NL8403909A

NL8403909A - METHOD FOR LABELING, FASTENER AND APPARATUS

Info

Publication number: NL8403909A
Application number: NL8403909A
Authority: NL
Original assignee: Bayly Peter Ass
Priority date: 1983-12-22
Filing date: 1984-12-21
Publication date: 1985-07-16
Also published as: SE8406531D0; ZA849868B; FR2557002A1; GB2151967A; SE8406531L; DE3446855A1; DK616484A; DK616484D0; IL73991A0; BE901353A; GB8432136D0

Description

\ ‘ WVv- H.0. J2933 1\ "WVv- H.0. J2933 1

Werkwijze voor het vaa etiketten, voorzien, bevestigingsmiddel. en inrichting»_Method for the labels, provided, fastener. and furnishings »_

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op het van etiketten voorzien omvattende het gebruik van een verhoudingsgewijs stijf kaart-achtig etiket, bijvoorbeeld van het soort gebruikt in kwekerijen om zaailingen of planten te identificeren. Efet zal passend zijn om de uit-5 vinding hierna in het bijzonder verwijzend naar die toepassing als voorbeeld te beschrijven, maar de uitvinding heeft eveneens ander gebruik.The present invention relates to the labeling comprising the use of a relatively rigid card-like label, for example of the kind used in nurseries to identify seedlings or plants. Efet will be appropriate to describe the invention hereinafter with particular reference to that application as an example, but the invention also has other uses.

Zaailingen en planten worden normaliter geïdentificeerd in kwekerijen en andere verkoopvestigingen door middel van een etiket van het 10 kaarttype, dat eenvoudig verzonken wordt in het aardlichaam dat aanwezig is binnen de houder voor de zaailing of plant. Hoewel deze methode van etiketteren algemeen gebruikt wordt, heeft deze het wezenlijke nadeel dat het etiket gemakkelijk verwijderd kan worden of los kan geraken en daardoor van de houder daarvan gescheiden kan worden. Dit vormt 15 een voortdurend probleem voor kwekerijen en dergelijke.Seedlings and plants are normally identified in nurseries and other sales establishments by means of a card type label, which is simply sunk into the earth body contained within the seedling or plant container. Although this method of labeling is widely used, it has the essential drawback that the label can be easily removed or dislodged and thereby separated from its container. This is a constant problem for nurseries and the like.

Het is een doeleinde van de uitvinding om in een verbeterde wijze van bevestiging van een etiket van het kaartsoort aan een draagconstructie te voorzien, die bij een toepassing als voorbeeld een houder kan zijn zoals gebruikt in kwekerijen om zaailingen of planten te bewa-20 ren.It is an object of the invention to provide an improved manner of affixing a card type label to a support structure, which in an exemplary application may be a container as used in nurseries to store seedlings or plants.

Het is een ander doeleinde van de uitvinding om in een verbeterd bevestigingsmiddel te voorzien voor het bevestigen van een etiket aan een draagconstructie van vel- of plaatachtige aard, zoals de wand van een kweekhouder. Het is een verder doeleinde van de uitvinding om in 25 een inrichting voor het bevestigen van etiketten aan vel- of plaatachtige draagconstructies te voorzien.It is another object of the invention to provide an improved fastener for attaching a label to a sheet or plate-like support structure such as the wall of a culture container. It is a further object of the invention to provide a device for attaching labels to sheet or plate-like supporting structures.

Een werkwijze volgens de uitvinding is toepasbaar voor het aaneen bevestigen van twee organen van plaat- of velachtige constructie. Deze is echter in het bijzonder toepasbaar in het geval van organen gevormd 30 van kunststofmateriaal of van materiaal met overeenkomstige aard. Dat wil zeggen een materiaal dat een zekere mate van stijfheid heeft maar niettemin buigzaam en/of veerkrachtig is. Het van etiketten voorzien van kweekhouders voorziet in een passende toepassing van de uitvinding aangezien de houders normaliter vervaardigd zijn uit een kunststofmater-35 riaal en de etiketkaarten eveneens vervaardigd zijn van kunststofmateriaal of een geplastificeerd karton.A method according to the invention is applicable for attaching two members of plate or sheet-like construction together. However, it is particularly applicable in the case of members formed of plastic material or of material of similar nature. That is, a material that has a degree of rigidity but is nevertheless flexible and / or resilient. Labeling of culture containers provides a suitable application of the invention since the containers are normally made of a plastic material and the label cards are also made of plastic material or a plasticized cardboard.

De werkwijze wordt gekenmerkt doordat de twee organen in tegenover 8403909The method is characterized in that the two organs are opposite 8403909

»f JF J

2 elkaar liggende verband bevestigd worden door een bevestigingsmiddel» dat door de organen gedreven kan worden zonder de behoefte aan een voorgevormd gat en dat de organen samenhoudt als eenvoudig gevolg van het doordringen van die organen. Dat wil zeggen, nadat de organen door 5 het bevestigingsorgaan gedrongen zijn, bestaat er geen behoefte aan verdere behandeling van het bevestigingsmiddel of de organen on de bevestiging te waarborgen. ·2 overlapping bandages are secured by a fastener which can be driven through the members without the need for a pre-formed hole and which holds the members together as a simple result of penetrating those members. That is, after the members have passed through the fastener, there is no need for further treatment of the fastener or the members to ensure the fastening. ·

Volgens een kenmerk van de onderhavige uitvinding is in een werkwijze voor het bevestigen van twee velachtige organen van stijf mate-10 riaal in tegenover elkaar liggend verband voorzien, omvattende de stappen van het plaatsen van de organen tegenover elkaar, en het drijven van een zelf doorborende nagel tegen een oppervlak van een van de organen met een zodanige kracht dat dit verplaatst zal worden en het onderliggende deel van beide organen zal scheuren en daardoor door beide or-15 ganen zal dringen, welke nagel een vergrote kop heeft bij een einde, die in aangrijping te brengen is met het oppervlak om volledige doorgang van een nagel door de organen te beletten en een aanslag heeft nabij het tegenoverliggende einde daarvan, die terugtrekken van de nagel terug door de breuk in de organen belet.According to a feature of the present invention, a method of attaching two sheet-like members of rigid material in opposing relationship is provided, comprising the steps of placing the members opposite each other and driving a self-piercing nail against a surface of one of the organs with such force that it will move and tear the underlying part of both organs and thereby penetrate through both organs, which nail has an enlarged head at one end, which is engageable with the surface to prevent full passage of a nail through the organs and has a stop near the opposite end thereof which prevents retraction of the nail back through the fracture in the organs.

20 Volgens een verder kenmerk van de uitvinding is in een werkwijze voorzien voor het bevestigen van een velachtig orgaan van stijf mater-riaal aan een ander orgaan met een voorgevormd gat, omvattende de stappen van het tegenover elkaar plaatsen van de organen, en het langs een baan drijven van een zelf doorborende nagel, die door het voorgevormde 25 gat gaat en tegen een oppervlak van een velachtig orgaan met een zodanige kracht dat deze dit zal verplaatsen en het onderliggende deel van het velachtige orgaan zal breken en daardoor door beide organen zal dringen welke een nagel een vergrote kop heeft bij een einde, die werkzaam is om volledige doorgang van de nagel door de organen te beletten 30 en een aanslag heeft nabij het tegenoverliggende einde daarvan, die weerstand biedt aan het terugtrekken van de nagel terug door de breuk in het velachtige orgaan.According to a further feature of the invention, there is provided a method of attaching a sheet-like member of rigid material to another member having a pre-formed hole, comprising the steps of juxtaposing the members, and passing them along a driving a self-piercing nail through the preformed hole and against a surface of a sheet-like member with such force that it will displace it and break the underlying part of the sheet-like member and thereby penetrate both members which a nail has an enlarged head at one end, which acts to prevent full passage of the nail through the members and has a stop near the opposite end thereof, which resists retraction of the nail back through the break in the skin-like organ.

Volgens een ander kenmerk van de uitvinding is in een gereedschap voorzien voor het drijven van een zelfdoorborend bevestigingsmiddel 35 door stijf velachtig materiaal omvattende een lichaam, plaatsende middelen op het lichaam voor het plaatsen van een bevestigingsmiddel dat aangedreven moet worden, reciproceerbare aandrijfmiddelen gedragen door het lichaam voor beweging ten opzichte daarvan tussen een ruststand en een naar buiten gebrachte stand, waarbij de aandrijfmiddelen in aan- / 40 grijping te brengen zijn met een bevestigingsmiddel geplaatst door de 8403909 * *: » 3 plaatsende middelen tijdens beweging daarvan naar de naar buiten gebrachte stand en daardoor het bevestigingsmiddel aandrijven in een bevestigingsmiddel toepassende richting, bedieningsmiddelen werkzaam om de aandrijfmiddelen te bewegen over een aandrijfslag uit de ruststand 5 naar de naar buiten gebrachte stand en een retourslag terug naar de ruststand, en een aanbeeld gedragen door het lichaam teneinde te plaatsen te zijn nabij en op afstand van de plaatsende middelen om het vel-achtige materiaal in staat te stellen geplaatst te worden tussen de plaatsende middelen en het aanbeeld in de bewegingsbaan van een beves— 10 tigingsmiddel dat in de richting van het toepassen van het bevestigingsmiddel gedreven wordt.According to another feature of the invention, a tool is provided for driving a self-piercing fastener 35 through rigid sheet-like material comprising a body, positioning means on the body for placing a fastener to be driven, reciprocable driving means carried by the body for movement relative thereto between a rest position and an extended position, the drive means engageable with a fastener positioned by the 8403909 * *: »3 placing means during movement thereof to the extended position and thereby driving the fastener in a fastener applying direction, operating means operative to move the drive means over a drive stroke from the rest position 5 to the outward position and a return stroke back to the rest position, and an anvil carried by the body to position be near and spaced from the locating means to allow the sheet-like material to be positioned between the locating means and the anvil in the path of travel of a fastener driven in the direction of applying the fastener is becoming.

Volgens een ander kenmerk van de uitvinding is in een zelf doorborend bevestigingsmiddel voorzien voor het bevestigen van een velachtig materiaal tegenover een ander orgaan omvattende een langwerpige steel 15 met een doorbooreinde, een vergroot kopdeel bij het einde van de steel tegenover het doorbooreinde, en een aanslag nabij het doorbooreinde en in hoofdzaak gericht naar het kopdeel.In accordance with another feature of the invention, a self-piercing fastener is provided for attaching a sheet-like material to another member comprising an elongated stem 15 having a piercing end, an enlarged head portion at the end of the stem opposite the piercing end, and a stop near the piercing end and directed substantially towards the head portion.

De wezenlijke kenmerken van de uitvinding en verdere eventuele kenmerken, zijn in detail beschreven in de onderstaande beschrijving 20 met verwijzing naar de bijgaande tekeningen. Deze tekeningen zijn echter slechts illustratief voor het verwezenlijken van de uitvinding, zodat de bijzondere vorm en inrichting van de kenmerken (hetzij dat dit wezenlijk hetzij dat dit eventuele kenmerken zijn) zoals afgebeeld niet als beperkend voor de uitvinding begrepen moet worden. In de tekeningen 25 ia:The essential features of the invention, and further optional features, are described in detail in the description below with reference to the accompanying drawings. However, these drawings are only illustrative of the implementation of the invention, so that the particular shape and arrangement of the features (whether essential or optional) as depicted should not be construed as limiting the invention. In the drawings 25 ia:

Fig. 1 een perspectivisch aanzicht van een vorm van een bevestigingsmiddel geschikt voor gebruik met de werkwijze en- inrichting volgens de uitvinding;Fig. 1 is a perspective view of a form of a fastener suitable for use with the method and device according to the invention;

Fig. 2 een deels geschetst aanzicht, dat het bevestigingsmiddel 30 uit fig. 1 toont, aangebracht om twee boven elkaar liggende velachtige organen te doorboren;Fig. 2 is a partially sketched view showing the fastener 30 of FIG. 1 arranged to pierce two superposed sheet-like members;

Fig. 3 een aanzicht overeenkomstig aan fig. 2 maar het bevesti- -gingsmiddel in de organen gedreven tonend;Fig. 3 shows a view similar to FIG. 2 but showing the fastener driven into the members;

Fig. 4 een aanzicht overeenkomstig aan fig. 3, maar de organen 35 werkelijk gebroken door het bevestigingsmiddel tonend;Fig. 4 is a view similar to FIG. 3, but showing the members 35 actually broken by the fastener;

Fig. 5 een aanzicht overeenkomstig aan fig. 4, maar een meer gevorderd stadium van de doorgang van het bevestigingsmiddel door de organen tonend;Fig. 5 is a view similar to FIG. 4, but showing a more advanced stage of the fastener passage through the members;

Fig. 6 een aanzicht overeenkomstig aan fig. 5, maar het bevesti-40 gingsmiddel volledig door de organen gedrongen tonend; 84 0 3 G 09 w ? - 3 4 mFig. 6 is a view similar to FIG. 5, but showing the fastener fully penetrated by the members; 84 0 3 G 09 w? - 3 4 m

Fig. 7 een aanzicht overeenkomstig fig. 2, maar een van de organen met een voorgevormd gat tonend;Fig. 7 is a view similar to FIG. 2, showing one of the pre-formed hole members;

Fig. 8 een aanzicht overeenkomstig fig. 6, maar met betrekking tot de inrichting getooid in fig* 7;Fig. 8 is a view similar to FIG. 6, but with respect to the device in FIG. 7;

Fig. 9 een zijaanzicht van een houder waarop de werkwijze volgens de uitvinding toegepast kan worden;Fig. 9 is a side view of a container to which the method according to the invention can be applied;

Fig. 10 een keels geschetst aanzicht van een etiketkaart waarop de werkwijze volgens de uitvinding toegepast kan worden;Fig. 10 a throatily sketched view of a label card to which the method according to the invention can be applied;

Fig. 11 de houder en etiketkaart volgens fig. 9 en 10, bevestigd door een bevestigingsmiddel zoals getoond in fig. 1;Fig. 11 the container and label card of FIGS. 9 and 10, secured by a fastener as shown in FIG. 1;

Fig. 12 een vergroot dwarsdoorsnede-aanzicht genomen langs de t lijn XII-XII uit fig. 6;Fig. 12 is an enlarged cross-sectional view taken along the line XII-XII of FIG. 6;

Fig. 13 een alternatieve uitvoering van het bevestigingsmiddel;Fig. 13 an alternative embodiment of the fastener;

Fig. 14 een variatie van het bevestigingsmiddel getoond in fig. 1;Fig. 14 is a variation of the fastener shown in FIG. 1;

Fig. 15 een ander aanzicht van het bevestigingsmiddel getoond in fig. 14;Fig. 15 is another view of the fastener shown in FIG. 14;

Fig. 16 een doorsnede-aanzlcht van een vorm van het gereedschap geschikt voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding;Fig. 16 is a cross-sectional view of a shape of the tool suitable for carrying out the method according to the invention;

Fig. 17 een aanzicht van een deel van het gereedschap, getoond in fig. 16, maar het gereedschap tijdens het gebruik tonend;Fig. 17 is a view of a portion of the tool shown in FIG. 16, but showing the tool in use;

Fig. 18 een aanzicht overeenkomstig aan fig. 17, maar een verder gevorderd stadium van handeling tonend;Fig. 18 is a view similar to FIG. 17, but showing a more advanced stage of operation;

Fig. 19 een aanzicht genomen langs de lijn XIX-XIX uit fig. 1, maar het bevestigingsmiddel op zijn plaats op het gereedschap tonend;Fig. 19 is a view taken along line XIX-XIX of FIG. 1, but showing the fastener in place on the tool;

Fig. 20 een opengewerkt aanzicht van een deel van het gereedschap getoond in fig. 16;Fig. 20 is a cutaway view of a portion of the tool shown in FIG. 16;

Fig. 21 een zijaanzicht van het gereedschap getoond in fig. 16, maar het gereedschap in de werkstand tonend;Fig. 21 is a side view of the tool shown in FIG. 16, but showing the tool in the working position;

Fig. 22 een dwarsdoorsnede-aanzicht genomen langs de lijn XXII-XXII uit fig. 16;Fig. 22 is a cross-sectional view taken along line XXII-XXII of FIG. 16;

Fig. 23 een perspectivisch aanzicht van een voorste deel van het gereedschap uit fig. 6, een etiketkaart tonend, die bevestigd is aan dat gereedschap;Fig. 23 is a perspective view of a front portion of the tool of FIG. 6, showing a label card attached to that tool;

Fig. 24 een aanzicht overeenkomstig aan fig. 23, maar de etiket-kaartgeleiding verwijderd van het hoofdlichaam van het gereedschap tonend;Fig. 24 is a view similar to FIG. 23, but showing the label card guide away from the main body of the tool;

Fig. 25 het gereedschap uit fig. 16, gebruikt om een etiketkaart aan een houder te bevestigen.Fig. 25 the tool of FIG. 16 used to attach a label card to a container.

In een uitvoering omvat, zoals getoond in fig. 1 t/m 6, het beves- 8403909 5 * i tigingsmiddel een langwerpige steel 2 met een kop 3 aan een einde om het bevestigingsmiddel 1 te beletten volledig door de organen 4 en 5 te gaan, en een vergroting 6 of zijdelings uitsteeksel bij het tegenoverliggende of doorbooreinde om in een aanslag 7 te voorzien, dat terug-5 dat terugtrekken van het bevestigingsmiddel 1 uit de doorboorde stand belet (fig· 6). Het bevestigingsmiddel 1 wordt op enigerlei passende wijze door de twee organen 4 en 5 gestoken. Eén elektrisch bediend gereedschap zoals hierna beschreven, kan bijvoorbeeld gebruikt wórden om voldoende aandrijfkracht op het bevestigingsmiddel 1 op te leggen om 10 dit door de organen 4 en 5 te doen dringen en daardoor te steken.In one embodiment, as shown in Figs. 1 to 6, the fastener comprises an elongated stem 2 with a head 3 at one end to prevent the fastener 1 from passing completely through members 4 and 5. , and an enlargement 6 or lateral projection at the opposite or piercing end to provide a stop 7 that prevents back-5 from retracting the fastener 1 from the pierced position (Fig. 6). The fastener 1 is passed through the two members 4 and 5 in any suitable manner. For example, one electrically operated tool as described below may be used to apply sufficient driving force to the fastener 1 to force it through the members 4 and 5 and to pass through it.

Het bevestigingsmiddel 1 boort door de organen 4 en 5 als gevolg van het in aangrijping gebracht worden met een oppervlak 8 van het buitenste orgaan 4 en door het met een voldoende kracht tegen dat oppervlak 8 aangedreven te worden om verplaatsing van materiaal binnen het 15 lichaam van de organen 4 en 5 te veroorzaken, gevolgd door breuk van de organen 4 en 5 bij het aangrijpingsgebied (zie fig. 3, 4 en 5). Dat wil zeggen het bevestigingsmiddel 1 dringt eerst door in het aangegrepen oppervlak 8 door het veroorzaken van veerkrachtige verplaatsing van materiaal in het aangrijpingsgebied (fig. 3), en die verplaatsing gaat 20 door tot het vloeipunt van het materiaal waarna breuk plaatsvindt (fig. 4) zodat het bevestigingsmiddel 1 in staat is volledig door de organen 4 en 5 te gaan (fig. 5 en 6). Bij de hier beschreven werkwijze van de uitvinding worden twee organen 4 en 5 gelijktijdig aan het bovenstaande onderworpen door het tegenover elkaar liggende verband, maar 25 deze organen kunnen op afstand van elkaar liggen of het bevestigingsmiddel 1 kan werken om slechts een orgaan te doorboren. Als voorbeeld van de laatste situatie kan een van de organen een voorgevormd gat hebben zodat de beschreven doorboorhandeling slechts bij het andere orgaan uitgevoerd wordt.The fastener 1 drills through the members 4 and 5 as a result of being engaged with a surface 8 of the outer member 4 and being driven against that surface 8 with sufficient force to displace material within the body of the cause members 4 and 5, followed by fracture of members 4 and 5 at the engagement area (see FIGS. 3, 4 and 5). That is, the fastener 1 first penetrates into the engaged surface 8 by causing resilient displacement of material in the engagement region (Fig. 3), and that displacement continues to the pour point of the material after which fracture occurs (Fig. 4). ) so that the fastener 1 is able to pass completely through the members 4 and 5 (fig. 5 and 6). In the method of the invention described herein, two members 4 and 5 are simultaneously subjected to the above by the opposing bandage, but these members may be spaced apart or the fastener 1 may act to pierce only one member. As an example of the latter situation, one of the members may have a pre-formed hole so that the described piercing operation is performed only on the other member.

30 Het is daarom een kenmerk van de werkwijze dat een zelf-doorborend bevestigingsmiddel 1 gebruikt wordt om de twee organen 4 en 5 aaneen te bevestigen. Als zodanig breekt bevestigingsmiddel 1 door de organen 4 en 5, waarbij het materiaal waarvan de organen 4 en 5 gevormd zijn verplaatst wordt in de bewegingsrichting van het bevestigingsmiddel en 35 eveneens in een zijdelings buitenwaartse richting (fig. 4 en 5). Bijgevolg zal er bij het beëindigen van de handeling normaliter een geringe krater 9 aanwezig zijn bij de zijde van de twee organen 4 en 5, die het eerst aangegrepen is door het bevestigingsmiddel 1, en een geringe bult 10 bij de tegenoverliggende of uitlaatzijde van die organen 4 en 5. In 40 elk geval zal materiaal dat verplaatst is om het bevestigingsmiddel 1 v. "? 5 9 6 ‘ in staat te stellen door de organen 4 en 5 te boren, normaliter neigen terug te keren naar de niet verplaatste stand en als gevolg daarvan ” rusten tegen de steel 2 van het bevestigingsmiddel 1, zoals afgebeeld in fig. 5 en 6 om in een belemmering tegen terugtrekken van het beves-5 tigingsmiddel 1 te voorzien. Zelfs bij afwezigheid van een dergelijke neiging, zal aan het terugtrekken van het bevestigingsmiddel 1 weer- • i ' stand geboden worden door de vergroting 6 van het bevestigingsmiddel 1 dat tegen het aangrenzende orgaan 5 drukt en daardoor de afmeting van de opening 11 neigt te verminderen (fig. 5) gevormd door de doorboor-10 handeling, in het bijzonder indien er een bult 10 bestaat bij de uit-laatzijde zoals waarnaar hierboven verwezen is.It is therefore a feature of the method that a self-piercing fastener 1 is used to fasten the two members 4 and 5 together. As such, fastener 1 breaks through members 4 and 5, the material of which members 4 and 5 are formed being displaced in the direction of movement of the fastener and also in a laterally outward direction (Figures 4 and 5). Consequently, upon termination of the operation, there will normally be a small crater 9 on the side of the two members 4 and 5, which is first engaged by the fastener 1, and a small bulge 10 on the opposite or outlet side of those members 4 and 5. In any case, material displaced to enable the fastener 1 v. "? 5 9 6" to drill through the members 4 and 5 will normally tend to return to the unmoved position and if consequently, "rest against the stem 2 of the fastener 1, as shown in FIGS. 5 and 6, to provide an obstacle to retraction of the fastener 1. Even in the absence of such a tendency, the retraction of the fastener 1 is resisted by the enlargement 6 of the fastener 1 which presses against the adjacent member 5 and thereby tends to reduce the size of the opening 11 (fig. 5) formed d for the piercing operation, especially if there is a bulge 10 at the outlet side as referenced above.

Fig. 7 en 8 tonen een alternatieve inrichting, waarbij het orgaan 4 een voorgevormd gat 80 heeft, zodat slechts het orgaan 5 werkelijk doorboord wordt door het bevestiginsmiddel 1. Het bevestigingsmiddel 1 15 gaat niettemin door het gat 80 en bevestigd daardoor de twee organen 4 en 5 aaneen. Opgemerkt moet worden dat de standen van de organen 4 en 5 andersom als afgebeeld kan zijn.Fig. 7 and 8 show an alternative device, in which the member 4 has a pre-formed hole 80, so that only the member 5 is actually pierced by the fastener 1. The fastener 1 15 nevertheless passes through the hole 80 and thereby fixes the two members 4 and 5 to a. It should be noted that the positions of members 4 and 5 may be reversed as shown.

In het geval van het bevestigen van een etiketkaart 12 aan een wand 13 van een houder 14 zoals afgebeeld in fig. 9 t/m 11, wordt er 20 normaliter de voorkeur aangegeven om het etiket 12 tegen het inwendige oppervlak van de wand 13 te plaatsen en het bevestigingsmiddel 1 tegen de buitenzijde van de houderwand te drijven om door die wand 13 en vervolgens het etiket 12 te gaan. Het etiket 12 en de wand 13 zijn daarom overeenkomstig aan de organen resp. 5 en 4 uit fig. 2 t/m 6. De boven-25 staande inrichting maakt het mogelijk om indien gewenst het benedeneinde 15 van het etiket 12 te verzinken in de aarde in de houder (niet afgebeeld), waardoor het verwezenlijken van een gewaarborgde bevestiging van het etiket 12 bevorderd wordt. De aandrijfsnelheid en/of kracht op-In the case of attaching a label card 12 to a wall 13 of a container 14 as shown in Figs. 9-11, it is normally preferred to place the label 12 against the internal surface of the wall 13 and driving the fastener 1 against the outside of the container wall to pass through that wall 13 and then the label 12. The label 12 and the wall 13 are therefore corresponding to the members, respectively. 5 and 4 from FIGS. 2 to 6. The above-25 arrangement allows, if desired, to countersink the lower end 15 of the label 12 into the soil in the container (not shown), thereby achieving a guaranteed attachment of the label 12 is promoted. Increase the drive speed and / or force

Aa

gebracht op het bevestigingsmiddel 1 kan gevarieerd worden om passend 30 te zijn voor verschillende houdermaterialen. Normaliter zal aan een kleinere snelheid de voorkeur gegeven worden bij materialen met verhoudingsgewijs geringe veerkrachtigheid, maar in elke bijzondere situatie kan gemakkelijk een passende snelheid door eenvoudig proberen gevonden worden. Twee of meer bevestigingsmiddelen 1 kunnen op het etiket 12 en 35 de houderwand 13 naar eis opgebracht worden.applied to the fastener 1 can be varied to suit different container materials. Normally, a slower speed will be preferred with materials of relatively low resilience, but in any particular situation, a suitable speed can easily be found by simply trying. Two or more fasteners 1 can be applied on the label 12 and 35 to the container wall 13 as required.

Het bevestigingsmiddel kan elke passende vorm hebben, maar in het bijzondere voorbeeld uit fig. 1 heeft de steel 2 van het bevestigingsmiddel een vierkante, rechthoekige of andere niet cirkelvormige gedaante, zodat in de werkzame toestand het bevestigingsmiddel 1 weerstand 40 biedt aan draaiing van het etiket 12 ten opzichte van de houder 14. Bij 8403509 * • % 7 voorkeur is, zoals afgebeeld, het bevestigingsmiddel 1 een in.hoofdzaak vlak orgaan en wordt de kop 3 gevormd door twee staven 16 die zich zijdelings naar buiten uitstrekken voorbij de overeenkomstige tegenoverliggende zijden van de steel 2♦ In bepaalde gevallen kan het bevesti-5 gingsmiddel 1 tamelijk klein zijn - bijv. tien millimeter lang - en vanwege het gemak van het hanteren kunnen in deze gevallen de kopstaven 16 naar buiten uit de steel 2 steken over een wezenlijke afstand, zoals afgebeeld is.The fastener may be of any suitable shape, but in the particular example of Fig. 1, the fastener stem 2 has a square, rectangular or other non-circular shape, so that in the operative condition the fastener 1 resists rotation of the label 12 relative to the holder 14. At 8403509% 7, as shown, the fastener 1 is a substantially flat member and the head 3 is formed by two rods 16 extending laterally outwardly beyond the corresponding opposite sides. of the stem 2 ♦ In some cases, the fastener 1 may be quite small - eg ten millimeters long - and for ease of handling, the head bars 16 may protrude out of the stem 2 a substantial distance in these cases as shown.

Er wordt de voorkeur aangegeven dat de steel 2 een grotere dwars-10 doorsnederafmeting heeft nabij de kop 3 dan bij het tegenoverliggende einde of doorbooreinde 19 daarvan. Bij een vlak bevestigingsmiddel 1 zoals hierboven afgebeeld, kan dit verwezenlijkt worden door het voorzien in een passende tapsheid langs de zijden 17 van de steel 2 van waaruit de kopstaven 16 uitsteken.It is preferred that the stem 2 have a larger cross-sectional size near the head 3 than at the opposite end or piercing end 19 thereof. With a flat fastener 1 as shown above, this can be accomplished by providing an appropriate taper along the sides 17 of the stem 2 from which the head bars 16 protrude.

15 Er wordt verder de voorkeur aangegeven dat die zijden 17 overgaan in de kopstaven 16 vla een passende straal 18. Zowel de straal 18 als de tapsheid dragen bij aan het in passende sterkte voorzien van de steel 2 bij het kopeinde.It is further preferred that those sides 17 merge into the head bars 16 custard an appropriate radius 18. Both the radius 18 and the taper contribute to providing the stem 2 at the head end with appropriate strength.

Het doorbooreinde 19 van de steel 2 kan puntvormig of wigvormig 20 zijn, zoals afgebeeld. In het laatste geval bevinden de convergerende oppervlakken 20 die de wig vormen, zich bij voorkeur aan dezelfde zijde van de steel als de tapse zijden 17. Ten minste een van de wigopper-vlakken 20 strekt zich zijdelings voorbij de aangrenzende steelzijde 17 uit om in een naar achteren gerichte stap te voorzien, die werkt als de 25 eerder genoemde aanslag 7. Zoals afgebeeld wordt er echter de voorkeur aangegeven dat beide wigoppervlakken 20 zo aangebracht zijn dat het einddeel 6 van het bevestigingsmiddel 1 een enigszins-, op een pi jlkop lijkende gedaante heeft, ten minste indien gezien vanaf de brede zijden van het bevestigingsmiddel 1.The piercing end 19 of the stem 2 may be pointed or wedge-shaped 20 as shown. In the latter case, the converging surfaces 20 forming the wedge are preferably on the same side of the stem as the tapered sides 17. At least one of the wedge surfaces 20 extends laterally past the adjacent stem side 17 to form a provide a backward-facing step which acts as the aforementioned stop 7. However, as shown, it is preferred that both wedge surfaces 20 are arranged so that the end portion 6 of the fastener 1 has a slightly pike-like shape at least when viewed from the wide sides of the fastener 1.

30 Het wigvormige einddeel 6 van het bevestigingsmiddel 1 neigt de breukkarakteristiek van het materiaal waardoor deze dringt te regelen.The wedge-shaped end portion 6 of the fastener 1 tends to control the fracture characteristic of the material through which it penetrates.

In plaats het materiaal in staat te stellen te breken langs lijnen met bijzondere zwakheid, bevordert bovengenoemde gedaante breuk zodat delen van het materiaal uiteen gespreid worden bij tegenoverliggende zijden 35 van de wig. Dat wil zeggen de breuklijnen 21 (fig. 12) zullen normaliter in hoofdzaak gericht zijn naar de divergentie van de wig.Rather than allowing the material to break along lines of particular weakness, the aforementioned shape promotes breakage so that parts of the material are spread apart at opposite sides of the wedge. That is, the fracture lines 21 (Fig. 12) will normally be directed essentially towards the divergence of the wedge.

Een bevestigingsmiddel 1, zoals hierboven beschreven, is bijzonder géschikt voor gebruik bij het bevestigen van etiketten 12 aan kweekhou-ders 14. Deze kan echter gebruikt worden voor andere toepassingen, en 40 deze kan gebruikt bij bevestigingswijzen anders dan die hierboven inA fastener 1, as described above, is particularly suitable for use in attaching labels 12 to culture containers 14. However, it can be used for other applications, and it can be used in fastening methods other than those above in

Q L Π X 0 Π QQ L Π X 0 Π Q

v i ϋ w v v ^ * J * 8 * het bijzonder beschreven. Het bevestigingsmiddel 1 kan bij voorkeur vervaardigd worden van acetaal of andere passend kunststofmateriaal, maar materialen andere dan kunststofmaterialen kunnen passend zijn.v i ϋ w v v ^ * J * 8 * specifically described. The fastener 1 may preferably be made of acetal or other suitable plastic material, but materials other than plastic materials may be suitable.

Het is niet noodzakelijk dat het bevestigingsmiddel 1 puntvormig 5 is bij het doorbooreinde 19. Een succesvolle bevestiging van organen is verkregen met een stomp eindigend bevestigingsmiddel. Een dergelijk bevestigingsmiddel 101 is in fig. 13 afgebeeld en is een in hoofdzaak cilindrisch orgaan met een geringe vergroting bij elk einde om resp. de kop 103 en aanslag 107 te vormen. Dezelfde halterachtige vorm kan ge-10 bruikt worden met een vlak of niet-cilindrisch bevestigingsmiddel.It is not necessary that the fastener 1 be pointed at the piercing end 19. Successful fastening of members has been achieved with a blunt fastener. Such a fastener 101 is shown in FIG. 13 and is a substantially cylindrical member of low magnification at each end about or. to form the head 103 and stop 107. The same dumbbell-like shape can be used with a flat or non-cylindrical fastener.

Het bevestigingsmiddel 1 kan in een van de mogelijke vormen daarvan op velerlei wijze veranderd worden. In fig. 14 is bijvoorbeeld getoond dat de steel 202 in de langsrichting gedeeld kan worden door een sleuf 222, die zich uitstrekt vanaf het doorbooreinde 219 over een af-15 stand naar de kop 203. De sleuf 222 maakt tijdelijke vermindering van de dwarsdoorsnedeafmeting van de steel 202 bij het doorbooreinde 219 mogelijk, wanneer deze door de delen die bevestigd moeten worden dringt (zie fig. 15). Na doorgang door deze organen zal er neiging zijn voor het gedeelde deel van de steel 202 om uit te zetten en het vasthoudef-20 feet van het bevestigingsmiddel wordt daardoor vergroot.The fastener 1 can be changed in many ways in one of its possible forms. For example, in Fig. 14, it is shown that the stem 202 can be longitudinally divided by a slot 222 extending from the piercing end 219 over a distance to the head 203. The slot 222 temporarily reduces the cross-sectional dimension of the stem 202 at the piercing end 219 as it penetrates through the parts to be attached (see Fig. 15). After passage through these members, there will be a tendency for the divided portion of the stem 202 to expand and the retention of the fastener to be 20 feet thereby increased.

Bij nog een andere wijziging (niet afgebeeld) kan een veelheid van aanslagen op afstand van elkaar liggend in de axiale lengte van het bevestigingsmiddel aangebracht worden. Bij een nog verdere wijziging kan het bevestigingsmiddel een uitzettend of liggend element omvatten, dat 25 ten opzichte van het hoofdlichaam van het bevestigingsmiddel bewogen wordt nadat het bevestigingsmiddel door de organen die bevestigd moeten worden gedrongen is, teneinde het vasthouden van het bevestigingsmiddel door uitzetting óf wiggend effect te vergroten.In yet another modification (not shown), a plurality of stops may be spaced apart in the axial length of the fastener. In still further modification, the fastener may include an expanding or lying element which is moved relative to the fastener main body after the fastener has been pushed through the members to be fastened in order to retain the fastener by expansion or wedging effect.

Andere wijzigingen en inrichtingen van het bevestigingsmiddel zijn 30 vanzelfsprekend mogelijk.Other changes and arrangements of the fastener are of course possible.

Een bevestigingsmiddel van het hierboven in hoofdzaak beschreven soort kan door enig passend bevestigingsgereedschap aangedreven worden. Het is echter passend om een bijzonder gereedschap te beschrijven dat bijzonder geschikt is voor het bevestigen van etiketten aan kweekhou-35 ders en dat geschikt is om het vlakke bevestigingsmiddel 1 dat hierboven het eerst beschreven is aan te drijven.A fastener of the type substantially described above can be driven by any suitable fastening tool. However, it is appropriate to describe a particular tool which is particularly suitable for attaching labels to culture containers and which is suitable for driving the flat fastener 1 described first above.

Een uitvoering van een aandrijfgereedschap 26 voor bevestigingsmiddelen is gedeeltelijk in doorsnede in fig. 16 afgebeeld en omvat plaatsende middelen 27 voor bevestigingsmiddelen, aandrijfmiddelen 28 40 voor bevestigingsmiddelen, en een aanbeeld 29 dat in tegenoverliggend 8403809 9 ï % verband met de aandrijfmiddelen 28 te brengen is. Er wordt de voorkeur aan gegeven om eveneens in een magazijn 30 voor bevestigingsmiddelen en middelen voor het toevoeren van bevestigingsmiddelen 1 in volgorde uit dat magazijn 30 naar de plaatsende middelen 27 te voorzien. De aanwe— 5 zigheid van een aanbeeld 29 is een verbetering ten opzichte van aan-drijfgereedschappen voor bevestigingsmiddelen volgens de stand der techniek doordat deze in een gesloten stelsel voorziet waarin energie afgegeven door het aandrijven van een bevestigingsmiddel teruggedissi-peerd zal worden in het lichaam van het gereedschap door het aanbeeld 10 29. Bij aandrijfgereedschappen voor bevestigingsmiddelen volgens de stand der techniek is het normaal cm de aandrijfenergie te dissiperen in het orgaan of de organen die het bevestigingsmiddel ontvangen en dat geeft een terugspringen dat voor de gebruiker onaangenaam kan zijn*An embodiment of a fastener driving tool 26 is shown partially in section in FIG. 16 and includes fasteners mounting means 27, fasteners driving means 28, 40, and an anvil 29 to be associated with the driving means 28 in opposition. . It is preferred to also provide a fastener magazine 30 and means for supplying fasteners 1 in sequence from that magazine 30 to the locating means 27. The presence of an anvil 29 is an improvement over prior art fastener driving tools in that it provides a closed system in which energy delivered by driving a fastener will be redistributed into the body of the tool by the anvil 10 29. In prior art fastener driving tools, it is common to dissipate the driving energy into the member or members receiving the fastener and this will cause a rebound which may be unpleasant for the user *

Een gereedschap 26 van het hierboven genoemde soort kan door elek-15 triciteit uit het net aangedreven worden of door een batterij aanwezig in of verbonden met het gereedschap 26, al naar gelang de voorkeur. Het is passend om hierna het voorbeeld van een met wisselstroom aangedreven gereedschap te beschrijven.A tool 26 of the above-mentioned type can be electrically powered from the mains or by a battery present in or connected to the tool 26, as desired. It is appropriate to describe the example of an AC-powered tool below.

Het gereedschapslichaam kan elke passende vorm en constructie heb-20 ben en omvat een bedieningsorgaan 31 voor het aandrijfmiddel 28 voor bevestigingsmiddelen. In een inrichting waar de voorkeur aan gegeven wordt en die afgebeeld is, omvat het bedieningsorgaan 31 een spoel 32, die, indien bekrachtigd door de vermogensbron, werkt om het aandrijfmiddel 28 te bewegen in een het bevestigingsmiddel opbrengende rich-25 ting. Eveneens heeft in de afgeheelde inrichting het aandrijfmiddel 28 de vorm van een glijdende plunjer 33 met plaat-achtige vorm met een buitenste aandrijfrand 34 met overeenkomstige afmeting en oppervlak aan die van de achterrand van de kop 3 van het eerder beschreven vlakke bevestigingsmiddel. De plunjer 33 is met een kern 35 van de spoel 32 ver-30 bonden teneinde te reciproceren via een aandrijfslag en retourslag in reactie op bedrijf van de spoel 32.The tool body can be of any suitable shape and construction and includes an actuator 31 for fasteners drive means 28. In a preferred arrangement shown, the actuator 31 includes a coil 32 which, when energized by the power source, acts to move the drive means 28 in a fastener applying direction. Also, in the assembled device, the drive means 28 is in the form of a plate-like sliding plunger 33 with an outer drive edge 34 of corresponding size and area to that of the trailing edge of the head 3 of the previously described flat fastener. The plunger 33 is connected to a core 35 of the coil 32 to reciprocate via a drive stroke and return stroke in response to operation of the coil 32.

In de bijzondere afgebeelde inrichting is de plunjer 33 verbonden met de kern 35 van de spoel via een pen 36 en een veer 37 houdt de kern 35 in de stand afgebeeld in fig. 16, indien de spoel 32 niet 35 bekrachtigd is. Die stand van de kern 35 komt overeen met een ruststand van de plunjer 33 waarbij de aandrijfrand 34 daarvan vrij ligt van het deel van het plaatsende middel 27, dat een bevestigingsmiddel dat aangedreven moet worden, ontvangt. Bekrachtiging van de spoel 32 doet de kern 35 door elektromagnetische kracht in het lichaam 38 van de spoel 40 getrokken worden, zoals getoond in fig. 17 en 18. Fig. 18 toont de vol- 8 4 0 3 S 0 9 ' S ΐ 10 ledig naar buiten gebrachte stand van de plunjer 33 en nadat die stand bereikt is wordt de spoel 32 niet meer bekrachtigd en doet de veer 37 vervolgens de kern 35 en plunjer 33 naar de stand afgebeeld in fig. 16 terugkeren.In the particular illustrated arrangement, the plunger 33 is connected to the core 35 of the coil via a pin 36 and a spring 37 maintains the core 35 in the position shown in Figure 16 when the coil 32 is not energized. That position of the core 35 corresponds to a rest position of the plunger 33 with its drive edge 34 exposed from the portion of the locating means 27 receiving a fastener to be driven. Activation of the coil 32 causes the core 35 to be drawn into the body 38 of the coil 40 by electromagnetic force, as shown in FIGS. 17 and 18. FIG. 18 shows the fully extended position of the plunger 33, and after that position has been reached the coil 32 is no longer energized and the spring 37 then moves the core 35 and plunger 33 return to the position shown in Figure 16.

5 Er wordt de voorkeur aan gegeven dat het verband tussen de spoel 32 en de plunjer 33 zo bepaald is dat de maximale aandrijfkracht van de spoel 32 ongeveer in de stand getoond in fig. 17 bereikt wordt. In die stand staat het bevestigingsmiddel 1, dat aangedreven wordt door de plunjer 33» op het punt een orgaan aan te grijpen en binnen te dringen 10 en het is daarom passend dat op dat tijdstip de maximale aandrijf kracht aanwezig is. In dat opzicht is het typisch voor spoelen dat de omvang van de aandrijfkracht "in toenemende mate vergroot wanneer de kern van de spoel in het lichaam van de spoel getrokken wordt. Verder zal de omvang van die kracht zeer snel verminderen indien geen belasting onder-_ 15 vonden wordt zodat in het onderhavige geval doelmatig bedrijf verkregen wordt door het maximum van de aandrijfkracht enigszins voor of op hetzelfde moment als dat het aangedreven bevestigingsmiddel 1 het orgaan dat doordrongen moet worden aangrijpt, te hebben.It is preferred that the relationship between the spool 32 and the plunger 33 is determined so that the maximum driving force of the spool 32 is achieved approximately in the position shown in Fig. 17. In that position, the fastener 1, which is driven by the plunger 33 », is about to engage and penetrate a member and it is therefore appropriate that the maximum driving force be present at that time. In that regard, it is typical for coils that the magnitude of the driving force "increases increasingly as the core of the coil is drawn into the coil body. Furthermore, the magnitude of that force will decrease very rapidly if no load is below. 15 is obtained so that in the present case efficient operation is obtained by having the maximum of the driving force somewhat before or at the same time as the driven fastener 1 engaging the member to be penetrated.

Er wordt de voorkeur aan gegeven dat het gereedschap regelmiddelen 20 omvat, als deel van een gedrukte schakeling 81, die dient om een vertraging in de tijd tussen het niet bekrachtigen en opnieuw bekrachtigen van de spoel 32 te veroorzaken. Dat wil zeggen een met de tijd sturend orgaan (niet afgebeeld) dient om de schakelaar 57 een bepaalde tijdsduur uit te schakelen, die direct volgt na elk niet bekrachtigen van de 25 spoel 32 om daardoor de mogelijkheid van het voortdurend uitwerpen van bevestigingsmiddelen te beletten.It is preferred that the tool includes control means 20, as part of a printed circuit 81, which serves to cause a delay in time between non-energization and re-energization of coil 32. That is, a timing device (not shown) serves to turn off switch 57 for a specified period of time, which immediately follows each non-actuation of coil 32 to thereby prevent the possibility of continuous ejection of fasteners.

Plaatsend middel 27 plaatst, zoals hierboven aangeduid, het bevestigingsmiddel 1 in een stand op het lichaam van het gereedschap dat in lijn moet komen met de plunjer 33 en zodat het doorborende einde 19 van 30 het bevestigingsmiddel 1 weggericht is van de plunjer 33 (zie fig. 19).Placing means 27 places, as indicated above, the fastener 1 in a position on the body of the tool to be aligned with the plunger 33 and so that the piercing end 19 of 30 faces the fastener 1 away from the plunger 33 (see fig. 19).

Eerst kan er een ruimte 39 bestaan tussen de kop 3 van het bevestigingsmiddel en de aandrijfrand 34 van de plunjer, en de plunjer 33 moet die ruimte overbruggen voordat aandrijfbeweging op het bevestigingsmiddel 1 opgelegd wordt. In de getoonde inrichting is een verdere ruimte 35 40 aanwezig tussen het doorbooreinde 19 van het bevestigingsmiddel 1 en het uitwendige oppervlak van een houderwand of ander orgaan waardoor het bevestigingsmiddel 1 moet steken, en die ruimte 40 kan bepaald· worden door het verband tussen de plaatsende middelen 27 voor de bevestigingsmiddelen in een aanslagoppervlak 41 van het lichaam van het ge-40 reedschap, dat in aangrijping gebracht is tegen het bovengenoemde uit- 8403909 ΠΙ J-rrrri^U'A'J-nmu tw. ,UXUIg»...j -JIUJ»1 ---Τ — /:1.,.. .. t wiu Jill...First, a space 39 may exist between the fastener head 3 and the plunger driving edge 34, and the plunger 33 must bridge that space before driving movement is imposed on the fastener 1. In the device shown, there is a further space 35 between the piercing end 19 of the fastener 1 and the external surface of a container wall or other member through which the fastener 1 must protrude, and that space 40 can be determined by the relationship between the locating means 27 for the fasteners in a stop surface 41 of the body of the tool, which is engaged against the above-mentioned disclosure. , UXUIg »... j -JIUJ» 1 --- Τ - /: 1., .. .. t wiu Jill ...

VV

f « 11 wendige oppervlak.f «11 outer surface.

In de afgebeelde constructie zijn de spoel 32 en de aandrijfplun-jer 33 binnen een hoofddeel 42 van het lichaam van het gereedschap aangebracht, en het plaatsende middel 27 voor bevestigingsmiddelen omvat 3 een platform 43 bevestigd aan of een geheel met dat deel 42 en zich voorbij een einde. 44 daarvan uitstrekkend (fig. 16 t/m 18). Een buitenrand van dat platform 43 vormt of maakt deel uit van het aanslagopper-vlak 41. Het bovenoppervlak 45 van het platform 43 ligt in lijn met de benedenzijde van een dwarse sleufachtige opening 46 in het hoofddeel 42 10 van het lichaam en waarnaar de plunjer 33 zich uitstrekt can de aan-drijffunctie daarvan uit te voeren.In the illustrated construction, the coil 32 and the drive plunger 33 are disposed within a major portion 42 of the tool body, and the fastener locating means 27 includes a platform 43 attached to or integral with that portion 42 and extending beyond it. an end. 44 extending therefrom (FIGS. 16 to 18). An outer edge of that platform 43 forms or forms part of the stop surface 41. The top surface 45 of the platform 43 aligns with the bottom of a transverse slit-like opening 46 in the body main body 42 and to which the plunger 33 extends to perform its driving function.

Een paar zijdelings op afstand liggende geleidingsoppervlakken 47 (fig. 19) zijn aanwezig bij het bovenoppervlak 46 van het platform 43 om een geleidingskanaal voor het bevestigingsmiddel 1 tijdens de bewe-15 ging daarvan uit de ruststand zoals afgebeeld in fig. 19, te vormen.A pair of laterally spaced guide surfaces 47 (Fig. 19) are provided at the top surface 46 of the platform 43 to form a guide channel for the fastener 1 during its movement from the rest position as shown in Fig. 19.

Deze oppervlakken 47 maken eveneens deel uit van de plaatsende middelen 27 voor bevestigingsmiddelen, doordat deze het bevestigingsmiddel 1 in lijn met de plunjer 33 plaatsen. Een dergelijke geleidingsgroef kan op andere wijzen gevormd worden en kan een één geheel vormend deel van het 20 platform 33 zijn.These surfaces 47 are also part of the fasteners locating means 27 in that they position the fasteners 1 in line with the plunger 33. Such a guide groove can be formed in other ways and can be an integral part of the platform 33.

De geleiding voor bevestigingsmiddelen, zoals afgebeeld, omvat eveneens een afdekorgaan 48, dat het oppervlak 45 van het platform van het geleidingskanaal bedekt, maar op afstand daarvan ligt ten minste boven het buitenste deel van dat kanaal. De inrichting is zodanig dat 25 het bevestigingsmiddel 1 zijdelings opgesloten is en eveneens tegen naar boven bewegen ten opzichte van het oppervlak 45 vastgehouden wordt in het bijzonder op het moment dat het bevestigingsmiddel 1 de houder of ander orgaan aangrijpt.The fastener guide, as shown, also includes a cover member 48 covering the surface 45 of the guide channel platform, but spaced therefrom at least above the outer portion of that channel. The device is such that the fastener 1 is laterally enclosed and is also retained against upward movement relative to the surface 45, particularly at the time the fastener 1 engages the container or other member.

Er wordt de voorkeur aan gegeven om in'een veelheid van bevesti-30 gingsmiddelen in een patroonvorm 49 (fig. 20) te voorzien, die in het magazijn 30 van het gereedschap geplaatst kunnen worden, zodat afzonderlijke bevestigingsmiddelen automatisch achtereenvolgend aan het plaatsende station 27 bij het platform 33 toegevoerd kunnen worden. Dat wil zeggen dat indien de plunjer 33 teruggetrokken wordt van het aan-35 drijven van een bevestigingsmiddel, en terugkeert naar de stand afgebeeld in fig. 16, een ander bevestigingsmiddel automatisch in de stand gebracht wordt om aangegrepen te worden door de plunjer 33 tijdens de volgende werkslag daarvan. Het magazijn 30 kan een buisvormig orgaan 50 met passende dwarsdoorsnede omvatten bevestigd aan het lichaam van het 40 gereedschap om zich naar boven vanaf het platform 43 uit te strekken.It is preferred to provide a plurality of cartridge-type fasteners 30 (FIG. 20) which can be placed in the tool magazine 30 so that individual fasteners are automatically attached to the station 27 can be supplied to the platform 33. That is, if the plunger 33 is retracted from driving a fastener, and returns to the position shown in Fig. 16, another fastener is automatically set to be engaged by the plunger 33 during the next job. The magazine 30 may comprise a tubular member 50 of appropriate cross-section attached to the body of the tool to extend upwardly from the platform 43.

8403309 12 -.5 »8403309 12 -.5 »

Een ruimte is aanwezig tussen het oppervlak 45 van het platform en het benedeneinde van het magazijn 30 om bevestigingsmiddelen in staat te stellen aangedreven te worden uit de ruststand door de plunjer 33. Toe-voermiddelen voor de bevestigingsmiddelen kunnen een veer 51 omvatten, 5 zoals afgebeeld, of andere voorspanmiddelen die samenwerken met het magazijn en die de groep bevestigingsmiddelen voortdurend spannen in het magazijn 30 naar het platform 43.A space is provided between the surface 45 of the platform and the lower end of the magazine 30 to allow fasteners to be driven from the rest position by the plunger 33. Feed means for the fasteners may include a spring 51, as shown , or other biasing means cooperating with the magazine and continuously tensioning the group of fasteners in the magazine 30 to the platform 43.

Zoals afgebeeld in fig. 20 omvat het toevoermiddel van de constructie als voorbeeld een doporgaan 52, dat losneembaar bevestigbaar 10 is aan het boveneinde van het buisvormige orgaan 50, een drukkop 53, die het bovenste bevestigingsmiddel in het patroon 49 aangrijpt, en de veer 51 die werkt tussen het doporgaan 52 en de drukkop 53. De drukkop 53 is verschuifbaar langs een geleidingsstang 54, die aan het doporgaan 52 bevestigd is en de veer 51 op zijn plaats houdt.As shown in Fig. 20, the construction feeder, for example, includes a cap member 52 releasably attachable to the top end of the tubular member 50, a printhead 53 which engages the top fastener in the cartridge 49, and the spring 51 acting between the cap member 52 and the printhead 53. The printhead 53 is slidable along a guide rod 54 which is attached to the cap member 52 and holds the spring 51 in place.

15 Het aanbeeld 29 van het gereedschap is bij voorkeur beweegbaar aangebracht op het hoofddeel 42 van het gereedschap, teneinde in en uit een werkstand beweegbaar te zijn waarbij deze ten minste in hoofdzaak in lijn ligt met de bewegingsbaan van een bevestigingsmiddel. In de af-gebeelde inrichting is het aanbeeld 29 verbonden met een beweegbaar 20 handgreepdeel 55 van het gereedschap. Dat handgreepdeel 55 kan scharnierend verbonden zijn met het hoofddeel 42 van het lichaam van het gereedschap zoals bij 56 voor beweging om een as die zich dwars ten opzichte van de bewegingsrichting van de plunjer 33 uitstrekt. Er wordt de voorkeur aan gegeven dat het handgreepdeel 55 voorgespannen is in 25 een stand met maximale scheiding ten opzichte van het hoofddeel 42 en dat beweging van het handgreepdeel 55 naar het hoofddeel 42 werkzaam is om een schakelaar 57 of ander middel te bedienen, dat de toevoer van vermogen aan de spoel stuurt.The anvil 29 of the tool is preferably movably mounted on the main part 42 of the tool to be movable in and out of a working position at least substantially in line with the path of travel of a fastener. In the illustrated device, the anvil 29 is connected to a movable handle portion 55 of the tool. Said handle portion 55 may be hingedly connected to the main portion 42 of the tool body as at 56 for movement about an axis transverse to the direction of movement of the plunger 33. It is preferred that the handle portion 55 be biased in a position with maximum separation from the main portion 42 and that movement from the handle portion 55 to the main portion 42 act to actuate a switch 57 or other means that the controls the supply of power to the coil.

In de in fig. 16 afgeheelde inrichting omvat het handgreepdeel 55 30 een basisplaat 58, die aangebracht is binnen een ruimte 59 gevormd tussen twee delen 60 en 61 van het hoofddeel 42. Een veer 62, die werkt tussen het deel 60 en de basisplaat 58, drijft het handgreepdeel 55 in de stand getoond in fig. 16. Een stelschroef 63 bevestigd aan de basisplaat 58 is aangebracht om de schakelaar 57 aan te grijpen en te bedie-35 nen en de stand van die schroef 63 kan gesteld worden om de tijd te variëren gedurende welke de schakelaar 57 bediend wordt tijdens beweging van het handgreepdeel 55 naar de stand afgebeeld in fig. 21.In the arrangement shown in Figure 16, the handle portion 55 includes a base plate 58 disposed within a space 59 formed between two portions 60 and 61 of the main portion 42. A spring 62 acting between the portion 60 and the base plate 58 , the handle portion 55 floats in the position shown in Fig. 16. A set screw 63 attached to the base plate 58 is provided to engage and actuate the switch 57 and the position of that screw 63 can be adjusted every time vary during which the switch 57 is operated during movement of the handle portion 55 to the position shown in Fig. 21.

Een voorste verlenging 64 van het handgreepdeel 55 draagt het aanbeeld 29, dat de vorm kan hebben van een plaat-achtig orgaan met een 40 sleuf of uitsparing 65 in de benedenrand daarvan om beweging over de 8403309 ψ · 13 steel 2 of doorbooreinde van een bevestigingsmiddel 1 mogelijk te ma- . ken. Bij de maximale scheiding van de ruststand van het handgreepdeel 55, zoals afgeheeld in fig. 16, is het aanbeeld 29 aangebracht boven en ligt niet in de loopbaan van het bevestigingsmiddel 1. Indien het hand-5 greepdeel 55 echter bewogen wordt naar het hoofddeel 42, wordt het aanbeeld 29 over die loopbaan gedragen en in de eindstand daarvan, zoals afgebeeld in fig. 21, is deze aangebracht dicht nabij het aanslagopper-vlak 41 van het lichaam van het gereedschap. Er wordt de voorkeur aan gegeven dat de ruimte 66 (fig. 21) tussen dat aanslagoppervlak 41 en 10 het aanbeeld 29 in hoofdzaak dezelfde afmeting heeft als de totale dikte van de twee organen die bevestigd moeten worden door een bevestigingsmiddel, hetgeen in het onderhavige geval een etiketkaart 12 en een houderwand 13 zullen zijn.A front extension 64 of the handle portion 55 carries the anvil 29, which may be in the form of a plate-like member with a 40 slot or recess 65 in its lower edge for movement over the stem 8403309 or piercing end of a fastener 1 possible to. know. At the maximum separation of the rest position of the handle part 55, as shown in Fig. 16, the anvil 29 is arranged above and does not lie in the course of the fastener 1. However, if the handle part 55 is moved to the main part 42 , the anvil 29 is carried over that raceway and in its end position, as shown in Fig. 21, it is arranged close to the abutment surface 41 of the tool body. It is preferred that the space 66 (Fig. 21) between that stop surface 41 and 10 the anvil 29 be substantially the same size as the total thickness of the two members to be secured by a fastener, which in the present case will be a label card 12 and a container wall 13.

Eveneens wordt er de voorkeur aan gegeven dat het gereedschap 15 vasthoudmiddelen omvat voor een etiketkaart en dat middel kan passend samenwerken met het aanbeeld 29 of de verlenging 64 van de handgreep, die het aanbeeld 29 draagt. In de afgeheelde inrichting omvat het vast-houdmiddel een achteroppervlak 67 van het aanbeeld 29 en een vasthoud-orgaan 68 dat een naar boven gerichte verlenging 69 van het oppervlak 20 67 bedekt. Het vasthoudorgaan 68 is zoals afgebeeld een wiel-achtig or gaan, dat verbonden is met de verlenging 64 van de handgreep voor draaiing van een centrisch aangebrachte seharnierpen.It is also preferred that the tool 15 include a label card holding means and that means may cooperate appropriately with the anvil 29 or the extension 64 of the handle carrying the anvil 29. In the gated device, the retaining means includes a rear surface 67 of the anvil 29 and a retaining member 68 covering an upwardly extending extension 69 of the surface 67. The retainer 68, as shown, is a wheel-like member connected to the extension 64 of the handle for rotation of a centrally mounted hinge pin.

Bij voorkeur, zoals getoond in fig. 22, zijn twee van dergelijke organen 68 aanwezig en deze zijn aangebracht op dezelfde seharnierpen 25 70. De pen 70 is aangebracht tussen het radiale midden van de organen 68 en het oppervlak 67 of het oppervlak 69 van de verlenging, zodat zwaartekracht de organen 68 in een zodanige richting doet draaien dat het omtreksoppervlak 71 van elk daarvan naar het oppervlak 67 of 69 gedreven wordt.Preferably, as shown in Fig. 22, two such members 68 are provided and are mounted on the same hinge pin 70. The pin 70 is disposed between the radial center of the members 68 and the surface 67 or surface 69 of the extension, so that gravity rotates the members 68 in such a direction that the peripheral surface 71 of each of them is driven to the surface 67 or 69.

30 Met de bovenstaande inrichting kan een etiketkaart 12 naar beneden bewogen worden tussen het oppervlak 69 en de organen 68, maar aan beweging in de tegenovergestelde richting wordt weerstand geboden door een klemmende werking van de organen 68. Tijdens de naar beneden gerichte beweging van de etiketkaart 12 doet de aangrijping daarvan met de orga-35 nen 68 die organen 68 zo naar buiten zwenken dat de spleet tussen de omtreksoppervlakken 71 daarvan en het tegenoverliggende oppervlak 69 vergroot. Enige poging om vervolgens de etiketkaart 12 naar boven te trekken zal neigen de organen 68 in de tegenovergestelde richting te doen zwenken en daardoor tot gevolg hebben dat de kaart 12 stevig ge-40 klemd wordt tussen de oppervlakken 69 en 71.With the above device, a label card 12 can be moved downward between the surface 69 and the members 68, but movement in the opposite direction is resisted by a clamping action of the members 68. During the downward movement of the label card 12 engages its engagement with members 68 to swing those members 68 outwardly such that the gap between their circumferential surfaces 71 and their opposing surface 69 increases. Any attempt to subsequently pull the label card 12 upwards will tend to cause the members 68 to pivot in the opposite direction, thereby causing the card 12 to be firmly clamped between surfaces 69 and 71.

8403309 i v 14 %8403309 i v 14%

Begrepen zal worden dat andere vasthoudmiddelen zoals bladveren gebruikt kunnen worden in plaats van de organen 68.It will be understood that other retaining means such as leaf springs can be used in place of the members 68.

Bij de afgebeelde inrichting wordt het oppervlak 69 gevormd door een achteroppervlak van een aanpasorgaan 72, dat verwijderbaar verbon-5 den is met de verlenging 64 van de handgreep, zoals getoond in fig. 23 en 24. Het aanpasorgaan 72 heeft een plaatsende groef 73 en bijbehorende opening 74 waardoor een etiketkaart 12 toegevoerd wordt om geplaatst te worden tussen de oppervlakken 69 en 71 (fig. 23). Het aanpasorgaan 72 is uitwisselbaar met andere die een groef 73 en een opening 74 met 10 verschillende breedten hebben teneinde te passen voor etiketkaarten 12 met verschillende afmetingen. Fig. 24 toont het aanpasorgaan 72 in de verwijderde stand.In the illustrated device, the surface 69 is formed by a rear surface of an adapter 72, which is removably connected to the extension 64 of the handle, as shown in Figs. 23 and 24. The adapter 72 has a locating groove 73 and associated opening 74 through which a label card 12 is fed to be placed between surfaces 69 and 71 (Fig. 23). The adapter 72 is interchangeable with others having a groove 73 and an opening 74 of 10 different widths to fit label cards 12 of different sizes. Fig. 24 shows the adapter 72 in the removed position.

De werking van het hierboven beschreven bevestigingsgereedschap is als volgt.The fastening tool described above operates as follows.

15 Eerst bevindt het handgreepdeel 55 zich in de naar boven gebrachte stand of stand met maximale scheiding zoals getoond in fig. 14 en die stand wordt gehandhaafd wanneer een etiket 12 geplaatst wordt in de stand achter het aanbeeld 29 zoals getoond in fig. 23. De groef 73 van het aanpasorgaan geleidt het etiket 12 zodat het van punt voorziene be-20 nedeneinddeel 15 daarvan toegevoerd wordt tussen de organen 68 en de zijranddelen van het etiket 12 worden achtereenvolgens geplaatst in de naar beneden convergerende ruimte tussen de omtreksoppervlakken 71 en het tegenoverliggende oppervlak 69. Geringe druk is voldoende om het etiket 12 voorbij de organen 68 te drijven, die daarna werken om het 25 etiket 12 tegen het oppervlak 69 te houden zonder verdere naar beneden gerichte beweging van het etiket 12 te belemmeren. Een dergelijke naar beneden gerichte beweging van het etiket 12 kan indien gewenst gestopt worden zolang een deel van het etiket 12 in lijn zal zijn met de bewe-gingsbaan van het bevestigingsmiddel, indien het aanbeeld 29 geplaatst 30 is in de bedrijfsstand daarvan zoals getoond in fig. 21 en 25.First, the handle portion 55 is in the raised or maximum separation position as shown in Fig. 14, and that position is maintained when a label 12 is placed in the position behind the anvil 29 as shown in Fig. 23. The groove 73 of the adapter guides the label 12 so that the pointed bottom end portion 15 thereof is fed between the members 68 and the side edge portions of the label 12 are successively positioned in the downwardly converging space between the circumferential surfaces 71 and the opposite surface 69. Low pressure is sufficient to drive the label 12 past the members 68, which then act to hold the label 12 against the surface 69 without impeding further downward movement of the label 12. Such downward movement of the label 12 can be stopped if desired as long as a portion of the label 12 will be in line with the movement path of the fastener if the anvil 29 is positioned in its operating position as shown in FIG. 21 and 25.

Aannemende dat een patroon 49 van de bevestigingsmiddelen 1 zich in het magazijn 30 bevindt, zal het onderste bevestigingsmiddel 1 van de patroongroep geplaatst worden op het gereedschapsplatform 43 gereed voor aangrijping door de plunjer 33. De bedienende persoon plaatst ver-35 volgens het gereedschap zodanig dat het aangrijpoppervlak 41 het uitwendige oppervlak van een zijwand 13 van een houder aangrijpt en met de verlenging 64 van het handgreepdeel geplaatst over de bovenrand van die wand zoals getoond in fig. 25. Naar beneden bewegen van het handgreepdeel 55 ten opzichte van het hoofddeel 42 van het lichaam van het ge-40 reedschap zal vervolgens het aanbeeld 29 naar de bedrijfsstand daarvan 8403209 'i'·':'11'··-',,« ..........................................................»·ιυ» ^ 15 # * » bewegen waar het de bewegingsbaan van het bevestigingsmiddel 1. doorkruist. Het etiket 12 wordt gedragen met de verlenging 64 van de handgreep, zodat een benedendeel van dat etiket 12 het inwendige oppervlak van de wand 13 van de houder bedekt en de voorgenoemde bewegingsbaan 5 snijdt.Assuming that a cartridge 49 of the fasteners 1 is in the magazine 30, the bottom fastener 1 of the cartridge group will be placed on the tool platform 43 ready for engagement by the plunger 33. The operator then positions the tool such that the engaging surface 41 engages the exterior surface of a side wall 13 of a container and with the extension portion 64 of the handle portion disposed over the top edge of that wall as shown in Fig. 25. Moving down the handle portion 55 relative to the main portion 42 of the body of the tool will then adjust the anvil 29 to its operating position 8403209 'i' · ':' 11 '·· -' ,, «................ .......................................... »· ιυ» ^ 15 # * »Move where it intersects the fastener 1. movement path. The label 12 is carried with the extension 64 of the handle, so that a lower part of that label 12 covers the internal surface of the wall 13 of the container and intersects the aforementioned path of movement 5.

Wanneer het handgreepdeel 55 het einde van de beweging daarvan naar het hoofddeel 42 nadert, wordt de vermogensschakelaar 57 bediend om bekrachtiging van de spoel 32 te veroorzaken. De spoel 32 beweegt vervolgens de plunjer 33 naar buiten en verdere beweging van de plunjer 10 33 doet deze het bevestigingsmiddel 1 aangrijpen en het aandrijven van het bevestigingsmiddel 1 tegen de wand 13 van de houder. Het bevestigingsmiddel 1 dringt door de wand 13 van de houder en het etiket 12 heen en wanneer, het doorboren plaatsvindt voorziet het aanbeeld 29 in een steun waartegen de aandrijfkracht reageert en het doorbooreinde 19 15 van het bevestigingsmiddel 1 kan door de sleuf of uitsparing 65 van het aanbeeld 29 gaan.When the handle portion 55 approaches the end of its movement toward the main portion 42, the power switch 57 is operated to cause actuation of the coil 32. The coil 32 then moves the plunger 33 outward and further movement of the plunger 10 33 causes it to engage the fastener 1 and drive the fastener 1 against the wall 13 of the container. The fastener 1 penetrates through the wall 13 of the container and the label 12 and when the piercing takes place, the anvil 29 provides a support against which the driving force reacts and the piercing end 19 of the fastener 1 can pass through the slot or recess 65 of the anvil 29.

Bij voltooiing van de bevestigingshandeling wordt de handgreep 55 vrijgenomen om deze terug te brengen naar de ruststand daarvan en het aanbeeld 29 wordt daardoor vrij van het bevestigingsmiddel 1 gemaakt.On completion of the fastening operation, the handle 55 is released to return it to its rest position and the anvil 29 is thereby released from the fastener 1.

20 Het gereedschap kan dan uit de aangrijping daarvan tegen de houder 14 verwijderd worden. Bij een als voorbeeld dienend gereedschap van het bovengenoemde soort is de doorboorhandeling in minder dan een honderdste seconde voltooid.The tool can then be removed from the engagement thereof against the holder 14. In an exemplary tool of the above type, the piercing operation is completed in less than a hundredth of a second.

Opgemerkt wordt dat het beschreven gereedschap in een passende en 25 doelmatige inrichting voorziet voor het aanbrengen van bevestigingsmiddelen, en in het bijzonder voor het aanbrengen van etiketten aan kweek» houders. Het samenwerken van een beweegbaar aanbeeld met de middelen voor het bedienen van het gereedschap heeft een bijzonder veilige inrichting tot gevolg doordat bedrijf bij toeval van de inrichting niet 30 tot gevolg zal hebben dat een bevestigingsmiddel in de vrije ruimte gedreven zal worden. Een bevestigingsmiddel zal slechts uit het gereedschap gedreven worden nadat het aanbeeld in de bewegingsbaan van en dergelijk bevestigingsmiddel geplaatst is.It is noted that the described tool provides a suitable and effective device for applying fasteners, and in particular for applying labels to culture containers. The interaction of a movable anvil with the means for operating the tool results in a particularly safe device in that operation by chance of the device will not result in a fastener being driven into the free space. A fastener will only be driven out of the tool after the anvil has been placed in the path of movement of such fastener.

Bij sommige toepassingen van de uitvinding kan het wenselijk zijn 35 om in etiketten of ander velmateriaal in continue rolvorm te voorzien in plaats van in afzonderlijke organen zoals voorgesteld door de eti-ketkaart 12 getoond in de tekeningen. Het beschreven gereedschap kan gemakkelijk aangepast worden om een rol materiaal in strookvorm te dragen, zodat de strook toegevoerd wordt door vasthoudmiddelen op de hier-40 voor beschreven wijze. Delen van de strook kunnen te scheiden zijn 8403009 16 ' langs perforatielijnen of andere verzwakkingslijnen, of het gereedschap kan een automatische scheidingsvoorziening hebben.In some applications of the invention, it may be desirable to provide labels or other sheet material in continuous roll form rather than separate members as suggested by the label card 12 shown in the drawings. The described tool can be easily adapted to support a roll of strip material, so that the strip is fed by holding means in the manner described above. Parts of the strip may be separable 8403009 16 'along perforation lines or other lines of weakness, or the tool may have an automatic separator.

Het gereedschap is niet beperkt tot het bijzondere beschreven gebruik, noch is deze beperkt tot het bijzondere beschreven bevestigings-5 middel. Bovendien moet begrepen worden dat het gereedschap niet in hoofdzaak de vorm hoeft te hebben die beschreven is. Het gereedschap kan bijvoorbeeld op een werkbank aangebracht zijn, of op andere wijze ingericht zijn zodat een gebruiker een houder tegen het gereedschap plaatst in plaats van het plaatsen van het gereedschap tegen een hou-10 der. Eveneens hoeft het gereedschap niet zoals beschreven met de hand bedreven te worden maar kan met de voet of op andere wijze bedreven worden afhankelijk van de gebruiksomstandigheden. De werking van het . gereedschap kan bijvoorbeeld automatisch aangezet worden door plaatsing van een houder tegen het gereedschap.The tool is not limited to the particular use described, nor is it limited to the particular fastener described. In addition, it is to be understood that the tool need not have substantially the shape described. For example, the tool may be mounted on a workbench or otherwise arranged so that a user places a holder against the tool instead of placing the tool against a holder. Likewise, the tool does not need to be manually operated as described, but can be operated with the foot or otherwise depending on the conditions of use. The operation of the. for example, tools can be turned on automatically by placing a holder against the tool.

15 Verscheidene veranderingen, wijzigingen en/of toevoegingen kunnen in de constructies en inrichtingen van de hierboven beschreven delen uitgevoerd worden zonder buiten het bereik of de gedachte van de uitvinding te geraken zoals beschreven en getoond.Various changes, modifications and / or additions can be made to the structures and devices of the above-described parts without going beyond the scope or idea of the invention as described and shown.

* 8403909* 8403909

Claims

A method of securing two sheet-like members of rigid material in brought together, characterized in that it comprises the steps of placing the members in facing relationship and driving a self-piercing nail against a surface of one of the members with such force that it will displace and break the underlying portion of both organs and thereby penetrate through both organs, which nail has an enlarged head at one end engageable with the surface to prevent full passage of the nail through the organs and has a stop near the opposite end thereof, which resists retraction of the nail back through the fracture in the organs.

Method according to claim 1, characterized in that the one member is a side wall of a container made of a plastic material and the other member is a label card.

3. A method according to claim 1, characterized in that the nail is formed of an artificial material material and comprises an elongated stem with a piercing end, an enlarged head at the end of the stem opposite that piercing end and a stop near the piercing end and which is mainly directed towards the head.

Method for attaching a sheet-like member of rigid material to another member with a pre-formed hole, characterized in that it comprises the steps of placing the members in opposite relationship, and driving a self-piercing nail along a path passing through the preformed hole and against a surface of the sheet-like member with such force that it will displace and break the underlying part of the sheet-like member and thereby penetrate both members, which nail has an enlarged head has one end operable to prevent full passage of the nail through the members and a stop near the opposite end thereof which resists retraction of a nail back through the break in the sheet-like member.

5. Tool for driving a self-piercing fastener through rigid sheet-like material, characterized in that it comprises a body, locating means on the body for placing a fastener to be driven, reciprocating driving means carried by the body for movement relative thereto between a rest position and an extended position, 40 being engageable with the drive means with an attachment means placed by the locating means during movement thereof to the extended position and thereby driving the fastener in a fastener application direction, operating means operable to cause the drive means 5 to move over a drive stroke from the rest position to the outward position and a return stroke back to the rest position, and an anvil carried by the body in order to be placeable nabi j and spaced from the locating means to enable the sheet-like material to be positioned between the locating means and the anvil and in the path of travel of a fastener driven in the fastener application direction.

6. Tool as claimed in claim 5, characterized in that the body comprises a main part and a handle part connected together for limited mutual movement, wherein the placing and driving means are carried by the main part and the anvil is carried by the handle part, and the handle part is movable with respect to the main part between an active position in which the anvil is located near the position-determining means and in a non-active position in which the anvil is moved away from the placing means in a direction transverse to the direction of movement of the drive means.

7. Tool according to claim 6, characterized in that the holding means is carried by the handle part and is operative to receive and hold one of the sheets, so that in the working position of the handle part the one sheet is placed in the path of travel of a fastener.

8. Tool according to claim 7, characterized in that the holding means comprises a holding member and a plate with a sheet engaging surface, which holding member and plate are mutually arranged such that the one sheet can be placed between the holding member and the sheet engaging surface, and that the retaining member is operative to hold the one sheet in opposite engagement with the sheet engaging surface.

A tool according to claim 8, characterized in that the plate forms an upward extension of the anvil, and that the holding member is operative to allow the one sheet to be moved between it and the sheet engaging surface in a downward direction relative thereto but in the opposite direction resists such mutual movement. 8403909 *

10. Tool according to claim 8, characterized in that the holding member is a wheel-like member connected to the handle part for mutual movement about an eccentric axis, which is placed between the plate and the radial center of the wheel-like body. and the wheel-like member is gravity driven into a position where it engages and holds that one sheet.

11. Tool according to claim 7, characterized in that an exchangeable guide means is connected to the holding means and is operative to guide the one sheet for correct placement relative to the anvil.

A tool according to claim 6, characterized in that the handle part is hingedly connected to the main part for the limited mutual movement, and wherein a biasing means drives the handle part into the active position.

Tool according to claim 6, characterized in that operation of the operating means is controlled by switching means and in that the switching means responds to the movement of the handle part to its working position to cause operation of the operating means.

Tool according to claim 6, characterized in that the operating means comprises an electrically energized coil.

15. Tool according to claim 14, characterized in that the coil is arranged relative to the driving means such that the driving force of the coil reaches a maximum substantially at the time when the driving means is placed around a said fastening means against the sheet-like material.

A tool according to claim 5, characterized in that a supply means is provided for successively supplying a series of fasteners to the locating means.

17. Self-piercing fastener for securing a sheet-like member in opposing relationship to another member, characterized in that it comprises an elongated stem with a piercing end, an enlarged head portion at the end of the stem opposite the piercing end, and a stop near the piercing end and directed substantially towards the head portion.

Fastener according to claim 17, characterized in that the head part is a rod-like part which extends transversely to the stem and extends laterally past each of its two opposite sides.

19. Fastening means according to claim 17, characterized in that the stem has a rectangular cross-section and that two opposite sides of said stem face the head part. diverge, the piercing end being formed by a wedge-shaped end portion having two diverging sides, which are on the same sides of the fastener as the opposite sides of the stem, and the stop being formed by a step between each diverging side and the adjacent adjacent opposite side.

Fastening means according to claim 19, characterized in that the head part is formed by two rods projecting laterally from one of the opposite facing sides, and a radius is formed at the intersection between each rod and the adjacent opposite facing side .

Fastening means according to claim 17, characterized in that the piercing end is pointed.

Fastener according to claim 17, characterized in that the fastener is a single-piece construction formed from a plastic material.

Fastening means according to claim 17, characterized in that the stop is formed by an enlargement at the piercing end and that the piercing end is blunt.

Fastening means according to claim 17, characterized in that · both the stem and the head part are substantially cylindrical and in that the stop is formed by a substantially cylindrical end part of the fastening means, removed from the head part.

Fastener according to claim 17, characterized in that a slot extends longitudinally of the fastener from the piercing end a distance to the head portion to divide the piercing end portion of the fastener into two laterally spaced portions. 30 1-1-1-1 111 11 i 8403909