NL8700111A - POLYMER MIXTURE WITH POLYPHENYLENE ETHER AND FUNCTIONALIZED POLYOLEFINE. - Google Patents
POLYMER MIXTURE WITH POLYPHENYLENE ETHER AND FUNCTIONALIZED POLYOLEFINE. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8700111A NL8700111A NL8700111A NL8700111A NL8700111A NL 8700111 A NL8700111 A NL 8700111A NL 8700111 A NL8700111 A NL 8700111A NL 8700111 A NL8700111 A NL 8700111A NL 8700111 A NL8700111 A NL 8700111A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- polymer mixture
- weight
- amount
- parts
- mixture according
- Prior art date
Links
Classifications
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C08—ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
- C08L—COMPOSITIONS OF MACROMOLECULAR COMPOUNDS
- C08L51/00—Compositions of graft polymers in which the grafted component is obtained by reactions only involving carbon-to-carbon unsaturated bonds; Compositions of derivatives of such polymers
- C08L51/06—Compositions of graft polymers in which the grafted component is obtained by reactions only involving carbon-to-carbon unsaturated bonds; Compositions of derivatives of such polymers grafted on to homopolymers or copolymers of aliphatic hydrocarbons containing only one carbon-to-carbon double bond
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C08—ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
- C08G—MACROMOLECULAR COMPOUNDS OBTAINED OTHERWISE THAN BY REACTIONS ONLY INVOLVING UNSATURATED CARBON-TO-CARBON BONDS
- C08G65/00—Macromolecular compounds obtained by reactions forming an ether link in the main chain of the macromolecule
- C08G65/34—Macromolecular compounds obtained by reactions forming an ether link in the main chain of the macromolecule from hydroxy compounds or their metallic derivatives
- C08G65/48—Polymers modified by chemical after-treatment
- C08G65/485—Polyphenylene oxides
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C08—ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
- C08L—COMPOSITIONS OF MACROMOLECULAR COMPOUNDS
- C08L71/00—Compositions of polyethers obtained by reactions forming an ether link in the main chain; Compositions of derivatives of such polymers
- C08L71/08—Polyethers derived from hydroxy compounds or from their metallic derivatives
- C08L71/10—Polyethers derived from hydroxy compounds or from their metallic derivatives from phenols
- C08L71/12—Polyphenylene oxides
- C08L71/123—Polyphenylene oxides not modified by chemical after-treatment
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C08—ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
- C08L—COMPOSITIONS OF MACROMOLECULAR COMPOUNDS
- C08L71/00—Compositions of polyethers obtained by reactions forming an ether link in the main chain; Compositions of derivatives of such polymers
- C08L71/08—Polyethers derived from hydroxy compounds or from their metallic derivatives
- C08L71/10—Polyethers derived from hydroxy compounds or from their metallic derivatives from phenols
- C08L71/12—Polyphenylene oxides
Landscapes
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
- Medicinal Chemistry (AREA)
- Polymers & Plastics (AREA)
- Organic Chemistry (AREA)
- General Chemical & Material Sciences (AREA)
- Compositions Of Macromolecular Compounds (AREA)
Description
{ κ 8-CB-10.218 -1-{κ 8-CB-10,218 -1-
General Electric Company te Schenectady, New York Verenigde Staten van Amerika. Aanvraagster noemt als uitvinder: Roelof VAN DER MEER.General Electric Company of Schenectady, New York United States of America. The applicant mentions as inventor: Roelof VAN DER MEER.
Poiymeermengsel met polyfenyleenether en gefunc-tionaliseerd polyolefine.Polymer mixture with polyphenylene ether and functionalized polyolefin.
De uitvinding heeft betrekking op een poiymeermengsel, dat een polyfenyleenether en een gefunc-tionaliseerd polyolefine bevat.The invention relates to a polymer mixture containing a polyphenylene ether and a functionalized polyolefin.
5 EP-A-0088293 beschrijft polymeermengsels, die een polyfenyleenether en een kleine hoeveelheid van een • ethyleen-methylacrylaat copolymeer bevatten. Alle voor beelden volgens deze stand van de techniek beschrijven polymeermengsels die bovendien een relatief grote 10 hoeveelheid slagvast polystyreen bevatten.EP-A-0088293 describes polymer blends containing a polyphenylene ether and a small amount of an ethylene-methyl acrylate copolymer. All examples of this prior art describe polymer blends which additionally contain a relatively large amount of impact resistant polystyrene.
EP-A-0090523 beschrijft polymeermengsels, die een polyfenyleenether en een kleine hoeveelheid van een op ethyleen gebaseerd terpolymeer met hydroxyl en car-15 bonyl functionele groepen bevatten. Alle voorbeelden volgens deze stand van de techniek hebben betrekking op polymeermengsels, die bovendien een betrekkelijk grote hoeveelheid slagvast polystyreen bevatten.EP-A-0090523 describes polymer mixtures containing a polyphenylene ether and a small amount of an ethylene-based terpolymer with hydroxyl and carbonyl functional groups. All prior art examples relate to polymer blends which additionally contain a relatively high amount of impact resistant polystyrene.
20 De uitvinding heeft betrekking op polymeer— mengsels, die geen of een betrekkelijk geringe hoeveelheid slagvast polystyreen bevatten. De polymeermengsels volgens de uitvinding bevatten - in vergelijking met de hierboven genoemde octrooiaanvragen - een relatief 25 grote hoeveelheid van een gefunctionaliseerd polyolefine, namelijk een met een onverzadigd carbonzuür of reactief derivaat daarvan gefunctionaliseerd polyolefine . 1 ··' O . v ' ; · t ^The invention relates to polymer mixtures which contain no or a relatively small amount of impact-resistant polystyrene. The polymer mixtures according to the invention contain - in comparison with the above-mentioned patent applications - a relatively large amount of a functionalized polyolefin, namely a polyolefin functionalized with an unsaturated carbon acid or reactive derivative thereof. 1 ·· 'O. v '; T ^
Aa
8-CB-10.218 -2-8-CB-10.218 -2-
Polymeermengsels met ongeveer gelijke gewichtshoeveelheden niet-gefunctionaliseerd polyolefine en polyfenyleenether vertonen een sterke neiging tot delaminatie en fase agglomeratie. De uitvinding 5 heeft betrekking op polymeermengsels, die een polyfeny-leenether en een gefunctionaliseerd polyolefine/ gekozen binnen ruime grenzen voor de onderlinge hoeveelheden/ bevatten. De polymeermengsels volgens de uitvinding bezitten een geringere neiging tot delamina-10 tie dan de mengsels/ die een niet-gefunctionaliseerd polyolefine bevatten.Polymer blends with approximately equal weight amounts of non-functionalized polyolefin and polyphenylene ether show a strong tendency to delamination and phase agglomeration. The invention relates to polymer mixtures containing a polyphenylene ether and a functionalized polyolefin / chosen within wide limits for the mutual amounts /. The polymer mixtures according to the invention have a lower tendency to delamination than the mixtures containing a non-functionalized polyolefin.
ΛΛ
De polymeermengsels volgens de uitvinding bezitten een combinatie van gunstige eigenschappen. Zij 15 bezitten in het bijzonder een redelijke slagvastheid en een goede chemische resistentie.The polymer mixtures according to the invention have a combination of favorable properties. In particular, they have reasonable impact strength and good chemical resistance.
De polymeermengsels volgens de uitvinding worden gekenmerkt doordat zij bestaan uit: 20 A. een of meer polyfenyleenethers/ in een hoeveelheid van 2-74 gew.%; B. een of meer met een onverzadigd carbonzuur of reactief derivaat daarvan gefunctionaliseerde polyolefines in een hoeveelheid van 26-98 gew.%; 25 C. een of meer bismaleïmides/ in een hoeveelheid van 0-5 gew.%; D. een of meer middelen voor het verbeteren van de slagsterkte/ in een hoeveelheid van 0-25 gew.% E. een of meer additieven in een hoeveelheid van 0-20 30 gewichtsdelen per 100 gewichtsdelen A + B + C + D/ waarbij de gewichtspercentages zijn berekend ten opzichte van de som van de gewichtsdelen A + B + C + D.The polymer mixtures according to the invention are characterized in that they consist of: 20 A. one or more polyphenylene ethers / in an amount of 2-74 wt.%; B. one or more polyolefins functionalized with an unsaturated carboxylic acid or reactive derivative thereof in an amount of 26-98% by weight; C. one or more bismaleimides / in an amount of 0-5 wt%; D. one or more impact improving agents / in an amount of 0-25 wt.% E. one or more additives in an amount of 0-20 wt. Parts per 100 wt. Parts A + B + C + D / where the percentages by weight are calculated relative to the sum of the parts by weight A + B + C + D.
Bij voorkeur bestaan de polymeermengsels 35 volgens de uitvinding uit: A. een of meer polyfenyleenethers/ in een hoeveelheid van 5-60 gew.%; «fc 1 - n / η ~ μ •' · ^ ? \ ·* i a 8-CB-10.218 -3- B. een of meer met een onverzadigd carbonzuur of reactief derivaat daarvan gefunctionaliseerde polyolefines in een hoeveelheid van 40-95 gew.%; C. een bismaleïmide/ in een hoeveelheid van 0-5 gew.%; 5 D. een middel voor het verbeteren van de slagsterkte, in een hoeveelheid van 0-25 gew.%; E. gebruikelijke additieven in een hoeveelheid van 0-20 gewichtsdelen per 100 gewichtsdelen A + B + C + Dy waarbij de gewichtspercentages zijn berekend ten 10 opzichte van de som van de gewichtsdelen A + B + C + D.Preferably, the polymer mixtures according to the invention consist of: A. one or more polyphenylene ethers / in an amount of 5-60% by weight; «Fc 1 - n / η ~ μ • '· ^? 8-CB-10,218 -3- B. One or more polyolefins functionalized with an unsaturated carboxylic acid or reactive derivative thereof in an amount of 40-95% by weight; C. a bismaleimide / in an amount of 0-5 wt%; D. an agent for improving impact strength, in an amount of 0-25% by weight; E. conventional additives in an amount of 0-20 parts by weight per 100 parts by weight A + B + C + Dy, the weight percentages being calculated relative to the sum of the parts by weight A + B + C + D.
De interactie tussen de bestanddelen van het polymeermengsel volgens de uitvinding kan worden versterkt door in het polymeermengsel een bismaleïmide 15 op te nemen. Daardoor wordt de neiging tot delaminatie verder onderdrukt.The interaction between the components of the polymer mixture according to the invention can be enhanced by including a bismaleimide in the polymer mixture. This further suppresses the tendency to delamination.
Bij toepassing van een bismaleïmide wordt dit bij voorkeur in een hoeveelheid van 0.1-2.0 gew.% bere-20 kend ten opzichte van de som van de gewichtsdelen A + B + C + D toegepast.When using a bismaleimide, it is preferably used in an amount of 0.1-2.0% by weight calculated relative to the sum of the parts by weight A + B + C + D.
Een bijzonder geschikt bismaleïmide is N ,1^-4,4 '-difenylmethaan-bis-maleïmide.A particularly suitable bismaleimide is N, 1, -4, 4'-diphenylmethane bis-maleimide.
2525
Als middel voor het verbeteren van de slagsterkte (D) kan het polymeermengsel volgens de uitvinding een slagvast polystyreen of een styreen-dieen diblok- of triblok copolymeer bevatten/ waarin de poly-30 dieenblokken al dan niet selectief gehydrogeneerd zijn.As an agent for improving the impact strength (D), the polymer mixture according to the invention may contain an impact resistant polystyrene or a styrene-diene diblock or triblock copolymer in which the poly-diene blocks are selectively hydrogenated or not.
Behalve de hierboven genoemde bestanddelen kan het polymeermengsel volgens de uitvinding als bestanddeel E bijvoorbeeld een of meer weekmakers/ een of meer 35 middelen voor het verbeteren van de vlamvertragende f? 7 (\ Γ * «f i *· * V v > 1 5 » * 8-CB-10.218 -4- eigenschappen, een of meer stabilisatoren, een of meer vulstoffen zoals versterkende vulstoffen, een of meer kleurstoffen of pigmenten en/of crystal clear polystyreen bevatten.In addition to the above-mentioned components, the polymer mixture according to the invention as component E can, for example, contain one or more plasticizers / one or more agents for improving the flame-retardant f 7 (\ Γ * «fi * · * V v> 1 5» * 8-CB-10.218 -4- properties, one or more stabilizers, one or more fillers such as reinforcing fillers, one or more dyes or pigments and / or crystal clear polystyrene.
55
De polymeermengsels volgens de uitvinding bevatten in elk geval de volgende bestanddelen: A. een of meer polyfenyleenethers en B. een of meer met een onverzadigd carbonzuur of reac- 10 tief derivaat daarvan gefunctionaliseerde polyolefi nes.The polymer mixtures according to the invention in any case contain the following components: A. one or more polyphenylene ethers and B. one or more polyolefins functionalized with an unsaturated carboxylic acid or reactive derivative thereof.
ftft
De polymeermengsels kunnen bovendien een of meer van de volgende bestanddelen bevatten: 15 C. een of meer bismaleïmides en/of D. een of meer middelen voor het verbeteren van de slagsterkte E. een of meer additieven.The polymer blends may additionally contain one or more of the following ingredients: C. one or more bismaleimides and / or D. one or more impact enhancers E. one or more additives.
20 A. Polyfenyleenethers.20 A. Polyphenylene ethers.
De polyfenyleenethers (ook bekend onder de naam polyfenyleenoxiden), die bestanddeel A in de polymeermengsels volgens de uitvinding vormen, bevatten een groot aantal structuureenheden met formule (I) (zie 25 blz. 17).The polyphenylene ethers (also known as polyphenylene oxides), which form component A in the polymer mixtures according to the invention, contain a large number of structural units of formula (I) (see 25 page 17).
In ieder van deze eenheden afzonderlijk stelt iedere Q^· afzonderlijk een halogeen, een primair of secundair lager alkyl (dat wil zeggen een alkyl met 1-7 30 koolstofatomen), fenyl, haloalkyl, aminoalkyl, hydro- carbonoxy of halohydrocarbonoxy, waarin ten minste twee koolstoofatomen de halogeen en zuurstof atomen scheiden voor en iedere afzonderlijk stelt een waterstof, een halogeen, primair of secundair lager alkyl, fenyl, 35 haloalkyl, hydrocarbonoxy of halohydrocarbonoxy als gedefinieerd voor Q-*- voor. Voorbeelden van geschikte f, · f; ·'· " 1 | i « 8-CB-10.218 -5- primaire lagere alkylgroepen 21jn methyl, ethyl, n-propyl, n-butyl, isobutyl, n-amyl, isöamyl, 2-methylbutyl, η-hexyl, 2,3-dimethylbutyl, 2-,3- of 4-methylpentyl en de corresponderende heptylgroepen.In each of these units individually, each Q ^ individually represents a halogen, a primary or secondary lower alkyl (i.e., an alkyl of 1-7 carbon atoms), phenyl, haloalkyl, aminoalkyl, hydrocarbonoxy or halohydrocarbonoxy, wherein at least two carbon atoms separate the halogen and oxygen atoms and each individually represents a hydrogen, a halogen, primary or secondary lower alkyl, phenyl, haloalkyl, hydrocarbonoxy or halohydrocarbonoxy as defined for Q - * -. Examples of suitable f, f; Primary lower alkyl groups, 21-methyl, ethyl, n-propyl, n-butyl, isobutyl, n-amyl, isoamyl, 2-methylbutyl, η-hexyl, 2, 3-dimethylbutyl, 2-, 3- or 4-methylpentyl and the corresponding heptyl groups.
5 Voorbeelden van secundaire lagere alkylgroepen zijn isopropyl, sec-butyl en 3-pentyl. Bij voorkeur bezitten eventueel aanwezige alkylradicalen een rechte keten in plaats van een vertakte. Meestal is ieder Q* een alkyl of fenyl, in het bijzonder een 0^-4 alkyl en iedere 10 een waterstof. Geschikte polyfenyleenèthers zijn in een groot aantal octrooien beschreven.Examples of secondary lower alkyl groups are isopropyl, sec-butyl and 3-pentyl. Preferably alkyl radicals, if present, have a straight chain instead of a branched chain. Usually each Q * is an alkyl or phenyl, in particular a 0-4 alkyl and every 10 is hydrogen. Suitable polyphenylene ethers have been described in a large number of patents.
fifi
Homopolymere en copolymere polyfenyleenethers zijn geschikt. Geschikte homopolymeten zijn die welke 15 bijvoorbeeld 2,6-dimethyl-l-4-fenyleenether eenheden bevatten. Geschikte copolymeren zijn bijvoorbeeld random copolymeren, die dergelijke eenheden bevatten in combinatie met bijvoorbeeld 2,3,6-trimethyl-l,4-feny-leenether eenheden. Vele geschikte random copolymeren 20 en homopolymeren zijn in de octrooiliteratuur beschreven.Homopolymeric and copolymeric polyphenylene ethers are suitable. Suitable homopolymets are those containing, for example, 2,6-dimethyl-1-4-phenylene ether units. Suitable copolymers are, for example, random copolymers containing such units in combination with, for example, 2,3,6-trimethyl-1,4-phenylene ether units. Many suitable random copolymers and homopolymers have been described in the patent literature.
Ook geschikt zijn polyfenyleenethers, die delen bevatten die eigenschappen zoals molecuulgewicht, 25 smelt viscositeit en/of slagsterkte modificeren.Also suitable are polyphenylene ethers, which contain parts that modify properties such as molecular weight, melt viscosity and / or impact strength.
Dergelijke polymeren zijn in de octrooiliteratuur beschreven en kunnen worden bereid door op de polyfeny-leenether volgens bekende wijze vinylmonomeren zoals acrylonitril en vinylaromatische verbindingen (bijvoor-30 beeld styreen) of polymeren zoals polystyrenen en elastomeren te enten. Het produkt bevat gewoonlijk geënte en niet geënte delen. Verdere geschikte polymeren zijn de gekoppelde polyfenyleenethers waarbij het koppelingsmiddel op bekende wijze met de hydroxygroepen 35 van twee polyfenyleenetherketens wordt omgezet ónder f ' · τ νSuch polymers are described in the patent literature and can be prepared by grafting vinyl monomers such as acrylonitrile and vinyl aromatic compounds (eg styrene) or polymers such as polystyrenes and elastomers on the polyphenylene ether in a known manner. The product usually contains grafted and ungrafted parts. Further suitable polymers are the coupled polyphenylene ethers in which the coupling agent is reacted in a known manner with the hydroxy groups of two polyphenylene ether chains under f '· τ ν
Aa
8-CB-10.218 -6- vorming van een polymeer met een hoger molecuulgewicht, dat het reactieprodukt van de hydroxygroepen en het koppelingsmiddel bevat. Voorbeelden van koppelingsmid-delen zijn polycarbonaten met een laag molecuulgewicht/ 5 quinonverbindingen, heterocyclische verbindingen en formalverbindingen8-CB-10,218-6- formation of a higher molecular weight polymer containing the reaction product of the hydroxy groups and the coupling agent. Examples of coupling agents are low molecular weight / 5 quinone compounds polycarbonates, heterocyclic compounds and formal compounds
De polyfenyleenether heeft gewoonlijk een aantal gemiddeld molecuulgewicht van ongeveer 3,000 tot 10 40,000 en een gewichtsgemiddeld molecuulgewicht van ongeveer 20,000-80,000 bepaald volgens gelpermeatie chromatografie. De intrinsieke viscositeit ligt gewoonlijk tussen ongeveer 15 en 60 en bedraagt bij voorkeur ten minste 25 ml/g gemeten in chloroform bij 15 25°C.The polyphenylene ether usually has a number average molecular weight of about 3,000 to 40,000 and a weight average molecular weight of about 20,000-80,000 determined by gel permeation chromatography. The intrinsic viscosity is usually between about 15 and 60 and is preferably at least 25 ml / g measured in chloroform at 25 ° C.
Polyfenyleenethers worden gewoonlijk bereid door oxidatieve koppeling van ten minste een overeenkomende monohydroxyaromatische verbinding. Bijzonder 20 geschikte en gemakkelijk verkrijgbare monohydroxyaromatische verbindingen zijn 2,6-xylenol (waarin iedere Q1 een methyl voorstelt en iedere Q2 een waterstof voorstelt), resulterend in een poly(2,6-dimethyl-l,4-feny-leenether) polymeer en 2 3 6-trimethylfenol (waarin 25 iedere Q-*· en een Q2 methyl voorstelt en de tweede Q2 waterstof voorstelt).Polyphenylene ethers are usually prepared by oxidative coupling of at least one corresponding monohydroxyaromatic compound. Particularly suitable and readily available monohydroxyaromatic compounds are 2,6-xylenol (wherein each Q1 represents a methyl and each Q2 represents a hydrogen), resulting in a poly (2,6-dimethyl-1,4-phenylene-ether) polymer and 2 3 6-trimethylphenol (wherein 25 each represents Q- * and a Q2 methyl and the second Q2 represents hydrogen).
Er is een aantal katalysatorsystemen bekend voor de bereiding van polyfenyleenethers door oxida-30 tieve koppeling. Er geldt geen bepaalde beperking ten aanzien van de keuze van de katalysator en ieder van de bekende katalysatoren kan worden gebruikt. Voor het grootste deel bevatten ze ten minste een zwaar metaal verbinding zoals een koper, mangaan of kobalt ver-35 binding, gewoonlijk in combinatie met verschillende andere materialen.A number of catalyst systems are known for the preparation of polyphenylene ethers by oxidative coupling. There is no particular limitation on the choice of catalyst and any of the known catalysts can be used. For the most part, they contain at least one heavy metal compound such as a copper, manganese or cobalt compound, usually in combination with various other materials.
£ 7 ^ '··- A Λ 4 'V' / .· - · r ί a 8-CB-10.218 -7-£ 7 ^ '·· - A Λ 4' V '/. · - · r ί a 8-CB-10.218 -7-
Een eerste klasse van bij voorkeur toegepaste katalysatorsystemen is die welke een koperverbinding bevat. Dergelijke katalysatoren zijn bijvoorbeeld beschreven in US-A-3,306/874; US-A-3,306,875; 5 US-A-3,914,266 en ÜS-A-4,028,341. Het betreft gewoonlijk combinaties van cupro en cupri ionen, halide (dat wil zeggen chloride, bromide of jodide) ionen en ten minste een amine 10 Katalysatorsystemen, die mangaanverbindingen bevatten, vormen een tweede bij voorkeur toegepaste soort. Het betreft hier gewo'onlijk alkalische systemen waarin tweewaardig mangaan is gecombineerd met anionen zoals halide, alkoxide of fenoxide. Meestal is het • 15 mangaan aanwezig in de vorm van een complex met een of meer complexvormingsmiddelen en/of chelateringsmiddelen zoals dialkylamines, alkanolamines, alkyleendiamines, o-hydroxyaromatische aldehyden, o-hydroxyazoverbin-dingen; omega-hydroxyoximes (monomere en polymere), 20 o-hydroxyaryl oximes en bèta-diketonverbindingen.A first class of preferred catalyst systems is that which contains a copper compound. Such catalysts are described, for example, in US-A-3,306 / 874; US-A-3,306,875; US-A-3,914,266 and US-A-4,028,341. It usually concerns combinations of cupro and cupric ions, halide (ie chloride, bromide or iodide) ions and at least one amine. Catalyst systems containing manganese compounds are a second preferred type. These are usually alkaline systems in which divalent manganese is combined with anions such as halide, alkoxide or phenoxide. Usually, the manganese is present in the form of a complex with one or more complexing agents and / or chelating agents such as dialkylamines, alkanolamines, alkylenediamines, o-hydroxyaromatic aldehydes, o-hydroxyazo compounds; omega-hydroxy oximes (monomeric and polymeric), 20 o-hydroxyaryl oximes and beta-diketone compounds.
Ook geschikt zijn bekende kobalt-bevattende katalysatorsystemen. Geschikte mangaan en kobalt-bevattende katalysatorsystemen voor de bereiding van 25 polyfenyleenethers zijn algemeen bekend doordat zij in talloze octrooien en publicaties zijn beschreven.Also known are known cobalt-containing catalyst systems. Suitable manganese and cobalt-containing catalyst systems for the preparation of polyphenylene ethers are well known in that they have been described in numerous patents and publications.
Polyfenyleenethers» die bij de uitvinding kunnen worden toegepast, zijn ook die welke moleculen 30 bevatten met ten minste een van de eindgroepen met formules II en III (zie blz. 17), waarin en dezelfde betekenis hebben als hierboven aangegevenr waarin iedere R^ afzonderlijk waterstof of alkyl voorstelt, waarbij het totaal aantal koolstofatomen in 35 beide radicalen 6 of minder bedraagt; en iedere R^ P"0 Γ ' 11Polyphenylene ethers that can be used in the invention are also those containing molecules having at least one of the end groups of formulas II and III (see page 17), in which and have the same meaning as indicated above in which each R 2 is hydrogen or represents alkyl, wherein the total number of carbon atoms in both radicals is 6 or less; and each R ^ P "0 Γ '11
Aa
* 8-CB-10.218 -8- afzonderlijk waterstof of een 6 primaire alkylradi-caal voorstelt Bij voorkeur is ieder waterstof en iedere alkyl, in het bijzonder methyl of n-butyl.* 8-CB-10,218 -8- individually represents hydrogen or a 6 primary alkyl radical. Preferably, each is hydrogen and each alkyl, especially methyl or n-butyl.
5 Polymeren met eindgroepen met formule IIPolymers with end groups of formula II
(hierna "aminoalkyl eindgroepen") kunnen worden gevormd door inbouw van een geschikt primair of secundair monoamine als een van de bestanddelen van het oxidatief koppelingsreactie mengsel, in het bijzonder wanneer een 10 koper- of mangaan bevattende katalysator wordt toegepast. Dergelijke amines, in het bijzonder de dialkyl-aminés en bij voorkeur di-n-butylamine en dimethyl-amine, worden regelmatig chemisch aan de polyfenyleen-ether gebonden, meestal door een van de alpha-water-15 stofatomen op een of meer radicalen te vervangen. De hoofdreactieplaats is de Q1 radicaal gelegen naast de hydroxygroep op de eindstandige eenheid van de poly-meerketen. Tijdens verder verwerken en/of mengen, kunnen de aminoalkyl eindgroepen verschillende reacties 20 ondergaan, waarbij waarschijnlijk een quinon-methide type tussenprodukt met formule IV (zie blz. 17) een rol speelt, waarbij talrijke gunstige effecten optreden waaronder vaak een toename van slagsterkte en een com-patibilisatie met andere bestanddelen in een mengsel.(hereinafter "aminoalkyl end groups") can be formed by incorporating a suitable primary or secondary monoamine as one of the components of the oxidative coupling reaction mixture, especially when a copper or manganese containing catalyst is used. Such amines, in particular the dialkyl amines and preferably di-n-butylamine and dimethyl amine, are regularly chemically bound to the polyphenylene ether, usually by linking one of the alpha hydrogen atoms to one or more radicals to replace. The main reaction site is the Q1 radically located next to the hydroxy group on the terminal unit of the polymer chain. During further processing and / or mixing, the aminoalkyl end groups can undergo various reactions, probably involving a quinone-methide type intermediate of formula IV (see page 17), with numerous beneficial effects including often an increase in impact strength and a compatibility with other ingredients in a mixture.
25 Hiervoor kan worden verwezen naar US-A-4,054,553; US-A-4,092,294; US-A-4,477,649; US-A-4,477,651 en US-A-4,517,341, waarvan de inhoud door deze verwijzing hierin wordt opgenomen.Reference can be made for this to US-A-4,054,553; US-A-4,092,294; US-A-4,477,649; US-A-4,477,651 and US-A-4,517,341, the contents of which are incorporated by reference herein.
30 Polymeren met 4-hydroxybifenyl eindgroepen met formule III worden gewoonlijk verkregen uit reactie-mengsels waarin een bijprodukt difenonquinon met formule V (zie blz. 17) aanwezig is, in het bijzonder in een koper-halide-secundair of tertiair amine systeem.Polymers with 4-hydroxybiphenyl end groups of formula III are usually obtained from reaction mixtures containing a by-product diphenonquinone of formula V (see page 17), especially in a copper halide secondary or tertiary amine system.
35 Ê 7 n (\ <<! * λ 4 4- 8-CB-10.218 -9-35 Ê 7 n (\ <<! * Λ 4 4- 8-CB-10.218 -9-
In dit opzicht is de inhoud van US-A-4,477,649 van belang evenals die van US-A-4,234,706 en US-A-4,482,697, die door verwijzing eveneens hierin worden opgenomen. In mengsels van dit type wordt het 5 difenonquinon uiteindelijk in relatief grote hoeveelheden in het polymeer opgenomen, grotendeels als eindgroep.In this regard, the content of US-A-4,477,649 is of interest as well as that of US-A-4,234,706 and US-A-4,482,697, which are also incorporated herein by reference. In mixtures of this type, the diphenonquinone is ultimately incorporated into the polymer in relatively large amounts, largely as an end group.
In vele polyfenyleenethers, die men onder de 10 hierbovengenoemde omstandigheden verkrijgt, bevat een groot gedeelte van de polymeer molecules, bijvoorbeeld wel óngeveer 90 gew.% van het polymeer, eindgroepen met een of soms beide van de formules II en III. Het zal duidelijk zijn dat ook andere eindgroepen aanwezig kun-15 nen zijn en dat de uitvinding in zijn ruimste vorm niet afhangt van de molecuulstructuur van de polyfenyleen-ether eindgroepen.In many polyphenylene ethers, which are obtained under the above-mentioned conditions, a large proportion of the polymer molecules, for example as much as 90% by weight of the polymer, contain end groups with one or sometimes both of formulas II and III. It will be clear that other end groups may also be present and that the invention in its broadest form does not depend on the molecular structure of the polyphenylene ether end groups.
Deskundigen zal uit het bovenstaande duidelijk 20 zijn dat de polyfenyleenethers, die bij de uitvinding toegepast kunnen worden, alle thans bekende polyfenyleenethers omvatten onafhankelijk van variaties in structuureenheden of verdere chemische aspecten.Those skilled in the art will appreciate that the polyphenylene ethers useful in the invention include any polyphenylene ethers currently known, regardless of variations in structural units or further chemical aspects.
25 B. Met een onverzadigd carbonzuur of reactief derivaat daarvan gefunctionaliseerde polyolefines._B. Polyolefins functionalized with an unsaturated carboxylic acid or reactive derivative thereof.
Met onverzadigd carbonzuur gefunctionaliseerde polyolefines zijn op zich bekende verbindingen. Twee typen kunnen worden onderscheiden: een eerste type 30 waarbij een of meer onverzadigde carbonzuren in de polymeerketen zijn opgenomen (copolymeer) en een tweede type waarbij een of meer onverzadigde carbonzuren op de polyolefine keten zijn geënt (entpolymeer). Beide typen kunnen in de polymeermengsels volgens de uitvinding 35 worden toegepast.Polyolefins functionalized with unsaturated carboxylic acid are compounds known per se. Two types can be distinguished: a first type where one or more unsaturated carboxylic acids are included in the polymer chain (copolymer) and a second type where one or more unsaturated carboxylic acids are grafted on the polyolefin chain (graft polymer). Both types can be used in the polymer mixtures according to the invention.
f - ' λ * , λ : i « 8-CB-10.218 -10-f - 'λ *, λ: i «8-CB-10.218 -10-
De polyolefine bevat bij voorkeur ethyleen, propyleen of butyleen eenheden of ook een mengsel van alkyleen eenheden zoals ethyleen-propyleen. Geschikte polyolefines zijn bijvoorbeeld lage- of hoge dichtheid 5 polyethyleen, lineair lage dichtheid polyethyleen of polypropyleen.The polyolefin preferably contains ethylene, propylene or butylene units or also a mixture of alkylene units such as ethylene propylene. Suitable polyolefins are, for example, low or high density polyethylene, linear low density polyethylene or polypropylene.
Het polyolefine kan behalve de eenheden afgeleid van de hierboven genoemde monomeren ook nog eenhe-10 den afgeleid van verdere copolymeriseerbare monomeren bevatten. Geschikte copolymeriseerbare monomeren zijn bijvoorbeeld onverzadigde monomeren zoals alkyl acryla-ten of methacrylaten, alkylmaleaten, vinyl halides, vinyl ethers, N-vinyl lactam verbindingen en N-vinyl 15 carbonamides.In addition to the units derived from the above-mentioned monomers, the polyolefin may also contain units derived from further copolymerizable monomers. Suitable copolymerizable monomers are, for example, unsaturated monomers such as alkyl acrylates or methacrylates, alkyl maleates, vinyl halides, vinyl ethers, N-vinyl lactam compounds and N-vinyl carbon amides.
Het onverzadigd carbonzuur of reactief derivaat daarvan kan in de polymeerketen zijn opgenomen of kan op de polymeerketen zijn geënt. Als onverzadigd 20 carbonzuur of reactief derivaat daarvan kunnen een of meer van de volgende verbindingen worden toegepast: maleïnezuur, maleïnezuur anhydride, fumaarzuur, maleïmide, maleïnezuur hydrazide, methylnadic acid, dichloormaleïnezuur anhydride, maleïnezuur amide, 25 bepaalde natuurlijke vetten en oliën zoals bijvoorbeeld sojabonenolie, acrylzuur, methacrylzuur, 2,3-dimethyl-3-buteen-zuur, diallylazijnzuur, linolenic acid, zuur amides of anhydrides van onverzadigde car-bonzuren.The unsaturated carboxylic acid or reactive derivative thereof may be included in the polymer chain or may be grafted onto the polymer chain. As unsaturated carboxylic acid or reactive derivative thereof, one or more of the following compounds can be used: maleic acid, maleic anhydride, fumaric acid, maleimide, maleic hydrazide, methylnadic acid, dichloromaleic anhydride, maleic amide, certain natural fats and oils such as, for example, soybean oil, acrylic acid, methacrylic acid, 2,3-dimethyl-3-butenoic acid, diallylacetic acid, linolenic acid, acid amides or anhydrides of unsaturated carboxylic acids.
3030
Het gewichtspercentage alkyleen eenheden ligt over het algemeen tussen 50 en 99,99; van de eenheden afgeleid van onverzadigde carbonzuren of reactieve derivaten daarvan tussen 0.01 en 25, en van de even-35 tueel aanwezige eenheden afgeleid van verdere copolymeriseerbare monomeren tussen 0 en 50.The weight percentage of alkylene units is generally between 50 and 99.99; from the units derived from unsaturated carboxylic acids or reactive derivatives thereof between 0.01 and 25, and from any units present derived from further copolymerizable monomers between 0 and 50.
f. * / 4 L* ' r < : t s -· · -fc .* S fc * 8-CB-10.218 -11-f. * / 4 L * 'r <: t s - · -fc. * S fc * 8-CB-10.218 -11-
Bij voorkeur wordt een in de handel onder het merk ADMER® L 2100 verkrijgbaar gefunctionaliseerd polyolefine toegepast. Dit produkt is een met maleïne-zuur anhydride gefunctionaliseerd ethyleen copolymeer.A functionalized polyolefin commercially available under the ADMER® L 2100 brand is preferably used. This product is a maleic anhydride functionalized ethylene copolymer.
5 C. Bismaleïmides.5 C. Bismaleimides.
De polymeermengsels volgens de uitvinding kunnen een of meer bismaleïmides bevatten. Het toevoegen van bismaleïmides leidt tot een sterkere interactie 10 tussen de verschillende bestanddelen, waarschijnlijk in het bijzonder tussen de bestanddelen A en B. Dit blijkt uit de vermindering van de hoeveelheid extraheerbaar materiaal en uit de verhoging van de smeltviscositeit van polymeermengsels, die een bismaleïmide bevatten.The polymer mixtures according to the invention can contain one or more bismaleimides. The addition of bismaleimides leads to a stronger interaction between the different components, probably in particular between components A and B. This is evident from the reduction in the amount of extractable material and the increase in the melt viscosity of polymer mixtures containing a bismaleimide. .
15 Een dergelijke interactie leidt verder tot een verlaging van de neiging tot delaminatie.Such an interaction further reduces the tendency to delamination.
Geschikte bismaleïmides zijn de verbindingen met formule VI van het formuleblad (blz. 17). In deze 20 formule stelt R]_ een tweewaardige radicaal voor zoals een radicaal afgeleid van bijvoorbeeld methaan, butaan, benzeen, bis(benzeen)methaan. Het is ook mogelijk een mengsel toe te passen van de voorlopers (precursors) van dergelijke bismaleïdes, bijvoorbeeld een reactie-25 produkt (zoals een zuuramide) van een geschikt diamine en maleïnezuur of maleïnezuur anhydride.Suitable bismaleimides are the compounds of formula VI of the formula sheet (page 17). In this formula, R 1 represents a divalent radical such as a radical derived from, for example, methane, butane, benzene, bis (benzene) methane. It is also possible to use a mixture of the precursors (precursors) of such bismaleids, for example a reaction product (such as an acid amide) of a suitable diamine and maleic or maleic anhydride.
D. Middel voor het verbeteren van de slagsterkte.D. Agent for improving impact strength.
Het polymeermengsel volgens de uitvinding kan 30 een of meer middelen bevatten voor het verbeteren van de slagsterkte. Als zodanig kunnen alle voor polyolefines en/of voor polyfenyleenethers bekende middelen worden toegepast.The polymer mixture according to the invention can contain one or more agents for improving the impact strength. As such, any agents known for polyolefins and / or for polyphenylene ethers can be used.
35 In het bijzonder kunnen worden genoemd slag- vast polystyreen en styreen-dieen blokcopolymeren. Deze £ ~ ’ : ·; 1 * * Λ 8-CB-10.218 -12- blokcopolymeren kunnen diblok- of triblokcopolymeren of ook radiale blokcopolymeren zijn. De dieenblokken kunnen selectief gehydrogeneerd zijn. Het is uiteraard mogelijk een mengsel van een of twee verschillende 5 blokcopolymeren of bijvoorbeeld een mengsel van slag-vast polystyreen en een blokcopolymeer toe te passen.Particular mention may be made of impact-resistant polystyrene and styrene-diene block copolymers. This £ ~ ’: ·; 1 * * Λ 8-CB-10.218 -12 block copolymers can be diblock or triblock copolymers or radial block copolymers. The diene blocks can be selectively hydrogenated. It is of course possible to use a mixture of one or two different block copolymers or, for example, a mixture of impact-resistant polystyrene and a block copolymer.
E. Additieven.E. Additives.
Het polymeermengsel volgens de uitvinding kan 10 een of meer van de voor polyfenyleenethers en/of polyolefines gebruikelijke additieven bevatten.The polymer mixture according to the invention can contain one or more of the additives customary for polyphenylene ethers and / or polyolefins.
ftft
In het bijzonder kunnen worden genoemd weekmakers/ middelen voor het verbeteren van de vlamver-15 tragende eigenschappen/ zoals bijvoorbeeld fosfaten of halogeen bevattende styreenverbindingen/ stabilisatoren zoals fosfieten/ vulstoffen zoals versterkende vulstoffen bijvoorbeeld glasvezels/ kleurstoffen of pigmenten; crystal clear polystyreen.Particularly mentioned are plasticizers / agents for improving the flame-retardant properties / such as, for example, phosphates or halogen-containing styrene compounds / stabilizers such as phosphites / fillers such as reinforcing fillers, for example glass fibers / dyes or pigments; crystal clear polystyrene.
2020
De polymeermengsels volgens de uitvinding kunnen op een voor polymeermengsels algemeen bekende wijze worden bereid. Bij voorkeur worden de verschillende polymeren in de smelt met elkaar gemengd bijvoorbeeld 25 in een extrusiemachine.The polymer mixtures according to the invention can be prepared in a manner generally known for polymer mixtures. Preferably, the different polymers are melt-mixed together, for example in an extruder.
Voorbeelden 1/ II/ III en IV en vergelijkend voorbeeld A_._Examples 1 / II / III and IV and comparative example A _._
Er werden verschillende polymeermengsels 30 bereid met een samenstelling zoals aangegeven in de hieronder volgende tabel 1. Als polyfenyleenether werd een poly(2/6-dimethyl-l,4-fenyleen)ether met een intrinsieke viscositeit van 46 ml/g, gemeten in chloroform bij 25°C/ bereid met een koper amine katalysator, 35 toegepast. Als gefunctionaliseerd polyolefine werd een met maleïnezuur anhydride gefunctionaliseerd ethyleen ·. . .’ f H· -p .Several polymer blends were prepared having a composition as indicated in Table 1 below. As polyphenylene ether, a poly (2/6-dimethyl-1,4-phenylene) ether with an intrinsic viscosity of 46 ml / g was measured in chloroform at 25 ° C / prepared with a copper amine catalyst. As the functionalized polyolefin, a maleic anhydride functionalized ethylene. . . "F H · -p.
Λ 8-CB-lO.218 -13- copolymeer toegepast/ dat in de handel verkrijgbaar is onder de aanduiding ADMÊR® L 2100. Bij de voorbeelden II en IV werd een bismaleïmide toegepast/ namelijk NrN,-4,4,-difenylmethaan-bis-maleïmide. Bij de voor-5 beelden III en IV werd een middel voor het verbeteren van de slagsterkte toegepast/ namelijk een styreen-butadieen-styreen triblokcopolymeer met selectief gehydrogeneerde butadieen blokken. Het aantal molecuul-gewicht van het triblokcopolymeer bedraagt ongeveer 10 74/000/ met een verhouding polystyreen tot polybuta- dieen van 27 tot 73.-8-CB-10.218-13-copolymer used / commercially available under the designation ADM ADR® L 2100. In Examples II and IV, a bismaleimide was used / namely NrN, -4,4, -diphenylmethane- bis-maleimide. Examples III and IV used an impact improving agent / a styrene-butadiene-styrene triblock copolymer with selectively hydrogenated butadiene blocks. The number molecular weight of the triblock copolymer is about 10 74,000 / with a polystyrene to polybutadiene ratio of from 27 to 73.
In vergelijkend voorbeeld A werd een niet-gefunctionaliseerd polyethyleen toegepast/ namelijk een 15 lage dichtheid polyethyleen.In comparative example A, a non-functionalized polyethylene was used / namely a low density polyethylene.
De bestanddelen werden in de aangegeven hoeveelheden (zie tabel A) in een Werner Pfeiderer dub-belschroef extrusiemachine bij 300 omwentelingen per 20 minuut en bij een op 285°C ingestelde temperatuur geëxtrudeerd. Het extrudaat werd in korreltjes gehakt (pellets). Het extrudaat van het polymeermengsel volgens vergelijkend voorbeeld A gaf een ruwe, zeer brosse strand, waarvan de korreltjes af en toe duide-25 lijk gedelamineerde structuren vertoonden. De brosheid van de strand volgens het vergelijkend voorbeeld A was zodanig, dat bij geringe verbuiging de strand reeds brak. Uit de korreltjes van de polymeermengsels volgens de uitvinding werden door spuitgieten genormeerde 30 proefmonsters gespoten voor het bepalen van de slagsterkte volgens Izod met en zonder kerf, voor het bepalen van de geïnstrumenteerde falling dart impact (FDI), de treksterkte en de heat deflection temperature (HDT).The components were extruded in the amounts indicated (see Table A) in a Werner Pfeiderer twin screw extruder at 300 revolutions per 20 minutes and at a temperature set at 285 ° C. The extrudate was chopped (pellets). The polymer blend extrudate of Comparative Example A gave a rough, very brittle beach, the grains of which occasionally exhibited clearly delaminated structures. The brittleness of the beach according to comparative example A was such that the beach already broke with a slight bend. Standardized test samples were injection-molded from the granules of the polymer mixtures according to the invention for determining the impact strength according to Izod with and without notch, for determining the instrumented falling dart impact (FDI), the tensile strength and the heat deflection temperature ( HDT).
35 ε' o o · 11 «r *9 ft 8-CB-10.218 -14-35 ε 'o o11 «r * 9 ft 8-CB-10.218 -14-
De geïnstrumenteerde Falling Dart Impact werd bepaald bij gespuitgiette schijven met een dikte van 3.2 mm en een diameter van 100 mm. Bij deze proef laat men een standaard proeflichaam met een halfbolvormige 5 punt en met een gewicht van 100 N op de schijf vallen vanaf een hoogte van 2.2 meter. De schijf ligt daarbij op een ring met een diameter van 95 mm. De energie, die door de schijf wordt geabsorbeerd tot het tijdstip waarop de schijf breekt, wordt gemeten. De zo gevonden 10 energiewaarde is aangeduid als "Falling Dart Impact" (DIN 53443). De treksterkte werd gemeten op een Zwick trekbank bij een treksnelheid van 50 ntm/min» De treksterkte (tensile yield strength) en de rek bij breuk werden bepaald.The instrumented Falling Dart Impact was determined on injection molded discs with a thickness of 3.2 mm and a diameter of 100 mm. In this test, a standard test body with a hemispherical 5 point and weighing 100 N is dropped on the disc from a height of 2.2 meters. The disc lies on a ring with a diameter of 95 mm. The energy absorbed by the disc until the time the disc breaks is measured. The energy value thus found is designated as "Falling Dart Impact" (DIN 53443). The tensile strength was measured on a Zwick tensile tester at a tensile speed of 50 ntm / min. The tensile yield strength and elongation at break were determined.
1515
Verder werd het percentage extraheerbaar materiaal bepaald door fijn gemalen materiaal met chloroform te extraheren.Furthermore, the percentage of extractable material was determined by extracting finely ground material with chloroform.
20 De smeltviscositeit werd bepaald in een Göttfert Rheometer, bij een constante afschuifsnelheid van 1500 s--*- en een temperatuur van 282°C.The melt viscosity was determined in a Göttfert Rheometer, at a constant shear rate of 1500 s - * - and a temperature of 282 ° C.
De verkregen resultaten zijn samengevat in 25 tabel 1.The results obtained are summarized in Table 1.
30 35 a 7 o o 111 * 8-CB-10.218 -15-30 35 a 7 o o 111 * 8-CB-10,218 -15-
Tabel 1Table 1
Voorbeeld AI II III IVExample AI II III IV
5 Samenstelling (gewichtsdelenj o polyfenyleenether 50 50 50 45 45 o gefunctionaliseerd - 50 50 45 45 10 polyolefine o bismaleïmide - - 0.25 - 0.5 o triblokcopolymeer - - - 10 10 o niet gefunctio-naliseerd poly- 15 olefine 50 - - -5 Composition (parts by weight o polyphenylene ether 50 50 50 45 45 o functionalized - 50 50 45 45 10 polyolefin o bismaleimide - - 0.25 - 0.5 o triblock copolymer - - - 10 10 o unfunctionalized polyolefin 50 - - -
Eigenschappen o Izod slagsterkte - 611 422 - - 20 zonder kerf (j/m) o Izod slagsterkte 43 25 412 325 met kerf (Jj/ro) o Max. treksterkte - 19 17 17 17 (N/m2) 25 o Rek bij breuk (%) - 16 13 120 61 o Smeltviscositeit 63 338 352 321 332 (Pa.s) o Falling dart impact - 3 2 85 71 (J) 30 o % extraheerbaar - 48 46 - 45 materiaal o H.D.T. (°C) - 106 88 - o delaminatie ja neen neen neen neen (visueel beoordeeld 35 aan het extrudaat) ί 7 i . - *f •’τ- Α 8-CB-10 218 -16-Properties o Izod impact strength - 611 422 - - 20 without notch (y / m) o Izod impact strength 43 25 412 325 with notch (Yy / ro) o Max. tensile strength - 19 17 17 17 (N / m2) 25 o Elongation at break (%) - 16 13 120 61 o Melt viscosity 63 338 352 321 332 (Pa.s) o Falling dart impact - 3 2 85 71 (J) 30 o % extractable - 48 46 - 45 material o HDT (° C) - 106 88 - o delamination yes no no no no (visually assessed on the extrudate) ί 7 i. - * f • ’τ- Α 8-CB-10 218 -16-
Uit de tabel kan men zien/ dat de polymeer-mengsels volgens de voorbeelden goede mechanische eigenschappen bezitten. De toevoeging van een bismaleïmide leidt tot een verlaging van het percentage 5 extraheerbaar materiaal en een verhoogde smelt- viscositeit. Dit duidt op een verbeterde interactie tussen beide hoofdbestanddelen.It can be seen from the table that the polymer blends of the examples have good mechanical properties. The addition of a bismaleimide leads to a decrease in the percentage of extractable material and an increased melt viscosity. This indicates an improved interaction between both main components.
10 15 20 25 30 35 £‘ ·' * .* * 8-CB-10.218 -17- Q2 =- tn ( 2 Q N(R2)2 2 I 1 2 5Γ P(Ri)210 15 20 25 30 35 £ "·" *. * * 8-CB-10.218 -17- Q2 = - tn (2 Q N (R2) 2 2 I 1 2 5Γ P (Ri) 2
(II) -o—-foV°H(II) -o-foV ° H
Q2 a1 q1 Q2 22 Q1Q2 a1 q1 Q2 22 Q1
(iii) -°—(Oy-—0H(iii) - ° - (Oy-0H
Q1 Q2 ζτ VQ1 Q2 ζτ V
2Vyf(Rl)2 (IV) -c-'I /=^ Q2 21 2^ 22 δ2 21 (V) 0=^^=======(^2Vyf (Rl) 2 (IV) -c-'I / = ^ Q2 21 2 ^ 22 δ2 21 (V) 0 = ^^ ======= (^
/V /“V/ V / “V
(VI) . ¢) _ f ƒ —R1—'i /* V )>-\(VI). ¢) _ f ƒ —R1 —'i / * V)> - \
ho σ Hho σ H
ev caev approx
Claims (9)
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8700111A NL8700111A (en) | 1987-01-19 | 1987-01-19 | POLYMER MIXTURE WITH POLYPHENYLENE ETHER AND FUNCTIONALIZED POLYOLEFINE. |
JP767088A JPS63241064A (en) | 1987-01-19 | 1988-01-19 | Polymer blend of polyphenylene ether and functional polyolefin |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8700111 | 1987-01-19 | ||
NL8700111A NL8700111A (en) | 1987-01-19 | 1987-01-19 | POLYMER MIXTURE WITH POLYPHENYLENE ETHER AND FUNCTIONALIZED POLYOLEFINE. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8700111A true NL8700111A (en) | 1988-08-16 |
Family
ID=19849431
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8700111A NL8700111A (en) | 1987-01-19 | 1987-01-19 | POLYMER MIXTURE WITH POLYPHENYLENE ETHER AND FUNCTIONALIZED POLYOLEFINE. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
JP (1) | JPS63241064A (en) |
NL (1) | NL8700111A (en) |
Cited By (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0578291A2 (en) * | 1992-06-15 | 1994-01-12 | ENICHEM S.p.A. | In situ compatibilization of PPE/polyethylene copolymer blends |
EP0612809A2 (en) * | 1993-02-26 | 1994-08-31 | ENICHEM S.p.A. | Compatibilized blends of PPE/polyethylene copolymer |
Families Citing this family (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPH02158641A (en) * | 1988-12-12 | 1990-06-19 | Mitsui Toatsu Chem Inc | Thermoplastic resin composition |
-
1987
- 1987-01-19 NL NL8700111A patent/NL8700111A/en not_active Application Discontinuation
-
1988
- 1988-01-19 JP JP767088A patent/JPS63241064A/en active Pending
Cited By (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0578291A2 (en) * | 1992-06-15 | 1994-01-12 | ENICHEM S.p.A. | In situ compatibilization of PPE/polyethylene copolymer blends |
EP0578291A3 (en) * | 1992-06-15 | 1995-05-24 | Enichem Spa | In situ compatibilization of PPE/polyethylene copolymer blends. |
EP0612809A2 (en) * | 1993-02-26 | 1994-08-31 | ENICHEM S.p.A. | Compatibilized blends of PPE/polyethylene copolymer |
EP0612809A3 (en) * | 1993-02-26 | 1995-08-30 | Enichem Spa | Compatibilized blends of ppe/polyethylene copolymer. |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
JPS63241064A (en) | 1988-10-06 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US5156920A (en) | Polyphenylene ether resin compositions having improved adhesion for decorative and protective coatings | |
US4960825A (en) | Polymer mixture comprising polyphenylene ether and polyamide | |
US5260359A (en) | High impact flameproofed polyphenylene ether-polyamide molding materials | |
EP0164767A2 (en) | Polymer mixture comprising a polyphenylene ether and a polyamide | |
WO1993013170A1 (en) | Ethylene vinyl acetate compositions and tubing made therefrom | |
US5081185A (en) | Polyphenylene ether composition characterized by improved melt flow | |
US5081187A (en) | Resin composition | |
JPH0832824B2 (en) | Molded or foamed product of odor-reducing polyphenylene ether resin and composition | |
CA1102032A (en) | Flame-retardant, impact-resistant polyphenylene ether compositions | |
EP0362660A2 (en) | Improved polyphenylene ether resin compositions which are highly resistant to delamination | |
US5034459A (en) | Polyphenylene ether compositions having improved flow | |
US5399610A (en) | Polyphenylene ether alloys | |
US4282335A (en) | High molecular resin composition | |
JPH08319410A (en) | High performance polymer composition | |
US5216089A (en) | Modified polyphenylene ether resins having improved processability and oxidative stability | |
US4692490A (en) | Flame retardant polyphenylene ether composition containing polybrominated diphenyoxybenzene and antimony oxide | |
JPS63108059A (en) | Modified polyphenylene ether resin improved in processability and oxidation stability | |
US5008314A (en) | Polyphenylene ether compositions resistant to environmental stress cracking | |
US20030078363A1 (en) | Copolymers of functionalized polyphenylene ether resins and blends thereof | |
NL8700111A (en) | POLYMER MIXTURE WITH POLYPHENYLENE ETHER AND FUNCTIONALIZED POLYOLEFINE. | |
EP0886657B1 (en) | Functionalized polymers | |
US4824887A (en) | High impact rubber modified polystyrene and polyphenylene ether resins containing the same | |
NL8601128A (en) | POLYMER MIXTURE WITH POLYPHENYLENE ETHER AND REINFORCING FIBERS. | |
EP0432641A2 (en) | Reinforced polyphenylene ether resin compositions having improved melt flow | |
WO1987001380A1 (en) | Non-delaminating blends of polyphenylene ether and acrylic resin modified polyolefins |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BV | The patent application has lapsed |