NL8601744A - Zuurkast. - Google Patents

Description

r- *.

VO 8287

Titel: Zuurkast.

De uitvinding heeft betrekking op een zuurkast voorzien van een in hoofdzaak omsloten ruimte, die aan de bovenzijde is voorzien van een afzuiging en aan de voorzijde toegankelijk is door een omhoog schuifbaar 5 raam, waarboven een luchtaanzuigvlak is gelegen, dat althans bij geheel omhoog geschoven raam door dat raam wordt afgesloten, waarbij binnen de omsloten ruimte stro-mingsschotten aanwezig zijn.

Een zuurkast is bedoeld om een werkruimte, 10 bijvoorbeeld een laboratorium vrij te houden van schadelijke dampen die bij uitgevoerde processen of proeven vrijkomen. Daartoe dient niet alleen bij gesloten raam doch ook bij open of gedeeltelijk open raam een optimale afzuiging gewaarborgd te zijn. Daarbij is het van belang, dat de 15 lucht zo veel mogelijk horizontaal loodrecht, laminair en met zo gelijkmatig mogelijke snelheid over de gehele open raamhoogte de zuurkast binnentreedt. Dit is te bereiken door een juist samenspel van het schuifraam en het luchtaanzuigvlak, dat naarmate het raam verder wordt geopend 20 daardoor verder wordt afgedekt. Hoewel aldus een optimaal aan- en afzuigpatroon is te creëren, heeft een dergelijke zuurkast het nadeel, dat de raamopeningshoogte beperkt wordt door de totale bouwhoogte van de zuurkast. Wordt uitgegaan van een werkblad op een hoogte van circa 95 cm, 25 dan betekent een schuifraamhoogte van 70 cm dat de onderrand van het schuifraam maximaal tot 1.65 m boven de opstellingsvloer is te brengen, welke hoogte vaak als te gering wordt ondervonden, waarbij zich bovendien op die hoogte van 1.65 m een stationaire dwarslijst bevindt, 30 die het vrije zicht in de zuurkast kan belemmeren. Verhogen van de schuifraamhoogte- zou weliswaar een oplossing zijn, doch heeft tevens tot gevolg, dat de hoogte van de omsloten 8601744 -2- ,Α £ ruimte met eenzelfde maat extra moet worden verhoogd ten einde het raam tot in zijn bovenste stand te kunnen schuiven, hetgeen de totale inwendige hoogte van de omsloten ruimte onnodig en de totale bouwhoogte van de zuurkast 5 ongewenst zou verhogen en de fabricagekosten zou doen toenemen.

Met de uitvinding wordt beoogd de maximaal mogelijke vrije toegang tot de zuurkast te vergroten zonder dat dit leidt tot vergroting van de hoogteafmetingen 10 of tot nadelige beïnvloeding van het luchtstromingspatroon.

Dit wordt overeenkomstig de uitvinding bij een zuurkast van de in de aanhef bedoelde soort bereikt, doordat het raam in horizontale richting in tweeën is verdeeld, waarbij beide delen zijn gekoppeld door een 15 mechanisme dat bij omhoog schuiven van het onderste deel van het raam het bovenste deel de vrije doorlaat van het luchtaanzuigvlak doet verminderen, waartoe het lucht-aanzuigvlak aansluitend op het bovenste deel van het raam is aangebracht. Door deze maatregelen is het zonder 20 meer mogelijk de onderrand van het schuifraam tot bijvoorbeeld 1.80 m omhoog te brengen zonder dat daarbij het optimale luchtstromingspatroon wezenlijk wordt verstoord, hetgeen het gevolg is van het regelmatig verkleinen van het luchtaanzuigvlak door het daarvoor schuivende bovenste 25 deel van het raam bij het omhoog schuiven van het onderste deel.. Tevens zal het duidelijk zijn, dat door deze maatregelen de hoogte van zowel inwendige ruimte en zuurkast ten opzichte van de bekende stand van de techniek onbeïnvloed kunnen blijven ondanks vergroting van de toegangs-30 opening; in tegendeel zelfs, door het over elkaar kunnen schuiven van de twee raamdelen en het direct op het bovenste raamdeel laten aansluiten van het luchtaanzuigvlak is zelfs een compactere constructie van deze in feite de hoogte van de bekende zuurkast bepalende delen verkregen. 35 Aldus is met de maatregelen volgens de uitvinding een dubbel effect bewerkstelligd, namelijk enerzijds een 8501744 fc. ?* -3- grotere toegangsopening en anderzijds een mogelijk kleinere bouwhoogte.

Voor het regelen en beheersen van de luchtstroming binnen de zuurkast, zodat deze optimaal en zonder dode 5 hoeken wordt doorspoeld is het bekend de zuurkast te voorzien van een eerste schot, dat zich evenwijdig aan en op relatief korte afstand van en over het grootste deel van de hoogte van de achterwand uitstrekt en daarbij aan de onderzijde een strook vrijlaat tot de bodem van 10 de omsloten ruimte en aan de bovenzijde eindigt in een omgeknikt vlak, dat zich hellend in de richting van de bovenzijde van de omsloten ruimte uitstrekt, waarvan een tweede schot, dat een hoogte heeft ongeveer gelijk aan die van het luchtaanzuigvlak en zich evenwijdig aan 15 en op relatief korte afstand van de voorzijde het luchtaanzuigvlak grotendeels afdekkend uitstrekt, en van een derde schot, dat zich nabij de bovenzijde de horizontale ruimte tussen het omgeknikte vlak van het eerste schot en het derde schot grotendeels afdekkend uitstrekt, waarbij 20 tussen het eerste en het tweede alsmede tussen het tweede en het derde schot luchtdoorgangen aanwezig zijn. Bij proefnemingen is echter gebleken, dat die stromingen bij een zuurkast met raamconstructie volgens de uitvinding . nog verder is te verbeteren als overeenkomstig een verdere 25 uitvoeringsvorm van de uitvinding het derde schot onder een ongeveer gelijke hoek als het eerste schot doch tegengesteld hellend is opgesteld, waarbij de naar elkaar toe wijzende uiteinden van het derde schot en het omgeknikte vlak van het eerste schot op eenzelfde hoogte op afstand 30 van elkaar zijn opgesteld en een daartussen gevormde doorgang in horizontale richting versprongen is opgesteld ten opzichte van de afzuiging aan de bovenzijde, en dat de bovenrand van het tweede schot reikt tot voorbij de bovenrand van het luchtaanzuigvlak en op afstand onder 35 de voorrand van het tweede schot is gelegen.

Een bijzonder geschikte, eenvoudig te verwezen- 8801744 -4- lijken alsmede een efficiënte verplaatsing van beide raamdelen en afdekking van het luchtaanzuigvlak bewerkstelligende constructie wordt verkregen, als overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding het 5 mechanisme voor het regelen van de onderlinge raamverplaat-singen bestaat uit aan de bovenzijde van de ramen bevestigde, zich verticaal omhoog uitstrekkende kabels, die na het leiden over vrij draaibare, stationair opgestelde leischijven zich verticaal omlaag uitstrekken, waarbij 10 de van het bovenste deel van het raam uitgaande kabels zijn bevestigd aan een contragewicht en de van het onderste deel van het raam uitgaande kabels na het leiden over een aan het contragewicht gelagerde, vrij draaibare katrolschijf zijn bevestigd aan een stationair deel van de 15 zuurkast.

Onder verwijzing naar een in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld zal de zuurkast volgens de uitvinding thans nader worden besproken en toegelicht. Daarbij tonen: 20 Fig. 1-3 op schematische wijze een zuurkast volgens de uitvinding in respectievelijk een gesloten, een gedeeltelijk geopende en een verder geopende stand; en

Fig. 4 een regelmechanisme voor de raamverplaat- 25 sing.

De in de fig. 1-3 weergegeven zuurkast is voorzien van een bovenwand 1 met afzuiging 2, een frontpaneel 3, een achterwand 4, een werkblad 5, zijwanden 6 en een onderkast 7. Geleid in de zijwanden 6 zijn een onderraam 30 8 en een bovenraam 9 schuifbaar verplaatsbaar. In fig.

1 zijn de ramen 8 en 9 in hun zover mogelijk omlaagz geschoven stand weergegeven, d.w.z. de gesloten stand van de zuurkast waarin de geventileerde werkruimte 10 maximaal omsloten is. In deze stand blijft onder de onder-35 rand van het onderraam 8 een opening 11 aanwezig voor het aanzuigen van lucht, hetgeen verder kan geschieden 8601744 -5- via een luchtaanzuigvlak 12 tussen de bovenrand van het bovenraam 9 en de onderrand van het frontpaneel 3. Het luchtaanzuigvlak 12 afdekkend is op enige afstand binnenwaarts in de werkruimte 10 een stromingsschot 13 opgesteld.

5 Eeh verder stromingsschot 14 strekt zich evenwijdig aan en op enige afstand van de achterwand 4 uit, waarbij tussen de onderrand van het schot 14 en de bovenzijde van het werkblad 5 een luchtdoorlaatopening aanwezig is. Aan de bovenrand zet het schot 14 zich voort in 10 een omgeknikt vlak 15, dat zich hellend in de richting van de bovenwand 1 uitstrekt en eindigt voorbij de afzui-ging 2. Een verder schot 16 is ongeveer spiegelsymmetrisch ten opzichte van het omgeknikte vlak 15 opgesteld, waarbij tussen de naar elkaar toe wijzende bovenranden van beide 15 delen een luchtdoorlaat resteert, die versprongen is opgesteld ten opzichte van de afzuiging 2. De onderrand van het schot 16 is op in hoofdzaak dezelfde afstand van het frontpaneel 3 gelegen als het schot·13. Dit laatste is zodanig ten opzichte van het luchtaanzuigvlak 12 opge-20 steld, dat de bovenrand van het schot 13 de bovenrand van het luchtaanzuigvlak 12 overlapt, terwijl de onderrand van het schot 13 zich iets boven de bovenrand van het bovenraam 9 bevindt in de in fig. 1 weergegeven, geheel omlaag geschoven stand van dat raam. Het in die gesloten 25 stand van de zuurkast verkregen stromingspatroon in de werkruimte 10 is met pijltjes weergegeven.

Het onderraam 8 en het bovenraam 9 zijn onderling wat hun verplaatsing betreft gekoppeld door een regelmechanisme dat bij omhoog schuiven van het raam 8 het bovenraam 30 9 de vrije doorlaat van het luchtaanzuigvlak 12 doet verminderen. Zo is in de in fig. 2 getoonde, gedeeltelijk geopende stand van het onderraam 8 het bovenraam 9 eveneens omhoog geschoven, waardoor dit de vrije doorlaat van het luchtaanzuigvlak 12 ten opzichte van de gesloten 35 stand van de zuurkast heeft doen verminderen. In de stand volgens fig. 3 is het onderraam 8 zover omhoog geschoven, 8601744 -6- V» 'w dat het bovenraam 9 het luchtaanzuigvlak 12 geheel heeft afgesloten. Zoals uit fig. 3 moge blijken is het onderraam 9 voor het nog verder vergroten van de toegang tot de werkruimte 10 nog verder omhoog te schuiven en wel tot 5 een niveau waarbij zowel de onderrand van het onderraam 8 als de onderrand van het bovenraam 9 zich ongeveer ter hoogte van of iets onder de onderrand van het' schot 13 bevinden. Aldus is met een minimale bouwhoogte en onder behoud van een optimaal stromingspatroon in de 10· werkruimte deze op optimale wijze toegankelijk gemaakt.

In fig. 4 is een regelmechanisme voor de onderling gekoppelde verplaatsing van onderraam 8 en bovenraam 9 weergegeven. Daartoe is aan de bovenzijde van het bovenraam 9 een kabel 17 bevestigd, die zich verticaal omhoog 15 uitstrekt naar een leischijf 18 vanwaar de kabel 17 naar een leischijf 19 loopt en vandaaraf verticaal omlaag waar het uiteinde van de kabel is bevestigd aan een stang 20, die vastzit aan een contragewicht 21. Van de bovenzijde van het onderraam 8 strekt zich verticaal een kabel 22 20 omhoog uit, die eerst over een leischijf 23 en vervolgens over een leischijf 24 loopt, waarna de kabel 22 over een katrolschijf 25, die aan het contragewicht 21 is bevestigd, is geleid en vanaf die katrolschijf 25 verticaal omhoog loopt tot aan een stationaire bevestigingsplaats 25 26. Wordt het onderraam 8 over een zekere afstand omhoog bewogen, dan beweegt het contragewicht 21 zich over de helft van die afstand omlaag en trekt daarbij het bovenraam 9 over diezelfde halve afstand omhoog, waarbij het bovenraam 9 het in fig. 4 niet weergegeven luchtaanzuigvlak op 30 de gewenste wijze gaat afsluiten of verder afsluiten.

8601744

Claims (3)

1. Zuurkast voorzien van een in hoofdzaak omsloten ruimte, die aan de bovenzijde is voorzien van een afzuiging en aan de voorzijde toegankelijk is door een omhoog schuifbaar raam, waarboven een luchtaanzuigvlak is gelegen, 5 dat althans bij geheel omhoog geschoven raam door dat raam wordt afgesloten, waarbij binnen de omsloten ruimte stromingsschotten aanwezig zijn, met het kenmerk, dat het raam in horizontale richting in tweeën is verdeeld, waarbij beide delen zijn gekoppeld door een mechanisme 10 dat bij omhoog schuiven van het onderste deel van het raam het bovenste deel de vrije doorlaat van .het luchtaanzuigvlak doet verminderen, waartoe het luchtaanzuigvlak aansluitend op het bovenste deel van het raam is aangebracht,

2. Zuurkast volgens conclusie 1 en voorzien van 15 een eerste schot, dat zich evenwijdig aan en op relatief korte afstand van en over het grootste deel van de hoogte van de achterwand uitstrekt en daarbij aan de onderzijde een strook vrijlaat tot de bodem van de omsloten ruimte en aan de bovenzijde eindigt in een omgeknikt vlak, dat 20 zich hellend in de richting van de bovenzijde van de omsloten ruimte uitstrekt, waarvan een tweede schot, dat een hoogte heeft ongeveer gelijk aan die van het luchtaanzuigvlak en zich evenwijdig aan en op relatief korte afstand van de voorzijde het luchtaanzuigvlak groten-25 deels afdekkend uitstrekt, en van een derde schot, dat zich nabij de bovenzijde de horizontale ruimte tussen het omgeknikte vlak van het eerste schot en het derde schot grotendeels afdekkend uitstrekt, waarbij tussen het eerste en het tweede alsmede tussen het tweede en 30 het derde schot luchtdoorgangen aanwezig zijn, met het kenmerk, dat het derde schot onder een ongeveer gelijke hoek als het eerste schot doch tegengesteld hellend is opgesteld, waarbij de naar elkaar toe wijzende uiteinden 35 van het derde schot en het omgeknikte vlak van het eerste S601744 -8.- *· schot op eenzelfde hoogte op afstand van elkaar zijn opgesteld en een daartussen gevormde doorgang in horizontale . richting versprongen is opgesteld ten opzichte van de afzuiging aan de bovenzijde, en dat de bovenrand van 5 het tweede schot reikt tot voorbij de bovenrand van het luchtaanzuigvlak en op afstand onder de voorrand van het tweede schot is gelegen.

3. Zuurkast volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het mechanisme voor het regelen van de onder-10 linge raamverplaatsingen bestaat uit aan de bovenzijde van de ramen bevestigde, zich verticaal omhoog uitstrekkende kabels, die na het leiden over vrij draaibare, stationair opgestelde leischijven zich verticaal omlaag uitstrekken, waarbij de van het bovenste deel van het raam uitgaande 15 kabels zijn bevestigd aan een contragewicht en de van het onderste deeL van het raam uitgaande kabels na het leiden over een aan het contragewicht gelagerde, vrij draaibare katrolschijf zijn bevestigd aan een stationair deel van de zuurkast. ; ) 'J i / *j -v