NL8100332A - RIGID PROFESSIONAL IN CABLE CONSTRUCTION AND METHOD FOR MANUFACTURE AND USE THEREOF. - Google Patents

RIGID PROFESSIONAL IN CABLE CONSTRUCTION AND METHOD FOR MANUFACTURE AND USE THEREOF. Download PDF

Info

Publication number
NL8100332A
NL8100332A NL8100332A NL8100332A NL8100332A NL 8100332 A NL8100332 A NL 8100332A NL 8100332 A NL8100332 A NL 8100332A NL 8100332 A NL8100332 A NL 8100332A NL 8100332 A NL8100332 A NL 8100332A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cables
rigid
cable
truss
points
Prior art date
Application number
NL8100332A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Lagendijk Johannes
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Lagendijk Johannes filed Critical Lagendijk Johannes
Priority to NL8100332A priority Critical patent/NL8100332A/en
Priority to DE8282200067T priority patent/DE3274666D1/en
Priority to EP82200067A priority patent/EP0057038B1/en
Priority to US06/342,194 priority patent/US4463526A/en
Priority to ZA82452A priority patent/ZA82452B/en
Priority to JP57009424A priority patent/JPS57151748A/en
Publication of NL8100332A publication Critical patent/NL8100332A/en

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04CSTRUCTURAL ELEMENTS; BUILDING MATERIALS
    • E04C3/00Structural elongated elements designed for load-supporting
    • E04C3/005Girders or columns that are rollable, collapsible or otherwise adjustable in length or height
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04BGENERAL BUILDING CONSTRUCTIONS; WALLS, e.g. PARTITIONS; ROOFS; FLOORS; CEILINGS; INSULATION OR OTHER PROTECTION OF BUILDINGS
    • E04B7/00Roofs; Roof construction with regard to insulation
    • E04B7/14Suspended roofs

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Electromagnetism (AREA)
  • Rod-Shaped Construction Members (AREA)

Description

NO 29.780 - 1 -NO 29.780 - 1 -

Stijve vakwerkligger in kabelconstructie en werkwijze voor de fabrikage en de toepassing ervan·Rigid truss girder in cable construction and method for its manufacture and application

De uitvinding heeft betrekking op een stijve, vlakke vakwerkligger met ten minste twee velden, bestaande uit een boven- en een onderregel, dwarsverbanden tussen en diago-naalverbanden in de velden, met ten minste vier veranke-5· ringspunten, waarvan twee aan elk einde, waarbij de verankeringspunten in het vlak van de ligger gelegen zijn en de belasting in het vlak van de ligger en in • hoofdzaak loodrecht op de overspanning aangrijpt en waarbij de verankeringspunten naast de bedrijfsbelasting tevens 10 trekkrachten in de richting van de ligger direct of indirect op kunnen nemen.The invention relates to a rigid, flat lattice girder with at least two fields, consisting of a top and a bottom rail, cross connections between and diagonal connections in the fields, with at least four anchoring points, two of which are at each end , wherein the anchor points are in the plane of the beam and the load engages in the plane of the beam and substantially perpendicular to the span and wherein the anchor points besides the operating load also have 10 tensile forces in the direction of the beam directly or indirectly can take.

Stijve, vlakke vakwerkliggers worden in het algemeen aan hun einden op ondersteuningen opgelegd, terwijl zij aldaar ook ingeklemd kunnen zijn. In beide gevallen zullen in 15 de vakwerkligger een relatief groot aantal staven op druk belast worden. De overige worden op trek belast. Bij wisselende belastingcondities, zoals bijvoorbeeld door windbelasting kan optreden, kunnen in een aantal staven belastingen optreden welke kunnen wisselen tussen druk en trek.Rigid, flat lattice girders are generally supported on supports at their ends, while they may also be clamped there. In both cases, a relatively large number of bars will be subjected to pressure in the lattice girder. The others are taxed on tension. With varying loading conditions, such as can occur due to wind load, loads can occur in a number of bars which can vary between pressure and tension.

20 Alle ooit op druk belaste staven dienen voldoende knikstijf te zijn en in de praktijk worden daartoe staven met zodanige dwarsdoorsnede toegepast, dat een voldoende traagheids-straal tegen knik geleverd wordt. Daarbij wordt uiteraard met bekende veiligheidsmarges rekening gehouden, doch wan-25 neer een knikstaaf zou bezwijken en ook wanneer een op trek belaste staaf zou bezwijken, bezwijkt de gehele vakwerkligger en kan naburige liggers door overbelasting en belasting buiten het vlak meesleuren.All bars that have ever been subjected to pressure must be sufficiently kink-resistant and in practice bars with a cross section are used for this purpose, in order to provide a sufficient inertia radius against kinking. Known safety margins are of course taken into account, but when a buckling rod would collapse and also when a tension-loaded rod would collapse, the entire lattice girder collapses and neighboring girders can be dragged out of the plane by overload and loading.

De uitvinding beoogt een eenvoudiger en onder veel om-50 standigheden veiliger vakwerkligger te verschaffen, welke grotendeels uit niet-stijve kabels is opgebouwd. Niettemin wordt een in zijn vlak stijve vakwerkligger verschaft. De vakwerkligger volgens de uitvinding wordt nu daardoor gekenmerkt, dat van de ligger de boven- en onderregel en de 55 diagonale verbanden elk uit één of meer kabels bestaan, dat - met uitsluiting van de verankeringspunten - stijve 8 1 00 33 2 4' .The object of the invention is to provide a simpler and, under many circumstances, safer lattice girder, which is largely built up of non-rigid cables. Nevertheless, in its plane, a rigid lattice girder is provided. The lattice girder according to the invention is now characterized in that the top and bottom rail of the girder and the 55 diagonal braces each consist of one or more cables, which - with the exception of the anchoring points - are rigid 8 1 00 33 2 4 '.

- 2 - drukstaven als dwarsverbanden tussen de boven- en onderregel geplaatst zijn op die corresponderende punten van hoek-verandering waar diagonale verbandkabels aansluiten op de boven- en onderregels.- 2 - compression rods placed as cross braces between the top and bottom rail at those corresponding points of angle change where diagonal dressing cables connect to the top and bottom rails.

5 Het zal duidelijk zijn dat, alwaar niet-stijve kabels geen drukbelasting kunnen opnemen, alle kabels in de vak-werkligger zodanig voorgespannen moeten worden, dat onder alle voorkomende bedrijfsomstandigheden er steeds een trek-spanning in elke kabel behouden blijft, met uitzondering 10 van zogenaamde nul-kabels. De vakwerkligger volgens de uitvinding heeft daartoe ten minste vier verankeringspunten nodig, waarvan twee aan elk einde, welke verankeringspunten in het vlak van de ligger gelegen zijn. Naast de bedrijfsbelasting zullen de verankeringspunten de nodige trekkrach-15 ten in de richting van de ligger moeten kunnen opnemen. Het valt daarbij buiten de uitvinding, op welke wijze genoemde trekkrachten vanuit de verankeringspunten direct of indirect doorgeleid worden naar de grond.5 It will be clear that, where non-rigid cables cannot absorb a pressure load, all cables in the lattice girder must be pretensioned in such a way that under all occurring operating conditions a tensile stress in each cable is always maintained, with the exception of 10 so-called zero cables. To this end, the truss beam according to the invention requires at least four anchoring points, two of which at each end, which anchoring points lie in the plane of the beam. In addition to the operating load, the anchoring points must be able to absorb the necessary tensile forces in the direction of the beam. It is outside the invention in which manner said tensile forces are transmitted directly or indirectly from the anchoring points to the ground.

Van de vakwerkligger volgens de uitvinding zijn slechts 20 de dwarsverbanden tussen de boven- en de onderregel uitgevoerd als knikstijve drukstaven. Genoemde drukstaven zijn op die plaatsen in de vakwerkligger opgenomen, alwaar in punten van hoekverandering diagonale verbandkabels aansluiten op de boven- en onderregels. De drukstaven verdelen als 25 dwarsverbanden de vakwerkligger in een aantal velden. Het aantal velden van een vakwerkligger volgens de uitvinding zal in het algemeen even zijn, doch een oneven aantal is eveneens mogelijk.Of the lattice girder according to the invention, only the cross-ties between the top and bottom rail are designed as kink-rigid compression bars. The aforementioned compression rods are included in those places in the lattice girder, where diagonal connection cables connect to the top and bottom rails in points of angle change. As crossbeams, the compression bars divide the truss beam into a number of fields. The number of fields of a lattice girder according to the invention will generally be even, but an odd number is also possible.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm volgen de tussen 30 tegenover elkaar gelegen verankeringspunten ononderbroken doorlopende kabels als hoofdkabels ten minste eenmaal het traject van een diagonale verbandkabel. Dank zij het ononderbroken doorlopen van de hoofdkabels tussen de veranke-ringspunten worden overbodige verbindingen tussen kabels 35 vermeden. Dit werkt sterk kostenbesparend en vereenvoudigt de constructie aanzienlijk. Bij langere overspanningen met meerdere velden, kunnen aldus meerdere kabels in de onderregel en de bovenregel evenwijdig aan elkaar lopen. Dit aantal kan van veld tot veld variëren, terwijl ook diagonaal-40 verbanden uit meerdere parallels kabels kunnen bestaan.According to a preferred embodiment, the interconnecting anchor points continuously follow continuous cables as main cables at least once the path of a diagonal connection cable. Thanks to the continuous running of the main cables between the anchoring points, unnecessary connections between cables are avoided. This is very cost effective and considerably simplifies the construction. With longer spans with multiple fields, multiple cables in the bottom rail and top rail can thus run parallel to each other. This number can vary from field to field, while diagonal-40 connections can also consist of several parallel cables.

8 1 00 33 2 - 3 -8 1 00 33 2 - 3 -

Doordat de hoofdkabels via punten van hoekverandering ten . minste eenmaal het traject van een diagonale verbandkabel volgen, draagt elke hoofdkabel bij aan het verstijven van de ligger.Because the main cables are at angular change points. at least once following the trajectory of a diagonal dressing cable, each main cable contributes to the stiffening of the beam.

5 Uit berekeningen van de te verwachten belastingen ten gevolge van eigen gewicht, dakconstructie, sneeuw- en windbelasting, thermische invloeden binnen en buiten het gebouw of schaduw- en zonzijde, zijn de noodzakelijke voorspannin-gen voor iedere kabel zodanig te bepalen, dat in elke kabel t 10 onder alle bedrijfscondities trekspanningen gehandhaafd blijven. Uit deze berekeningen volgen tevens de drukbelas-tingen waaraan de als dwarsverbanden werkzame stijve druk-staven onderworpen worden.5 From the calculations of the expected loads as a result of own weight, roof construction, snow and wind load, thermal influences inside and outside the building or shadow and sun side, the necessary preloads for each cable can be determined such that in each cable t 10 tensile stresses are maintained under all operating conditions. From these calculations also follow the pressure loads to which the rigid compression bars acting as cross-connections are subjected.

In de punten van hoekverandering, dat wil zeggen ter 15 plaatse van de einden van alle drukstaven, lopen alle passerende kabels door. Slechts ten einde de drukstaven met zekerheid op hun plaats en in de juiste positie te houden, wordt volgens een voorkeursuitvoeringsvorm erin voorzien, dat in alle punten van hoekverandering de staafeinden vast 20 aan de aldaar passerende kabels zijn gehecht, bijvoorbeeld met een uithardende en enigszins elastisch blijvende kunsthars.In the points of angular change, ie at the ends of all the pressure bars, all passing cables continue. Only in order to keep the push rods in place and in the correct position with certainty, according to a preferred embodiment it is provided that in all points of angular change the rod ends are fixedly adhered to the cables passing there, for instance with a hardening and somewhat elastic permanent synthetic resin.

