NL8201602A

NL8201602A - CLAMP BRACKET.

Info

Publication number: NL8201602A
Application number: NL8201602A
Authority: NL
Original assignee: Gouda Holland Bv
Priority date: 1982-04-16
Filing date: 1982-04-16
Publication date: 1983-11-16
Also published as: DE3313253A1; BE896452A

Description

-# A-# A

\ VO 3269 Klembeugel\ VO 3269 Clamping bracket

De uitvinding heeft betrekking op een klembeugel voor het losneembaar bevestigen van bijv. een buis tegen een vlakke plaat.The invention relates to a clamping bracket for detachably securing, for example, a tube against a flat plate.

Dergelijke klembeugels vinden o.a. toepassing bij een warmtewisselaar als nader beschreven in de Nederlandse octrooiaanvrage 5 75.13184. De hierin beschreven warmtewisselaar bestaat uit een vlakke warmte-overdrachtsplaat, die in warmte geleidend contact staat met een aantal tegen de plaat met klembeugels vastgeklemde buizen met rechthoekige doorsnede, en welke buizen dienen voor een warmtetrans-porterende vloeistof , waarbij aan de plaat en t.o.v.. de plaat uitste-10 kende penvormige bevestigingselementen voor de klembeugels zijn aangebracht. Teneinde de buizen met een van hun vlakke zijden veerkrachtig tegen de plaat aan te drukken, hebben de klembeugels de vorm van. beugelvormige elementen bestaande uit een U-vormig deel, waarvan de· berten glijdend samenwerken met de loodrecht op de plaat staande wan-15 den van een buis, en uit een op een der vertikale benen van het U- vormige deel aansluitend horizontaal koppeldeel, dat aan een der bevestigingselementen is gekoppeld, en waarbij voorzien is in veerkrachtige voorspanmiddelen, teneinde de buis tussen de plaat en de beugelvormige elementen als gevolg van thermische uitzetting en krimp 20 een beperkte relatieve beweging te laten ondergaan.Such clamping brackets find use, inter alia, with a heat exchanger as further described in Dutch patent application 5 75.13184. The heat exchanger described herein consists of a flat heat transfer plate, which is in heat conducting contact with a number of tubes of rectangular cross section clamped to the plate with clamping brackets, and which tubes serve for a heat transporting liquid, whereby the plate and at the plate-projecting pin-shaped fastening elements for the clamping brackets are provided. In order to resiliently press the tubes with one of their flat sides against the plate, the clamping brackets are in the form of. stirrup-shaped elements consisting of a U-shaped part, the mounts of which slide slidingly together with the walls of a tube perpendicular to the plate, and of a horizontal coupling part connecting to one of the vertical legs of the U-shaped part, which is coupled to one of the fasteners, and resilient biasing means are provided to allow the tube between the plate and the bracket-shaped elements to undergo limited relative movement due to thermal expansion and shrinkage.

Deze bekende klembeugels zijn echter niet optimaal voor het doel waarvoor zij worden gebruikt.However, these known clamping brackets are not optimal for the purpose for which they are used.

Zo heeft de aanwezigheid van het U-vormige deel van een klembeugel het bezwaar dat slechts die buizen kunnen worden vastgeklemd waarvan 25 de buisdoorsnede niet groter is dan de afstand tussen de benen van het U-vormige deel. Voor buizen met een grotere buisdoorsnede dient een andere beugel te worden toegepast. Een en ander houdt-in dat diverse beugelafmetingen in voorraad moeten worden gehouden en dat werkt kostenverhogend.For example, the presence of the U-shaped part of a clamping bracket has the drawback that only those pipes can be clamped, the pipe cross-section of which does not exceed the distance between the legs of the U-shaped part. A different bracket should be used for pipes with a larger pipe diameter. All this means that various bracket sizes must be kept in stock, which increases costs.

30 Een verder ongemak is dat afzonderlijke veerkrachtige voor spanmiddelen worden toegepast teneinde de noodzakelijke relatieve beweging tot stand te brengen tussen de plaat en de daartegen geplaat- 8201602 ,-'ίί -2- \ ste buis, dit om te voorkomen, dat door thermische uitzetting, de buis een druk uitoefent op de plaat en de plaat krom kan trekken zodat een goed. thermisch contact met de buis onmogelijk wordt. Dergelijke afzonderlijke voorspanmiddelen geven weer extra onder-5 delen, bv. in de vorm van een voorspanveer met veeropsluitringen voor het verend koppelen van het beugelelement aan het bevestigingselement.A further inconvenience is that separate resilient biasing means are used to effect the necessary relative movement between the plate and the tube placed against it, this to prevent thermal expansion. , the tube exerts a pressure on the plate and the plate can warp so that a good. thermal contact with the pipe becomes impossible. Such separate biasing means again provide additional parts, for example in the form of a biasing spring with spring retaining rings for resiliently coupling the bracket element to the fastening element.

Een ander bezwaar is dat tussen de penvormige bevestigings-elementen en de buizen een zekere afstand aanwezig is t.b.v. het 10 aanbrengen van de voorspanmiddelen.Another drawback is that there is a certain distance between the pin-shaped fastening elements and the tubes for the purpose of applying the biasing means.

Gebleken is dat door thermische uitzetting van de buis de beugel op zijn penvormig bevestigingselement een van de plaat afgerichte kracht uitoefent, waarbij deze kracht groter wordt naarmate de ingestelde voorspanning van de voorspanmiddelen groter wordt als-15 ook naarmate de afstand van het penvormige element tot de buis groter wordt. Het gevolg is dat de pen de neiging heeft de plaat ter plaatse van het penvormige element krom te trekken. Dit kromtrekken geeft niet alleen een onesthetisch aanblik van de plaat maar zal tevens het contact tussen de plaat en de buis nadelig beïnvloeden en derhal-20 ve de warmteoverdracht tussen de buis en de plaat verminderen. Wordt daarentegen onafhankelijk van de ingestelde voorspanning, de afstand tussen het penvormige element en de buis kleiner, dan neemt de van de plaat afgerichte kracht af en dus ook de neiging tot kromtrekken van de plaat.It has been found that by thermal expansion of the tube, the bracket exerts a force away from the plate on its pin-shaped fastening element, this force increasing as the pre-tension of the biasing means adjusted increases as well as as the distance from the pin-shaped element to the tube gets bigger. As a result, the pin tends to warp the plate at the pin-shaped element. This warping not only gives an aesthetic appearance of the plate but will also adversely affect the contact between the plate and the tube and therefore reduce the heat transfer between the tube and the plate. On the other hand, if the distance between the pin-shaped element and the tube becomes smaller, independent of the pre-tension set, the force directed away from the plate decreases and, therefore, the tendency to warp the plate.

25 Het doel. van de uitvinding is te voorzien in een geschikte klembeugel die genoemde bezwaren in hoofdzaak ondervangt.25 The goal. of the invention is to provide a suitable clamping bracket which substantially obviates said drawbacks.

Het doel wordt bereikt doordat volgens de uitvinding de klembeugel bestaat uit een langwerpig gebogen bladveer van verenstaal en voorzien is van tenminste een uitsparing voor de bevesti- 30 ging aan het bevestigingselement met de voorspanmiddelen.The object is achieved in that according to the invention the clamping bracket consists of an elongated curved spring steel leaf spring and is provided with at least one recess for attachment to the attachment element with the biasing means.

De bladveer is bij voorkeur tussen zijn langsuiteinden symmetrisch t.o.v. zijn dwarsas in een eerste richting gebogen, en is nabij elk van zijn langsuiteinden gebogen in een tweede richting die tegengesteld is aan de eerste richting.Preferably, the leaf spring is bent symmetrically with respect to its transverse axis between its longitudinal ends in a first direction, and is bent near each of its longitudinal ends in a second direction opposite to the first direction.

35 Volgens de uitvinding is de bladveer langs zijn hartlijn het- 8201602 -3- ' zij voorzien van een aantal naast elkaar gelegen afzonderlijke doorboringen , hetzij van. een langsleuf.According to the invention, the leaf spring is provided along its axis with a number of adjacent individual bores, or of. a longitudinal slot.

Daar volgens de uitvinding het bevestigingselement bij voorkeur een pen met schroefdraad is, welke pen kan steken door een der 5 doorboringen of sleuf van een veerbeugel, en waarbij de voorspanmid delen een op de pen te schroeven moer is, kan de veerbeugel onder de gewenste voorspanning de buis tegen de plaat vastklemmen. Deze eenvoudige constructie geeft de mogelijkheid dat de afstand tussen de pen en een buis tot nagenoeg nul gereduceerd wordt en derhalve het 10 kromtrekken van de plaat nagenoeg uitsluit. Het is daarbij duidelijk dat de pen voldoende lang moet worden gekozen en tenminste uitsteekt boven de van de plaat afgekeerde, wand van de buis.Since, according to the invention, the fastening element is preferably a threaded pin, which pin can protrude through one of the holes or slot of a spring bracket, and wherein the pretensioning means is a nut to be screwed onto the pin, the spring bracket can be placed under the desired pretension clamp the pipe against the plate. This simple construction gives the possibility that the distance between the pin and a tube is reduced to almost zero and therefore virtually excludes the warping of the plate. It is clear that the pin must be chosen sufficiently long and at least protrude above the wall of the tube facing away from the plate.

De uitvinding zal onderstaand aan de hand van een uitvoerings- 1.5 voorbeeld en onder verwijzing naar de tekening nader worden toegelicht.The invention will be explained in more detail below with reference to an exemplary embodiment and with reference to the drawing.

Hierin toont:Herein shows:

Fig. 1 een deel. van een doorsnede van een warmtewisselaar langs de lijn I-I van E*ig. 2, waarbij een buis d.m.v. een klembeugel 20 wordt vastgeklemd op een plaat;Fig. 1 part. of a section of a heat exchanger along the line I-I of E * ig. 2, where a tube is dm.v. a clamping bracket 20 is clamped to a plate;

Fig. 2 een achteraanzicht van de warmtewisselaar met een gemonteerde buis met klembeugel;Fig. 2 a rear view of the heat exchanger with a mounted tube with clamping bracket;

Fig. 3 een symmetrische uitvoeringsvorm, van de klembeugel.Fig. 3 a symmetrical embodiment of the clamping bracket.

In Fig. 1 en 2 is een gedeelte van een metalen- warmte-over-25 drachtplaat 1 afgebeeld met een daartegen gelegen verwarmingsbuis 2 voor het warmtetransportmedium, bv. water of lucht. De. buis 2 is rechthoekig van doorsnede en is met een brede wand 3 tegen de plaat 1 vastgeklemd door middel van een metalen klembeugel bestaande uit een langwerpig gebogen bladveer 4 van verehstaal.In FIG. 1 and 2, a portion of a metal heat transfer plate 1 is shown with an opposed heating tube 2 for the heat transport medium, eg water or air. The. tube 2 is rectangular in cross-section and is clamped to the plate 1 with a wide wall 3 by means of a metal clamping bracket consisting of an elongated bent leaf spring 4 made of stainless steel.

30 De bladveer 4 is voorzien van een of meerdere doorboringen 5.The leaf spring 4 is provided with one or more holes 5.

Inplaats van de doorboringen kan een langwerpige sleuf 6 worden toegepast .An elongated slot 6 can be used instead of the bores.

Zoals in Fig. 1 is aangegeven zijn de uiteinden 7 en 8 van de gebogen bladveer. 4 teruggebogen.As shown in Fig. 1, the ends 7 and 8 of the curved leaf spring are shown. 4 bent back.

35 In Fig. 3 is te zien dat de bladveer 4 bij voorkeur symme trisch t.o.v., zijn dwarsas 9 is gebogen.In FIG. 3 it can be seen that the leaf spring 4 is preferably bent symmetrically to its transverse axis 9.

8201602 V' ^ -4- • _ . ...8201602 V '^ -4- • _. ...

Eveneens -is op de plaat 1 een bevestigingselement in de vorm van een pen 10 vastgelast of anderszins daaraan, bevestigd. De pen 10 staat in hoofdzaak loodrecht op de plaat.Also, a fixing element in the form of a pin 10 is welded or otherwise attached to the plate 1. The pin 10 is substantially perpendicular to the plate.

Voor het vastklemmen van een buis 2 op de plaat 1 wordt een 5 doorboring 5 of sleuf 6 vanaf de holle zijde van een bladveer 4 om de pen. 10 geschoven, waarbij een der uiteinden, bv. het uiteinde 7 komt te rusten op de buis 2, terwijl het andere, uiteinde 8 komt te rusten op de plaat. Als gevolg van de symmetrische vorm overeenkomstig de in Fig. 3 aangegeven bladveer is het onverschillig of het 10 uiteinde 7 dan wel 8 op de buis of de plaat komt. te rusten, zodat het aanbrengen van een bladveer zeer eenvoudig is. De bladveer wordt vervolgens onder veerdruk gezet door de voorspanmiddelen in de vorm van een moer 11 die vastgeschroefd wordt op de van schroefdraad voorziene pen 10. De moer 11 kan nog voorzien zijn van niet nader aange-15 geven inkervingen als borg tegen het lostrillen van de' moer.For clamping a tube 2 to the plate 1, a bore 5 or slot 6 is applied from the hollow side of a leaf spring 4 to the pin. 10, one end, e.g. the end 7, comes to rest on the tube 2, while the other, end 8 comes to rest on the plate. Due to the symmetrical shape corresponding to the one shown in FIG. 3, the leaf spring indicated is irrespective of whether the end 7 or 8 ends up on the tube or plate. to rest, so that applying a leaf spring is very easy. The leaf spring is then put under spring pressure by the biasing means in the form of a nut 11, which is screwed onto the threaded pin 10. The nut 11 may still be provided with not-indicated notches as a safeguard against the vibrating of the nut.

Door ervoor te zorgen dat de pen 10 tenminste een boutdikte langer is dan de hoogte vein de toegepaste buizen kan men, zoals in Fig. 1 duidelijk is te zien, de buis 2 tot nagenoeg tegen de pen 10 plaatsen zonder dat dit ten koste gaat van de vastklemkracht van de 20 bladveer.By ensuring that the pin 10 is at least a bolt thickness longer than the height of the tubes used, one can, as shown in FIG. 1 it can clearly be seen that the tube 2 is placed almost against the pin 10 without this detracting from the clamping force of the leaf spring.

De teruggebogen gedeelten nabij de uiteinden 7 en 8 van de bladveer 4 zorgen ervoor dat de bladveer t.o.v. zijn daaronder gelegen vlakken verschuifbaar is. De teruggebogen gedeelten hebben ook ' as “ nog een .'andere belangrijke functie. Zijn de'Uiteinden *7 en 8 nl; niet 25 · teruggebogen dan drukken deze vrij ajuiteinden in het daaronder liggen de materiaal en kunnen derhalve, als gevolg van thermische uitzetting of inkrimping, plotseling verspringen over het daaronder liggende materiaal, waardoor hinderlijke, tikken/of krakende geluiden ontstaan.The bent-back sections near the ends 7 and 8 of the leaf spring 4 ensure that the leaf spring is displaceable relative to its surfaces below. The curved sections also have "axis" another important function. Are the 'ends * 7 and 8 en; not bent backwards, these free ends of ends press into the material beneath them and can therefore, due to thermal expansion or contraction, suddenly jump over the material underneath, causing annoying, ticking and / or cracking sounds.

Verder is het uit Fig. 1 duidelijk dat met één type bladveer buizen met verschillende dwarsdoorsnedèn aan de plaat 1 vastgeklemd kunnen worden.Furthermore, from FIG. 1 it is clear that tubes of different cross-sections can be clamped to the plate 1 with one type of leaf spring.

82016028201602

Claims

1. Clamping bracket - for releasably fixing a tube of a substantially rectangular cross-section against a substantially flat plate / wherein the clamping bracket fixes the tube by means of a fixing element to the plate, and which protrudes from the plate with 5 prestressing means, resiliently press against the plate, characterized in that the clamping bracket consists of an elongated curved spring steel leaf spring (4) and is provided with at least one recess (5; 6) for attachment to the fastening element with the pretensioning members ( 10; 11).

Clamping bracket according to claim 1, characterized in that the leaf spring (4) is substantially symmetrical between its longitudinal ends (7, 8) in a first direction, and near each of its longitudinal ends in a second direction opposite to the first direction is bent.

Clamping bracket according to claims 1 and 2, characterized in that the leaf spring (4) has a number of separate bores (5) positioned side by side along its axis.

Clamping bracket according to claims 1 and 2, characterized in that the recess in the leaf spring (4) is a longitudinal slot (6) located along the center line. 25

Clamping bracket according to claims 1-4, characterized in that the fastening element is a threaded pin (1 (), which pin can protrude through one of the holes (5) or slot (6) of a leaf spring (4), and the biasing means comprise a nut (11) 50 for securing the leaf spring under tension for the pin. &&&&&&&& 8201602