NL8500354A - Inrichting voor het zuiver verkrijgen van deeltjes, biologische celsystemen en colloiden. - Google Patents

Inrichting voor het zuiver verkrijgen van deeltjes, biologische celsystemen en colloiden. Download PDF

Info

Publication number
NL8500354A
NL8500354A NL8500354A NL8500354A NL8500354A NL 8500354 A NL8500354 A NL 8500354A NL 8500354 A NL8500354 A NL 8500354A NL 8500354 A NL8500354 A NL 8500354A NL 8500354 A NL8500354 A NL 8500354A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
base body
rotor base
centrifuge vessel
cannula
centrifuge
Prior art date
Application number
NL8500354A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Nees Stephan
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Nees Stephan filed Critical Nees Stephan
Publication of NL8500354A publication Critical patent/NL8500354A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B04CENTRIFUGAL APPARATUS OR MACHINES FOR CARRYING-OUT PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES
    • B04BCENTRIFUGES
    • B04B5/00Other centrifuges
    • B04B5/04Radial chamber apparatus for separating predominantly liquid mixtures, e.g. butyrometers
    • B04B5/0442Radial chamber apparatus for separating predominantly liquid mixtures, e.g. butyrometers with means for adding or withdrawing liquid substances during the centrifugation, e.g. continuous centrifugation
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B04CENTRIFUGAL APPARATUS OR MACHINES FOR CARRYING-OUT PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES
    • B04BCENTRIFUGES
    • B04B15/00Other accessories for centrifuges
    • B04B15/02Other accessories for centrifuges for cooling, heating, or heat insulating
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T436/00Chemistry: analytical and immunological testing
    • Y10T436/11Automated chemical analysis
    • Y10T436/111666Utilizing a centrifuge or compartmented rotor

Landscapes

  • Centrifugal Separators (AREA)

Description

NL 32683-Kp/cs ’ ' v ‘ !
Inrichting voor het zuiver verkrijgen van deeltjes, biologische celsystemen en colloïden.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting volgens conclusie 4 en een werkwijze volgens conclusie 1 .
Zoals bekend, kunnen deeltjes, moleculen, enzovoorts, 5 met verschillende dichtheid door centrifugeren in vloeibare dichtheidsgradiënten van elkaar worden gescheiden. Dergelijke dichtheidsgradiënten kunnen bijvoorbeeld daardoor worden verkregen, dat centrifugeglazen, die trapsgewijs naar hun bodem toe steeds dichter wordende vloeistoflagen bevatten, in een 10 horizontaal vlak gedraaid worden. Worden deeltjes, moleculen, biologische cellen, enzovoorts, centrifugaal in dit zwaarte-veld ingebracht, dan ontstaan er in het centrifugeglas na het bereiken van het sedimentatie-evenwicht afzonderlijke banden, waarbij de zwaardere deeltjes bevattende banden - alsmede ook 15 de dichtere gebieden van de dichtheidsgradiënten - verder van het draaipunt zijn verwijderd dan de lichtere deeltjes bevattende banden. Ofschoon bij dergelijke centrifugeinrichtingen de scheiding in afzonderlijke gradiënten met behulp van de bestaande centrifuges goed lukt, doen zich problemen voor 20 bij het afzonderen van de banden in telkens zuivere vorm. Zoals bekend worden namelijk de afzonderlijke banden aldus gewonnen; dat zij telkens uit gepipetteerd worden uit het centrifugeglas, dat verwijderd is uit de rondzwaairotor van de inrichting. Bij het pipetteren is het echter niet te vermij-25 den, dat verontreinigingen van de afzonderlijke banden door werveling, vermenging en diffusie optreden.
Bij andere bekende werkwijzen wordt de zich in het centrifugeglas aanwezige gradiënt met de gescheiden banden door inpompen van een extreem dichte vloeistof via de diepste 30 plaats van het glas naar de bovenrand van de glas heen uitgedrukt en van daar met behulp van een opgedrukte trechter met een slang afgevoerd en gefractioneerd. Een dergelijke werkwijze is echter gecompliceerd en vereist een duur aanvullend BAD . Bovendien kunnen hier een vermenging van afzonder- 35 lijke banden en diffusievoorlopers niet volledig worden vermeden .
• * v i - 2 -
Een taak van de onderhavige uitvinding bestaat daarin, dat een rotor en een werkwijze van de bovengenoemde soort zodanig worden verbeterd, dat een scherpe en gemakkelijke winning van de door het centrifugeren gescheiden ban-5 den nog tijdens het centrifugeren mogelijk is.
Dit doel wordt bereikt met behulp van een inrichting van de bovengenoemde soort, welke gekenmerkt wordt door het kenmerkende deel van conclusie 4. De werkwijze voor het zuiver verkrijgen van deeltjes, biologische celsystemen en col-10 lolden is gekenmerkt door dat deel, dat zich bevindt onder het kenmerk van conclusie 1.
Een wezenlijk voordeel van de onderhavige uitvinding bestaat daarin, dat de uitvinding de winning van afzonderlijk verkregen banden zonder verlies van de theoretische en prak-15 tisch bereikbare scheidingsscherpte reeds tijdens het centrifugeren mogelijk maakt. Daardoor kunnen ongewenste meng- of diffusieprocessen volkomen vermeden worden.
Met voordeel is de horizontale rotor volgens de uitvinding zodanig, dat hij in tegenstelling tot de bekende 20 rotoren gemakkelijk uit elkaar kan worden genomen en gemakkelijk steriliseerbaar resp. autoclaveerbaar is. De horizontale rotor volgens de uitvinding is met voordeel zo geconstrueerd, dat hij in samengebouwde toestand geautoclaveerd kan worden en bovendien voor de scheiding van biologische cellen (bloed, 25 weefselcultuur, enzovoorts) ingezet kan worden. Bij toepassing in samenhang met zuiveringsproblemen van de celbiologie verhindert de autoclavering van de rotor en zijn geslotenheid ook bij de winning van de banden de verontreiniging van de verkregen cel- en organelfracties.
30 Met voordeel is de horizontale rotor volgens de uit vinding zodanig, dat handelsgebruikelijke centrifugeglazen kunnen worden toegepast.
Door het feit, dat met behulp van de horizontale rotor volgens de uitvinding dierlijke, plantaardige en mense-35 lijke celsoörten eenvoudig kunnen worden gescheiden, doet zich een verhoogde mogelijkheid voor deze in het weefsellabo-ratorium "in vitro" op meer definieerbare wijze dan tot nu
Daaruit vloeien bijvoorbeeld ook nieuwe aanzetten voort voor het doelbewust onderzoeken van medicamenten.
- 3 - v * I
T*
Daarbij is het met voordeel ook mogelijk kostbare en ongewenste dierproeven meer in te perken dan tot nu toe mogelijk was.
Hierna worden de uitvinding en de uitvoeringsvormen 5 daarvan aan de hand van de fig. nader toegelicht. Hierbij betekenen:
Fig. 1-3 schematische afbeeldingen voor het verduidelijken van de werking van de horizontale rotor volgens de uitvinding en van de werkwijze volgens de uitvinding; 10 Fig. 4 de opbouw van de horizontale rotor volgens de uitvinding ? en
Fig. 5 een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding.
Aan de hand van fig. 1-3 wordt thans eerst de functie van de uitvinding nader toegelicht. Een centrifugevat 1, 15 waarbij het bijvoorbeeld om een centrifugeglas gaat, wordt eerst door een horizontale rotor, die later nog nader zal worden toegelicht, op een vulomwentelingsgetal gebracht. Bijvoorbeeld ligt dit vulomwentelingsgetal in de orde van grootte van 100-200 omwentelingen per minuut. Wanneer dit vulom-20 wentelingsgetal is bereikt, wordt via de canulebuis 3 en de canule 8, die zich uitstrekt langs de lengteas van het centrifugeglas 1, de gradiënt opgebouwd. Dit geschiedt aldus, dat eerst de lichtste fractie a en tenslotte de zwaarste fractie f wordt ingebracht. Het centrifugeglas 1 heeft een 25 cilindrische vorm en is voorzien van een puntvormige bodem 19. Het in het centrifugeglas 1 aangebrachte einde van de canule 18 eindigt vlak voor het punt 19.
Na het inbrengen van de dichtheidsgradiënten-zones a tot f wordt de rotorsnelheid bijvoorbeeld opgevoerd tot 30 1500 omwentelingen per minuut om daardoor een grotere ver snelling en daardoor een grotere krachtwerking te bereiken, teneinde de overgangszones van de fracties scherper te krijgen (fig. 1).
Via de canulebuis 2 en de doorgang 25 wordt nu het 35 te scheiden monster ingebracht en naargelang het scheidings-probleem gedurende 10-60 min bij 1200-2000 omwentelingen per min gecentrifugeerd (fig. 2).
BAD ORIGINAL Daarna wordt de snelheid van de rotor verminderd tot het scheidingstoerental van bijvoorbeeld 250 omwentelin- * * * ] - 4 - gen per min, waarbij de gescheiden zones a tot f met behulp van de opgeslagen monsterbanden a' tot f' via de canulebuis 3 worden weggepompt (fig. 3).
In fig. 4 is de horizontale rotor volgens de uitvin-5 ding voor het uitvoeren van de bovenbeschreven werkwijze af-gebeeld. Bijzonderheden, die reeds in samenhang met fig. 1-3 werden beschreven, komen overeen met dezelfde verwijzings-cijfers. De horizontale rotor is in een huis opgenomen, dat uit een bodemflens 6, die bij voorkeur horizontaal is opge-10 steld, een zich bij voorkeur loodrecht op de bodemf lens 6 uitstrekkende ring 21 en een deksel 10 bestaat. Doelmatigerwijs bestaat de bodemflens 6 en de ring 21 uit aluminium. Bijvoorbeeld is de ring 21 aan zijn naar de bodemflens 6 toegekeerde zijde door middel van éen schroef (niet getoond) met de bodem-15 flens 6 verbonden. Het bij voorkeur uit een doorzichtig materiaal, bijvoorbeeld plexiglas, bestaande deksel 10 is doel-matigerwijze in een aan de binnenomvang van de ring 21 voorziene ringvormige verdieping 23 ingezet. Om de ring 21 kan schroefvormig een buis 20 leiden, door middel waarvan het 20 huis met behulp van een door de buis voerend medium gekoeld of verwarmd kan worden.
In de bodemflens 6 is in het middel een lagerbus 22 opgenomen, die bij voorkeur eveneens uit aluminium bestaat en bijvoorbeeld in een middenboring van de bodemflens 6 is 25 ingeschroefd. De lagerbus 22 is voorzien van een binnenboring 25, waarin zich de aandrijfas 5 bevindt. De aandrijfas 5 is in de lagerbus 22 met behulp van een lager draaibaar opgenomen. In de lagerbus 22 zijn bijvoorbeeld twee van elkaar op een bepaalde afstand verwijderde kogellagers 24 aanwezig, 30 zoals in fig. 4 aangegeven. De aandrijfas 5 wordt door een niet-voorgestelde motor aan het draaien gezet (pijl 26).
Aan het in het huis stekende einde van de aandrijfas 5 is draaivast en losneembaar een rotorbasislichaam 4 bevestigd. Bij voorkeur is het in het huis stekende einde van 35 de aandrijfas 5 voorzien van een radiaal naar buiten verlopende ringvormige horizontale flens 27, waarop een eveneens ringvormige flens 28 van het rotorbasislichaam 4 opligt. Het ^over^cle^rlens 27 van de aandrijfas 5 uitstekende einde 29 van de aandrijfas 5 grijpt in een middencentreerboring 30 van het -: . -s- · ·! rotorbasislichaam 4 aan. Bij het opzetten van het rotorbasis-lichaam 4 op de flens 27 en het einde 29 van de aandrijfas 5 wordt een draaivaste verbinding tussen het rotorbasislichaam 4 en de aandrijfas 5 bij voorkeur via een keilvertanding 31 5 of dergelijke bereikt. Het rotorbasislichaam bestaat bij * voorkeur uit edelstaal of een roest- en corrosiebestendig staal.
Aan de tegenover elkaar liggende zijden van het rotorbasislichaam 4 zijn met behulp van houderdelen 7,7', 10 die bij voorkeur uit staal bestaan, centrifugeglazen 1, 1' zodanig bevestigbaar, dat de coaxiaal ten opzichte van elkaar verlopende langsassen van de centrifugeglazen 1, 1' horizontaal gericht zijn en loodrecht op de gemeenschappelijke lengteas van het rotorbasislichaam 4 en de aandrijfas 5 staan.
15 Het rotorbasislichaam 4 is aan zijn tegenoverliggende zijde bij voorkeur voorzien van ringvormige uitstekekende gedeelten, resp. centreersteunringen 9, 9', waarin de naar het rotorbasislichaam 4 toegekeerde einden van de houderdelen 7, 7' bevestigd zijn. Bij voorkeur vindt de bevestiging van deze 20 einden van de houderdelen 7, 7* zodanig plaats, dat radiaal naar buiten toe verlopende flensdelen 8, 81, die op de naar het rotorbasislichaam 4 toegekeerde einden van de houderdelen 7, 7' zijn aangebracht, in sleuven aangrijpen, die in de binnenwanden van de ringvormige uitstekende gedeelten 9, 25 9* telkens aanwezig zijn. Daarbij vormen deze sleuven tezamen met de flensdelen 8, 8' bajonetkoppelingen. Telkens een ringvormige dichtingsschijf 12, 12', waarbij het bij voorkeur om een siliconendichting gaat, is zodanig in het ringvormige uitstekende gedeelte 9, 9 * aangebracht, dat de naar het rotor-30 basislichaam 4 toegekeerde einden van in de houderdelen 7,7' . aanwezige centrifugeglazen T, 1' stevig en dicht tegen de dichting 12, 121 .worden gedrukt, wanneer de houderdelen 7, 7' via de reeds beschreven bajonetsluiting aan het rotorbasislichaam 4 worden bevestigd. De hiervoor benodigde druk in de 35 langsrichting van de centrifugeglazen 1, 1' wordt daardoor bereikt, dat de van het rotorbasislichaam 4 afgekeerde eind-vlakken 32 boringen hebben, waardoor de punten 19, 19' van BAD^fcieftR&:ifu9e9lazen 1' 11 ten dele 'doorheen steken en aan de kanten van de boringen zodanig aanliggen, dat de axiale # * j - 6 - lengte tussen het aangrijpingspunt en de bodem van de verdiepingen 9, 9' telkens kleiner is dan de axiale lengte van de onbelaste dichtingen 12, 12' plus de verwijdering tussen de naar het rotorbasislichaam 4 toegekeerde einde van het 5 centrifugeglas 1, 1' en het aangrijpingspunt.
Zoals uit fig. 4 blijkt, is de in samenhang met fig. 1-3 reeds genoemde canule 18 slechts in ëën centrifugeglas 1 aanwezig. Het andere centrifugeglas 1' en het overeenkomstige deel ter bevestiging ervan dienen enkel om bij het 10 centrifugeren een symmetrische gewichtsverdeling (massaeven-wicht) te verkrijgen. Voor dit doel wordt in het centrifugeglas 1' een vloeistofhoeveelheid ingebracht, die overeenkomt met de hoeveelheid in het centrifugeglas 1 bevattende gradiënt plus het ingebrachte monster. In plaats van het andere centri-15 fugeglas 1' kan ook een andere geschikte inrichting worden genomen, waarbij een symmetrische gewichtsverdeling kan worden verkregen.
In zijn naar de aandrijfas 5 toegekeerde einde is het rotorbasislichaam 4 voorzien van een middenboring, waarin 20 een aandrukschroef 16 kan worden ingeschroefd. De aandruk- schroef 16 is aan het naar het rotorbasislichaam 4 toegekeerde einde bij voorkeur voorzien van een kegelvormige uit-draaiing 34, die via een boring 40 met de binnenruimte van het centrifugeglas 1 in verbinding staat. Daarbij verloopt 25 deze boring 40 via het randgebied van de uitdraaiing 34 van de aandrukschroef 16 en het rotorbasislichaam 4. Aan de bodem van de in het rotorbasislichaam 4 aanwezige boring, waarin de aandrukschroef inschroefbaar is, bevindt zich een dichting 5, die bij voorkeur uit siliconen bestaat, die door het 30 randbereik van de uitdraaiing 34 van de ingeschroefde aan-drukschroef 16 aan de bodem van de boring vastgedrukt wordt.
Om een bijzonder goede aandrukking te bewerkstelligen, bevindt zich op de siliconendichting 15 aan de naar de aandruk-schroef 16 toegekeerde zijde een aandrukschijf 35, die een 35 middenopening heeft, waarvan de werking later nog nader wordt toegelicht.
BAD ORIGINALMid<^en in aandru^sc^roe^ 16 is een bij voorkeur uit een autoclaveerbare stof, zoals bijvoorbeeld PTFE-materiaal, bestaande bus 17 opgenomen, die een centrale boring
* fr I
-7 - ! heeft, waarin een geleidestaaf 11 draaibaar opgenomen is. In de geleidestaaf 11, die bij voorkeur uit staal bestaat, zijn een eerste canulebuis 3, die zich uitstrekt langs de lengteas van de geleidestaaf 11, en een tweede canulebuis 2, die 5 tegenover de eerste canulebuis 3 excentrisch is aangebracht, stevig verbonden, bij voorkeur ingelast. Het naar het rotor-basislichaam 4 toegekeerde einde van de eerste canulebuis 3 staat via de geleidestaaf 11 over en strekt zich door de reeds genoemde middenopening van de aandrukschroef 35 en de 10 dichting 15 uit in een in het rotorbasislichaam 4 voorziene doorgang 36, waarin ook het naar het rotorbasislichaam 4 toegekeerde einde van de canule 18 uitmondt. Daarbij wordt door een dichting 37 gewaarborgd, dat een in de canulebuis 3 ingébracht medium uit de doorgang 36 volledig in de canule 18 15 terechtkomt en niet zijdelings de canule 18 kan passeren. De dichting 15 ligt dicht aan de buitenomvang van de eerste canulebuis 3 aan.
De tweede canulebuis 2 mondt uit in de uitdraaiing 34, die via de boring 40 in verbinding staat met de binnen-20 ruimte van het centrifugeglas 1.
»
In het deksel 10 van het huis is concentrisch een insnapbus 14 aangebracht, waardoor de geleidestaaf 11 door-voerbaar is. De geleidestaaf 11 wordt bovendien aan zijn naar het deksel 10 toegekeerde einde door een vaststelschroef 13 25 heengevoerd, die in een boring van de insnapbus 14 ver-schroefbaar is, teneinde de geleidestaaf 11 verdraaizeker aan het deksel 10 te bevestigen.
Bij de in fig. 4 afgeheelde uitvoeringsvorm loopt de canule 18 langs de langsas van het centrifugeglas 1 tot vlak 30 voor het punt 19. Het is echter ook denkbaar, dat deze canule zo is aangebracht, dat zij tevenover de lengteas van het centrifugeglas 1 verplaatst is.
Vervolgens wordt de werking van de horizontale rotor volgens de uitvinding nader toegelicht. Daarbij wordt daarvan 35 uitgegaan, dat eerst het rotorbasislichaam 4, de centrifuge-glazen 1, 1', de houderdelen 7, 7', de aandrukschroef 16, het deksel 10, de geleidestaaf 11 en de vastzetschroef 13 van elkaar gescheiden zijn. Eerst worden de beide centrifugeglazen BAD QfllQINAkn het rotorbasislichaam 4 door het sluiten van de 40 tussen het rotorbasislichaam 4 en de houderdelen 1. 7 * be-
ψ I
- 8 - I
staande bajonetsluiting bevestigd. Daarbij worden de naar het rotorbasislichaam 4 toegekeerde einden van de centrifuge-glazen 1, 1* stevig tegen de ingelegde siliconendichtingen 12, 12' gedrukt. De aan het rotorbasislichaam. 4 bevestigde 5 canule 18 loopt dan tot vlak voor de punt 19 van het centri-fugeglas 1, zoals dit in fig. 4 is weergegeven. Na het inleggen van de siliconendichting 15 en de aandrukschroef 35 in de daarvoor bestemde boring van het rotorbasislichaam 4 wordt de aandrukschroef 16 in deze boring zodanig ingeschroefd, dat de 10 dichting 15 via de aandrukschijf 35 stevig tegen de bodem van de boring wordt gedrukt. Aansluitend wordt de geleidestaaf 11 door de teflonbus 17 van de aandrukschroef 16 geschoven, waarbij het eindbereik van de centraal in de geleidestaaf 11 gelaste eerste canulebuis 3 door de middenopening van de aan-15 drukschijf 35 en de siliconendichting 15 heensteekt en in de daaronder liggende doorgang 36 uitmondt.
De aldus opgebouwde opstelling kan nu zonder meer in een geschikte inrichting, bijvoorbeeld bij ca. 121°C in waterdamp worden geautoclaveerd. Dit is van bijzonder voordeel met 20 het oog op de isolering en reiniging van alle soorten biologische celsystemen. Teneinde een geschikt steriliseren, vullen en verwijderen van monsters te waarborgen, zijn de binnenruimten van de centrifugeglazen 1,1’ door niet afgebeelde beluchtingsboringen in het rotorbasislichaam 4 met de buiten-25 omgeving verbonden. In fig. 4 is het denkbeeldige verloop van een dergelijke boring via de stippellijn a aangeduid.
Na het autoclaveren wordt de aldus beschreven opstelling bij geopende deksel 10 op de flens 27 en het eindbereik 29 van de aandrijfas 5 draaivast opgezet. Voor het af-30 sluiten van het huis wordt de geleidestaaf 11 via de insnap-bus 14 van het deksel 10 en de vastzetschroef 13 gevoerd.
Het deksel 10 wordt dan in de ringvormige verdieping 23 van de ring 21 ingezet. Tenslotte wordt de vastzetschroef 13 in de insnapbus 14 ingeschroefd.
35 Nu kan de reeds aan de hand van de fig. 1-3 beschre ven werkwijze worden uitgevoerd.
Zoals uit fig. 5 blijkt, kunnen de centrifugevaten BAEPP3I£IP&L1 ' ook met behulp van een schroefring 50 resp. 50‘ aan het rotorbasislichaam 4 worden bevestigd. Daarbij wordt ·«. Ί - 9 - -.-1 de via het centrifugevat 1, resp. 1' getrokken schroefring 50 resp. 50’ aan het rotorbasislichaam 4, in het bijzonder aan de centreersteunring 9 resp. 9' verschroeid. De schroef-ring 50 resp. 50' grijpt aan een flens 8 resp. 8' van het 5 centrifugevat 1 resp. 1' aan en drukt deze tegen de dichting 12 resp. 12'. Via een tussen de flens 8 resp. 8' van het centrifugevat en de schroefring 50 resp. 50' voorziene spanhuls 51 resp. 51', die de druk van de schroefring 50 resp. 50' op de flens 8 resp. 8' en de dichting 12 resp. 12’ overdraagt, 10 wordt bereikt, dat het in de centreersteunring 9 resp. 9* gecentreerd centrifugevat 1 resp. 1' volkomen dicht wordt aangedrukt, terwijl tengevolge van de ontkoppeling door de spanhuls 50 resp. 50’ slechts axiale drukkrachten en geen schuif-krachten worden overgedragen.
15 üit fig. 5 volgt, dat de ring 21' en de bodemflens 6* ook als éën deel kunnen zijn uitgevoerd. Het deksel 10' kan met behulp van een schroefbout resp. een schroef 55 aan het huis bevestigd worden.
Als verwarming kan in plaats van de buis 20 ook een 20 andere geschikte warmteuitwisselaar worden gebruikt. Aan het huis kan een schakelaar (niet getoond) worden bevestigd, die bij geopend deksel 10, 10' de aandrijving van de motor onderbreekt. Op deze wijze kan worden verhinderd, dat bedienend personeel bij geopende deksel 10, 10’ per ongeluk de motor 25 inschakelt en de inrichting in bedrijf stelt.
Λ
BAD ORIGINAL
85 0 0 3 5A

Claims (15)

1. Werkwijze voor het zuiver verkrijgen van deeltjes, biologische celsystemen, colloïden en dergelijke, waarbij in een draaiend centrifugevat (1) vloeibare dichtheidsgradiënten worden bewerkstelligd en waarbij de deeltjes en dergelijke in 5 het centrifugevat (1) worden ingebracht, waarbij afzonderlijke banden zodanig ontstaan, dat de zwaardere deeltjes bevattende banden verder van de draaias zijn verwijderd dan de lichtere deeltjes bevattende banden, met het kenmerk, dat de dichtheidsgradiënten door het vullen van de verschil-10 lende zware fracties (a - f) via een canule (18), die in een centrifugevat (1) tot vlak voor een punt (19) loopt, worden opgebouwd, waarbij de lichtste fractie (a) eerst en de zwaarste fractie (f) het laatst worden gevuld en dat na het inbrengen van de deeltjes en dergelijke en het ontstaan van de 15 afzonderlijke banden (a' tot f') de afzonderlijke banden (a' tot f') uit het met een voorafbepaald toerental gedraaid centrifugevat (1) door afpompen via de canule (18) worden verwijderd.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het ken-20 merk, dat het centrifugevat (1) is bevestigd aan een draaibaar rotorbasislichaam (4), waarbij de fracties (a) tot (f) via een eerste canulebuis (3, 3')/ die met de canule (18) via een doorgang (36) in het rotorbasislichaam (4) in verbinding staat, worden gevuld, en dat de deeltjes en dergelijke 25 via een boring (40) , die zich in het rotorbasislichaam (4) bevindt en vanuit het inwendige van het centrifugevat (1) naar een tweede canulebuis (2, 2') leidt, in het centrifugevat (1) worden ingebracht.
3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het ken-30 merk, dat het rotorbasislichaam (4), het daaraan bevestigde centrifugeglas (1) en de met het rotorbasislichaam (4) verbonden canulebuizen (2, 3; 2', 3') voor de uitvoering van de werkwijze worden gesteriliseerd resp. geautoclaveerd.
4. Inrichting, waarbij een centrifugevat (1) om een as 35 van een aandrijfas (5) draaibaar is opgesteld, waarbij de lengteas van het centrifugevat (1) loodrecht op de aandrijfas ^ staat en waarbij de aandrijfas (5) met een motor verbonden kan worden voor het uitvoeren van de werkwijze volgens -11 - . . een der voorgaande conclusies 1-3, met het kenmerk, dat het rotorbasislichaam (4) met de aandrijfas (5) draaivast verbindbaar is, dat het centrifugevat (1) via een houderdeel (7; 50) aan het rotorbasislichaam (4) bevestigbaar 5 is, dat de in het centrifugevat (1) doorlopende canule (18) met een einde van de in het rotorbasislichaam (4) aanwezige doorgang (36) stevig verbindbaar is, dat een eerste canule-buis (3; 3*) met het andere einde van de doorgang (36) stevig in verbinding staat, dat de eerste canulebuis 3, 3’) ten op-10 zichte van het rotorbasislichaam (4) geen draaiing uitvoert en in een zich met het rotorbasislichaam. (4) draaiende aan-drukschroef (16) wordt gehouden, en dat de boring (40) van het rotorbasislichaam (4), die enerzijds in het inwendige van het centrifugevat (1) en anderzijds naar een tweede canule-15 buis (2, 2’) leidt, die ten opzichte van het rotorbasislichaam (4) geen draaiing uitvoert en in de aandrukschroef (16) wordt gehouden.
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het rotorbasislichaam (4) aan zijn naar de aan- 20 drijfas (5) toegekeerde zijde een centreerboring (30) heeft, waarin een einde (29) van de aandrijfas (5) ingrijpt en dat het rotorbasislichaam (4) aan een flens (27) van de aandrijfas (5) bevestigbaar is.
6. Inrichting volgens conclusie 4 of 5, met het 25 kenmerk, dat het centrifugevat (1) in een centreer- steunring (9) van het rotorbasislichaam (4) centreerbaar is, dat het centrifugevat (1) door een aan de centreersteunring (9) verschroefbare schroefring (50), die over het centrifugevat (1) verschuifbaar is en zich afzet tegen het centrifuge-30 vat (1), tegen een in de Centreersteunring (9) voorziene dichting (12) aandrukbaar is.
7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de schroefring (50) een een einde steunt tegen een spanhuls (51), waarvan het andere einde aanligt aan een 35 flens (56) van het centrifugevat (1).
8. Inrichting volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat het centrifugevat (1) in een houderdeel (7) opstelbaar is, dat een radiaal naar buiten uitstekend BAD êfeföMfttel (8) aanwezig is, dat in een centreersteunring (9) O C Π Λ 7 r r - 12 - . . ! van het rotorbasislichaam (4) via een bajonetsluiting be-vestigbaar is.
9. Inrichting volgens conclusies 4-8, met het kenmerk, dat de doorgang (36) voert naar een aan het 5 rotorbasislichaam (4) bevestigde dichting (37) , waarbij via zijn middenopening het naar het rotorbasislichaam (4) toegekeerde einde van de canule (18) zodanig doorvoerbaar is, dat het in de doorgang (36) steekt.
10. Inrichting volgens conclusies 4-9, met het 10 kenmerk, dat het van het rotorbasislichaam (4) afgekeerde einde van de canule (19) door het centrifugevat (1) vlak voor de binnenzijde van een punt (19) van het centrifugevat (1) loopt.
11. Inrichting volgens conclusies 6-10, met het 15 kenmerk, dat de tegenover de centreersteunring (9) liggende zijde van het rotorbasislichaam (4) een verdere centreersteunring (9') is aangebracht, waarbij een verder centrifugevat (1'), dat dezelfde vorm heeft als het centrifugevat (1) op dezelfde wijze als het centrifugevat (1) aan de 20 centreersteunring (9) bevestigbaar is.
12. Inrichting volgens conclusies 4-11, met het kenmerk, dat de eerste en tweede canulebuis in een geleidestaaf (11) bevestigd zijn, die in de aandrukschroef , (16) wordt gehouden.
13. Inrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat in het rotorbasislichaam (4) een ruimte (34) aanwezig is, op de bodem waarvan een verdere dichting (15) met een daarboven aangebrachte aandrukschijf (35) bevindt, dat de aandrukschroef (16) tegen de aandrukschijf (35) 30 drukt, dat de eerste canulebuis (3;3') door middenopeningen van de aandrukschijf (35) en de verdere dichting (15) loopt en in de doorgang (36) uitmondt, en dat de tweede canulebuis (2; 2') in de ruimte (34) eindigt, die via de boring (40) met het inwendige van het centrifugevat (1) in verbinding staat.
14. Inrichting volgens conclusie 12 of 13, met het kenmerk, dat de geleidestaaf (11) met behulp van een vastzetschroef (13) aan een deksel (10) van een huis draai-BA&R!MLworden vastgeschroefd.
15. Inrichting volgens conclusie 14, met het * - 13 - .- - - ' kenmerk, dat de buitenzijde van het huis (6, 21; 6', 21‘) een warmteuitwisselaar (20) bezit voor het koelen of verwarmen van het inwendige van het huis. i bad original 85003*4
NL8500354A 1984-02-07 1985-02-07 Inrichting voor het zuiver verkrijgen van deeltjes, biologische celsystemen en colloiden. NL8500354A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE3404236 1984-02-07
DE3404236 1984-02-07

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8500354A true NL8500354A (nl) 1985-09-02

Family

ID=6226989

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8500354A NL8500354A (nl) 1984-02-07 1985-02-07 Inrichting voor het zuiver verkrijgen van deeltjes, biologische celsystemen en colloiden.

Country Status (4)

Country Link
US (1) US4648863A (nl)
FR (1) FR2559075B1 (nl)
GB (1) GB2161727B (nl)
NL (1) NL8500354A (nl)

Families Citing this family (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE19611940C2 (de) * 1996-03-26 1998-10-01 Stephan Prof Dr Rer Nat D Nees Verfahren zur zentrifugationstechnischen Durchführung von Partikeltrennungen, insbesondere auf biologischem Sektor
US20050054507A1 (en) * 1996-10-15 2005-03-10 Cornay Paul J. Concentric tubular centrifuge
US6966874B2 (en) 1997-10-14 2005-11-22 Erth Technologies, Inc. Concentric tubular centrifuge
US6808481B1 (en) 1996-10-15 2004-10-26 Erth Technologies, Inc. Concentric tubular centrifuge
US6835316B2 (en) 2001-04-09 2004-12-28 Medtronic, Inc. Clam shell blood reservoir holder with index line
US6589153B2 (en) 2001-09-24 2003-07-08 Medtronic, Inc. Blood centrifuge with exterior mounted, self-balancing collection chambers
US9144583B2 (en) 2002-03-29 2015-09-29 Tissue Genesis, Inc. Cell separation apparatus and methods of use
US6982038B2 (en) * 2002-06-14 2006-01-03 Medtronic, Inc. Centrifuge system utilizing disposable components and automated processing of blood to collect platelet rich plasma
US7241256B2 (en) * 2003-08-30 2007-07-10 Erth Technologies, Inc. Centrifuge
US8278118B2 (en) * 2006-05-26 2012-10-02 Prospect Biosystems, Inc. Method for the fractionation and separation of particles by step-wise gradient density extraction
US8318507B2 (en) * 2006-05-26 2012-11-27 Marcus Joseph Horn Method for the fractionation and separation of particles by step-wise gradient density extraction
US11174458B2 (en) 2007-04-23 2021-11-16 Koligo Therapeutics, Inc. Cell separation apparatus and methods of use

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2616619A (en) * 1948-08-30 1952-11-04 Norman A Macleod Method and apparatus for centrifugal elutriation
GB928838A (en) * 1960-07-28 1963-06-19 Hans Peter Olof Unger A device for measuring or separating of liquids
US3452924A (en) * 1965-02-03 1969-07-01 Sorvall Inc Ivan System and method for washing blood and the like
AU3117867A (en) * 1967-12-14 1970-06-11 Kerby Colin Improvements in centrifuges
US3724748A (en) * 1970-02-26 1973-04-03 Beckman Instruments Inc Centrifuge indexing seal head assembly and method
US3679367A (en) * 1970-09-14 1972-07-25 Technicon Instr Apparatus for determining the pack volume of particulates in liquid mixtures
US3843046A (en) * 1971-03-29 1974-10-22 J Joyce Rotors and rotor cores for continuous flow centrifuges
US3747843A (en) * 1971-04-09 1973-07-24 Damon Corp Continuous flow zonal rotor
DE3044372A1 (de) * 1980-11-25 1982-07-08 Boehringer Mannheim Gmbh, 6800 Mannheim Rotoreinheit mit einsatzelementen fuer einen zentrifugalanalysator

Also Published As

Publication number Publication date
GB2161727A (en) 1986-01-22
FR2559075A1 (fr) 1985-08-09
FR2559075B1 (fr) 1988-11-25
GB2161727B (en) 1987-09-03
US4648863A (en) 1987-03-10
GB8503166D0 (en) 1985-03-13

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US9095798B2 (en) Centrifuge separation method and apparatus using a medium density fluid
US9101925B2 (en) Centrifuge and separation vessel therefore
NL8500354A (nl) Inrichting voor het zuiver verkrijgen van deeltjes, biologische celsystemen en colloiden.
US5792344A (en) Liquid separation container for a centrifugal separator
US5422018A (en) Centrifuge tube and adaptor
CA1296693C (en) Apparatus and method for separating phases of blood
WO1999023468A1 (en) Method and apparatus for mixing and separating particulate matter from a liquid specimen
CN101312788A (zh) 处理流体的方法和流体处理装置
US20060122534A1 (en) Container for suspension and filtration of stool
US4341343A (en) Magnetically driven centrifuge system
JPH0217223B2 (nl)
CA1250556A (en) Fractionation device and method
US3465957A (en) Centrifugal separator
Sullivan et al. Concentration and purification of rabies viral and lentiviral vectors
Griffith Practical techniques for centrifugal separations
EP4117822A1 (en) A spinning top centrifuge
EP3603813A2 (en) Fluid centrifuge and method for centrifuging a fluid using a centrifuge
JPH03172737A (ja) キユベツトロータ
Völkl Centrifugation, a Pivotal Method in Cell and Molecular Biology
CN115532331A (zh) 一种离心管、离心机以及样本物处理方法
Wells [24] Cell separation using velocity sedimentation at unit gravity and buoyant density centrifugation
Lawrence et al. AQUATIC VIRAL ECOLOGY
Plate DN Taulbee and M. Mercedes Maroto-Valer
RU94021326A (ru) Способ подготовки пробы жидкой части крови для анализа посредством фотометрии и устройство для его осуществления
IL121004A (en) A rule for exposing a liquid to a chemical during centrifugation

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed