NL8200862A

NL8200862A - SPRING BUFFER.

Info

Publication number: NL8200862A
Application number: NL8200862A
Authority: NL
Original assignee: Rud Ketten Rieger & Dietz
Priority date: 1981-03-24
Filing date: 1982-03-03
Publication date: 1982-10-18
Also published as: ATA88682A; IT8220207A0; IT8221162V0; AT390488B; GB2095366B; DE3112049C2; IT1150342B; BE892545A; GB2095366A; DE3112049A1

Description

1 N.0. 30 893 - 1 -1 N.0. 30 893 - 1 -

Veerbuffer.Spring buffer.

De uitvinding heeft betrekking op een veerbuffer voor vast-houdtouwen voor het bevestigen van voorwerpen, in het bijzonder voor het vastsjorren van voorwerpen op voertuigen, met aan steeds een eind van twee trekankers aangebrachte aansluitdelen voor de 5 vasthoudtouwen en met, bij de van aansluitdelen afkeerde einden van de trekankers aangebrachte, tegen steeds een eind van een druk-veer steunende steunpunten.The invention relates to a spring buffer for retaining ropes for securing objects, in particular for lashing objects on vehicles, with connecting parts for the retaining ropes arranged at one end of two pull anchors and with, at the end of the connecting parts ends of the tensile anchors, which support points always support one end of a compression spring.

Een veerbuffer van de bovengenoemde soort, is uit DE-0S-2855909 bekend. De bekende veerbuffer is in zoverre niet bevre-10 digend, dat de opbouw daarvan zeer gecompliceerd is. De gecompliceerde opbouw wordt niet in de laatste plaats veroorzaakt doordat twee verschillend gevormde, de veer tussen zich insluitende, telescoopachtig,in elkaar grijpende trekankers gebruikt worden.A spring buffer of the above kind is known from DE-0S-2855909. The known spring buffer is not satisfactory in that the construction thereof is very complicated. The complicated construction is not least caused by the use of two differently shaped, the spring between enclosing, telescopic, interlocking tension anchors.

Set doel van de uitvinding is een veerbuffer van het boven-15 genoemde soort te verschaffen, die uit eenvoudige delen bestaat, makkelijk te monteren is en een compacte constructie mogelijk maakt.The object of the invention is to provide a spring buffer of the above-mentioned type, which consists of simple parts, is easy to assemble and allows a compact construction.

Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat de door de binnenkant van de drukveer lopende trekankers uit delen met dezelfde vorm bestaan, die aanslagen voor het begrenzen van de 20 slag voor het beperken van de maximale slag van de drukveer hebben.This object is achieved according to the invention in that the tension anchors passing through the inside of the compression spring consist of parts of the same shape, which have stops for limiting the stroke to limit the maximum stroke of the compression spring.

De veerbuffer volgens de uitvinding heeft het voordeel dat deze op bijzonder economische wijze te vervaardigen is, daar de trekankers dezelfde vorm hebben. Omdat de trekankers van aanslagen voor het begrenzen van de slag voorzien zijn, wordt het gevaar van 25 overbelasting van de drukveer geëlimineerd. Dit is in het bijzonder dan van voordeel, als de drukveer in een rubber- of kunststofom-hulsel ingebed is.The spring buffer according to the invention has the advantage that it can be manufactured in a particularly economical manner, since the tension anchors have the same shape. Since the tension anchors are provided with stops for limiting the stroke, the danger of overloading the compression spring is eliminated. This is particularly advantageous if the compression spring is embedded in a rubber or plastic casing.

Yerdere bijzonderheden en kenmerken van de uitvinding blijken uit de volgconclusies en de volgende beschrijving van verschillende 30 uitvoeringsvoorbeelden. Daarbij tonen:Further details and features of the invention are apparent from the subclaims and the following description of various exemplary embodiments. Show:

Eig. 1 een eerste veerbuffer tijdens de montage; fig. 2 een doorsnede langs de lijn II-II in fig. 1; fig. 3 een doorsnede door de afgemonteerde veerbuffer; fig. 4 een doorsnede door de over 90° gedraaide, afgemonteerde 35 veerbuffer volgens fig. 3; fig. 5 een met fig. 3 overeenkomende doorsnede door de veer- 8200862 f ? - 2 -t buffer in de aanslag stand; fig. 6 een gewijzigde veerbuffer in de montagestand; fig. 7 een doorsnede langs de lijn 7II-VII in fig. 6; fig. 8 de gemonteerde veerbuffer volgens fig. 6 en 7; 5 fig. 9 doorsnede van de veerbuffer volgens fig. 8, en wel in een ten opzichte van fig. 8 over 90° gedraaide stand; fig. 10 de veerbuffer volgens fig. 6 - 9 in de aanslagstand; fig. 11 een andere veerbuffer tijdens de montage; fig. 12 de veerbuffer volgens fig. 11 tijdens de montage in 10 een tweede montagestadium; fig. 13 een bovenaanzicht van de veerbuffer volgens fig. 12; fig. 14 de veerbuffer volgens fig. 11 - 13 in een ander montagestadium; fig. 15 een met fig. 13 overeenkomend bovenaanzicht van de 15 veerbuffer in het, in fig. 14 afgebeelde, montagestadium; fig. 16 de gemonteerde veerbuffer in de ruststand; fig. 17 de veerbuffer volgens fig. 16 in de aanslagstand en fig. 18 voor beter begrip, een perspectivische afbeelding van de trekankers van de veerbuffers volgens fig. 11 - 17 niet wegge-20 laten veer.Owner. 1 a first spring buffer during assembly; fig. 2 shows a section along the line II-II in fig. 1; fig. 3 shows a section through the assembled spring buffer; Fig. 4 is a cross-section through the assembled spring buffer according to Fig. 3, rotated through 90 °; Fig. 5 shows a cross-section corresponding to Fig. 3 through the spring 8200862 f? - 2 -t buffer in the stop position; Fig. 6 shows a modified spring buffer in the mounting position; Fig. 7 is a section along line 7II-VII in Fig. 6; Fig. 8 shows the mounted spring buffer according to Figs. 6 and 7; Fig. 9 shows a cross-section of the spring buffer according to Fig. 8, in a position rotated through 90 ° relative to Fig. 8; Fig. 10 shows the spring buffer according to Figs. 6-9 in the stop position; Fig. 11 shows another spring buffer during assembly; Fig. 12 shows the spring buffer according to Fig. 11 during the mounting in a second mounting stage; fig. 13 is a top view of the spring buffer according to fig. 12; Fig. 14 shows the spring buffer according to Figs. 11-13 in a different mounting stage; Fig. 15 shows a top view corresponding with Fig. 13 of the spring buffer in the mounting stage shown in Fig. 14; Fig. 16 shows the mounted spring buffer in the rest position; Fig. 17 shows the spring buffer according to Fig. 16 in the stop position and Fig. 18, for better understanding, a perspective view of the tension anchors of the spring buffers according to Figs. 11-17, spring not left out.

In de fig. 1 - 5 is 1 een als schroefveer gevormde drukveer, die in een omhulsel 2 uit rubber of een elastische kunststof met overeenkomstige elastische eigenschappen als rubber, ingebed is.In Figs. 1 - 5 1 is a compression spring formed as a coil spring, which is embedded in a casing 2 of rubber or an elastic plastic with corresponding elastic properties such as rubber.

De door de drukveer 1 en het omhulsel 2 gevormde cilinder omsluit 25 delen van twee trekankers 3> die dezelfde vorm hebben en uit smeed-stukken bestaan. Elk van de trekankers 3 is van paarsgewijs aangebrachte aanslagen voor het begrenzen van de slag 4 voorzien, die voor de beperking van de maximale slag van de drukveer 1 dienen.The cylinder formed by the compression spring 1 and the casing 2 encloses parts of two tension anchors 3> of the same shape and consisting of forgings. Each of the tension anchors 3 is provided with stops arranged in pairs for limiting the stroke 4, which serve to limit the maximum stroke of the compression spring 1.

De aanslagen voor het begrenzen van de slag worden door uitsteeksels 30 van een vlak deel van de trekankers 3 gevormd. Bij de tegenover elkaar liggende einden zijn de trekankers steeds van een aansluit-deel 5 en een dwarsjuk 6 voorzien. 7 zijn dwarsdelen, die steunpunten voor de drukveer 1 vormen en in hoofdzaak de vorm van schijven hebben, welke insnapfleuven 8 voor steeds een dwarsjuk en 35 een inbrengsleuf 9 voor de trekankers hebben. Om de dwarsdelen 7 in de bedrijfsstand te brengen, wordt de drukveer tijdens de montage met behulp van stempels 10 van een montageinrichting samengedrukt. Zodra de dwarsdelen in de in fig. 1 en 2 afgebeelde stand gebracht zijn, kunnen de stempels 10 verwijderd worden en ontspant de druk-40 veer zich in zekere mate. De delen komen daarbij in. de in fig. 3 en 8200862 * t ƒ - 5 - 4 afgebeelde stand· Ook in deze stand staat de:„drukveer 1 onder voorspanning.The stops for limiting the stroke are formed by projections 30 of a flat part of the tension anchors 3. At the opposite ends, the tension anchors are always provided with a connecting part 5 and a transverse yoke 6. 7 are transverse parts, which form support points for the compression spring 1 and are substantially in the form of discs, which snap-in slots 8 always have a transverse yoke and an insertion slot 9 for the tension anchors. In order to bring the transverse parts 7 into the operating position, the compression spring is compressed during mounting with the aid of dies 10 of a mounting device. As soon as the cross members have been brought into the position shown in Figs. 1 and 2, the stamps 10 can be removed and the compression spring releases to some extent. The parts come in. the position shown in fig. 3 and 8200862 * t ƒ - 5 - 4 · Also in this position the: „compression spring 1 is under pretension.

Bij belasting verwijderen de aansluitdelen 5 zich van elkaar totdat de aanslagen voor het begrenzen van de slag met de naar 5 elkaar toegekeerde kopvlakken van de dwarsdelen 7 in aangrijping komen. Een verdere vervorming van de drukveer is dan niet meer mogelijk. In fig. 5 is de stand met de maximale slag van de veerbuffer volgens fig. 1 t/m 4 weergegeven. Zoals bovendien uit fig. 5 blijkt, is het mogelijk om ten minste een van de trekankers 3 van 10 een schaalverdeling 11 te voorzien, die de grootte van de optredende krachten aangeeft.Under load, the connecting parts 5 move away from each other until the stops for limiting the stroke engage the facing surfaces of the transverse parts 7 facing each other. A further deformation of the compression spring is then no longer possible. Fig. 5 shows the position with the maximum stroke of the spring buffer according to Figs. 1 to 4. As is furthermore apparent from Fig. 5, it is possible to provide at least one of the tension anchors 3 of 10 with a scale 11, which indicates the magnitude of the forces occurring.

Be veerbuffer volgens fig. 6 t/m 10 komt in opbouw en werkingswijze in vergaande mate met de veerbuffer volgens fig. 1 t/m 5 overeen. Bij de tweede veerbuffer worden trekankers 12 met steeds 15 een snslag voor het begrenzen van de slag 13 gebruikt. De aanslagen voor het begrenzen van de slag 13 zijn ook hier tussen steeds een bevestigingsdeel 14 en een dwarsjuk 15 aangebracht. Het dwarsjuk 15 is daarbij in tegenstelling tot het dwarsjuk 6 van het eerste uit-voeringsvoorbeeld ïï-vormig uitgevoerd. Zoals het beste in fig. 7 20 te zien is, ondersteunen de einden van de benen 16, 17 van het dwarsjuk 15 in insnapgleuven 18 steeds een schijfvormig dwarsdeel 19, dat ook in dit geval weer van een inbrengsleuf 20 voorzien is.The spring buffer according to FIGS. 6 to 10 largely corresponds in structure and mode of operation to the spring buffer according to FIGS. 1 to 5. In the second spring buffer, tensile anchors 12, each with a snap stroke, are used for limiting the stroke 13. The stops for limiting the stroke 13 are also arranged here between a fastening part 14 and a cross yoke 15. In contrast to the transverse yoke 6 of the first exemplary embodiment, the transverse yoke 15 is designed in the form of a shape. As best seen in Fig. 20, the ends of the legs 16, 17 of the transverse yoke 15 in snap-in slots 18 always support a disc-shaped transverse part 19, which in this case too is provided with an insertion slot 20.

Terwijl bij de beide hiervoor beschreven uitvoeringsvoorbeel-den de trekankers 3 en 13 van steeds een dwarsjuk 6 resp. 15 waten 25 voorzien, dat via een dwarsdeel 7 resp. 19 tegen de drukveer 1 steunde, d.w.z· dat terwijl bij de tot nu toe beschreven constructies elke veerbuffer uit vijf delen bestond, de veerbuffer volgens fig. 11 t/m fig. 18 slecht uit drie delen bestaat. Bit wordt bereikt doordat men trekankers 21 gebruikt, waarvan het dwarsjuk 22 30 tevens de functie van een dwarsdeel heeft. Ook in dit geval is elk trekanker tussen het ene door het dwarsjuk 22 gevormde eind en het andere door een aansluitdeel 23 gevormde eind van een aanslag voor het begrenzen van de slag 24 voorzien. De aanslagen voor het begrenzen van de slag worden in dit geval echter door een schuin 35 lopend deel van het trekanker 21 gevormd.While in the two exemplary embodiments described above, the tension anchors 3 and 13 of a cross beam 6 and 6 respectively. 15 provide for 25, that via a transverse part 7 resp. 19 against the compression spring 1, that is to say, that in the constructions described so far, each spring buffer consisted of five parts, the spring buffer according to Fig. 11 to Fig. 18 only consists of three parts. Bit is achieved by using tension anchors 21, of which the cross yoke 22 also has the function of a cross section. In this case too, each tension anchor between the end formed by the cross yoke 22 and the other end formed by a connecting part 23 is provided with a stop for limiting the stroke 24. In this case, however, the stops for limiting the stroke are formed by an oblique part of the pull anchor 21.

Bij de montage van de veerbuffer volgens fig. 11 t/m 18 gaat men iets anders te werk dan bij de montage van de hierboven beschreven veerbuffer. Men brengt eerst, zoals in fig. 11 aangegeven is, de trekankers binnen in de binnenkant van het omhulsel 2. Yer-40 volgens drukt men de drukveer 1 samen met behulp van stempels 10, 8200862 - 4 - 1 ι r zoals in fig. 12 t/m 14 aangegeven is, en wel tot zover dat de cilindrische delen 25 in de nabijheid van het dwarsjuk 22 komen.The mounting of the spring buffer according to Fig. 11 to 18 proceeds slightly differently than the mounting of the above described spring buffer. First, as shown in Fig. 11, the tension anchors are introduced into the inside of the casing 2. Yer-40, the compression spring 1 is compressed by means of dies 10, 8200862-4-1 as shown in Fig. 12 to 14 is indicated, to the extent that the cylindrical parts 25 come in the vicinity of the cross yoke 22.

Is deze, in de fig. 12 en 13 aangegeven stand bereikt, dan draait men een van de trekankers 21 over 90°. De aansluitdelen 23 staan 5 na het draaien dwars op de doorsteeksleuven 26 (zie in het bijzonder fig. 18) in de dwarsjukken 22. Als men daarna de drukveer 1 ontlast, dan komen de schouders 27 van de aansluitdelen 23 met de insnapgleuven 28 van de dwarsjukken 22 in aangrijping.When this position, shown in Figs. 12 and 13, has been reached, one of the pull anchors 21 is rotated through 90 °. After turning, the connecting parts 23 are transverse to the piercing slots 26 (see in particular fig. 18) in the transverse yokes 22. If the compression spring 1 is then relieved, the shoulders 27 of the connecting parts 23 come with the snap slots 28 of the cross beams 22 in engagement.

De dwarsjukken hebben bij de naar elkaar toegekeerde zijden 10 bovendien geleidingsdelen 29 > waardoor de trekankers 21 in een middenstand ten opzichte van de drukveer 1 worden gehouden.The cross beams also have guide parts 29 on the sides 10 facing each other, so that the tension anchors 21 are kept in a central position relative to the compression spring 1.

Alle beschreven veerbuffers hebben steeds onder voorspanning staande drukveren. Deze veerbuffers munten door compactheid en eenvoudige onderdelen uit. De montage van de beschreven veerbuffers 15 is in zeer korte tijd'uit te voeren en een verspannende bewerking van de gebruikte onderdelen is voldoende.All described spring buffers always have pre-tensioned compression springs. These spring buffers are distinguished by compactness and simple parts. The assembly of the described spring buffers 15 can be carried out in a very short time and a laborious machining of the parts used is sufficient.

Ten slotte is bij de beschreven veerbuffers de verdeling van de krachten van voordeel.Finally, the distribution of the forces is advantageous in the described spring buffers.

82008628200862

Claims

1. Yeer buffer for retaining ropes for securing objects, in particular for lashing objects on vehicles, with connecting parts for the retaining ropes arranged at each end of two pull anchors and with ends of the connecting parts remote from the connecting parts the tension anchor brackets arranged at each end of a compression spring, characterized in that the tension anchors (3, 12, 21) passing through the inside of the compression spring (1) consist of parts of the same shape, which stop for limiting of the stroke (4, 13) for limiting a maximum stroke of the compression spring (l).

Yeer buffer according to claim 1, characterized in that the tension anchors (3, 12, 21) are formed as forgings. Yeer buffer according to claim 1 or 2, characterized in that the tension anchors (3, 12, 21) between an end forming a connecting part (5, 14> 23) and an end forming a cross yoke (6, 15, 22 ) is provided with at least one stop for limiting the stroke (4> 13> 24). Yeer buffer according to any one of the preceding claims, characterized in that the stops for limiting the stroke (4, 13) are formed by projections of a flat basic body of the tension anchors (3, 12).

Yeer buffer according to any one of claims 1 to 3, characterized in that the stops for limiting the stroke (24) are formed by an obliquely extending part of the tension anchors (21). e. Yeer buffer according to any one of claims 3 to 3, characterized in that the stops for limiting the stroke (4, 13, 24) of the one tension anchor (3, 12, 21) in the maximum stroke position of the Support the spring buffer directly or by connecting a cross piece (7, 19) against the cross yoke (6, 15, 22) of the associated other tension anchor (3, 12, 21).

Yeer buffer according to claim 6, characterized in that the transverse parts (7, 19) through discs with snap slots (8, 18) and a side opening insertion slot (9, 20) for the tension anchors (3, 12) are formed.

Yeer buffer according to one of the preceding claims, characterized in that the compression spring (1) is formed by a coil spring embedded in a casing 40 (2) of rubber or an elastic plastic. 8200862