Wanneer uit de sterkteberekeningen volgt, dat het gewenst is, één of meerdere velden onder te verdelen in kor-25 tere velden en/of wanneer de belasting in bepaalde trajecten van doorlopende hoofdkabels te hoog zouden worden, dan voorziet de uitvinding volgens een voorkeursuitvoeringsvorm daarin, dat er één of meer nevenkabels aangebracht zijn, welke vanaf een punt van hoekverandering op de ene regel 30 ten minste eenmaal langs een diagonaal oversteken naar een punt van hoekverandering op de andere regel, waarbij ten minste één einde van de nevenkabel trekvast verbonden is aan de hoofdkabel. Deze verbinding, bijvoorbeeld met klemmen, vindt altijd plaats aan een hoofdkabel, zodat de stij-35 ve drukstaven als dwarsverbanden nimmer in een richting meer of minder loodrecht op hun hartlijn in het vlak van de ligger belast worden. Daarmee wordt elk risico van ongewenst verplaatsen of verschuiven van de drukstaven voorkomen.If it follows from the strength calculations that it is desirable to subdivide one or more fields into shorter fields and / or if the load in certain sections of continuous main cables should become too high, the invention provides, according to a preferred embodiment, that one or more secondary cables are provided which, from a point of angular change on one line 30, cross at least once along a diagonal to a point of angular change on the other line, at least one end of the side cable being tensile connected to the main cable. This connection, for example with clamps, always takes place on a main cable, so that the rigid compression rods as cross braces are never loaded in a direction more or less perpendicular to their center line in the plane of the beam. This prevents any risk of unintentional displacement or displacement of the pressure rods.

Het verdient verder de voorkeur, dat de stijve druk-40 staven in hoofdzaak loodrecht op de regels geplaatst zijn.It is further preferred that the rigid pressure 40 bars are positioned substantially perpendicular to the lines.

81 0 0 33 2 * » - 4 -81 0 0 33 2 * »- 4 -

De stijve vakwerkligger volgens de uitvinding maakt een grote flexibiliteit in de constructieve en architectonische vormgeving mogelijk. Zo kan de ligger als kapspant uitgevoerd worden, waarbij eveneens de onderregel een wel-5 ving omhoog kan vertonen, zoals veelal gewenst is om psychologische redenen. Bij toepassing van meerdere velden is het eveneens mogelijk, de bovenregel als kapspant uit te voeren met over de lengte variërende hellingshoek en zelfs met tegengestelde hellingshoek in bepaalde velden. Dit kan 10 met het oog op lichtinval, ventilatie en hemelwaterafvoer en dergelijke, gewenst zijn.The rigid lattice girder according to the invention allows great flexibility in the structural and architectural design. For example, the beam can be designed as a truss, whereby the bottom rail can also show an upward curve, as is often desired for psychological reasons. If several fields are used, it is also possible to design the top rail as a truss with a varying angle of inclination along its length and even with an opposite angle of inclination in certain fields. This may be desirable in view of the incidence of light, ventilation and rainwater drainage and the like.

Tegenover de bestaande stijve vakwerkliggers, opgebouwd uit staven, vertoont de ligger volgens de uitvinding slechts een minimum aan op druk belaste staven, zoals de 15 dwarsverbandstaven. Aangezien de overige ”staven” uit kabels bestaan, welke op trek belast worden, kan met een minimum aan materiaal gewerkt worden. Tegenover vergelijkbare bekende stijve vakwerkliggers, opgebouwd uit staven, is de ligger volgens de uitvinding in het merendeel van de geval-20 len aanzienlijk lichter van gewicht en tevens goedkoper, omdat een groot aantal van de knooppunten uit niets anders bestaat dan het omleiden in een punt van hoekverandering van één of meerdere kabels over de einden van de drukstaven.Compared to the existing rigid lattice girders, built up from bars, the beam according to the invention has only a minimum of bars loaded under pressure, such as the cross-beams. Since the other "bars" consist of cables that are subjected to tensile stress, a minimum of material can be used. Compared to comparable known rigid lattice girders, built from rods, the girder according to the invention is in the majority of cases considerably lighter in weight and also cheaper, because a large number of the nodes consist of nothing but diverting into a point of angular change of one or more cables over the ends of the compression bars.

Een bijkomend groot voordeel van de ligger volgens de 25 uitvinding bestaat daaruit, dat hij gekenmerkt wordt door een grote veiligheid tegen bezwijken. Wordt immers door bijvoorbeeld een overbelasting een der kabels zodanig zwaar belast dat deze meer uitrekt dan berekend en mogelijkerwijs zelfs gaat vloeien, dan wordt de trek-voorspanning in deze 30 en in andere kabels ten gevolge van hoekveranderingen vanzelf verminderd. Laatstgenoemde belastingvermindering werkt in gunstige zin terug op de overbelaste kabel en ontlast deze. Weliswaar zal de vakwerkligger daardoor enigszins van vorm veranderen en zullen er, bij toepassing van een stijf 35 dak, scheuren in het dak kunnen optreden, de bovenbeschreven intrinsieke veiligheid zal de constructie echter voor volledig bezwijken behoeden. In deze eigenschap ligt mede een mogelijkheid opgesloten om nog lichtere constructies te gaan toepassen.An additional great advantage of the beam according to the invention consists in that it is characterized by a high safety against failure. After all, if one of the cables is so heavily loaded by, for example, an overload that it stretches more than calculated and possibly even starts to flow, the tensile pretension in these and in other cables is automatically reduced as a result of angular changes. The latter tax reduction has a positive effect on the overloaded cable and relieves it. Although the truss girder will thereby change somewhat in shape and cracks may occur in the roof when a rigid roof is used, the intrinsic safety described above will prevent the construction from collapsing completely. This property also includes an opportunity to apply even lighter structures.

40 Het zal duidelijk zijn, dat ook samengestelde construe- 8 1 00 33 2 * · - 5 - ties van de stijve, vlakke vakwerkliggers volgens de uitvinding mogelijk zijn, doordat een aantal van ten minste drie vlakke vakwerkliggers zodanig gecombineerd worden, waarbij de bovenregel van de ene ten minste ten dele samen-5 valt met een onderregel van een andere, dat ruimtelijke vakwerkliggers ontstaan, zoals liggers met driehoekige of rechthoekige dwarsdoorsnede.It will be clear that also composite constructions of the rigid, flat lattice girders according to the invention are possible, in that a number of at least three flat lattice girders are combined in such a way that the top rail of one at least partly coincides with a bottom rail of another, that spatial truss beams are created, such as beams with triangular or rectangular cross section.

Een verder belangrijk voordeel van de vakwerkligger ‘ volgens de uitvinding bestaat uit de eenvoudige fabrieksma-10 tige fabrikage en montage op het werk en het tussengelegen transport. Dit wordt door de navolgende stappen gekenmerkt: - het aanmaken van elke individuele kabel met eindverbindingen op lengte volgens tekening, - het aanmaken van de druks'taven, 15 - het gestrekt uitleggen in een plat vlak, zoals op een montagevloer, van alle kabels en drukstaven op de berekende plaats en volgens het ontworpen tracé, - het vasthechten van de kabels aan de einden van de drukstaven, bijvoorbeeld met een hechtmiddel (bijvoorbeeld een 20 uithardende kunsthars) en van de nevenkabel (einden) aan de hoofdkabels met bijvoorbeeld klemmen, alles volgens tekening, - het (als een touwladder) op een haspel oprollen van de vakwerkligger, - het afrollen, na transport, op de bouwplaats van de vak-25 werkligger en het verankeren aan de draagconstructie in de verankeringspunten, - het spannen van de verankeringen volgens de berekende verplaatsingen.A further important advantage of the lattice girder according to the invention consists of the simple factory-made manufacture and assembly at work and the intermediate transport. This is characterized by the following steps: - making each individual cable with end connections to length according to the drawing, - making the pressure rods, 15 - laying out in a flat plane, such as on a mounting floor, all cables and compression rods at the calculated location and according to the designed route, - attaching the cables to the ends of the compression rods, for example with an adhesive (for example, a hardening synthetic resin) and of the secondary cable (ends) to the main cables with, for example, clamps, everything according to drawing, - rolling up the lattice girder (like a rope ladder) on a reel, - unrolling, after transport, at the construction site of the lattice girder and anchoring it to the supporting construction in the anchoring points, - tensioning the anchors according to the calculated displacements.

Evenals dit het geval is met klassieke stijve vakwerk-30 liggers, waarbij elke staaf op lengte voorbewerkt, voorgeboord of vastgelast wordt, worden de verschillende kabels met hun eindverbindingen fabrieksmatig op de in tekening aangegeven lengte gereedgemaakt. Op een vlakke montagevloer worden nu alle kabels en drukstaven op de berekende plaats 35 en volgens het ontwerpentracé gestrekt uitgelegd. In alle punten van hoekverandering aan de einden van de drukstaven worden de hoofd- en nevenkabels met uithardende elastische kunststof blijvend vastgezet. Tevens worden de einden van de eventuele nevenkabels met bijvoorbeeld klemmen aan de 40 hoofdkabels vastgezet. Ka uitharding kan het geheel als een 8 1 0 0 33 2 - 6 - touwladder op een haspel opgerold worden, waarna op eenvoudige wijze transport naar de bouwplaats mogelijk is. Uiteindelijk stijve vakwerkliggers van vele tientallen meters lengte kunnen op deze wijze eenvoudig getransporteerd wor-5 den. Op de bouwplaats worden de einden van alle hoofdkabels aan de bijbehorende verankeringspunten bevestigd, waarbij de ligger nog ongespannen is. Als laatste handeling worden de verankeringen voorgespannen over de berekende verplaatsingen. Aldus worden de berekende voorspanningen in alle 10 kabels aangebracht en is de vakwerkligger stijf geworden en aanstonds belastbaar.As is the case with classic rigid lattice girders, where each rod is pre-machined, pre-drilled or welded to length, the various cables with their end connections are prepared in the factory to the length indicated in the drawing. On a flat installation floor, all cables and compression rods are now laid out straight at the calculated location 35 and according to the design route. In all points of angle change at the ends of the compression bars, the main and secondary cables are permanently secured with hardening elastic plastic. The ends of any secondary cables are also secured to the 40 main cables with clamps, for example. After curing, the whole can be rolled up on a reel as an 8 1 0 0 33 2 - 6 rope ladder, after which transport to the construction site is easy. Ultimately rigid lattice girders of many tens of meters in length can easily be transported in this way. At the construction site, the ends of all main cables are attached to the corresponding anchoring points, with the beam still unstressed. As a last action, the anchors are prestressed over the calculated displacements. The calculated pre-stresses are thus applied in all 10 cables and the lattice girder has become rigid and immediately loadable.

In veel gevallen zal de vakwerkligger volgens de uitvinding aan vier verankeringspunten bevestigd worden, doch het valt binnen het kader van de uitvinding, dat een groter 15 aantal verankeringspunten kan worden toe gepast.In many cases the lattice girder according to the invention will be attached to four anchoring points, but it is within the scope of the invention that a larger number of anchoring points can be used.

Aan de hand van de navolgende figuurbeschri jving van uitvoeringsvoorbeelden zal de uitvinding nader worden toegelicht.The invention will be explained in more detail with reference to the following figure description of exemplary embodiments.

Fig. 1 toont een stijve, vlakke vakwerkligger volgens 20 de uitvinding, uitgevoerd als kapspant met twee velden.Fig. 1 shows a rigid, flat truss beam according to the invention, designed as a truss with two fields.

Fig. 2 toont een rechte, stijve, vlakke vakwerkligger volgens de uitvinding, uitgevoerd met zes velden en uitgevoerd met nevenkabels.Fig. 2 shows a straight, rigid, flat lattice girder according to the invention, constructed with six fields and constructed with secondary cables.

In beide fig. 1 en 2 is de vakwerkligger met twee, 25 respectievelijk zes velden, bevestigd in vier verankeringspunten. Links in de tekening zijn deze punten Lp en Lq genoemd en rechts in de tekening Rp en Rq. De verankeringspunten zijn schematisch weergegeven als punten in bijvoorbeeld een betonnen wand. De punten kunnen echter ook deel 30 uitmaken van bijvoorbeeld een staalconstructie. In alle gevallen zal de ondersteunende wand of staalconstructie L en R het eigengewicht en de dakbelasting, overgebracht door de ligger, op de verankeringspunten moeten opnemen. De spankrachten echter voor de kabels, behoeven niet door de onder-35 steuningen L en R naar de grond doorgeleid te worden; zij kunnen, bijvoorbeeld via tuikabels, naar afzonderlijke ver-ankeringsblokken in de grond doorgeleid worden. De constructies L en R hebben dan in hoofdzaak een dragende functie en kunnen veel lichter uitgevoerd worden, omdat zij geen of 40 slechts een gering buigend moment behoeven door te leiden.In both Figs. 1 and 2, the truss girder with two, 25 and six fields, respectively, is fixed in four anchoring points. These points are named Lp and Lq on the left in the drawing and Rp and Rq on the right in the drawing. The anchoring points are shown schematically as points in, for example, a concrete wall. However, the points can also form part of, for example, a steel construction. In all cases, the supporting wall or steel structure L and R will have to absorb the own weight and the roof load transferred by the beam at the anchoring points. However, the clamping forces for the cables need not be transmitted to the ground through supports L and R; they can, for example, be routed via individual cables to individual anchoring blocks in the ground. The constructions L and R then mainly have a load-bearing function and can be made much lighter, because they do not have to pass through any or only a small bending moment.

8 1 00 33 2 - 7 -8 1 00 33 2 - 7 -

In de figuren zijn alle van links naar rechts doorlopende kabels, dus alle hoofdkabels, met cijfers 1,2, 3 enzovoort aangeduid. De velden zijn met a, b, c enzovoort aangeduid, terwijl van elke kabel, voor het deel dat een 3 tracé in een bepaald veld doorloopt, de veldaanduiding aan de kabelbenaming is toegevoegd: 2c geeft dat deel van kabel 2 aan dat door het veld c loopt. In de figuren zijn de stijve drukstaven welke de dwarsverbanden vormen, met een combinatie van twee letters aangeduid, bijvoorbeeld bc, 10 hetgeen betekent dat deze drukstaaf bc op de begrenzing ligt tussen de velden b en c. De einden van de dwarsverbanden liggen alle op de bovenregel of de onderregel en zijn daarom aangeduid met de twee letters van de betrokken drukstaaf, vermeerderd met p respectievelijk q, afkomstig van 15 het bovenste respectievelijk onderste verankeringspunt en de daartussen lopende bovenste respectievelijk onderste regel.In the figures all cables from left to right, so all main cables, are indicated with numbers 1,2, 3 and so on. The fields are indicated with a, b, c and so on, while for each cable, for the part that goes through a 3 route in a certain field, the field designation is added to the cable name: 2c indicates that part of cable 2 that passes through the field c is running. In the figures, the rigid compression bars forming the cross-ties are indicated by a combination of two letters, for example bc, 10, which means that this compression bar bc lies on the boundary between the fields b and c. The ends of the cross braces all lie on the top line or the bottom line and are therefore indicated by the two letters of the pressure rod concerned, plus p and q respectively, originating from the top and bottom anchoring point and the top and bottom line running therebetween.

De eventueel aanwezige nevenkabels, zoals weergegeven in fig. 2, dragen coderingen volgens hetzelfde systeem als 20 de hoofdkabels en hun verbindingspunten met hoofdkabels zijn aangeduid met de letters r, s, t en u (fig. 2). Of een bepaalde kabel tot een hoofdkabel of een nevenkabel behoort, is slechts uit de figuur te concluderen en niet afleesbaar uit de gebruikte .codering.The optional side cables, as shown in Fig. 2, carry codings according to the same system as the main cables and their connection points with main cables are indicated with the letters r, s, t and u (fig. 2). Whether a particular cable belongs to a main cable or a secondary cable can only be concluded from the figure and cannot be read from the coding used.

25 In beide fig. 1 en 2 zijn een even aantal velden weer gegeven, zodat er in het midden van iedere vakwerkligger een symmetrielijn S-S aangegeven kan worden, op welke lijn tevens een drukstaaf is geplaatst. Het zal duidelijk zijn, dat ook een oneven aantal velden in één ligger mogelijk is. 30 Evenmin behoeven de linker- en rechter verankeringspunten lp en lq, respectievelijk rp en rq op onderling gelijke afstanden te liggen, terwijl toepassing van meer dan twee verankeringspunten per einde van de vakwerkligger eveneens mogelijk is.In both Figs. 1 and 2 an even number of fields are shown, so that in the middle of each lattice girder a symmetry line S-S can be indicated, on which line a pressure rod is also placed. It will be clear that an odd number of fields in one beam is also possible. Nor do the left and right anchoring points 1p and 1q, rp and rq, respectively, have to be at equal distances, while application of more than two anchoring points per end of the lattice girder is also possible.

35 In de figuren zijn slechts de dwarsverbanden ab t/m ef als stijve drukstaven uitgevoerd. Alle overige verbindingen bestaan uit niet-stijve kabels.In the figures, only the cross braces ab to ef are designed as rigid compression bars. All other connections consist of non-rigid cables.

Ter illustratie dat de stijve en vlakke vakwerkliggers volgens de uitvinding niet uitsluitend recht doorlopende 40 onder- en bovenregels behoeven te hebben, is in fig. 1 als 81 00 33 2 - 8 - voorbeeld een kapspantligger weergegeven, waarbij aan de bovenzijde het punt abp hoger ligt dan de verankeringspun-ten Lp en Rp. De drukstaaf ab is langer dan de afstand tussen de verankeringspunten Lp tot Lq respectievelijk Rp tot 5 Rq, zodat het onderste einde abq van de drukstaaf ab minder hoog ligt boven de verbindingslijn Lq-Rq. In fig. 1 ligt niettemin punt abq hoger dan genoemde verbindingslijn, ten einde het veelal gewenste optische effect onder de overspanning te verkrijgen, waardoor de indruk vermeden wordt, als 10 zou de overspanning omlaag doorhangen.To illustrate that the rigid and flat lattice girders according to the invention need not only have straight continuous 40 bottom and top rails, Fig. 1 shows a truss girder as an 81 00 33 2 - 8 example, with the point abp higher at the top the anchoring points Lp and Rp. The pressure bar ab is longer than the distance between the anchor points Lp to Lq and Rp to 5 Rq, respectively, so that the lower end abq of the pressure bar ab is less high above the connection line Lq-Rq. In Fig. 1 nevertheless point abq is higher than said connecting line, in order to obtain the often desired optical effect under the span, whereby the impression is avoided, as the span would sag downwards.

Zoals uit de coderingen van beide figuren blijkt, doorlopen alle hoofdkabels ten minste eenmaal het traject van een diagonale verbandkabel, hetgeen tot gevolg heeft, dat de hoofdkabels de wezenlijke bijdrage leveren tot het 15 verstijven van de vakwerkligger en tot het leveren van het draagvermogen van de ligger. Niettemin kan het onder omstandigheden voorkomen, dat er kabels rechtdoor lopen, zonder in enig punt van hoekverandering een hoekverandering te maken. In het algemeen zullen de nevenkabels, zoals 6c en 20 6d in fig. 2, eveneens een hoekverandering doorlopen en wel • bij cdq, doch ook nabij hun einden s en t, alwaar de nevenkabel van 6b naar 6c een hoekverandering maakt langs het punt bcp, respectievelijk kabel 6d naar 6e over het punt dep. Zoals eerder gezegd, dragen nevenkabels hun krachten 25 over op hoofdkabels. In de punten s en t (fig. 2) is de nevenkabel 6 trekvast verbonden aan de hoofdkabel 3. Hetzelfde geldt voor nevenkabel 5, welke in de punten r en u trekvast verbonden is aan de hoofdkabel 1. Met uitzondering van de situatie in eventuele reactiepunten van de ligger, 30 is geen der kabels in enig einde van een drukstaaf trekvast aan deze verbonden. De kabels lopen ter weerszijde van deze einden van de drukstaven door. Voor een aantal passerende kabels vormen deze einden de eerdergenoemde punten van hoekverandering, terwijl voor rechtdoorlopende kabels deze 35 eindpunten geen punten van hoekverandering wat hun traject betreft zijn. Ten behoeve van de fabrikage en de montage op de bouwplaats, verdient het echter de voorkeur om in de einden van de drukstaven alle passerende kabels onderling en aan de drukstaven stevig doch elastisch te bevestigen, 40 bijvoorbeeld door toepassing van een uithardende doch 8 1 00 33 2 % - 9 - enigszins elastisch blievende kunststof. Het gevaar dat, vooral gedurende de montage, drukstaven in het vlak van de ligger enigszins zouden kunnen verschuiven, is daarmee vermeden.As can be seen from the codings of both figures, all main cables run at least once through the path of a diagonal connection cable, which means that the main cables make an essential contribution to the stiffening of the lattice girder and to the carrying capacity of the beam. Nevertheless, under certain circumstances cables may run straight without making an angular change at any point of angle change. In general, the side cables, such as 6c and 6d in Fig. 2, will also pass through an angle change, namely at cdq, but also near their ends s and t, where the side cable from 6b to 6c makes an angle change along the point bcp , respectively cable 6d to 6th over the point dep. As mentioned earlier, side cables transfer their forces to main cables. In points s and t (fig. 2) the secondary cable 6 is connected tensile to the main cable 3. The same applies to secondary cable 5, which is connected tensile to the main cable 1 in points r and u. With the exception of the situation in any reaction points of the beam, 30 none of the cables in any end of a push rod are tensively connected to them. The cables run on either side of these ends of the compression bars. For a number of passing cables, these ends form the aforementioned angular change points, while for straight cables these end points are not angular change points in their trajectory. However, for the purpose of manufacture and assembly on the construction site, it is preferable to fix all passing cables in the ends of the compression bars to each other and to the compression bars firmly but elastically, for example by using a hardening but 8 1 00 33 2% - 9 - slightly elastic plastic. This avoids the danger that pressure rods may shift slightly in the plane of the beam, especially during assembly.

5 Alle kabels en drukstaven kunnen nauwkeurig berekend worden wat effectieve lengte, belasting, rek, enzovoort betreft. Uit opgaven van de kabelfabrikant en uit eventuele aanvullende metingen zijn de kabelkarakteristieken bekend. In tegenstelling tot enkelvoudige staaldraden, welke wat 10 hun kracht-rekkarakteristiek betreft de wet van Hooke vol-, gen, vertonen geslagen en/of gevlochten staalkabels bij lage belastingen eerst een nvoor-rekM-traject in hun karakteristiek, alvorens zij de wet van Hooke volgen. Door hiermee rekening te houden bij het bepalen van de uiteindelijke 15 lengte van de kabel in de ontworpen vakwerkligger onder de bedrijfsbelastingen, kan de montagebelasting en dus de ongespannen gestrekte fabrikagelengte nauwkeurig bepaald worden. Naast de. drukstaven kunnen aldus alle kabels vooraf nauwkeurig op lengte vervaardigd worden en op een vlakke 20 montagevloer volgens het ontworpen tracé en op de berekende plaats gestrekt uitgelegd worden. Nadat vervolgens alle passerende kabels aan de einden van de drukstaven vastgehecht zijn, is de vakwerkligger gereed voor montage door middel van het voorspannen van de kabels welke in de veran-25 keringspunten uitkomen. De voorgemonteerde ligger is echter nog niet stijf en kan als een touwladder op een haspel opgerold en in die vorm getransporteerd worden. Een ligger van vele tientallen meters lengte kan zodoende op eenvoudige wijze getransporteerd worden en op de uiteindelijke 30 bouwplaats afgerold worden. Na bevestiging van de vakwerkligger aan de verankeringspunten, in nog ongespannen toestand, behoeft slechts elk verankeringspunt over de voorafberekende lengte aangespannen te worden om de gewenste voorspanning in alle kabels van de vakwerkligger te ver-35 krijgen, waardoor deze niet alleen stijf is geworden, doch bovendien in staat om de berekende belastingen te dragen. Afgezien van toegepaste veiligheidsmarges, zal onder alle belastingcondities in alle kabels minimaal een geringe trekspanning gehandhaafd blijven. Daarmee blijft de ligger 40 stijf.5 All cables and compression bars can be accurately calculated in terms of effective length, load, strain, etc. The cable characteristics are known from information supplied by the cable manufacturer and from any additional measurements. In contrast to single steel wires, which follow Hooke's law in terms of their force-stretching characteristics, stranded and / or braided steel cables at low loads first exhibit a pre-stretch M path in their characteristics, before adopting Hooke's law. to follow. By taking this into account when determining the ultimate length of the cable in the designed truss under the operating loads, the mounting load and thus the unstretched stretched manufacturing length can be accurately determined. In addition to the. compression rods can thus all the cables be accurately manufactured to length beforehand and laid out stretched on a flat mounting floor according to the designed route and at the calculated location. After all passing cables have subsequently been attached to the ends of the compression bars, the lattice girder is ready for mounting by means of pre-tensioning the cables ending in the anchor points. However, the pre-assembled beam is not yet rigid and can be rolled up on a reel like a rope ladder and transported in that shape. A beam of many tens of meters in length can thus be transported in a simple manner and unrolled at the final construction site. After fastening the lattice girder to the anchoring points, in an unstressed state, only each anchoring point needs to be tensioned over the pre-calculated length in order to obtain the desired pretension in all cables of the lattice girder, whereby it has not only become rigid, but in addition, able to bear the calculated taxes. Apart from applied safety margins, at least a low tensile stress will be maintained in all cables under all load conditions. The beam 40 thus remains rigid.

8 1 00 33 2 Ψ -w - 10 -8 1 00 33 2 Ψ -w - 10 -

In fig. 2 zijn alle drukstaven ab t/m ef even lang weergegeven. Hun lengte is bovendien gelijk aan de afstand tussen de verankeringspunten Lp en Lq respectievelijk Rp en Rq. Dit is echter niet noodzakelijk. Door verschillende 5 lengten en ook posities voor de drukstaven ab t/m ef te kiezen, kan bijvoorbeeld de vakwerkligger een kapspantvorm aannemen met achtereenvolgens vanuit het midden gezien, verschillende hellingshoeken van de boven- en de onderregel. Zelfs tegengesteld gerichte hellingshoeken zijn in principe 10 mogelijk. Het zal duidelijk zijn, dat de ligger ook als concave, convexe of concaaf-convexe boogvormige ligger uitgevoerd kan worden.In Fig. 2, all pressure bars ab to ef are shown equally long. Moreover, their length is equal to the distance between the anchoring points Lp and Lq, Rp and Rq, respectively. However, this is not necessary. For example, by choosing different lengths and also positions for the compression bars ab to ef, the lattice girder can take a truss shape with successively viewed from the center, different angles of inclination from the top and bottom rail. In principle, even opposite angles of inclination are possible. It will be clear that the beam can also be designed as a concave, convex or concave-convex arc-shaped beam.

8 1 0 0 33 28 1 0 0 33 2

Claims (8)

1. Stijve, vlakke vakwerkligger met ten minste twee velden, bestaande uit een boven- en een onderregel, dwarsverbanden tussen en diagonaalverbanden in de velden, met ten minste vier verankeringspunten, waarvan twee aan elk 5 einde, waarbij de verankeringspunten in het vlak van de ligger gelegen zijn en de belasting in het vlak van de ligger en in hoofdzaak loodrecht op de overspanning aangrijpt en waarbij de verankeringspunten naast de bedrijfsbelasting tevens 10 trekkrachten in de richting van de ligger direct of indirect kunnen opnemen, met het kenmerk, dat van de ligger de boven- en onderregel en de diagonale verbanden elk uit één of meer kabels bestaan, dat - met uitsluiting van de verankeringspunten - stijve 15 drukstaven als dwarsverbanden tussen de boven- en onderregel geplaatst zijn op die corresponderende punten-van-hoek-verandering waar diagonale verbandkabels aansluiten op de boven- en onderregels.1. A rigid, flat truss with at least two fields, consisting of a top and a bottom rail, cross braces between and diagonal braces in the fields, with at least four anchoring points, two of which at each end, with the anchoring points in the plane of the beam and the load engages in the plane of the beam and substantially perpendicular to the span and where the anchoring points can also directly or indirectly absorb 10 tensile forces in the direction of the beam, in addition to the operating load, characterized in that of the beam the top and bottom rail and the diagonal braces each consist of one or more cables, which - with the exclusion of the anchoring points - rigid compression rods are placed as cross-braces between the top and bottom bar on those corresponding points-of-angle change where diagonal connect bandage cables to the top and bottom rails. 2. Vakwerkligger volgens conclusie 1, met het 20 kenmerk, dat de tussen tegenover elkaar gelegen verankeringspunten ononderbroken doorlopende kabels (hoofdkabels) ten minste eenmaal het traject van een diagonale ver-bandkabel volgen.Truss beam according to claim 1, characterized in that the anchoring points between opposite continuous cables (main cables) follow at least once the path of a diagonal connection cable. 3. Vakwerkligger volgens een of meer der voorgaande 25 conclusies, met het kenmerk, dat er één of meer nevenkabels aangebracht zijn, welke vanaf een punt van hoekverandering op de ene regel ten minste eenmaal langs een diagonaal oversteken naar een punt van hoekverandering op de andere regel, waarbij ten minste één einde van de 30 nevenkabel, bijvoorbeeld met klemmen, trekvast verbonden is aan een hoofdkabel.Truss beam according to one or more of the preceding claims, characterized in that one or more auxiliary cables are provided, which cross at least once along a diagonal from one point of angular change on one line to a point of angular change on the other rule, wherein at least one end of the secondary cable, for example with clamps, is tensile connected to a main cable. 4. Vakwerkligger volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat bij een vakwerk met meerdere velden, diverse kabel-elementen uit 35 meer dan één parallele kabel bestaan.Truss beam according to one or more of the preceding claims, characterized in that, in a truss with multiple fields, various cable elements consist of more than one parallel cable. 5. Vakwerkligger volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de stijve drukstaven in hoofdzaak loodrecht op de regels geplaatst zijn. 81 00 33 2 v . - 12 - ΗTruss beam according to one or more of the preceding claims, characterized in that the rigid compression bars are placed substantially perpendicular to the rails. 81 00 33 2 f. - 12 - Η 6. Vakwerkligger volgens een of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat in de plinten van hoekverandering aan elk einde van iedere stijve drukstaaf, de aldaar passerende kabels vast aan de staaf- 5 einden zijn gehecht, bijvoorbeeld met een uithardende kunststof.Truss beam according to one or more of the preceding claims, characterized in that in the skirting of angle change at each end of each rigid thrust rod, the cables passing there are firmly adhered to the rod ends, for instance with a hardening plastic. 7. Samengestelde constructie van stijve, vlakke vakwerkligger s , met het kenmerk, dat een aantal vakwerkliggers volgens een of meer der voorgaande conclusies, 10 zodanig gecombineerd zijn doordat de bovenregel van de ene ten minste ten dele samenvalt met een onderregel van een andere, dat ruimtelijke vakwerkliggers ontstaan, zoals liggers met driehoekige of rechthoekige dwarsdoorsnede.7. Composite construction of rigid, flat lattice girders s, characterized in that a number of lattice girders according to one or more of the preceding claims are combined in such a way that the top rail of one coincides at least in part with a bottom rail of another, which spatial truss beams are created, such as beams with a triangular or rectangular cross section. 8. Werkwijze voor de fabrikage en montage van een vak-15 werkligger volgens één of meer der voorgaande conclusies, gekenmerkt’ door de navolgende stappen: - het aanmaken van elke individuele kabel met eindverbindingen op lengte volgens tekening, - het aanmaken van de drukstaven, 20. het gestrekt uitleggen in een plat vlak, zoals op een montagevloer, van alle kabels en drukstaven op de berekende plaats en volgens het ontworpen tracé, - het vasthechten van de kabels aan de einden van de drukstaven, bijvoorbeeld met een hechtmiddel (bijvoorbeeld een 25 uithardende kunststof) en van de nevenkabel (einden) aan de hoofdkabels met bijvoorbeeld klemmen, alles volgens tekening, - het (als een touwladder) op een haspel oprollen van de vakwerkligger, - het af rollen, na transport, op de bouwplaats van de vak-30 werkligger en het verankeren aan de draagconstructie in de ver ankeringpunt en, - het spannen van de verankeringen volgens de berekende verplaatsingen. 81003328. Method for the manufacture and assembly of a box girder according to one or more of the preceding claims, characterized by the following steps: - the preparation of each individual cable with end connections according to the drawing, - the preparation of the compression bars, 20. stretched laying in a flat plane, such as on a mounting floor, of all cables and compression bars at the calculated location and according to the designed route, - attaching the cables to the ends of the compression bars, for example with an adhesive (for example a Curing plastic) and of the secondary cable (ends) to the main cables with, for example, clamps, all according to the drawing, - rolling up the lattice girder (like a rope ladder) on a reel, - unrolling it, after transport, at the construction site of the box-30 work beam and anchoring to the supporting structure in the anchoring point and, - tensioning of the anchors according to the calculated displacements. 8100332
NL8100332A 1981-01-23 1981-01-23 RIGID PROFESSIONAL IN CABLE CONSTRUCTION AND METHOD FOR MANUFACTURE AND USE THEREOF. NL8100332A (en)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8100332A NL8100332A (en) 1981-01-23 1981-01-23 RIGID PROFESSIONAL IN CABLE CONSTRUCTION AND METHOD FOR MANUFACTURE AND USE THEREOF.
DE8282200067T DE3274666D1 (en) 1981-01-23 1982-01-19 Stiff girder construction with flexible cable ropes
EP82200067A EP0057038B1 (en) 1981-01-23 1982-01-19 Stiff girder construction with flexible cable ropes
US06/342,194 US4463526A (en) 1981-01-23 1982-01-22 Stiff girder constructed with flexible cable ropes
ZA82452A ZA82452B (en) 1981-01-23 1982-01-22 Stiff girder constructed with flexible cable ropes
JP57009424A JPS57151748A (en) 1981-01-23 1982-01-23 Girder constituted from flexible cable

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8100332A NL8100332A (en) 1981-01-23 1981-01-23 RIGID PROFESSIONAL IN CABLE CONSTRUCTION AND METHOD FOR MANUFACTURE AND USE THEREOF.
NL8100332 1981-01-23

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8100332A true NL8100332A (en) 1982-08-16

Family

ID=19836914

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8100332A NL8100332A (en) 1981-01-23 1981-01-23 RIGID PROFESSIONAL IN CABLE CONSTRUCTION AND METHOD FOR MANUFACTURE AND USE THEREOF.

Country Status (3)

Country Link
JP (1) JPS57151748A (en)
NL (1) NL8100332A (en)
ZA (1) ZA82452B (en)

Also Published As

Publication number Publication date
JPS57151748A (en) 1982-09-18
ZA82452B (en) 1982-12-29

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US8752225B2 (en) Tunable load sharing arch bridge
AU2021201288B2 (en) Composite structural member for a building structure
US20150167289A1 (en) Open web composite shear connector construction
NO169736B (en) CABLE SUSPENSION CORE SAMPLER
JPH0733644B2 (en) Bridge composed of deck and elements supporting the deck, particularly long-span cable-stayed bridge, and construction method thereof
US20230235557A1 (en) Structural truss, assembly and method of manufacture
CA2053429C (en) Bridge comprising a deck and at least two towers and process for the construction thereof
Daly et al. Strengthening of bridges using external post-tensioning
CN103194973B (en) Novel spliced truss for bridge construction and construction method
US3676964A (en) Frame and building structure and method of constructing same
US4947599A (en) Trussed girder with pre-tension member therein
NL8100332A (en) RIGID PROFESSIONAL IN CABLE CONSTRUCTION AND METHOD FOR MANUFACTURE AND USE THEREOF.
EA038408B1 (en) Method of reinforcing a lower head of a steel beam
CN109711041B (en) Temperature self-adaptive tower beam forward-bridge direction constraint method and system
WO2003035982A1 (en) A prestressed track girder and its manufacture method
EP3617024B1 (en) Truss track structure and rail
US20060143840A1 (en) Bridge that can be dismantled
RU2767619C1 (en) Structural element (embodiments)
US1897470A (en) Suspension bridge
HU185499B (en) Lattise truss
US5317856A (en) Composite structure of wood and reinforced concrete, a composite girder and a dome shaped load bearing structure including such composite structure
FI89400C (en) Beam Construction
CN111424524A (en) Modular ultrahigh-performance concrete prefabricated assembled beam suitable for different spans
US129479A (en) Improvement in bridges
US1533927A (en) Multiple-span bridge

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed