NL8401973A - FEEDING EQUIPMENT. - Google Patents

FEEDING EQUIPMENT. Download PDF

Info

Publication number
NL8401973A
NL8401973A NL8401973A NL8401973A NL8401973A NL 8401973 A NL8401973 A NL 8401973A NL 8401973 A NL8401973 A NL 8401973A NL 8401973 A NL8401973 A NL 8401973A NL 8401973 A NL8401973 A NL 8401973A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
slide
feed
feeding device
trough
carriage
Prior art date
Application number
NL8401973A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Kreyer Rudolf
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Kreyer Rudolf filed Critical Kreyer Rudolf
Publication of NL8401973A publication Critical patent/NL8401973A/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K39/00Feeding or drinking appliances for poultry or other birds
    • A01K39/01Feeding devices, e.g. chainfeeders

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Birds (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Feeding And Watering For Cattle Raising And Animal Husbandry (AREA)

Description

4- SO 32614 1 V oederinrichtlng.4- SO 32614 1 Feeding device.

De uitvinding heeft betrekking op een voederinrichting voor die-/ ren, die in kooibatterijen worden gehouden, met ten minste een voor 5 verscheidene naast elkaar aangebrachte kooien lopende langgestrekte voedertrog, een over de lengte van de voedertrog verrijdbare voederwa-gen, ten minste een vulstomp voor het overbrengen van het voer vanaf de voerderwagen in de voedertrog, alsmede een met het ondereinde van de vulstomp verbindbare, in de voedertrog glijdend gelagerde doseersle-10 den.The invention relates to a feeding device for animals / animals kept in cage batteries, with at least one elongated feeding trough running for several cages arranged next to each other, a feeding trolley which is movable along the length of the feeding trough, at least one filling stub for transferring the feed from the feed wagon into the feed trough, as well as a dosing slide which can be connected to the bottom end of the filling stub and slides into the feed trough.

Voederinrichtlngen van de genoemde soort moeten met In achtname van het nog zich in de voedertrog bevindende voer een gedoseerd navullen mogelijk maken.Feeding devices of the type mentioned must allow dosed refilling with regard to the feed still in the feed trough.

Bekende voederinrichtingen bezitten aan hun doseerslede een voor 15 de hulsstomp uitlopende ploeg, welke het zich nog in de voedertrog nog bevindende restvoer gelijkmatig tracht te verdelen. Een nauwkeurige toevoer van vers voer in afhankelijkheid van het zich nog in de voedertrog bevindende restvoer is echter met de bekende inrichtingen niet mogelijk.Known feeding devices have on their dosing carriage a plow extending in front of the sleeve stub, which tries to evenly distribute the residual feed still in the feeding trough. However, an accurate supply of fresh feed depending on the residual feed still in the feed trough is not possible with the known devices.

20 De uitvinding heeft tot doel bij elk vullen van de voedertrog een nauwkeurige dosering van de hoeveelheid voer te bereiken, zodat zich na elke vulling een nauwkeurig gelijke en gelijkmatig verdeelde hoeveelheid voer in de voedertrog bevindt.The object of the invention is to achieve an accurate dosage of the amount of feed with each filling of the feed trough, so that after each filling there is an exactly equal and evenly distributed amount of feed in the feed trough.

Volgens de uitvinding wordt dit doel bereikt doordat de doseersle-25 de een schuif bezit, waarvan de onderrand op een afstand boven het bo-demvlak van de voedertrog ligt terwijl de schuif ten minste gedurende het vulproces in de bewegingsrichting achter de voeruitlaatopening van de vulstomp is geplaatst.According to the invention, this object is achieved in that the metering slide has a slide, the bottom edge of which lies at a distance above the bottom surface of the feed trough, while the slide is at least during the filling process in the direction of movement behind the feed outlet opening of the filling stump placed.

Met behulp van de voederinrichting volgens de uitvinding is het 30 mogelijk de voertoevoer zo nauwkeurig mogelijk te doseren, zodat in de voedertrog steeds een gelijkmatige voerverdeling wordt bereikt. Het achterblijven van voerresten in de voedertrog wordt met de inrichting volgens de uitvinding zo goed mogelijk vermeden, omdat de voerdesering nauwkeurig op de werkelijke voerbehoefte kan worden afgestemd. Omdat 35 ook de kleinste hoeveelheden nauwkeurig kunnen worden gedoseerd, is het ook mogelijk, meermalige voederingen per dag uit te voeren. Door de meermalige voedering worden de dieren sterker opgewekt tot het opnemen van voedsel, zodat betere resultaten kunnen worden bereikt.With the aid of the feeding device according to the invention it is possible to dose the feed supply as accurately as possible, so that an even distribution of feed is always achieved in the feed trough. The residual feed residues in the feed trough are avoided as much as possible with the device according to the invention, because the feed dressing can be accurately matched to the actual feed requirement. Since even the smallest quantities can be accurately dosed, it is also possible to carry out multiple feedings per day. Due to the multiple feeding, the animals are more strongly stimulated to absorb food, so that better results can be achieved.

Bij voorkeur is de onderrand van de schuif ten opzichte van het 40 bodemvlak van de voedertrog in hoogte instelbaar. Daardoor is het moge- 8401973 2 r * * lijk om bij wijziging van voedselbehoefte de dosering opnieuw in te stellen. Volgens een andere mogelijkheid kan de schuif ook uitwisselbaar zijn met andere schuiven met verschillende hoogten. Op doelmatige wijze ligt de schuif loodrecht op de trogas, waarbij de onderrand daar-5 van ongeveer evenwijdig met het bodemvlak van de voedertrog verloopt. Volgens een andere mogelijkheid kan de onderrand van de schuif ook dakvormig zijn uitgevoerd.The bottom edge of the slide is preferably adjustable in height relative to the bottom surface of the feed trough. As a result, it is possible to reset the dosage if food needs change. Alternatively, the slider can also be interchangeable with other sliders of different heights. The slide expediently lies perpendicular to the trough gas, the bottom edge of which extends approximately parallel to the bottom surface of the feed trough. Alternatively, the bottom edge of the slide can also be roof-shaped.

De schuif is op doelmatige wijze als hoekplaat uitgevoerd, waarbij één van de benen aan de onderzijde van de slede losmaakbaar is beves-10 tigd.The slide is effectively designed as a corner plate, with one of the legs being detachably attached to the bottom of the slide.

De doseerslede kan zijn voorzien van zijdelingse glijdelen en in langsrichting van de voedertrog ten minste dubbel zo lang zijn uitgevoerd als de uitlaatopening van de voederstomp. Daarbij is de helft van de bovenzijde van de slede voorzien van een doorlaatopening, terwijl de 15 andere helft is afgesloten. Verder is op doelmatige wijze ten minste een meenemer aangebracht, welke de doseerslede bij het verrijden van de voederwagen zodanig geleidt, dat de uitlaatopening van de vulstomp in de ene rijrichting van de voederwagen door het gesloten slededeel is afgedekt en in de andere rijrichting in lijn komt te liggen met de 20 doorlaatopening van de doseerslede.The dosing slide can be provided with lateral sliding parts and in the longitudinal direction of the feed trough be of at least twice as long as the outlet opening of the feed stump. Half of the top of the slide is provided with a passage opening, while the other half is closed. In addition, at least one carrier is expediently arranged, which guides the dosing slide when the feed wagon is moved, such that the outlet opening of the filling nozzle in one direction of travel of the feed wagon is covered by the closed carriage part and aligns in the other direction of travel. to lie with the passage of the dosing slide.

In het vulstation bevindt zich de uitlaatopening van de vulstomp direct boven het afgedekte sledegedeelte, zodat gedurende het vullen van de voederwagen het voer in de vulstomp achterblijft en ook niet in de voedertrog kan komen. Pas als de voederwagen zich in beweging zet, 25 verschuift de uitlaatopening van de vulstomp ten opzichte van de boven zijde van de doseerslede, totdat de uitlaatopening van de vulstomp zich boven de doorlaatopening van de doseerslede bevindt. Dan wordt de voedertrog onder de doseerslede gevuld terwijl tegelijkertijd de doseerslede met behulp van de meenemer door de vulstomp wordt meegenomen. De 30 aan de doseerslede aangebrachte schuif zorgt ervoor dat in de voedertrog slechts zoveel voer wordt afgezet als overeenkomt met de ingestelde hoogte tussen de onderrand van de schuif en de bodem van de voedertrog. Als de voederwagen aan het einde van de kooibatterij is aangekomen, rijdt deze weer terug in de richting van het vulstation. Daarbij 35 verschuift eerst de vulstomp ten opzichte van de bovenzijde van de slede, totdat de uitlaatopening van de vulstomp boven het gesloten slede gedeelte is, zodat geen verder voer uit de vulstomp kan vallen. Bij het teruglopen van de voederwagen vindt dus geen voeraanvoer plaats, maar alleen in de heenlopende richting. Daardoor is een gelijkmatige voer-40 verdeling en ook het afgeven van geringere hoeveelheden voer mogelijk.In the filling station, the outlet of the filling stump is located directly above the covered carriage section, so that during the filling of the feed wagon the feed remains in the filling stump and cannot enter the feed trough. Only when the feed wagon starts to move does the outlet opening of the filling stub shift relative to the top side of the dosing carriage, until the outlet opening of the filling stump is located above the passage opening of the dosing carriage. The feed trough is then filled under the dosing slide while at the same time the dosing slide is carried along by the filling stump with the aid of the driver. The slide arranged on the dosing slide ensures that only as much feed is deposited in the feed trough as corresponds to the adjusted height between the bottom edge of the slide and the bottom of the feed trough. When the feeder has arrived at the end of the cage battery, it drives back towards the filling station. In doing so, the filling nozzle first shifts relative to the top of the carriage, until the outlet opening of the filling nozzle is above the closed carriage part, so that no further feed can fall out of the filling nozzle. So when the feed wagon moves back, there is no feed supply, but only in the upward direction. As a result, an even feed distribution and also the delivery of smaller amounts of feed are possible.

8401973 * s 38401973 * s 3

Bij voorkeur zijn aan beide einden van de doseerslede aan de bovenzijde daarvan naar boven uitstekende meenemers aangebracht, waartegen telkens de in de rijrichting aan de voorzijde liggend zijvlak van het ondereinde van de vulstomp aanligt.Preferably, projections are provided on both ends of the metering slide at the top thereof, projecting upwards against which the side surface of the bottom end of the filling stub, which faces forward in the direction of travel, always abuts.

5 De doorlaatopening van de doseerslede is op doelmatige wijze smal ler uitgevoerd dan de breedte van de voedertrog. Daardoor is gewaarborgd, dat in het midden van de voedertrog meer voer wordt afgegeven dan in de randgebieden, die voor de dieren niet zo goed toegankelijk zijn.The passage of the dosing slide is expediently made narrower than the width of the feed trough. This ensures that more feed is dispensed in the center of the feed trough than in the peripheral areas, which are not so easily accessible to the animals.

10 Verder kunnen aan de onderzijde van de slede aan beide langszijden van de doorlaatopening daarvan verticale begrenzingsplaten zijn aangebracht, die reiken tot aan respectievelijk tot in de nabijheid van de bodem van de voedertrog, waarbij de beide begrenzingsplaten zich ten minste over de gehele lengte van de doorlaatopening uitstrekken. Door 15 deze maatregel wordt de voertoevoer naar het midden van de trog nog verder bevorderd.Furthermore, vertical limiting plates can be arranged on the underside of the carriage on both longitudinal sides of the passage opening thereof, which extend up to or in the vicinity of the bottom of the feed trough, the two limiting plates extending at least over the entire length of the extend the orifice. This measure further enhances the feed supply to the center of the trough.

Bij voorkeur zijn de begrenzingsplaten aan de beide einden daarvan schuin naar de zijdelingse glijdelen van de slede toe zodanig afgebogen, dat trechtervormige inlaatdelen ontstaan, die zowel bij voorwaart- 20 se beweging als bij terugwaartse beweging van de slede het voer uit de hoeken krabben en naar het midden toe ophopen.Preferably, the boundary plates at both ends thereof are inclined obliquely towards the lateral sliding parts of the carriage in such a way that funnel-shaped inlet parts are created, which scratch the feed out of the corners both during forward and backward movement of the carriage. accumulate in the middle.

De schuif kan ongeveer in het midden van de slede tussen de beide begrenzingsplaten zijn aangebracht. Ook deze maatregel dient ervoor om het voer bij voorkeur naar het midden van de trog te brengen.The slide can be arranged approximately in the middle of the slide between the two boundary plates. This measure also serves to bring the feed preferably to the center of the trough.

25 Aan de bovenzijde van de slede kunnen in langsrichting lopende ge- leidingsplaten zijn aangebracht, die het uitlaateinde van de vulstomp opnemen. Door het telescopisch aangrijpen van de vulstomp tussen de ge-leidingsplaten wordt een goede hoogtecompensatie tussen de vulstomp en de slede gewaarborgd.Longitudinal guide plates may be provided on the top of the carriage, which receive the outlet end of the filling nozzle. A good height compensation between the filling stub and the carriage is ensured by the telescopic engagement of the filling stub between the guide plates.

30 De uitvinding zal thans nader worden uiteengezet aan de hand van de tekening waarin bij wijze van voorbeeld een uitvoeringsvorm van de inrichting van de uitvinding is weergegeven.The invention will now be explained in more detail with reference to the drawing, which shows by way of example an embodiment of the device of the invention.

Fig. 1 geeft perspectivisch een aanzicht weer van een doseerslede.Fig. 1 is a perspective view of a metering slide.

35 Fig. 2 geeft een doorsnede weer volgens de lijn II-II in fig. 1.FIG. 2 is a sectional view taken on the line II-II in FIG. 1.

Fig. 3 geeft een doorsnede weer volgens de lijn III-III in fig. 1.Fig. 3 is a sectional view taken on the line III-III in FIG. 1.

Fig. 4 geeft een onderaanzicht van de slede volgens fig. 1 weer.Fig. 4 is a bottom view of the carriage of FIG. 1.

Volgens de tekening bestaat de doseerslede 1 uit een ongeveer 40 U-vormige gebogen plaat, waarvan de beide loodrecht naar onderen ge- 8401973 Γ * .According to the drawing, the dosing slide 1 consists of an approximately 40 U-shaped curved plate, both of which are perpendicularly downwards.

4 richte benen 3 en 4 de sledeglijders vormen, terwijl het de beide benen verbindend lijf 5 de bovenzijde van de slede 1 vormt.4 straight legs 3 and 4 form the slide slides, while the body 5 connecting the two legs forms the top side of the slide 1.

Zoals uit fig. 3 kan worden gezien, is de slede 1 ongeveer meer dan dubbel zo lang als de uitlaatopening 7 van de vulstomp 6 in langs-5 richting van de voedertrog. De in de tekening links gelegen zijde van het slede-oppervlak 5 is gesloten uitgevoerd, terwijl de in de tekening recht gelegen zijde een doorlaatopening 8 bezit, die ongeveer zo lang is als de uitlaatopening 7 van de vulstomp 6. Dwars op de bewegingsrichting van de slede is de doorlaatopening smaller dan de breedte 10 van de voedertrog. Bij het in de tekening weergegeven uitvoeringsvoor-beeld is de doorlaatopening 8 ongeveer half zo breed als de doseerslede 1 resp. de voedertrog. De doorlaatopening 8 is rechthoekig uitgevoerd, waarbij de ene smalle zijde 9 ongeveer in het midden van de slede ligt, terwijl de tegenoverliggende smalle zijde 10 op een afstand van het 15 slede-einde verwijderd ligt.As can be seen from Fig. 3, the carriage 1 is approximately more than twice as long as the outlet opening 7 of the filling nozzle 6 in the longitudinal direction of the feed trough. The left-hand side of the slide surface 5 in the drawing is closed, while the right-hand side in the drawing has a passage 8 which is approximately as long as the outlet opening 7 of the filling nozzle 6. Transverse to the direction of movement of the slide, the passage opening is narrower than the width of the feed trough. In the exemplary embodiment shown in the drawing, the passage opening 8 is approximately half as wide as the dosing slide 1 and 1, respectively. the feeding trough. The passage opening 8 is rectangular, with one narrow side 9 lying approximately in the middle of the slide, while the opposite narrow side 10 is spaced from the sliding end.

Op de door het lijf 3 gevormde bovenzijde van de slede 1 zijn aan beide einden beugelvormige meenemers 11 en 12 aangebracht. Deze bestaan uit hoekvormige gebogen draaddelen, die op de bovenzijde van de slede 1 zijn vastgelast.On the top side of the carriage 1 formed by the body 3, brace-shaped carriers 11 and 12 are arranged at both ends. These consist of angular bent wire parts, which are welded to the top of the carriage 1.

20 Aan de bovenzijde van de slede 1 zijn verder aan beide zijden van de doorlaatopening 7 over nagenoeg de gehele lengte van de slede twee in langsrichting van de slede lopende geleidingsplaten 13 en 14 aangebracht, waartussen de vulstomp 6 grijpt. De geleidingsplaten, die op de bovenzijde van de slede 1 zijn gelast, komen voor wat betreft hun hoek-25 positie nauwkeurig overeen met de de buitencontour van de vulstomp 6. Omdat de vulstomp zijdeling schuin aangrijpt op de doseerslede 1, is de geleidingsplaat 14 op overeenkomstige wijze iets meer hellend geplaats dan de geleidingplaat 13.Furthermore, on the top side of the carriage 1, on both sides of the passage opening 7, two guide plates 13 and 14 running in the longitudinal direction of the carriage are arranged along the entire length of the carriage, between which the filling stub 6 engages. The guide plates, which are welded on the top side of the carriage 1, correspond exactly in respect to their angular position to the outer contour of the filling nozzle 6. Because the filling nozzle engages laterally on the dosing slide 1, the guide plate 14 is correspondingly placed slightly more inclined than the guide plate 13.

Zoals in het bijzonder in fig. 4 kan worden gezien, zijn zijde-30 lings naast de doorlaatopening 8 in de langsrichting van de slede lopende begrenzingsplaten 15 en 16 aangebracht. Deze lopen ongeveer evenwijdig aan de de sledeglijders vormende benen 3 en 4 van de slede 1 en strekken zich uit tot op de bodem van de voedertrog resp. reiken tot in de nabijheid daarvan. Aan hun beide einden 17 en 18 resp. 19 en 20 zijn 35 begrenzingsplaten 15 en 16 afgebogen naar de zijdelingse glijders 3 en 4 toe en vastgelast aan de binnenzijde van de glijdelen 3 en 4. Op dezelfde wijze zijn de begrenzingsplaten 15 en 16 gelast tegen de onderzijde van het lijf 5. Tussen de einden 17 en 19 resp. 18 en 20 zijn trechtervormige inlaatgedeelten gevormd, die in overeenstemming met de 40 bewegingsrichting van de slede het zich in de trog bevindende voer uit 8401973As can be seen in particular in Fig. 4, lateral boundary plates 15 and 16 are arranged next to the passage opening 8 in the longitudinal direction of the carriage. These run approximately parallel to the legs 3 and 4 of the carriage 1 forming the carriage slides and extend to the bottom of the feed trough, respectively. reach close to it. At both ends 17 and 18, respectively. 19 and 20, 35 boundary plates 15 and 16 are bent to the lateral sliders 3 and 4 and welded to the inside of the sliding parts 3 and 4. In the same way, the boundary plates 15 and 16 are welded to the bottom of the body 5. Between the ends 17 and 19 respectively. 18 and 20, funnel-shaped inlet sections are formed which, in accordance with the direction of movement of the carriage, feed the trough 8401973

£ A£ A

5 de hoeken krabben en transporteren naar het midden van de trog.5 scratch the corners and transport to the center of the trough.

De begrenzingsplaten 15 en 16 reiken aan beide einden tot over de doorlaatopening 8. Ongeveer in het midden van de slede is aan de onderzijde van het lijf 5 tussen de beide begrenzingsplaten 15 en 16 een 5 schuif 23 bevestigd, die bestaat uit een boekplaat en die nauwkeurig even breed is als de inwendige afstand tussen de begrenzingsplaten 15 en 16. Terwijl het ene been 24 met behulp van een schroef 25 aan de onderzijde van de slede is bevestigd, wijst het andere been 26 loodrecht naar onderen toe, waarbij de naar onderen gerichte rand 27 van het been 10 26 op een afstand vanaf de bodem 28 van de in fig. 2 schematisch weer gegeven voedertrog 29 eindigt. De open afstand tussen de onderrand 27 van het been 26 en de bovenzijde van de bodem 28 komt overeen met de ingestelde hoeveelheid voer.The boundary plates 15 and 16 extend at both ends over the passage opening 8. Approximately in the middle of the slide, a slide 23 is mounted on the underside of the body 5 between the two boundary plates 15 and 16, which consists of a book plate and which is exactly the same width as the internal distance between the boundary plates 15 and 16. While one leg 24 is attached to the bottom of the carriage by a screw 25, the other leg 26 points perpendicularly downward, with the downward facing edge 27 of the leg 26 ends at a distance from the bottom 28 of the feed trough 29 schematically shown in Fig. 2. The open distance between the bottom edge 27 of the leg 26 and the top of the bottom 28 corresponds to the set amount of feed.

Bij het in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld kan een 15 wijziging van de dosering plaats vinden doordat in plaats van de schuif 23 een andere schuif wordt toegepast, waarvan het naar onderen wijzende been 26 een andere lengte bezit.In the exemplary embodiment shown in the drawing, a change in the dosage can take place because another slide is used instead of the slide 23, the downwardly pointing leg 26 of which has a different length.

Bij een andere, in de tekening niet weergegeven uitvoeringsvorm bestaat de schuif uit een plaat, die traploos in hoogte verstelbaar 20 is.In another embodiment, not shown in the drawing, the slide consists of a plate which is infinitely adjustable in height.

Zoals uit de tekening blijkt, grijpt het ondereinde van de vul-stomp 6 in de bedrijfstoestand tussen de geleidingsplaten 13 en 14 terwijl het in het toevoerstation in de in fig. 3 met streep-puntlijnen aangegeven positie boven het gesloten gedeelte 30 van de schuif 1 25 staat. Bij het aanrijden van de voederwagen, waaraan de vulstomp 6 zit, glijdt de vulstomp 6 eerst tussen de geleidingsplaten 13 en 14 in de in fig. 3 met getrokken lijnen weergegeven positie, terwijl de slede 1 zich nog in rustpositie bevindt. Zodra de vulstomp 6 aan komt te liggen tegen de meenemer 12, wordt de slede meegenomen. In deze positie begint 30 de uitlaatopening 7 van de vulstomp 6 boven de doorlaatopening 8 van de slede, zodat door de uitlaatopening 7 heen het voer in de voedertrog 29 kan vallen. Bij het vooropglijden van de slede 1 wordt het in de bewegingsrichting aan de voorkant liggende inlaatgedeelte 21 het bij het laatste voederingsproces achtergebleven restvoer met behulp van de 35 schuine einden 17 en 19 naar het midden gekrabd en gemengd met het nieuw aangevoerde voer. In overeenstemming met de hoogte van de onderrand 27 van het schuiverbeen 26 kan slechts zoveel voer in de voedertrog worden afgegeven als onder het been 26 doorpast. Het overige voer wordt door het been 26 weggeschoven.As shown in the drawing, the lower end of the filling stub 6 engages in the operating condition between the guide plates 13 and 14 while in the feed station in the position indicated by dashed-dotted lines in fig. 3 above the closed part 30 of the slide 1 25 state. When the feeder wagon to which the filling stub 6 is seated, the filling stub 6 first slides between the guide plates 13 and 14 in the position shown in solid lines in Fig. 3, while the carriage 1 is still in the rest position. As soon as the filling stub 6 comes to bear against the driver 12, the carriage is taken along. In this position, the outlet opening 7 of the filling stub 6 starts above the passage opening 8 of the carriage, so that the feed can fall into the feed trough 29 through the outlet opening 7. When the carriage 1 slides forward, the inlet section 21 located in the direction of movement at the front is scraped the residual feed left over from the last feeding process by means of the inclined ends 17 and 19 and mixed with the newly supplied feed. According to the height of the bottom edge 27 of the sliding leg 26, only as much feed can be delivered into the feed trough as can pass under the leg 26. The remaining food is pushed away by leg 26.

40 Als een vulstomp 6 met de slede 1 aan de tegenover het vulstation 8401973 c 6 4 liggende einden van de voedertrog 29 is gekomen, rijdt de voederwagen weer terug* Daarbij blijft de slede 1 eerst staan, terwijl de vulstomp 6 zich over het gesloten gedeelte 27 van de slede 1 schuift, waarin de uitlaatopening 7 van de vulstomp 6 is afgesloten. Bij het terugrijden 5 van de voederwagen vindt dus geen voerdistributie meer plaats.40 When a filling stump 6 with the carriage 1 has reached the ends of the feeding trough 29 opposite the filling station 8401973 c 6 4, the feeding wagon moves back again * The carriage 1 remains in this position, while the filling stump 6 extends over the closed part 27 slides from the carriage 1, in which the outlet opening 7 of the filling stub 6 is closed. No feed distribution takes place when the feed wagon is driven back.

Bij het teruglopen wordt in het nu aan de voorzijde liggende in-laatgedeelte 22 het afgegeven nieuwe voer nogmaals naar het midden toe opgehoopt en gelijkmatig onder de schuiverrand 27 verdeeld.When returning, in the inlet section 22, which is now at the front, the delivered new feed is again accumulated towards the center and evenly distributed under the sliding edge 27.

Eventueel zou ook in het tegenover liggende inlaatgedeelte 21 een 10 naar onderen gerichte schuiver kunnen zijn aangebracht, die eveneens zou kunnen worden gebruikt voor het gelijkmatig verdelen van voer gedurende de teruggaande beweging.Optionally, a downwardly directed slider could also be provided in the opposite inlet section 21, which could also be used for evenly distributing feed during the return movement.

Op grond van de zeer nauwkeurige voerdistributie en de mogelijkheid van een meermalige dagelijkse voedering van geringe hoeveelheden 15 worden verliezen aan voer zoveel mogelijk vermeden, omdat op basis van de nauwkeurige dosering geen of slechts geringe voerresten in de voeder troggen achterblijven.Owing to the very accurate feed distribution and the possibility of a daily feed of small amounts of feed, losses of feed are avoided as much as possible, because on the basis of the accurate dosing little or no residual feed remains in the feed troughs.

Terwijl bij het in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld het naar onderen gerichte been 26 van de schuif 23 dwars op de langsas 20 van de trog 29 ligt en ongeveer evenwijdig aan de bodem 28 van de trog 29 loopt, kan de schuif ook nog andere uitvoeringsvormen bezitten, die in de tekening niet zijn weergegeven. De schuif kan bijvoorbeeld in de rijrichting, waarin het vullen van de trog plaats vindt, ploegvormig zijn uitgevoerd of ook schuin ten opzichte van de bewegingsrichting 25 zijn aangebracht. Bovendien kan daarbij de onderrand daarvan naar boven gewelfd of dakvormig zijn uitgevoerd, zodat het midden van de trog meer voer krijgt toegevoerd.While in the exemplary embodiment shown in the drawing the downwardly directed leg 26 of the slide 23 lies transversely of the longitudinal axis 20 of the trough 29 and runs approximately parallel to the bottom 28 of the trough 29, the slide can also have other embodiments, not shown in the drawing. The slide can for instance be plow-shaped in the direction of travel in which the filling of the trough takes place, or it can also be arranged at an angle to the direction of movement. In addition, the bottom edge thereof can be curved upwards or roof-shaped, so that more feed is supplied to the center of the trough.

De inrichting volgens de uitvinding is vanzelfsprekend ook geschikt voor kooibatterijen, waarbij meerdere rijen kooien boven elkaar 30 zijn aangebracht. Daarbij loopt dan in elke trog, waarin telkens een vulstompmond, een doseerslede, die in verbinding staat met de betreffende vulstomp.The device according to the invention is of course also suitable for cage batteries, in which several rows of cages are arranged one above the other. In this case, a metering slide is connected in each trough, in which in each case a filling nozzle, which is connected to the respective filling nozzle.

In het bijzonder zijn de hierboven beschreven uitvoeringsvormen van de voederinrichting geschikt voor pluimveebatterijen, bijvoorbeeld 35 kippelegbatterijen, fokbatterijen, batterijen voor moederdieren enz..In particular, the embodiments of the feeding device described above are suitable for poultry batteries, for example, chicken laying batteries, breeding batteries, batteries for dams, etc.

84 0 1 9 7 384 0 1 9 7 3

Claims (14)

1. Voederinrichting voor dieren, die in kooibatterijen worden gehouden, met ten minste een voor verscheidene naast elkaar aangebrachte kooien lopende langgestrekte voedertrog, een over de lengte van de voe- 5 dertrog verrijdbare voederwagen, ten minste een vulstomp voor het overbrengen van het voer vanuit de voederwagen in de voedertrog alsmede met het ondereinde van de vulstomp verbindbare, in de voedertrog glijdend gelagerde doseerslede, met het kenmerk, dat dfe doseerslede (1) een schuif (23) bezit, waarvan de onderrand (27) op een afstand boven het 10 bodemvlak (28) van de voedertrog (29) ligt, terwijl de schuif (23) ten minste gedurende het vulproces in de rijrichting achter de voeruitlaat-opening (7) van de vulstomp (6) is aangebracht*'1. Feeding device for animals kept in cage batteries, with at least one elongated feed trough running for several adjacent cages, a feed wagon movable along the length of the feed trough, at least one filling stub for transferring the feed from the feed wagon in the feed trough and dosing slide which can be mounted in the feed trough and which can be connected to the bottom end of the filling stub, characterized in that the dosing slide (1) has a slide (23), the bottom edge (27) of which is spaced above 10 bottom surface (28) of the feed trough (29), while the slide (23) is arranged behind the feed outlet opening (7) of the filling stump (6) at least during the filling process in the direction of travel * ' 2. Voederiarichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de onderrand (27) van de schuif (23) ten opzichte van een bodemvlak (28) 15 van de voedertrog (29) in hoogte instelbaar is.Feed direction according to claim 1, characterized in that the bottom edge (27) of the slide (23) is adjustable in height relative to a bottom surface (28) of the feed trough (29). 3. Voederinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de schuif (23) uitwisselbaar is tegen schuiven met verschillende hoogten.Feeding device according to claim 1, characterized in that the slide (23) is exchangeable against slides of different heights. 4. Voederinrichting volgens een der conclusies 1 t/m 3, met het kenmerk, dat de schuif (23) loodrecht op de lengte-as van de trog 20 ligt.Feeding device according to any one of claims 1 to 3, characterized in that the slide (23) is perpendicular to the longitudinal axis of the trough 20. 5. Voederinrichting volgens een der conclusies 1 t/m 4, met het kenmerk, dat de onderrand (27) van de schuif (23) evenwijdig aan het bodemvlak van de voedertrog (29) ligt.Feeding device according to any one of claims 1 to 4, characterized in that the bottom edge (27) of the slide (23) is parallel to the bottom surface of the feeding trough (29). 6. Voederinrichting volgens een der conclusies 1 t/m 4, met het 25 kenmerk, dat de onderrand van de schuif dakvormig is uitgevoerd.6. Feeding device according to any one of claims 1 to 4, characterized in that the bottom edge of the slide is roof-shaped. 7. Voederinrichting volgens een der conclusies 3 t/m 6, met het kenmerk, dat de schuif (23) als hoekplaat is uitgevoerd terwijl één van de benen (24) aan de onderzijde van de slede (1) losmaakbaar is bevestigd.Feeding device according to any one of claims 3 to 6, characterized in that the slide (23) is designed as a corner plate, while one of the legs (24) is detachably attached to the bottom of the carriage (1). 8. Voederinrichting volgens een der conclusies 1 t/m 7, met het kenmerk, dat de doseerslede (1) is voorzien van zijdelingse glijdelen (3, 4) en in langsrichting van de voedertrog (29) ten minste dubbel zo lang is als de uitlaatopening (7) van de vulstomp (6), terwijl de ene helft van de bovenzijde van de slede (1) is voorzien van een doorlaat-35 opening (8) en de andere (30) is afgesloten en terwijl minstens één meenemer (11; 12) is aangebracht, welke de doseerslede (1) bij het verrijden van de voederwagen zodanig geleidt, dat de uitlaatopening (7) van de vulstomp (6) in de ene rijrichting van de voederwagen door het afgesloten slededeel (30) is afgedekt en in de andere rijrichting tot 40 dekking komt met de doorlaatopening (8) van de doseerslede (1). 8401973 AFeeding device according to one of Claims 1 to 7, characterized in that the dosing slide (1) is provided with lateral sliding parts (3, 4) and is at least twice as long in the longitudinal direction of the feeding trough (29) as the outlet opening (7) of the filling stub (6), while one half of the top of the carriage (1) is provided with a passage opening (8) and the other (30) is closed and at least one carrier (11 12) which guides the metering carriage (1) when moving the feed wagon such that the outlet opening (7) of the filling stub (6) is covered in the one direction of travel of the feed wagon by the closed carriage part (30) and in the other direction of travel, up to 40 coverage comes with the passage (8) of the dosing slide (1). 8401973 A 9. Voederinrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat belde einden van de doseerslede (1) aan de bovenzijde daarvan naar boven uitspringende meenemers (11, 12) zijn aangebracht, waartegen het telkens de in de rijrichting aan de voorzijde liggende zijvlak van het 5 ondereinde van de vulstomp (6) aanligt.Feeding device as claimed in claim 8, characterized in that the ends of the dosing slide (1) are arranged on the top thereof with projections (11, 12) which project upwards, against which the side face of the front in the direction of travel is each time. 5 is at the bottom end of the filling stub (6). 10. Voederinrichting volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat de doorlaatopening (8) van de doseerslede (1) smaller is dan de breedte van de voedertrog (29).Feeding device according to claim 8 or 9, characterized in that the passage (8) of the dosing slide (1) is narrower than the width of the feeding trough (29). 11. Voederinrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat aan 10 de onderzijde van de doseerslede (1) aan de beide langszijden van zijn doorlaatopening (8) verticale begrenzingsplaten (15, 16) zijn aangebracht, die tot aan resp. tot in de nabijheid van de bodem (28) van de voedertrog (29) reiken, terwijl de beide begrenzingsplaten (15, 16) zich minstens over de gehele lengte van de doorlaatopening (8) 15 uitstrekken.Feeding device according to claim 10, characterized in that vertical limiting plates (15, 16) are arranged on the underside of the dosing slide (1) on both longitudinal sides of its passage opening (8), which up to resp. extend close to the bottom (28) of the feed trough (29), while the two boundary plates (15, 16) extend at least over the entire length of the passage opening (8). 12. Voederinrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de begrenzingsplaten (15, 16) aan hun beide einden schuin naar de zijdelingse glijdelen (3, 4) zijn afgebogen zodanig dat trechtervormige inlaatdelen (21, 22) ontstaan.Feeding device according to claim 11, characterized in that the boundary plates (15, 16) are bent at their both ends at an angle to the lateral sliding parts (3, 4) such that funnel-shaped inlet parts (21, 22) are formed. 13. Voederinrichting volgens conclusie 11 of 12, met het kenmerk, dat de schuif (23) ongeveer in het midden van de slede (1) tussen de beide begrenzingsplaten (15, 16) is aangebracht.Feeding device according to claim 11 or 12, characterized in that the slide (23) is arranged approximately in the middle of the carriage (1) between the two boundary plates (15, 16). 14. Voederinrichting volgens een der conclusies 1 t/m 13, met het kenmerk, dat aan de bovenzijde van de slede (1) in langsrichting 25 lopende geleidingsplaten (13, 14) voor het uitlaateinde van de vulstomp (6) zijn aangebracht. I I1 lil I IIIII 1 I I I I I I 8401973Feeding device according to any one of claims 1 to 13, characterized in that guide plates (13, 14) running in the longitudinal direction for the outlet end of the filling nozzle (6) are arranged on the top of the carriage (1). I I1 lil I IIIII 1 I I I I I I 8401973
NL8401973A 1983-06-21 1984-06-21 FEEDING EQUIPMENT. NL8401973A (en)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE19833322313 DE3322313A1 (en) 1983-06-21 1983-06-21 Feed device
DE3322313 1983-06-21

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8401973A true NL8401973A (en) 1985-01-16

Family

ID=6201987

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8401973A NL8401973A (en) 1983-06-21 1984-06-21 FEEDING EQUIPMENT.

Country Status (2)

Country Link
DE (1) DE3322313A1 (en)
NL (1) NL8401973A (en)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1005402C2 (en) * 1997-02-28 1998-08-31 Rijvers Poultry Equipment B V Feeding trough assembly for rows of poultry cages
DE102005039235A1 (en) * 2005-08-19 2007-02-22 Inter Agilis Handelsgesellschaft M.B.H. Camper

Also Published As

Publication number Publication date
DE3322313A1 (en) 1985-01-10

Similar Documents

Publication Publication Date Title
SU1082352A1 (en) Cowhouse
NL8403158A (en) ANIMAL DEVICE AND METHOD.
NL8401973A (en) FEEDING EQUIPMENT.
US4603657A (en) Feed trough for poultry cages, especially pullet cages
US2914023A (en) Animal feeder construction
US4153010A (en) Device for feeding animals
DE1917467A1 (en) Spreading or sowing device for grainy or powdery goods, especially for agricultural purposes
US4207838A (en) Feeding trough, for animal raising installation, particularly for fowl feeding
US3962998A (en) Limited feeder for farm animals
RU2770764C1 (en) Feeding system for poultry
NL189228C (en) Feeding device.
US3688745A (en) Ensilage feeder
US2613641A (en) Automatic flock feeder
NL193435C (en) Device for administering feed to animals.
NL8000695A (en) FEEDING EQUIPMENT, PARTICULARLY FOR PIGS.
US3837538A (en) Distributing and proportioning device for fertilizers, seed and other spreadable products, particularly for agricultural purposes
DE2020565C3 (en) Distribution and conveying device of a processing plant for hot mix
US4530308A (en) Level control for trough filling apparatus
US3786783A (en) Feed conveying and dispensing apparatus
US1982237A (en) Pig feeder
US3419130A (en) Shuttle type animal feeder
NL8403159A (en) Food supply unit for battery hens - has food conveyor chains located in gutters extending along rows of cages
NL7904025A (en) Fodder dispensing trolley supply hopper - has manual closure leading to dispenser on weighing scales and also with manual closure
BE1026437B1 (en) Sowing method and device for distributing seeds
FI72852C (en) FODERUTDELNINGSSYSTEM.

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed