NL8103138A - Schakeling voor het beveiligen van een giek. - Google Patents

Description

] ’ • i i vo 2067

Betr.: Schakeling voor het beveiligen van een giek.

De uitvinding heeft betrekking op een beveiligingsketen voor een verlengbare kraangiék, die kan worden gedraaid tussen een horizontale en een verticale stand, en kan vorden gebruikt als een hijsinrichting voor mensen. De beveiligingsketen verschaft uitschakel-5 werkingen, die het verlengen of draaien van de giek, die het giekaoment rond een draaipunt voorerf berekende veilige belastinghoogten zouden doen overschrijden, beletten. De keten bevat logische halfgeleiderelementen, die electrische stapwerkingen met betrekking tot de giek-lengte en giekhoek kunnen verwerken.

10 Het gebruik van beveiligingsketens voor het voorkomen van het overbelasten van een verlengbare kraangiék en dus het beschadigen van de giek of het doen kantelen van de kraan, zijn algemeen bekend, waarbij echter van de vele inrichtingen, alle een compromis omvatten, hetgeen resulteert in belangrijke tekortkomingen in de toegepaste 15 stelsels.

De békende beveiligingsinrichtingen kunnen worden geklasseerd in twee brede categorieën, t.w. een categorie die de stelsels omvat, die voorkomen dat een bedienaar een giek verlengt of laat zakken in een gebied van onveilige werking, en een tweede soort, die een 20 alarm verschaft om de bedienaar te waarschuwen voor een dreigende ramp, zoals het verpletteren van de giek of het kantelen van de kraan.

Het .Amerikaanse octrooischrift 3.61+1.551 is kenmerkend voor de eerste soort beveiligingsstelsels, die zowel een voorkoming tegen overbelasting bevatten als een aangeefstelsel. Deze inrichtingen 25 bevatten gewoonlijk een electrische keten, die aanspreekt op een eerste electrische schakeling, die verandert als een functie van de gieklengte, en een tweede electrische schakeling, die verandert als een functie van de giekhoek voor het verschaffen van een waarschuvings-aangeving en het beletten van de werking van de hydraulische aandrijf-, 30 middelen van de giek.

De beveiligingsstelsels, zoals te vinden in het genoemde Amerikaanse octrooischrift, bevatten reeksen schakelingen, bestaande uit emgroot aantal electrische contacten, welke contacten onderhevig zijn aan vervuiling en falen. Een foute werking van het stelsel kan 8103138 --2- » * leiden tot een onwerkzame giek in een foute toestand, of een kortgesloten, omzeild beveiligingsstelsel in een tweede fouttoestand, hetgeen het een bedienaar onwetend mogelijk zou maken de veiligheidsgrenzen van zijn inrichting te overschrijden.

5 Het Amerikaanse octrooischrift 3.7^+0.53^ is een voorbeeld van stelsels, die primair zijn ingericht voor het verschaffen van een waarschuwing aan de "bedienaar, dat een verdere werking gevaarlijk is .en een rampzalig falen tot gevolg kan hebben. Stelsels, zoals deze, verschaffen geen werking voor het beletten van de bediening, zoals 10 verschaft door de hiervoor besproken bekende stelsels, en verschaffen dus niet de veiligheidsmaatregel van een stelsel, dat de handelingen van een onvoorzichtige bedienaar kan overheersen. Het. Amerikaanse octrooischrift 3-7^+0-53^ illustreert de huidige neiging cm electro— mechanische regelstelsels te vervangen door logische electronische 15' stelsels. De vooruitgangen in deze fase van de techniek zijn echter betrekkelijk ingewikkeld en. omvatten uitgebreide electronische. stelsels , die kostbaar zijn te vervaardigen en onderhevig aan een hoge-faalfrequentie als gevolg van het grote aantal onderling afhankelijke schakelingen.

20 Derhalve is het een primair doel van de uitvinding een bevei liging sschakelingte. verschaffen voor het bedieningsstelsel van een giek, welke schakeling bestaat uit een mengeling van electro-mecha-nische en logische halfgeleiderorganen in wisselwerking voor het produceren van een veiliger stelsel, voorzien van een minimaal aantal 25 electro-mechanische en halfgeleiderelementen.

Een verder doel is het verschaffen van een logisch halfgeleider-regelmiddel, dat aanspreekt op electrische werkingen, die de giek-hoek en gieklengte vertegenwoordigen, voor het beletten van het verlengen van de giek of het neerlaten van de giek, die de giek een 30 veilige werkingsomhullende zouden doen overschrijden.

Hog een verder doel is het verschaffen van een betrekkelijk eenvoudig logisch halfgeleiderstelsel, dat aanspreekt op incrementele spanningsniveaus, verschaft door een slingerpotentiometer, en giek-lengteregelwerkingen verschaft door een groep electrische schakelaars, 35 welke schakelaars volgens een onderling uitsluitende wijze werken.

8103138 -3- * a

Een ander doel is het verschaffen van een giekwaarschuvings-stelsel en. een veiliger middel voor het overheersen van de "bedienaar, die goedkoop kunnen-worden geproduceerd, gemakkelijk kunnen worden onderhouden en veiliger zijn met betrekking tot .de stand van de techniek.

5 Hog een verder doel is het bewaken van het aantal electro-me- chanische organen voor een foute werking, en het bij een. foute werking beletten van het verlengen en neerlaten van de giek.

Het onderhavige giekbeveiligingsstelsel bevat geïntegreerde, logische, inverterende EH-schakelingen, die een waarschuwingsaangeving 10 verschaffen en de giek-verlengwerking of giekneerlaatverking beletten wanneer de giek een voor afbepaalde stand heeft bereikt binnen een voor-geschreven veilige werkingsranhullende.

Giekhoekgegevens worden verschaft aan de logische schakeling via een vergelijker met stapverking, die een in impulsen, gecodeerd woord 15 voor de giekhoek verschaft. De vergelijker met stapverking vergelijkt verstelbare grenswaarden met getrapte spanningen, verschaft door een slingerpotenticmeter, aangedreven door de giek. Gieklengte- of -ver— lenginggegevens worden verschaft aan de logische schakeling in de vorm van een gecodeerd, woord, opgewekt door een aantal schakelaars, aan-20 sprekende pp de giekstand en ingericht voor het op een onderling uitsluitende wijze sluiten.

Het gecodeerde woord of de uitdrukking voor de gieklengte wordt samengevoegd met het gecodeerde woord of de uitdrukking, opgewekt door de vergelijker met stapverking voor de giekhoek in twee afzonder-25 lijke logische stelsels, die het neerlaten of het verlengen van de giek beletten indien veilige grenzen zullen worden overschreden.

Een "bewakingsschakeling onderzoekt het gecodeerde woord, dat de gieklengte vertegenwoordigt, cm vast te stellen of een der schakelaars foutief werkzaam is, en voor het, indien dit het geval 30 is, beletten van het verlengen en neerlaten van de giek. Een overheers-schakelaar is bedienbaar door de bedienaar teneinde het neerlaten van de giek mogelijk te maken zelfs indien een of meer van de schakelaars foutief werkzaam zijn.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, 35 waarin: 8103 138 τ * * fig.. 1 eea blokschema is van de belangri jkste onderdelen van het beveiligingsstelsel, ...

fig. 2 een schema is van de giekhoekvergelijker met stapverking en de-schakeling voor het .opwekken vaahet giekhoekwoord».

5 fig. 3· een schema, is van de waarneénmiddelen voor de gieklengte en de schakeling, voor het opwekken van het gieklengte voord, fig. V een·schema is van de logische schakeling voor het beletten van het verlengen van de. giek,.

•fig. 5 een. schema is van de logische schakeling voor het beletten 10 van het neerlaten van de giek, fig. 6 grafisch de veilige werkingsamhulleilde van de giek. toont, en fig. T een schema is van de schakeling voor het bewaken van de generator voor het gieklengtevoord.

15 Fig. 1 is een blckschema, dat de grandverkingselementen toont..

De giekhoekvoordgeneratoar 20 produceert een gecodeerd voord of uitdrukking, bestaande uit hoge en lage- spanningsnxveanx over een aantal par allele geleiders 11, die zijn, af getakt en gelegd aan zovel de logische schakeling voor de giekhoek als de logische schakeling 50 20 voor de gieklengte.

Verder is de uitgang van de gieklengte met generator 30 gelegd aan een bewakingsschakeling 60, zoals gedetailleerd vordt uiteengezet met betrekking tot fig. 7* De bewakingsschakeling βθ bepaalt of de generator 30· 'en in het bijzonder een reeks schakelaars, zoals vordt 25 •uiteengezet met betrekking tot fig. 3,. werkzaam is of foutief werkzaam, waarbij de bewakingsschakeling 60 bij het foutief werkzaam zijn daarvan een paar blokkeersignalen UTELEIM en NLIFMIIJH opwekt en legt aan r de versterkers 13 en 16 voor het respectievelijk blokkeren van het verlengen en neerlaten van de giek. De logische giekhoekschakeling 30 1+0 en de logische gieklengteschakeling 50 zijn elk gekoppeld aan de bewakingsschakeling 60 en bedienen gewoonlijk de bewakingsschakeling βθ voor het hoog maken van elk der signalen NTELEMH en MLIFDIOTH, waardoor de versterkers 13 en 16 worden vrijgemaakt voor het respectievelijk mogelijk maken van het verlengen en neerlaten van de giek.

35 Wanneer echter de logische giekhoekschakeling ^0 van zijn ingangen 8103158 * % -5- bepaalt dat het niet veilig is de giek neer te laten als gevolg van zijn lengte,, bedient de schakeling'itO de bewakingsschakeling 60 voor het laag plaatsen van het HLIFDHIEH-signaal of tot een nulnivean voor het beletten van. de werking van de versterker 16. Indien de logische giek-5 hoekschakeling Uo bepaalt dat het niet veilig is de lengte van de giek te verlengen» wordt op soortgelijke wijze de bewakingss.chakelingr 60 • bediend voor het laag plaatsen van het NTELEBiH-signaal voor het zo- . doende verhinderen van de. werking van de versterker 13 * Verder bevat de bevakingsschakeling 60 een overheersschakelaar jbb, zoals wordt dit-10 eengezet met betrekking tot fig. 7, die kan worden gesloten voor het overheersen van het blokkeersignaal. HLIFDHIHH, waardoor dit naar zijn hoge toestand wordt gedrongen teneinde bekrachtiging mogelijk te maken van de versterker 16 en het neerlaten van de giek..

Ih het bijzonder is de versterker 13 werkzaam als een solenoxde 15 stuur orgaan, dat de hydraulische regelklep lb bekrachtigt voor de • hydraulische schakeling voor het verlengen, van de giek in aanspreking op een hoog spanningsniveau, gelegd , aan de ingang van de versterker 13 via de giekverlengschakelaar 15. Indien echter de logische giekhoek— schakeling bo bepaalt, dat het niet veilig is de giek te verlengen, 20 valt de uitgang van de logische schakeling naar 0 en wordt de ver— 4 sterker 13 geblokkeerd. Het indrukken van de giekverlengschakelaar 15 veroorzaakt dus niet het door de solenoxde wikkeling openen van de hydralische klep voor het mogelijk maken van de giékverlenging. Be regelschakeling bevat dus een veiliger kenmerk, waarbij het falen van 25 de logische schakeling de werking van het giekverlengmechanisme blokkeert.

De giekneerschakeling , bestaande uit de versterker 16, de solenoïde 17 en de giékneerschakelaar 18 is op een soortgelijke wijze werkzaam als de hiervoor beschreven giekverlengschakeling. Een hoog 30 signaal HLEFDHINH geeft een voorspanning aan de versterker 16, zodat deze geleidend is indien een positieve potentiaal wordt gelegd aan de ingang. De giekneerschakelaar 18 verschaft de vereiste positieve ingang wanneer de bedienaar de giékneerwerkingen kiest. De solenoxde-wikkeling 17 wordt bekrachtigd én de hydraulische klep van het giek-35 neerstelsel wordt bediend.

8103138 -6— * i

Indien daarentegen het NLIFDSIIH-signaal laag is, bekrachtigt het i'ndrukken van de neerschakelaar 18 niet de solenoidewikkeling 17, en kan de giek niet worden, neergelaten totdat, de gieklengte is verkleind tot een uilige'waarde.

5 Opgemerkt moet worden, dat de voorgaande bespreking is gericht op een voorkeursuitvoeringsvorm, waarbij gébruik wordt... gemaakt van hydraulische bedienings organen voor de giekverleng- en giekhef /neer-werkingen. Het± is echter binnen het kader van de uitvinding pneumatische, electrische of andere middelen te gebruiken, geregeld door 10 de versterkers 13 en l6 voor het aandrijven van de giek.

Fig. 2 toont gedetailleerd een schema, van de vergelijker met . stapwerking voor de giekhoek, en de schakeling voor het opwekken van heb giekhoekvoord, in het bldkschema.van fig. 1 aangeduid als de giekhoekwoordgenerator 20.

15 De. schakeling van fig. 2 bevat een IM3 h0-8 spanningsregelaar 201,.

die een ingang van lh V gelijkstroom. ontvangt en een geregelde 8 V gelijkstroomuitgang verschaft. De 8- V uitgang wordt gelegd aan de slinger-potentianeter 202, die 6 eontactleden heeft, die in volgorde worden bestreken door een contactarm,. die mechanisch is. gekoppeld aan de giek.

20 De slingerpotentiameter werkt als een spanningsverdeelschakeling, waarbij de zes eontactleden en de contactarm. zodanig zijn bemeten, dat het spanningsniveau, geleverd aan de bestrijkende, contactarm een functie is van. een bepaald giekhoekbereik, zoals aangegeven in de volgende tabel.

25 Giekhoek' Spanning " 'Contactlij 0° 0,5 V a 16° 1,77 V b.

32° 3,Oh V c _ 39° " 3,60 V d 30 50° h,h7 V e 59° 5,19 V f

De uitgang van de spanningsregelaar 201 wordt ook gelegd aan de parallele spanningsverdeelladder, bestaande uit de potentiometers 203-208. De potentiometer 203 is aangepast voor het verschaffen van 35 een spanningsniveau gelijk aan 0,5 V of de uitgang van het contactlij a 8103138 * % -Τ'- van. de slingerpafbenticaneter 202. Op soortgelijke wijze zijn de po-tenticmeters 20^-208 aangepast voor het verschaffen van spannings-niveaux, overeenkamende met resp. de spanningen, verschaft door de contactleden b-f van de slingerpotenticmeter 202.

5 · De uitgangen van de potentiometers 203-208 worden via een kj kJ-L

weerstand gelegd aan de negatieve ingang van resp. de rekenversterkers 213-218. Een 10 M_fL terugkoppelhaan naar de negatieve ingang is verschaft voor elk. der rékenversterkers, die zijn ingericht cm te werken als vergeüjkers. Wanneer dus het contactlid a van de slinger-10 potentiometer 202 via de bestrijkende contactarm is verbonden met de positieve ingangsverzamelleiding 219 van de vergelijkers 213-218,. is de uitgang van de vergelijker 213 een 1 of een hoog logisch niveau, en zijn de uitgangen van de overige vergelijkers een. 0 of een laag» logisch niveau.. Wanneer de giek omhoog wordt bewogen, kamt. de be-15 strijkende arm van de slingerpotenticmeter 202 in contact met het lid b en wordt 1,30 V gelegd aan de verzamelleiding 219. Dit doet de uitgangen van de vergelijkers 213 en 214 hoog worden en de overige vergelijkers op 0 blijven. Wanneer dus de giek omhoog wordt bewogen, stappen de uitgangen van de par allele vergelijkers 213.-218 in. volg-20 orde voor het verschaffen van een digitaal woord over de parallele uitgangen, welk woord begint als 100000 wanneer de bestrijkende arm van de slingerpotenticmeter 202 het contactlid a bereikt, en gaat door naar mill wanneer de arm het lid f bereikt.

Inverteerorganen 223-228 zijn inverterende versterkers in de 25 voorkeursuitvoeringsvorm CDUo^9C. Deze versterkers hangen samen met de vergelijkers 213-218 en doen in aanspreking op het door een vergelijker verschaffen van een uitgang, met een hoog spanningsniveau de lichtgevende dioden 233-23.8 in volgorde oplichten als een functie van het in volgorde in werkzame of geleidende toestand brengen van 30 de vergelijkers. De lichtgevende dioden kunnen MV5153 zijn, die bij verbinding met de niet geregelde energiebron van het stelsel door 1 kiX weerstanden een licht aangeving van de giekhoek verschaffen.

De giéklengtewoordgenerator 30 van fig. 1 is gedetailleerd afgebeeld in fig. 3 van de giéklengtewaameemmiddelen en de giek-35 lengtewoordgeneratorschakeling. De gieklengtewaarneemmiddelen bestaan 8103 138 • ί -a- * » uit 7 mèeroschakelaars 30.7-307». die test aan uit enkelpolige tweeweg-microschakelaars, ingericht voor het verschaffen van een uitgang met een positief spanningsniveau of een aarde, hetgeen logisch een 1- of Q-uitgang verschaft op 7 parallele lijnen, waaruit het, gieklengtewoord 5 bestaat.

De microschakelaars 301-307 worden, in werkzame toestand geplaatst door een ndkmiddel» gemonteerd aan de voet van. de giek en bemeten voor het in volgorde op een onderling uitsluitende wijze in werkzame toestand plaatsen van de schakelaars, zodat op elk willekeurig moment 10 slechts een schakelaar is verhonden.met de positieve, spanningsbron.

De zeven parallele uit gangs lijnen, die het gieklengtewoord. vormen» zijn verbonden met resp. de lichtgevende dioden 321-327 via . resp„ de invert eer organen 311-3.17 met resp.. de schakelaars 301-307» Slechts een. inverteerorgaan verschaft een negatieve potentiaal, aan de 15. kathode van een van de lichtgevende dioden bij elke willekeurige giek-lengte». en de lichtgevende diode, dient als een aangeving van de giek— verlenging... In een voorkeursuitvoeringsvorm kunnen de inverterende versterkers 'CDkoU9C-versterkers zijn, en de lichtgevende dioden ' MV5353.

20 Het parallele uitgangswoord van de gieklengtegenerator wordt gelegd aan zowel'de logische giekhoekschakeling ^0 als de logische gieklengteschakeling. 50 van fig. 1, evenals de parallele woorduitgang van de giekhoekwoordgenerator

De logische het verlengen van de giekrblokkerende schakeling 25 van fig. U bevat het gedetailleerde logische schema van de logische giekhoekschakeling 40 van fig. 1. Deze logische schakeling stoelt . op een inverterende ΕΪΓ-poort Uoi met 8 ingangen, in de voorkeursuitvoeringsvorm M7^030. De inverterende M-poort met 8 ingangen wordt gestuurd door een decodeer schakeling», bestaande uit 6 inverterende 30 · EN-poorten U13-U28 met drie ingangen,, aansprekende op het giekhoek- woord, een omgekeerde functie van het giekhoekwoord en het gieklengtewoord. De zes inverterende EH-poorten met drie ingangen zijn in een voorkeursuitvoeringsvorm M7 i+C10, en de inverterende M-poort en hl3-bl7 ontvangen respectievelijk omgekeerde functies van het giék-35 hoekwoord via de inverterende versterkers U21^28, die in een voor- 81 03 138 ; * keursuitvoeringsvorm M7I+COI+ zijn. De invert erende M-poorten ontvangen odk camhinatiefuncties van het gieklengtevoord via OF-poorten i+i+1-1+1+5.

De inverterende Eïï-poorten 1+01 en 1+13-1+18 verschaffen een hoge. of 1-uitgang indien een of meer van de ingangen laag of 0 zijn.

5 Ihdien alle ingangen hoog zijn, is. de uitgang van de inverterende M-poort laag. Indien dus alle ingangen naar de inverterende M-poort ' 1+01 hoog of 1 zijn,, is de uitgang van de inverterende M-poort laag of 0..

Een ÖHiitgang van de inverterende M-poort 1+01. verschaft 10 een 0-uitgang aan de inverteerorganen 1+31-1+38 en 1+32, die hestaan uit inverterende versterkers CDl+0l+9C. Wanneer een 0-potentiaal vordt gelegd ρΛπ het inverteerorgaan 1+31, vordt de lichtgevende diode 1+33 bekrachtigd via een 1 ΕΛ. veerstand voor het verschaffen van een aangeving, dat het naar buiten telescoperen kan.De lichtgevende diode 1+33 kan 15 . een MV5253 zijn.

De 0-uitgang van de inverterende M-poort 1+01 vordt gelegd aan de gieklengtevoordgeneratorbevakingsschakeling 60, die een positief vri jmaaks ignaal met een hoge voor spanning legt aan de versterker 13, vaardoor dus de bekrachtiging mogelijk is van de solenoxdevikkeling lh 20 voor het verlengen van de giek, zoals veergegeven in fig. .1. De uitgang van de invert erende M-poort 1+01 vordt ook gelegd aan de bevakings-schakeling 60, zoals veergegeven in fig. 7, en in het bijzonder via OF-poorten 770 en j66 aan een inverteerorgaan 768, vaarvan de uitgang het HTELEIHH-signaal is, gelegd aan de versterker 13.

25 De uitgang vordt ook via een versterkings- en isolatieschakeling gelegd aan een buitenlicht, dat aangeeft dat de giek niet mag vorden verlengd en zich bevindt op een. afstandsregelplaats, zoals een mand in het einde van de giek. De afstandsisolatiesehakeling.bestaat in een voorkeursuitvoeringsvorm uit een 2116010 transistor 1+31+, die via veer-30 stand is gekoppeld aan een 111911+ diode 1+35» die via een Dl+ID transistor 1+36 is gekoppeld aan de afstandsplaats via een smeltveiligheid 1+37.

Logisch verkt de schakeling als volgt, vaarbij de giek in zijn volledig ingetrokken stand vordt aangenomen. In dit geval is de schakelaar 301 van fig. 3 gesloten, en is een logische 1 gelegd aan zijn uit-35 gang, en een logische 0 gelegd aan de uitgangen van de microschakelaars 81 03 138 -10- 302-307 * ,Het zeshitswoord van de gieklengtewoordgenerator naar de logische giekrerlengschakeling bestaat dus uit 6 nullen, en de inverter ende EN-poorten 1+13-1+18 verschaffen regelmatig een 1-uitgang.

De 6 uitgangen met een hoog·, niveau doen de inverterende. EN-poort. 1+01 5 een 0- of laag niveauuitgang produceren, en de giekverlengyersterker wordt vrijgemaakt. Indien de giek dan wordt verlengd, zodat, de micro— . schakelaar 302 sluit, opent.de micraschakelaar 301 en worden logische • nullen van. de gieklengtewoordgenerator' gelegd aan de inverterende EN-poort en U-lU—hl8, maar wordt, een logische 1 gelegd aan de inver-10 terende EN-poort 1+13.

Indien in de voorgaande toestand de giek . zich onder een t hoek. van 0 bevindt, is het. giekwoord 100000,. waarbij de uitgang, van de vergelijking 213 de 1- of hoge. niveauuitgang verschaft.,, die is gekoppeld aan. een ingang van. de inverterende EN-poort 1+13. De andere 1? ingang naar de inverterende EN-poort 1+13 wordt verschaft door de ver— gelijker 2ll+. Deze vergelijker produceert een logisch Q-niveau, waarbij echter het inverteerorgaan. 1+21+ de uitgang een hoog niveau doet aannemen en,dus de drie ingangen.van. de inverterende EN-poort. 1+13. hoog zijn. Dit doet de uitgang van de inverterende EN-poort 1+13 20 laag zijn,, hetgeen de uitgang van de inverterende EN-poort 1+01 hoog doet gaan en de versterker 13 van fig. 1 blokkeren, zodat de giek niet kan worden verlengd.

Indien echter de giek omhoog wordt bewogen, zodat de bestrijk-arm van de slingerpotenticmeter 202 op het c-lid is, verschaffen de 25 vergelijkers 213, 2ll+ en 215 een hoog niveauuitgang aan de inverterende EN-poorten 1+13, 1+lh en 1+15. De inverterende EN-poort 1+13 wordt echter geblokkeerd, door de geïnverteerde uitgang van de vergelijker. 2ll+ via het inverterende orgaan 1+21+, en de invert erende EN-poort l+ll+ wordt geblokkeerd door de geïnverteerde uitgang van de vergelijker 215 via .30 het inverteerorgaan 1+25· De laag niv.eau-uitgang van de vergelijker 216 wordt echter geïnverteerd via het inverteerorgaan 1+26 voor het verschaffen van een tweede hoog niveauingang naar de inverterende EN-poort 1+15· Dit doet de inverterende EN-poorten 1+13-1+18 hoog niveau-uitgangen produceren zolang de giekgrensschakelaar 301 of 302 gesloten 35 blijft. De solenoïde voor het verlengen van de giek kan dus in werkzame 8103 138 -11- toes tand worden, geplaatst, en de giek kan worden verlengd.

Wanneer de giek is verlengd tot een punt, waar de microschake-laar 30¼ sluit, verandert liet ingangswoord van de gieklengtewoord-genérator naar 0001000, en doet het in samenhang met het aanwezige 5 boekwoord de inverterende EN-poort hl6 een laag niveau-uitgang produceren. Dit doet de inverterende EN-poort ^01 een hoog niveau-uitgang produceren, en het giekverlengst els el wordt geblokkeerd, zoals hiervoor uiteengezet.

De logische giékneerblokkeerschakeling van fig. 5 bevat de 10 logische gieklengteschakeling 50 van fig. 1. De schakeling bestaat uit een inverterende EN-poort 501 met 8 ingangen, die een soortgelijke werking uitvoert als de inverterende EN-poort tOLvan de logische giekhoekschakeling.

De inverterende EN-poort 501 is een MM7^C30, en wordt geregeld 15 door ingangen van 6 inverterende EN-poort en 511-516 met twee ingangen in de MMT^COO vorm. Bij deze schakeling wordt gebruik gemaakt van een inverterende EN-poortboaa met drie takken in tegenstelling tot de inverterende EN-poort van de logische, giekhoekschakeling Λθ, . en dus verschaft een 1-uitgang van de inverterende EN-poort 501 een 20 logische functie, die het in werking stellen van het neerlaten van . de giek mogelijk maakt. Wanneer b.v. een 1 of een hoog lógisch niveau beschikbaar is aan de uitgang van de inverterende EN-poort 501, wordt dit hoog door een inverteerorgaan 532 gelegd aan een ingang van een inverterende 0F-poort 7T2, zoals weergegeven in fig. .7, 25 waarbij de uitgang van de inverterende 0F-poort 772 op zijn beurt wordt geïnverteerd door een inverteerorgaan 773 en gelegd aan een inverterende OF-poort 77^, waarvan de uitgang het giekneerblokkeer-signaal NLIFDN1NH omvat, zoals gelegd aan de versterker l6 van fig. 1. Ihdien het blokkeer signaal NLIFDNINH een hoog of 1 is, wordt de ver-30 sterker l6 vrijgemaakt, zodat het in werkzame toestand plaatsen van de neer schakelaar 18 de solenoïde wikkeling 17 bekrachtigt voor het tot stand brengen van het neerlaten van de giek, zoals hiervoor beschreven.

Een hoog of 1-niveau aan de uitgang van de inverterende ΞΝ-35 poort 501 wordt door inverteerorganen aangelegd, en zij verschaffen 8103138 ' -12- soortgelijke werkingen als dezelfde onderdelen in de logische giekhoek-•schakëling. Het hoge niveau, gelegd, aan het invert eer or gaan 531 verschaft b.v. een laag niveau aan de kathode van de lichtgevende diode 533· Deze lichtgevende diode is een MV5253, en het laag, niveausignaal 5 aan zijn kathode doet hem.· oplichten en. een aangeving, verschaffen dat het in orde. is de giek neer te laten. De. uitgang, van., het inverteerorgaan 532 wordt gelegd aan een koppelschakeling, bestaande uit een transistor 535j. een isolatiediode 536 en een transistor 537» die via een smelt-veiligheid. 538 een bekrachtigingspotentiaal verschaft, aan een op 10 afstand zich bevindende aangeving dat.de giek. niet mag worden neergelaten» Deze op afstand zich bevindende aangeving dat de giek niet mag worden neergelaten kan zich in een op afstand liggende voorziening i bevinden, zoals een personenmand aan het einde van de giek.

Zoals vermeld, wordt de inverterende EF-poort 501 geregeld door 15 de ingangen van 6 inverterende. EF-paorten 511-516, Dit zijn inverterende EF-poorten met twee ingangen, en de inverterende EF-poorten 511-516 ontvangen ingangen direct van signaalpositiewerkingen van het giek-hoëkwoord.

De inverterende EF-poorten 511-516 met 6 ingangen ontvangen, ook 20 ingangen van 5 aanvullende inverterende EF-poorten, bestaande uit drie inverterende EN-poorten 5^—> 5^-3 en 5^ met vier ingangen en 2 inverterende EF-poorten 5^5 en 5½ met 8 ingangen.

De inverterende EF-poort 5^6 met 8 ingangen is doorverbonden cm te. werken als een inverterende EF-poort met 6 ingangen, soortgelijk 25 aan de inverterende EH-poorten tól en 501» en kan, zoals afgebeeld, de vorm hebben van een hC30. De inverterende EF-poort 5^5 is een MM7^C30, maar is doorverbonden om te werken als een inverterende EF-poort met 5 ingangen. De inverterende EF-poorten 5^1» 5^3 en 5^^· zijn inverterende EF-poorten met k ingangen van de uitvoering MM7UC20.

30 De inverterende EF-poort 5^-1 is doorverbonden om te werken als een inverterende EF-poort met 2 ingangen, waarbij de inverterende EF-poort 5^3~'is doorverbonden cm te werken als een inverterende EF-poort met 3 ingangen en de inverterende EF-poort 5kh werkt als een gewone inverterende EF-poort met ^ ingangen. De ingangen naar de inverterende 35 EF-poorten 5^1» 5^3» 5^, 5^5 en 5^6 worden verschaft door combinaties van 8103138 -13- 6 van de 7 bitposities van het gieklengtewoord, zoals opgewekt door de microschakelaars 301-306. Indien dus de schakelaars 301-306 open zijn, en de schakelaar 307 is gesloten, zijn de bitposities van het gieklengtewoord, gelegd aan de logische lengtesehakeling, alle 0, en 5 verschaffen de inverteerorganen 551-556 hoge ingangen naar alle ingangen van de inverterende M-poorten 5kl, 5^3, 5^» 5^5 en 5h6,

In de voorgaande omstandigheid verschaffen de primaire logische inverterende M-poorten voor het neerlaten, bestaande uit 5^1» 5^3, 5*Λ> 5^5 en 5½ alle laag niveau of 0-uitgangen, waardoor de 6 tussen-10 liggende inverterende M-poorten 511-516 worden gedwongen cm:,, hoog niveau-uitgangen te produceren, die de inverterende M-poort 501 een laag niveau-uitgang doen produceren en de giékneerversterker 16 blokkeren; In deze toestand is de giek volledig verlengd en omhooggebracht naar een hoek van althans 59°· 15 Wanneer de giek volledig is verlengd en in de verticale stand staat, is dus de giékneerschakeling geblokkeerd. De logische 1 van het gieklengtewoord en de logische 1 van. het giekhoekwoordt gelegd aan de inverterende M-poort kl8 van fig. U doet echter de uitgang van die inverterende M-poort een logische 0 zijn, en dus is de uitgang 20 van de inverterende M-poort U01 een logische 1, die de giékverleng-‘0 schakeling blokkeert maar niet de giékintrekschakeling. Derhalve kan de giek worden ingetrokken en doet, indien ingetrokken tot een punt, waar de schakelaar 306 sluit, de daaruit voortvloeiende logische 1 op de 306 bitpositie van het gieklengtewoord,. de uitgang van het 25 invertereerorgaan 552 naar 0 of een logisch laag gaan. Dit doet de inverterende M-poort 5½ een 1-uitgang produceren, die wordt gelegd aan de inverterende M-poort 516. Wanneer het stelsel zich in de hiervoor’beschreven toestand bevindt, wordt ook een 1 verschaft aan de inverterende M-poort 516. Dit heeft een O^uitgang tot gevolg voor 30 de inverterende M-poort 516, en doet de uitgang van de inverterende M-poort 501 hoog gaan. Dit maakt de giekneerversterker 16 vrij, zodat de giékneerschakelaar 18 de solenoïdewikkeling 17 in werkzame toestand kan plaatsen voor het neerlaten van de giek totdat de uitgang van de vergelijking 218 van 1 naar 0 schakelt, veroorzaakt door het 35 bewegen van de strijkarm van de slingerpotentiometer van de leden e en f 8103138 -U- naar het lid d.

De giek kan. niet verder worden neergelaten onder- deze omstandigheden, totdat de gieklengte is verkort,, zodat de giek binnen de veilige werkingsanhullènde van fig.. 6 blijft. Indien b.v. de. giek dan wordt .5 ,· ingekort, zódat de mieroschakelaar 305 wordt gesloten en 306 open is, . wordt een 0 gelegd aan het inverteerorgaan 553, waardoor de invert.erende M-poorten 5^6 en 5^-5 hoge niveau-uitgangen produceren.. Onder deze omstandigheden handhaaft de inverterende Eïï-poort 5.16 zijn laag niveau-" uitgang omdat de uitgang, van de. vergelijker 218 laag is, maar de, uitgang 10' van de vergelijker 216 hoog, en wordt dus de inverterende M-poort 501 gedwongen een hoog niveau-uitgang. te produceren,, die weer de giékneer-versterker 16. in. werkzame toestancLplaatst...

• I

De veilige, werkingsomhullende. van. fig. 6 bevat .een .aantal stralen vanaf het draaipunt, Welke stralen samenhangen met de microschakelaars 15 301-30T van fig- 3 - De bovenste straal van de. grafiek, wordt geannoteerd L1-L7 om de overschakelpunten aan te geven van de- micros chakelaars 301-307 wanneer da.giek wordt, verlengd of ingetrokken.. De micro-schakelaar 301.van fig..3 is b.v. gesloten zolang de giek korter is dan de lengte, aangegeven tussen bet draaipunt en L1. Wanneer de giek .

20 wordt verlengd tussen L1 en L2, wordt de mieroschakelaar 302 gesloten en zijn alle andere microschakelaars open. Wanneer de giek beweegt naar bet segment tussen L2. en L3, sluit de. mieroschakelaar 303. en zijn alle andere microschakelaars open. Op deze wijze worden de microschakelaars 301-307 in volgorde en onderling uitsluitend ingeschakeld 25 wanneer de giek wordt verlengd, zodat wanneer de giek de L7 boog van fig. 6 bereikt, de mieroschakelaar 307 is gesloten.

De stralen, afkomstig uit het draaipunt van fig. 6, beschrijven hoogsegmenten, samenhangende met contactleden a-f van de slingerpotentio-meter 202 van fig. 2. Wanneer b.v. de giek tussen de 16° en 32° straal 30 is geplaatst, blijft de contactarm van de potentiometer in aangrijping met het b-lid en wordt 1,77 V gelegd aan de verzamelleiding 219 van fig. 2.

De bewakingsschakeling 60 voor het waarnemen van een foute werking in de gieklengtewoordgenerator 30 en in het bijzonder voor bet waarnemen 35 van het foutief werkzaam zijn van een van de microschakelaars 301-307, 8103138 -15- aoals in zijn algemeenheid weergegeven is in fig. 1, wordt gedetail-leerder "beschreven met "betrekking tot fig. 7· Meer in het "bijzonder . neemt de "bewakings schakeling: 60 waar of- twee van de microschakelaars / . 301-307 tegelijkertijd zijn gesloten of, of geen van de micro-.· 5 schakelaars 301-307 in. de werkzame toestand is geplaatst, en verschaft, indien een dergelijke foute werking aanwezig is, hlokkeersignalen die'een "beweging van de giek op slechts een wijze toelaten, die dient voor het vergroten van zijn stabiliteit, d.w.z. dat de giek alleen kan worden verkort of" omhoog "bewogen en niet· kan worden neergelaten 10 of verlengd* Hoewel het neerlaten of verlengen van de giek zodoende wordt geblokkeerd, is echter voorzien, dat indien mensen zich in de mand van de giek zouden bevinden, er geen middelen zouden zijn cm het mogelijk te maken de mensen naar de grond.te brengen. Derhalve is de bewakingsschakeling 60 'voorzien van een overheers schakelaar 77^ 15 teneinde dè hlokkeersignalen. te kunnen overheersen* Het is das verder nodig een schakeling· te verschaffen voor het waarnemen, van de foute werking van de‘ overheers schakelaar 77h.

Zoals weergegeven in fig. 7 is de bewakingsschakeling 60 gekoppeld voor het ontvangen van de uitgangen g, h, i, j,.k, en 1, 20 verkregen van de microschakelaars 301-306, zoals, weergegeven in fig. 3* Indien een van de microschakelaars 301-306 in werkzame toestand is geplaatst of gesloten, is zijn uitgangssignaal op 12 7 gelijkstroom, en bij het niet in de werkzame toestand zijn geplaatst is zijn uitgang op 0 V. De uitgangssignalen worden op verschillende manieren verbonden 25 op een aantal OF-poorten 702, 70k, ?06 , 708, 710 , 712, 71^· en 716, waardoor kan worden bepaald of twee van deze uitgangssignalen op hetzelfde moment aanwezig zijn. Elk der uitgangssignalen i, j, k en 1 'is b.v. verbonden met de 0F-poort 706, die een uitgang verschaft in aanspreking op het waarnemen van een van de voornoemde uitgangssignalen, 30 te leggen aan een ingang van de 0F-poort 716, waarvan de andere ingang op zijn beurt is verbonden voor het ontvangen van het uitgangssignaal h. Op zijn beurt wordt de uitgang hlvan de 0F-poort 716, welke uitgang de aanwezigheid aangeeft van een van de uitgangssignalen h-1, gelegd aan een ingang van een inverterende EN-poort 726, waarbij de andere 35 ingang wordt verkregen van het uitgangssignaal g. De inverterende EN- 8103 138 •16- poort 726 werkt voor het verschaffen van een hoge uitgang wanneer een of meer van zijn ingangen laag zijn of op 0 V. Ihdien dus een een signaal wordt g elegd aan elk der inverterende M-poort en 726, .zoals het. geval is wanneer de schakelaar 301 en een van de schakelaars 302-306 is 5 gesloten of in de werkzame toestand geplaatst, wordt een lage of nul- ' uitgang verkregen van de inverterende M-poort 726, welke uitgang op - zijn beurt wórdt gelegd aan een ingang van een inverterende M-poort 736. Zoals eveneens weergegeven in. fig. 7 is een inverterende M-poort J2k gekoppeld voor het direct ontvangen van het uitgangssignaal h 10' en 'de uitgang van de OF-poort 71^ cm door zijn lage uitgang het gelijktijdig in werkzame toestand plaatsen aan te geven, van de schakelaar 302 en een van de. overige schakelaars» Bovendien zijn de inverterende M-poorten 722, 720 en 713 op soortgelijke wijze verbonden met. gekozen 0F-poorten 712,. 70^, 710,. T08 en 702, en geven, zij resp». door 15- elk van hun. lage signalen het gelijktijdig in de werkzame toestand plaatsen aan van de microschakelaars 303, ^03 en 305 en een van.de overige schakelaars. De uitgangen van elk. der inverterende EU-poorten 72^, 722, T2Q en 718,. worden samen met de uitgang van de. inverterende M-poort 726 gelegd aan de ingangen van de invert erende M-poort 736.

20 Wanneer dus het uitgangssignaal TW0SW van de inverterende. M-paort 736 0 is, is een foute werking van twee van de microschakelaars 301-306 niet aanwezig, waarbij wanneer echter het uitgangssignaal TW0SW hoog gaat, b.v. zich bevindt op 12 V, er een aangeving is van een foute werking, d.w.z. een gelijktijdig, in de werkzame toestand plaatsen van 25 twee van de microschakelaars 301-306. De Boolean-uitdrukking voor het uitgangssignaal TW0SW van de inverterende M-poort 736 is als volgt: L0. (L1+L2+L3+LU+L5) + L1 (L0+L2+L3+IA+L5) + L2 (LO+L1.+L3+IA+L5) +

L3 (10+11+12+3A+15) + (IM (10+11+12+13+15) - TW0SW

De bewakingsschakeling 60 van fig. 7 neemt ook een foute werking 30 waar waarbij geen van de microschakelaars 301-306 in de werkzame toestand is geplaatst of gesloten. Hiervoor wordt het uitgangssignaal hl van de OF-poort 716 gelegd aan een eerste ingang van een OF-poort 728, waarbij de andere ingang de uitgang g ontvangt van de micro-schakelaar 301. Indien dus geen van de uitgangssignalen g-1 aanwezig 35 is, is de uitgang van de OF-poort 728 laag. Zoals weergegeven in fig. 7 8103 138 -17- wordt het uitgangssignaal van de OF-poort 728 gelegd aan een inverteer-orgaan.73^·, waarvan de uitgang HOSW wordt genoemd» die hij het hoog zijn de afwezigheid aangeeft van een van de uitgangssignalen g-1* waarbij in tegenstelling hiermee wanneer de uitgang HOSW laag is» er $ een aangeving is dat de foute werking, waarbij geen micro schakelaars 301-307 zijn gesloten, niet aanwezig is. De Boolean-uitdrukking voor het signaal 2T0SV ia als volgt:

LÖ.LT.L2 . L3 . Li . L5 * HOSW

De 'uitgang van de OF-poort 738, die LSFAIL wordt genoemd, 10 gaat hoog bij het optreden van het TWOSW- of HOSW-signaal, en wordt gelegd aan een invert eer or gaan 7^0 voor het bekrachtigen van een lichtgevende diode 7^2, hetgeen, een foute werking aangeeft van. de micro-schakelaars 301-306,. d.w.z. het gelijktijdig in de werkzame- toestand plaatsen of het afwezig zijn van het in de werkzame toestand, plaatsen 15 van een van deze schakelaars.

Indien dus het signaal ÏTOSW of TWOSW hoog is, worden blokkeer-signalen 5TELEIZE en HLIFDHIH5 gelegd,, zoals in zijn algemeenheid weergegeven in fig. 1, resp.. aan de versterkers 13 en 16 voor het blokkeren van de bekrachtiging van de solenoide wikkelingen 1¾ en 17 en 20 het dus voorkomen van het - in de werkzame toestand plaatsen van de hydraulische kleppen, die de giekverlenging. en het giékneerlaten regelen. Zoals weergegeven in fig. 7* wordt een hoog signaal HOSW via OF-poorten 770 en. 766 gelegd aan een inverteerorgaan 768, dat een laag signaal HTSLEIM verschaft voor het blokkeren van giekverlenging.

25 Een hoog signaal TWOSW wordt via OF-poort en 738 en 772, het invert eer-orgaan 773 en de OF-poort ^7¾ aangelegd voor het verschaffen van een laag signaal HLIFDHIRE voor het blokkeren van giekneerlaten. Zelfs wanneer een foute werking van de schakelaars is waargenomen, is het toch gewenst de mogelijkheid te hebben de giek neer te laten en de 30 door de mand van de giek gedragen mensen naar beneden naar de grond te brengen. Hiervoor is de overheers schakelaar 7^ aangebracht, zoals weergegeven in fig. 7. De overheers schakelaar 7^ verschaft een eerste uitgangssignaal, dat 0RS wordt genoemd. Wanneer de schakelaar jkk wordt gesloten, is het ORS-signaal hoog, d.w.z. 12 7, en wanneer de schake-35 laar Jbk open is, is het ORS-signaal laag, b.v. 0 V gelijkstroom.

8103138 -18- . Het tweede overheers s chak elaaruitgangs signaal wordt WOES genoemd, en "is hoog geplaatst wanneer de schakelaar 7^k niet in werkzame toestand ·. ,is geplaatst, en laag wanneer de schakelaar 7kU· in werkzame, toestand ‘is geplaatst» De OES— en lïOBS-signalén worden bewaakt door de scha-5 · keling 60 om zowel. de. gelijktijdige aan- als afwezigheid van deze • · signalen vast'te stellen. In het bijzonder wordt het NORS-signaal ' ' via een inverterende EN-poort 7^6, die werkt als inverteerorgaan, gelegd aan een eerste ingang van. de EN-poort 750» waarbij het 0RS-signaal. via een inverterende EN-poort ikQdie werkt als inverteer-. 10'. orgaan1, wordt: gelegd aan. de tweede ingang van de EN-poort 750.

Indien dus elk dezer OES- en. NORS-signalen laag is, d.w.z» afwezig, . . is' de uitgang van de EN-poort 750 hoog en wordt deze gelegd aan een . OF-poort 75H, die een hoog uitgangssignaal OEFAIL· verschaft. Wanneer de hoge NOES- en OES-signalen worden gelegd aan de ingangen van de.

15 EN-poort 752, verschaft deze op soortgelijke wijze een hooggaand signaal aan de andere ingang van de OF-poort 75^. Indien dus een hoog signaal wordt, gelegd aan een van de ingangen van.de OF-poort 750- om de afwezigheid of aanwezigheid aan te geven van de twee OES— en NORS-signalen, wordt een OBFAIL-signaal opgewekt, en via een 20 inverteerorgaan 756 aangelegd voor het bekrachtigen van een lichtgevende diode 75S om de foute. werking aan te geven van de overheers-schakelaar 7!^. De Boolean-uitdrukking voor de werking van de hiervoor beschreven schakeling is als volgt:

(ORSï. NORS) + (OES ·. NORS) = OEFAIL

25 De werking van de overheers schakelaar 7^ is ontworpen voor het alleen overheersen van het giekneerblokkeersignaal NLIFDNINH wanneer de giek volledig is ingetrokken, d.w.z. naar binnen getelescopeerd, • en alleen de' schakelaar 301 is gesloten. Het sluiten van de schakelaar Jkk kan dus het blokkeer signaal NLIFDNINH niet overheersen indien 30 een van,de schakelaars 302-306 is gesloten en indien een van hun uitgangssignalen h-1 aanwezig is. Hiervoor wordt de uitgang hl van de OF-poort. 716 voor het aangeven van de aanwezigheid van een van de uitgangssignalen h-1 van de microschakelaars 302-306, gelegd aan een eerste ingang van een inverterende EN-poort 730. Het ORS-signaal 35 voor het aangeven van het sluiten van de overheers schakelaar 7 kh wordt 8103 138 -19- gelegd aan. de tweede ingang van de inverterende EN-poort 730. Indien. das zowel het 0RS- als het hl-signaal hoog is, verschaft de inverteren-de.EU-poort 730 een lage uitgang, die moet worden geïnverteerd door . een inverteerorgaan 732 voor het verschaffen van een hoog' OtFAIL-5 signaal. De Boolean-uitdrukking voor de voornoemde schakeling is als volgt:

ORS (L1+L2+L3+LU+L5) * OtFAIL

De bewakingsschakeling βθ van fig. 7 wekt een laag of nul-signaaL HTELEHJE op, dat moet worden gelegd aan de versterker 13 van 10 fig. 1 voor het blokkeren van het naarhuiten telescoperen van de giek, £oals thans gedetailleerder wordt beschreven. Bij aanwezigheid van een van de hoge signalen HOSW, OtFAIL en ORFAIL, wordt een laag signaal MTSLEIBH opgewekt. Zoals weergegeven in fig.- 7, wordt een hoog 0RFAIL-signaal via de OF-poorten j6h en J66 gelegd aan een inverteerorgaan 15 768, dat het lage signaal HTEEEINH verschaft. Het hoge OLFAH-signaal wordt op soortgelijke wijze via OF-poorten j6h en 766 gelegd aan het inverteerorgaan 768. Het hoge HOSTf-s ignaal. wordt via. OF-poorten 770 en j66 gelegd aan het inverteerorgaan. 788. Wanneer dus het KTELEINH— signaal laag is of op 0 V, wordt het verlengen of het naar buiten 20 telescoperen van de giek geblokkeerd, terwijl wanneer het ÏÏTELEIKH-signaal hoog is, d.w.z. 12 V, de giekverlengschakelaar 15 kan worden gesloten voor het verlengen van de giek. De Boolean-uitdrukking voor de werking van deze schakeling is als volgt:

JJOStf + OtFAIL + 0RFAIL = BTELEIM

25 De bewakingsschakeling 60, zoals weergegeven in fig. 7, neemt de aanwezigheid waar van een foute werking van een schakelaar, zoals aangegeven door de hoge signalen HOSW of TW0SW voor het opwekken van een.laag of nul-signaal ÏÏLÏFDNUÏH, dat wordt gelegd aan de versterker l6 voor het blokkeren van het giekneerlaten. UT het bijzonder spreekt 30 de 0F-poort 738 aan op een van de hoge signalen H0SW of TW0SW, zoals gelegd aan zijn ingangen voor het leggen van een hoog LSFAIL-signaal via een 0F-poort 772 aan een inverteerorgaan 773, waarvan het verkregen lage signaal wordt gelegd aan de 0F-poort 774, die het lage signaal HLIFDEDIH verschaft voor het blokkeren van het giekneerlaten.

35 Het blokkeer signaal NUFDNIM kan worden overheerst en van 8103 138 -20- een lage naar een hoge toestand gedwongen, b.v. naar 12 V, hij het sluiten van de overheers schakelaar 7*A. Ih. het bijzonder spreekt de bewakings-schakeling 60 aan op een foute werking van de microschakelaars 301-306, zoals aangegeven door de aanwezigheid van een hoog LSFAIL-signaal en 5 op- de met goed gevolg plaatsvindende werking van de overheersschakelaar-7ΙΛ» zoals aangeduid door een laag ORFAIL-signaal voor het aan. de uitgang van een ETT-poort 762 opwekken van een hoog ORSG-signaal. In het bijzonder wordt het· LSFAIL-signaal gelegd aan een ingang van de EN-poort 7^2., Verder wordt het lage ORFAIL-signaal van de OF-poort 752 10' · via een inverteerorgaan. 759 gelegd aan een eerste ingang, van een.

EH-poort 7βθ» waarbij het hoge OES-signaal wordt gelegd aan de tweede ingang van de ETT-poort 760 ► Ihdien dus een hoog OES-signaal wordt opge— ; wekt" door het sluitenvan.de overheers schakelaar 7^ en de overheers— • schakelaar 7 Ut- is werkzaam» zoals aangegeven, door een laag: ORFAIL--15 signaal» legt de EN-poort 760 een hoge. uitgang aan de tweede ingang van de Eïï-poort 762, die een hoog ORSG-signaal opwekt en legt aan een ingang van de OF-poort 77^ voor het zodoende hoog· sturen van het EEIFDNIM-signaar, en overheersen, van het blokkeersignaal► De Boolean— uitdrukking voor HEIFDITIITH is als volgt :

20 LSFAIL + ORSG = HLIFDIIM

De bewakingsschakeling 60 is dus werkzaam voor het waarnemen van de foute werking van de grensmicroschakelaar 301-306, d.w.z. voor het waarnemen van de afwezigheid van het in werkzame toestand plaatsen van een van de of het in werkzame toestand plaatsen van twee of meer 25 van de schakelaars. Bij aanwezigheid van een dergelijke foute schakelaar-werking, legt de bewakingsschakeling 60 blokkeer signalen aan elk der versterkers 13 en 16 voor het resp. blokkeren van het verlengen of neerlaten van de giek. Een overheersschakelaar 7^U is verschaft voor het mogelijk maken van het neerlaten van de giek indien deze volledig ' 30 . is ingetrokken, waardoor dus een bedienaar, zoals gedragen door de mand van de giek, veilig naar beneden naar de grond kan worden gebracht.

Bij wijze van voorbeeld is de overheers schakelaar 7½½ op afstand aangebracht bij de mand van de giek.

Hoewel voorkeursuitvoeringsvormen zijn afgebeeld en beschreven, 35 kunnen veranderingen en wijzigingen duidelijk zijn voor deskundigen» 8103138 -21-

Derhalve is de anvang van de uitvinding niet hiertoe "beperkt en wordt deze "bepaald door de conclusies.

8103 138

Claims (10)

1, Beveiligingsschaiceling voor een. in lengte veranderlijke giek, • die in een rechtlijnige richting volgens zijn hartlijn verlengbaar is, en draaibaar is tussen een neergelaten stand en een opgestelde stand, gekenmerkt, door een generator voor een eerste gecodeerd woord, dat 5. de bellfngshoek aangeeft van de. giek vanuit zijn laagste stand, door een -generator voor een. tweede gecodeerd woord, dat de lengte, aangeeft *. van .de giek* door een gieklengteregeling, die in een eerste, toestand kan worden geplaatst voor het toelaten van giékverlenging en in een tweede, toe stand voor het voorkomen van giékverlenging,. door een giek-10 hoékregeling» die in een eerste toestand, kan worden geplaatst voor het toelaten van het giekne er laten naar zijn onderste stand en naar een ; tweede toestand voor het voorkomen van het gietneerlaten naar zijn. • onderste stand, door een eerste logische regelschakeling, aansprekende ! op de eerste en. tweede gecodeerde woorden als- aangeving van een labiele 15 giektoestand voor het in zijn tweede toestand plaatsen van. de giék-verlengregeling, en door een· tweede logische, regels chakeling, aan- sprekende op de eerste en tweede gecodeerde woorden als aangeving van een labiele, giektoestand voor het in zijn tweede toestand plaatsen, van de giekneerlaatregeling.

2. Schakeling volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de genera-» tor van heb gecodeerde giekhoekwoord een spanning sver deels chakeling . omvat, die een slingerpotentiometer bevat, voorzien van een aantal in volgorde bestreken contacten voor het verschaffen van afzonderlijke spanningsniveaus, die giékhoeken vertegenwoordigen, verder een elec— 25 trisch contact voor het contact maken met de bestreken contacten van de slingerpotentiometer, een electrische verzamelleiding, verbonden met het electrische contact, een aantal spanningsvergelijkers, parallel geschakeld aan de electrische verzamelleiding voor het produceren van een parallel gecodeerd woord, dat de giekhoek vertegenwoordigt, en 30 een aantal spanningsdelers voor het verschaffen van vergelijkings-potentialen voor het aantal vergelijkers.

3. Schakeling volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerkt, dat de generator voor het gecodeerde gieklengtewoord een aantal parallel geschakelde microschakelaars omvat, en een bedieningsorgaan, aansprekende 35 op de gieklengte voor het op een onderling uitsluitende wijze in werkzame 8103138 -23- toestand plaatsen van de microschakelaars. ij-- Schakeling volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de tweede logische schakeling een aantal inverterende M-poorten met drie ingangen omvat, welke poorten een eerste ingang "bevatten, electrisch verbonden 5 met een van de vergelijkers, verder een tweede ingang, electrisch- verbonden via een inverteerorgaan met een andere vergelijker, en een derde ingang, electrisch verbonden met een van de microschakelaars, en een inverterende M-poort met blokkeerwerking, die een ingang bevat-voor elk der inverterende M-poorten met drie ingangen, welke poorten elk 10 zijn verbonden met een. van de ingangen...

5- Schakeling volgens conclusie 3* met het kenmerk, dat de eerste logische schakeling een aantal par allele OF-poorten met twee ingangen omvat, bestuurd door de uitgangen van de vergelijkers, verder een aantal inverterende M-poorten met twee ingangen, elk voorzien van een ingang, 15 verschaft door een van de OF-poorten, een logische, inverterende M— boem,- die een inverterende M-poort met twee ingangen bevat, verder een inverterende M-poort met drie ingangen, een inverterende M-poort - met vier ingangen, een inverterende. M-poort met vijf ingangen en een inverterende M-poort met zes ingangen voor het verschaffen van tweede 20 ingangen aan het aantal inverterende M-poorten met twee ingangen, een aantal inverteerorganen. voor het leggen van een omgekeerde functie van het gieklengtewoord aan de inverterende M-poorten van de logische inverterende M-boom, en een inverterende M-poort voor het blokkeren van het giekneerlaten, welke poort een aantal ingangen bevat gelijk 25 aan het aantal inverterende M-poorten met twee ingangen, welke poorten een ingang verschaffen aan de inverterende M-poort voor het blokkeren van het giekneerlaten.

6. Schakeling volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de gieklengte-regeling een gieklengteregelschakelaar cmvat, verder een giekverleng-30 versterker voor het verschaffen van den bekrachtigende poténtiaal aan de gieklengteregeling in aanspreking op het sluiten van de gieklengt eregelschakelaar, en een vrijmaaktorgaan voor de giekverleng-versterker, aansprekende op een uitgang van de inverterende M-poort voor het blokkeren van de giekverlenging. 35 7· Schakeling volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de tweede 8103138 -2ί+- regelschakeling een giekneerlaatregelschakelaar omvat, verder een giek-neerlaatversterker voor het verschaffen van een bekrachtigende potentiaal aan de giekhoèkregeling in. aanspreking op het sluiten van de. giekneerlaatregelschakelaar, en een vrijmaakorgaan voor de giekneerlaat— • 5 versterker, aansprekende op een uitgang van de inverterende EN-poort . voor het blokkeren van het giekneerlaten.

8. Schakeling volgens conclusie 7,. gekenmerkt door een afzonderlijke lichtgevende diode, verbonden met de uitgang van elk der vergelijkers. 9* Schakeling* volgens conclusie 7, gekenmerkt door een afzonderlijke 10 lichtgevende diode, electrisch verbonden met de uitgang van elk der microschakelaars. 10v Schakeling volgens, conclusie 1, gekenmerkt door een bewaker, : die aanspreekt op het gecodeerde giekhoekwoorcL voor het verschaffen van een blokkeersignaal indien de logische, giekhoekschakeling foutief ‘ 15 werkzaam is, waarbij de giekhoekregeling aanspreekt, op het blokkeersignaal om in zijn tweede toestand te worden geplaatst..

11. Schakeling volgens conclusie 10,. met het kenmerk, dat de giek-verlengregeling aanspreekt op het blokkeersignaal om. in zijn tweede toestand te worden geplaatst.

12. Schakeling vólgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de be waker een overheers schakelaar omvat voor het verschaffen van. een overheers signaal voor het voorkomen' van het verschaffen van het blokkeersignaal, waardoor de giekneerlaatregeling in zijn eerste toestand wordt geplaatst teneinde de giek te kunnen neerlaten. 25 13· Schakeling volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de tweede generator een aantal schakelaars omvat, elk in de werkzame toestand te. plaatsen voor het verschaffen van een uitgang, waarbij slechts een daarvan per keer in de werkzame toestand kan worden , geplaatst, van welke schakelaars de uitgangen het tweede gecodeerde 30 woord vormen, waarbij de bewaker aanspreekt op het in de werkzame - toestand plaatsen van twee of meer van het aantal schakelaars voor het verschaffen van een eerste foutieve schakelwerkingssignaal. lk. Schakeling volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de bewaker aanspreekt op het in de werkzame toestand plaatsen van geen 35 van het aantal schakelaars voor het verschaffen van de tweede foutieve 81 03 138 ♦ -25- schakelverkingssignaal.

15. Schakeling volgens conclusie 13 , met het kenmerk, dat de giekneerlaatregeling aanspreekt op het eerste foutieve schakelwerkings-signaal om in zijn tweede toestand te worden geplaatst.

16. Schakeling volgens conclusie lb, met het kenmerk, dat de giek- verlengregeling aanspreekt op het tweede foutieve schakelwerkings— signaal om in zijn tweede toestand te worden geplaatst. i 8103138