NL8203786A - Schakeling voor het selectief verschuiven van een wisselstroomplasmapaneel. - Google Patents

Schakeling voor het selectief verschuiven van een wisselstroomplasmapaneel. Download PDF

Info

Publication number
NL8203786A
NL8203786A NL8203786A NL8203786A NL8203786A NL 8203786 A NL8203786 A NL 8203786A NL 8203786 A NL8203786 A NL 8203786A NL 8203786 A NL8203786 A NL 8203786A NL 8203786 A NL8203786 A NL 8203786A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
pulse
row
lead
column
panel
Prior art date
Application number
NL8203786A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Western Electric Co
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Western Electric Co filed Critical Western Electric Co
Publication of NL8203786A publication Critical patent/NL8203786A/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G09EDUCATION; CRYPTOGRAPHY; DISPLAY; ADVERTISING; SEALS
    • G09GARRANGEMENTS OR CIRCUITS FOR CONTROL OF INDICATING DEVICES USING STATIC MEANS TO PRESENT VARIABLE INFORMATION
    • G09G3/00Control arrangements or circuits, of interest only in connection with visual indicators other than cathode-ray tubes
    • G09G3/20Control arrangements or circuits, of interest only in connection with visual indicators other than cathode-ray tubes for presentation of an assembly of a number of characters, e.g. a page, by composing the assembly by combination of individual elements arranged in a matrix no fixed position being assigned to or needed to be assigned to the individual characters or partial characters
    • G09G3/22Control arrangements or circuits, of interest only in connection with visual indicators other than cathode-ray tubes for presentation of an assembly of a number of characters, e.g. a page, by composing the assembly by combination of individual elements arranged in a matrix no fixed position being assigned to or needed to be assigned to the individual characters or partial characters using controlled light sources
    • G09G3/28Control arrangements or circuits, of interest only in connection with visual indicators other than cathode-ray tubes for presentation of an assembly of a number of characters, e.g. a page, by composing the assembly by combination of individual elements arranged in a matrix no fixed position being assigned to or needed to be assigned to the individual characters or partial characters using controlled light sources using luminous gas-discharge panels, e.g. plasma panels
    • G09G3/288Control arrangements or circuits, of interest only in connection with visual indicators other than cathode-ray tubes for presentation of an assembly of a number of characters, e.g. a page, by composing the assembly by combination of individual elements arranged in a matrix no fixed position being assigned to or needed to be assigned to the individual characters or partial characters using controlled light sources using luminous gas-discharge panels, e.g. plasma panels using AC panels
    • G09G3/29Control arrangements or circuits, of interest only in connection with visual indicators other than cathode-ray tubes for presentation of an assembly of a number of characters, e.g. a page, by composing the assembly by combination of individual elements arranged in a matrix no fixed position being assigned to or needed to be assigned to the individual characters or partial characters using controlled light sources using luminous gas-discharge panels, e.g. plasma panels using AC panels using self-shift panels with sequential transfer of the discharges from an input position to a further display position

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Power Engineering (AREA)
  • Plasma & Fusion (AREA)
  • Computer Hardware Design (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Theoretical Computer Science (AREA)
  • Control Of Indicators Other Than Cathode Ray Tubes (AREA)

Description

* ί a’ i. VO 3702
Betr.: Schakeling voor het selectief verschuiven van een wisselstroarar
De uitvinding heeft betrekking op een wisselstroan-plasmaweergeef-inrichting en meer in het bijzonder op een dergelijke weergeefinrichting met een selectief horizontaal en vertikaal schuifvermogen.
Een plasmapaneel is een weergeef inrichting, bestaande uit een 5 lichaam van ioniseerbaar gas, dat is opgesloten in een niet-geleidend, transparant cmhulsel. Alfanuroerieke eenheden, beelden en andere gra-fische informtie worden weergegeven door op een regelbare wijze glim-ontladingen (cdk betiteld als "gasontladingen") op gekozen plaatsen in het weergeef gas in te leiden. Dit geschiedt door in het gas via op een 10 geschikte wijze opgestelde elektroden of geleiders elektrische velden qp te wekken.
De uitvinding heeft meer in het bijzonder betrekking op een z.g. wisselstroan-plasmapaneel met dubbele substraat, waarbij de geleiders zijn ingebed in dielektrische lagen, welke’zijn aangebracht op twee 15 · - tegenover elkaar gelegen niet-geleidende oppervlakken, zoals glasplaten. Meer in het bijzonder zijn de geleiders op een plaat volgens rijen ge-rangschikt en op de andere plaat volgens loodrecht daarop staande kolan-men gerangschikt. De overlappingen of kruispunten van de rij- en kolcre-geleiders bepalen een matrix van ontladingscellen of ontladingsplaatsen.
20 Glimontladingen (de IN-plaatstoestand) worden in gekozen kruispunten in-geleid onder bestuur van bijvoorbeeld een digitaal rekentuig.
De Amerikaanse octrooiaanvrage Serial no. 109.859 is ondermeer gericht op een methode voor het verschaffen van een eigen verschuiving van de IN-weergeefplaatsen van een wisselstrocm-plasmapaneel. In bedoel- -25 de aanvrage geschiedt de laterale verschuiving onder gebruik van een vierwfazemethode, waarbij zodanig wordt tewerk gegaan, dat een weergeef-plaatsontlading vanuit een IN-weergeefplaats naar een volgende naastge-legen plaats wordt getransporteerd. Onder gebruik van de vier-fazemethode is het mogelijk aile vierde kolangeleiders met elkaar te verbinden, het-30 geen leidt tot het gebruik van slechts vier kolcmaandrijfinrichtingen, in tegenstelling met een aandri j finrichting voor elke koloigeleider.
Ofschcon de boven vcorgestelde methode op een juiste wijze werkt, is er nog steeds een afzonderlijke aardrijfinrichting voor elk van de rijgeleiders nodig. Deze individuele aandrijfinrichtingen zijn nodig 35 voor het tot stand brengen van de visuele weergeefpatronen, waarbij elk 8203786 < ί - 2 - patroon user in het bijzonder bestaat uit een matrix met dertien rijen en negen kolarmen. Wanneer een weergeefinrichting met een vermogen van 39 symboollijnen wordt beschouwd, zijn 507 rijgeleiders, die elk een aan-drijfschakeling vereisen, nodig.
5 Een greet probleem, dat zich voordoet bij het reducer en van dit grote aantal rij -aandrij finrichtingen, is een gevqlg van het feit, dat een weergeefinrichting met vier kolonaandrij finrichtingen en slechts vier rij-aandrijfinrichtingen, niet in staat zou zijn an plasma-ontladings-patronen selectief te introduceren an op het weergeef scherm de gewenste - - - 10 informatie te verschaffen.
In een poging an dit probleem op te lossen is de aandacht gericht op het bij een gedeelte van de weergeefinrichting, zoals bijvoorbeeld - -V* langs de onderzijde van de weergeef inrichting, aanbrengen van een inleid- - - gebied voor het introduceren van gewenste informatie in de weergeef in-15 richting. Order gebruik van een dergelijke constructie bestaat het in-leidgebied uit een aantal weergeefrijen en wordt informatie in de vorm van ontladingspatronen bijvoorbeeld bij de eerder voorgestelde inrichting vanaf de rechterzijde van de weergeef inrichting geintroduceerd. De IN-plaatsen, we Ike worden geintroduceerd, worden dan lateraal over de weer-20 geef inrichting van plaats-tot-plaats verschoven onder gebruik van de vier-fazeverschuivingsnethode. Wanneer de informatie zich eenmaal op de gewenste laterals positie in het inleidgebied bevindt, wordt de IN-plaats vervolgens naar boven naar het juiste weergeefgebied voor visuele pre-sentatie aan een waamemer verschoven.
25 Ofschoon met deze benadering theoretisch het informatie-intrcduc- tieprobleen wordt opgelost, schept dit een ander prctoleem, dat moet worden opgelost, voordat de inrichting in de praktijk voldoet. Qmdat de , plasirapaneelri j - en kolorrgeleiders continu zijn, trekt elke kolomgelei-der van het onderste inleidgebied zich ook over het bovenste weergeef-. 30 gebied uit. Derhalve zullen spanningspulsen, die aan de kolamgeleiders ; in het inleidgebied worden toegevoerd voor een laterale IN-plaatstrans-portatie, ook aan de gehele weergeefkolon worden aangelegd. Derhalve zal niet slechts informatie over het inleidgebied worden verschoven, doch zal elke eerder weergegeven informatie binnen het waameemgebied eveneens 35 in laterale richting worden verschoven, waardoor het doel van het inleidgebied teniet wordt gedaan.
Men kan een selectieve weergeefplaatsvoortplanting bij een wissel- 8203786 --3 - * r· stiOcm-plasmapaneel verkrijgendoor de geleiderspanningspulsen, die de laterale vier-fazetransportatie van IN-plaatsen besturen, te modifieren.
Zoals in de bovengenoemde Artferikaanse octrooi-aanvrage is besproken, meet elke IN-plaats op een periodieke basis worden ververst door een spannings-5 puls met een polariteit, als ganeten over de rij- en kolcmgeleiders in het snijpunt. Deze verversingspuls keert het elektrische veld over het f.·.
eerder ontladen gas op die plaats cm. Deze orikering van het elektrische ' : veld veroorzaakt een elektronenmigratie (ladingwolk) over de weergeef-inrichting bij 31k3 IN-plaats. De laterale verschuiving verkrijgt men : 10 door een ander elektrisch (transportatie-)veld tussen een IN-plaats 1 (de weergee^laats genoemd) en een naastgelegen plaats (de overdrachts- ; plaats genoemd) tijdens het elektronenmigratie-interval op te wekken.
De migrerende ladingswolk verschaft elektronen voor het exciteren van de overdrachtsplaats, waardoor de overdrachtsplaats een nieuwe IN-15 plaats ander bestuur van de overdrachtspuls wordt.
Het is gebleken, dat wanneer de elektrische verversingspuls meer dan een bepaalde tijd voor het transportatieveld wordt aangelegd, de polariteit verandert en de ladingswolk "zich zet" en niet beschikbaar is voor het uitvoeren van de excitatiefunctie. Derhalve zal het transpor-20 tatieveld geen invloed hebben en zal de overdrachtsplaats uitgeschakeld blijven.
Order gebruik van dit concept is een plasmapaneelweergeefinrich-ting net een onderste inleidgebied en een bovenste waameemgebied ont-worpen, waarbij de beide gebieden gemeenschappeli jke, vertikale geleiders 25 delen. Het inleidgebied bezit een rij-aandrijfinrichting voor elke moge-lijke IN-plaats, texwijl het waameengebied vier rij-aandrijfinrichtingen deelt, die bij het eerder besproken vier-fazeverschuivingsstelsel zijn gernultiplexed. Deze rij-aandrijfinrichtingen worden gebruikt cm informa-tie vanuit het inleidgebied naar boven naar het waameemgebied te ver-30 schuiven en bestaande IN-plaatsen te verversen. Wanneer informatie in het waameemgebied is gepositioneerd, zal deze op zijn plaats worden gehouden door het aanleggen van vasthoudvelden, -die tussen de kolan- en rij geleiders worden aangelegd.
Informatie in de vorm van glinontladingspatronen (IN-plaatsen) 35 wordt aan het inleidgebied aangeboden en naar positie van rechts naar links verschoven onder gebruik van de vier-fazetransportmethede, waardoor een elektrisch veld in elke IN-plaats veroorzaakt, dat een elektronen- 8203786 4 » - 4 - ' :.· wolk over de ontladingsruirate migreert.>Een' tweede elektrisch veld : wordt qpgewekt tussen de oorspronkelijke plaats en de volgende naast-gelegen plaats, waardcor een laterale verschuiving van de elektronen naar deze volgende plaats optreedt.
5 Teneinde een laterale verschuiving van IN-plaatsen in het boven- ste vaameemgebied te vennijden, wordt een vroeg elektrisch veld aange-legd aan de waarneemgebiedplaatsen, waardoor een premature ladingswolk- V ; · migratie over de IN-plaatsen optreedt. De tempering van het prstature · v·’ elektrische veld is zodanig, dat de resulterende ladingswolkmigratie in 10 hoofdzaak is voltooid νδδτ het tijdstip, waarop het laterale, elektrische transportveld wordt opgewekt. Wanneer derhalve het transportveld aan de :';; .; i·.'.
naastgelegen kolongeleiders wordt aangelegd, zullen slechts die IN-plaatsen in het inleidgebied (welke het premature elektrische veld niet *· *·" r * · · hehfaen ontvangen). elektronen beschikbaar hebben on de overdrachtsplaats 15 te exciter en. Op deze wijze is het mogelijk de plasmaweergeefinrichting ' . . ; zodanig selectief te besturen, dat een. gedeelte van de weergave kan worden verschoven, terwijl een ander gedeelte op zijn plaats wordt be-vroren.
De uitvinding zal onderstaand nader worden toegelicht onder ver-20 wijzing naar de tekening. Daarbij tonen : fig. 1 en 2 een wisselstrocm-plasmaweergeefstelsel, voorzien van een schakeling voor het realiseren van de selectieve schuifmethode vol-gens de uitvinding; fig. 3 de wijze waarop fig. 1 en 2 dienen te worden gerangschikt; 25 fig. 4 een signaalgolfvorm, bestaande uit de gebruikelijke wis- selstrocm-plasmapaneelregistratie-, wis- en vasthoudpulsen; fig. 5, 6 en 7 verschillende signaalgolfvormen, bestaande uit r. . Ί? - ; pulsen, die in het weergeefstelsel worden gebrmkt voor het verschaffen van het selectieve schuifvennogen volgens de uitvinding; 30 fig. 8-17 een plaatstoestandsverschuivlngsreeks ter toelichting .
van het principe van de uitvinding; fig. 18. - 21 dwarsdoorsneden van een gedeelte van het plasmapa-neel, dat bij het weergeefstelsel volgens de uitvinding wordt toegepast; en 35 fig. 22 en 23 diagrarrmen, waarin de volgorde is aangegeven, waar- in de spanningspulsen over de ontladingsplaatsen worden aangelegd.
In de kern van het weergeefstelsel volgens fig. 1 en 2 bevindt 8203786 j. a- - 5 - zich een wisselstroart-plasmaweergeefpaneel 100 met dubbele substraat. Het paneel 100 cravat ter illustratie twee glazen platen, waartussen een ioni-seerbaar gasmengsel afgedicht is ondergebracht. Het binnenoppervlak van elke glazen plaat is bedekt met een dielektrische laag. Een eerste stel 5 van 512 kolcrageleiders, Cl - C512, is in een van de dielektrische lagen in een in het algemeen vertikale richting ingebed. Een tweede stel van 512 rijgeleiders, R1 - R512, is in de dielektrische laag in een in het algemeen horizontale richting ingebed. Deze geleiders vormen tezamen met de kolcrageleiders plaatsen van het waameemgebied 12. Een derde stel rij-10 geleiders, voor het gemak de inleidrijgeleiders genoemd, SRI - SR14, is in de bodemsectie van de weergeefiririchting in dezelfde dielektrische laag als de rijgeleiders R1 - R512 ingebed. Deze inleidrijgeleiders strekken zich in horizontale richting uit en vormen tezamen met de kolomr-geleiders plaatsen van het inleidgebied 11.
15 Het inleidgebied kan overal op het paneel worden geplaatst, binnen of buiten het waameemgebied en kan zodanig zijn uitgevoerd, dat dit van links naar rechts of van rechts naar links wordt bedreven. Bij andere xoitvoeringsvconen kan een aantal onafhankelijke inleidgebieden aanwezig zijn, vaarvan er sanmige worden gebruikt voor het cpslaan van informatie, 20 die uit het waamestigdDied afkanstig is. Een dergelijke cons true tie is bijvoorbeeld van nut voor een voorwaartse en achterwaartse "scrolling1'.
De geleiders van elk stel zijn bijvoorbeeld gescheiden over bij-voorbeeld vierentwintig lijnen per cm. De afzonderlijke gebieden van het paneel 100', bepaald door de overlappingen of kruispunten van de verschil-25 lende rij- en kolomgeleiders worden als ontladingsplaatsen betiteld.
Visuele informatie wordt op het paneel gepresenteerd door gllmontladingen in het gas in gekozen kruispunten tot stand te brengen. Het paneel 100 is bijvoorbeeld van het algemene type, beschreven in het Amerikaanse oc-trooischrift 3.823.394.
30 Bi j de meeste wisselstroan-plasmapaneelstelsels wordt gebruik ge- maakt van de gdaruikelijke registratie- en wispulsen dm UTT-plaatsen naar de IN -toestand en angekeerd an te schakelen. De. hierna volgende be-bespreking van de eigenschappen en de werking van dergelijke pulsen draagt bij tot een juist begrip van de grondprincipes van de werking van 35 een wisselstrocmrplasmapaneel.
Fig. 4 toont een typerende, gebruikelijke registratiepuls CW.
Deze puls, aangegeven als beglnnende op het tijdstip t^, wordt aangelegd 8203786 - 6 - aan een gekozen ontladingsplaats van een wisselstroan-plasnapaneel via het rij- en kolamgeleiderpaar, dat bij die plaats behoort. De waarde van de puls CW is groter dan de doorslagspanning van het weergeefgas en het is derhalve voldoende cm een initiele glirnontlading in het gas in de on-middellijke nabijheid van de gekozen plaats tot stand te brengen. De 5 glirnontlading wordt gekenmerkt door (a) een korte lichtpuls, bijvoorbeeld een lichtpuls van 1 microsec in het zichtbare spectrum, en .(b) de vanning van een plasma of "ruimteladingswolk" van elektronen en positieve ionen in de buurt van de plaats. De puls CW trekt tenminste enige van deze z.g. ladingsdragers naar tegenover elkaar gelegen wanden van de ontladings-10 plaats, d.w.z. respectieve gebieden van de tegenover elkaar gelegen di-elektrische oppervlakken bij het kruispunt. Zelfs wanneer de puls CW ein-digt, blijft over het gas in het kruispuntgebied een "wand"-spanning ppgeslagen. Deze wandspanning vervult een belangrijke rol bij de volgende werking van het paneel, zoals hiema zal blijken.
15 Een enkele lichtpuls van korte duur kan natuurlijk niet door het menselijk oog worden gedetecteerd. Cm te voorzien in een ontladingsplaats van een wisselstrocm-plasmapaneel met het voorkctnen, dat deze continu licht emitteert (IN is, bekrachtigd is) zijn verdere snel opeenvolgende glimontladingen en bijbehorende lichtpulsen nodig. Deze worden opgewekt 20 door vasthoudsignalen, PS, NS, die via de geleiderparen aan elke plaats van het paneel worden aangelegd. Zoals bij golfvormen volgens fig. 4 is aangegeven, cmvatten de vasthoudsignalen bijvoorbeeld een reeks vasthoud-pulsen PS respectievelijk NS met wisselende, positieve en negatieve pola-riteit. De waarde van deze vasthoudpulsen is kleiner dan de doorslag-25 spanning. Derhalve is de spanning over weergeefplaatsen, die niet eerder door een registratiepuls zijn bekrachtigd, onvoldoende am een ontlading te veroorzaken en deze plaatsen blijven niet-licht-emitterend.
De spanning over het gas van een eerder bekrachtigde ontladingsplaats cravat evenwel de superpositie van het vasthoudsignaal en de eerder 30 qp die plaats opgeslagen wandspanning e^.. Meer in het bijzonder wordt de wandspanning, veroorzaakt door de registratiepuls CW bijvoorbeeld addi-tief gecombineerd met de daaropvolgende negatieve vasthoudpuls NS. Deze geccrabineerde spanning overschrijdt de doorslagspanning, zcdat een tweede glirnontlading en bijbehorende lichtpuls optreden. De strocm van dragers 35 naar de wanden van de ontladingsplaats brengt nu een wandspanning met negatieve polariteit tot stand. Derhalve veroorzaakt de volgende positieve 8203786 - 7 - vasthoudpuls PS weer een ontlading en wandspanningscnkering, enz.
Zolang als tenminste een bepaald minimuniiiveau van de wandlading wordt opgeslagen in responsie op elk van deze initiele vasthoudpulsen, zal het wandladingsniveau en derhalve de waarde van de wandspanning 5 worden cpgebouwi tot een constant, karakteristiek constante-toestands-niveau. Vasthoudsignaalfrequentie is meer in het bijzonder van de orde van 40 - 50 kHz. Derhalve versmelten de lichtpulsen, die in responsie op elke vasthoudpuls worden opgewekt, voor het oog van de waamemer en schijnt de plaats continu lidht te emitteren.
10 Ben plasma-ontladingsplaats, die zich reeds in een licht-emitte- rende toestand bevindt, wordt naar een niet-licht-eraitterende (UET-niet-bekrachtigde) toestand omgeschakeld door de wandlading daarvan te verwijderen. Dit geschiedt door een wispuls, zoals een gebruikelijke wispuls CE, welke begint cp een tijdstip t^. Deze puls wordt weer over 15 een bepaalde plaats aangelegd via hd: bijbehorende rij- en kolcmgeleider-paar. Aangezien op een negatieve vasthoudpuls NS een positieve puls CE volgt, veroorzaakt de puls CE een ontlading bij een IN-plaats, juist zoals een positieve vasthoudpuls dit gedaan zou hebben. De wandspanning e^ begint van polariteit cm te keren. De wispuls CE heeft evenwel een 20 zo korte duur ten opzichte van een vasthoudpuls, dat de wandspanrings-cmkering prematuur wordt beeindigd. Meer in het bijzonder wordt deze art-kering beeindigd cp een tijdstip, waarop de wandspanning kleiner is dan de minimale waarde, welke nodig is cm verdere ontladingen te bevorderen. De ontladingsplaats keert derhalve naar een niet-licht-emitterende toe-25 stand terug. Elke rest van de wandspanning e^verdwijnt tengevolge van een herconbinatie van de positieve en negatieve ladingsdragers en een diffusie daarvan vanaf de weergeefplaats.
De verschuiving van informatie over het paneel 100 wordt verkre-gen overeehkcmstig de zelfverschuivingsniethode, die in de bovengenoemde 30 Amerikaanse octrooiaanvrage is beschreven. Tijdens het bespreken van de schuifmethode dient men zich voor ogen te houden, dat het gewenst is slechts de informatie op een gedeelte van het wisselstrocmpaneel te ver-schuiven en eventuele informatie, welke eerder in een andere plaats van het paneel in dezelfde positie is gebracht, te behouden. Zoals boven is 35 bespreken, zou, tenzij een bepaalde'handeling zou worden uitgevoerd, alle informatie van het paneel naar links worden verschoven wanneer nieuwe in-formatie cp het paneel wordt gebracht. Dit is een gevolg van het feit, 8203786 - 8 - dat de vertikale transportkolcanmen (Cl - C512, fig. 1) zich door zowel het bovenste waameemgebied 12 als het onderste inleidgebied 11 van het paneel uitstrekken. Zoals blijkt wordt deze bevestigende werking ver-kregen door een prematura: elektrisch veld, dat aan de plaatsen van het 5 bovenste gedeelte van het paneel wordt aangelegd. Het premature signaal wordt/ zoals zal blijken, aangelegd tussen de kolomgeleiders Cl - C512 en de oneven rijgeleiders R1 - R511 van het waameemgebied. Dit elek-trische veld dient om het bovenste gedeelte van het paneel voor een continue waameming te bevriezen, terwijl informatie in het inleidgedeel-10 te wordt verschoven.
Op elk moment wordt informatie op het paneel weergegeven via het bekrachtigen van gekozen plaatsen in afwisselende kolcmmen en rijen van het plasmapaneel. De kolorrmen en rijen, waarin op een willekeurig moment informatie wordt weergegeven, warden betiteld als "weergeefplaat-15 sen".
Dit type is weergegeven in fig, 8-17, welke figuren een gedeelte van het weergeefpaneel aangeven. Bij wijze van voorbeeld worden de symbolen "A", "B", "C" en "D" voor waameming aangeboden. Het inleidgebied is bianco. De symbolen "S" en "P" zullen van rechts naar links 20 worden ingeschoven en zijn in elk van de fig. 9 - 17 in qpeenvolgende punteri van het schuifproces aangegeven. De individuele plaatsen worden tijdens of de faze 2 of de faze 4 selectief bekrachtigd via aandrijf-decodeerinrichtingen 102 en 103 vanuit informatie, die door de informa-tiebuffer 101 wordt geleverd. Het doel van het gebruik van slechts deze 25 twee fazen en niet faze 1 of faze 3 zal later worden tcegelicht. Op dit mcment is het voldoende op te merken, dat IN-plaatsen zullen worden ge-vormd door de coincidentie van een spanningspuls op een kolcmgeleider Cl - C512 en een rijgeleider SRI - SR14. De plaatsen in de kolcun, be-paald door de geleider Al, zijn normale, steeds IN-zijnde paraat-30 plaatsen. Deze noodzaak behoeft niet verder gedetailleerd te worden be-sproken, behalve, dat wordt opgemerkt, dat in de praktijk er aan elke zijde van het paneel meer in het bijzonder enige regels van paraat-plaatsen aanwezig zijn in plaats van de ene regel van paraatplaatsen, aangegeven in fig. 8-17.
35 Het verdient de voorkeur referentiesymbolen niet slechts aan de ruimtelijk stationaire kolangeleiders van het paneel, d.w.z. Cl - C512 doch oak aan de ruimtelijk niet-stationaire kolcmmen van het weergege- 8203786 - 9 - ven beeld toe te wijzen. Meer in het bijzonder wordt de kolcm van weer-geefplaatsen, waarin de IN-plaatsen zijn gelegen bij een constant interval van tijd voor het gemak weergeefplaatsen genoemd en deze zijn aange-duid met DC-. Zoals aangegeven in fig. 12 bevindt het meest linkse ge-5 deelte van het symbool "S" zich in kolcm C23/ welke voor besprekings-doeleinden is aangeduid met DC1. De overdrachtskolcan (kolcm C24) aan de linkerzijde daarvan, is aangeduid met TCI. De weergeef- en over-drachtskolotimen, onmiddellijk rechts van de kolcm DC1/ zijn respectie-velijk aangeduid met DC2 en TC2 enz. Aangezien deze aanduidingen betrek-10 king hebben op kolcmmen in het weergegeven beeld (in tegenstelling met de vaste kolongeleiders), treedt het synfaool "S" bijvoorbeeld steeds in de kolanren DC1 - DCS cp, zelfs ofscfaoon het bij verschillende geleiders van de kolongeleiders Cl - C512 optreedt, wanneer de "S" over het paneel wordt verschoven. Dit schuifproces is weergegeven in de fig. 9-12, 15 waar de "S" en "P" lateraal over het inleidgebied worden verschoven, terwijl de eerder gepositioneerde "A", "B", "C" en "D" in een vaste po-sitie binnen het aangegeven waameemgebied worden gehouden.
Opgemerkt wordt, dat slechts afwisselende kolcmmen en rijen worden gebruikt voor het voeren van weergegeven informatie. Dit type is 20 geen eis of beperking van de uitvinding, doch wordt bij deze uitvoe-ringsvorm toegepast vcor het verschaffen van een aangename aspectver-houding voor de weergegeven symbolen.
Zoals in de bovengenoemde Amerikaanse octrooiaanvrage gedetail-leerd is anschreven en hieronder nog zal worden toegelicht, warden de 25 symbolen cp het paneel 100 volgens een proces met twee stappen over een kolan naar links verschoven. Bij de eerste stap worden de toestanden van de plaatsen in een van de stellen weergeefkolcnmen - ter illustratie de even weergeefkolcmraen DC2, DC4 enz van fig. 12, langs de respectieve rijen daarvan naar de plaatsen in de even overdrachtskolcrrmen DC2, DC4, 30 enz verschoven. Bet resulterende patroon van IN-plaatsen is weergegeven in fig. 13. De toestanden van de plaatsen in het andere stel weergeef-kolcranen, d.w.z. de oneven weergeefkolcntnen DC1, DC3, enz worden dan bij de tweede st^j langs de respectieve rijen daarvan naar de oneven over-drachtskolormen DC1, DC3, enz verschoven. Zoals aangegeven in fig. 14, 35 voltooit dit de gewenste verschuiving over een kolcm naar links. De weergegeven symbolen kunnen zover naar links worden verschoven als ge-wenst is door het proces met twee stappen te herhalen.
8203786 .-10-
Hians zal het gebruik van de signalen bij. de golfvormen B-J, fig. 5 en 6, voor het verkrijgen van.de bovenbeschreven schuifwerking, warden toegelicht onder verwijzing naar dat gedeelte van het paneel 100, dat wordt bepaald door de rijgeleider SR2 en de kolongeleiders S8 - S.16, 5 aangegeven in fig. 12. De fig. 18 - 21 tonen een dwarsdoorsnede van dit gedeelte van het paneel 100 bij verschillende punten in het schuifpro-ces. Zoals aangegeven in fig. 18 - 21 is de rijgeleider SR2 in een dielektrische laag 1801 aan een zijde van het lichaam 1803 van weergeef-gas ingebed. Kolongeleiders C8 - C16 zijn ingebed in een dielektrische 10 laag 1802 aan de andere zijde van het weergeefgas. (De breedte van de ruimte tussen de dielektrische lagen 1801 en 1802 is terwille van de dui-delijkheid overdreven voorgesteld). De overkruisingsgebieden van de rijgeleider SR2 met de kolongeleiders S8 - S16 bepalen negen ontladings-plaatsen.
15 Fig. 18 toont ter illustratie deze plaatsen op hetzelfde tijd- stip als aangegeven in fig. 12. Derhalve zijn de weergeef- (overdrachts-) - kolonmen DCS, DC6, DC7 en DC8 (DC5, DC6, DC7, DC8 en DC9) gepositioneerd in de kolonplaatsen, respectievelijk bepaald door de kolongeleiders C15, C13, Cll en C9 (C16, C14, C12, CIO en C8). Zoals aangegeven in fig. 12 20 en in de fig. 18 - 21 zijn de overeenkonstige weergeef- (overdrachts-) plaatsen aangeduid met D5, D6, D7 en D8 (T5, T6, T7, T8 en T9).
Aangenomen is, dat de laatste vasthoudpuls, die aan het paneel 100 wordt toegevcerd, positief is, waarbij de spanningen vanaf de kolort-geleiders naar de rijgeleiders worden gemeten. Derhalve bevindt de nega-25 tieve elektronenconponent van de op elke IN-plaats opgeslagen wandlading zich bij de dielektrische laag 1802, terwijl de positieve ionenconponent zich bij de dielektrische laag 1801 bevindt. In conformiteit met fig. 12 zijn de weergeef plaatsen D5, D7 en D8 in fig. 18 weergegeven als gelijk-tijdig in de IN-toestand.
30 Thans wordt verwezen naar de golfvormen B - F van fig. 5. De ver- schuiving van de toestanden van de even waergeefplaatsen naar de respec-tieve overdrachtsplaatsen daarvan begint door de excitatiepuls X over de even waergeefplaatsen en tegelijkertijd, d.w.z. in tijdcoincidentie een ontsteekpuls P over de even overdrachtsplaatsen aan te leggen. Deze 35 pulsen beginnen op het tijdstip t^ en eindigen op het tijdstip tj. De pulsen X en P hebben een gemeenschappelijke rijcoiponent Rr, aangegeven bij de golfvorm B. De koloncarponenten, Xc en Pc, daarvan zijn in de 8203786 - 11 - - ϊ respectieve golfvormen CenB aangegeven. De pulsen X enP zelf zijn aangegeven bij de respectieve golfvorrnen D en F. De golfvorm D toont ook de wandspanning van even iN-weergeefplaatsen.
Bians wordt de aandacht gericht op fig. 20, we Ike de elektrische 5 veiden en de ladingsverdeling cp de plaatsen T5, D5 ... T9 op het tijd-stip tj juist na het begin van de pulsen X en P aangeeft. Aangezien de puls X een negatieve polariteit heeft, doch een piekwaarde heeft, welke kleiner is dan de doorslagspanning, gedraagt deze puls zich in sterke mate als een -negatieve vasthoudpuls. D.w.z., dat deze puls slechts een 10 ontlading veroorzaakt, indien eerder op de plaats, waaraan de puls wordt aangelegd, een wandlading was opgeslagen, d.w.z. slechts indien de plaats zich in de Hf-toestand bevindt. De puls X veroorzaakt derhalve een ontla-ding bi j de even weergeefplaats D8. Aangezien de even weergeefplaats D6 evenwel DIT is, veroorzaakt de puls X daar geen ontlading.
15 Cp het tijdstip, aangegeven in fig. 20, is de ruimteladingswolk van elektronen en positieve ionen juist gevormd en begint de veldgradient bij de weergeefplaats D8 elektronen naar de rijgeleider SR2 en positieve ionen naar de kolcrageleider C9 te bewegen. Vele van de elektronen zijn reeds aangekanen aan of bij een oppervlak van de dielektrische laag 1801. De ionen bewegen zich veel trager dan de elektronen aangezien zij een aanmer-kelijk grotere rnassa hebben. Derhalve hebben pas een paar ionen het oppervlak van de laag 1802 bereikt. Deze beweging van elektronen en ionen is het gebruikelijke proces, waarbij de polariteit van de wandspanning bij een IN-plaats - in dit geval de wandspanning e^-.- - (aangegeven in fig.
pc JXlUD
5D) wordt crogekeerd wanneer de plaats een vasthoud- of vasthoudachtig signaal, bijvoorbeeld puls X ontvangt.
De polariteit van de carponent Pc van de even overdrachtskolom (die in fig. C ter illustratie positief is weergegeven) ten opzichte van die van de kolcmconponent Xc (welke ter illustratie negatief is aangegeven) 30 is zodanig, dat vanuit de overdrachtsplaats T8 naar de weergeefplaats D8 een dwarsveldgradient optreedt. Hierdoor warden satmige van de elektrcden in de ladingswolk qp de weergeefplaats D8 langs het oppervlak van de laag 1801 naar de overdrachtsplaats T8 naar bijvoorbeeld het punt 1806 getrans- porteerd.
In fig. 6 toont de golfvorm F aan, dat de vanuit een even weergeefplaats D8 getransporteerde elektronen veroorzaken, dat op de overdrachtsplaats T8 een spanning e^g, cptreedt. Een gedeelte van deze span- 8203786 35 - 12 - ning kan een gevolg zijn van getransporteerde elektronen, die de wand van de overdrachtsplaats T8 niet werkelijk hebben bereikt. Deze elektronen vervullen evenwel dezelfde functie als elektronen, die op de wand zijn opgeslagen, en kan derhalve worden beschouwd als een "wand-5 spanning".
Tenslotte wordt de wandspanning e^, zo groot, dat op het tijdstip tg de conbinatie daarvan met de puls P een ontlading op de overdrachtsplaats T8 veroorzaakt. De spanning, welke nodig is on een ontlading op de overdrachtsplaats T8 in te leiden, is lager dan die, welke nodig is on een 10 ontlading in te leiden op een plaats waarbij gebruik wordt gemaakt van .. bijvoorbeeld een gebruikelijke registratiepuls CW. Dit cmdat de overdrachtsplaats T8 een wandspanning e^g bezit en met foto-elektronen is geexciteerd door de ontlading, welke juist op de weergeefplaats D8 heeft plaats gevonden (binnen 1 ^us). De overdrachtsplaats T8 wordt derhalve 15 naar de IN-toestand cmgeschakeld. Er wordt op gewezen, dat wanneer de weergeefplaats D8 eerder zou zijn ontladen ,. . de overdrachtsplaats T8 niet zou zijn geexciteerd en niet naar de IN-toestand zou zijn oragescha-keld tenzij een hogere spanning (van de orde van 120 V) werd aangelegd. Deze situatie zal hiema meer uitvoerig worden toegelicht.
20 Aangezien, zoals uit fig. 20 blijkt, de puls X geen ontlading op de weergeefplaats D6 veroorzaakt, warden geen elektronen naar de overdrachtsplaats T6 getransporteerd. Deze laatste blijft derhalve met UH.
Het is duidelijk, dat aangezien alle bij de even kolom behorende IN-plaatsen naar de linker kolom worden overgedragen en aangezien de 25 plaatsen bij het bovenste weergeefgedeelte van het paneel 100 door dezelfde kolcmgeleiders worden bestuurd, eventueel IN-plaatsen in het bovenste waameemgedeelte van het scherm eveneens over een kolom zouden worden verschoven. Derhalve moeten, zoals reeds is besproken, de waameemr gebiedpaneelplaatsen op een andere wijze worden behandeld dan de onder-30 ste of inleidpaneelplaatsen. Dit geschiedt door een blokkeerpuls, die aan de rij waameemgebiedgeleiders wordt aangelegd gedurende de tijd, wanneer het gewenst is het bovenste gebied van het paneel te bevriezen. Deze negatieve blokkeerpuls, weergegeven als BL bij de golfvorm Dl, fig.
5, treedt op na de positieve vasthoudpuls PS (eveneens bij de golfvorm 35 Dl aangegeven). De blokkeerpuls bezit een rij component ELr (golfvorm Bl) die bij benadering tweemaal zo groot is als de rij -vasthoudpulscompo-nent PSr. Deze waarde is nodig aangezien de kolcmcanponenb. waarde nul heeft (golfvorm C).
8203786 - 13 -
Uit de golfvoon D1 blijkt, dat de plaatswandspanning negatlef wordt in responsie op de blokkeerpuls en negatief blijft tot de volgende positieve vasthoudpulS/ waarbij de tussengelegen negatieve vasthoudpuls NS geen invloed heeft.
5 De invloed van de blokkeerpuls blijkt uit fig. 19/ waar, doordat de blokkeerpuls aan de waarneangebiedrij, zoals aan de rij R5 wordt aan-gelegd, alle eerdere IN-plaatsen in de IN-toestand blijven, doch de wand-spanning van de even weergeefkolon D8 wordt angekeerd. (Er wordt op ge-wazen, dat de in fig. 19 aangegeven ladingen zijn weergegeven cm de uit-10 vinding be illustreren en in werkelijkheid niet overeenkoraen met de IN-plaatsen van fig. 12). De blokkeerpuls wordt zoveel v65r de transport-X-puls toegevoerd, dat de ladingswolk zich werkelijk instelt v66r het begin van de X-puls en derhalve worden de elektronen en ionen cm de gelei-der van de weergeefplaats D8 geconsolideerd. Zoals aangegeven in fig.21 15 zijn er derhalve/ wanneer het transportveld door de X-spanningspuls wordt opgewekt/ geen vrije ladingsdragers aanwezig cm de naastgelegen over-drachtsplaats te exciteren en derhalve vindt geen IN-plaats transport plaats. Door derhalve een vroege blokkeerpuls aan gekozen rijen van het paneel aan te legged, wordt belet, dat de bij deze rijen behorende IN-20 plaatsen naar naastgelegen plaatsen worden getransporteerd. Vender volgt hieruit, dat door de blokkeerpuls te belenmeren, het mogelijk is, dat het gehele paneel gelijktijdig verschuift . Vender wordt erop gewazen, dat de blokkeerpuls voor de IN-plaatsen van het waameemgebied als een vasthoudpuls werkt.
25 'Vcordat de werkelijke schakeling voor het besturen van het paneel wordt besproken, is het van belang, dat eerst een beeld wordt verkregen van het transportinechanisrne voor het inleidgedeelte van het paneel cm te zien op welke wijze de pulsen nd de transportpuls voor elk gedeelte van het scherm op een verschillende wijze worden verwerkt.
30 Een wdspuls E . (golfvorm D) wordt over de even weergeefplaatsen van het onderste gedeelte van het paneel na het begin van de puls X aan-gelegd. De puls E treedt op van het tijdstip t-, tot het tijdstip tg, d.w.z. bij het gelijktijdig beeindigen van de pulsen X en P. Elk van de onderste even paneelweergeefplaatsen, die zich in de IN-toestand bevin-35 den, worden derhalve UIT geschakeld. Diegene, welke UIT zijn, blijven UIT. Hat totale effect is dan, dat de toestanden van alle onderste even weergeefgedeelteplaatsen naar de overeenkanstige overdrachtsplaatsen worden 8203786 - 14 - verschoven. (Bet is mogelijk, dat de puls X een zodanige vorm heeft, dat de even IN-weergeefplaatsen warden gewist, waardoor de ncodzaak tot een af zonderlijke wispuls wordt geelimineerd).
De wispuls E bestaat uit een positieve kolancaxponent Ec (golf-5 vorm C).. De inleidgebiedrijcanponent van de wispuls (golfvarm B) is nul, terwijl de waameemgebiedri jcomponent Er negatief is..De negatieve puls is nodig cm ervoor te zorgen, dat de wispuls de XN-plaatsen in het weergeefgebied niet dooft.
De zelfverschuivingsmethode geschiedt ter illustratie in twee 10 stappen. Indien de excitatiepuls X bijvoorbeeld wordt aangelegd aan de oneven weergeefplaats D5/ fig. 18/ op hetzelfde moment, dat de puls wordt aangelegd aan de even weergeefplaats D6, zou een lading uit de eerstge-ncende plaats naar de overdrachtsplaats T6 worden getransporteerd, waardoor deze overdrachtsplaats naar de IN-toestand zou worden cmgeschakeld 15 zelfs ofschoon de bijbehorende weergeefplaats D6 UIT is. Een verschui-ving van de toestanden van de oneven en even weergeefplaatsen op ver-schillende tijdstippen sluit dit z.g. terugschuifverschijnsel uit. Dit proces met twee stappen vereist vier fazen voor het voltooien daarvan.
Teneinde een juiste working te verzekeren, zijn pulsen, welke 20 verschillen van die welke boven zijn besproken, nodig. De redenen voor deze andere pulsen en hun relatie is volledig besproken in de bovenge-noende Amerikaanse octrooiaanvrage.
Bij een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding is gebleken, dat de periode tussen de pulsen E en SW (d.w.z. vanaf het eind van de eerste puls 25 tot het begin van de laatste puls) 1,2 yus bedraagt; tussen de puls SW en NS 0/5 yus; tussen de pulsen PS en NS 15,0 yus tijdens verschuivings-perioden en 5,0 yus tijdens niet-verschuivingsperioden. De periode tussen het eind van de puls BL en het begin van de puls X is groter dan 1 yUs. De breedte van de puls BL is 5 ms, terwijl de waarde daarvan 100 V 30 bedraagt.
Er wordt op gewezen, dat de SW- en NS-pulsen niet behoeven te zijn gescheiden, waardoor de opheffingspuls NW wordt vermeden. In deze situa-tie kan de puls SW worden verlengd cm de puls NS te anvatten.
INTRQDUCTIE VAN IN-ELAATSEN
35 Nieuwe informatie wordt in het paneel geintroduceerd door plaat- sen in een registratiekolcm, hier de kolcm, bepaald door de geleider A2, selectief te bekrachtigen. Op het In fig. 9 aangegeven tijdstip, zijn 8203786 - 15 .- drie plaatsen (901, 902, 903) van de letter "S" in de registratiekolan A2 geregistreerd. Bij de hier beschouwde illustratieve uitvoeringsvorm vindt de bekrachtiging van gekozen plaatsen in de registratiekolom plaats door de gebruikelijke reglstratiepuls CW op een halve-kiesbasis 5 aan de plaatsen toe te voeren, welke men in de IN-toestand wenst cm te scbakelen. Puls CW kan een breedte van 3,01 ^usec en een amplitude van 160 V hebben, gelijkelijk verdeeld tussen de rij- en kolanccnponenten CWr en CWa (waaxbij de tampering van deze pulsen is aangegeven in fig. 22).
Het is te verwachten, dat pulsen, overeerikcmende met die, weerge-10 geven in fig, 5 en 6, golfvormen B-J, kunnen warden gebruikt cm de IN-toestand van de paraatplaatsenr d.w.z. de plaatsen in de kolcm, bepaald door de geleider Al, "in te schuiven" near gekozen plaatsen in de regis-tratiekolcm A2. De breedte· en waardeparameters van dergelijke inschuif-pulsen dienen zodanig te warden ingesteld, dat rekening wordt gehouden 15 met de bepaalde karakteristieken, bijvoorbeeld de grotere dan normale wandspanning van de paraatplaatsen. Bovendien dient elke plaats in de re-gistratiekolcm, welke tijdens het "inschuiven" UIT moet blijven (in fig.
9, de plaatsen in de rijen R2, R8, R10 en R12) op de bijbehorende rij-geleider eenrgeschikt ophefsignaal ontvangen cm een inschuiven van de IN-20 toestand van de naastgelegen paraatplaats uit te sluiten.
De tempeerdiagrairmen volgens fig. 22 en 23 tonen de volgorde van pulsen, die aan de kolcmgeleider Cl - C512 vcor laterale en opwaartse verschuiving warden toegevoegd. De pulsredcs, toegevoerd aan de geleider A2, is bepalend voor die geleider. Van de resterende geleiders ontvangt 25 elke vierde geleider dezelfde pulsen. Derhalve warden, als aangegeven in fig. 1, de kolamgeleiders Cl - C512 cp een geschikte wijze beschouwd als te zijn gerangschikt in vier doorschoten groepen. De geleiders Cl, C5 enz zijn aangeduid als groep 0^V. De geleiders C2, C6 enz zijn aangeduid als groep φ^Ι. De geleiders C3, C7 enz zijn aangeduid als groep jz^V. De 30 geleiders C4, C8 enz zijn aangeduid als de groep 0^V. Elke horizontale lijningang van het tenpeerdiagram (fig. 22 en 23) stelt de pulsen voor, die aan de verschillende geleidergroepen warden toegevoerd gedurende elke van acht cpeenvolgende schuifintervallen a - h. Met schuifinterval wordt bedoeld de periode gedurende welke de toestanden van het ene of het an-35 dere stel weergeefplaatsen (even of oneven) naar de bijbehorende respec-tieve overdrachtsplaatsen worden verschoven - overeenkcmende met e§n stap van het bovenbeschreven schuifproces met twee stappen. (Ofschoon de puls 8203786 - 16 - CW is aangegeven als toegevoerd aan de geleider A2 tijdens de intervallen bene, wordt de puls in werkelijkheid aan de geleider A2 Sen vasthoud-periode nadat de andere geleiders de bijbehorende respectieve pulsen ge-durende deze intervallen ontvangen, toegevoerd).
5 Van de geleiders in de groepen jz^V, φ£Γ, φ^ί en φ^ wordt aange- narvsn, dat deze initieel overeenkomen met respectievelijk de oneven weergeef-, oneven overdrachts-, even weergeef- en even overdrachtsweer-geefbeeldkolaimen. Na het verstrijken van twee schuifintervallen, bevinden de weergeefplaatsen zich op naastgelegen overdrachtsplaatsen en worden de 10 overdrachtsplaatsen de nieuwe weergeefplaatsen. Derhalve worden de φ^ν, φ^ί, rfv en sz^V-gel eiders de geleiders, welke resp. overeenkomen met de oneven weergeef-, oneven overdrachts-, even weergeef- en even over-drachtsweergeefbeeldkolaimen. Aangezien de geleiders van elke groep achtereenvolgens moeten overeenkomen met elk van de vier typen weerge-15 geven beeldkolcmmen, herhaalt· het patroon van pulsen, toegevoerd aan elke geleidergroep, zich. na vier volledige verschuivingen over een kolan naar links, d.w.z. acht verschuivingsintervallen.
De tempserdiagrairmen volgens fig. 22 en 23 tonen ook de reeks pulsen, aangelegd aan de rijgeleiders R1 - R511 en aan de rijgeleiders 20 SRI - SR12. Elke vierde van deze rijgeleiders ontvangt dezelfde puls. Derhalve behoren de rijgeleiders Rl, R5 enz tot de groep φ^ R. De rijgeleiders R2, R6 enz behoren tot de groep φ^R. De rijgeleiders R3, R7 enz behoren tot de groep De rijgeleiders R4, R8 enz behoren tot de groep 0^R. In het inleidgebied van het paneel wordt cm redenen, welke 25 hiema meer gedetailleerd zullen worden besproken, dit patroon gewijzigd. De rijgeleiders SRI, SR5, SR9 en SR13 bevinden zich in groep 0^R, terwijl de rijgeleiders SR3, SR7 en SR11 zich in de groep φ^. bevinden. De rijgeleiders SR2, SR6, SR10 en SR14 worden bestuurd door of de groep φ^Β. , of door de aandrijfdeccdeerinrichting 102, die met informatie uit de in-30 formatiebuffer 101 werkt. De rijgeleiders SR4, SR8 en SR12 worden bestuurd door of de groep φ^R, of door de aandrijfdecodeerinrichting 103, welke met informatie uit de inforraatiebuffer 101 werkt.
De fig. 9-14 tonen-de vorming van een "S", gevolgd door de vor-ming van een "P", waarbij de beide in later ale richting naar links worden 35 verschoven en direkt onder de eerder verschafte "A", "B", "C" en "D" wor- -den gepositioneerd. Het is natuurlijk duidelijk, dat een dergelijke centrering niet ncdig is en dat de informatie, die aan het inleidgebied wordt geleverd, naar elke willekeurige positie in het inleidgebied kan worden verschoven. Wanneer de IN-plaatsen eenmaal op de gewenste wijze 8203786 - 17 - zijn geposltioneerd, worden zij naar boven verschoven, als aangegeven in fig. 15 - 17. Deze verschuiving naar boven geschiedt order gebruik van de eerder besprcken vier-fazemethode net het verschil, dat de rij-geleiders voor de transportpulsen sequentieel worden gebruikt. De 5 reeks pulsen voor deze werking is aangegeven in fig. 23 en de golfvormen vindt men in fig. 7.
Uit fig. 14 en 15 blijkt, dat voor e&i faze de IN-plaatsen van het inleidgebied zidh vanuit de even rijen naar de oneven rijen naar boven bewegen, terwijl de IN-plaatsen van het waarneemgebied constant 10 blijven. Bij de daarqpvolgende fazen, als aangegeven in fig. 15 - 17/ bewegen alle IN-plaatsen in zowel de inleid- als waameemgebieden zich tezamen naar boven. Bet doel van deze werking (dat later zal worden be-sproken) is het gevolg van een iiitvoeringsvorm, waarbij vcordeel wordt getrckken van de wisselende aard van de weergeefpatronen. Er wordt op 15 dit manent slechts cp gewezen, dat voor de verschuiving naar boven de IN-plaatsen in het inleidgebied zich bij de even rijen bevinden, terwijl de IN-plaatsen in het waarneemgebied zich bij de oneven rijen bevinden.
Hians wordt meer in het bijzonder verwezen naar het weergeef-stelsel volgens fig. 1. Naast het weergeefpaneel 100 anvat het stelsel 20 een tenpeerketen 111, een infonnatiebuffer 101, rij- en kolcravasthoud-aandrijfinrichtingen BSD en CSD, opwaartse verschuivingsrij-aandrijf-inrichtingen 01H - 04H, de kolon-A2-aandrijfinrichting A2D, de paraat-aandrijfinriditing KAD, de kolcmsdiuifaandrijfinrichtingen 01V - 04V aan de richtdiode, d.w.z. de QF-poorten SD. De bovengenoemde aandrijf-25 inridhtingen kunnen alle overeenkanen met het type, dat bijvoorbeeld is beschreven in het Amarikaanse octrcoischrift 3.754.230. De informatie-buffer DB kan overeenkanen met die, welke bijvoorbeeld is aangegeven in fig. 9-10 van het Amarikaanse octrooischrift 3.292.156. De tempeer-keten 111 kan van het algemene type zijn, beschreven in het Amerikaan-30 se octrooischrift 4.104.626.
De uitgangssignalen van de tanpeerketen 111 zijn beschreven in de bovengenoemde Amarikaanse octrcoiaanvrage .
Beginnende met kolcm Cl ontvangt elke vierde kolcm van het paneel 100 dezelfde pulsreeks, zoals reeds is aangegeven. Meer in het bij-35 zonder wekt de tenpeerketen 111 in de kabel 01T logische-niveausignalen op, die de tijdstippen bepalen gedurende elk blok van acht verschui-vingsintervallen, waarin pulsen Cc en Nc en de kolcmcaiponenten van de 8203786 - 18 - pulsen X, B, P, SW en NW via de bijfcehorende poorten SD aan de kolange-leiders Cl, C5 enz rnoeten worden toegevoerd. De geleiders C2, C6 enz ontvangen op een soortgelijke wij ze het uitgangssignaal van de aandrijf-inrichting 02V, terwijl de geleiders C3, C7 enz het uitgangssignaal van 5 de aandrij finrichting 03V ontvangen en de geleiders C4, C8 enz het uitgangssignaal van de aandrijfinrichting 04V ontvangen. De signalen, welke worden ontvangen, en de pulsen, die door de aandrijfinrichtingen 02V, 03V en 04V worden opgewekt, zijn dezelfde als die van de aandrijfin-richting 01V, doch zij zijn over twee verschuivingsintervallen ten op-10 zichte van het voorafgaande signaal ventraagd. Cm dit te bereiken worden geschikte tempeersignalen voor de pulsen Cc en Nc en voor de kolaicanpo-nenten van de pulsen X, B, P, SW en NW via de kabel 02T aan de aandrijf inrichting 02V toegevoerd.
Op een soortgelijke wijze ontvangt de geleider A2 de puls Cc en 15 de kolcmccinponenten van de pulsen CW, X en B uit de aandrijfinrichting A2D. Laatstgenoemde reageert op zijn beurt op logische-niveausignalen 'via de kabel A2T.
De oneven genummerde rijgeleiders Rl, R5, enz ontvangen rijccra-ponenten Rr en SWr uit de rij-aandrijfinrichtingen 01H, terwijl de rij-20 geleiders R3, R7 enz rij componenten Rr en SWr uit de rij-aandri jfinrichtingen 03H ontvangen. De aandrijfinrichtingen 01H en 03H wekken deze . componenten in responsie op logische-niveausignalen op de kabels 01ΊΗ en. 03ΊΗ op. De tempeersignalen op deze kabel bepalen de tijdgleuven voor de positieve en negatieve gedeelten van de rijcomponent Rr. De tempeersig-25 nalen bepalen ook de tijdgleuf voor de rijconponent van de puls SW (en derhalve van de puls NW).
In fig. 1 is expliciet een aftakgeleider CWO van de kabel C2T aangegeven. Deze geleider voert een signaal gedurende de tijdgleuf, waarin de gebruikelijke registratiepuls CW aan de gewenste plaatsen in 30 de door de geleider A2 bepaalde kolcm iroet worden toegevoerd. De geleider CWO strekt zich uit naar de informatiebuffer 101, welke een aantal logische-niveau-uitgangsgeleiders 109 en 110 onvat. De uitgangen van de informatiebuffer 101 zijn verbonden met aandrijfdecodeerinrichtingen 102 en 103. De aandri jfdecodeerinrichtingen 102 en 103 werken als rij-35 aandri jfinrichtingen,~ welke voorzien in een isolatie tussen de rijen, terwijl zij het tevens mogelijk maken, dat de bijbehorende rijen door een enkel signaal warden bestuurd. Zo wordt bijvoorbeeld een aan de in- 8203786 t -19- gangsgeleider 02R tcegevoerd signaal aan alle rijgeleiders SR2, SR6, SR10 en SR14 toegevoerd, terwijl ingangssignalen naar de kabel 109 slechts warden toegevoerd aan de door het ingangssignaal bepaalde, geschikte . rijgeleider.
5 De infarmatiebuffer 101 levert in responsie op het signaal op de geleider CM3 logische-niveau "len” op individuele uitgangsgeleiders van de uitgangsgeleiders daarvan overeenkomstig het UIT- en IN-patroon, dat in de registratiekolcan, d.w.z. in de door de geleider A2 bepaalde ko-lom moet worden gepresenteerd. De aandr i j fdecodeerinrichting voert in 10 responsie op de ontvangst van een "1" de halve-kiesrij component CWr van de puls CW aan de juiste rijgeleider toe. Aangezien slechts de kolon A2 de halve-kieskolcmccmponent CWo ontvangt, zijn de enige plaatsen, die door de halve-kiesrijcorrponent CWr worden beinvloed, die plaatsen in de registratiekolon, die moeten warden IN geschakeld.·' .
15 De keten 111 levert steeds de bovenbeschreven tempeersignalen op de kabel SUS tijdens niet-verschuivingsperioden teneinde continu het vasthoudsignaal op te wekken, dat nodig is on walke plaatsen, welke zich gelijktijdig in de IN-toestand bevinden, in die toestand te houden. Tege-lijkertijd ontvangt de infornatiebuffer 101 over de geleider 260 nieuwe 20 informatie, die naar het paneel meet worden verschoven. De geleider 260 kan zich bijvoorbeeld uit digitaal rekentuig of een andere informatie-processor uitstrekken.
Wanneer de verschuiving moet beginnen levert de buffer 101 een logische-niveau "1" aan de tatpeerketen 111 via de geleider 261. Laatst-25 genoemde begirt in responsie daarop de reeks logische-niveausignalen op te wekken, welke nodig zijn voor het opwekken van de pulsreeks volgens fig. 22. Wanneer de buffer leeg is, keert het signaal op de geleider 261 terug naar "nul". De keten 111 blijft in de verscdiuivingsmodus bij het daama optredende verschuivingsinterval d of h en keert vervolgens naar 30 de zuivere vasthoudiredus terug. Daama zal informatie, die in het in-leidgebied van het paneel 100 is cpgeslagen, worden vastgehouden tenzij zij wordt verwijderd.
De verschuiving naar boven van de in het inleidgebied van het paneel 100 opgeslagen informatie kan automatisch beginnen aan het eind van 35 het verschuivingsinterval onder besturing van de tarpeerketen 111 df kan zich naar boven bewegen onder bestuur van informatie, die via de informa-tiebuffer 101 aan de geleider 262 wordt toegevoerd. Deze informatie kan 8203786 * 20 - een eenvoudig commando zijn, cm de weergave naar boven over een vast be-drag te bewegen 6f de informatie kan specificeren hoeveel fazen naar boven het visuele beeld meet worden bewogen.
Uit het bovenstaande blijkt, dat voor een juiste laterale en qp-5 waartse verschuiving aan twee verschillende kriteria moet worden voldaan. Voor een verschuiving naar boven is het nodig, dat alle vier geleiders met elkaar worden verbonden aangezien de fazen zich continu herhalen. In de waameemsectie van het paneel biedt dit geen moeilijkheden. In het inleidgebied moeten de individuele rijen evenwel worden geisoleerd, op-10 dat IN-plaatsen bij elke rij kunnen worden gevormd. Indien derhalve alle vier rijen elektrisch met elkaar werden verbonden (zoals nodig is voor een transport naar boven), dan zou een poging cm een IN-plaats (bijvoor-beeld rij SR2) in.te schakelen, leiden tot IN-plaatsen bij de rijen SR6, SR10 en SR14. Dit probleem wordt bij een bepaalde uitvoeringsvorm opge-15 lost door de signalen voor het vormen van IN-plaatsen te laten zweven op de fazesignalen onder gebruik van aandrijfdecodeerinrichtingen 102 en 103, welke kunnen bestaan uit Texas Instrument decodeerinrichtingen No SN75501A.
Het is vender onderkend, dat het aantal aandri j finrichtingen en 20 de besturingsschakelingen sterk kunnen. worden gereduceerd door voordeel te trekken van het feit, dat IN-plaatsen voor een goede visuele presentable bij afwisselende rijen en afwisselende kolormen worden gevormd. Zoals uit fig. 14 blijkt, worden de letters in het bovenste of visuele gebied van het paneel weergegeven bij oneven rijen, terwijl de informa-25 tie, welke aanwezig is in het onderste of inleidgebied, zich bij even rijen bevindt. Onder gebruik van deze methcde behoeft de onderdrukkings-puls, welke wordt toegevoerd cm een lateraal transport van de IN-plaatsen van het waameemgebied te beletten, slechts aan de oneven rijen van het waameemgebied te worden toegevoerd. Derhalve moeten slechts de kabels 30 01TH en 03TH deze pulsen voeren, welke, als aangegeven in fig. 1, zich uitstrekken naar elke vierde rijgeleider van het paneel 100, inclusief de oneven-rij-inleidgebiedgeleiders SRI, SR3, SR5, SR7, SR9. SR11 en SR13 van het inleidgebied. Aangezien IN-plaatsen door constructie niet bij de oneven rijen van het inleidgebied zijn gelegen, is het feit, dat 35 deze rijen de onderdrukkingspuls bevatten, van geen belang.
Volgens dezelfde conventie is er, aangezien de IN-plaatsen van het waameemgebied zich slechts bij de oneven rijen bevinden, geen noodzaak 8203786 -21- cnt de onderdrukkingspuls bij de even rijen te verschaffen en derhalve voeren de kabels ¢2ΓΗ en 04TH de onderdrukkingspuls niet. Derhalve kunnen deze kabels signalen aan de rijen van het inleidgebied warden toe-gevoerd iidien op een adekwate wijze wordt gezorgd voor een isolatie, 5 zoals boven reeds is besproken.
Voor een verschuiving naar boven is het, aangezien de IN-plaatssen van het inleidgebied zich bij de even rijen bevinden en de IN-plaatsen van het waameengebied zich bij de oneven rijen bevinden,. van belang reeds te beginnen bij het interval c (fig. 22), dat bij het eind van 10 het interval d dient an de infonratie van het inleidgebied· over een lijn naar boven te bewegen, d.w.z. naar even rijen, wanneer zij zich in het waameengebied bevinden. Gedurende dit interval wordt de inforrnatie in het waameengebied stationalr gehouden. Eeginnende bij het interval Φ wordt alle weergeef inforrnatie (inleidgebied en waameengebied) naar 15 boven bewogen. Dit is aangegeven in fig. 15.
Bij volgende fazen beweegt alle inforrnatie, zowel vanuit de boven-ste als onderste gebieden zich gelijktijdig, als aangegeven in de fig.
16 en 17. Het is duidelijk, dat indien het gewenst is het gehele stel-sel van IN-plaatsen lateraal te bewegen, dit op een eenvoudige wijze 20 kan geschieden door de onderdrukkingspuls van de kabels 01TH en 03TH te verwijderen.
Bet is duidelijk, dat de bovenbesproken bepaalde uitvoeringsvorm volgens de uitvinding slechts illustratief is. Zo kunnen bijvcorbeeld andere inleidgebieden hetzij buiten het visuele gebied, hetzij binnen 25 het visuele gebied warden toegepast en kunnen beelden pp vele plaatsen zelfs tussen de regels van het waameengebied warden gevormd of opge-slagen.
820 3 786-

Claims (10)

1. Schakeling ten gebruike bij een wisselstrocm-plasmapaneel met gasontladingsplaatsen, welke zijn verdeeld over eUcaar snijdende rijen en kolanmen en waarbij het paneel tenminste een waameemgebied en tenminste een inleidgebied vormt, welke schakeling is voorzien van eerste organen 5 cm IN-plaatsontladingen in laterale richting op het paneel te transporter en onder gebruik van een methode, waarbij een excitatiepuls aan alle plaatsen van een bepaalde kolcm wordt toegevoerd tengevolge waarvan een ladingswolk in de buurt van de door de kolcm bepaalde IN-plaatsen wordt verschaft en waarbij een· inleidpuls aan een naastgelegen kolcm 10 wordt toegevoerd, waarbij de pulsen zodanig zijn, dat ladingsdragers vanuit de IN-plaatsen van de bepaalde kolcm naar een nieuw gevonrde IN-plaats van een naastgelegen kolcm wordt getransporteerd gekenmerkt door tweede organen voor het opwekken van een onderdrukkingspuls bij gekozen plaatsen teneinde het ladingsdragertransport naar de gekozen plaatsen 15 te beletten.
2. Schakeling volgens conclusie 1 met het kenmerk, dat de onderdrukkingspuls wordt toegevoerd via een rijgeleider, die de bepaalde kolcmgeleider snijdt.
3. Schakeling volgens conclusie 1 met het kenmerk, dat de onder- 20 drukkingspuls tenminste een microsec v65r de excitatiepuls wordt toegevoerd.
4. Schakeling volgens conclusie 1 met het kenmerk, dat de onderdrukkingspuls een spanningspolariteit heeft, die de ladingsdragers qp de IN-plaatsen. van het waameemgebied onkeert.
5. Schakeling volgens conclusie 1 gekenmerkt door organen cm in het inleidgebied selectieve patronen van IN-plaatsen tot stand te brengen.
6. Schakeling volgens conclusie 3 gekenmerkt door derde organen cm IN-plaatsontladingen in vertikale richting over het paneel te transpor-teren onder gebruik van een methode, waarbij een excitatiepuls aan alle 30 plaatsen van een bepaalde rij wordt toegevoerd tengevolge waarvan in de buurt van de door deze rij bepaalde IN-plaatsen een ladingswolk wordt gevormd en waarbij een inleidpuls aan een naastgelegen rij wordt toegevoerd, waarbij de pulsen zodanig zijn, dat ladingsdragers vanuit de IN-plaatsen van de bepaalde rij naar nieuw gevormde IN-plaatsen van de 35 naastgelegen rij worden getransporteerd.
7. Schakeling volgens conclusie 6 met het kenmerk, dat de eerste 8203786 , - 23 - organen zijn voorzien van vierde organen an alle vierde kolangeleiders met elkaar te verbinden en fazepulsen gelijktijdig aan elk stel van ge-groepeerde geleiders toe te voeren, terwijl derde organen zijn voorzien van vijfde organen an alle vier rijgeleiders met elkaar te verbinden en 5 fazepulsen gelijktijdig aan elk stel van gegroepeerde geleiders toe te voeren, terwijl vijfde organen zijn voorzien van zesde organen om af-wisselende rijen van hat inleidgebied ten opzichte van elkaar te isole-ren.
8. Schakeling volgens conclusie 1 gekenmerkt door organen an in het 10 inleidgebied selectieve patronen van IN-plaatsen tot stand te brengen.
9. Schakeling volgens conclusie 8 met het kenmerk, dat het selectieve patroon van IN-plaatsen tot stand wordt gebracht bij de plaatsen, die bij de afwisselende rijen van het inleidgebied zijn gevormd.
10. Schakeling volgens conclusie 9 met het kenmerk, dat afwisselende 15 rijen van het inleidgebied even rijen zijn en waarbij de derde organen dienen on gevonrde IN-plaatsen bij even rijen van het. inleidgebied in vertikale richting naar oneven rijen in het waameemgebied te transporter en. 8203786
NL8203786A 1981-09-30 1982-09-29 Schakeling voor het selectief verschuiven van een wisselstroomplasmapaneel. NL8203786A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US06/307,169 US4429256A (en) 1981-09-30 1981-09-30 Selective shifting ac plasma panel
US30716981 1981-09-30

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8203786A true NL8203786A (nl) 1983-04-18

Family

ID=23188551

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8203786A NL8203786A (nl) 1981-09-30 1982-09-29 Schakeling voor het selectief verschuiven van een wisselstroomplasmapaneel.

Country Status (8)

Country Link
US (1) US4429256A (nl)
JP (1) JPS5886593A (nl)
BE (1) BE894508A (nl)
CA (1) CA1207094A (nl)
DE (1) DE3236022A1 (nl)
FR (1) FR2513788A1 (nl)
GB (1) GB2106692B (nl)
NL (1) NL8203786A (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4841200A (en) * 1986-04-10 1989-06-20 Tektronix, Inc. Circuit for driving a multiple-element display
US5162701A (en) * 1989-04-26 1992-11-10 Nec Corporation Plasma display and method of driving the same
JP3259681B2 (ja) * 1998-04-14 2002-02-25 日本電気株式会社 交流放電型プラズマディスプレイパネル及びその駆動方法

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS5431651B2 (nl) * 1972-06-22 1979-10-08
US4104626A (en) * 1977-02-09 1978-08-01 Bell Telephone Laboratories, Incorporated Arrangement utilizing the mechanism of charge spreading to provide an ac plasma panel with shifting capability
JPS5489563A (en) * 1977-12-27 1979-07-16 Fujitsu Ltd Self shift type gas discharge panel and its drive system
US4328489A (en) * 1980-01-07 1982-05-04 Bell Telephone Laboratories, Incorporated Self-shift ac plasma panel using transport of charge cloud charge

Also Published As

Publication number Publication date
GB2106692B (en) 1985-09-18
GB2106692A (en) 1983-04-13
CA1207094A (en) 1986-07-02
JPS5886593A (ja) 1983-05-24
BE894508A (fr) 1983-01-17
US4429256A (en) 1984-01-31
FR2513788A1 (fr) 1983-04-01
DE3236022A1 (de) 1983-04-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0157248B1 (en) Method for driving a gas discharge panel
US5977961A (en) Method and apparatus for amplitude band enabled addressing arrayed elements
US10665148B2 (en) Display apparatus and method of driving display panel using the same
JPH1165518A (ja) 放電表示パネルの駆動方法
US4328489A (en) Self-shift ac plasma panel using transport of charge cloud charge
WO2000060567A9 (en) Method and apparatus for selective enabling of display elements, specially for arrangements with image signal propagation along a display conductor with tap points
KR100761822B1 (ko) 플라즈마 디스플레이 패널에서의 수직 누화의 억제
NL8203786A (nl) Schakeling voor het selectief verschuiven van een wisselstroomplasmapaneel.
US4839563A (en) Pulse burst panel drive for electroluminescent displays
JP2687684B2 (ja) プラズマディスプレイパネルの駆動方法
US4430601A (en) Selective shifting AC plasma panel
EP1477958A2 (en) Method for driving a plasma display by matrix triggering of the sustain discharges
US4104626A (en) Arrangement utilizing the mechanism of charge spreading to provide an ac plasma panel with shifting capability
US20050140592A1 (en) Supply and drive means for a plasma panel using transformers
EP0266462A1 (en) Independent sustain and address plasma display panel
US4114069A (en) Method and apparatus for driving a gas-discharge display panel
US5764211A (en) Apparatus and method for applying pre-pulses to row selection electrodes in a liquid crystal device to prevent patterning dependence of switching behaviour
US4283660A (en) Multiline charge transfer panel input and hold system
US4242680A (en) Multiple data line shift gas panel assembly
JP2548708B2 (ja) 独立的な放電維持動作およびアドレス動作形のプラズマデイスプレイパネル装置
KR100470792B1 (ko) 기입 기간 단축을 위한 플라즈마 디스플레이 패널의 구동방법
JPS63271296A (ja) 薄膜交流型エレクトロルミネツセンス表示パネルの駆動方法

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed