NL8002605A - Bekledingsmateriaal van het flexibele vel-type en werkwijze ter vervaardiging daarvan. - Google Patents

Description

//. *► ‘Μ 1

Bekledingsmateriaal van het flexibele vel-type en werkwijze ter vervaardiging daarvan.

De uitvinding heeft betrekking op decoratieve bekledingsmterialen van het vel-type en in het bijzonder op een werkwijze ter vervaardiging van een geschikt substraat voor dergelijke materialen.

5 Decoratieve buigzame bekledingsmaterialen van het vel-type, zoals muur- of vloerbekledingsmaterialen, zijn algemeen bekend. Dikwijls omvatten dergelijke bekledingsmat.erialen de toepassing van een chemisch geblazen schuimbare kunststof, die in vloeibare toestand op een substraat wordt aangebracht. De schuim-10 bare vloeistof wordt vervolgens gegeleerd, dikwijls bedrukt met een patroon en geëxpandeerd door verhitting, bijvoorbeeld tot driemaal de oorspronkelijke dikte daarvan. De gebruikelijke toepassing van dergelijk chemisch geschuimd materiaal is bijvoorbeeld beschreven in de Amerikaanse octrooischriften 3.458.337 en 3.293.094.

15 Hoewel de toepassing van chemisch geschuim de kunststof op substraten bij de vervaardiging van velvormige bekledingsmaterialen algemeen bekend is en alom wordt toegepast zijn de resulterende produkten niet altijd volledig bevredigend. Wanneer poreuze substraten of onregelmatige substraten werden gebruikt 20 waren de resultaten minder dan bevredigend omdat de onregelmatigheden in het substraat of de penetratie van de schuimbare vloeibare bekleding in het ondersteuningssubstraat resulteert in vergrote oppervlakte-vervormingen in het voltooide produkt. Dit is in het bijzonder waarneembaar wanneer bedrukte patronen worden gevormd 25 op de geschuimde laag of worden gedrukt op een ongeschuimde laag voordat de schuiming van de laag wordt bewerkstelligd.

De toepassing van niet-schuimbaar materiaal voor de afdichting en bekleding van een poreus of onregelmatig t 800 2 6 05 £" κ· 2 substraat was in het algemeen onbevredigend als gevolg van de penetratie van het bekledingsmateriaal in de openingen van het poreuze substraat.

Behalve chemisch geschuimde kunststoffen 5 van het bovengenoemde type zijn mechanisch geschuimde kunststoffen, waarbij lucht of een ander gas in de kunststof wordt gebracht, zoals door slaan of door andere vormen van mechanische aerering, bekend, zoals bijvoorbeeld beschreven in het Amerikaanse octrooi-schrift 3.511.788. Dergelijke mechanisch geschuimde kunststoffen 10 zijn voorgesteld voor een grote verscheidenheid van toepassingen, zoals in zeer dunne lagen voor de aanbrenging op een verscheidenheid van substraten, zoals voorgesteld in het bovengenoemde Amerikaanse octrooischrift 3.511.788. Dergelijke schuimen zijn eveneens gebruikt als rugmateriaal voor vel-bekledingsmaterialen, 15 in het bijzonder vloerbedekkingsmaterialen, teneinde te voorzien in een veerkracht bij het lopen daarop.

Het is in de industrie van vloerbedekkingsmaterialen eveneens tamelijk gebruikelijk een gebosseleerd schuim-produkt te vervaardigen, ofwel door toepassing van chemische midde-20 len, zoals indrukkende inkten, etc., zoals beschreven in de bovengenoemde Amerikaanse octrooischriften, ofwel door mechanische bosse-lering van de geschuimde laag of het voltooide produkt. De mechanische bosselering is een bekende techniek en bijvoorbeeld meer uitvoerig beschreven in de Amerikaanse octrooischriften 3.345.234, 25 3,748.151 en 3.887.678.

Een doel van de uitvinding is te voorzien in een decoratief buigzaam bekledingsmateriaal van het vel-type met een substraat, omvattende een buigzame poreuze mat, aan tenminste ëën zijde bekleed met een laag van gesmolten, mechanisch geschuimd 30 ("frothed") en vergruisd, flexibel geschuimd thermoplastisch vinyl-polymeer, De poreuze mat bezit openingen van gemiddeld ongeveer 1-20 mil in de kleinste lineaire afmeting, waarbij tenminste ongeveer 50 % van deze openingen een kleinste lineaire afmeting tussen ongeveer 2 en 10 mil bezitten. Het geschuimde thermoplastische 35 materiaal bezit voor de vergruizing een dichtheid tussen ongeveer 0,2 en 1,0 g per cm (g/cc) en bezit een viscositeit bij de aan- 800 2 6 05 3 i brenging op de mat tussen ongeveer 3000 en ongeveer 25.000 centi-poises (cp). Vinylchloride-polymeren en -copolymeren genieten de voorkeur.

De werkwijze volgens de uitvinding omvat 5 het eerst bekleden van tenminste éën zijde van een buigzame poreuze mat van het boven beschreven type met een laag van door verhitting hardhaar, mechanisch geschuimd ("frothed"), buigzaam thermo— plastisch schuim van het boven beschreven type. De aldus op de mat aangebrachte schuimlaag bezit een dikte tussen ongeveer 20 en 10 ongeveer 150 mil. De laag van geschuimde kunststof wordtgegeleerd en tenminste gedeeltelijk gesmolten en vervolgens gekalanderd bij een temperatuur binnen het smeltingstemperatuurtraject van het vinylpolymeer bij een knijpdruk tussen ongeveer 2 en ongeveer 40 pound per lineaire inch teneinde hierdoor de schuim te vergruizen.

15 Zoals hierboven werd vermeld is het pro- dukt volgens de uitvinding een decoratief buigzaam bekledingsmate-riaal van het vel-type, omvattende een buigzame poreuze mat, aan tenminste ëên zijde bekleed met een laag van mechanisch geschuimd en vergruisd, door verhitting gehard (gesmolten) geschuimd thermo-20 plastisch vinylpolymeer. Hoewel de uitvinding toepasbaar is op poreuze matten, vervaardigd uit een willekeurig buigzaam materiaal, bestaat het voorkeursmateriaal uit glasvezels in geweven of niet-geweven vorm, waarbij niet-geweven glasvezelmatten in het bijzonder de voorkeur genieten. De matten, waarop de uitvinding toepas-25 baar is, zijn die welke voldoende poreus zijn, zodat gewone plasti-sol- of organosol-afdichtingsmaterialen de openingen van de mat binnendringen, waardoor het moeilijk of onmogelijk is een gladde bekleding van kunststof op de mat te verkrijgen. Matten, die geschikt zijn ten gebruike bij de onderhavige uitvinding, zijn die 30 waarin de openingen in de matgemiddeld liggen tussen ongeveer 1 en ongeveer 20 mil in de kleinste lineaire afmeting, waarbij tenminste ongeveer 50 % van deze openingen kleinste lineaire afmetingen tussen ongeveer 2 en ongeveer 10 mil bezitten. Voorkeursmatten zijn die met een dikte tussen ongeveer 10 en ongeveer 40 mil en een dichtheid 2 35 tussen ongeveer 0,5 en ongeveer 4 pound per 100 feet . Dergelijke matten kunnen worden vervaardigd onder toepasang van gebruikelijke 800 2 6 05

V

4 J* $ technieken, die worden toegepast voor de vervaardiging van niet-geweven glasmatten, waarbij de gebruikte glasvezels bij voorkeur een gemiddelde diameter tussen ongeveer 5 en ongeveer 20 micronen meer bij voorkeur tussen ongeveer 7 en 15 micron en vezel-lengten 5 tussen ongeveer 0,50 en ongeveer 3,81 cm bezitten. Bindmiddelen, die gewoonlijk worden toegepast voor de bekleding van glasvezels, kunnen worden gebruikt en wanneer deze worden gebruikt zijn zij gewoonlijk aanwezig in hoeveelheden tussen ongeveer 1 en ongeveer 50 gew.% van de mat. Geschikte bindmiddelen voor de bekleding van de 10 glasvezels van de matten, gebruikt bij de uitvinding, zijn bijvoorbeeld ureum-formaldehyde, latices, thermohardende harsen, zoals polyesterharsen, epoxyharsen en dergelijke en deze kunnen als gebruikelijke bindmiddelen onder andere omvatten de bindmiddelen, die vermeld zijn in het Amerikaanse octrooischrift 3.554.851. Het bind-15 middel kan vanzelfsprekend op een gebruikelijke wijze op de glasvezels worden aangebracht.

Zoals hierboven werd vermeld omdat de vergruisde geschuimde laag thermoplastisch vinylpolymeer, waarbij vinyl-cbloride-polymeren en -copolymeren in het bijzonder de voorkeur 20 genieten. Vinylpolymeren, die geschikt zijn ten gebruike bij de onderhavige uitvinding, omvatten een grote verscheidenheid van vinyl-materialen, zoals welke zijn beschreven in het bovengenoemde Amerikaanse octrooischrift 3.511.788, zowel als de gebruikelijke polyvinylchloride- (PVC)-materialen die in de techniek bekend zijn ten 25 gebruike bij chemisch geschuimde materialen, waaronder bijvoorbeeld die welke zijn beschreven in de bovengenoemde Amerikaanse octrooischriften 3.458,337 en 3.293.094. Analoge vinylpolymeren in latex-vorm zijn eveneens geschikt. Mechanisch geschuimde PVC-plastisolen en -organosolen zijn de voorkeursmaterialen voor de vergruis-30 de geschuimde laag van het produkt volgens de uitvinding.

De mechanisch geschuimde en vergruisde schuimlagen volgens de uitvinding voorzien in gladdere oppervlakken op poreuze substraten dan ofwel de tot nu toe gebruikte chemisch geschuimde kunststoffen ofwel de mechanisch geschuimde kunststoffen, 35 aangebracht en gehard zonder vergruizing. De vergruisde schuimlagen volgens de uitvinding zijn eveneens meer geschikt voor dit doel dan 8002605 ( 5 de vergruisde schuimen met betrekkelijk lage dichtheid, die gewoonlijk worden gebruikt als rugmateriaal voor gordijnstoffen en dergelijke en stofferingsweefseis in de textielindustrie.

Zoals hierboven werd vermeld heeft de uit-5 vinding betrekking op buigzaam bekledingsmateriaal van het vel-type, dat geschikt is voor de bekleding van wanden en vloeren.

Ter verkrijging van de noodzakelijke flexibiliteit in het voltooide produkt is het noodzakelijk dat zowel het substraat als de vergruisde geharde mechanisch geschuimde schuimlaag en andere eventu-10 ele lagen volgens de uitvinding eerder buigzaam dan stijf zijn. Kunststofmaterialen worden als voldoende buigzaam voor dit doel beschouwd wanneer zij in de vorm van een geschuimd en gehard onversterkt schuimvel van 0,64 cm over 180° kunnen worden gebogen rond een doorn van 2,54 cm zonder blijvende verharding. Dergelijke 15 materialen zijn algemeen bekend aan deskundigen in de industrie van vloerbedekkingsmaterialen en textielmaterialen, evenals de verschillende typen van substraten en andere materialen, die geschikt kunnen worden gebruikt bij de vervaardiging van buigzame decoratieve wand- of vloerbedekkingsmaterialen.

20 Hoewel buigzame poreuze matten volgens de uitvinding met een laag van mechanisch geschuimde en vergruisde, door verhitting geharde buigzame kunststofschuim daarop voor sommige doeleinden geschikt kunnen zijn als substraten voor bekledingsmateriaal van het vel-type zonder een verdere behandeling is het 25 in vele gevallen wenselijk op de vergruisde schuimlaag een gebruikelijke afdichtingsbekleding van geschikt materiaal, zoals PVC-plastisol of -organosol, aan te brengen. Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding, die in het bijzonder de voorkeur geniet, wordt de laag van mechanisch geschuimde en vergruisde buigzame kunst-30 stofschuim verder bekleed met een gebruikelijke laag van geschuimde kunststof, zoals geschuimde PVC-plastisol of -organosol. Hierdoor wordt voorzien in de gewenste veerkracht van het voltooide produkt. Het zal duidelijk zijn dat verdere geschuimde of ongeschuimde lagen van gebruikelijke materialen ten gebruike in vloer-35 bedekkingsmaterialen, bijvoorbeeld PVC-plastisolen of -organosolen, zowel als lagen met druk-effecten of andere decoratieve effecten, 800 2 6 05 6 eveneens kunnen worden toegepast, alle op gebruikelijke wijze. Gebruikelijke vinyl-slijtlagen voor eventuele toepassing op de produkten volgens de uitvinding kunnen bijvoorbeeld omvatten willekeurige PVC-harsmaterialen, die gewoonlijk worden gebruikt in ver-5 band met de vervaardiging van velvormige vinyl-vloerbedekkingsma-terialen en kunnen in het bijzonder omvatten maar zijn niet beperkt tot de materialen, die beschreven zijn in het bovengenoemde Amerikaanse octrooischrift 3.458,337. Indien deze worden gebruikt bezitten dergelijke vinyl-slijtlagen een dikte in de orde van grootte 10 van 5-25 mil voor vloerbedekkingsmaterialen en deze lagen kunnen naar wens ondoorschijnend, doorschijnend of transparant zijn. Andere lagen van afdichtingsmiddel, gepigmenteerde lagen, plastisolen, slijtlagen, etc., die in de techniek bekend zijn, kunnen eveneens worden toegepast.

15 Het PVC-plastisol of -organosol, gebruikt bij de vorming van de eventueel geschuimde laag van het produkt volgens de uitvinding, dat hierboven is beschreven, kan een van de gebruikelijke PVC-materialen zijn, die in de techniek bekend zijn . ten gebruike als geschuimde lagen op vloerbedekkingsmaterialen, 20 en omvatten bijvoorbeeld die welke zijn beschreven in de bovengenoemde Amerikaanse octrooischriften 3.458.337 en 3.293.094. Het schuim- of blaasmiddel, opgenomen in het eventueel schuimbare plasti-sol, kan eveneens een gebruikelijk blaasmiddel of een door een katalysator geactiveerd blaasmiddel zijn, zoals die welke in de 25 techniek bekend zijn voor de bereiding van geschuimde plastisolen of organosolen. Geschikte blaasmiddelen omvatten bijvoorbeeld azo-dicarbonamide (ABFA) en andere gebruikelijke blaasmiddelen, zoals die welke zijn opgesomd in het bovengenoemde Amerikaanse octrooischrift 3.293.094, 30 Hoewel een grote verscheidenheid van kunst stof schuimmaterialen geschikt zijn ten gebruike in de mechanisch geschuimde en vergruisde, door verhitting geharde geschuimde thermoplastische laag volgens de uitvinding wordt bij de keuze van een speciale kunststof voor een gegeven toepassing bij voorkeur reke-35 ning gehouden met factoren als de aard van de te bekleden poreuze mat, de gewenste viscositeit van het schuimmateriaal als aangebracht 800 2 6 05 4 7 * op de mat, de viscositeit van de geschuimde kunststof zoals deze wordt aangebracht, de deeltjesgrootte van het PVC-hars, de solva-teringsgraad van het plastisol, etc.

Hoewel de viscositeit van de geschuimde 5 thermoplastische materialen, gebruikt bij de vervaardiging van de produkten volgens de uitvinding volgens de werkwijze van de uitvinding, in ruime mate kan variëren in afhankelijkheid van het type van de mat en de toegepaste bekledings- en vergruizingsomstandig-heden ligt de voorkeursviscositeit van de schuim als aangebracht op 10 de mat tussen ongeveer 3000 en ongeveer 25.000 centipoises (cp), zoals gemeten met een Brookfield RVF viscosimeter met een TA T-staaf spil bij 4 rpm.

Zoals hierboven werd vermeld omvat de werkwijze volgens de uitvinding het eerst bekleden van tenminste een 15 zijde van een buigzame poreuze mat met een laag van mechanisch geschuimde ("frothed"), buigzame geschuimde thermoplastische kunststof met een dikte tussen ongeveer 10 en ongeveer 150 mil, het vervolgens geleren en tenminste gedeeltelijk smelten van de laag van geschuimde kunststof en het vervolgens kalanderen van de geschuimde 20 laag ter vergruizing van de schuim. De gebruikte poreuze mat en geschuimde kunststof zijn die welke hierboven zijn beschreven met betrekking tot het produkt volgens de uitvinding.

Hoewel de bekleding van de buigzame poreuze mat met mechanisch geschuimde kunststof volgens de werkwijze van 25 de uitvinding veelvuldig wordt uitgevoerd bij kamertemperatuur is dit geenszins noodzakelijk en bekledingstemperaturen tussen ongeveer 50 en 150°F kunnen geschikt worden toegepast met vele van de gewoonlijk gebruikte kunststoffen.

Nadat de mat is bekleed met de geschuimde 30 kunststof wordt de kunststof gegeleerd en tenminste gedeeltelijk gesmolten op een gebruikelijke wijze. De specifieke tijd4: en tempe-ratuur-omshandigheden, die geschikt zijn voor het geleren en smelten van vinylpolymeren, zijn in de techniek bekend. Voor vele gebruikelijke PVC-plastisol- en -organosol-schuimen omvat de gelering 35 de blootstelling aan temperaturen tussen ongeveer 200 en 275°F gedurende tijden tussen ongeveer 2 en ongeveer 10 minuten en omvat de 800 2 6 05 8 smelting de daarna volgende blootstelling aan temperaturen tussen ongeveer 275°F en 425°F gedurende tijden tussen ongeveer 1. en ongeveer 10 minuten. Gewoonlijk wordt, wanneer ofwel gedeeltelijke ofwel een volledige smelting wenselijk is, de schuim niet gegeleerd 5 in een afzonderlijke trap, maar wordt deze in plaats daarvan verhit op de smeltingstemperaturen gedurende de tijdsperiode, die noodzakelijk is voor het verkrijgen van de gewenste smeltingsgraad.

Na de gelering en smelting van de geschuimde kunststoflaag vereist de werkwijze volgens de uitvinding vervolgens het kalanderen van de 10 geschuimde kunststoflaag onder gebruikmaking van een knijpdruk tussen ongeveer 2 en ongeveer 40 pound per lineaire inch (pli) terwijl de temperatuur van de kuhststof ligt binnen het smeltings-temperatuurtrajeet teneinde de schuim te vergruizen. De kalande-ring bewerkstelligt tegelijkertijd en op doeltreffende wijze het 15 ineenklappen van de schuimcellen en de consolidatie van de kunststof, zodat geen herexpansie optreedt na de vergruizing. Het vinyl-polymeer wordt bij voorkeur volledig gesmolten na de voltooiing van de kalanderingsbewerking, maar de smelting kan desgewenst in een afzonderlijke verhittingstrap worden voltooid.

20 De kalanderingsbewerking kan worden uitge- voérd onder toepassing"van gebruikelijke kalanderingsapparatuur, zoals een chroom-trommel, verhit of onverhit, met een rubber-onder-steuningsrol. De kalanderingsbewerking blijkt een herverdeling te bewerkstelligen van de schuimbekleding over het oppervlak van de 25. poreuze substraatmat, waardoor wordt veroorzaakt dat de vergruisde schuim de tussenruimten tussen de vezels overbrugt en de verdiepingen tussen de vezelagglomeraten vult. Ongeschuimde bekledingen penetreren daarentegen in de vezelmatrix en nemen de contouren aan van de mat, zelfs bij een betrekkelijk hoge viscositeit. De kalan-30 dering van de mechanisch gegeleerde en gedeeltelijk geschuimde ("frothed”) schuim volgens de uitvinding geeft een buitengewoon glad oppervlak, dat geschikt is voor het ontvangen van gedrukte patronen, Zelfs wanneer een verdere veerkracht wenselijk is en een verdere eventuele schuimlaag wordt gebruikt, zoals hierboven ver-35 meld, is het oppervlak van het resulterende produkt buitengewoon glad en in feite gladder dan het oppervlak dat kan worden verkregen 800 2 6 05 9 door loutere mechanische aanbrenging van een bekleding van geschuimd ("frothed") schuim op een poreus substraat.

De bekleding van de mechanisch geschuimde (frothed) schuimkunststof op het poreuze substraat volgens de uit-5 vinding kan worden bewerkstelligd onder toepassing van willekeurige geschikte middelen, zoals door bekleding met een mes of door ex-trusie.

De uitvinding wordt verder toegelicht maar niet beperkt door het volgende voorbedd.

10 Voorbeeld

Een nagebootst vloerbedekkingsmateriaal volgens de uitvinding werd bereid door aanbrenging van ongeveer 45 mil van een mechanisch geschuimde (frothed) PVC-organosol- schuim op een zijde van een niet-geweven vezelglas-mat met een dikte 2 15 van ongeveer 18 mil en een gewicht van 1,0 pound/100 ft , verhitting van de beklede mat in een oven op 355°F gedurende 1,5 minuten teneinde het organosol te gegeleren en gedeeltelijk te snelten en daarna volgende kalandering tussen een onverhitte gepolijste stalen rol en een rubber-rol teneinde het schuim te vergruizen. De schuim 20 door bekleding aangebracht op de mat bezat een dichtheid van 0,47 g/cc en een viscositeit van 9300 cp. De samenstelling van het organosol is hieronder aangegeven.

Gew.dln PVC-polyvinylacetaat-copolymeer-hars 40 25 PVC homopolymeer-suspensie-hars 60

Plastificeermiddel 75

Verdunningsmiddel 5

Stabilisator 1,0

Vulmiddel 17,5 30 Silicon-oppervlakactief middel 4,0

Na de kalandering werd sehuimbaar PVC-organosol door bekleding aangebracht op het vergruisde schuimopper-vla.k met een bekledingsstaaf en in een oven bij 275°F gegeleerd. Niet-schuimbaar PVC-organosol werd vervolgens door bekleding aan-35 gebracht op het gegeleerde schuimbare organosol op dezelfde wijze als hierboven vermeld en het vel werd gedurende 2,5 minuten ge- 80 0 2 6 05 10 plaatst in een oven bij 355°F teneinde het niet-schuimbare organosol te harden en het schuimbare organosol te expanderen en te harden. De decoratieve bedrukte laag, die gewoonlijk wordt opgenomen in constructies van dit type, werd weggelaten; het monster-vel 5 was echter in alle andere opzichten identiek aan een gebruikelijk rotogravure-kussenvel-vinylvloerbedekking. Dit vel was vrij van blaren, kraters en pengaten en bezat een gladde oppervlak-afwer-king, die normaal wenselijk is voor een vloerbedekkingsmateriaal.

Het onregelmatige, in hoge mate getextureerde oppervlak van de 10 vezelglasmat was volledig gemaskeerd door de intermediaire vergruisde schuimlaag en werd als resultaat daarvan niet gereflecteerd in het monster-veloppervlak.

De in dit voorbeeld gebruikte glasmat was vervaardigd uit glasve zeis met een gemiddelde diameter van onge-15 veer 9 micron en een gemiddelde lengte van ongeveer 1,91 cm. De vezels werden bekleed met ureum-formaldehyde-bindmiddel, waarbij het bindmiddel ongeveer 15 gew,% van de mat vormde. De openingen in de poreuze mat bezaten kleinste lineaire afmetingen van gemiddeld ongeveer 5 mil, waarbij nagenoeg al deze openingen kleinste line-20 aire afmetingen tussen ongeveer 2 en ongeveer 10 bezaten.

Wanneer het produkt volgens de uitvinding wordt vervaardigd volgens de werkwijze van de uitvinding zal het bovenoppervlak van de laag van geharde, mechanisch geschuimde en vergruisde kunststof veelvuldig hoogte-variaties blijken te bezit-25 ten van minder dan ongeveer 1 mil en buitengewoon geschikt blijken te zijn voor de aanbrenging van decoratieve patronen, al of niet onder toepassing van de eventuele laag van chemisch geschuimde kunststof.

800 2 6 05

Claims (10)

1. Werkwijze ter vervaardiging van een decoratief buigzaam bekledingsmateriaal van het vel-type, met het kenmerk, dat men · 5 (a) tenminste ëën zijde van een buigzame poreuze mat bekleedt met een laag met een dikte tussen ongeveer 10 en ongeveer 150 mil van mechanisch geschuimd (''frothed”)» buigzaam geschuimd thermoplastisch vinylpolymeer, (b) de geschuimde laag geleert en tenminste 10 gedeeltelijk smelt en (c) de geschuimde laag vervolgens kalandert bij een temperatuur binnen het smeltingstemperatuurtraject van het vinylpolymeer en bij een knijpdruk tussen ongeveer 2 en ongeveer 40 pound per lineaire inch teneinde het geschuimde thermoplastische 15 vinylpolymeer te vergruizen, waarbij (i) de mat openingen bezit van gemiddeld ongeveer 2 tot ongeveer 20 mil in de kleinste lineaire afmeting, waarbij tenminste ongeveer 50 % van deze openingen kleinste lineaire afmetingen bezitten tussen ongeveer 2 en ongeveer 10 mil, en 20 (ii) de schuim als aangebracht op de mat een viscositeit tussen ongeveer 3000 en ongeveer 25.000 cp bezit.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de poreuze mat een niet-geweven mat van glasvezels is met gemiddelde diameters tussen ongeveer 5 en ongeveer 20 micron 25 en gemiddelde lengten tussen ongeveer 0,5 en ongeveer 3,81 cm en de mat een dikte bezit tussen ongeveer 10 en ongeveer 40 mil en een 2 dichtheid tussen ongeveer 0,5 en ongeveer 4 pound/100 ft .

3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het vinylpolymeer volledig wordt gesmolten na de vol- 30 tooiing van de kalandering.

4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de werkwijze eveneens omvat de volgende trappen, namelijk (a) de bekleding van de laag van vergruisde 35 geharde schuim met een laag van schuimbare kunststof, (b) de gelering van de schuimbare kunststof 800 2 6 05 • fr zonder harding of schuiming daarvan, (c) de daarna volgende bedrukking met een decoratief patroon van de gegeleerde schuimbare kunststoflaag en (d) de daarna volgende schuiming van de 5 schuimbare kunststoflaag.

5. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de kunststof polyvinylchloride-plastisol of -organosol is.

6. Produkt, verkregen volgens de werkwijze 10 van conclusie 1.

7. Decoratief, buigzaam bekledingsmateriaal van het vel-type, omvattende een buigzame poreuze mat met aan tenminste een zijde daarvan vastgehecht een laag met een dikte van ongeveer 2 tot ongeveer 50 mil van mechanisch geschuimd ("frothed") 15 en vergruisd, door verhitting gehard, buigzaam, geschuimd thermoplastisch vinylpolymeer, waarbij (a) het oppervlak van de vergruisde laag een hoogte-variatie van minder dan ongeveer 1 mil bezit en (b) de openingen in de poreuze mat gemiddeld 20 tussen ongeveer 1 en ongeveer 20 mil bedragen in de kleinste lineaire afmeting, waarbij tenminste ongeveer 50 % van deze openingen kleinste lineaire afmetingen tussen ongeveer 2 en ongeveer 10 mil bezitten.

8. Bekledingsmateriaal volgens conclusie 7, 25 met het kenmerk, dat de poreuze mat een niet-geweven mat van glasvezels is met gemiddelde diameters tussen ongeveer 5 en ongeveer 20 micron en gemiddelde lengten tussen ongeveer 0,5 en 3,81 cm en waarbij de mat een dikte tussen ongeveer 10 en ongeveer 40 mil en 2 een dichtheid tussen ongeveer 0,5 en ongeveer 4 pound per ft bezit. 30 9.-Bekledingsmateriaal volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat dit verder omvat een laag van geschuimd kunst-stofmateriaal, vastgehechtaan de laag van vergruisde kunststof, en een decoratief patroon, aangebracht op het oppervlak van de geschuimde kunststoflaag.

10. Bekledingsmateriaal volgens conclusie7, mét het kenmerk, dat de mechanisch geschuimde ("frothed") en ver- 800 2 6 05 It gruisde geschuimde thermoplastische kunststof een gehard polyvinyl-chlaride-plastisol of -organosol is.

11. Bekledingsmaterialen en werkwijzen als beschreven in de beschrijving en/of het voorbeeld. 800 2 6 05