NL8120158A

NL8120158A - Street-lighting switching system - uses termination of short-duration DC signal to actuate energisation or de-energisation of selected lamps

Info

Publication number: NL8120158A
Application number: NL8120158A
Authority: NL
Original assignee: E. Rasmussen Industri A/S Te Fredericia, Denemarken.
Priority date: 1980-05-01
Filing date: 1981-04-30
Publication date: 1982-03-01
Also published as: DE3146403A1

Abstract

The street lighting system consists of rows of lamps (P, PN) having a respective choke coil (D) and condenser (C) energised from an AC mains supply on wires (F1, F2). A DC signal generator (4) is provided to supply a short-duration DC signal to the AC wires. A signal receiver (M) in each lamp unit and its associated switching unit (K) are actuated in response to the termination of the DC signal to switch-off or to re-establish the power supply to the lamps. To ensure that the DC signal has terminated when relighting is effected, a timer or delay device is actuated to produce the relighting some time after termination of the DC current. In the receivers (M), the appearance of the DC signal causes a voltage rise across the condenser which discharges its 05voltagewhenthesignalisterminated.Aflip-flopis triggered and produces switch-off of the lamp through a triac. The DC signal may be one half-cycle of a very low frequency alternating current signal, the frequency being e.g. 0.1 hertz.

Description

$ 8120 158 vo 2671$ 8120 158 vo 2671

Betr.: Stelsel voor het uitschakelen en mogelijk veer ontsteken van gekozen lantarens in een verlichtingsinstallatie.Reg .: System for switching off and possible spring ignition of selected lanterns in a lighting installation.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een stelsel voor het uitschakelen en veer ontsteken van gekozen lantarens in een rij straat-verlichtingslantarens of een soortgelijke rij lantarens , vaarbij het ven-selijk kan zijn bepaalde lantarens uit te schakelen nadat zij alle zijn 5 ontstoken, in het bijzonder door het gedeeltelijk 's nachts doven van een rij straatlantarens. Gevoonlijk vordt gekozen voor het uitschakelen van elke tveede lantaren in de rij, althans gedurende de tijd van het jaar, dat het 's morgens donker is, en is het venselijk, dat de gekozen, uitgeschakelde lantarens veer vorden ontstoken vanneer het ochtendverkeer 10 begint totdat het tijd is alle lichten later in de ochtend uit te schakelen.The present invention relates to a system for switching off and spring firing selected lanterns in a row of street lighting lanterns or a similar row of lanterns, it being possible to turn off certain lanterns after they have all been lit, in particular especially by partially extinguishing a row of street lamps at night. Traditionally, it is chosen to turn off each of the lanterns in line, at least during the time of year when it is dark in the morning, and it is brutal that the selected, switched-off lanterns are ignited from morning traffic until it's time to turn off all the lights later in the morning.

In pas opgerichte verlichtingsstelsels is het vrij gemakkelijk te voldoen aan deze energiebesparingseis, omdat het voldoende is een extra voedingsdraad te gebruiken, verbonden met elke tveede lamp voor het daar-. 15 aan leveren van stroom via een afzonderlijk bediend relais. In reeds bestaande stelsels echter, vaarbij alle lantarens parallel zijn geschakeld door slechts tvee draden, kan het kostbaar zijn een afzonderlijke derde draad voor het betreffende doel aan te leggen.In newly established lighting systems, it is quite easy to meet this energy saving requirement, because it is sufficient to use an additional power supply wire connected to each lamp for the same time. 15 supplying power through a separately operated relay. However, in pre-existing systems, where all lanterns are connected in parallel by only two wires, it may be costly to install a separate third wire for the purpose in question.

Hierbij is het in beginsel een eenvoudige en bekende uitvoering om 20 elke tveede lantaren te voorzien van een afzonderlijke schakelaar, die is verbonden met een orgaan voor het ontvangen van een regelsignaal, dat de schakelaar op gevenste tijdstippen kan verstellen. Een voorbeeld is een draadloos geregelde bediening van de schakelaars, hetgeen echter een betrekkelijk kostbare uitrusting meebrengt. Een andere en eenvoudiger 25 mogelijkheid is het zenden van een regelsignaal, bijvoorbeeld een toon-herhaalsignaal op de voedingskabels zelf, vaardoor de 's nachts te doven lantarens slechts behoeven te vorden uitgerust met een uiterst eenvoudig orgaan voor het ontvangen van de regelsignalen.In principle, it is a simple and known embodiment to provide each lantern with a separate switch, which is connected to a means for receiving a control signal, which can switch the switch at specific times. An example is a wirelessly controlled operation of the switches, which however entails a relatively expensive equipment. Another and simpler possibility is to send a control signal, for example a tone-repeat signal on the supply cables themselves, by which the lanterns to be extinguished at night need only be equipped with an extremely simple means for receiving the control signals.

Dit geldt bijvoorbeeld vanneer gebruikelijke gloeilampen vorden ge-30 bruikt in de rij lantarens, maar het is in verband met moderne lantarens uiterst moeilijk gebleken een economisch aanvaardbare oplossing van deze eenvoudige soort te bereiken, omdat regelsignalen· met zovel hoge als lage frequenties, zoals gezonden door de voedingskabel, onderhevig zijn aan een praktisch volledige kortsluiting door de LC-ketens, die aanvezig zijn 35 i*1 het merendeel van de moderne lantareneenheden.This is the case, for example, when conventional incandescent lamps are used in the row of lanterns, but it has proved extremely difficult to achieve an economically acceptable solution of this simple type in connection with modern lanterns, because control signals with so many high and low frequencies, as transmitted through the power supply cable, are subject to a practically complete short circuit through the LC chains, which are prone 35 i * 1 most of the modern lantern units.

..8..1.2.0 158 - 2 -..8..1.2.0 158 - 2 -

Het is het doel van deze uitvinding een stelsel van de vermelde soort te verschaffen, dat op een eenvoudige wijze in gebruik kan worden genomen ongeacht of de lantareneenheden een LC-keten bevatten.It is the object of this invention to provide a system of the aforementioned type which can be put into operation in a simple manner regardless of whether the lantern units contain an LC chain.

' De uitvinding is gegrond op de onderkenning, dat de voedingsdraden 5 in feite kunnen worden gebruikt voor het zenden van regelsignalen, die werkzaam kunnen zijn, zelfs wanneer de lantareneenheden zijn voorzien van LC-ketens, t.w. wanneer een gelijkspanning wordt gebruikt voor het doel, d.w.z. een spanningimpuls met een tijdsduur, die veel langer is dan de halve perioden van de frequentie van de hoofdvoedingsstroom. Hier-10 door is er tijd voor het opbouwen van een goed bepaalde, meetbare spanning over een condensator in een RC-keten, parallel geschakeld met de gekozen lantarens, en een eenvoudige regelketen voor het uitschakelen en zelfs opnieuw inschakelen van de lantaren is dus bedienbaar of de ge-superponeerde gelijkspanning kan anderszins worden waargenomen, bijvoor-15 beeld als een bedieningsspanning in een relaiswinding.The invention is based on the recognition that the supply wires 5 can in fact be used for sending control signals, which can operate even when the lantern units are provided with LC circuits, i.e. when a DC voltage is used for the purpose, i.e. a voltage pulse with a duration much longer than half periods of the frequency of the main power supply current. Because of this, there is time to build up a well-determined, measurable voltage across a capacitor in an RC chain, connected in parallel with the selected lanterns, and a simple control circuit for turning off and even turning on the lanterns is thus operable or the superimposed DC voltage may be perceived otherwise, for example, as an operating voltage in a relay winding.

Dienovereenkomstig is de uitvinding gekenmerkt door de in het kenmerk van conclusie 1 vermelde maatregelen.Accordingly, the invention is characterized by the features of the feature of claim 1.

Door het zenden van een gesuperponeerde gelijkstroomimpuls voor het uitschakelen van de gekozen lantarens is het vrij gemakkelijk de 20 impuls waar te nemen en het uitschakelen tot stand te brengen, maar door het opnieuw inschakelen van de lantarens in de vroege ochtend kan het een ernstige moeilijkheid zijn, dat de gelijkstroom de smoorspoelen in de lantareneenheden zodanig beïnvloedt, dat deze niet werkzaam zijn voor het begrenzen van de wisselstroom, die hierdoor kan toenemen tot bij 25 kortsluitingomstandigheden. Volgens de uitvinding kan deze moeilijkheid echter worden opgeheven wanneer de ontvanger of het relaismiddel van elk der gekozen lantarens zodanig is ontworpen, dat het nog wordt bediend;, door het optreden van het gelijkstroomsignaal, maar alleen op een voorbereidende wijze, waarbij de eigenlijke inschakelbediening tot stand wordt 30 gebracht in aanspreking op de volgende beëindiging van het gelijkstroomsignaal, waardoor het weer ontsteken onder gebruikelijke bedieningsom-standigheden voor de smoorspoelen kan plaats vinden. In beginsel behoeft alleen te zijn verzekerd, dat het gelijkstroomsignaal is beëindigd wanneer het weer ontsteken tot stand wordt gebracht, hetgeen zelfs kan worden 35 bereikt door het bedienen van een tijdinstel- of vertragingsorgaan, dat het weer ontsteken produceert enige tijd na het beëindigen van de gelijkstroom of door middel van een stroomonderbrekerrelais.By transmitting a superimposed DC impulse to turn off the selected lanterns it is quite easy to sense the impulse and effect the turn off, but turning the lanterns on again in the early morning can be a serious difficulty that the direct current influences the inductors in the lantern units so that they do not act to limit the alternating current, which may thereby increase to short circuit conditions. According to the invention, however, this difficulty can be overcome when the receiver or relay means of each of the selected lanterns is designed to still be operated by the occurrence of the DC signal, but only in a preparatory manner, with the actual turn-on operation up to The position is set in response to the next termination of the DC signal, whereby the re-ignition can take place under conventional choke operating conditions. In principle, it is only necessary to ensure that the DC signal is terminated when the reignition is accomplished, which can be achieved even by operating a timer or delay means that the reignition produces some time after the termination of the re-ignition. DC or by means of a circuit breaker relay.

.........1 1 2 0 1 5 8 ..... .......... 1 1 2 0 1 5 8 ......

- 3 -- 3 -

In de praktijk moet de gelijkstroomtron zijn temeten overeenkomstig de telasting op het gehele te bedienen net, waarbij het echter in uitgebreide netten reeds gebruikelijk is met ondernetten te werken, waaraan afzonderlijk stroom wordt geleverd door transformatoren. Het ge-5 lijkstroomsignaal, d.w.z. de gelijkspanning, kan niet"achterwaarts" ten opzichte van de gelijkstroombron worden gezonden, omdat de transformator een lage weerstand heeft tegen gelijkstroom. Overeenkomstig de uitvinding kan het stelsel zodanig worden aangepast, dat een eerste ondernet, bijvoorbeeld een gehele straat, wordt bediend door een eerste signaalzen-10 der, verbonden met een tijdinstelorgaan, terwijl een volgend of een ander ondernet wordt bediend door een afzonderlijke signaalzender, die met een bepaalde tijdvertraging wordt bediend door middel van een ontvanger-eenheid, die overeenkomt met de ontvangereenheden van de enkelvoudige lantareneenheden, en aanspreekt op de signalen van het eerste net, en 15 zo verder langs volgende ondernetten van het gehele stelsel. De vertraging tussen de opeenvolgende ondernetten behoeft slechts enkele seconden te zijn.In practice, the DC tron must measure according to the load on the entire network to be operated, but it is already customary in extensive networks to work with sub-networks to which power is supplied separately by transformers. The DC current signal, i.e. the DC voltage, cannot be sent "backward" with respect to the DC source, because the transformer has a low resistance to DC current. According to the invention, the system can be adapted so that a first subnet, for example an entire street, is served by a first signal transmitter connected to a timer, while a next or another subnet is served by a separate signal transmitter. with a certain time delay is operated by means of a receiver unit, which corresponds to the receiver units of the single lantern units, and responds to the signals of the first network, and so on along subsequent networks of the whole system. The delay between successive subnets need only be a few seconds.

Hierna wordt de uitvinding gedetailleerder beschreven onder verwijzing naar de tekening, waarin : 20 fig. 1 een hoofdschema is van een stelsel volgens de uitvinding; fig. 2 een hoofdschema is van een gelijkstroombron, zoals gemonteerd in een stroomvoedingsdraad voor een rij lantarens; en fig. 3 een schema is van een signaalontvanger en schakeleenheid, zoals behorende tot bepaalde lantarens.In the following, the invention is described in more detail with reference to the drawing, in which: Fig. 1 is a main schematic of a system according to the invention; FIG. 2 is a main schematic of a DC power source mounted in a power supply wire for a row of lanterns; and FIG. 3 is a schematic diagram of a signal receiver and switching unit, such as belonging to certain lanterns.

25 In fig. 1 is een rij lantarens P en P^ weergegeven, welke lantarens elk op een gebruikelijke wijze zijn voorzien van een smoorspoel D en een condensator C, gemonteerd in de lantarenhuizen. De huizen van de lantarens P^ zijn weergegeven door een onderbroken raam A, waarbij is weergegeven, dat het raam of het huis een signaalontvanger M bevat, die is geschakeld 30 tussen stroomvoedingsdraden en F^ voor de rij lantarens, en een schakelaar K kan regelen voor de betreffende lantaren.Fig. 1 shows a row of lanterns P and P2, each of which is conventionally provided with a choke D and a capacitor C mounted in the lantern houses. The houses of the lanterns P ^ are shown by an interrupted window A, it being shown that the window or the house contains a signal receiver M, which is switched between power supply wires and F ^ for the row of lanterns, and can control a switch K for the relevant lanterns.

In de voedingsdraad F^ is een hoofdschakelaar 2 gemonteerd, die kan worden geregeld door een fotocel, en een gelijkstroombron k, die gewoonlijk is kortgesloten door een contactgever 6 in serie met een kleine weer- 35 stand 8. De eenheden ^ en é worden geregeld door een regeleehheid 10, die kan bestaan uit een kloktijdinstelorgaan.A main switch 2, which can be controlled by a photocell, and a direct current source k, which is usually short-circuited by a contactor 6 in series with a small resistance 8, are mounted in the supply wire F ^. The units ^ and é are controlled by a control unit 10, which may consist of a clock timer.

De gelijkstroombron U is gedetailleerder weergegeven in fig. 2.The DC power source U is shown in more detail in Figure 2.

8120158 -1+-8120158 -1 + -

Hij bestaat uit een gelijkrichter 12 en een zeer grote condensator 1U, die in de draad is geschakeld wanneer de contactgever 6 is uitgeschakeld. De contactgever-weerstand-eenheid 6, 8 is verdubbeld afgebeeld. In de stroomvoeding naar de gelijkrichter 12 is een schakelaar 16 opgesteld, 5 die een relaisschakelaar is aan een regelrelais, voorzien van de contactgever 6 als een stroomonderbrekerschakelaar. Wanneer dit relais wordt bediend, bij voorkeur door middel van een klokschakelaar, gaat de voedings-stroom naar de gehele rij lantarens door de condensator iH, die van de grootte van 125 mF kan zijn, en wordt tezelfdertijd op de voedingsstroom 10 een gelijkspanning gesuperponeerd van de gelijkrichter 12, bijvoorbeeld van de grootte van 10 V door 25 A gelijkstroom en 6θ A wisselstroom.It consists of a rectifier 12 and a very large capacitor 1U, which is connected in the wire when the contactor 6 is switched off. The contactor resistor unit 6, 8 is shown doubled. In the power supply to the rectifier 12, a switch 16 is arranged, which is a relay switch to a control relay, provided with the contactor 6 as a circuit breaker switch. When this relay is operated, preferably by a clock switch, the supply current to the entire row of lanterns passes through the capacitor iH, which can be of the size of 125 mF, and at the same time superimposes on the supply current 10 a DC voltage of the rectifier 12, for example, of the size of 10 V by 25 A DC and 6θ A AC.

Een dergelijk gesuperponeerd signaal wordt geproduceerd tijdens een tijdsduur van enkele seconden, bijvoorbeeld 6 seconden, telkens wanneer het gewenst is de lantarens van de lantarenrij, voorzien van bijbehorende ont-15 vangers M te beïnvloeden teneinde deze lantarens uit te schakelen of weer te ontsteken.Such a superimposed signal is produced during a period of a few seconds, for example 6 seconds, whenever it is desired to influence the lanterns of the lantern row provided with associated receivers M in order to switch off or ignite these lanterns.

Een van de ontvangers M is weergegeven in fig. 2. Hij bevat een ingangsketen, bestaande uit een condensator 18 en een grote weerstand 20, direkt tussen de voedingsdraden F^ en Fg in serie geschakeld, waar-20 door een meetbare gelijkspanning tijdens het zenden van een gelijkstroom-signaal wordt opgebouwd over de condensator 18.One of the receivers M is shown in FIG. 2. It contains an input circuit consisting of a capacitor 18 and a large resistor 20 connected in series directly between the supply wires F ^ and Fg, thereby providing a measurable DC voltage during transmission. of a direct current signal is built up over capacitor 18.

De condensator 18 is verbonden met een Smith-trekkerorgaan 22, waarvan de uitgang is verbonden met een D-flip-flop 2U 9 d.w.z. een flipflop die wordt omgeschakeld door het optreden van een afnemend ingangs-25 signaal, maar niet door een toenemend ingangssignaal. De D-flip-flop is door een oscillator 26 verbonden met een trekkerketen 28 van een triac-eenheid 30, die werkt'als een contactgever voor de lantaren P^, die is weergegeven samen met zijn bijbehorende smoorspoel D en condensator C.The capacitor 18 is connected to a Smith trigger member 22, the output of which is connected to a D flip-flop 2U 9, i.e. a flip-flop which is switched by the occurrence of a decreasing input signal, but not by an increasing input signal. The D flip-flop is connected by an oscillator 26 to a trigger circuit 28 of a triac unit 30, which acts as a contactor for the lantern P1 shown together with its associated choke D and capacitor C.

Wanneer de hoofdschakelaar 2 wordt ingeschakeld door de aanvang· van 30 dedönkere uren, levert een inwendige voedingseenheid 32 in elk der ontvangers M een regelspanning en een terugstelingangsaansluiting van de D-flip-flop, die daardoor in een toestand wordt gebracht, waarin zijn uit-gangsspanning, gaande door de eenheden 2β en 28, dient voor het geleidend houden van de triac 30, d.w.z. dat de lantarens gelijktijdig met de 35 lantarens P worden ingeschakeld.When the main switch 2 is turned on by the onset of 30 dark hours, an internal power supply unit 32 in each of the receivers M supplies a control voltage and a reset input terminal of the D-flip-flop, thereby bringing it into a state where its output is output voltage, going through the units 2β and 28, serves to keep the triac 30 conductive, ie the lanterns are switched on simultaneously with the 35 lanterns P.

Wanneer het moment is gekomen voor het * s nachts doven van de lantarens P^, wordt de regeleenheid 10 bediend, waardoor het gelijkstroom- 8120 158 - 5 - signaal gedurende een korte tijd naar het net wordt gezonden. Gewoonlijk wordt aan een bepaald ondernet energie geleverd van een afzonderlijke transformator of een enkele faze daarvan, en het gelijkstroomsignaal naar het betreffende verlichtingsnet wordt dus niet overgedragen naar andere 5 ondernetten noch in het algemeen naar het gehele voedingsnet. In alle ontvangers M echter langs het eerste ondernet, veroorzaakt het verschijnen van het gelijkstroomsignaal een spanningsstijging over de condensator 18, waardoor een toenemend ingangssignaal wordt geleverd aan de D-flip-flop 2k door het Smith-trekkerorgaan 20. Op grond van de toenemende 10 aard van het signaal reageert de flip-flop niet op deze ingang, d.w.z., dat de lantaren P^ ingeschakeld blijft tijdens het optreden van het gelijkstroomsignaal.When the time has come to extinguish the lamps P ^ at night, the control unit 10 is operated, whereby the DC 8120 158-5 signal is sent to the mains for a short time. Usually, a particular sub-network is supplied with energy from a separate transformer or a single phase thereof, and thus the DC signal to the relevant lighting network is not transferred to other sub-networks nor generally to the entire supply network. However, in all receivers M along the first subnet, the appearance of the DC signal causes a voltage rise across the capacitor 18, thereby supplying an increasing input signal to the D flip-flop 2k by the Smith trigger 20. Due to the nature of the signal, the flip-flop does not respond to this input, ie the lantern P ^ remains switched on during the occurrence of the DC signal.

Wanneer het gelijkstroomsignaal enige seconden later wordt beëindigd, ontlaadt de condensator 18 zijn gelijkspanning, hetgeen wordt 15 waargenomen door de D-flip-flop 2k als een afnemend ingangssignaal, dat aanleiding geeft tot het omschakelen van dit onderdeel, waardoor zijn uitgangssignaal door het trekkerorgaan 28 de triac 30 de lantaren doet uitschakelen. Daarna blijven alle overige lantarens P onder volledig normale stroomvoedingsomstandigheden ingeschakeld, terwijl allellan-20 tarens P^ uitgeschakeld blijven. Wanneer de vroege ochtenduren helder zijn, kunnen de lantarens P bij de dageraad worden uitgeschakeld zonder dat het nodig is de lantarens P^ weer te ontsteken, waarbij het echter op donkere ochtenden wenselijk kan zijn het volle verlichtingsvermogen weer tot stand te brengen voordat het tijd wordt alle lantarens uit te 25 schakelen.When the DC signal is terminated a few seconds later, the capacitor 18 discharges its DC voltage, which is perceived by the D flip-flop 2k as a decreasing input signal, which causes the switching of this part, causing its output signal through the trigger member 28. the triac 30 switches off the lanterns. Thereafter, all other lanterns P remain on under completely normal power supply conditions, while allellan 20 tarps P ^ remain off. When the early morning hours are clear, the lanterns P can be turned off at dawn without the need to re-ignite the lanterns P ^, however on dark mornings it may be desirable to restore full illumination before it's time turn off all lanterns.

Voor een dergelijk weer ontsteken van de uitgeschakelde lantarens Pjj is het voldoende een hernieuwd gelijkstroomsignaal van een korte tijdsduur te doen zenden door bediening van de regeleenheid 10. Voor een dergelijk hernieuwd signaal, reageert de D-flip-flop in elke ont-30 vanger M wederom niet op het optreden van het signaal, maar wordt hij omgeschakeld in aanspreking op het beëindigen van het signaal, waardoor de triac 30 wordt uitgeschakeld nadat het gelijkstroomsignaal is verdwenen van de voedingsdraden. Dit betekent op zijn beurt, dat op het moment, dat de lantarens weer worden ingeschakeld, hun voeding een 35 zuivere wisselstroom is, waardoor de bijbehorende smoorspoelen D onder gebruikelijke omstandigheden in de inschakelfaze of het inschakelmoment ' werken teneinde geen aanleiding te geven tot een zeer hoge inschakel- @"12 0 15 8 - 6 - stroom.For such a re-ignition of the turned off lanterns Pjj, it is sufficient to send a renewed DC signal of a short period of time by operating the control unit 10. For such a renewed signal, the D-flip-flop reacts in each receiver M again not on the occurrence of the signal, but it is switched in response to the termination of the signal, whereby the triac 30 is switched off after the DC signal has disappeared from the supply wires. This in turn means that the moment the lanterns are switched on again, their power supply is a pure alternating current, whereby the associated inductors D operate in the switch-on phase or switch-on time under usual conditions, so as not to give rise to a very high start @ @ 12 0 15 8 - 6 current.

In verband met de triac-contactgever 30 is een regelketen 3^ aangebracht, aangepast en ontworpen om zodanig te reageren op de veranderingen of gedaante van de wisselspanning, dat door een verbinding met de 5 trekkereenheid 28, hij voorkomt, dat deze eenheid de triac 30 bedient, wanneer de kortstondige waande van de wisselvoedingsspanning boven een voorafbepaalde drempelwaarde is, waardoor met voordeel kan wohden verzekerd, dat het eigenlijke tijdstip van inschakelen van de lantarens optreedtof nabij een nulwaarde van de wisselvoedingsspanning.In connection with the triac contactor 30, a control circuit 3 ^ is arranged, adapted and designed to respond to the changes or shape of the AC voltage such that, by connecting to the trigger unit 28, it prevents the unit from triac 30 actuates, when the momentary value of the alternating voltage is above a predetermined threshold value, thereby advantageously assuring that the actual turn-on of the lanterns occurs or near a zero value of the alternating voltage.

10 De RC-ingangsketen 18, 20 heeft een betrekkelijk grote tijdconstan te, bijvoorbeeld zoals gegeven door de waarden 18 = 1 ^uF en 20 = I MH, en ern deze reden is het nodig te verzekeren, dat het gelijkstroomsignaal gedurende enige seconden wordt gehandhaafd om te verzekeren, dat het noodzakelijke laden van de condensator 18 plaats vindt, waardoor echter 15 tevens wordt verzekerd, dat de werkingsverzekerdheid van het stelsel niet nadelig wordt beïnvloed door toevallige korte gelijkstroomsignalen op het voedingsnet, zoals bijvoorbeeld veroorzaakt door onweeromstandigheden, evenals de wisselstroom in de keten zowel uiterst klein is als niet in staat het Smith-trekkerorgaan 22 te bedienen.The RC input circuit 18, 20 has a relatively large time constant, for example, as given by the values 18 = 1 µF and 20 = 1 MH, and for this reason it is necessary to ensure that the DC signal is maintained for several seconds to ensure that the necessary charging of the capacitor 18 takes place, however, thereby also ensuring that the operational reliability of the system is not adversely affected by accidental short DC signals on the supply network, such as, for example, caused by storm conditions, as well as the alternating current in the chain is both extremely small and unable to operate the Smith trigger 22.

20 De inwendige voedingseenheid 32 is op zodanig bekende wijze ont worpen, dat hij zijn uitgangsspanning over een bepaald tijdsbestek handhaaft, bijvoorbeeld enkele seconden, wanneer zijn ingangsvoeding van de wisselstroomdraden wordt uitgeschakeld. Dit heeft tot gevolg, dat de toestand van de D-flip-flop wordt gehandhaafd, zelfs wanneer een kort-25 durende onderbreking van de wisselvoedingsspanning optreedt, bijvoorbeeld gedurende een omschakelbediening in een hoofdtransformatorstation, en het opnieuw'inschakelen van de voedingsstroom derhalve niet in staat is het omschakelen te veroorzaken van de D-flip-flop.The internal power supply unit 32 is designed in such a known manner that it maintains its output voltage for a certain period of time, for example a few seconds, when its input power from the AC wires is turned off. As a result, the state of the D-flip-flop is maintained even when a short-term interruption of the AC supply voltage occurs, for example, during a switchover operation at a main transformer station, and therefore does not turn on the power supply again. is capable of causing the D-flip-flop to switch.

Zoals vermeld kan het gelijkstroomsignaal niet worden geleid naar. 30 andere ondernetten, en is het derhalve wenselijk gebruik te maken van een gelijkstroomgenerator volgens fig. 2 in elk enkelvoudig ondernet. Het is echter niet wenselijk gebruik te maken van afzonderlijke regelwach-ters voor elk ondernet of regeldraden te trekken naar de afzonderlijke generatoren. Overeenkomstig de uitvinding wordt de regeling tot stand 35 gebracht op grond van het waarnemen van de eigenlijke verandering van de toestand in het eerste ondernet, hetgeen wordt waargenomen door een ontvanger, samenhangende met de gelijkstroomsignaalgenerator van een ander , 8 1 2 0 1 5 8'.....As mentioned, the DC signal cannot be routed to. 30 other subnets, and it is therefore desirable to use a DC generator of FIG. 2 in each single subnet. However, it is not desirable to use separate control guards for each subnet or to draw control wires to the separate generators. In accordance with the invention, the control is accomplished on the basis of sensing the actual change of the state in the first subnet, which is sensed by a receiver associated with another person's DC signal generator, 8 1 2 0 1 5 8 ' .....

- 7 - ondernet, zodat de schakelaars 6 en 16 van deze generator worden omgeschakeld in aanspreking op het waarnemen van deze verandering.- 7 - Subnet, so that switches 6 and 16 of this generator are switched in response to detecting this change.

Het zou vrij gemakkelijk zijn dit omschakelen tot stand te krengen door een zuivere relaisregeling, bijvoorbeeld met gebruik van een relais-5 winding in de uitschakelverbinding met de dichtst bij zijnde lantaren P^ in het eerste ondernet, waarbij echter volgens de uitvinding het de voorkeur verdient gebruik te maken van een afzonderlijke ontvanger M, die is samengebouwd met de gelijkstroomsignaalgenerator van het volgende ondernet, en is ontworpen om via een tijdinstelorgaan een omschakelen te 10 veroorzaken van de schakelaars 6 en 16 in aanspreking op de onderbreking van het primaire gelijkstroomsignaal, welk tijdinstelorgaan werkt voor het terugstellen van deze schakelaars aan het einde van een gewenst tijdvak van bijvoorbeeld 5-6 seconden. Een dergelijke gecombineerde ont-vanger/generatoreenheid is weergegeven in fig. 1, aangeduid MG en ge-15 monteerd in een ander ondernet, waarin elke tweede lamp van de P^-soort is.It would be quite easy to accomplish this switching by a pure relay control, for example using a relay-5 turn in the switch-off connection to the nearest lanterns P ^ in the first subnet, however according to the invention it is preferable using a separate receiver M, which is assembled with the following subnet's DC signal generator, and is designed to cause a switching of the switches 6 and 16 via a timer to respond to the interruption of the primary DC signal, which timer works to reset these switches at the end of a desired time period of, say, 5-6 seconds. Such a combined receiver / generator unit is shown in FIG. 1, designated MG and mounted in a different subnet, wherein each second lamp is of the P 2 type.

Met deze uitvoering kunnen de voedingsdraden worden gebruikt als signaalzenddraden naar het volgende ondernet, aangezien de draden eenvoudig kunnen eindigen in de MG-eenheid van het volgende ondernet, in-20 dien dit zich in direkte verlenging bevindt van het eerste ondernet. Door een wijd verbrèid net heen, kunnen de feitelijke vertragingen in de opeenvolgende bediening van de verschillende ondernetten, een aanzienlijk tijdverschil omvatten tussen het bedienen van het eerste en het laatste ondernet, welk verschil echter in de praktijk zonder enige werkelijke 25 betekenis is.With this embodiment, the supply wires can be used as signal transmission wires to the next subnet, since the wires can easily terminate in the MG unit of the next subnet, if it is in direct extension of the first subnet. Across a widespread network, the actual delays in successive operation of the various subnets can include a significant time difference between operating the first and last subnets, but this difference is in practice without any real significance.

Het is binnen de strekking van de uitvinding de ontvangers M in de lantareneenheden P^ zodanig te ontwerpen, dat de lantareneenheden in gekozen gebieden, bijvoorbeeld gebieden met weinig verkeer, ’’weliswaar 's nachts worden gedoofd, maar ’ s morgens niet opnieuw kunnen worden 30 ontstoken, hetgeen een zodanig kleine wijziging vereist van de ontvanger, dat een gedetailleerder beschrijving hiervan op deze plaats onnodig wordt geacht.It is within the scope of the invention to design the receivers M in the lantern units P ^ such that the lantern units in selected areas, e.g. low traffic areas, may be extinguished at night, but cannot be restarted in the morning 30, which requires such a small change from the receiver that a more detailed description thereof is deemed unnecessary at this location.

De weerstand 8 van de gelijkstroomgenerator moet natuurlijk een zeer lage waarde hebben, bijvoorbeeld van de grootte van 0,1 , en is 35 alleen bestemd voor het beschermen van de generatorketen wanneer de gelijkstroom is uitgeschakeld. Indien gewenst, kan de weerstand geheel worden uitgeschakeld bij het omschakelen, aangezien hij kan worden kort- 8120158 % - 8 - gesloten met het gebruik van een tweetraps contactgever, waardoor het mogelijk kan zijn een weerstand te gebruiken van een grotere waarde, omdat hij voor slechts een korte tijdsduur wordt ingeschakeld.The resistor 8 of the DC generator must of course have a very low value, for example of the magnitude of 0.1, and is only intended to protect the generator circuit when the DC current is switched off. If desired, the resistor can be completely turned off when switching, as it can be short-circuited using a two-stage contactor, making it possible to use a resistor of a larger value, because it only turns on for a short period of time.

Het is aanvaardbaar gebleken gebruik te maken van gebruikelijke 5 relaisregelstelsels voor het regelen van de 's nachts dovende werking, waarbij de uitvinding voor wat betreft de ontvangers M kan worden verwezenlijkt door het vervangen van deze ontvangers door relais, waarvan de windingen een hoge wisselstroomimpedantie vertonen, terwijl zij gemakkelijk reageren op het gelijkstroomsignaal door eerst te worden aange-10 trokken en spoedig daarna tot uitvallen te worden gedwongen, waardoor een relaissoort bruikbaar is, die werkzaam is voor het omschakelen van een schakelaar telkens wanneer het relais uitvalt, hetgeen zelfs toepasbaar is met een voorafbepaalde uitvalvertraging onafhankelijk van de beëindiging van het gelijkstroomsignaal. Het enige dat moet zijn verze-15 kerd is, dat het opnieuw ontsteken in de ochtend tot stand wordt gebracht nadat het gelijkstroomsignaal volledig is verdwenen van de voedings-draden van de lantarens, zodat de smoorspoelen D onder gebruikelijke omstandigheden kunnen werken in de faze van het opnieuw ontsteken.It has been found acceptable to use conventional 5 relay control systems to control the night-time quenching operation, the invention of the receivers M being achievable by replacing these receivers with relays whose windings exhibit high AC impedance while easily responding to the DC signal by being pulled first and forced to fail soon thereafter, employing a relay type which operates to switch a switch each time the relay fails, which is even applicable with a predetermined dropout delay independent of the termination of the DC signal. All that must be ensured is that the morning re-ignition is accomplished after the DC signal has completely disappeared from the power supply wires of the lanterns so that the inductors D can operate in the phase of normal operation under usual conditions. re-ignite it.

Vermeld moet worden, dat het gelijkstroomsignaal niet noodzake-20 lijkerwijze een constant signaal behoeft te zijn, aangezien het voor het betreffende doel voldoende is gebruik te maken van bijvoorbeeld een halve periode van een wisselstroom van een zeer lage frequentie, bijvoorbeeld 0,1 Hz.It should be mentioned that the direct current signal need not necessarily be a constant signal, since it is sufficient for the purpose in question to use, for example, half a period of an alternating current of a very low frequency, for example 0.1 Hz.

Hiervoor is vermeld, dat een gelijkstroomsignaal, aanwezig op het 25 net op het moment van het inschakelen van de lantarens, als gevolg vertoont, dat de wisselstroomimpedantie van de smoorspoelen drastisch afneemt overeenkomstig een aanzienlijke verhoging van de wisselstroom. Dit behoeft echter niet actueel te zijn indien de gelijkspanning'betrekkelijk klein is, en indien de smoorspoelen niet dicht bij magnetische verzadi-30 ging werken. Aan de andere kant wordt het gelijkstroomsignaal vrijwel kortgesloten, omdat de -Ol -weerstand van de smoorspoel en de lantaren klein is tijdens de inschakelfaze van de lantaren.It has previously been stated that a DC signal present on the grid at the time of turning on the lanterns results in the AC impedance of the chokes to decrease dramatically in accordance with a significant increase in AC current. However, this may not be current if the DC voltage is relatively small, and if the inductors are not operating close to magnetic saturation. On the other hand, the DC signal is almost short-circuited, because the -O1 resistance of the choke and the lanterns is small during the turn-on phase of the lanterns.

81201588120158

Claims

A system for switching off and possibly re-igniting selected lanterns in a row of street lamp units, which units are supplied in parallel by two alternating current wires, comprising a signal generator for sending control signals to the wires, and a signal receiver and switch member, mounted in handled with any of the selected lanterns to turn off and restore power to these lanterns, characterized in that the signal generator is a DC generator (L) operable to provide a short-term DC signal to the AC wires, and the signal -10 receiver is designed and connected to operate the switching means in response to the detection of the DC signal, preferably in response to the termination of the DC signal.

System according to claim 1, characterized in that each signal receiver is designed for electronically detecting the direct current signal by means of an RC circuit (18, 20), provided with a relatively large time constant and means for registering a charge of the C-component, which means are connected to a switching member (30) via a D-flip-flop (2¾).

System according to claim 2, characterized in that the reset input connection of the D-flip-flop is connected to a local power supply unit (32), arranged such that in the event of a short power supply interruption on the AC wires, the D flip-flop remains in non-reset condition. System according to claim 1 or 2, wherein the lanterns are of the 25 type, connected in an LC circuit, characterized in that the receivers (M) are active upon receipt of a DC signal for re-ignition of the selected lanterns. for re-igniting at a time when the DC signal has ended. System according to claim 1, comprising a number of separately fed rows of lanterns, characterized in that the DC signal on the supply wires of a first lantern row is detected by a receiver, which is operatively connected to a DC generator in another row of lanterns for thus operating it by the occurrence or preferably the termination of the DC signal on the first row of lanterns. »120156-