NL8100521A - Speelinrichting. - Google Patents

Speelinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL8100521A
NL8100521A NL8100521A NL8100521A NL8100521A NL 8100521 A NL8100521 A NL 8100521A NL 8100521 A NL8100521 A NL 8100521A NL 8100521 A NL8100521 A NL 8100521A NL 8100521 A NL8100521 A NL 8100521A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
rotation
discs
base
container
holder
Prior art date
Application number
NL8100521A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Goldfarb Adolph E
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Goldfarb Adolph E filed Critical Goldfarb Adolph E
Publication of NL8100521A publication Critical patent/NL8100521A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A63SPORTS; GAMES; AMUSEMENTS
    • A63FCARD, BOARD, OR ROULETTE GAMES; INDOOR GAMES USING SMALL MOVING PLAYING BODIES; VIDEO GAMES; GAMES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • A63F11/00Game accessories of general use, e.g. score counters, boxes
    • A63F11/0002Dispensing or collecting devices for tokens or chips
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A63SPORTS; GAMES; AMUSEMENTS
    • A63FCARD, BOARD, OR ROULETTE GAMES; INDOOR GAMES USING SMALL MOVING PLAYING BODIES; VIDEO GAMES; GAMES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • A63F1/00Card games
    • A63F1/06Card games appurtenances
    • A63F1/14Card dealers

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Multimedia (AREA)
  • Toys (AREA)
  • Automatic Disk Changers (AREA)

Description

-1- 21740/CV/fcl
Aanvrager: Adolph E.Goldfarb te Tarzana, California, Verenigde Staten van Amerika.
Korte Aanduiding: Speelinrichting.
5
De uitvinding heeft betrekking op een speelinrichting voorzien van afgeefeenheid voor het opeenvolgend en automatisch afgeven van dunne, althans in hoofdzaak vlakke schijven aan een aantal spelerstations,die rondom de afgeefeenheid zijn opgesteld.
10 Verschillende inrichtingen,welke voorwerpen algeven aan een aantal spelers zijn reeds bekend. Er zijn bijvoorbeeld inrichtingen voor het automatisch verdelen van kaarten,welke draaien ten einde opeenvolgend tegenover ieder van een aantal spelers te komen,waarbij een orgaan, zoals een wrijvingsrol,in ingrijping is met een bovenste kaart van een 15 spelkaarten om zodoende opeenvolgend de kaarten aan de spelers uit te delen.
Verder zijn meadere speelinrichtingen voorgesteld,waarin een orgaan op een centrale eenheid opeevolgend draait om verschillende voorwerpen vrij te geven aan de desbetreffende spelers. Bij een voorstel wordt bij-20 voorbeeld voor iedere speler een doel vrijgegeven bij het draaien van de inrichting,waarbij de speler tracht het doel te treffen indien dit doel in een geschikte stand en/of toegankelijk is doordat een toegang open is. Bij andere uitvoeringsvormen toont de draaiende centrale inrichting opeenvolgend afbeeldingen of andere aanduidingen aan de spelers 25 en van de spelers wordt dan vereist de aanduidingen na te bootsen of op andere wijze te gebruiken tijdens het spelen van een spel.
Het de huidige uitvinding wordt beoogd een nieuwe en verbeterde speelinrichting te verkrijgen waarbij gebruik wordt gemaakt van een centrale afgeefeenheid .voor het afgeven van vlakke schijfvormige speelstuk-30 ken aan spelers in een bepaalde volgorde.
De uitvinding voorziet dan ook in een speelinrichting voorzien van een afgeefeenheid voor het opeenvolgend en automatisch afgeven van dunne, althans in hoofdzaak vlakke schijven aan een aantal spelerssta-tions,die rondom de afgeefeenheid zijn opgesteld,waarbij de afgeefeenheid 35 is voorzien van : a) een basis, b) een houder,die op de basis is aangebracht zodanig dat de houder 8100521 -2- 21740/CV/tl ten opzichte van de basis draaibaar is om een zich omhoog uitstrekkende as, terwijl de houder is voorzien van althans een zich verticaal uitstrekken opneemruimte,die versprongen staat ten opzichte van de zich omhoog uitstrekkende as en bestemd is voor het opnemen van een stapel dunne, 5 althans in hoofdzaak vlakke schijven, c) middelen voor het bewerkstelligen van een relatieve rotatie tussen de houder en de basis, en d) nokorganen op de basis en op de houder,welke nokorganen zodanig zijn opgesteld en uitgevoerd dat de schijven opeenvolgend en automatisch 10 aan de spdersstatio%worden afgegeven ten gevolge van de draaiing van de houder.
Een praktische uitvoeringsvorm van de afgeefeenheid omvat dus een basis waarop een draaibaar magazijn is aangebracht. Het magazijn is voorzien van een of meer compartimenten of bunkers,die ieder zijn be-15 stemd voor het opnemen van een stapel schijven. Bij draaiing van het magazijn worden de schijven bij de onderzijden van de stapels in ingrij-ping gebracht met de nokorganen en daardoor automatisch en opeenvolgend naar buiten afleven aan spelersstations,die rondom de centrale eenheid zijn opgesteld. De afgeefeenheid kan met hoge snelheid in werking worden 20 gesteld en toch nauwkeurig de schijven bij ieder station afgeven in een gelijkmatige en doelmatige wijze zonder een vastklemmen resulterend uit een kantelen of niet juist in lijn liggen van de schijven.
Een de voorkeur verdienende uitvoeringsvorm omvat verder stortkokers,die ieder leiden naar een van de desbetreffende spelersstations.
25 De eenheid kan met behulp van een batterij in werking worden ge steld en zelfaandrijvend zijn en tevens zijn voorzien van een eenvoudige start/ stopschakelaar nabij zijn midden,waarbij de schakelaar wordt opgelicht voor het starten van de draaiing van het magazijn en wordt ingedrukt voor het stopzetten van de draaiing.
30 De schijven kunnen zijn voorzien van aanduidingen die door de spe lers kunnen worden gebruikt bij·het spelen van het spel. De aanduidingen kunnen bijvoorbeeld worden gevormd door letters,welke de spelers gebruiken voor het spellen van woorden,of de aanduidingen kunnen worden gevormd door nummers welke in opeenvolgingen of andere combinaties moeten worden 35 aangepast,zoals bijvoorbeeld wordt gedaan bij verschillende kaartspelen.
De aanduidingen kunnen worden gebruikt voor het vergelijken met aandui- 8100521 -3- 21740/CV/tl dingen bij de spelersstations ,bijvoorbeeld voor het invullen van standen op een kaart,zoals gebruikt voor bingo of dergelijke spelen.
In een de voorkeur verdienende uitvoeringsvorm zijn de schijven voorzien van uitsnijdingen met verschillende vormen en is ieder van de spelersstations voorzien van uitsteeksels,welke overeenkomen met enige maar niet met alle uitgesneden vormen. In een dergelijk geval kan iedere speler trachten de uitsteeksels bij hun desbetreffend station in overeenstemming te brengen met de daar afgegeven schijven,terwijl aan het magazijn iedere aan de speler afgegeven schijf,die niet met de des betreffende uitsteeksels overeenkomt wordt teruggegeven en waarbij de eerste speler,welke alle bij zijn station aanwezige uitsteeksels in overeenstemming heeft gebracht met van overeenkomstige uitsnijdingen voor-zienen schijven de winnaar is.
De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van bijgaande figuren.
Fig. 1 toont in perspectief een uitvoeringsvoorbeeld van een speel-inrichting volgens de uitvinding.
Fig. IA toont op grotere schaal een doorsnede over fig.1,gezien volgens de lijn IA- IA in fig.1.
Fig. 2 toont op grotere schaal in perspectief de afgeefeenheid van de in fig.1 afgeheelde inrichting.
Fig. 3 toont op grotere schaal,gedeeltelijk in aanzicht en gedeeltelijk in doorsnede volgens de lijn 3 - 3 in fig.2 de inrichting volgens de uitvinding.
Fig. 4 toont een doorsnede over fig.3,gezien volgens de lijn 4- 4 in fig.3.
Fig. 5 toont een doorsnede over een deel van fig.4,gezien volgens de lijn 5- 5 in fig.4.
Fig. 6 toont een doorsnede over een deel van fig.4,gezien volgens de lijn 6 - 6 in fig.4.
Fig.7 toont een doorsnede over fig.4,gezien volgens de lijn 7-7 in fig.4.
Fig. 8 toont een deel van fig.7 gezien in doorsnede volgens de lijn 8- 8 in 'fig.7.
Ket in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van de speelin-richting 10 volgens de uitvinding omvat een bord 12,dat wordt gevormd 8100521 -4- 2F4Ó/CV/tl door ffen althans in hoofdzaak vlak cirkelvormig orgaan,en een afgeef-eenheid 14 voor schijven,welke centraal ten opzichte van het bord 12 is opgesteld. Het bord 12 bepaald vier spelersstations 16,die op gelijke onderlinge afstand langs de omtreksrand van het bord 12 zijn opgesteld.
5 Verder omvat de inrichting 10 een aantal vlakke cirkelvormige schijven 18.
De afgeefeenheid 14 omvat een basis 20 en een draaibaar magazijn 22,dat zodanig op de basis 20 is aangebracht,dat het magazijn draaibaar is om een zich althans in hoofdzaak verticaal uitstrekkende en centraal 10 gelegen draaiingsas X- X. Het magazijn 22 begrenst een paar zich omhoog uitstrekkende cilindrische bunkers.of compartimenten 24,die nabij hun boveneinden open zijn en ieder zijn aangepast voor het opnemen van een stapel schijven 14. Zoals het beste blijkt uit fig.1 omvat de basis 20 * vier zich naar beneden toe uitstrekkende stortkokers of hellingen 26, 15 die ieder althans in hoofdzaak in lijn zijn gelegen met een van de desbetreffende spelersstations 16. Indien dus het magazijn 22 draait kunnen afzonderlijke schijven 18 een voor een langs de opeenvolgende hellingen 26 naar beneden toe worden afgegeven aan de opeenvolgende spelersstations 16. Draaiing van het magazijn 22 wordt geregeld met behulp van een cen-20 traal gelegen verticaal verschuifbaar regelorgaan 28,dat omhoog wordt bewogen voor het op gang brengen van de draaiing en wordt ingedrukt voor het stoppen van de draaiing.
Zoals hieronder nader zal worden uiteengezet wordt het afgeven van de schijven 18 eenvoudig en doelmatig bewerkstelligd door de aan-25 brenging van nok of geleidingsoppervlakken 30, 124 op het magazijn 22 resp. de basis 20,welke nok of geleidingsoppervlakken in ingrijping komen met de onderste schijven 18 in de stapels en ten gevolge van de doorgaande draaiing van het magazijn deze schijven 18 radiaal naar buiten en naar beneden langs de daarbij behorende hellingen 26 en zo naar de 30 spelersstations 16 geleiden.
De in dit uitvoeringsvoorbeeld weergegeven schijven 18 zijn ieder, voorzien van een uitsnijding 32 en ieder van de spelersstations 16 is voorzien van een aantal uitsteeksels 34. In de schijven 18 zijn een groot aantal verschillende uitsnijdingen 32 aangebracht en in ieder van de 35 spelersstations 16 bevindetvfeich uitsteeksels 34,die overeenkomen met enige maar niet met alle uitsnijdingen 32. Indien dus de schijven willkeurig 8100521 -5- 21740/CV/tl worden afgegeven kan iedere speler schijven 18 ontvangen waarvan de uitsnijdingen overeenkomen met de uitsteeksels 34 maar ook schijven, waarvan de uitsteeksels niet overeenkomen met de uitsteeksels 34.
De niet passende schijven worden teruggeplaatst in het draaiende maga-5 zijn 22.
Zoals hierboven reeds opgemerkt is het weergegeven bord 12 van het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van de inrichting 10 althans in hoofd-zaak vlak en cirkelvormig uitgevoerd,waarbij dit bord uit verschillende geschikte materialen kan zijn vervaardigd. Aangezien de weergegeven uit-10 voeringsvorm van de speelinrichting is voorzien van een aantal zich omhoog uitstrekkende uitsteeksels 34 is het doelmatig en economisch om het bord 12 te vervaardigen uit gegoten kunststofmateriaal., zodat de uitsteeksels 34 uit een stuk met het bord kunnen worden vervaardigd. Het weergegeven bord 12 omvat,z>als is afgeheeld in fig.1, een weing verheven W6ÜC6 · * ψ · · 15 delen, ae vier spelersstations,die ieder buiten een desbetreffende helling 26 op de afgeefeenheid 14 zijn gelegen, begrenzen. Deze verheven delen begrenzen ook cirkelvormige uitsparingen 35 rond ieder van de uitsteeksels 34 voor het opnemen van de cirkelvormige schijven 18,zoals het beste is weergegeven in fig.1 A. Bij het midden van het bord 12 kan 20 een kussen 42 voor de afgeefeenheid zijn aangebracht ten einde een een geschikte wrijving bezittend tussenvlak te verkrijgen met de onderzijde van de afgeefeenheid 14. Dit kussen 42 kan een afzonderlijk bestaddeel
ZO
zijn,£ls een uit rubber of dergelijke vervaardigde mat,maar ook istfiet mogelijk om dit kussen uit een stuk met het bord 12 te vormen. Het bord 25 12 kan eventueel ook uit karton of dergelijke zijn vervaardigd waarbij de uitsteeksels 34 bijvoorbeeld kunnen worden gevormd door aan het karton bevestigde uit kunststof gegoten delen.
De afgeefeenheid 14 is nader weergegeven in de fig.2- 8. Zoals uit deze figuren blijkt heeft de basis 20 een althans in hoofdzaak de vorm 30 van een afgeknotte kegel bezittende zijwand 44, een althans in hoofdzaak cirkelvormige bovenwand 46 en een cirkelvormige onderwand 48. De zijwanden 44 en de bovenwand 46 kunnen uit een stuk zijn vervaardigd,terwijl in het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld de onderwand 48 wordt gevormd door een afzonderlijk stuk,dat met behulp van schroeven 50 (fig.7) op zijn plaats is bevestigd. Delen van de zijwand 44 zijn teruggesprongen voor het vormen van de stortkokers of hellingen 26. Zoals het beste in 35 8100521 -6- 21740/CV/tl fig.3 en 7 is weergegeven is de houder of het magazijn 22 draaibaar boven de basis 20 ondersteund,zodanig dat dit magazijn 22 draaibaar is om de verticale draaiingsas X- X. Hiertoe heeft de bovenwand 46 een cirkelvormige centraal gelegen opening 52,welke wordt begrensd door 5 een zich vanaf de bovenwand naar beneden toe uitstrekkend buisvormig naafgedeéfce 54 dat een naar binnen gedraaide onderste lip 56 bezit.
Het magazijn 22 heeft een cirkelvormige onderwand 57,welke een langgestrekte bovenste sectie 59 ondersteunt,welke is voorzien van een aan tegenover elkaar gelegen uiteinden 61 en 63 afgeronde bovenwand 10 60. Nabij ieder einde 61, 63 van de bovenste sectié 59 van het magazijn bevindt zich een van de zich omhoog uitstrekkende cilindrische compartimenten 24 voor de schijven. Ieder compartiment· 24 is zowel aan zijn boveneinde als aan zijn ondereinde open. De compartimenten 24 strekken zich uit door de onderwand 57,zodanig dat de onderzijde van de wand 57 15 in lijn is gelegen met de ondereinden 123 van de compartimenten 24.
De ondereinden 123 van de compartimenten zijn op een afstand boven het bovenoppervlak 120 van de bovenwand 46 van de basis gelegen welke afstand kleiner is dan de dikte van een schijf 18 met het oog op een hieronder nog nader uiteen te zetten doel. Bij ieder boveneinde 62 is 20 het compartiment 24 naar boven wijder wordend uitgevoerd ter vergemakkelijking van het inbrengen van de schijven 18 in het compartiment 24. De bovenste sectie 59 van het magazijn is uitgevoerd met een centraal gedeelte 64,dat een zich naar beneden uitstrekkend cilindrisch ondereinde 66 bezit. Dit einde 66 is draaibaar opgenomen in de naafsectie 54 en 25 wordt ondersteund door de onderlip 56. Het magazijn 22 is zo dus draaibaar ondersteund op de basis 20.
Het magazijn 22 is via een tandwieloverbrenging in draaiing te b,rengen met behulp van een door een batterij gevoede motor 68,welke bdinnen de basis 20 wordt ondersteund. Meer in het bijzonder wordt de 30 motor 68 in de in fig.7 en 8 weergegeven stand ondersteund met behulp van niet nader weergegeven steunorganen. Met de uitgaande as 70 van de motor is een worm 72 verbonden. De motor 68 is met zijn hartlijn en met de hartlijn van de worm 72 althans in hoofdzaak horizontaal opgesteld. De worm 72 drijft een wormwiel 74 aan,welke wormwiel is bevestigd aan een 35 zich verticaal uitstrekkende as 76,die is aangebracht tussen de bovenwand 46 en de onderwand 48 van de basis 20. De as 76 is vrij draaibaar 8100521 7- 21740/CV/tl en nabij het boveneinde van de2e as/is aan-de as een klein rondsel 78 bevestigd. Het rondsel 78 is in ingrijping met een groter tandwiel 80, dat centraal ten opzichte van de afgeefeenheid 14 is opgesteld,zodanig dat dit tandwiel draaibaar is om de centrale verticale draaiingsas X- X.
5 Het tandwiel 80 is verder voorzien van een coaxiaal zich omhoog uitstrekkende cilindrische buisvormige naaf 82,welke draaibaar is opgesteld rondom de naafsectie 54. Het boveneinde van de naaf 82 ligt aan tegen een ringvormige schouder 55, die nabij het boveneinde van de naafsectie 54 is gelegen en zich naar buiten toe uitstrekt. Zoals is weergegeven in 10 fig.7 zijn binnen de naaf 82 van het tandwiel 80 een paar tegenover elkaar opgestelde en zich omhoog uitstrekkende grendelvingers 84 aangebracht waarbij de boveneinden 86 van deze grendelvingers zich radiaal naar buiten toe uitstrekken voor het vormen van een vergrendeling. Het centrale gedeelte 64 van het magazijn omvat een zich dwars uitstrekkende 15 wand 88,welke althans in hoofdzaak in lijn is gelegen met de onderwand 57 van het magazijn. De dwarswand 88 is voorzien van een paar openingen 90, waardoorheen de einden 86 van de vingers 84 zich uitstrekken. Ieder einde 86 strekt zich radiaal naar buiten toe uit en ligt daarbij op het deel van de dwarswand 88,dat buiten en nabij de desbetreffende opening 90 20 is gelegen,zodat het tandwiel 80 aan het magazijn 22 is vergrendeld.
De vingers 84 zijn voldoende veerkrachtig om te kunnen buigen en met een snappassing de in fig.7 weergegeven grendelstand in te nemen. Zodoende wordt de draaiing van de motoras 70 vertraagd door de tandwieloverbrenging overgebracht voor het verdraaien van het magazijn 22. Het magazijn 22 25 kan doelmatig in draaiing worden gebracht met een snelheid in de orde van grootte van ongeveer 25 omw/min tot 50 omw/min.
In fig.7 en 8 is verder het electrisch circuit weergegeven tussen de motor 68 en een krachtbron in de vorm van een batterij 92,welke binnen de basis 20 wordt ondersteund. In de onderwand 48 van de basis 20 kan 30 een opening zijn aangebracht voor het verwijderen en vervangen van de batterij 92. Een einde van de batterij 92 is in contact met een metalen contact 96,dat op zijn beurt is verbonden met een electrische draad 98, welke naar de motor 68 leidt. Het andere einde van de batterij 92 is in contact met een verder metalen contact 100. De contacten 96 en 100 kunnen 35 doelmatig met behulp van niet nader weergegeven middelen worden ondersteund op de onderwand 48. Het contact 100 omvat een vingergedeelte 102,dat normaal met de motor 68 in contact is,zoals met getrokken lijnen in fig.7 is 8100521 8- 21740/CV/tl afgebeeld. Het vingergedeelte 102 is zodanig aangêbracht,dat dit veerkrachtig kan worden verplaatst naar de in fig.7 met stippellijnen weergegeven stand waarin het electrisch contact met de motor 68 is onderbroken. De beweging van het vingergedeelte 102 werkt dus als een aan/ uitschakelaar 5 voor het electrisch circuit en de werking van de motor 68. Het openen en sluiten van de schakelaar 102 wordt geregeld door de verticale beweging van het regelorgaan 28. Bit orgaan 28 omvat een langgestrekte zich omhoog uitstrekkende centraal gelegen steel 104 en een met de hand te grijpen zich dwars uitstrekkende handgreep 106. De steel 104 strekt zich uit door 10 een opening 114 in de wand 88 en door een centraal gat 116 in het tandwiel 80, terwijl het ondereinde 108 van de steel in lijn is gelegen met het vingergedeelte 102. Het ondereinde 108 is althans in hoofdzaak X-vormig in dwarsdoorsnede,terwijl het tussengelegen gedeelte vorkvormig is (dat wil zeggen uitgevoerd met een zich in de lengterichting uitstrekkende 15 centrale opening voor het begrenzen van twee op afstand van elkaar gelegen delen)·
In fig.7 is het regelorgaan 28 in de geheven stand afgebeeld,zodat daarbij het ondereinde 108 het vingergedeelte 102 niet naar beneden drukt en dus de motor 68 in bedrijf zal zijn voor het aandrijven van het 20 magazijn 22. In fig.3 is de ingedrukte of "uit" stand weergegeven waarin het regelorgaan 28 omlaag is bewogen en het ondereinde 108 het vingergedeelte 102 heeft weggedrukt voor het onderbreken van het contact met de motor 68 en dus de motor 68 tot stilstand is gebracht.
Er kunnen geschikte middelen zijn aangebracht om het regelorgaan in 25 ieder van de beide genoemde standen te houden. De weergegeven steel 104 is bij zijn gevorkt uitgevoerde middengedeelte voorzien van een verticaal op afstand van elkaar gelegêh paar omtreksribben,namelijk een bovenste rib 110 en een onderste rib 12, welke uitsteeksels vormen.
De opening 114 is zodanig bemeten,dat de zich daardoorheen uit-30 strekkende steel 104 verticaal beweegbaar is,terwijl deze verticale beweging wordt beperkt doordat normaal de uitsteeksels of ribben 110 en 112 niet door de opening 114 kunnen bewegen. De steel 104 is echter vervaardigd uit een veerkrachtig materiaal en is,zoals hierboven reeds opgemerkt, vorkvormig uitgevoerd,zodat de steel 104 veerkrachtig naar bin-35 nen kan worden vervormd om het mogelijk te maken,dat de afgeronde bovenste rib 110 door de opening 114 kan worden gedrongen,zowel in opwaartse 8100521 -9- 21740/CV/tl als in neerwaartse richting. Indien dus het regelorgaan 28 op de in fig.3 weergegeven wijze naar beneden wordt gedrukt wordt de bovenste rib 110 onder de wand 88 opgesteld waardoor het regelorgaan in deze stand wordt vastgehouden tegen de opwaartse kracht,welke het vingergedeelte 102 op 5 het ondereinde 108 uitoefent. Indien het regelorgaan 28 op de in fig.7 afgebeelde wijze omhoog wordt gebracht wordt de bovenste rib 110 omhoog door de opening 114 gedrongen naar de bovenzijde van de wand 88 totdat de onderste rib 112,welke aan zijn boveneinde is voorzien van een gren-delrand,welke zich dwars op de centrale hartlijn X-X uitstrekt,met de 10 onderzijde van de wand 88 in aanraking komt. In deze stand kan het vingergedeelte 102 omhoog bewegen en contact maken met de motor 68,zoals hierboven is omschreven.
De wand 88 met de daarin aangebrachte centrale opening 114 en de steel 104 met de twee ribben 110 en 112 werken dus als een eenvoudige 15 goedkope aan/ uitschakelaar voor de inrichting.
Zoals hierboven is opgemerkt komen ten gevolge van de draaiing van het magazijn 22 de schijven welke zich nabij de onderzijden van de verschillende stapels bevinden, in ingrijping met nok of geleidingsoppervlak-ken 30, 124 op de basis 20 en op het magazijn 22,waardoor de schijven 18 20 automatisch aan de opeenvolgende spelerstations 16 worden afgegeven.
Meer in het bijzonder schuift de onderste schijf 18 in iedere stapel langs het bovenoppervlak 120 van de bovenwand 46 en komt daarbij bij een ondiepe uitsparing 122. Ieder van de schijven 18 heeft dezelfde hoogte en afmeting en,zoals hierboven reeds opgemerkt, is de hoogte van de ruimte 25 tussen het basisoppervlak 120 en de onderrand 123 van een de schijven opnemend compartiment 24 kleiner dan de hoogte van een schijf 18,zodat de rand 123 zal aangrijpen op de onderste schijf 18 van de desbetreffende stapel en deze schijf zal bewegen totdat de schijf in een uitsparing 122 "valt”.
30 Zoals weergegeven in fig.4 zijn er vier uitwerpplaatsen,die op re gelmatige afstand van elkaar rondom de wand 46 zijn opgesteld en ieder ten opzichte van een desbetreffende helling 26 binnenwaarts zijn gelegen. Uitsparingen 122a, 122b en 122c zijn weergegeven bij drie van de uitwerp-plaatsen. Iedere uitsparing 122 is langgestrekt en strekt zich van de 35 buitenrand van de wand 46 (en dus in verbinding met een desbetreffende helling 26) radiaal naar binnen toe uit naar een afgerond binneneinde, 81 0 0 5 2 1 -10- 21740/CV/tl dat nabij het hart van de eenheid is gelegen. Iedere uitsparing 122 is bemeten om aanvankelijk een schijf 18 nabij zijn binneneinde op te nemen indien een stapel schijven over dit einde beweegt,zoals voor de schijven 18c in de uitsparing 122c is weergegeven (fig.3 en 4). Iedere uit-5 sparing 122 is een weinig ondieper dan de dikte van een schijf 18 bedraagt, zodanig, dat het bovenste gedeelte van een schijf 18 in de uitsparing uitsteekt boven het bovenoppervlak 120 en wel in voldoende mate om te worden gegrepen door een gekromde nok of geleidingsoppervlak 30,dat is aangebracht op de onderzijde van het draaiende magazijn 22. Het nok-10 oppervlak 30 werkt samen met een rand 124 van de de schijf bevattende uitsparing 122 om de schijf 18 radiaal langs de uitsparing 122 naar buiten te bewegen en zo de schijf af te geven of uit te werpen langs de daarbij behorende helling 26. De vorm van de twee weergegeven nokoppervlak-ken 30 is het beste afgeheeld in fig.4. Ieder van de nokoppervlakken 30 15 begint bij het radiaal binnenste einde van de desbetreffende uitsparing * 122 en strekt zich tegengesteld aan de draairichting uit in een althans in hoofdzaak gelijkmatige kromme,welke geleidelijk dichter bij de buitenrand van de bovenwand 46 van de basis komt.
In fig.4 is het magazijn 22 weergegeven,dat in de richting van de 20 wijzers van de klok draait. Indien dus het magazijn 22 draait snijdt ieder nokoppervlak 30 iedare daardoor ontmoette uitsparing 122 geleidelijk meer in de richting van het radiaal buitenste einde van de uitsparing 122. Fig.4 en 5 tonen met stippellijnen een schijf 18b in een uitsparing 122b,welke schijf in ingrijping is met een van de nokoppervlakken 30a. De 25 schijf 18b. is vanuit zijn oorspronkelijke binnenste stand,zoals hierboven beschreven met betrekking tot de schijf 18c, verplaatst. De schijf 18b wordt in feite geknepen tussen het nokoppervlak 30a en de tegenoverliggende rand 124b van de uitsparing 122b. Het zal duidelijk zijn,dat indien het magazijn 22 en het nokoppervlak 30a verder in de richting van 30 de wijzers van de klok draaien het oppervlak 30a de schijf 18b verder naar buiten zal dringen totdat deze schijf over de rand van de wand 46 en langs de desbetreffende helling 26 naar beneden valt.
De weergegeven afgeefeenheid 14 zal opeenvolgend de schijven 18 afgeven aan drie spelersstations 16. De eenheid kan echter naar keus ge-35 makkelijk worden gewijzigd door de gebnuiker om slechts schijven 18 aan twee of vier stations af te geven. Hiertoe is een uitsparing 122c uitgevoerd als een verwijderbaar inzetstuk 126c,zoals afgebeeld in fig.3 en 4.
8100521 -11- 21740/CV/tl
Dit inzetstuk 126 c kan opgenomen worden in een aangepaste kamer 127c (fig.6), welke in de basis van de bovenwand 46 is gevormd. Het inzetstuk 126c is langs zijn omtrek voorzien van uitsteeksels 128 welke passen in overeenkomstig gevormde opneemorganen of groeven 130 langs de oratrek van 5 de kamer 127c ten einde het inzetstuk uitneembaar in de kamer tegen te houden. Aan het buiteneinde van de kamer 127c en de naburige helling 26 is een uitsnijding 132 aangebracht ten einde het mogelijk te maken het buiteneinde van het inzetstuk 126c te grijpen voor het verwijderen daarvan uit de kamer 127c. Om de uitwerpplaats buitenwerking te stellen kan 10 het inzetstuk 126c worden uitgenomen (fig.6),omgedraaid en opnieuw in de kamer 127c worden ingestoken. In fig.3 en 4 is het zo omgekeerde omzet-stuk 126c in de kamer 127a afgebeeld,waarbij het bovenoppervlak van het inzetstuk 126c althans in hoofdzaak in een vlak en aansluitend met het naburige oppervlak 120 is gelegen,zodat de stapel schijven^onder de in-15 werking van de onderrand 123 van het compartiment daarlangs kan worden verschoven (zie schijf 18a in fig.3) zonder dat een schijf 18 in een uit-werpstand zal worden afgegeven. Het inzetstuk 126 a kan dus worden omgekeerd voor het verkrijgen van een verdere uitsparing 122a waarbij in dat geval alle .vier uitwerpstanden werkzaam zijn. Anderzijds is het mogelijk 20 om het inzetstuk 126c hier om te keren voor het verkrijgen van een aan-sluitendbovenvlak in plaats van de uitspaing 122c ,waardoor dan slechts twee werkzame uitwerpplaatsen aanwezig zullen zijn.
Thans zal het spelen van een spel onder gebruikmaking van de weergegeven speelinrichting nader worden beschreven. Zoals reeds uiteengezet 25 kan de speelinrichting worden ingesteld voor gebruik door twee, drie of vier spelers. Aangenomen wordt,dat alle vier stations 16 werkzaam zijn en daarbij wordt de afgifte-eenheid 14 geplaatst op het midden van het bord 12,zoals afgebeeld in fig.1,terwijl door een van de spelers het regelof-gaan 28 met de hand omhoog wordt oewogen om de motor 68 te bekrachtigen 30 en zodoende een snelle en gelijkmatige draaiing van het magazijn 22 te bewerkstelligen. Zoals hierboven beschreven worden daarbij de schijven 18 vanuit de bunkers of compartimenten 24 langs de hellingen 26 afgegeven in de opeenvolgende spelersstations. Ieder speler neemt de bij zijn station afgegeven schijven 18 en tracht de uitsnijdingen 32 op de schijven 35 18 in overeenstemming te brengen met de in zijn station aanwezige uitsteeksels. Iedere schijf 18,welke geen uitsnijding bezit,welke overeen- 8100521 -12- 21740/CV/tl komt met een in het desbetreffende station aangebracht uitsteeksel,wordt teruggebracht in een van de compartimenten 24 van het draaiende magazijn.
De eerste speler,welke voor alle in zijn station aanwezige uitsteeksels een passende schijf heeft zal dan winnaar kunnen zijn. De draaiing van het magazijn 22 kan worden stopgezet door het naar beneden drukken van regelorgaan 28. Doordat bij de weergegeven uitvoeringsvorm er twee stapels schijven 18 zijn en het magazijn 22 continu draait zal er een grote mate van willekeur zijn met betrekking tot de wijze waarop de schijven 18 aan de diverse speelstations 16 worden afgegeven.
De weergegeven schijven 18 zijn cirkelvormig uitgevoerd en hebben verschillende vormen bezittende uitsnijdingen 32 (fig.4). De in fig,4 afgeheelde schijf 18 heeft bijvoorbeeld een uitsnijding 32 met de vorm van driekwart van.een cirkel. Verschillende andere vormen kunnen worden toegepast,zoals duidelijk zal zijn uit fig.1. In een de voorkeur verdienende uitvoeringsvorm kunnen,ten einde het spel moeilijker en meer interessant te maken de schijnbaar symmetrische uitsnijdingen ( en de overeenkomstige uitsteeksels ) asymmetrisch worden gemaakt,zodat de schijf 18 op een bepaalde wijze moet worden georiënteerd voordat de uitsnijding past op het uitsteeksel.
De uitsteeksels 34 op het bord 12 komen overeen met uitsnijdingen 32,zodat een schijf in een cirkelvormige uitsparing 35 kan worden geplaatst terwijl daarbij het uitsteeksel 34 wordt opgenomen in een overeenkomstige uitsnijding 32,zoals is afgebeeld in fig.la. Verschillende andere vormgevingen kunnen eveneens worden gebruikt.Ofschoon het doelmatig is om met elkaar in ingrijping komende uitsteeksels en uitsnijdingen toe te passen kunnen de schijven zijn voorzien van aanduidingen od hun ooner vlakken en het bord kan eenvoudig zijn voorzien van· overeenkomstige aanduidingen om aan te geven,dat de desbetreffende schijven daarop moeten worden geplaatst. Het bord zelf kan verschillende geschikte vormen bezitten en er kunnen ook meer of minder dan de weergegeven vier spelersstations worden toegepast. Op soortgelijke wijze kunnen afzonderlijke spelerkaarten worden gebruikt in plaats van de in het bord 12 opgenomen stations. Ook kleuren kunnen worden gebruikt voor het verkrijgen van "aan-duidinees"^ - Ofschoon in het algemeen de voorkeur wordt gegeven aan cirkelvormige schijven kan het in sommige gevallen of toepassingen gewenst zijn andere vormen of uitvoeringen van de vlakke schijven toe te passen·,
Figure NL8100521AD00131
-13- 21740/CV/tl zoals meerzijdige schijven mefc althans nagenoeg een cirkelvormige vormgeving. De meerdere stapels, die worden gebruikt bij de weergegeven af-geefeenheid geven bepaalde voordelen ,zoals het kleinhouden van de hoogte van het magazijn voor een gegeven hoeveelheid schijven en het af-5 geven van van schijven tweemaal zo snel als indien een enkele stapel wordt gebruikt. Verder zal de verdeling van de schijven bij gebruikmaking van meerdere stapels willekeuriger zijn. Desalniettemin kan voor sommige toepassingen een enkele stapel gewenst zijn. Anderzijds kunnen, indien gewenst ook meer dan twee stapels worden gebruikt. Verder kan 10 ook een ander aandrijforgaan worden toegepast,zoals een op te winden veermotor, terwijl het ook mogelijk is om de afgeefeenheid eenvoudig door de gebruiker met de hand te laten draaien. Verder kan de inrichting in plaats van met een batterij zijn uitgerust met een kabel en stekker voor verbinding met het electriciteitsnet. Verder kan het gewenst 15 zijn middelen aan te brengen voor het wijzigen van de draaisnelheid en daarmede van de snelheid waarmede de schijven worden afgegeven. Indien gewenst kan het spel worden gespeeld met een tijdregelorgaan,zodat de werking tot stilstand wordt gebracht na een vooraf bepaalde tijdsperiode. Ook is een uitvoeringsvorm mogelijk,waarbij de inrichting in werking 20 kan worden gesteld voor het afgeven van een beperkt aantal schijven (een of meer) aan iedere speler,waarna de inrichting tot stilstand wordt gebracht , terwij 1 dit proces dan opeenvolgend kan worden herhaald. Bij de voorkeureuitvoeringsvorm werkt echter de eenheid continu voor het scheppen van een haastige en met opwinding gevulde atmosfeer bij'het spelen 25 van het spel. Verder zal het duidelijk zijn,dat binnen de geest en be-schermingsomvang van de uitvinding op de weergegeven en hierboven besproken uitvoeringsvorm wijzigingen kunnen worden aangebracht.
30 81 00 52 1

Claims (41)

1. Speelinrichting voorzien van een afgeefeenheid voor het opeenvolgend en automatisch afgeven van dunne,althans in hoofdzaak vlakke schijven aan een aantal spelersstations,die rondom de eenheid zijn opgesteld,met het kenmerk,dat de eenheid is voorzien van : a) een basis, b) een om een zich omhoog uitstrekkende draaiingsas draaibare op de basis aangebrachte houder welke althans een zich althans nagenoeg verticaal uitstrekkende opneemruimte,die ten opzichte van de draaiingsas versprongen is opgesteld en bestemd is voor het opnemen van een stapel dunne althans in hoofdzaak vlakke schijven, begrensd, c) middelen voor het bewerkstelligen van een relatieve draaiing tussen de houder en de basis,en d) nokorganen op de basis en op de houder welke zodanig zijn opgesteld en uitgevoerd,dat ten gevolge van draaiing van de houder de schijven opeenvolgend en automatisch aan de spelersstations worden afgegeven.
2. Speelinrchting volgens conclusie l,met het kenmerk,dat het orgaan voor het bewerkstelligen van een relatieve draaiing wordt gevormd door een in de basis opgestelde motor welke een continue draaiing van de houder kan bewerkstelligen.
3. Speelinrichting volgens conclusie l6f 2, met het kenmerk,dat de inrichting is voorzien van middelen voor het starten en stopzetten van de draaiing.
4. Speelinrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk,dat de middelen voor het starten en stopzetten een met de hand bedienbaar op de houder gedragen orgaan omvatten.
5. Speelinrichting volgens conclusie 4,met het kenmerk,dat het met de hand bedienbare orgaan verticaal beweegbaar is en nabij de zich omhoog uitstrekkende draaiingsas is opgesteld.
6. Speelinrichting volgens conclusie 5,met het&enmerk,dat het met de hand bedienbare orgaan is aangepast om voor het starten van de draaiing / te worden omhoog bewogen en voor stilzetten van de draaiing omlaag te t worden bewogen.
7. Speelinrichting volgens een der conclusies 4- 6, met het kenmerk, dat het met de hand bedienbare orgaan is voorzien van een middelste steelgedeelte met een langsas en een paar op afstand van elkaar gelegen uitsteeksels,welke bestemd zijn om het orgaan in een van de twee standen 8100521 -15- 21740/CV/tl tegen te houden.
8. Speelinrichting volgens conclusie 7,met het kenmerk, dat het steel-gedeelte is gevoerd door een opening,welke zodanig is bemeten,dat een vrije doortocht daar door een van de uitsteeksels wordt tegegaan,ter-5 wijl het steelgedeelte een vorkvormige constructie heeft en is vervaardigd uit een flexibel veerkrachtig materiaal welke een radiaal binnenwaartse vervorming van het steelgedeelte ten gevolge van axiale beweging van het steelgedeelte mogelijk maken indien althans een van de uitsteeksels door de opening wordt bewogen.
9. Speelinrichting volgens een der voorgaande conclusies 2 - 7,met het kenmerk, dat tussen de motor en de houder een een vertraging bewerkstelligende tandwieloverbrenging is aangebracht.
10. Speelinrichting volgens een der conclusies 2- 9, met het kenmerk, dat de motor wordt gevormd door een electromotor.
11. Speelinrchting volgens conclusie 10, met het kenmerk,dat tegen houd en contactorganen voor een batterij zijn aangebracht en een circuit, dat de batterij met de motor verbindt,waarbij de batterij,de motor en het circuit binnen het basisorgaan zijn opgesteld.
12. Speelinrchting volgens conclusie 11, met het kenmerk,dat een met de 20 hand bedienbaar stop / startorgaan is aangebracht op de houder en zich uitstrekt in de basis voor het naar&euze openen en sluiten van het circuit.
13. Speelinrichting volgens conclusie 12,met het kenmerk,dat het start/ stoporgaan is voorzien van een aangrijpingsgedeelte ,dat is opgesteld en 25 uitgevoerd om een veerkrachtig electrisch contactelement te verplaatsen voor het openen van een schakelaar en daarbij de bekrachtiging van de motor te doen wegvallen,indien het stop/ startorgaan in werking wordt gesteld.
14. Speelinrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het ken-30 merk,dat het orgaan voor het bewerkstelligen van de draaiing is aangepast om met de hand te worden bekrachtigd.
15. Speelinrichting volgens een der voorgaande conclusies ,met het kenmerk, dat de houder een aantal opneemruirates begrensd.
16. Speelinrchting volgens conclusie 15, met het kenmerk,dat de opneem-35 ruimtes langs de omtrek op gelijke afstand van elkaar rondom de draaiings- as zijn opgesteld. 81 0 0 52 1 -16- 21740/CV/tl
17. Speelinrfchting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat de opneemruimte (s) bij hun boveneinde open is (zijn) voor het opnemen van de schijven.
18. Speelinrfchting volgens conclusie 17, met het kenmerk,dat de houder 5 ten opzichte van de basis draait en de opvangruimte (s) nabij zijn open boveneinde naar boven toe wijder uitloopt ter vergemakkelijking van een opname van de schijf terwijl de houder draait.
19. Speelinrfchting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat de houder draait ten opzichte van de hasis en het ondereinde van de 10 of iedere opneemruimte open is,terwijl het basis orgaan is voorzien van een althans in hoofdzaak plat glad continu.naar boven gericht oppervlak, dat is opgesteld onder het open ondereinde van de opneemruimte tijdens de draaiing van de houder en in het oppervlak een aantal nabij de omtrek opgestelde uitsparingen zijn aangebracht voor het opnemen van een van de 15 schijven vanuit het open endereinde van de opneemruimte indien de houder draait,waarbij ieder van de uitsparingen zich radiaal naar buiten uitstrekt naar een buiteneinde,dat is gelegen tegenover een desbetreffend spelersstation en aan de onderzijde van de houder een nokoppervlak is aangebracht bestemd om een in een uitsparing gelegen schijf radiaal naar 20 buiten te dringen langs de uitsparing tijdens de draaiing van de houder.
20. Speelinrichting volgens conclusie 19,met het kenmerk,dat de basis is uitgerust met een zich naar beneden toe uitstrekkende helling nabij het buiteneinde van iedere uitsparing.
21. Speelinrfchting volgens conclusie 19 of 20 ,met het kenmerk,dat de 25 schijven allen althans een gelijkmatige hoogte bezitten en het oppervlak is gelegen op een afstand onder het ondereinde van de opneemruimte,welke afstand kleiner is dan de hoogte van een van de schijven.
22. Speelinrfchting volgens conclusie 21, met het kenmerk,dat ieder van de uitsparingen ten opzichte van de hoogte van een van de schijven een 30 zodanige diepte heeft,dat het bovenste gedeelte van een in een uitsparing opgenomen schijf op afstand is gelegen onder het ondereinde van de opneemruimte .
23. Speelinrichting volgens conclusie 22, met het kenmerk,dat iedere uitsparing ten opzichte van de hoogte van een van de schijven een zoda- 35 nige diepte heeft,dat het bovenste gedeelte van een in een uitsparing opgenomen schijf is opgesteld om in ingrijping te komen met het nokoppervlak. 8100521 -17- 21740/CV/tl
24. Speelinribhting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk dat het nokoppervlak wordt gevormd door een althans in hoofdzaak gelijkmatige doorgaande kromme,welke zich van het radiai binnenste einde van de opneemruimte geleidelijk radiaal naar buiten uitstrekt in een richting 5 tegengesteld aan de draairichting van de houder.
25. Speelinrchting volgens conclusies 24, met het kenmerk,dat het gebogen nokoppervlak zich tot althans^iagenoeg het buiteneinde van de uitsparing uitstrekt.
26. Speelinrichting volgens conclusie 24 of 25, met het kenmerk, dat er 10 rondom de basis vier speLersstations zijn aangebracht en de houder twee opneemruimtes begrenst,terwijl er twee van de geleidelijk gekromde nok-oppervlakken zijn aangebracht,die ieder behoren bij een van de opneemruimtes.
27. Speelinrchting volgens een der voorgaande conclusies,met het ken-15 merk,dat er tenminste drie uitsparingen zijn,die ieder een uitwerpstand bepalen,terwijl de inrchting verder is voorzien van omzetorganen bij althans een van de uitwerpplaatsen voor het wijzigen van de uitsparing bij deze uitwerpplaats in een althans in hoofdzaak continue verlening van het oppervlak.
28. Speelinrchting volgens conclusie 27 ,met het kenmerk,dat het omzet-orgaan een tweezijdig inzetstuk omvat en de basis bij de uitwerpplaats is uitgevoerd met een kamer voor het opnemen van het inzetstuk met hetzij het ene of het andere zijvlak naar boven gericht waarbij een van deze zijvlakken een uitsparing bezit voor het opnemen van een schijf en het 25 andere zijvlak een oppervlak vormt,dat in lijn te brengen is met en daarbij een voortzetting vormt van het oppervlak.
29. Speelinrichting volgens een voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat de inrichting een aantal schijven omvat,die ieder een aanduiding omvatten, terwijl op de schijven onderling verschillende aanduidingen zijn 30 aangebracht. 3Ö. Speelinrchting volgens conclusie 29, met het kenmerk,dat twee of meer spelersstations begrenzende organen rondom de basis zijn opgesteld en bij ieder spelersstation aanduidingen zijn aangebracht, die overeenkomen met althans enige van de aanduidingen op de schijven.
31. Speelinrichting volgens conclusie 29 of 30, met het kenmerk,dat de aanduidingen op de schijven of bij de spelersstation verschillend gevorm- 81 00 52 f -18- 21740/CV/tl de uitsnijdingen omvatten en de aanduiding op de spelersstations resp. de schijven met de uitsnijdingen overeenkomende uitsteeksels omvatten.
32. Speelinrichting volgens conclusies 30 of 31, met het kenmerk,dat de spelersstations zijn aangebracht in een enkel speelbord.
33. Speelinrchting volgens conclusie 32, met het kenmerk,dat het speelbord althans in hoofdzaak vlak is en is voorzien van een centraal gebied voor het daarop opnemen van de afgeefeenheid.
34. Speelinrchting voorzièn van : a) een aantal althans in hoofdzaak vlakke dunne speelstukken waar-10 bij verschillende speelstukken zijn voorzien van verschillend uitgevoerde uitsnijdingen, b) een centraal opgestelde afgeefeenheid, en c) een aantal rondom de eenheid opgestelde spelersstations,middelen • · bij deze stations,die voorzien^4an uitstekende delen welke overeenkomen 15 met de uitsnijdingen,waarbij de afgifte-eenheid opeenvolgend en automatisch is xn werking te stellenyvoor het afgeven van de speelstukken aan de spelersstations in een willekeurige of nagenoeg willekeurige volgorde met betrekking tot de uitsnijdingen.
35. Speelinrchting volgens conclusie 34, met het kenmerk, dat de spelers-20 stations worden gevormd door een enkel althans in hoofdzaak vlak speel- bord, dat een althans in hoofdzaak centraal deel bezit waarop de afgifte-eenheid is opgesteld.
36. Speelinrichting volgens conclusie 35, met het kenmerk,dat de schijven en uitsteeksels als gegoten kunststof stukken zijn uitgevoerd.
37. Speelinrchting in de vorm van een afgeefeenheid voor het opeenvolgend en automatisch afgeven van dunne althans in hoofdzaak vlakke schijven aan een aantal rondom de eenheid opgestelde spelersstations,waarbij de eenheid is voorzien van: a) een basis, 30 b) een om een zich omhoog uitstrekkende as draaibaar op de basis aangebrachte houder welke althans twee zich althans nagenoeg verticaal uitstrekkende opneemruimtes begrenst,welke opneemruimtes ten opzichte van de draaiingsas versprongen zijn opgesteld en bestemd zijn voor het opnemen van een stapel dunne althans in hoofdzaak vlakke schijven, c) een in de basis aangebrachte motor voor het draaien van de houder , en 35 8100521 -19- 21740/CV/tl d) middelen voor het grijpen van de schijven in de houders ten einde de schijven opeenvolgend en automatisch ten gevolge van de draaiing van de houder aan de spelersstations af te geven.
38. Speelinrichting in de vorm van een afgeefeenheid voor het opeen-5 volgend en automatisch afgeven van dunne althans in hoofdzaak vlakke schijven aan een aantal rondom de eenheid opgestelde spelersstations,met het kenmerk,dat de eenheid is voorzien van : a) een basis, b) een om een zich omhoog uitstrekkende draaiingsas draaibaar op de 10 basis aangebrachte houder welke althans een zich verticaal uitstrekkende althans in hoofdzaak cilindrische opneemruimte begrenst,welke opneemruimte op afstand van de draaiingsas is opgesteld voor het opnemen van een stapel dunne ,althans in hoofdzaak vlakke en cirkelvormige schijven,terwijl de opneemruimte aan zijn onderzijde open is, 15 c) middelen voor het bewerkstelligen van een draaiing van de houder, en d) afgeefmiddelen op de basis en de houder,welke afgeefmiddelen zijn uitgevoerd en opgesteld voor het opeenvolgend en automatisch afgeven van de schijven aan de spelersstations ten gevolge van de draaiing van de 20 houder op de basis,waarbij de afgeefmiddelen zijn voorzien van een althans in hoofdzaak vlak glad doorlopend en omhoog gericht ringvormig oppervlak op de basis,dat onder het ondereinde van de opneemruimte is gelegen indien de houder draait en een aantal langs de omtrek opgestelde uitsparingen in het oppervlak voor het opnemen van een van de schijven vanuit het onder-25 einde van de opneemruimte tijdens de' draaiing van' de houder waarbij ieder van de uitsparingen zich radiaal naar buiten uitstrekt in de richting van een buiteneinde, dat tegenover een spelersstation is gelegen, en een op de onderzijde van de houder aangebracht nokoppervlak dat bestemd is om een cirkelvormige zich in een uitsparing bevindende schijf radiaal 30 naar buiten te dringen langs de uitsparing tijdens de draaiing van de-houder.
39. Speelinrichting volgens conclusie 38,met het kenmerk,dat het nokoppervlak wordt gevormd door een in hoofdzaak gelijkmatige doorlopende kromme,welke zich van het radiaal binnenste einde van de opneemruimte ge-35 leidelijk radiaal naar buiten uitstrekt in een richting tegengesteld aan de draairichting van de houder. 81 0 0 52 1 »1 -20- 21740/CV/tl
40. Speelinrichting volgens conclusie 39,met het kenmerk,dat het gebogen nokoppervlak zich althans nagenoeg tot het buiteneinde van de uitsparing uitetrekt.
41. Speelinrichting volgens conclusie 40,met het kenmerk,dat er vier 5 spelersstatbns rondom het basisorgaan zijn opgesteld en de houder een tweetal opneemruimtes begrenst,terwijl er twee gekromde nokoppervlakken zijn aangebracht.
42. Speelinrichting althans nagenoeg zoals hierboven is omschreven en/ of is afgebeeld in bijgaande figuren. 10 8100521
NL8100521A 1980-02-13 1981-02-04 Speelinrichting. NL8100521A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US06/121,137 US4309035A (en) 1980-02-13 1980-02-13 Action game apparatus with rotating disc dispensing unit
US12113780 1980-02-13

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8100521A true NL8100521A (nl) 1981-09-16

Family

ID=22394799

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8100521A NL8100521A (nl) 1980-02-13 1981-02-04 Speelinrichting.

Country Status (12)

Country Link
US (1) US4309035A (nl)
JP (1) JPS56128184A (nl)
AU (1) AU6712781A (nl)
BE (1) BE887475A (nl)
BR (1) BR8100928A (nl)
DE (1) DE3105107A1 (nl)
ES (1) ES499338A0 (nl)
FR (1) FR2475405A1 (nl)
GB (1) GB2068917B (nl)
IT (1) IT1135472B (nl)
LU (1) LU83124A1 (nl)
NL (1) NL8100521A (nl)

Families Citing this family (14)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4524967A (en) * 1984-02-09 1985-06-25 Marvin Glass & Associates Action matching game
US5069459A (en) * 1989-05-11 1991-12-03 Zarnoti Sandor J Game apparatus and method
US4986547A (en) * 1989-05-11 1991-01-22 Sandor Zarnoti Game apparatus
GB2252764B (en) * 1991-02-12 1994-11-09 Fairform Mfg Co Ltd Card dispenser
US5139453A (en) * 1991-03-15 1992-08-18 Dart Industries Inc. Shape sorting educational toy
US5377990A (en) * 1993-10-27 1995-01-03 Seeney-Sullivan; Sarah E. Board game incorporating native American symbols and knowledge
US5947474A (en) * 1997-08-28 1999-09-07 Hasbro, Inc. Game with movable figure
US6902163B2 (en) * 2002-02-11 2005-06-07 Thinkfun, Inc. Games and associated device and methods
US7621808B2 (en) * 2003-11-25 2009-11-24 Walker Shandra L African American board game system and method
US7472906B2 (en) * 2005-01-18 2009-01-06 Moti Shai Automatic card shuffler and dealer
US10155150B2 (en) * 2012-01-13 2018-12-18 Mark Hamilton Jones and Sheryle Lynn Jones Multi-tier card shuffler
US20140265120A1 (en) * 2013-03-14 2014-09-18 Michael Elwell Method and Apparatus for a Game
CN104415551B (zh) * 2013-09-10 2018-12-04 美泰有限公司 拼块分配器和分配拼块的方法
US20160158637A1 (en) * 2014-12-09 2016-06-09 Mattel, Inc. Game assemblies with launching game pieces

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2026682A (en) * 1933-05-01 1936-01-07 L J Brown Apparatus for playing games
US2193164A (en) * 1939-03-21 1940-03-12 William D Cochran Chip dispenser
US3845958A (en) * 1973-02-08 1974-11-05 Ideal Toy Corp Letters and numbers game
US4111429A (en) * 1977-01-17 1978-09-05 Janys Designs Limited Game apparatus
US4146151A (en) * 1977-03-18 1979-03-27 Davis Edward H Automatic chip or button placer

Also Published As

Publication number Publication date
US4309035A (en) 1982-01-05
ES8205565A1 (es) 1982-08-01
ES499338A0 (es) 1982-08-01
GB2068917B (en) 1983-06-02
AU6712781A (en) 1981-08-20
DE3105107A1 (de) 1982-02-04
GB2068917A (en) 1981-08-19
IT1135472B (it) 1986-08-20
BR8100928A (pt) 1981-08-25
JPS56128184A (en) 1981-10-07
FR2475405A1 (fr) 1981-08-14
BE887475A (fr) 1981-06-01
IT8119765A0 (it) 1981-02-13
LU83124A1 (fr) 1981-06-05

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8100521A (nl) Speelinrichting.
US5114153A (en) Mechanical card dispenser and method of playing a card game
US10668362B2 (en) Method for shuffling and dealing cards
US5718427A (en) High-capacity automatic playing card shuffler
US8181964B2 (en) Game
WO1987000445A1 (en) Apparatus for storing and selecting cards
WO1988001892A1 (en) Playing card dispenser
EP3263193B1 (en) Method and apparatus for shuffling and handling cards
WO1992013613A1 (en) Token moving game with spinning disrupter
US6530499B1 (en) Dispensing amusement device
US20050056994A1 (en) Mechanized ball-throwing game
US4303240A (en) Moving block game
US4118026A (en) Game board for children
US8864137B2 (en) Action game apparatus and method
US4973053A (en) Action toy game device
US20080093800A1 (en) Handheld card dealer
US5695194A (en) Domed Game Device
US20060226166A1 (en) Product dispenser
CN111249754B (zh) 旋转玩具
GB2072520A (en) Ball-guiding game
GB2265139A (en) Card dealer / shuffler
WO1998041297A1 (en) Playthings

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed