NL8000266A - Wapenopleidingsstelsel. - Google Patents

Wapenopleidingsstelsel. Download PDF

Info

Publication number
NL8000266A
NL8000266A NL8000266A NL8000266A NL8000266A NL 8000266 A NL8000266 A NL 8000266A NL 8000266 A NL8000266 A NL 8000266A NL 8000266 A NL8000266 A NL 8000266A NL 8000266 A NL8000266 A NL 8000266A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
target
firearm
detector
distance
weapon
Prior art date
Application number
NL8000266A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Solartron Electronic Group
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Solartron Electronic Group filed Critical Solartron Electronic Group
Priority to NL8000266A priority Critical patent/NL8000266A/nl
Publication of NL8000266A publication Critical patent/NL8000266A/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F41WEAPONS
    • F41GWEAPON SIGHTS; AIMING
    • F41G3/00Aiming or laying means
    • F41G3/26Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying
    • F41G3/2616Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying using a light emitting device
    • F41G3/2622Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying using a light emitting device for simulating the firing of a gun or the trajectory of a projectile
    • F41G3/2683Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying using a light emitting device for simulating the firing of a gun or the trajectory of a projectile with reflection of the beam on the target back to the weapon
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F41WEAPONS
    • F41GWEAPON SIGHTS; AIMING
    • F41G3/00Aiming or laying means
    • F41G3/26Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying
    • F41G3/2616Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying using a light emitting device
    • F41G3/2622Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying using a light emitting device for simulating the firing of a gun or the trajectory of a projectile
    • F41G3/2655Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying using a light emitting device for simulating the firing of a gun or the trajectory of a projectile in which the light beam is sent from the weapon to the target
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F41WEAPONS
    • F41GWEAPON SIGHTS; AIMING
    • F41G3/00Aiming or laying means
    • F41G3/26Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying
    • F41G3/2616Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying using a light emitting device
    • F41G3/2622Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying using a light emitting device for simulating the firing of a gun or the trajectory of a projectile
    • F41G3/2666Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying using a light emitting device for simulating the firing of a gun or the trajectory of a projectile with means for selecting or varying PRF or time coding of the emitted beam
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F41WEAPONS
    • F41GWEAPON SIGHTS; AIMING
    • F41G3/00Aiming or laying means
    • F41G3/26Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying
    • F41G3/2616Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying using a light emitting device
    • F41G3/2622Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying using a light emitting device for simulating the firing of a gun or the trajectory of a projectile
    • F41G3/2666Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying using a light emitting device for simulating the firing of a gun or the trajectory of a projectile with means for selecting or varying PRF or time coding of the emitted beam
    • F41G3/2672Teaching or practice apparatus for gun-aiming or gun-laying using a light emitting device for simulating the firing of a gun or the trajectory of a projectile with means for selecting or varying PRF or time coding of the emitted beam using PRF adapted receiver
    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01SDEVICES USING THE PROCESS OF LIGHT AMPLIFICATION BY STIMULATED EMISSION OF RADIATION [LASER] TO AMPLIFY OR GENERATE LIGHT; DEVICES USING STIMULATED EMISSION OF ELECTROMAGNETIC RADIATION IN WAVE RANGES OTHER THAN OPTICAL
    • H01S3/00Lasers, i.e. devices using stimulated emission of electromagnetic radiation in the infrared, visible or ultraviolet wave range
    • H01S3/0007Applications not otherwise provided for

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Radar, Positioning & Navigation (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Electromagnetism (AREA)
  • Plasma & Fusion (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Optics & Photonics (AREA)
  • Optical Radar Systems And Details Thereof (AREA)

Description

& 1D4J-J /
Afsplitsing van octrooiaanvrage 6804563 4 *
Wapenopleidingsstelsel.
De uitvinding heeft betrekking op een wapenopleidingsstelsel zonder gebruik van projectielen, roet een lichtzender die een zichtbare of onzichtbare lichtbundel afgeeft en op zodanige wijze via een koppelmechanisme is gekoppeld met de loop van het vuurwapen, dat de bundel de lichtbewegingen 5 volgt, waarbij het doel is voorzien van een lichtdetector voor het ontvangen van de bundel, die een trefferindicator op of nabij het vuurwapen stuurt.
De uitvinding beoogt een wapenopleidingsstelsel van deze soort te verschaffen waarbij rekening wordt gehouden met het feit dat teneinde in werkelijkheid een treffer te verkrijgen, de zielas van het vuurwapen een i 10 voegverschil met de richtlijn moet vertonen.
Daartoe is een stelsel volgens de uitvinding gekenmerkt doordat een afstandmeter, waarbij het koppelmechanisme een stuurmechanisme bevat dat automatisch de depressie (de vertikale hoek tussen de lichtbundel en de elevatie van de loop die door de schutter is ingesteld) instelt op een 15 waarde die afhankelijk is van de afstand van het doel, een en ander zodanig dat de bundel op het doel is gericht als de loop een ballistisch juiste en van de afstand afhankelijke elevatie heeft.
De uitvinding wordt hieronder nader toegelicht aan de hand van de tekening, die betrekking heeft op een uitvoaringsvoorbeeld van een 20 stelsel volgens de uitvinding.
Fig. 1 is een blokschema van een wapenopleidingsstelsel volgens de uitvinding.
Fig. 2 is een blokschema van een doelsysteem volgens de uitvinding.
Fig. 3 is een blokschema van de trefferdetector van het wapenstelsel 25 uit fig. 1.
Fig. 4 is een schema van de aftasting die wordt toegepast in een stelsel uit fig. 1.
Figuren 5 en 6 zijn andere voorbeelden van aftastschema's.
Fig, 7 is een blokschema van een andere uitvoeringsvorm van het 30 doelsysteem.
Het wapenstelsel uit fig. 1 en het doelsysteem uit fig. 2 vormen tezamen een wapenopleidingsstelsel. V+ak is het gemakkelijk, een wapensysteem en een doelsysteem beide op dezelfde plaats of op hetzelfde voertuig te monteren.
35 Het wapensysteem uit fig. 1 omvat 7 informatie-ingangen 101 tot en met 107 die hieronder nader worden beschreven. Deze ingangen zijn aangesloten op een EN-poort 112 waarvan de uitgang is aangesloten op de instel-ingang van een bistabiele keten 114 en op een stuurcircuit 115. voor de impulsherhalingsfrequentie (hierna eenvoudig aangeduid als stuurcircuit 115) .
q η η η o λα
V
- 2 -
De instelingang van de bistabiele keten 114 is via een thyristor 116 aangesloten op een aftast-servo 43. De servo 43 roteert de lens 117 van een galliumarsenide-diodelaser met een galliumarsenide-diode 36 in een drager 40, waardoor de bundel een kleine kegen aftast. De drager 40 beweegt 5 tezamen met het richtmiddel 70 en is in ongeveer dezelfde stand als het richtmiddel gericht, waarbij het verschil in stand van de drager 40 en het richtmiddel wordt bepaald door een elevatie-servo 41 en een voorloop-servo 42. Een binaire teller 118 telt het aantal omwentelingen van de lens en stelt de bistabiele keten 114 na een voorafbepaald aantal omwentelingen van 10 de lens 117 terug.
De laser 136 wordt gestuurd door een impulsgenerator 120. De impulsgenerator 120 is aangesldten op de uitgang van het stuurcircuit 115 dat de impulsherhalingsfrequentie van de laserimpulsen bepaalt. Het stuurcircuit is via ingangskanalen aangesloten op microschakelaars die zijn aangesloten 15 op de aftast-servo 43 en op een trefferdetector 123 via een EN-poort 150. Bistabiele ketens 145 en 151 zijn op de microschakelaars aangesloten, zodat verschillende ingangen van het stuurcircuit tijdens afwisselende omwentelingen van de lens 117 achtereenvolgens werkzaam worden gemaakt.
Een radioontvanger 30 kan via de schakelaar 24 worden verbonden met 20 een antenne 25. Het uitgangssignaal van de ontvanger 30 en het uitgangssignaal van de impulsgenerator 20 worden beide toegevoerd aan een afstandteller 122 die bestaat uit een klokimpulsgenerator die is aangesloten op een teller voor drie binaire cijfers. Het uitgangssignaal van de afstandteller is aangesloten op een elevatie-servo 41 die de laserdrager 40 beweegt.
25 Het uitgangssignaal van de ontvanger 30 is op de trefferdetector 125 aangesloten via een door twee delende categorieteller 123 en is bovendien rechtstreeks aangesloten op de trefferdetector 125. Het uitgangssignaal van de trefferdetector 125 wordt toegevoerd aan een treffer-weergeefinrich-ting 44 en aan de EN-poort 150.
30 Een voorloop-servo 42 bepaalt de bewegingen van de drager 40 over eenkomstig informatie die wordt ontvangen via een voorloop-ingang 126.
Het doelsysteem uit fig. 2 heeft verscheidene detectoren 10, waarvan er slechts twee zijn afgebeeld. Elke detector bevat een fotocel of halfgeleider-inrichting 11 die op de buitenzijde van het doelvoertuig 35 is aangebracht teneinde door wapens uitgezonden straling te ontvangen.
Elke detector is aangesloten op een drempelcircuit 12 en een diode 140 is aangesloten op de uitgang vam elk der drempencircuits 12.
Het uitgangssignaal van de drempelcircuits 12 wordt toegevoerd aan een monostabiele keten 141 waarvan de uitgang is aangesloten op een treffer-40 detector 15, een hoog-detector 16 en een laag-detector 17. Deze zijn 80 0 0 2 66 - 3 - * ·* aangesloten op een trefferweergeefinrichting 20, een hoog-weergeefinrichting 21 en een laag-weergeefinrichting 22. Een radio-ontvanger 142 is aangesloten op de treffer-weergeefinrichting 20, zodat de scheidsrecht desgewenst de treffer-weergave kan terugstellen.
5 De uitgangssignalen van de hoog-detector 16 en de laag-detector 17 worden toegevoerd aan een EN-poort 144, waarvan het uitgangssignaal wordt toegevoerd aan een zender 23 die via een schakelaar 24 is aangesloten op een antenne 25. De uitgangssignalen van de drempelketen 12 worden eveneens via een afstanddetector 139 toegevoerd aan de zender 23. Een selectieketen 10 143 voor de bepantesering is aangesloten op de uitgang van het afstand- detectorcircuit 139 en zijn uitgang is aangesloten op een monostabiele keten 147 waarvan de uitgang is verbonden met de zender 23.
Als, zoals gewoonlijk het geval is, een wapensysteem en een doelsysteem tezamen zijn aangebracht op hetzelfde voertuig of dezelfde plaats, kunnen 15 de schakelaars 24 en antenne 25 uit de figuren 1 en 2 aan het wapensysteem en doelsysteem gemeenschappelijk zijn.
Het wapensysteem uit fig. 1 en het doelsysteem uit fig. 2 werken.als volgt.
Een werkzaam signaal wordt aan de ingang 101 toegevoerd als de veilig-20 heidscircuits gesloten zijn en het wapen gespannen is. De ingang 102 is aangesloten pp de uitgang van een teller die de hoeveelheid beschikbare munitie aangeeft. Telkens als een patroon is afgevoerd, wordt van de inhoud van de teller één afgetrokken. De ingang 103 voert uitsluitend een werkzaam signaal als het voertuig is getroffen door een ander wapen en deze 25 ingang werkt dus uitsluitend als een doelsysteem op dezelfde plaats is aangebracht. De ingang 103 is aangesloten op een invertor 108, die een werkzaam uitgangssignaal levert tenzij het voertuig is getroffen.
De ingangen 104 en 105 voeren werkzame signalen als het wapen is geladen met een pantser doordringend projectiel met losse manchet (A.P.D.S.) 30 of een brisantgranaat met zachte kop (H.E.S.H.). De ingangen 104 en 105 zijn aangesloten op een OF-poort 109 waarvan de uitgang is aangesloten op de EN-poort 112.
De ingangen 106 en 107 voeren signalen als de door knoppen voor het afvuren van de mitrailleur voor de afstandbepaling (R.M.G.) of de hoofdbe-35 wapening (M.A.) zijn ingedrukt. De ingangen 106 en 107 zijn aangesloten op een OF-poort 110 waarvan de uitgang is aangesloten op de EN-poort 112.
Als het wapen voor vuren gereed is en één van de afvuurdrukknoppen wordt ingedrukt, wordt in de leiding 113 een startsignaal opgewekt. Het startsignaal stelt de bistabiele keten 114 in en doet de aftastservo 43 40 beginnen met roteren. De teller 118 stelt de bistabiele keten 114 80 0 0 2 66 - 4 - na twee volledige omwentelingen van de lens 117 terug.
Het gebruikte aftastschema is in fig. 4 afgeheeld. De pulserende laserbundel is rechthoekig en beweegt langs een ronde baan. De bundel herhalings-frequentie heeft een eerste waarde als de bundel zich in het bovenste 5 quadrant 50 bevindt en een tweede waarde als hij zich in het onderste quadrant 51 bevindt. In de beide zijdelingse quadranten pulseert de bundel niet. De detector op het doel 52 neemt uitsluitend afwisselende salvo's van de eerste en de tweede herhalingsfrequentie op, als hij in het overlap-pingsgebied 53 van voltreffers ligt. Dit gebied is ongeveer rechthoekig 10 met twee inkepingen van geringe betekenis. Het is duidelijk dat veel meer gebieden dat de twee afgebeelde quadranten in de inrichting kunnen worden gebruikt, zodat de richtingnauwkeurigheid nog nauwkeuriger kan worden bepaald. Er kunnen bijvoorbeeld negen van zulke gebieden worden gebruikt, die een bandbord-aftastpatroon van 3x3 vormen, waarbij aan elk gebied 15 een andere impulsherhalingsfrequentie wordt toegewezen. Het doel kan dan verschillende kombinaties van de negen impulsherhalingsfrequenties detecteren teneinde aan te geven dat het doel tussen de middens van twee of meer aftasgebieden ligt.
Als de lens 117 begint te roteren beweegt de bundel gedurende de eerste 20 halve periode in het onderste quadrant 51. Dit wordt gedetecteerd door een microschakelaar in de servo 43 en via een bistabiele keten 145 wordt een signaal afgegeven aan de sturing voor de impulsherhalingsfrequenties, waardoor de impulsherhalingsfrequentie wordt ingesteld op de waarde voor afstandbepaling van 240 Hz.
25 Gelijktijdig met de uitzending van een impuls van de laserbundel wordt via de klokteller 122 gestart.
Op het doel wordt het signaal voor de afstandbepaling van 240 Hz gedetecteerd door de detectoren en toegevoerd aan de detectorcircuits 15, 16, 17 en 139. De detectorcitcuits 15, 16 en 17 reageren niet op het 30 signaal van 240 Hz, maar het detectorcircuit 139 voor de afstandbepaling reageert er wel op en voert het signaal toe aan de zender 23.
Als de bewapening van het doel als "zacht" wordt beschouwd, is het pantserkeuzecircuit 143, dat een schakelaar bevat, geopend en de enkele impuls uit het circuit 139 wordt doorgelaten. Als de doelbewapening als 35 "hard" wordt beschouwd, is het pantserkeuzecircuit 143 gesloten en een impuls wordt toegevoerd aan de monostabiele keten 147. Deze impuls wordt een voorafbepaalde tijd na de eerste impuls afgegeven. Informatie over de aard van de bewapening van het doel kan via een met de hand bedien-bare schakelaar worden ingevoerd.
40 De ontvanger 30 op het wapen is via de schakelaar 24 verbonden met 80 0 0 2 66 - 5 - de antenne 25, welke schakelaar in de afvuurstand (F) wordt geplaatst gedurende perioden van 20 ps volgende op elke laserimpuls, dat wil zeggen met de impulsherhalingsfrequentie van de impulsgenerator 120 en gedurende bijvoorbeeld 1,5 s. Gewoonlijk bevindt de schakelaar 24 5 zich in de normale stand (M) en als er op dezelfde plaats een deelsysteem aanwezig is, is de doelzender 23 aangesloten op de antenne 25. De ontvanger 30 ontvangt het signaal met de detector 139 voor de afstandbepaling en brengt de teller 122 tot stilstand, De tijd gedurende welke de klokteller 122 telt, is evenredig met de afstand tussen een wapen en het doel.
10 De teller 122 vervoert een van de afstand afhankelijk signaal toe aan de elevatieservo 41. De servo 41 is een stappende en zoekende servo en komt tot rust op het kontakt dat wordt bekrachtigd door de teller 122. De servo 41 roteert derhalve een nok die de drager 40 optilt, waardoor de laserbundel de gewenste elevatievermindering ondergaat. De elevatie-15 vermindering kan worden ingesteld overeenkomstig de gebruikte soort munitie en de elevatieservo 41 is voorzien van ingangen voor het laden van munitie met losse manchet en het laden van brisantmunitie.
Het uitgangssignaal van de ontvanger 30 wordt tevens toegevoerd aan een door twee delend circuit 123 dat het aantal impulsen telt dat uit de zender 20 wordt ontvangen, waarbij een enkele impuls een zacht oppervlak en een dubbele impuls een hard oppervlak aangeeft. Deze informatie wordt toegevoerd aan de trefferdetector 125.
De lens 117 wordt zodanig verdraaid, dat de laserbundel in het bovenste quadrant 50 van fig. 4 valt en de stuurketen 115 voor de 25 impulsherhalingsfrequentie wekt een impulsherhalingsfrequentie van 324 Hz op. Op het doel reageert de hoge detectorketen 16 op de impulsherhalingsfrequentie en hij geeft een signaal af aan de hoge weergeefketen 21 en de EN-poort 144. De detectorcircuits 16 en 17 bevatten beide houdcircuits die hun uitgangssignalen gedurende een voorafbepaalde periode vasthouden.
30 Tijdens de volgende halve omwenteling van de lens 117 wekt het stuurcircuit voor de impulsherhalingsfrequentie een impulsherhalingsfrequentie van 300 Hz op. Op het doel reageert het lage detectorcircuit 17 op deze impulsherhalingsfrequentie en het voert een signaal toe aan de lage weer-geefinrichting 22 en de EN-poort 144.
35 Uit fig. 4 blijkt dus dat als het doel in het in het voltreffergebied 53 ligt, zowel het signaal met 324 Hz als het signaal met 300 Hz wordt ontvangen, en signalen worden toegevoerd aan de beide detectoren 21 en 22 en beide ingangen van de EN-poort 144. Als het doel uitsluitend in het bovenste of onderste quadrant valt, wordt uitsluitend de hoge of lage 40 weergeefinrichting geaktiveerd.
8Π nfl 9 fifi - 6 -
Als het doel zich in het voltreffergebied bevindt, geeft de EN-poort 144 een signaal af aan de zender 23. De ontvanger 30 voert het signaal rechtstreeks toe aan de trefferdetector 125. De trefferdetector 125 werkt uitsluitend als de drukknop voor het afvuren van de hoofdbewapening is 5 ingedrukt en reageert niet op de drukknop voor het afvuren van de coaxiale mitrailleur. Als de hoofdbewapening wordt afgevuurd en door de ontvanger 30 een signaal wordt ontvangen dat een voltreffer aangeeft, wordt een signaal toegevoerd aan de trefferweergeefinrichting 44-_en de EN-poort 150, die door de bistabiele keten 151 wordt geopend tijdens de laatste halve 10 omwenteling van de lens 117 en die de impulsherhalingsfrequentie instelt op de voltrefferfrequentie van 350 Hz. Deze impulsherhalingsfrequentie wordt voor de laserbundel toegepast tijdens de laatste halve omwenteling van de lens 117 en wordt gedetecteerd door het voltreffercircuit 15. Het uitgangssignaal van het voltreffercircuit 15 wordt toegevoerd aan de 15 treffer-weergeefinrichting 20 die de bewaking en/of aandrijving van het voertuig blokkeert. Als het wapensysteem en doelsysteem in hetzelfde voertuig wordt aangebracht kan het uitgangssignaal van de treffer-weergeefinrichting 20 worden toegevoerd aan de ingang 103.
De ontvanger 142 ontvangt signalen die worden uitgezonden door de scheids-20 rechter, die daardoor de treffer-weergeefinrichting 20 kan terugstellen.
De detectorcircuits 15, 16, 1.7 en 139 kunnen toonrelais bevatten die op de betreffende frequenties reageren. Het monostabiele circuit 141 verzekert dat een voldoende krachtig signaal wordt toegevoerd aan de detectorcircuits 15, 16 en 17.
25 Het wapensysteem kan ook rekening houden met een voorloop van de vuurmond, wat dient om rekening te houden met een beweging van het doel in een richting loodrecht op de lijn door het doel en het wapen. Een signaal afhankélijk van de snelheid van het doel wordt toegevoerd aan een ingang 126 die is verbonden met de voorloopservo 42 en die de houder 40 zijdelings ten 30 opzichte van het vizier beweegt. Het vizier is gewoonlijk aan weerszijden van de hoofd-merktekens gemerkt in km/uur teneinde rekening te kunnen houden met de snelheid van het doel. De voorloopshoek is uitsluitend evenredig met de snelheid van het doel en niet afhankelijk van zijn afstand. De kanonier boekt geen treffer, tenzij hij bij het richten het merkteken gebruikt dat 35 overeenkomt met de snelheid van het doel.
De informatie over de snelheid van het doel kan op verscheidene wijzen worden verkregen. Een mogelijkheid daartoe is op het wapen een schaal aan te brengen die in km/uur is geijkt en die door een scheidsrechter op het wapen wordt ingesteld. Een andere mogelijkheid is, de afuit van het wapen 40 te voorzien van een tachometer of snelheids-giro die de rotatiesnelheid 80 0 0 2 66 - 7 - van het wapen bij het volgen van het doel meet. In plaats daarvan kan elk deel via de zender 23 informatie uitzenden over zijn snelheid en koers, bijvoorbeeld door middel van gecodeerde meervoudige antwoordimpulsen.
De trefferdetector 123 is meer uitgebreid afgebeeld in fig. 3. De 5 categorie-telketen 123 is verbonden met 3 EN-poorten 170, 171 en 172.
Het uitgangssignaal van de categorietelling is nul als het doel een zacht oppervlak heeft en is één nis als het doel zwaar gepantserd is.
De EN-poort 170 levert een uitgangssignaal als het doel een zacht oppervlak heeft en zich binnen het maximale afstandsbereik van het wapen 10 bevindt.
De EN-poort 171 levert een uitgangssignaal als het doel zwaar gepantserd is, het wapen is geladen met brysantmunitie (H.E.S.H.) en het doel zich op minder dan'1500 m afstand van het wapen bevindt.
De EN-poort 172 levert een uitgangssignaal als het doel zwaar gepant-15 serd is, het wapen is geladen met pantser doordringende munitie (A.p.D.S.) en het doel zich op minder dan 3000 m van het wapen bevindt.
Voor dat doel is de afstandteller verbonden met 3 ingangen 160-162 van de trefferdetector en hij levert een signaal aan deze ingangen als de afstand kleiner is dan de maximale afstand respektievelijk kleiner is dan 20 1500 m respektievelijk kleiner is dan 3000 m. De aansluitingen 164 voor het laden van brysantmunitie respektievelijk 165 voor het laden vab pantser doordringende munitie zijn verbonden met de aansluitingen 105 respektievelijk 104 uit fig. 1.
Een OF-poort 175 levert uitsluitend een uitgangssignaal als één der 25 drie EB-poorten 170, 171 en 172 aan zijn uitgang een signaal levert, en voert een signaal toe aan de ene uitgang van de EN-poort 177. Een andere ingang van de EN-poort 177 is verbonden met een bistabiele keten 176. De bistabiele keten 176 wordt ingesteld als aan één der aansluitingen 164 en 165 een signaal optreedt en tevens aan de ingang 176 voor het afvuren van 30 de hoofdbewapening een signaal optreedt. Het bistabiele circuit wordt teruggesteld door een signaal aan een ingang 168 voor het afvuren van de coaxiale mitrailleur. Daardoor reageert de trefferdetector niet als de coaxiale mitrailleur voor de afstandbepaling wordt afgevuurd. De aansluitingen 167 en 168 zijn verbonden met aansluitingen 107 respektievelijk 106 35 uit fig. 1 en de poort 166 kan de poort 109 uit fig. 1 zijn. Als de EN-poort 177 wordt geopend door de OF-poort 175 en de bistabiele keten 176, laat hij het signaal uit de ontvanger 30 door naar de treffer-weergeef-inrichting 44 en via de EN-poort 150 door naar de stuurketen 115 voor de impulsherhalingsfrequentie.
40 Er kunnen ook andere afstandstelsel worden toegepast. Een soortgelijk 8 0 0 0 2 66 - 8 - effekt als het hier beschreven effekt, doch met de mogelijkheid van snellere aftasting, kan worden verkregen door elke impuls in het onderste quadrant met een vast bedrag te vertragen ten opzichte van de impulsen in het bovenste quadrant. Het retoursignaal is dan in fase gemoduleerd en kan 5 worden gedemoduleerd door een paar synchrone demodulatoren, waardoor indicaties voor "hoogvuur", "laagvuur" en "voltreffers" kunnen worden verkregen.
Een ander aftastschema, afgebeeld in de figuren 5 en 6, levert een meer gedetailleerde informatie over de nauwkeurigheid van het richten. De pul-10 serende bundel beweegt zich langs de kegelvormige baan 60 uit fig. 5. De impulsherhalingsfrequentie wordt volgens fig. 6 synchroon met de aftasting gevarieerd tussen een waarde van 250 Hz bij A en 500 Hz bij C. De detector neemt slechts een kleine sectie van het spectrum van de impulsherhalingsfrequentie op, waarbij een doel bij B bijvoorbeeld het deel van de bundel 15 opneemt dat een impulsherhalingsfrequentie heeft die wordt aangegeven door het punt 61. Deze informatie wordt teruggevoerd naar de kanonier, die een duidelijke aanwijzing heeft van de nauwkeurigheid van het richten. De maximale impulsherhalingsfrequentie wordt begrensd door de toelaatbare dissipatie van de bron 36, zodat de aftastsnelheid eveneens wordt begrensd 20 als bruikbare informatie over de impulsherhalingsfrequentie moet worden gedetecteerd. De aftasting van A naar C moet derhalve tenminste één seconde beslaan.
Het aftaststelsel kan worden gebruikt tezamen met een stel gekleurde lampen op het doel, die afzonderlijk of in kombinaties oplichten als reaktie 25 op voorafbepaalde impulsherhalingsfrequenties en dus de waarde en/of richting aangeven van een schot dat bijna een voltreffer was.
De code die wordt gebruikt bij het overbrengen van informatie'over de nauwkeurigheid van een treffer vanuit het doel naar het wapeiv, kan zodanig worden gekozen dat verschil wordt gemaakt tussen verschillende delen van het 30 doel en de hoeken waaronder deze door de luchtbundel worden getroffen, zodat de waarschijnlijkheid van beschadiging van een niet-gelijkmatig gepantserd voertuig door een treffer wordt gesimuleerd.
Deze gegevens kunnen worden verwerkt ter plaatse van het doel, ter plaatse van het wapen of gedeeltelijk ter plaatse van het doel en gedeel-35 telijk ter plaatse van het wapen en kunnen ook rekening houden met het totale aantal treffers en de gesimuleerde soort gebruikte munitie.
Een ander doelsysteem is afgebeeld in fig. 7. Een groot deel van dit systeem is soortgelijk aan wat is beschreven aan de hand van fig. 2 en wordt hier niet nader toegelicht.
40 In het systeem uit fig. 7 zijn de uitgangen van de detectoren 15, 16 800 0 2 66 — - 9 - en 17 verbonden met een EN-poort 148, waarvan de uitgang is verbonden met de ingang van de treffer-weergeefinrichting 20. De hoge weergeefinrichting 21 en lage weergeefinrichting 22 zijn rechtstreeks aangesloten op de hoge detector 16 en de lage detector 17. De treffer-weergeefinrichting is voorzien 5 van een ingang 149 voor terugstelling door een scheidsrechter ter plaatse van het doel.
Tijdens het bedrijf pulseert de laserbundel eerst met de impulsherha-lingsfrequentie van 240 Hz voor de afstandbepaling. Dit wordt ontvangen door de detectoren 11, gedetecteerd door de detector 139 en uitgezonden door 10 de zender 23. Afhankelijk van informatie die wordt geleverd door het pantserkeuzecircuit 143 kan een enkele of een dubbele impuls worden uitgezonden.
De laser zendt dan een impulsherhalingsfrequentie van 324 Hz uit en deze wordt door de hoge detector 16 gedetecteerd als het wapen juist is 15 gericht. De laser zendt vervolgens een impulsherhalingsfrequentie van 300 Hz uit, die wordt gedetecteerd door de lage detector 17. De detectoren 16 en 17 bevatten beide een houdketen die de EN-poort 148 openhoudt.
De trefferdetector uit fig. 3 is gewijzigd doordat de rechtstreekse verbinding tussen de ontvanger 30 en de EN-poort 170 is weggelaten. De 20 EN-poort 150 wordt geopend telkens als het doel binnen het juiste bereik voor de betreffende soort doeloppervlak en munitie van het wapen is en als de afvuurkop voor de hoofdbewapening wordt ingedrukt. De impulsherhalingsfrequentie van 350 Hz wordt dan tijdens de laatste halve omwenteling van de lens 117 uitgezonden.
25 Deze impulsherhalingsfrequentie van 350 Hz wordt gedetecteerd door de trefferdetector 15 op het doel, doch wordt uitsluitend doorgelaten naar de EN-poort 148 als het doel in het voltreffergebied 53 (fig. 4) ligt.
Hoewel de detectorcircuits 15, 16 en 17 bij de hier afgebeelde uitvoering op het doel zijn aangebracht, kunnen zij ook op het wapen 30 zijn aangebracht als aanvulling van of in plaats van de detectoren op het doel. De treffer-weergeefinrichting 44 wordt gewoonlijk niet gebruikt als het doelsysteem uit fig. 7 wordt toegepast.
Er kunnen verscheidene andere uitvoeringen volgens de uitvinding worden toegepast. Het doelsysteem kan bijvoorbeeld worden aangebracht in 35 een vliegtuig of hefschroefvliegtuig teneinde de vliegers daarvan te oefenen in het ontwijken van grondvuur. In deze gevallen kunnen het afstand-meetsysteem en de elevatieservo van het wapen worden weggelaten en kan gebruik worden gemaakt van een bron van infrarode straling. Het uitgangssignaal van de hoge en lage detectoren in het doel wordt toegevoerd aan een 40 OF-poort, waarvan de uitgang een lamp ontsteekt die aangeeft dat een aanval 80 0 0 2 66 t ‘ - 10 - gaande is. Als zowel de hoge als de lage detector in werking treden geeft dit een treffer aan en een lamp brengt dit ter kennis van de vlieger. Aan de buitenzijde van het luchtvaartuig kan een rookgenerator zijn aangebracht teneinde aan de stuksbediening van het wapen op de grond een treffer aan 5 te geven.
Een vereenvoudigd wapensysteem kan worden aangebracht op een geweer en een overeenkomstig doelsysteem kan worden bevestigd aan de helm van een infanterist. In zulk een systeem kan de bron bestaan uit een injectielaser doch elke andere lichtbron, zoals een gloeilamp of gasontladingslamp kan 10 worden toegepast. Het vuursignaal wordt opgewekt door een schakelaar die is bevestigd aan het trekkermechanisme.
Bij het sluiten van de schakelaar ontlaad een vertralingslijn zich in een laser, waardoor deze een impuls infrarood licht afgeeft. De bundel wordt gefocusseerd tot een ruimtehoek die overeenkomt met het silhouet 15 van het gewenste doel op een afstand van bijvoorbeeld twee derden van de maximaal wenselijke afstand. Als de detector is aangebracht op de helm van een infanterist, is het wenselijk een voorafbepaalde depressie van de vizierlijn en de hoofdas van de bundel toe te passen ter kompensatie voor de afwijking van de plaats van de optische detector ten opzichte van het 20 zwaartepunt van het doel. Als het laatste systeem wordt gebruikt tezamen met een mitrailleur, kan het noodzakelijk zijn, gebruik te maken van een repeterende startschakelaar voor de laser, zoals een thyristor die wordt gestuurd door een multivibrator.
Het doel omvat detectoren en een indicator die op een helm is aan-25 gebracht. Het detectorsysteem omvat een versterker met geringe ruis en een verlaagde onderdoorlaat-responsie teneinde de natuurlijke infrarode' straling te onderdrukken, die is aangesloten op een comparator en een trekkercircuit. De indicator kan bijvoorbeeld een rookgenerator of een lamp zijn. Een teller kan worden toegepast voor het tellen van het totale 30 aantal ontvangen treffers.
Als de voedingsbron voor zowel een wapensysteem als een doelsysteem is aangebracht in de helm van een infanterist en via een kabel daarop is aangesloten kan de indicator de voeding van het wapen uitschakelen als het doel is geraakt. Het wapen kan dan echter nog steeds door een andere 35 infanterist worden gebruikt door zijn eigen helm op het wapen aan te sluiten.
80 0 0 2 66

Claims (7)

1. Wapenopleidingsstelsel zonder gebruik van projectielen, met een lichtzender die een zichtbare of onzichtbare lichtbundel afgeeft en op zodanige wijze via een koppelmechanisme is gekoppeld met de loop van het 5 vuurwapen, dat de bundel de lichtbewegingen volgt, waarbij het doel is voorzien van een lichtdetector voor het ontvangen van de bundel, die een trefferindicator op of nabij het vuurwapen stuurt, gekenmerkt door een afstandmeter (122) , waarbij het koppelmechanisme een stuurmechanisme (41) bevat dat automatisch de depressie (de vèrtikale hoek tussen de lichtbundel 10 en de elevatie van de loop die door de schutter is ingesteld) instelt op een waarde die afhankelijk is van de afstand van het doel, een en ander zodanig dat de bundel op het doel (52) is gericht als de loop een ballistisch juiste en van de afstand afhankelijke elevatie heeft.
2. Stelsel volgens conclusie 1, gekenmerkt door een orgaan (123, 139, 15 143, 147) voor het wijzigen van de depressie van de bundel ten opzichte van de elevatie van het vuurwapen afhankelijk van het gesimuleerde type munitie.
3. Stelsel volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de koppeling een orgaan (42) bevat voor het wijzigen van het azimuth van de bundel 20 ten opzichte van de zielas van het vuurwapen als reaktie op informatie betrekking hebbende op relatieve bewegingen van het doel en het vuurwapen .
4. Stelsel volgens één of meer der conclusies 1 tot en met 3, gekenmerkt door een radiozender (23) die op of nabij het doel is opgesteld 25 en een radio-ontvanger (30) die op of nabij het vuurwapen is opgesteld voor het overdragen van informatie betreffende de afstand van het doel en/of de nauwkeurigheid van het richten.
5. Stelsel volgens één of meer der conclusies 1 tot en met 4, met het kenmerk dat het detectorcircuit een reeks detectoren (10, 15, 17) bevat, 30 alsmede een orgaan voor het achtereenvolgens één voor één inschakelen van elk der detectoren.
6. Stelsel volgens één of meer der conclusies 1 tot en met 5, gekenmerkt door een tijdmeetcircuit (122) dat een signaal ontvangt uit de bron en een signaal uit de detector teneinde een meting van de looptijd van de 35 bundel van het vuurwapen naar het doel en daardoor een meting van de afstand van het doel tot het vuurwapen te verschaffen.
7. Stelsel volgens één of meer der conclusies 1 tot' en met 6, gekenmerkt door een radarzender en radarontvanger opgesteld op of nabij het vuurwapen teneinde de afstand van het doel tot het vuurwapen te meten. 80 0 0 2 66
NL8000266A 1967-04-11 1980-01-16 Wapenopleidingsstelsel. NL8000266A (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8000266A NL8000266A (nl) 1967-04-11 1980-01-16 Wapenopleidingsstelsel.

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
GB1649067 1967-04-11
GB1649067 1967-04-11
NL8000266A NL8000266A (nl) 1967-04-11 1980-01-16 Wapenopleidingsstelsel.
NL8000266 1980-01-16

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8000266A true NL8000266A (nl) 1980-06-30

Family

ID=26252071

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8000266A NL8000266A (nl) 1967-04-11 1980-01-16 Wapenopleidingsstelsel.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL8000266A (nl)

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US3588108A (en) Weapon-training systems
US4015258A (en) Weapon aiming system
US4993833A (en) Weapon aiming device
US5555662A (en) Laser range finding apparatus
US3955292A (en) Apparatus for antiaircraft gunnery practice with laser emissions
US3877157A (en) Weapon training systems
US3832791A (en) Gunnery training scoring system with laser pulses
BG65142B1 (bg) Метод и устройство за симулация на изстрели
US4464115A (en) Pulsed laser range finder training or test device
US4040744A (en) Multiple spectrum co-axial optical sight and closed loop gun control system
US3927480A (en) Gunnery training scoring system with laser pulses
DK148207B (da) Fremgangsmaade og apparat til simuleret oevelsesskydning
NO850503L (no) Fremgangsmaate til optisk-elektronisk oevingsskyting.
US4695256A (en) Method for practicing aiming with the use of a laser firing simulator and of a retroreflector on the target side, as well as firing simulator for carrying out this method
US5350134A (en) Target identification systems
US6072572A (en) Common aperture multi-sensor boresight mechanism
US4854595A (en) Firearm aiming simulator device
WO1993020399A1 (en) Laser rangefinder optical sight (lros)
US4959016A (en) Weapon training systems
GB2185556A (en) Actuation arrangement for aiming mines
GB2121934A (en) Sighting mechanisms
EP3011255B1 (en) Gated conjugation laser
NL8000266A (nl) Wapenopleidingsstelsel.
SE430822B (sv) Sikte med laseravstandsinstrument
GB2068091A (en) An optical aiming device

Legal Events

Date Code Title Description
A1A A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed