NL8100870A - Papierzak. - Google Patents

Description

B- - <►-** .j»»

P & C

W 5789-1 Ned. Papierzak.

De uitvinding heeft betrekking op een platte papierzak, die na het omvouwen van de zijn opening begrenzende kanten afsluitbaar is. Dergelijke zakken worden voor de massale verzending van in vorm gelijke voorwerpen toegepast, zoals monsterzendingen, films e.d. De tot dusverre 5 gebruikelijke zakken van deze soort werden zodanig afgesloten, dat na het eenmalig of, nog beter, tweemalig omvouwen van de hals van de zak in de aldus gevormde verdikking een gat gestoken werd - welk gat ook reeds bij de vervaardiging van de zak aangebracht kan worden - en vervolgens de afsluiting verzekerd werd door een metalen splitpen in het 10 gat te steken, waarvan de benen naar weerszijden omgevouwen worden.

Deze methode van afsluiten is nadelig, want men moet afzonderlijk te bewaren splitpennen in voorraad houden; de splitpennen kunnen er uit vallen, en bovendien bestaat een zeker gevaar, dat men zich aan de scherpe kanten ervan verwondt.

15 Het zal duidelijk zijn, dat men in plaats van splitpennen ook een kleefstrook lan toepassen, doch het hanteren van deze kleefstrook is veel lastiger dan bij toepassing van metalen krammen.

De uitvinding stelt zich ten doel een papierzak van het hier in den aanvang genoemde type te verschaffen, waarbij alle voor de 20 afsluiting benodigde elementen reeds aan de papierzak aanwezig zijn, zonder dat echter de papierzak met betrekking tot de stapeling ervan en eventueel de machinale vulling ervan op geen enkele wijze benadeeld wordt.

De oplossing van dit probleem wordt verkregen doordat de zak op zijn ene buitenzijde onmiddellijk evenwijdig aan de openingsrand een 25 eerste kontaktkleefstrook bezit en dat een tweede kontaktkleefstrook op de andere buitenzijde evenwijdig aan de eerste, echter over twee strook- breedten van de openingsrand weg versprongen, aangebracht is.

Π

In een voorkeursuitvoeringsvorm trekken de beide stroken zich uit over de totale breedte van de papierzak evenwijdig aan de openings-30 rand. De papierzak is voorts gekenmerkt door voorgedrukte vouwlijnen aan de het dichtst bij elkaar komende kanten van de kleefstroken.

Daarbij dient onder de uitdrukking "kontaktkleefstrook" een zodanig kleefstrook te worden verstaan, die slechts met een bijbehorende tweede kleefstrook een hechtverbinding kan aangaan, echter niet met 35 andersoortig materiaal. Dergelijke kontaktkleefstroken kunnen zowel voor permanente afsluiting (verzending van briefwaren) alsook voor vaak weer te openen afsluitingen (drukwerk, monsters) aangebracht worden.

81 008 7 0 S-V JS“ -afc - 2 -

Men heeft reeds dergelijke kontaktkleefstroken ook bij de gebruikelijke briefenveloppen toegepast. Daar dienen echter bijzondere, de machinale verwerking hinderende vouwen aangebracht te worden, opdat niet onbedoeld de envelop afgesloten wordt of een aantal enveloppen aan 5 elkaar kleven. Deze beperking geldt niet voor de zak volgens de uitvinding. Wanneer namelijk nog geen vouwing heeft plaatsgevonden, en deze geschiedt immers eerst onmiddellijk voor het afsluiten, liggen de zakken heel normaal vlak, en wegens het feit dat de kleefstroken in de hoogterichting versprongen zijn, kunnen zij ook in magazijnen en dergelijke in gelijke 10 zin gestapeld liggen, zonder dat een onderlinge verkleving plaatsvindt.

De uitvinding zal hieronder aan de hand van de bijgaande tekening nader worden toegelicht.

De tekening stelt een aanzicht voor in perspectief van een papierzak ter verzending van belichte films, voorzien van een afsluiting 15 volgens de uitvinding.

De papierzak zelf heeft de gebruikelijke vorm met twee buitenzijden 1 resp. 2 en ingeslagen zijvouwen 3. Aan het ene einde van de zak is een zogenaamde kruisbodemsluiting 4 aangebracht, die met behulp van kleefmiddelen een vast geheel vormt.

20 Volgens de uitvinding bezit het andere, open einde van de zak twee vouwlijnen 5 en 6, die zich evenwijdig aan de openingskanten 7, 8 uitstrekken. Daarmee zijn de eindgebieden A, B van dezelfde breedte van de papierzak vastgelegd, die voor het afsluiten van de zak dienen te worden omgevouwen; in de tekening is het eerste eindgebied A reeds 25 gedeeltelijk langs de vouwlijn 5 omgevouwen. Dit eerste eindgebied is aan de buitenzijde 1 met een component van een hechtkleefmiddel bedekt, hetgeen aangegeven is door in het vlak pintjes of stippeltjes aan te brengen; deze component hecht zich slechts aan een vlak, dat op zijn beurt met de'andere component van het hechtkleefmiddel bekleed is en in 30 het gebied C van de andere buitenzijde van de zak zodanig aangebracht is, dat na het tweemalig omvouwen van de hals van de zak beide componenten (strook A en strook C) congruent liggen; de drie gebieden A, B, C hebben dus in wezen dezelfde breedte.

In open toestand kan men derhalve de zakken zonder enig probleem 35 stapelen of afzonderen zonder dat het gevaar van een over en weer vastkleven bestaat; anderzijds is de zak bijzonder goed voor het machinaal afsluiten geschikt.

8100870

Claims (3)

1. Platte papierzak, die na het omvouwen van de zijopening begrenzende kanten afsluitbaar is, met het kenmerk, dat de zak op zijn ene buitenzijde (1) onmiddellijk evenwijdig aan de openingsrand een 5 eerste kontaktkleefstrook (A) bezit en dat een tweede kontaktkleefstrook (C) op de andere buitenzijde (2) evenwijdig aan de eerste, echter over . twee strookbreedten (A + B) van de openingsrand weg versprongen, aangebracht is.

2. Platte papierzak volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat 10 beide stroken (A + C) zich over de totale breedte van de papierzak evenwijdig aan de openingsrand uitstrekken.

3. Platte papierzak volgens conclusie 1 of 2, gekenmerkt door voorgedrukte vouwlijnen (5, 6} aan de het dichtst bij elkaar komende kanten van de kleefstroken (A + C). 15 8100870