NL8401908A

NL8401908A - Rustmeubel en werkwijze voor het vervaardigen van een rugleuning daarvan.

Info

Publication number: NL8401908A
Application number: NL8401908A
Authority: NL
Original assignee: Wery Alfons J E
Priority date: 1984-06-15
Filing date: 1984-06-15
Publication date: 1986-01-02
Also published as: PT80650A; EP0185666A1; AU4068385A; PT80650B; WO1986000005A1; BE900590A

Description

» * & • Wery+Deppe 1 -1-

Rustmeubel en werkwijze voor het vervaardigen van een rugleuning daarvan.

De uitvinding betreft een rustmeubel, tenminste omvattende een rugleuning, een zwenkbaar daarmee verbonden zitting en zwenkbaar met de rugleuning verbonden steunmiddelen, waarbij de rugleuning een raamwerk en een door het raamwerk 5 gesteund kunststofschuim bevattend kussen omvat.

Een dergelijk rustmeubel is bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 3808616. Daarbij is het raamwerk van de buitenzijde om een geprefabriceerde plaat van kunststofschuim geplakt.

10 De uitvinding heeft ten doel een stevige en toch eenvoudig te vervaardigen rugleuning te verschaffen. Daartoe is het raamwerk van het kussen van de rugleuning in het er omheen geschuimde kunststofschuim ingebed. De hechting tussen kunststofschuim en raamwerk is stevig en is automatisch ge-15 realiseerd.

Het raamwerk kan nu binnen in het kussen zijn opgenomen, zelfs zo, dat er geen harde elementen het rustcomfort verstoren en ook zo, dat het stijve raamwerk tijdens het dragen van het rustmeubel niet hinderlijk is. De bekleding slijt 20 aanmerkelijk minder, wanneer kunststofschuim tussen bekleding en raamwerk aanwezig is.

De uitvinding betreft en verschaft tevens een werkwijze zoals in conclusie 10 is aangeduid.

De kenmerken van de voorkeursuitvoeringsvorm van 25 het rustmeubel volgens de uitvinding zijn in de conclusies 2-9 aangeduid.

In de hierna volgende beschrijving zullen de kenmerken en de verdere voordelen van het rustmeubel volgens de uitvinding aan de hand van een tekening worden verduidelijkt.

30 In de tekening stellen schematisch voort

Figuren 1 en 2 elk een perspektivisch aanzicht van een rustmeubel in ruststand respektievelijk in draagstand, figuur 3 een perspektivisch aanzicht van een ander rustmeubel volgens de uitvinding, 35 figuur 4 een weggebroken perspektivisch aanzicht van detail IV van figuur 3, 8401908 A % -2- fïguur 5 een doorsnede over lijn V-V van figuur 3 en tevens door een matrijs voor het vervaardigen van een rugleuning van de werkwijze volgens de uitvinding, figuur 6 een perspektivisch aanzicht van een ander 5 rustmeubel volgens de uitvinding van figuur 3, figuren 7 en 8 varianten van figuur 6, en figuur 9 een doorsnede over de lijn IX-IX van fig.4 Het rustmeubel 1 van de figuren 1 en 2 bestaat voornamelijk uit een rugleuning 2, een zitting 3 en een be-10 nenstuk 4 uit een met de rugleuning 2 zwenkbaar verbonden steun 5, die door middel van een trekband 6 in de ruststand onder een hoek a ten opzichte van de rugleuning 2 wordt vastgehouden. De rugleuning 2, de zitting 3 en het beenstuk 4 zijn onderling zwenkbaar verbonden, doordat zij zijn opgeno-15 men in één doorgaande hoes van textiel, die de bekleding 7 vormt. Daarbij is een neerwaartse vouw 8 tussen rugleuning 2 en zitting 3 en een opwaartse vouw 9 tussen zitting 3 en benenstuk 4 aanwezig. Door onderlinge zwenking volgens de pijlen 10 is het rustmeubel 1 vanuit de ruststand van figuur 1 20 tot in de opgevouwen draagstand van figuur 2 opvouwbaar. De · zitting 3 heeft aan een zijde een draaglus 11. Verder zijn er bindmiddelen 12 aanwezig om het rustmeubel 1 in zijn opgevouwen draagstand te houden. Deze bestaan bijvoorbeeld uit een bandje of koordje 13 dat op een knoop respektievelijk houtje 25 14 aangrijpt. De bindmiddelen zijn aangebracht op de in de tekening aangegeven plaatsen.

Het rustmeubel 15 van figuur 3 onderscheidt zich van het rustmeubel 1 door het gebrek aan een beenstuk 4. De rugleuning 2 is opgebouwd uit een vierkant raamwerk 16 van 30 ronde buis van aluminium met een diameter van bijvoorbeeld 12 mm en een wanddikte van 1 mm. Twee singels 17 zijn kruiselings en diagonaal in het raamwerk 16 opgenomen en zijn door naaiwerk 18 of klinknagels met randdelen stevig aan de hoekstukken 19 van het raamwerk 16 bevestigd. Aan de 35 bovenbuis 20 van het raamwerk 16 is een aangrijpelement 21, bestaande uit een plaat, vastgesoldeerd. Verder is de band 6 met een gestikte lus 22 aan de onderbuis 23 bevestigd. Dit 8401908 -3- geprefabriceerde raamwerk 16 met singels 17 en lus 22 wordt in een matrijs 24 gelegd die matrijsstukken 25 en 26 heeft, waartussen een vormholte 27 aanwezig is. De matrijsstukken 25 en 26 worden met sluitmiddelen 28 tegen elkaar gehouden. In 5 de sluitstand steekt de band 6 buiten de vormholte 27 uit.

Via een inspuitmondstuk 29 is een uit twee componenten bestaande kunststofschuim 30, bijvoorbeeld polyethaan, in de vormholte 27 te spuiten, waarbij het raamwerk 16 en de singels 17 in het kunststofschuim 30 worden ingebed.

10 Het kunststofschuim 30 bestaat uit een polyether- mengsel met een hoog moleculair gewicht en een toluyleendi-isocyanaatvrij isocyanaat. De gebruikte isocyanaatverbinding is een gemodificeerde MDI met een NCO-waarde van 25% + 1, zoals beschreven in het Europese octrooischrift 0 022 617 van 15 I.C.I. Deze isocyanaatverbinding reageert met een geactiveerd polyethermengsel dat een OH-waarde heeft van 40 + 2 mg KOH/g en wordt verkocht door I.C.I. onder de code PBA 3640-1.

Er ontstaat aldus een stevige hechting tussen raamwerk 16 en kunststofschuim 30. Na een enkele minuten 20 durende verhardingstijd wordt de matrijs 24 geopend en het verkregen kunststofprodukt eruit verwijderd, dat later wordt bekleed met een bekleding.

De rugleuning 2, de zitting 3 en het benenstuk 4 hebben elk een kussen 43 van kunststofschuim met een profiel, 25 dat opstaande zijranden 31 heeft. De bekleding 7 is desalniettemin strak om dit profiel aan te brengen, bijvoorbeeld door de bekleding 7 en het kussen 43 van kunststofschuim door en door te stikken met een stiknaad 33 van figuur 6 of door een klittenband 34 aan het kussen 43 van kunststofschuim 30 30 in te schuimen en tegen de binnenzijde van de bekleding 7 een klittenband 35 te stikken. In dit geval is de de bekleding 7 vormende hoes losmaakbaar aan de kussens 43 bevestigd, zodat deze bekleding gemakkelijk te wassen is.

Volgens figuur 8 is een watteerlaag 36 geplakt aan 35 de bekleding 7 en aan een zachte kunststof schuimlaag 37, die op haar beurt geplakt is aan de kunststofschuim 30 van het kussen 43.

8401908 «Λ ^ -4-

Nadat de bekleding 7 aan de rugleuning 2 is aangebracht, wordt daaraan een trapeziumvormige, geanodiseerde steun 5 bevestigd, bestaande uit een omgebogen ronde buis van aluminium die aan zijn korte zijde een scharnierelement 38 5 heeft, terwijl de lange zijde ervan een bodemsteun 44 is. In een plaat 39 van het scharnierelement 38 zijn gaten 40 geboord overeenkomend met gaten 40 van het aangrijpelement 21. Nu worden het aangrijpelement 21 en het scharnierelement 38 onderling bevestigd door middel van blinde klinknagels 41, 10 terwijl de bekleding 7 zich er tussen bevindt.

De trekband 6 heeft een knoop 46 die in een geselecteerde van zijn veelvoud van knoopsgaten 45 kan worden gestoken, teneinde de hoek a van de steun 5 in te stellen.

Het rustmeubel 1 is met een lichtgewicht van bij-15 voorbeeld 3 a 4 kgf te vervaardigen. De met het raamwerk 16 en de singels 17 verstevigde rugleuning 2 is stevig genoeg om overmatige doorbuiging daarvan te vermijden.

84 0 1 9 0 8

Claims

1. Rustmeubel (1, 15), tenminste omvattende een rugleuning (2), een zwenkbaar daarmee verbonden zitting (3) en zwenkbaar met de rugleuning (2) verbonden steunmiddelen (5), waarbij de rugleuning (2) een raamwerk (16) en een door 5 het raamwerk (16) gesteund kunststofschuim (30) bevattend kussen (43) omvat, met het kenmerk, dat het raamwerk (16) van het kussen (43) van de rugleuning (2) in het er omheen geschuimde kunststofschuim (30) is ingebed.

2. Rustmeubel (1, 15) volgens conclusie 1, met het 10 kenmerk, dat het tenminste één kussen (43) van kunststof- schuim (30) met opliggende randen (31) heeft.

3. Rustmeubel (1, 15) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat een bekledingslaag (7) van textiel met een het kunststofschuim (30) door en door penetrerend stiksel 15 (33) aan tenminste één kussen (43) is vastgenaaid.

4. Rustmeubel (1, 15) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat een bekledingslaag (7) van textiel door middel van klittenband (34, 35) aan tenminste één kussen (43) is bevestigd.

5. Rustmeubel (1, 15) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat aan het raamwerk (16) een aangrijpelement (21) is bevestigd en dat een scharnierelement (38) van de steunmiddelen (5) door middel van door bekleding van de rugleuning (2) gestoken, blinde klinknagels (41) aan 25 het aangrijpelement (39) is bevestigd.

6. Rustmeubel (1, 15) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat tenminste één singel (17) tegenover elkaar opgestelde delen (14) van het raamwerk (16) verbindt en in kunststofschuim (30) van de rugleuning (2) is 30 ingebed.

7. Rustmeubel (1, 15) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat twee singels (17) in een kruisverband diagonaalsgewijs in het raamwerk (16) zijn aangebracht.

8. Rustmeubel (1, 15) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de steunmiddelen uit een 8401908 -6- 'V "v trapeziumvormige steun (5) bestaan, waarvan een korte evenwijdige zijde in een scharnierelement (39) is opgenomen en de lange zijde een bodemsteun (44) is.

9. Rustmeubel (1, 15) volgens één van de voorgaande conclusies, gekenmerkt door een de steunmiddelen (5) ten opzichte van het raamwerk (16) vasthoudend flexibel element (6).

10. Werkwijze voor het vervaardigen van een rugleuning (2) van een rustmeubel (1, 15), welke rugleuning (2) een raamwerk (16) en een door het raamwerk (16) gesteund kussen (43) van kunststofschuim (30) omvat, met het kenmerk, dat het raamwerk (16) in de vormholte (27) van een matrijs (24) wordt aangebracht en daarna kunststofschuim (30) tot in de vormholte (27) wordt geïnjekteerd. 8401908