NL8004234A - Met hoge snelheid werkende sluitdopselecteerinrichting. - Google Patents

Description

4 r

Met hoge snelheid werkende sluilfiopselecteerinrichting.

De uitvinding heeft betrekking op een orgaan voor het met hoge snelheid toevoeren van sluitdoppen vanuit een doptoevoer-hopper naar een dopaanbrenger van een afdichtingsmachine, en meer in het bijzonder op een selecteer inrichting voor een derge-5 lijke doptoevoer voor het opsporen van angékeerde sluitingen en voor het ankeren daarvan zodat alle sluitingen, die uit de selecteer inrichting toegevoerd worden, goed georiënteerd zijn met hun kappen bovenaan cm direct toegevoerd te worden aan een dopaanbrenger van een af dichtingsmachine of overeenkomstige inrichting.

10 Dopselecteerinrichtingen van dit algemene type zijn wel bekend voor het uitvoeren van een doptoevoer- en doporiënteerver-richting aan een verscheidenheid van sluitingen. Dergeüjke mechanismen zijn bijvoorbeeld geopenbaard inde Amerikaanse octrooien 3.532.202, 3.342.305, 3.244.264 en 3.095.957 ten name van 15 de onderhavige Aanvraagster. De selecteer inrichting volgens de uitvinding wordt in het bijzonder verschaft voor bet uitvoeren van een dopselecteerverrichting met hoge snelheid en sluitingen, die mantels hébben, welke voorzien zijn van treklippen of andere onregelmatigheden. Dit type sluitdop levert speciale problemen op voor selec-20 teer inrichtingen omdat de één geheel daarmee vormende duimlip- en scheurlipgedeelten de verrichting van vroegere selecteerinrichtingen, zoals die van de: in het voorgaande vermelde octrooien, belemmeren.

De selecteerinrichting volgens de uitvinding heeft daarentegen een verbeterde uitvoering van de opspoor- en selecteerelementen, 25 waardoor deze in staat gesteld wordt cm snel en doeltreffend te werken met dit type sluiting, daaronder begrepen bijvoorbeeld sluitingen van het type, beschreven in het Amerikaanse octrooi 3.913.771, dat betrekking heeft op een tegen knoeien bestand zijnd 8004234 2 type sluiting met een gemodelleerde kunststof mantel.

Bijgevolg is het een oogmerk van de uitvinding om te voorzien in een verbeterde dopselecteerinrichting die op selectie met hoge snelheid van sli±ingen, die onregelmatig gevormde mantels 5 hébben, berekend is.

Een ander oogmerk van de uitvinding is cm te voorzien in een dopselecteerinrichting die in het bijzonder bestemd is voor het uitrichten van doppen wanneer de deppen gemodelleerde kunststof mantels met onregelmatigheden daarop hebben.

10 Een ander oogmerk van de uitvinding is cm te voorzien in een verbeterde dopselecteerinrichting die in het bijzonder bestemd is voor het behandelen van samengestelde sluitdoppen, die betrekkelijk dikke en onregelmatige mantelgedeelten hébben.

De uitvinding wordt in het volgende nader toegelicht aan 15 de hand van een bij wijze van voorbeeld in de tekeningen weergegeven voorkeursuitvoering daarvan, waaraan echter geen beperkende betekenis gehecht moet worden.

Pig. 1 is een vooraanzicht van een voorkeursuitvoering van de dopselecteerinrichting volgens de uitvinding.

20 Fig. 2 is een verticale doorsnede volgens II-II in fig. 1.

Fig. 3 is een met fig. 2 corresponderende verticale doorsnede die een voorstelling geeft van de selecteerwerking met een omgekeerde sluitdop.

Fig. 4 is een verticale doorsnede van het dopaftast- ai 25 kantelwiel volgens IV-IV in fig. 2.

Fig. 5 is een met fig. 4 corresponderende doorsnede die een voorstelling geeft van de seleeteerwielverrichting op een omgekeerde sluitdop.

Fig. 6 en 7 zijn verticale doorsneden volgens VI-VI en 30 VII-VII in fig. 1.

Fig. 8 is een gedeeltelijk weggesneden afbeelding in perspectief, die een voorstelling geeft van een dopselecteerinrichting volgens de uitvinding.

Vervolgens wordt de hier beschouwde voorkeursuitvoering 35 meer in detail beschreven.

De dopselecteerinrichtingen volgens de uitvinding worden in- 8004234 + 4 3 gesteld tussen doptoebveringshoppers en doptoevoeraanbrengers op af-dichtingsmachines of dergelijke inriditlngen. Typerende dophoppers, zoals bruikbaar zijn bij de selecteerinrichting, bestaan uit holle opslagcmsluitingen, die voorzien zijn van aangedreven organen, 5 gewoonlijk in de vorm van een roterende plaat of wiel voor het continu bewegen van sluitdoppen vanuit de hopper naar en in het open einde van een doptoevoerglijkoker. Deze hoppers worden continu gevoed met toeleveringen van de sluitdoppen die willekeurig georiënteerd zijn zodat zij uit de hopper en in de dopglijkoker toe-10 gevoerd kunnen worden in hetzij een normale dopaanbrengpositie met de dopkappen bovenaan hetzij in een omgekeerde positie met de opkappen naar beneden ingesteld. Als de hoppers voortgaan met hun toe-voerverrichting voor een daarmee samenhangende afdidhtings- of andere inrichting, worden de doppen in de selecteerinrichting toegevoerd 15 in een voortgaande stroem met willekeurige dopinstelling aan de ingang en met voldoende doptoevoerdruk zodat de doppen continu door en langs de doptoevoerglijkoker naar de dopselecteerinrichting volgens de uitvinding gaan.

Fig. 1 geeft een voorstelling van een hopper 1 die doppen 20 2 toevoert in een dopglijkoker 3 en door een dopselect eer inrichting 4. De dopselecteerinrichting 4 is voorzien van een doptoevoerster-wiel 5 voor het opnsnen en voor het uiteen plaatsen van de bewegende doppen 2, en een gesynchroniseerd en daarmee samenhangend dopaftasten kantelwiel 6. Het aftast- en kantelwiel 6 is gesynchroniseerd met 25 het sterwiel 5 en is zo ingesteld dat het goed georiënteerde sluitdoppen 2 zonder contact doorlaat en zo dat het in aangrijping komt met de kappen van emgekeereb sluitingen en deze kappen op een tegen-steunstaaf 7 kantelt waardoor deze toegevoerd worden in een lange toroidale dopcmkeerkamsleuf 7' in de dopselecteerinrichting 4 en die 30 zich rond het doptoevoersterwiel 5 uitstrékt. Van de goed georiënteerde doppen 2, die niet in contact koten met het kantelwiel 6, wordt het kantelen tegengegaan door een staafmagneet 8 en deze konen in een doorgang 11 terecht (fig. 2).

De holle glijkoker 3 is verstelbaar voor het opnsnen van 35 sluitdoppen van de gewenste diameter en mantelhoogte en voor het voeren daarvan naar de dopselecteerinrichting 4. De bewegende doppen 800 42 34 4 2 in de doptoevoerglijkoker 3 kanen eerst terecht in kassen 8' in het roterende sterwiel 5, dat een aantal kassen 8' heeft.

Het sterwiel 5 wordt bij voorkeur aangedreven door de druk van de doppen 2, welke toegevoerd worden uit de hopper 1, die 5 er op ingesteld is om een voldoende toelevering van deppen te verschaffen voor de afdichtingsmachine, waaraan de toevoer plaatsvindt.

Fig. 2 en 3 geven een voorstelling van sluitdoppen 2, die toegevoerd worden in het roterende doptoevoersterwiel 5 vanuit de doptoevoerglijkoker 3.

10 Vlak na het terechtkomen van elke sluitdop 2 in een kas 8' in het roterende sterwiel 5 wordt de dop 2 door een selec-teerpositie nabij het dopaftast- en kantelwiel 6 bewogen. Het wiel 6 is gemonteerd op een geschikte as die door een geschikt drijfwerk gekoppeld is aan het doptoevoersterwiel 5 zodat de twee wielen 5 en 15 6 in gesynchroniseerd verband bewegen en zodat de dopselecteeramen 9 op het dopaftast- en kantelwiel 6 gecentreerd worden met betrekking tot sluitdoppen 2 die in het sterwiel 5 ingesteld zijn.

Fig. 2 en 4 tonen een goed georiënteerde sluitdop 2 met zijn kap 10 bovenaan, die langs het dopselecteer- en kantelwiel 6 20 bewogen wordt. In dit geval kanen de selecteer armen 9 in de sluitdop 2 terecht terwijl deze op afstand van de sluitdop 2 gelegen blijven zodat goed georiënteerde sluitingen langs de magneet 8 en verder door de selecteerdoorgang 11 bewogen worden zonder dat hun positie veranderd wordt en zo dat zij niet in de dcpcnkeerkamsleuf 25 7' terecht kanen. Deze goed georiënteerde doppen bewegen verder cm goed ingesteld door de doorgang 11 en uit het uitgangseinde 12 van de select eer inrichting 4 te gaan cm naar de dopglijkoker en dopaanbrenger van de afdichtingsmachine te gaan.

Een sluitdop 2, die cmgekeerd is en die dus niet goed 30 georiënteerd is cm naar een afdichtingsmachine toegevoerd te worden, is in fig. 3 en 5 voorgesteld als deze langs het dopselecteer- en kantelwiel 6 beweegt. Deze dop, die zijn kap 10 naar beneden ingesteld heeft, kamt in aangrijping met een tastarm 9 van het noterende dopaftast- en kantelwiel 6, zodat de bewegende wielarm 9 de dep 2 35 kantelt en. de buitenrand daarvan oplicht en in aangrijping brengt met de rand van de depemkeertegensteunstaaf 7. De dopcmkeersleuf 7' 8004234 5 is gevormd door twee voornaamste kamsecties die zich in de lengterichting van de gebogen selecteerinrichting 4 uitstrekken. De buitenste van deze kamsecties bestaat uit een bovenste kam 13, die in aangri jping kcrat met de buitenrand van de dop 2 en die deze 5 rand geleidelijk arhoog en naar binnen drukt als de tegenovergestelde en binnenste kamsectie 14 de tegensteunstaaf 7 opvolgt om gelijktijdig een binnenste gedeelte van de dop aan te grijpen en het omlaag en naar binnen te drukken. Deze geconbineerde kanwerkingen leiden er toe dat elke omgekeerde dop geleidelijk naar een in hoofd-10 zaak verticale positie binnen de doptoevoerglijkoker bewogen wordt om dan de dop verder te draaien, zoals in de doorsnedeafbeelding 6 voorgesteld, vanuit de verticale positie naar een positie met de kap otihoog binnen de dopglijkoker, als de doppen de selecteer-uitgang 12 bereiken zoals in fig. 7 in doorsnede voorgesteld is.

15 Een aspect van bijzonder belang in de dopselecteerinrichting is het vermogen daarvan cm sluitdoppen, die onregelmatigheden op de buitenranden of mantels van de doppen hebben, te behandelen. Dergelijke mantels worden bijvoorbeeld aangetroffen in een in toenemende mate populaire stijl van sluitdoppen, die békend staat als samenge-20 stelde doppen, waarbij de dopnantels gevormd zijn van genodelleerde kunststof en waarbij de overige gedeelten van de doppen uit kappen van metaal of kunststof kunnen bestaan. Deze genodelleerde kunststof mantels zijn vaak gekarakteriseerd door het gébruik van tegen knoeien bestand zijnde scheurstroken, die voorzien zijn van aanvat-25 lippen, welke zich van de dopmantels radiaal naar buiten uitstrekken.

Deze gedeelten van de dopmantels evenals andere genodelleerde licht lippen eidergeli jka, maken de mantels onregelmatig. Het optreden van deze onregelmatigheden veroorzaakt belemmering tussen doppen in ononderbroken reeksen van doppen zoals rijen doppen die door de dcp-30 selecteer inrichtingen van de in de in het voorgaande aangegeven octrooien beschreven vorm gaan. De dopselecteerinrichting volgens de onderhavige uitvinding zorgt voor een afzondering van de afzonderlijke doppen 2 binnen de kassen 8 van het sterwiel 5 als de doppen 2 door de ankeersleuf 7' van de dopselecteerinrichting 4 bewegen.

35 De selecteerinrichting, die de voorkeur verdient, cmvat bovenste en onderste buitenste glijkokersecties 15 resp. 16, waarvan 8004234 6 de naar binnen gekeerde opppervlakken 17 en 18 er qua vorm op berekend zijn om een in hoofdzaak cirkelvormig kanaal te vormen cm de kantelbeweging van de omgekeerde doppen 2 te kunnen uitvoeren.

Fig. 2 bijvoorbeeld toont deze bovenste en onderste secties 15 en 5 16 aan ongeveer het begin van de glijkokerarikeersectie met de boogvormige binnenoppervlakken 17 en 18. De oppervlakken 17 en 18 strékken zich langs de secties uit en lopen samen in hun eindgedeelten zoals in doorsnede weergegeven is in fig. 6, die zich betrekkelijk dicht bij het sluitdopuitgangseinde van de dopselecteerinrichting 10 bevindt.

De bovenste en onderste secties 15 en 16 zijn aan weerszijden van een tegenstem- of aanbrengplaat 19 ingesteld. De doppen 2, die toegevoerd worden in de selecteer inrichting aan het doptoevoerster-wiel 5, bewegen op de plaat 19. Teneinde de in het voorgaande be-15 schreven aanvankelijke dopkantelwerking voor ongékeerde doppen zoals in het voorgaande beschreven en zoals in fig. 3 voorgesteld mogelijk te maken, strekt een boogvormige arrikeersleuf 20 zich in de plaat 19 langs de baan van de bewegende doppen 2 uit on de omlaag gebrachte rand van de uiteen geplaatste en gekantelde sluitingen 2 op te nemen. 20 Tegelijkertijd ondersteunen de uiteengelegen randen van de plaat 19 opzij langs de sleuf 20 de randen van de goed georiënteerde doppen 2 als deze langs bewogen worden in de kassen 8 van het doptoevoer-sterwiel 5. De buitenste dopkantelkam 13, waarvan de werking bij het kantelen van niet goed georiënteerde sluitingen reeds beschreven 25 is, dient ook cm goed georiënteerde doppen te geleiden en vast te houden als de buitenranden van deze doppen 2 onder de kamsectie 13 bewegen op de in fig. 2 en 6 voorgestelde wijze. De kantelrand van de buitenste kam 13 strékt zich van een positie buiten de buitenrand van het doptoevoersterwiel 5 zoals in fig. 1 en 2 voorgesteld uit 30 naar een positie binnen de hartlijn van de doptoevoerwielkassen zoals in fig. 1 en 6 voorgesteld is. De sairenwerkende binnenste kam 14 begint binnen de kashartlijn zoals in fig. 1 en 3 gezien wordt en verloopt langs een radiaal naar buiten gerichte baan dichter bij het midden van het doptoevoerwiel tot elk van de omgekeerde doppen 35 geheroriënteerd is evenwijdig aan de plaat van het doptoevoerster-wiel 5 als de deppen in de uitgangssectie 12 van de dqpglijkcker be- 800 42 34 7

J

wegen.

Een magneet 22 (fig. 1) is op de buitenste glijkokerrand en nabij de selecteeruitgang 12 ingesteld on een uiteindelijke kantel-werking voor de doppen 2 die door de kamsleuf omgekeerd worden te verzekeren.

5 Gezien zal worden dat een verbeterde, met hoge snelheid werkende dopselecteerinrichting verschaft is, die bijzonder bruikbaar is voor die sluitdoppen, die onregelmatigheden kunnen hebben op de dopmantelgedeelten, welke een selectie bij bekende dcpselec-teerinrichtingen belanmeren.

10 Dit maakt de dopselecteerinrichting in het bijzonder bruik baar bij sluitdoppen, die tegen knoeien bestand zijnde banden met daarmee samenhangende scheurlippen hebben, en ook bij die doppen welke voorzien kunnen zijn van lichtlippen als een gedeelte van de dopnantelconstructie.

15 In het bijzonder maakt dit de dopselecteerinrichting bruik baar bij een in toenemende mate populaire sluitdopstijl die békend staat als samengestelde doppen waarbij de doppen gemodelleerde kunststof mantels hebben, waarop de in het voorgaande vermelde elementen op geschikte wijze gevormd zijn gedurende de dopmantelmodelleer- 20 bewerkingen. De nieuwe verbeterde selecteerinrichting werkt niet alleen op doeltreffende wijze bij deze algemene soorten sluitingen, naar is ook in staat om met bijzonder hoge doptoevoersnelheden te werken voor toepassing bij de meest recente, met hoge snelheid werkende houderaf dichtingsmachines.

25 Kort samengevat is in het voorgaande een mechanisme beschre ven voor het uitrichten van sluitdoppen in een doptoevoersystean daaronder begrepen bij bepaalde doppen met onregelmatig gevormde mantels. Doppen in een bewegende reeks van willekeurig georiënteerde doppen worden afgetast en uitgericht zodat alle doppen die daaruit 30 te voorschijn kanen hun doppen in dezelfde richting gekeerd hebben.

Het nieuwe dopselecteermechanisme heeft een rondwentelend doptoevoer-sterwiel met dopopneernkassen. Een dopomkeerwiel is ganonteerd aan één zijde van het sterwiel dat armen heeft voor het aangrijpen en kantelen van omgekeerde doppen in de sterwielkassen zodat zij in een 35 taroidale dopamdraaikam gevoerd worden als zij het omkeerwiel verlaten.

800 42 34 8

De cmdraaikam heeft een lange boogvormige kamsleuf voor het opnemen van de randen van de gekantelde doppen en voor het voltooien van hun omkering als de doppen langs de kam naar het uitlaateinde daarvan bewogen worden terwijl de doppen uiteen gehouden worden door de 5 kassen van het roterende doptoevoersterwiel.

Daar verschillende wijzigingen uitgevoerd kunnen worden in de vorm, constructie en uitvoering van de hier beschreven delen zonder buiten het kader van de uitvinding te treden en zander enige van de voordelen daarvan op te offeren, dient wel te worden ver-10 staan dat al hetgeen hier geopenbaard is louter bij wijze van voorbeeld bedoeld is en dat hier geen beperkende betekenis aan gehecht moet worden.

800 4234

Claims (12)

1. Dopselecteer inrich ting voor het ankeren van niet goed georiënteerde deppen in een bewegende reeks van willekeurig georiënteerde doppen, bestaande uit een combinatie van eenroteer- 5 baar gemonteerd doptoevoerwiel, dat een aantal uiteengelegen dop-toevoerkassen heeft, een doptoevoerglijkoker voor het in de deptoe-voerwielkassen richten van doppen, een dopaftast- en kantelwiel, dat in gesynchroniseerd verband met het doptoevoerwiel beweegt en ingesteld is aan het uitgangseinde van de doptoevoerglijkoker met 10 zijn hartlijn in hoofdzaak loodrecht ingesteld op de hartlijn van het doptoevoerwiel en met een aantal radiale tastarmen waarvan de buiteneinden er op ingesteld zijn cm de kappen van omgekeerde doppen in de doptoevoerwielkassen aan te grijpen, lange kamorganen, die zich rond een boogvormige baan bij de buitenrand van het doptoevoerwiel 15 uitstrekken en voorzien zijn van dopkantelkamvlakken voor het aangrijpen en arkeren van die kappen welke aangegrepen worden door dc kasarmen en voortbewegen worden in holten van het doptoevoerwiel, een kanaal nabij de lange kamorganen voor het cpnemen en doorvoeren van goed georiënteerde doppen, en tweede glijkokerorganen, die voor-20 bij de dopetrikeerorganen en het genoemde kanaal ingesteld zijn voor het opnamen van alle doppen die uit de dopselecteerinrichting gevoerd worden door het doptoevoerwiel.

2. Dopselecteerinrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de tastarmen voor het dopaftast- en kantelwiel betrekkelijk 25 breed zijn in een omtreksrichting ten opzichte van de diameter van de doppen en waarbij de buitenste- met de doppen in contact komende einden van elk van deze armen bestaan uit een recht middengedeelte dat uitloopt in afgeronde hoeken.

3. Dopselecteerinrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt 30 doordat het doptoevoerwiel werkzaam gekoppeld is aan het dopaftasten kantelwiel door tussenkomst van een drijiwerkverbinding.

4. Dopselecteerinrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat deze voorts magneten cmvat, die aan het uitgangseinde van de lange kamorganen ingesteld zijn voor het vergemakkelijken van 35 efeui teindelijke kantelbeweging van omgekeerde doppen.

5. Dopselecteerinrichting volgens conclusie 4,. gekenmerkt 800 42 34 doordat de magneten uit lange magneten bestaan, die zich langs de kamorganen uitstrekken.

6. Dopselecteerinrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat de lange kamorganen een eerste boogvormige kamplaat, die in 5 het buitenste gedeelte van de doptoevoerglijkoker ingesteld is, en een tweede kamplaat, die tegenovergesteld aan de eerste kanplaat in heb binnenste gedeelte van de doptoevoerglijkoker ingesteld is, omvatten.

7. Dopselecteerinrichting volgens conclusie 6, gekenmerkt doordat de dopglijkoker voorts buitenste kapgedeelten omvat voor de 10 glijkoker die zich van het ene einde tot het andere uitstrekken, en voorzien is van in hoofdzaak boogvormige binnenoppervlakken in doorsnede die naar de lange kamorganen toegekeerd zijn.

8. Dopselecteerinrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat het lange kamorgaan zich over ongeveer 150° rond de ontrek 15 van het doptoevoerwiel uitstrekt.

9. Dopselecteerinrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt doordat het doptoevoerwiel een aantal halfronde doptcevcerkassen omvat, waarbij de dopuiteenplaatsingsorganen tussen aangrenzende kassen een betrekkelijk dunne dopui beenplaats ingsarm omvatten,die zich 20 radiaal naar buiten uitstrekt om één dopstraal.

10. Dopselecteerinrichting volgens conclusie 6, gekenmerkt doordat deze voorts magneten cmvat, die aan het einde van de eerste kamplaat ingesteld zijn.

11. Dopselecteerinrichting volgens conclusie 10, gekenmerkt 25 doordat de magneet uit een lange magneet bestaat, die zich uitstrekt langs de baan van de bewegende doppen in het kamorgaan.

12. Inrichting, in hoofdzaak zoals voorgesteld in de beschrijving en/of tekeningen. 800 42 34