NL8500414A - Lamphouder voor gasontladings- of fluorescentielamp met een enkele lampvoet. - Google Patents

Description

- - · ¥

Lamphouder voor gasontladings- of fluorescentielamp met één enkele lampvoet.

De uitvinding heeft betrekking op een lamphouder· voor één of meerdere gasontladings- of fluorescentielampen net één enkele lampvoet, bestemd om electxisch te worden doorverbonden met tenminste .een voor schakelapparaat en/of een starter of een ander 5 electrisch apparaat en de electrische contacten van dê netvoeding, waarbij de lamphouder van inwendige electrische contacten en electrische doorverbindingen is voorzien, zodat de lamphouder door middel.van de electrische contacten direct met het aan te sluiten apparaat of apparaten kan worden verbonden en de lamphouder voorts is voorzien van de 10. electrische contacten voor de netyoeding, waarbij de lamphouder uit tenminste twee delen bestaat met een gemeenschappelijk raakvlak en inwendige sparingen, waarbij voorts tenminste éën electrische doorver * binding en/of één electrisch contact geheel of gedeeltelijk als verend element is uitgevoerd en zodanig in één yan de lamphouderdelen wordt ge-15 monteerd, dat bij samenvoegen van de beide lamphouderdelen de met elkaar te verbinden electrische contacten onderling electrisch worden doorverbonden, Een dergelijke lamphouder wordt reeds beschreven in de Nederlandse O.A. 8402000, Deze uitvinding heeft tot doel deze lamphouder verder te verbeteren, 20 De betreffende lampen zijn overwegend lus-, u-, n-, staaf-, cirkel- en pi-vormig en zijn bekend uit brochures over lampen onder merknamen, zoals PL, PLC, Dulux, Lynx en 2 D. Voor de betreffende lamphouder wordt de merknaam LAMPMATE gebruikt.

De lamphouder waar de uitvinding betrekking op heeft kan electrisch 25 worden verbonden met één of meerdere electrische onderdelen van een lichtinstallatie, waarbij de electrische onderdelen elk. kunnen zijn voorzien van één of meer electrische contacten voor aansluiting op de lamphouder. Zo kan de lamp zijn uitgerust met twee of vier electrische pencontacten, afhankelijk van lamptype, bijvoorbeeld wel of geen 30 externe starter, en wel of niet regelbaar.

Zo kan ook het voorschakelapparaat met meer dan twee electrische contacten zijn uitgerust, bijvoorbeeld bij uitvoering als lichtregelin-stallatie. Bij de aanleg van een lichtinstallatie is het voor een efficiënte werkwijze van belang dat de netvoedingsdraden per lamphouder 35 kunnen worden doorverbonden, en dat tevens een ontstoringscondensator kan worden aangesloten.

BAD ORIGINAL

P B o o 4 1 4 r 2 -

In een. voorkeursuitvoering van de betreffende lamphouder wordt de lamp-houder uit twee delen samengesteld, en worden voor de inwendige elec-trisché contacten en voor de inwendige elecfrische doorverbindingen me-talen delen toegepast, waarbij de electrische contacten ên de electrische 5 doorverbindingen afzonderlijk en verend kunnen worden uitgevoerd, zodanig dat bij samenvoegen van de lamphouderdelen electrisch contact wordt verkregen. Hiertoe is het noodzakelijk dat de metalen delen op hun plaats blijven zitten en derhalve klemmend worden gemonteerd in sparingen 'of kamertjes in de lamphouderdelen. Dit kan worden bereikt door het toepas-10 sen van nauwkeurige klempassingen, hetgeen hoge eisen stelt aan het fa-brikageproces en derhalve een nadeel is bij de fabrikage en de montage.

De klempassing van het electrische contact in de sparing of in het kamertje in het lamphouderonderdeel kan ook de functie van het electrische contact, bijvoorbeeld het verend inklemmen van een pen, nadelig beïn-15 vloeden, tenzij meer gecompliceerde of samengestelde uitvoeringen van de electrische contacten worden toegepast, hetgeen een nadeel is. De meer gecompliceerde of samengéstelde uitvoering van het electrische klemcontact is ook nodig om te voorkomen, dat bij het verend aandrukken van het electrische contact door de verende electrische doorver-20 binding de klemfunctie van het electrische contact wordt belemmerd.

Bij de electrische installatie wordt voor aansluiting van de lamphouder op de netvoeding de voorkeur gegeven aan insteekcontactiën, waarmee efficient kan worden gewerkt. Van invloed op de uitvoering zijn ook de normen keuringsvoorschriften.

25 De uitvinding volgens deze octrooi-aanvraag beoogt aan bovenvermelde wensen tegemoet te komen en de beschreven nadelen op te heffen en geeft een technische uitvoering aan van de electrische contacten en de electrische doorverbindingen, waardoor wordt bereikt, dat het samenstel van de electrische contacten en de electrische doorverbindingen tiitslui-30 tend kan worden opgebouwd uit eenvoudig gevormde en gemakkelijk te vervaardigen en te monteren bladveertjes,. met in achtneming van de functionele- en kwaliteitseisen.

In het bijzonder het electrische contact voor de netaansluiting kan op deze wijze eenvoudig worden samengesteld uit twee bladveertjes, waar-35 bij achtereenvolgens een contactveer en een klemvfier vanaf de binnenkant van de gedeelde lamphouder over twee tegenover elkaar liggende buitenwanden van een kamertje wordt gehaakt. Hierbij kan het kamertje, luitdraad in de lamphouder wordt ingebracht, worden af- - 3 - gesloten door een metalen strip, die daarbij als eindaanslag voor de in te brengen netvoedingsdraad dienst doet en.tevens als electrische doorverbinding fungeert, waarbij het kamertje tevens kan worden afgesloten door een door de .strip stekende, opstand, welke fungeert als eiiidaanslag 5 voor de klemveer, die vanaf de buitenkant van de lamphouder door middel van een schroevedraaier of iets dergelijks kan worden opengeduwd voor het uitnemen van de aansluit draden.

De netvoedingsdraad wordt ingeklemd tussen de klemveer en de contact-veer, waarbij de functie van de klemveer is de netaansluitdraad met 10 voldoende kracht tegen de contactveer te duwen voor hét verkrijgen van een goed electrisch contact.'

Het bovenbeschreven electrische aansluitpunt kan ook worden gebruikt voor het doorverbinden van de netvoedings draden naar andere' lamphouders en het aansluiten van de electrische contacten van een eventueel toe te 15 passen ontstoringscondensator, waartoe deze electrische aansluitpunten voor de netvoeding per electrisch contact dubbel kunnen worden uitgevoerd; Het voordeel van de uitvoering van de electrische contacten met een u-vormige lip welke over de rand van een kamertje kan worden gehaakt, is dat de electrische contacten op hun plaats blijven zitten bij het op 20 zijn kop houden van het betreffende lamphouderdeel, en dat de montage eenvoudig kan worden uitgevoerd met een ruime pas sings tolerant ie.

De electrische contacten die in het lamphouderdeel worden gemonteerd, dat niet op zijn kop behoeft te worden gehouden ten. behoeve van het op elkaar bevestigen van de lamphouderdelen, kunnen met een ruime_pas— 25 sing worden gemonteerd en van verbrede schouderranden worden* voorzien waarmee ze op twee tegenover elkaar liggende opstaande wanden van een kamertje komen te rusten en de klemfunctie van het electrische contact met betrekking tot de electrische aansluiting niet wordt belemmerd door inklemming in een kamertje of aandrukken van de electrische do.orverbin-30 dingen op het electrische contact.

Voor een bedrijfszekere uitvoering van de lamphouder is het gewenst dat de beide lamphouderdelen hecht met elkaar worden verbonden en dat de verbinding van de lamphouderdelen bestand is tegen-mogelijk externe belasting en tegen de‘inwendige belasting van de verende metalen delen in de 35 lamphouder. Om deze reden kan de verbinding van de beide lamphouderdelen tot stand worden gebracht door bijvoorbeeld een ultrasone lasverbinding-Het is mogelijk de lamphouder samen te stellen uit twee .delen, waarbij het ene degl als houder van de lamp fungeert en het andere deel als kap BAD SFfSjtNff 4 1 4 - k - wordt uitgevoerd. Hierbij is het mogelijk de klemveer voor de lampvoet in kunststof uit te voeren en één geheel te laten vormen met de houder, waarbij de klemveer voor de lampvoet eenzijdig of tweezijdig kan worden uitgevoerd.

5 De uitvinding zal aan de hand van tekeningen, waarin uitvoeringsvooinbeelden zijn voorgesteld, nader worden toegelicht.

Fig. 1 en fig. 2 behoren bij elkaar en tonen door middel van doorsnede-tekeningen met aanzichten een uitvoeringsvoorbeeld van de lamphouder volgens de uitvinding, waarin het samenstel van electrische contacten, 10 electrische doorverbindingen en de met elkaar verbonden lamphouderdelen met'sparingen en opstanden, wordt aangegeven. De lamphouder bestaat uit een zgn. houder 9 en een kap 30.

De electrische aansluiting van de lamp wordt gevormd door de electrische klemcontactveren 3 in het lamphouderdeel, de zgn. houder 9. Het voor-15 schakelapparaat wordt in dit voorbeeld eveneens aangesloten door electrische klemcontactveren 2 in de houder 9, terwijl de aansluit contacten voor de netvoeding door dubbele klem- of zgn. snij contactveren zijn uitgevoerd, bestaande uit een contactveer 3 een een klemveer A in de kap 30. In de voorgestelde lamphouder zijn drie electrische doorverbindingen toe-20 gepast, te weten tussen de klemcontactveren 1 en 2, bladveer 5, tussen klemcontactveer J en contactveer 3, bladveer 6, en tussen klemcontactveer, 2 en contactveer 3, bladveer 7.

/ '

Uit de tekeningen blijkt duidelijk hoe alle metalen delen in de gemonteerde situatie opgesloten zitten of verend worden aangedrukt door meege-25 goten opstanden 8 'in de beide lamphouderdelen, te weten de houder 9 en de kap 30, zonder dat de klem- öf contactfunctie wordt belemmerd.

Fig. 3 toont hoe klemcontactveer 3 van schouderranden 3 3 is voorzien, welke komen te rusten op de wanden 32 van kamertje 33 waarin de klemcontactveer 3 wordt gemonteerd, waardoor de verende klemwerking van de 30 lippen 3A yrij kan worden uitgevoerd.

Fig. A toont,in de gemonteerde toestand van het electrische contact, voor klemcontactveer 2 een overeenkomstige uitvoering als voor klemcontactveer 3 in fig. 3. Tevens geeft fig. A in combinatie met de figuren 3 en 2 weer hoe.de electrische doorverbinding 6, tezamen met de 35 opstand 35, een. onderdeel vormt van het electrische contact voor de netaans lui ting, tezamen met de contactveer 3 en de klemveer A.

Fig. 5 toont, in nog niet gemonteerde toestand, hoe het inklemgedeelte BAFÖrfi&r&£ electrisch contacten van de netaansluiting kan worden samen- • — - 5 - gesteld uit een contactyeer 3 en een klemveer 4, waarbij de contactveer 3 teyens van een verende lip 39 kan worden vóórzien voor de electrische doorverbinding. De netaansluitdraad of een andere aan te sluiten draad, wordt in de gemonteerde toestahd ingeklemd tussen de rechte lip 20 van 5 de contactyeer 3 en ëën van de verende lippen 21 van de klemveer 4.

Bij de montage wordt klemveer 4 door middel van de klemlip 18, over de opstaande wand J7 van kamertje 22 geklemd, terwijl de contactyeer 3 op overeenkomstige wijze oyer de opstaande wand 16 van kamertje 22 wordt geklemd. De electrische contacten van de net'aansluiting als boven be— 10 schreyen kunnen verder op de voorgeschreyen en bekende wijze worden ge-voxmd-met openingen. voor de netaansluitdraden en een opening yoor bijvoorbeeld een schroevedraaier voor het losnexnen van de aangesloten draad of draden.

Zoals uit de beschrijving duidelijk blijkt worden alle onderdelen in het .15 ene lamphouderdeel, in dit geyal de kap 10, met een verende klemconstruc-. tie bevestigd, waarbij ten behoeye van eenvoudige montage vangcontructies zijn toegepast, zoals schuine randen.

Het voordeel van deze constructie is, dat het ene lamphouderdeel, in.dit geyal de kap 10, voor plaatsing op het andere lamphouderdeel, de houder 20 9, kan worden omgekeerd, zonder dat de reeds daar in gemonteerde onderdelen, in dit geval de contactveer 3 en de klemyeer 4, er uit vallen of verschuiven. In voorkomende uitvoeringen van de lampholder is het uiteraard -mogelijk meerdere klemcontactveren te voorzien van een urvormig klemelement voor bevestiging over-ëën of meerdere opstaande randen in de 25 lamphouder.

Bij montage van de beschreven lamphouder liggen de beide lamphouderdelen, de houder 9 en de kap 10, opengeklapt en worden in de houder 9 eerst de klemcontactveren 1 en 2 geplaatst, vervolgens bladveer 5 en daarna blad-veer 6. Bladveer 7 wordt geplaatst na klemcontactveer 2. De Houder 9 is 30 zodanig geconstrueerd dat alle daar in te plaatsen onderdelen eenduidig kunnen worden geplaatst .met speling en met toepassing van vangconstruc-· ties zoals schuine randjes. Na plaatsing van de kap met onderdelen op de houder met onderdelen, is de lamphouder compleet, waarbij de lamphoudèr-.delen met elkaar kunnen worden verbonden door middel van bijvoorbeeld 35 een ultrasone las.

De figuren 1 en 2 tonen tevens hoe de veer of veren 23, voor het inklemmen van de lampyoet, kunnen worden meegegöten met de houder 9.

bad of8<8NN5 4 14

Claims (10)

1. Lamphouder yoor een of meerdere gasontladings·^ of fluorescentielampen met één enkele lampvoet, bestemd om electrisch te worden doorverbonden met tenminste een voorschakelappargat en/of een starter of een ander electrisch apparaat en de electrische contacten van de netvoeding, 'waar- 5 bij de lamphouder van inwendige electrische contacten en electrische doorverbindingen is voorzien, zodat de lamphouder door middel van de electrische contacten direct met het aan te sluiten apparaat of apparaten kan worden verbonden en de lamphouder voorts is voorzien van dé electrische contacten voor de netvoeding, waarbij de lamphouder uit ten— 10 minste twee delen bestaat met een gemeenschappelijk raakvlak en inwendige sparingen, waarbij voorts tenminste een electrische doorverbinding en/of êén electrisch contact geheel of gedeeltelijk als verend element is uit gevoerd en zodanig in ëén van de lamphouderdelen wordt gemonteerd, dat bij samenvoegen van de beide lamphouderdelen de met elkaar 35 te verbinden electrische contacten onderling electrisch worden doorverbonden, met het kenmerk, dat de netaansluiting uitmondt in een kamertj e (22) waarbij oyer twee tegenover elkaar gelegen zijwanden (J6, 17) van het kamertje respectievelijk een contactyeer (3) met een u—vormig element is geschoven en over .de tegenoverliggende zijwand (17) van het 20 kamert je .een klemveer (4) met een u-vormig element is geschoven, en voorts een electrische doorverbinding (6) is aangebracht in de vorm van / ' · een bladveer, welke het kamertje afsluit en als eindaanslag kan dienen voor bijvoorbeeld de aan te sluiten draad of draden.

2. Lamphouder volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de poot van de 25 u-yormige contactyeer, welke buiten het kamertje is gelegen, is voorzien van een zijdeling? omgebogen verend element (39) en aldaar electrisch contact maakt met de daarop aan te sluiten electrische doorverbinding (6, 7).

3. Lamphouder volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de u-vormige klemveer (4) met de poot, welke is geplaatst in het kamertje (22), is 30 voorzien van tenminste één zijdelings omgebogen verend element (21), dat bestemd is om de in te brengen netaansluitdraad of andere draden tegen de contactveer aan te drukken voor het verkrijgen van een goed electrisch contact.

4. Lamphouder volgens conclusie .1, met het kenmerk, dat het kamertje (22.) m 35 voor het electrische contact in de lamphouder voor de netaansluiting tevens wordt afgesloten door een opstand (35) in het inwendige van het B waarbij deze opstand tevens als aan- flRfl ftH J( slag dient ter bescherming van de verende elementen (21) van de klem-yeer (4).

5. KIemveer .bestemd om te worden opgenomen in een lamphouder volgens één der voorgaande conclusies."·..

6. Contactveer bestemd om te worden opgenomen in een lamphouder vol gens; een der voorgaande conclusies.

7. Lamphouder voor éën of meerdere gasontladings- of fluorescentie-lampen met één enkele lampvoet, bestemd om'electrisch te worden doorverbonden met tenminste een voorschakelapparaat en/of een starter of 10 een ander electrisch apparaat en de electrische contacten van de net-voeding, waarbij de lamphouder.van inwendige electrische contacten en electrische doorverbindingen is -voorzien, zodat .de lamphouder door middel van de electrische contacten direct met het aan te sluiten apparaat of apparaten kan worden verbonden en de lamphouder voorts is voorzien 15 van de 'electrische contacten voor de netvoeding, waarbij de lamphouder uit tenminste twee delen bestaat met een gemeenschappelijk raakvlak, waarbij voorts tenminste één electrische doorverbinding en/of één electrisch contact geheel of gedeeltelijk als verend element is uitge-voerd. en zodanig in of op de uitsparing van één van de lamphouderdelen 20 wordt gemonteerd, dat bij samenvoegen van de beide lamphouderdelen de met elkaar te verbinden electrische contacten onderling electrisch worden doorverbonden*, met het kenmerk, dat een electrisch/ contact voor een op de lamphouder aan te sluiten apparaat uitmondt in een kamertje (13) waarin een klemcontactveer (1, 2) is geplaatst, voorzien van schou-25 derranden (11), welke rusten op de opstaaande zijwanden (12) van het kamertje, waarbij de klemcontactveer wordt ingesloten en/of aangedrukt· door opstanden van het tegenoverliggendelamphouderdeel of door een electrische doorverbinding, zonder dat de klemwerking van de poten (14) van de klemcontactveer wordt belemmerd.

8. Lamphouder volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de klemcontact veer is voorzien van verende elementen welke over de opstaande wand of' wanden van het kamertje klemmen.

9.· Klemcontactveer bestemd om te worden opgenomen in een lamphouder volgens de conclusies 7 en 8.

10. Samenstel van onderdelen voor een ver Li chtingsinstallatie bevat tende een lamphouder of onderdelen daarvan volgens één der voorgaande conclusies. BADO^Nfl^ i .j 4 -8-. JJ. 'Verlichtingsannatuur of .een gedeelte hiervan voorzien van een lamp-houder of onderdelen daarvan volgens êën der voorgaande conclusies. ψ ! BAD ORIGINAL