NL8302203A

NL8302203A - Afmeerboei.

Info

Publication number: NL8302203A
Application number: NL8302203A
Authority: NL
Original assignee: Single Buoy Moorings
Priority date: 1983-06-21
Filing date: 1983-06-21
Publication date: 1985-01-16
Also published as: ES289148Y; EP0134596A1; US4617000A; CA1243906A; ES289148U; EP0134596B1

Description

1 * ’ N.o. 31,825

Afmeerboei.

De uitvinding heeft betrekking op een boei bestaande uit een lichaam met drijfvermogen, middelen voor het verankeren van de boei, zo-5 als kettingstoppers en een draaitafel, die draaibaar om een vertikale as door middel van een rol- of kogellager op de boei is ondersteund en is voorzien van middelen voor het afmeren van een schip.

Een dergelijke boei is in velerlei vormen algemeen bekend. Zij bestaat doorgaans uit een groot cilindrisch lichaam met drijfvermogen, 10 welk lichaam echter bijvoorbeeld ook kubusvormig kan zijn, dat aan zijn omtrek nabij de benedenrand is voorzien van kettingstoppers voor in verschillende richtingen lopende ankerkettingen. Bovenop de boei bevindt zich een draaitafel met middelen voor het daaraan bevestigen van een afmeerlijn of met een daaraan vast bevestigde arm. Via een centrale 15 opening komen leidingen van onder in de boei en lopen door naar een draaibare leidingkoppeling die zich op de draaitafel bevindt, van waaruit leidingen over de draaitafel lopen naar de buitenkant van de boei met middelen zoals drijvende slangen of dergelijke voor het teweegbrengen van een verbinding met een af te meren tanker. Bij de bekende boeien 20 vormt de draaitafel met leidingen, leidingkoppeling en afmeermiddelen een zware konstruktie. In plaats van een verbinding door middel van ankerkettingen kan de boei ook met de zeebodem zijn verbonden via een in wezen vertikaal naar beneden lopende trekvaste verbinding.

De aan de boei afgemeerde tanker wordt doorgaans door optredende 25 wind-, golf- en stromingskrachten van de boei af bewogen, waarbij de uit de verankeringsmiddelen voortvloeiende terugstelkrachten trachten boei en tanker op zijn plaats te houden. Aangezien boei en tanker onder invloed van de golfbewegingen veelal onafhankelijk van elkaar bewegen treden grote wisselende krachten op, die moeten worden opgevangen door 30 de afmeermiddelen, doch ook door het lager van de draaitafel. Bij de bekende boeien is de afstand in vertikale richting tussen de plaats waar de ankermiddelen aangrijpen, zoals de ankerkettingen, en het lager groot, hetgeen grote buigmomenten in het lager tot gevolg heeft. De grote massa van de zware draaitafel met bijbehorende delen bevordert het 35 slingeren van de boei en daarmede ook de optredende buigmomenten.

Moeten aan het lager van de draaitafel reparaties worden uitgevoerd, dan betekent dit doorgaans dat de boei in zijn geheel moet worden verwijderd, gerepareerd en weer geïnstalleerd.

Doel van de uitvinding is een boei te verschaffen waarbij op een-40 voudige wijze de belastingen in het lager kunnen worden verminderd, de 8302203 2 stabiliteit kan worden vergroot en eventuele reparaties kunnen worden vereenvoudigd.

Dit doel wordt in de eerste plaats bereikt doordat de draaitafel zelf ook is uitgevoerd als lichaam met drijfvermogen.

5 Bij voorkeur wordt dit zodanig uitgevoerd, dat draaitafel en boei- lichaam samen de waterverplaatsing van de boei bepalen, waarbij het boeilichaam geheel en de draaitafel ten dele is ondergedompeld.

Het is ook denkbaar de draaitafel drijfvermogen te geven maar deze normalerwijze boven de waterspiegel te houden. Treden slingeringen op 10 waarbij de draaitafel ook wordt ondergedompeld, dan zal het drijfvermogen een stabiliserende werking uitoefenen, terwijl voor reparaties de draaitafel zelf alleen, na loskoppeling van het boeilichaam en van de leidingverbindingen kan worden weggesleept.

Voert men echter volgens de voorkeursuitvoeringsvorm boeilichaam en 15 draaitafel zodanig uit, dat beide de waterverplaatsing bepalen, dan brengt men in feite het scheidingsvlak tussen bovenvlak, boeilichaam en ondervlak draaitafel onder water. Men verkrijgt dan bij eenzelfde watert verplaatsing als een vergelijkbare bekende boei een grotere stabiliteit, omdat de draaitafel zelf drijft, terwijl het voordeel van gescheiden 20 transport voor reparatie behouden blijft.

Bij de bekende boei is het bekend het boeilichaam een centrale koker te geven.

Volgens de uitvinding is het dan van voordeel deze koker naar boven toe door een centrale opening van de draaitafel te laten lopen en het 25 lager te plaatsen tussen koker en draaitafel, alhoewel het ook mogelijk is de koker uit twee delen te vervaardigen.

Men kan dan het lager op een gemakkelijk toegankelijke plaats boven op de draaitafel houden, maar men kan het ook op elk gewenst niveau van de draaitafel aanbrengen. Door de draaitafel deel te laten uitmaken van 30 de waterverplaatsing reduceert men de afstand tussen het lager en de lijn van afmeermiddelen naar kettingstopper, waardoor zelfs bij een boven op de draaitafel geplaatst lager de buigmomenten daarin kunnen worden gereduceerd. Door een nog lagere plaatsing is het mogelijk dat de krachten die van de afmeermiddelen door de boei lopen naar een afmeerket 35 ting door het lager gaat en de belasting van het lager nog verder kan worden gereduceerd. Bovendien is het mogelijk het lager in een volledig gesloten ruimte aan te brengen, welke ruimte uiteraard voor onderhoud toegankelijk is.

Uiteraard kunnen de kettingstoppers worden aangebracht op een hoog-40 te die hoger is dan de gebruikelijke onderrand van het boeilichaam.

8302203 3

Verder kan het nu volgens de uitvinding van voordeel zijn boven de kettingstoppers een fenderring aan te brengen die voorbij de ketting-stoppers naar buiten toe uitsteekt. Bij een eventueel tegen de boei aanvarende tanker zullen de krachten op doeltreffende wijze direkt op de 5 ankerkettingen worden overgebracht.

Boeilichaam en draaitafel behoeven niet dezelfde diameter respek-tievelijk lengte en breedte te hebben. De draaitafel kan groter of klei" ner worden uitgevoerd en ook qua volume een groter of kleiner gedeelte van de waterverplaatsing van de boei bepalen.

10 De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de tekeningen.

Fig. 1 toont schematisch in zijaanzicht een boei volgens de uitvinding*

Fig. 2 toont op overeenkomstige wijze een variant.

15 Fig. 3 toont schematisch het loskoppelen van de beide delen van de boei volgens fig. 1.

Fig. 4 toont een variant van fig. 3.

De in fig. 1 getoonde boei bestaat uit een boeilichaam 1 en een draaitafel 2. Het boeilichaam heeft een centrale koker 3 en de draai- 20 tafel is via een lager 4 op de koker 3 van het boeilichaam 1 ondersteund. Bij 5 bevinden zich kettingstoppers voor ankerkettingen 6 en bij 7 een fenderring.

Bij 8, 8’ respektievelijk 8" is een bevestigingsoog aangeduid voor het vastmaken van een ankerlijn.

25 Het boeilichaam 1 heeft drijfvermogen, maar is volledig ondergedom peld terwijl de draaitafel 2, die eveneens drijfvermogen heeft, gedeeltelijk is ondergedompeld. Beide, dat wil zeggen boeilichaam en draaitafel, bepalen de waterverplaatsing van de boei.

Fig. 2 toont een uitvoeringsvorm met boeilichaam 1 en draaitafel 2, 30 welke uitvoeringsvorm verschilt van die van fig. 1 doordat de kettingstoppers 10 zich op een veel hoger niveau bevinden en het lager 11 zich ongeveer halverwege de hoogte van de draaitafel 2 bevindt, zodat een denkbeeldige lijn tussen het afmeeroog en een tegenover gelegen ketting-stopper 10 gaat door het lager 11.

35 Fig. 3 laat zien hoe bij de boei volgens de uitvinding, na het los maken van de lagerverbinding en vermindering van het drijfvermogen van het boeilichaam 1, de draaitafel 2 vrij komt van het boeilichaam en voor reparatiedoeleinden kan worden weggesleept en uiteraard kan worden vervangen door een andere draaitafel.

40 Fig. 4 toont een variant van fig. 3, waarbij de centrale koker be- 8302203 ·* 4 staat uit twee delen 3a en 3b, die door een koppeling 3c met elkaar verbonden kunnen worden.

Bij toepassing in ijsgebieden verdient het de voorkeur de opstaande wand van de draaitafel 2 afgeknot recht of gekromd kegelvormig uit te 5 voeren met de top naar boven gericht. Deze vorm is met een stippellijn 12 in fig. 1 aangegeven.

Het is ook mogelijk zowel het boeilichaam 1 als de draaitafel 2 af** geknot recht of gekromd kegelvormig uit te voeren met de dunste delen grenzend aan elkaar.

8302203

Claims

1. Boei bestaande uit een lichaam met drijfvermogen, middelen voor het verankeren van de boei, zoals kettingstoppers en een draaitafel, die 5 draaibaar om een vertikale as door middel van een rol- of kogellager op de boei is ondersteund en is voorzien van middelen voor het afmeren van een schip, met het kenmerk, dat de draaitafel zelf ook is uitgevoerd als lichaam met drijfvermogen.

2. Boei volgens conclusie l,met het kenmerk, dat 10 draaitafel en boeilichaam samen de waterverplaatsing van de boei bepalen, waarbij het boeilichaam geheel en de draaitafel ten dele is ondergedompeld.

3. Boei volgens conclusie 1 of 2, waarbij het boeilichaam een centrale koker heeft, met het kenmerk, dat deze geheel of ten 15 dele naar boven toe door een centrale opening van de draaitafel steekt en het lager zich bevindt tussen de koker en de draaitafel.

4. Boei volgens conclusie 3,met het kenmerk, dat de centrale koker bestaat uit twee delen door het boeilichaam respektieve-lijk de draaitafel, welke delen met elkaar gekoppeld kunnen worden.

5. Boei volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de boei boven de kettingstoppers is voorzien van een fenderring, die voorbij de kettingstoppers naar buiten reikt.

6. Boei volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de draaitafel afgeknot kegelvormig is uitge-25 voerd met de top in bovenwaartse richting. ***** 8302203