspoel volgens de huidige uitvinding een in de klepspoel tegengehouden klepschuif en iets dergelijks blijkt niet te zijn geopenbaard in de stand van de techniek.Additionally, the valve spool of the present invention has a valve slider retained in the valve spool, and the like has not been disclosed in the prior art.

De huidige uitvinding heeft betrekking op een vierweg, tweestanden 20 mechanische gekoppelde luchtklep aangepast voor het selectief verkrijgen van luchtdruk om de reekssectie van een voertuigoverbrenging te verschuiven.The present invention relates to a four-way, two-position mechanically coupled air valve adapted to selectively obtain air pressure to shift the series section of a vehicle transmission.

De klep heeft een algemeen cylindrische spoel welke axiaal verschuifbaar is binnen een kleplichaam bij de aanbrenging op de afwisselende einden daarvan van stuur of schuifluchtdruk terwijl luchtdruk van het 25 tegenoverliggende einde van de spoel uitlatend. De bovenzijde van de spoel is uitgerust met een centraal uitgespaarde plaats binnen welke een schuif wordt gehouden. De schuif heeft een luchtdoortocht daarin en is aangepast om verbinding tot stand te brengen tussen een inlaatpoort, verbonden met een bron van onder druk staande lucht en een van twee 30 uitlaatdelen, verbonden met het schuifmechanisme van de reekssectie. De bepaalde uitlaatpoort, welke wordt aangesloten, hangt af van de stand van de schuif. De schuif wordt omhoog gedrongen tegen het binnenoppervlak van het kleplichaam, dat de inlaat-en uitlaatpoort bevat, door middel van een verend orgaan in de vorm van een verende ring, samengedrukt 55 tussen de bodem van de schuif en de naburige klepspoel. Aanvullend is een luchtdoortocht gevormd door de schuif vanaf het kleinere oppervlak aan de bovenzijde van de schuif naar het grote oppervlak aan de onderzijde van de schuif, zodat de door de schuif bewegende luchtdruk ook de schuif omhoog dringt in afdichtende ingrijping met het binnenoppervlak van het 8170 17 7 5 -2- 26626/CV/jk kleplichaam, dat de inlaat-en uitlaatpoorten bevat. De onderzijde van de spoel is gevormd met vier uitgespaarde gebieden, welke samenwerken met drie verticale grendelpennen, die verlopen door de klepbodem. De pennen worden bediend door beweging van de daarmee samenhangende 5 schuifstang om omhoog te worden bewogen in een van de uitsparingen, indien de desbetreffende schuifstang uit zijn neutrale stand wordt bewogen. Indien omhoog bewogen vergrendelt de pen de spoel in positie, zodat hij niet kan worden bewogen totdat alle drie de schuifstangen naar de neutrale stand zijn bewogen, alle drie pennen toestaande naar beneden te 2o vallen uit ingrijping met de spoel.The valve has a generally cylindrical coil which is axially slidable within a valve body when applied to its alternate ends of handlebar or sliding air pressure while releasing air pressure from the opposite end of the coil. The top of the coil is equipped with a centrally recessed space within which a slider is held. The slider has air passage therein and is adapted to establish a connection between an inlet port connected to a source of pressurized air and one of two outlet sections connected to the slider mechanism of the array section. The particular outlet port to be connected depends on the position of the slide. The slider is urged up against the inner surface of the valve body, which contains the inlet and outlet ports, by means of a resilient spring-shaped member compressed 55 between the bottom of the slider and the adjacent valve spool. Additionally, air passage is formed by the slider from the smaller surface on the top of the slider to the large surface on the bottom of the slider, so that the air pressure moving through the slider also urges the slider up into sealing engagement with the inner surface of the 8170 17 7 5 -2- 26626 / CV / jk valve body, which contains the inlet and outlet ports. The underside of the coil is formed with four recessed areas, which cooperate with three vertical locking pins extending through the valve bottom. The pins are actuated by moving the associated slide rod to be moved up into one of the recesses when the respective slide rod is moved out of its neutral position. When moved upward, the pin locks the spool in position so that it cannot be moved until all three slide rods have moved to the neutral position, allowing all three pins to drop downwardly engaging the spool.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van een in bijgaande figuren weergegeven mogelijke uitvoeringsvorm van de constructie volgens de uitvinding.The invention will be explained in more detail below with reference to a possible embodiment of the construction according to the invention shown in the accompanying figures.

Fig. 1 is een aanzicht op de klep volgens de uitvinding, ge-15 deeltelijk in dwarsdoorsnede en gedeeltelijk in aanzicht, en weergegeven in samenhang met een deel van het overbrengingshuis en drie schuifrails, die in het huis zijn opgesteld. Daarbij zijn de klepspoel en de klepschuif in getrokken lijnen weergegeven.Fig. 1 is a view of the valve according to the invention, partly in cross-section and partly in view, and shown in connection with a part of the transmission housing and three sliding rails arranged in the housing. The valve spool and the valve slide are shown in solid lines.

Fig. 2 toont een met fig. 1 overeenkomend aanzicht waarbij het 20 centrale gedeelte van de klepspoel is weggebróken en de klepschuif in dwarsdoorsnede is afgebeeld; het naburige weggebroken gedeelte van de klepspoel is ook in dwarsdoorsnede weergegeven.Fig. 2 shows a view corresponding with FIG. 1, with the central part of the valve spool broken away and the valve slide shown in cross section; the adjacent broken away portion of the valve spool is also shown in cross section.

Fig. 3 toont een aanzicht op de in fig. 1 en 2 weergegeven klep in samenhang met een deel van het huis van de overbrenging.Fig. 3 is a view of the valve shown in FIGS. 1 and 2 in conjunction with a portion of the transmission housing.

25 Fig. 4 toont een dwarsdoorsnede over fig. 2, gezien volgens de lijn IV—IV in fig. 2; de lijn 2-2 verplaatst zijnde langs zijn baan om te gaan door het hart van de klepschuif, fig. 5 toont een bovenaanzicht op de in fig. 1 afgebeelde klep met de inlaatpoort voor onder druk staande lucht en de twee afwisselende 30 uitlaatpoorten in stippellijnen weergegeven, en met 'het regelcircuit en de geregelde reeksschuifservoirotor schematisch weergegeven zijnde.FIG. 4 is a cross-sectional view of FIG. 2, taken along line IV-IV in FIG. 2; the line 2-2 being displaced along its path to pass through the center of the valve slide, Figure 5 shows a top view of the valve shown in Figure 1 with the pressurized air inlet port and the two alternating dotted exhaust ports and schematically shown with the control circuit and the controlled series slide valve motor.

In de figuren is een vierweg, twee standen vergrendelende regelklep algemeen weergegeven bij 10. Deze klep is voorzien van een in langrichting bij zijn horizontale midden gedeelte in bovenste respec-35 tievelijk onderste gedeelten 14 en 16 gespleten kleplichaam 12. In het linkereinde van het kleplichaam 12 is een plug 18 bevestigd, terwijl in het rechtereinde van het lichaam 12 een plug 20 is bevestigd.In the figures, a four-way, two-position locking control valve is generally shown at 10. This valve includes a longitudinally longitudinal at its horizontal center portion in upper and lower portions 14 and 16 split valve body 12. In the left end of the valve body 12, a plug 18 is attached, while a plug 20 is mounted in the right end of the body 12.

Meer in het bijzonder heeft het kleplichaam 12 een paar tegenover elkaar gelegen cylindrische boringen/ namelijk een boring 22 8B 0 1 7 7 5 _3_ 26626/CV/jk bij het linkereinde en een boring 24 bij het rechtereinde van het klep-lichaam. De pluggen 18 en 20 strekken zich ieder over ongeveer een vierde van de lengte van het kleplichaam 12 in de boring daarvan uit. De linker plug 18 heeft een cylindrische schouder 26 tussen zijn uiteinden, welke 5 schouder veilig is opgenomen in een passende groef 28, die is gevormd in de cylindrische boring 22. De schouder 26 en een vergroot linker zeshoekig einde 30 van de plug, welk einde 30 aanligt tegen de linkerzijde van bovenste en onderste gedeelte 14 en 16, positioneert de plug ten opzichte van het kleplichaam. Het rechtereinde 31 van de plug 18 ligt 10 nabij een schouder 22A, welke het rechtereinde van de boring 22 vormt.More specifically, the valve body 12 has a pair of opposed cylindrical bores / namely a bore 22 8B 0 1 7 7 5 _ 26626 / CV / jk at the left end and a bore 24 at the right end of the valve body. Plugs 18 and 20 each extend about a quarter of the length of valve body 12 in its bore. The left plug 18 has a cylindrical shoulder 26 between its ends, the shoulder securely received in a mating groove 28 formed in the cylindrical bore 22. The shoulder 26 and an enlarged left hexagonal end 30 of the plug, which end 30 abuts the left side of top and bottom portions 14 and 16, positions the plug relative to the valve body. The right end 31 of the plug 18 is adjacent to a shoulder 22A, which forms the right end of the bore 22.

De plug 18 wordt in het kleplichaam 12 ingestoken gedurende samenbouw indien de bovenste en onderste gedeelten 14 en 16 van het kleplichaam zijn gescheiden, en dan vastgezet, indien de gedeelten 14 en 16 aan elkaar worden bevestigd, zoals hieronder nog zal worden beschreven.The plug 18 is inserted into the valve body 12 during assembly when the upper and lower sections 14 and 16 of the valve body are separated, and then secured when the sections 14 and 16 are attached together, as will be described below.

15 De rechter plug 20 heeft een cylindrische schouder 32 tus sen zijn uiteinden, welke schouder afdichtend en stevig is opgenomen in een passende groef, die is gevormd in de cylindrische boring 24. De schouder 32 en een vergroot rechter zeshoekig einde 34 van de rechter plug 20, welke einde 34 aanligt tegen de rechterzijde van de bovenste en 20 onderste gedeelten 14 en 16, positioneren de plug ten opzichte van het kleplichaam en dichten de plug ten opzichte van het kleplichaam af.The right plug 20 has a cylindrical shoulder 32 between its ends, which shoulder is sealingly and securely received in a mating groove formed in the cylindrical bore 24. The shoulder 32 and an enlarged right hexagonal end 34 of the right plug 20, which end 34 abuts the right side of the upper and lower portions 14 and 16, position the plug relative to the valve body and seal the plug relative to the valve body.

Het linkereinde 35 van de plug 20 ligt nabij een schouder 36, welke het linkereinde van de boring 24 vormt. De rechter plug 20 wordt tijdens samenbouw van de bovenste en onderste secties ingestoken, zoals hierboven 25 beschreven met betrekking tot de plug 18.The left end 35 of the plug 20 is adjacent to a shoulder 36, which forms the left end of the bore 24. The right plug 20 is inserted during assembly of the top and bottom sections, as described above with respect to the plug 18.

Het middengedeelte 37 van het kleplichaam 12 tussen de schouders 22a en 36 is niet geheel cylindrisch zoals de boringen 22 en 24 zijn. De linker en rechter einden 39 en 40 van het middengedeelte 37 zijn cylindrisch, terwijl het midden gedeelte tussen de uiteinden 30 39 en 40 aangeduid door het verwijzingscijfer 37, gedeeltelijk cylindrisch en gedeeltelijk rechthoekig is (rechthoekig indien gezien in hetzij langs of dwarsdoorsnede.)The central portion 37 of the valve body 12 between the shoulders 22a and 36 is not entirely cylindrical as the bores 22 and 24 are. The left and right ends 39 and 40 of the center section 37 are cylindrical, while the center section between the ends 30, 39 and 40 indicated by the reference numeral 37 is partly cylindrical and partly rectangular (rectangular when viewed in either longitudinal or cross section.)

Verwijzend naar fig. 4, waarin het midden gedeelte 37 van de boring van het kleplichaam 12 tussen de schouders 22a en 36 in dwarsdoorsnede 55 is gezien, zal het duidelijk zijn, dat het onderste twee-derde gedeelte o van de boring (ongeveer 240 ) van cylindrische vorm is, zoals weergegeven bij 38. Een voor en een achterwand 43 respectievelijk 44 strekken zich vanaf het cylindrische gedeelte 38 omhoog uit. Een dwarswand 42 strekt 8*0 17 75 266E6 -4- 26626/CV/jk zich zijdelings en horizontaal uit om de voor en achterwanden met elkaar te verbinden. De maat van de ruimte tussen de wanden 42, 43, 44 is zodanig, dat indien het cylindrische gedeelte 38 zou zijn voortgezet het binnen de door de wanden 42, 43 en 44 begrensde ruimte zou zijn gelegen.Referring to Fig. 4, in which the center portion 37 of the bore of the valve body 12 is seen in cross section 55 between the shoulders 22a and 36, it will be appreciated that the bottom two-thirds portion o of the bore (about 240) is of cylindrical shape, as shown at 38. A front and a back wall 43 and 44, respectively, extend upwardly from the cylindrical portion 38. A transverse wall 42 extends 8 * 0 17 75 266E6-4-26626 / CV / jk laterally and horizontally to connect the front and rear walls. The measure of the space between the walls 42, 43, 44 is such that if the cylindrical portion 38 had continued, it would be within the space delimited by the walls 42, 43 and 44.

5 Het onderste een derde van het middengedeelte 37 heeft een daarin opgestelde bus 46 voor het verkrijgen van een Lage wrijvings-coefftcient bezittend schuifoppervlak De straal van de bus 46 en de hartlijn ervan is dezelfde als die van de linker en rechter einden 39 en 40 van midengedeelte 37.The lower one third of the center portion 37 has a sleeve 46 disposed therein to obtain a Low Friction Coefftcient possessing sliding surface. The radius of the sleeve 46 and its centerline is the same as that of the left and right ends 39 and 40 of center section 37.

10 Opgesteld in de centrale boringen van het kleplichaam 12 is een klepspoel 48, welke spoel een paar tegenover elkaar gelegen cylindrische zuigers 49 en 50 heeft, die aanliggend bij de Linker respectievelijk rechter einden daarvan zijn opgesteLd, waarbij de zuiger 49 schuifbaar is opgenomen in een cylindrische boring 51, die is gevormd 15 in de linker plug 18, terwijl de zuiger 50 schuifbaar is opgenomen in een in de rechter plug 20 gevormde cylindrische boring 52. De zuigers 49 en 50 zijn afzonderlijk van de klepspoel 48 gevormd en liggen tegen de tegenover elkaar liggende einden daarvan aan. Een afdichtring 53 is opgenomen in de zuiger 49 en een afdichtring 54 is opgenomen in de 20 zuiger 50 om de zuigers 49 en 50 af te dichten tegen de boringen 51 respectievelijk 52. In diameter verkleinde gedeelten 55 respectievelijk 56 van de zuigers 49 en 50 liggen aan en duwen tegen het centrale gedeelte 58 van de klepspoel 48.Arranged in the central bores of the valve body 12 is a valve spool 48, which spool has a pair of opposed cylindrical pistons 49 and 50 disposed adjacent the Left and Right ends thereof, the piston 49 being slidably received in a cylindrical bore 51 formed in the left plug 18, while the piston 50 is slidably received in a cylindrical bore 52 formed in the right plug 20. The pistons 49 and 50 are formed separately from the valve spool 48 and abut the opposite adjacent ends thereof. A sealing ring 53 is included in the piston 49 and a sealing ring 54 is included in the piston 50 to seal the pistons 49 and 50 against the bores 51 and 52, respectively. Diameter-reduced portions 55 and 56 of the pistons 49 and 50 respectively and push against the central portion 58 of the valve spool 48.

Het centrale gedeelte 58 heeft een diameter welke hetzelfde is 25 als de diameter van de linker en rechter einden 39 en 40 van het middengedeelte 37. Zoals gezien in de figs. 1, 4 en 5 is op een plaats tussen de uiteinden van de spoeL 48, de spoeL uitgerust met een paar coaxiaaL radiaal naar beneden verlopende boringen 59 en 60, waarbij de boring 59 de radiaal buitendste boring is en groter in diameter dan de coaxiaal 50 radiale binnenste boring.The central section 58 has a diameter which is the same as the diameter of the left and right ends 39 and 40 of the central section 37. As seen in Figs. 1, 4 and 5, in a location between the ends of the coil 48, the coil is equipped with a pair of coaxial radially downwardly extending bores 59 and 60, the bore 59 being the radially outermost bore and larger in diameter than the coaxial 50 radial inner bore.

Nauw opgenomen in de boringen 59 en 60 is een klepschuif 61.A valve slide 61 is tightly received in the bores 59 and 60.

De schuif heeft een bovenste vergroot gedeelte 62 en een onderste kleiner gedeelte 63, waarbij het vergrote gedeelte 62 past in de buitenste boring 59 en zich radiaal daarvan uitstrekt, terwijl het kleinere 35 gedeelte 63 past in de binnenste boring 60. Een 0-ring 69 is aangebracht in de omtrek van het kleinere gedeelte 63 en afdichtend en schuivend in ingrijping met de boring 60. Opgesteld tussen de onderzijde van het onderste kleinere gedeelte 63 en de onderzijde van de boring 60 is een veerkrachtig orgaan in de vorm van een golfvormige ring 64, welk de 8901775 £·· -5- 26626/CV/jk klepschuif 61 radiaal naar buiten dringt.The slide has an upper enlarged portion 62 and a lower smaller portion 63, the enlarged portion 62 fitting into the outer bore 59 and extending radially therefrom, while the smaller portion 63 fitting into the inner bore 60. An O-ring 69 is arranged in the periphery of the smaller portion 63 and sealing and sliding in engagement with the bore 60. Arranged between the bottom of the lower smaller portion 63 and the bottom of the bore 60 is a resilient member in the form of a wave-shaped ring 64 , which pushes the 8901775 £ ·· -5- 26626 / CV / jk valve slide 61 radially outward.

Zoals duidelijk weergegeven in fig. 2 heeft de schuif 61 een grote boring 65, die in het vergrote gedeelte 62 samenvloeiend is gevormd met een kleinere boring 66, die is gevormd in het kleinere gedeelte 5 van de schuif. Ten gevolge van de boring 65 in het vergrote gedeelte 62 eindigt het boveneinde van het vergrote gedeelte in een ringvormige Lip 67, welke daarop een elastomeer afdichtvlak 68 heeft. Het afdicht-vlak 68 is afdichtend en schuifbaar in ingrijping met het middengedeelte 42 van het middelste gedeelte 37 van de boring van het klep-lichaam.As clearly shown in Fig. 2, the slide 61 has a large bore 65, which is co-formed in the enlarged portion 62 with a smaller bore 66, which is formed in the smaller portion 5 of the slide. Due to the bore 65 in the enlarged portion 62, the upper end of the enlarged portion terminates in an annular Lip 67, which has an elastomeric sealing surface 68 thereon. The sealing face 68 is sealing and slidable to engage the center portion 42 of the center portion 37 of the valve body bore.

De bovenste en onderste gedeelten 14 respectievelijk 16 van het kleplichaam 12 worden samengesteld nadat de pluggen 18 en 20 en de klepspoel 48 daartussen zijn opgesteld, en worden doelmatig aan elkaar bevestigd met behulp van een paar bouten 71 en 72, welke verlopen 15 door het bovenste gedeelte 14 en zijn geschroefd in het onderste gedeelte 16.The top and bottom portions 14 and 16 of the valve body 12 are assembled after the plugs 18 and 20 and the valve spool 48 are disposed therebetween, and are expediently secured together by a pair of bolts 71 and 72 extending through the top section 14 and are screwed into the bottom section 16.

Het bovenste gedeelte 14 van het kleplichaam heeft een vergrote centrale naaf 70, welke ligt boven het middengedeelte 42 en daarin drie openingen heeft, welke zich dwars uitstrekken ten opzicht van de 20 hartlijn van de klepspoel 48; verder een centrale opening 73, welke zich omhoog uitstrekt, zoals gezien de fig. 5 of naar rechts, zoals gezien in fig. 4 en in het papier zoals gezien in figs. 1, 2 en 3; en een linker opening 74 en een rechter opening 75 aan iedere zijde van de opening 73 en zich uitstrekkend in de richting tegengesteld van die van de opening 25 73. De openingen 73, 74 en 75 strekken zich een weinig voorbij het hart van de naaf 70 uit en zijn respectievelijk samenvloeiend met radiaal naar beneden verlopende centrale opening 76 Cfig. 1 en 5), naar beneden verlopende linker opening 77 en naar beneden verlopende rechter opening 78, welke naar beneden verlopende openingen uitmonden door het centrale 3q gedeelte 42 en in de boring van het kleplichaam 12.The top portion 14 of the valve body has an enlarged central hub 70, which lies above the center portion 42 and has three openings therein which extend transversely to the axis of the valve spool 48; furthermore, a central opening 73 extending upward, as seen in Fig. 5 or to the right, as seen in Fig. 4, and in the paper as seen in Figs. 1, 2 and 3; and a left opening 74 and a right opening 75 on either side of the opening 73 and extending in the opposite direction from that of the opening 73. The openings 73, 74 and 75 extend a little beyond the center of the hub 70 and are respectively confluent with radially downwardly extending central opening 76 Fig. 1 and 5), downwardly extending left opening 77 and downwardly extending right opening 78, which open downwardly extending openings through the central 3q portion 42 and into the bore of the valve body 12.

Indien de klepspoel 48 naar zijn geheel linkse stand wordt bewogen, zoals gezien in de figs. 1 en 2, verbindt de grote boring 65 in de klepschuif 61 de openingen 76 en 77 en daardoor de openingen 73 en 35 74 in een samenvloeiende verhouding, terwijl de opening 78 en via de laatst genoemde opening 75 samenvloeiend is met de rechter zijde van het centrale gedeelte 42 en door deze naar een van een filter voorziene uitlaatop-ening 79 (figs. 3 en 4) in het kleplichaam om de openingen 75 en 78 te ventileren. Omgekeerd verbindt , indien de klepspoel 48 naar zijn geheel rechtse stand wordt bewogen, de grote boring 65 in de klepschuif 8|017 7 5If the valve spool 48 is moved to its fully left-hand position, as seen in Figs. 1 and 2, the large bore 65 in the valve slide 61 connects the openings 76 and 77 and thereby the openings 73 and 35 74 in a confluent relationship, while the opening 78 and through the latter opening 75 is confluent with the right side of the central portion 42 and through it to a filtered outlet port 79 (FIGS. 3 and 4) in the valve body to ventilate openings 75 and 78. Conversely, when the valve spool 48 is moved to its fully right-hand position, the large bore 65 connects into the valve slide 8 | 017 7 5

PP

-6- 26626/CV/j k 61 de openingen 76 en 78 en de daardoor de openingen 73 en 75 een samenvloeiende verhouding, terwijl de opening 77 en via de laatstgenoemde de opening 74 samenvloeiend is met de linkerzijde van het gedeelte 42 en via deze met de van een filter voorziene uitlaatopening 79 om de 5 openingen 74 en 77 te ventileren,-6- 26626 / CV / jk 61 the openings 76 and 78 and the openings 73 and 75 thereby have a confluent ratio, while the opening 77 and via the latter the opening 74 is confluent with the left side of the section 42 and via this the filtered outlet opening 79 to ventilate the 5 openings 74 and 77,

De klep 10 is aangepast voor het regelen van een algemeen bekende servomotor 80, die van het gebruikelijke type is voor het verschuiven van de reeks verschuiving van een overbrenging, zoals bijvoorbeeld is omschreven voor de servomotor en reeksverschuiving in het Amerikaanse X0 octrooi 3.229.551. Indien de zuigerstang 194 van servomotor 80 naar rechts wordt bewogen zal de reekssectie van de overbrenging (niet weergegeven )in hoge reeks zijn, terwijl*, indien de zuigerstang 194 van de servomotor 80 naar links wordt bewogerv de reekssectie van de overbrenging (niet weergegeven) in lagere reeks zal zijn. Een op een vrachtwagen 15 of dergelijke aangebrachte pomp 81 is aangebracht voor het in werking stellen van de servomotor. Meer in het bijzonder voorziet een leiding 82 van de pomp naar de opening 73 in een constante bron van druk op de opening 76, en afhankelijk daarvan op welke wijze de klepspoel 48 is opgesteld, hetzij naar links om de openingen 77 en 74 samenvloeiend 20 te brengen met opening 76 en via een leiding 82 naar de linkerzijde van de servomotor 80 om de zuigermotor 194 naar rechts te bewegen* of indien de spoel naar rechts is opgesteld om de openingen 76 en 78 in samenvloeiing te brengen en via een leiding 83 naar de rechter zijde van de servomotor 80 om de zuigermotor 194 naar Links te bewegen.The valve 10 is adapted to control a well-known servo motor 80, which is of the conventional type for shift shifting of a gear, as described, for example, for the servo motor and shift shift in US X0 patent 3,229,551. If the piston rod 194 of the servo motor 80 is moved to the right, the transmission series section (not shown) will be in high range, while *, if the piston rod 194 of the servo motor 80 is moved to the left, the transmission series section (not shown). will be in lower series. A pump 81 mounted on a truck 15 or the like is arranged to actuate the servo motor. More specifically, a conduit 82 from the pump to the opening 73 provides a constant source of pressure on the opening 76, and depending on how the valve spool 48 is arranged, either to the left to flow the openings 77 and 74 together. with opening 76 and through a conduit 82 to the left of the servo motor 80 to move the piston motor 194 to the right * or if the coil is disposed to the right to conflate the openings 76 and 78 and through a conduit 83 to the right side of the servo motor 80 to move the piston motor 194 to the left.

25 Aangezien opening 76 altijd met pomp 81 is verbonden of nu de klepspoel 48 links of rechts is, wordt steeds druk toegevoerd aan de klepschuif 61 daar door heen. De klepschuif bereikende druk beweegt door boringen 65 en 66 teneinde gelijktijdig in te werken op de bovenzijde en de onderzijde van de schuif 61. Het oppervlak van de bovenzijde 30 van de schuif 61 is kleiner dan het oppervlak bij de bodem van de schuif, zodat het drukverschil de schuif 61 omhoog dringt tegen het gedeelte 42 en de golfring 64 ondersteunt om een afdichting te verkrijgen tussen de lip 67 van de schuif 61 en het gedeelte 42.Since opening 76 is always connected to pump 81, whether the valve spool 48 is left or right, pressure is always supplied to the valve slide 61 through it. The valve slider reaching pressure moves through bores 65 and 66 to act simultaneously on the top and bottom of the slider 61. The surface of the top 30 of the slider 61 is smaller than the area at the bottom of the slider, so that the differential pressure pushes the slide 61 up against the section 42 and supports the wave ring 64 to obtain a seal between the lip 67 of the slide 61 and the section 42.

Regelmiddelen zijn aangebracht voor het verkrijgen van stuur-35 lucht om de klepspoel 48 naar links en rechts te bewegen. Meer in het bijzonder heeft een gebruikelijke schuifregelklep 84 een eerste leiding 85, samenvloeiend verbonden met de linker plug 18, en een tweede leiding 86, samenvloeiend verbonden met de rechter plug 20. Een derde leiding 87 verbindt de klep 84 in samenvloeiende verhouding met de pomp 81, 8T| 0 1 7 7 5 « -7- 26626/CV/jk terwijl een leiding 88 voorziet in een uitlaat voor de klep 84. Indien de klep handgreep naar beneden is, zoals weergegeven in fig. 5, wordt de Leiding 85 geventileerd en wordt de Leiding 86 belast, daardoor druk aanbrengend op de rechter zijde van klepspoel 48 en druk uitlatend via 5 uitlaatleiding 88. Indien de klephandgreep omhoog wordt bewogen vanuit de in fig. 5 weergegeven stand wordt de Leiding 86 geventileerd via leiding 88 en wordt de leiding 85 belast,, daardoor druk aanbrengend op de linker zijde van klepspoel 48 en deze naar rechts bewegend.Control means are provided to provide pilot air to move the valve spool 48 left and right. More specifically, a conventional slider control valve 84 has a first conduit 85, coexistent with the left plug 18, and a second conduit 86, coexistent with the right plug 20. A third conduit 87 connects the valve 84 in confluent relationship with the pump 81, 8T | 0 1 7 7 5 «-7- 26626 / CV / jk while a conduit 88 provides an outlet for the valve 84. If the valve handle is down as shown in Fig. 5, the Line 85 is vented and the Line 86 is loaded, thereby applying pressure to the right side of valve spool 48 and releasing pressure through outlet line 88. If the valve handle is moved upward from the position shown in Figure 5, Line 86 is vented through line 88 and line 85 is loaded thereby applying pressure to the left side of valve spool 48 and moving it to the right.

Mechanische middelen zijn aangebracht om de klepspoel 48 te verbinden met de schuifstangen in de bijbehorende overbrenging om beweging van de klepspoel 48 en daardoor in werking stellen van de servomotor 80 te verhinderen op die tijdstippen, dat de overbrenging niet in neutrale stand is.Mechanical means are provided to connect the valve spool 48 to the slide rods in the associated transmission to prevent movement of the valve spool 48 and thereby actuation of the servo motor 80 at those times that the transmission is not in neutral position.

Meer in het bijzonder is de klepspoel 48 uitgerust met vier uit-25 sparingen. De buitenste twee uitsparingen zijn gevormd door de in diameter verkleinde gedeelten 55 en 56 en de binnenste twee zijn in koorde richting verlopend gevormde uitsparingen in het centraLe gedeelte 58 van de spoel bij de onderzijde daarvan, zoals weergegeven bij 90 aan de linker zijde en 91 aan de rechter zijde. De vier uitsparingen 55, 56, 90 en 91 zonnen drie 20 daartussen gelegen blokkeerschouders, een linker schouder 92, een middelste schouder 93 en een rechter schouder 94.More specifically, the valve spool 48 is equipped with four recesses. The outer two recesses are formed by the diameter-reduced portions 55 and 56 and the inner two are chord-shaped recesses in the center portion 58 of the coil at the bottom thereof, as shown at 90 on the left and 91 on the the right side. The four recesses 55, 56, 90 and 91 bask three blocking shoulders located between them, a left shoulder 92, a middle shoulder 93 and a right shoulder 94.

Het kleplichaam 12 is bevestigd aan de overbrenging 95 met behulp van een paar diametraal opgestelde bouten 95a en 95b zodanig, dat de klepspoel 48 dwars op de hartlijn van de overbrengingsschuifrails 25 is opgesteld. Linker rail 96, middenrail 97 en rechter rail 98 zijn aangebracht, welke rails doelmatig worden gedragen door het huis van overbrenging 95 en de gebruikelijke schakelvorken dragen om de over-brengingsverhoudingen op een gebruikelijke wijze te verstellen, bijvoorbeeld zoals de schakelrails en vorken geopenbaard in Amerikaans octrooi 30 3.229.551.The valve body 12 is secured to the transmission 95 by a pair of diametrically arranged bolts 95a and 95b such that the valve spool 48 is disposed transverse to the centerline of the transmission slide rails 25. Left rail 96, center rail 97, and right rail 98 are provided, which rails are efficiently carried by the transmission housing 95 and carry the conventional shift forks to adjust transmission ratios in a conventional manner, such as the shift rails and forks disclosed in American patent 30 3,229,551.

Met de klepspoel 48 in zijn linkse stand opgesteld wordt een linker boring 99 gevormd in het huis van de overbrenging 95 en het aangrenzende onderste gedeelte 16 van het kleplichaam 12, zodanig dat het bovenste taps-verlopende einde van een verticaal verlopende linker 35 blokkeerpen 100, indien in zijn bovenste stand, de rechter zijde van de schouder 92 zal grijpen, zoals weergegeven in figs. 1 en 2, daardoor het onder stuurkracht verschuiven van de klepspoel naar rechts tegen gaand.De blokkkeerpen 100 zal in zijn bovenste stand zijn indien schuifrail 8¾ 017 7 5 -8- 26626/CV/jk 96 een andere stand inneemt dan zijn neutrale stand. Indien de rail 96 echter naar zijn neutrale stand beweegt zal de blokkeerpen 100 naar beneden vallen in een in de rail gevormde inkeping 101.With the valve spool 48 in its left-hand position, a left bore 99 is formed in the housing of the transmission 95 and the adjacent lower portion 16 of the valve body 12, such that the upper tapered end of a vertically extending left-hand blocking pin 100, if in its upper position, the right side of the shoulder 92 will engage, as shown in Figs. 1 and 2, thereby counteracting the shifting of the valve spool to the right. The blocking pin 100 will be in its upper position if the sliding rail 8ra 017 7 5 -8- 26626 / CV / jk 96 takes a position other than its neutral position. However, if the rail 96 moves to its neutral position, the locking pin 100 will drop down into a notch 101 formed in the rail.

Indien de klepspoel 48 in zijn rechter stand was en de schuif-5 rail 96 uit zijn neutrale stand zal het boveneinde van blokkeerpen 100 de linkerzijde van de schouder 92 grijpen, daardoor de stuurverschuiving daarvan naar links tegengaand.If the valve spool 48 was in its right-hand position and the slide rail 96 from its neutral position, the upper end of blocking pin 100 will engage the left side of the shoulder 92, thereby counteracting its control shift to the left.

Indien de klepspoel 48 is opgesteld in zijn linker stand wordt weer een middelste boring 102 gevormd in het huis van overbrenging ig 95 en het onderste gedeelte 16 van het kleplichaam 12, zodanig, dat het bovenste taps verlopende einde van een verticaal verlopende middelste blokkeerpen 103 in zijn bovenste stand zal zijn en de rechter zijde van de schouder 93 zal grijpen.When the valve spool 48 is positioned in its left-hand position, a middle bore 102 is again formed in the transmission housing 95 and the lower portion 16 of the valve body 12 such that the upper tapered end of a vertically extending center blocking pin 103 its top position will be and the right side of the shoulder 93 will grip.

Zoals weergegeven in figs. 1, 2 en 4 is de schuifrail 97 in 15 zijn neutrale stand en is de middelste blokkeerpen 103 opgesteld in de neutrale inkeping 104 in rail 97 en grijpt dus niet de schouder 93. Fig. 4 toont in stippellijnen de bovenste stand van de middelste blokkeerpen 163, die schouder 93 grijpt indien de schuifstang 97 vanuit zijn neutrale stand beweegt.As shown in figs. 1, 2 and 4, the sliding rail 97 is in its neutral position, and the center locking pin 103 is disposed in the neutral notch 104 in the rail 97 and thus does not engage the shoulder 93. FIG. 4 shows in dotted lines the upper position of the middle locking pin 163, which grips shoulder 93 when the sliding rod 97 moves from its neutral position.

20 Indien de klepspoel 48 in zijn rechter stand was zou het boven einde van de blokkeerpen 103 zijn opgesteld om de linker zijde van de middelste schouder 93 te grijpen en daardoor het onder stuurkracht verschuiven daarvan naar links te verhinderen.If the valve spool 48 were in its right hand position, the upper end of the blocking pin 103 would be arranged to grip the left side of the middle shoulder 93 and thereby prevent it from shifting to the left under control force.

Met de klepspoel 48 in zijn linkse stand opgesteld wordt 25 verder een rechter boring 105 gevormd in het huis van de overbrenging 95 en het onderste gedeelte 16 van het kleplichaam 12, zodanig dat het bovenste blokkeereinde van een verticaal verlopende rechter blokkeerpen 106 in zijn bovenste stand zal zijn en daarbij de rechter zijde van de schouder 94 zal grijpen. Zoals gezien in figs. 1 en 2 is de schuif-30 rial 98 in zijn neutrale stand en is de rechter blokkeerpen 106 opgesteld in een neutrale inkeping 107 in de rail 98 waarbij de blokkeerpen de schouder 94 niet grijpt. Indien de stang 98 uit zijn neutrale stand beweegt (daartoe moeten eerst de twee andere stangen in een neutrale stand zijn gebracht) zal de stang 106 omhoog bewegen en de rechterzijde 35 van schouder 94 grijpen.Further, with the valve spool 48 in its left-hand position, a right bore 105 is formed in the housing of the transmission 95 and the lower portion 16 of the valve body 12, such that the upper blocking end of a vertically extending right-hand blocking pin 106 is in its upper position. while gripping the right side of the shoulder 94. As seen in figs. 1 and 2, the slide runner 98 is in its neutral position and the right locking pin 106 is disposed in a neutral notch 107 in the rail 98 with the locking pin not gripping the shoulder 94. If the rod 98 moves out of its neutral position (to do this, the other two rods must first be brought into a neutral position), the rod 106 will move up and engage the right side 35 of shoulder 94.

Indien de klepspoel 48 in zijn rechter stand was zal het boveneinde van blokkeerpen 106 zijn opgesteld om de linker zijde van de rechter schouder 94 te grijpen bij beweging van de rail 98 uit zijn neutrale stand en daardoor stuurverschuiving daarvan naar links verhinderend.If the valve spool 48 was in its right-hand position, the upper end of the locking pin 106 will be arranged to grip the left side of the right shoulder 94 upon movement of the rail 98 from its neutral position, thereby preventing control shifting thereof to the left.

8501775 -9- 26626/CV/jk8501775 -9- 26626 / CV / jk

Uit bovenstaande zal duidelijk zijn, dat de hierboven beschreven oogmerken en de uit de bovenstaande beschrijving volgende oogmerken doelmatig zijn bereikt, en aangezien bepaalde wijzigingen kunnen worden gemaakt in de bovenstaande constructie zonder buiten 5 de geest van beschermingsomvang van de uitvinding te komen is het beoogd, dat alle in bovenstaande beschrijving opgenomen of in de bijgaande tekening weergegeven materiaal slechts als gegeven ter illustratie zal worden geïnterpreteerd en niet in beperkende zin.It will be apparent from the above that the objects described above and the objects arising from the above description have been effectively achieved, and since certain modifications can be made to the above construction without departing from the spirit of the scope of the invention, it is contemplated, that all material included in the above description or shown in the accompanying drawing will be interpreted only as illustrative and not in a limiting sense.

i 81017 7 5i 81017 7 5

Claims (5)

1. Overbrenging voorzien van een door fluidumdruk bediend orgaan voor het verschuiven van een reeks verschuifgedeelte van de overbrenging met althans een beweegbare schuifrail, een klep voor het selectief ver- 5 binden van een met een onder druk staande fluidumbron verbonden ingangsleiding met een of twee uitgangsleidingen, die in verbinding staan met de verschuiforgaien voor het verschuiven van de reeks verschuifsectie, voorzien van: een aan de overbrenging bevestigd kleplichaam met een daarin 10 gevormde, met de invoerleidingverbonden inlaatpoort, een daarin gevormd paar uitlaatpóorten, die resp. zijn verbonden met de uitgaande leidingen en een in het kleplichaam gevormde kamer; een in genoemde kamer van het kleplichaam opgestelde klepspoel die beweegbaar is tussen een eerste stand, waarin verbinding tot stand 15 wordt gebracht tussen genoemde inlaatpoort en een van de twee uitLaat-poorten, en een tweede stand, waarin verbinding is verkregen tussen genoemde inlaatpoort en de ander van de twee uitlaatpoorten; althans een in genoemde spoel gevormde en een schouder begrenzende uitsparing; en 20 afzonderlijke stangorganen, die samenwerken met de schuifrail, waarbij de afzonderlijke stangorganen zijn aangepast om te verlopen door genoemd kleplichaam in genoemde uitsparing, slechts dan indien een bijbehorende schuifstang niet in een neutrale stand is.1. Gear provided with a fluid pressure actuated means for shifting a series shifting portion of the gear with at least one movable sliding rail, a valve for selectively connecting an input conduit connected to a pressurized fluid source with one or two output conduits communicating with the shifting members for shifting the series shifting section comprising: a valve body attached to the transmission having an inlet port formed therein connected to the inlet conduit, a pair of outlet ports formed therein, respectively. are connected to the outgoing pipes and a chamber formed in the valve body; a valve spool disposed in said chamber of the valve body movable between a first position, in which connection is made between said inlet port and one of the two exhaust ports, and a second position, in which connection is made between said inlet port and the other of the two exhaust ports; at least one recess formed in said coil and bounding a shoulder; and 20 separate rod members co-operating with the slide rail, the separate rod members adapted to pass through said valve body in said recess only if an associated slide rod is not in a neutral position. 2. Overbrenging volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een 25 aantal schuifrails zijn aangebracht binnen de overbrenging, waarbij iedere schuifrail een daarmee samenhangend afzonderlijk stangorgaan heeft, en in genoemde klepspoel desbetreffende schouders tussen naburige paren uitsparingen begrenzende uitsparingen zijn gevormd, terwijl ieder van genoemde afzonderlijke stangorganen is aangepast om zich door genoemd 30 kleplichaam uit te strekken in een van de genoemde uitsparingen, slechts dan indien de bijbehorende schuifrail niet in een neutrale stand is.2. Transmission as claimed in claim 1, characterized in that a number of sliding rails are arranged within the transmission, each sliding rail having an associated separate rod member, and in said valve coil corresponding shoulders are formed between adjacent pairs of recesses, while each of said separate rod members are adapted to extend through said valve body into one of said recesses only if the associated sliding rail is not in a neutral position. 3. Overbrenging volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat ieder van de afzonderlijke stangorganen een blokkeerpen omvat, die zich uitstrekt door een desbetreffende in de overbrenging gevormde boring, 35 waarbij een eerste einde van ieder van de blokkeerpennen zijn bijbehorende schuifrail grijpt en een tweede einde van ieder van de genoemde blokkeerpennen selectief beweegbaar is in een van genoemde uitsparingen teneinde te werken om de genoemde beweging van de klepspoel te blokkeren bij in-grijping met een van de schouders. 810 1775 * ί -11- 26626/CV/jk3. Transmission as claimed in claim 1 or 2, characterized in that each of the individual rod members comprises a locking pin, which extends through a respective bore formed in the transmission, a first end of each of the locking pins engaging its associated sliding rail and a second end of each of said locking pins is selectively movable in one of said recesses to act to block said movement of the valve spool when engaging one of the shoulders. 810 1775 * ί -11- 26626 / CV / jk 4. Overbrenging volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ieder van de schuifrails is voorzien van een daarin gevormde inkeping, die is aangepast om te worden gegrepen door een bijbehorende blokkeerpen indien de schuifpen in een neutrale stand is, waarbij de 5 desbetreffende blokkeerpennen uit de desbetreffende uitsparingen wordt bewogen.Transmission according to any one of the preceding claims, characterized in that each of the sliding rails is provided with a notch formed therein, which is adapted to be gripped by an associated locking pin when the sliding pin is in a neutral position, the respective locking pins are moved out of the respective recesses. 4 * -10- 26626/CV/jk4 * -10- 26626 / CV / jk 5. Overbrenging volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het klepspoel zodanig is opgesteld, dat de bewegingsas daarvan tussen zijn genoemde eerste en tweede standen Loodrecht is op de 2Q bewegingsassen van de schuifrails. --- -- - 8f o 1 7 7 5Transmission according to any one of the preceding claims, characterized in that the valve spool is arranged such that its axis of movement between its said first and second positions is perpendicular to the 2Q axes of movement of the sliding rails. --- - - 8f o 1 7 7 5
NL8701775A 1986-08-06 1987-07-28 TORQUE VALVE. NL8701775A (en)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US89359386A 1986-08-06 1986-08-06
US89359386 1986-08-06

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8701775A true NL8701775A (en) 1988-03-01

Family

ID=25401790

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8701775A NL8701775A (en) 1986-08-06 1987-07-28 TORQUE VALVE.

Country Status (13)

Country Link
JP (1) JPS6362941A (en)
KR (1) KR950004312B1 (en)
AU (1) AU601198B2 (en)
BR (1) BR8703967A (en)
CA (1) CA1280624C (en)
DE (1) DE3723970A1 (en)
ES (1) ES2008155A6 (en)
FR (1) FR2602564A1 (en)
GB (1) GB2196069B (en)
IT (1) IT1211695B (en)
MX (1) MX169018B (en)
NL (1) NL8701775A (en)
SE (1) SE464831B (en)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE102004061861B4 (en) * 2004-12-22 2008-06-19 Brueninghaus Hydromatik Gmbh Pressure cut valve unit and hydraulic circuit provided therewith
CN109282031A (en) * 2018-10-31 2019-01-29 西安法士特汽车传动有限公司 A kind of mutual blocking valve of vehicular transmission major-minor case, interlock system and interlock method

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3229551A (en) * 1963-06-10 1966-01-18 Dana Corp Shifting mechanism
US3215163A (en) * 1964-06-23 1965-11-02 Republic Mfg Company Two-position, four-way pilot operated valve
US3393586A (en) * 1966-10-12 1968-07-23 Ford Motor Co Control valve system for a power shift transmission for agricultural and industrial tractors
US4448094A (en) * 1981-07-13 1984-05-15 Dana Corporation Apparatus for switching engine governor
US4450869A (en) * 1981-07-24 1984-05-29 Teledyne Republic Manufacturing Pilot-operated valve

Also Published As

Publication number Publication date
SE8703052L (en) 1988-02-07
FR2602564A1 (en) 1988-02-12
ES2008155A6 (en) 1989-07-16
IT8748269A0 (en) 1987-08-05
AU7604087A (en) 1988-02-11
AU601198B2 (en) 1990-09-06
SE8703052D0 (en) 1987-08-05
KR950004312B1 (en) 1995-04-28
SE464831B (en) 1991-06-17
DE3723970A1 (en) 1988-02-11
KR880002689A (en) 1988-05-10
IT1211695B (en) 1989-11-03
JPS6362941A (en) 1988-03-19
CA1280624C (en) 1991-02-26
MX169018B (en) 1993-06-17
GB2196069B (en) 1990-09-12
BR8703967A (en) 1988-04-05
GB2196069A (en) 1988-04-20
GB8717389D0 (en) 1987-08-26

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0500162B1 (en) Poppet valve and valve assemblies utilizing same
US4793378A (en) Interlock valve and control
US4009864A (en) Throttling slot configuration for a valve spool
US4068537A (en) Shift control system for a multiple input transmission
EP0483374B1 (en) Control valve provided with pressure compensated valve
US4723576A (en) Fluid power control system
CA1175730A (en) Hydraulic valves
NL8701775A (en) TORQUE VALVE.
DE2514306A1 (en) AUTOMATIC VEHICLE BRAKE CONTROL
US3996840A (en) Control circuit of actuator
US4185660A (en) Directional control valve
US2220339A (en) Valve-in-piston controlling device
US4520845A (en) Hydraulic distributors
NL8501334A (en) BED FRAME WITH LOCKABLE GAS SPRING BETWEEN THE FRAME AND AN UP RESP. SWING DOWN PART.
US4033638A (en) Hydro-dynamic anti-skid braking systems
US4923602A (en) Bi-directional flow filter
US3455322A (en) Pressure compensated diverter valve
EP0280522A3 (en) Actuator with built-in pilot valve
US5190356A (en) AND-type control valve for a tractor-trailer braking system
DE19812086C2 (en) Hydraulic fluid passage diverting
EP0342409A3 (en) Safety valve
JP2001509235A (en) Directional control valve for controlling hydraulic consumers in terms of direction and speed independent of load
GB2279131A (en) Choke valve
US4274443A (en) Directional control valve
CN107636364A (en) By fluid-operated actuator and its operating method

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed