NL7906682A

NL7906682A - Inrichting voor het terugwinnen van warmte uit een heet gas.

Info

Publication number: NL7906682A
Application number: NL7906682A
Authority: NL
Original assignee: Frimafa B V
Priority date: 1979-09-06
Filing date: 1979-09-06
Publication date: 1981-03-10

Description

7»<WiVaey λ

Aanvrager'ϊΉΙΙίΑΙΆ Ε,Υ. te Drachten*

Titel:"inrichting voor het terugwinnen van warmte uit een heet gas"*

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het terugwinnen van warmte uit een heet gas-door middel van direct contact met een vloeibaar tussennedium, omvattende een huis met een toe- en een afvoerkanaal voor het hete gas, een in het huis uitmondende aanvoerleiding en ς een nabij de bodem van het huis aangebrachte afvoerleiding voor het tussenmedium*

Sen dergelijke inrichting, die heden ten dage algemeen bekend is, wordt veelal toegepast in grote industriële installaties, waarbij de uit het hete gas teruggewonnen warmte elders weer kan worden gebruikt* 10 De uitvinding beoogt nu een dergelijke inrichting te verschaffen, die vooral geschikt is voor het terugwinnen van warmte uit rookgassen van stoamketels, gasturbines, gasmotoren en dergelijke en die gemakkelijk in reeds bestaande rookgaskanalen kan .worden ingebouwd·

Deze oogmerken worden volgens de uitvinding bereikt, doordat het 15 - toe- en het afvoerkanaal voor het hete gas in eikaars verlengde en coaxiaal om de centrale hartlijn van het huis zijn geplaatst, en dat tussen de beide leidingen concentrisch binnen het huis een inset stuk is aangebracht, dat langs de binnenwand van het huis een doorgang voor het hete gas vrijlaat, in welke doorgang middels een aantal sproeimonden de aanvoerleiding 20 voor het vloeibare medium uitmondt*

Door zijn compacte bouw voldoet de inrichting uitstekend aan de hiervoor genoemde oogmerken, terwijl de drukval over de inrichting zo klein is dat de aanwezige ventilatoren niet behoeven te worden vervangen.

3ij voorkeur is volgens de uitvinding het inzetstuk voorzien van 25 een kanaal dat een extra doorgang voor het hete gas verschaft van het toevoerkanaal naar het afvoerkanaal*

Het via dit kanaal naar het afvoerkanaal stromende gas mengt zich nabij het afvoerkanaal met het via de sproeimonden stromende gas, zodat de temperatuur van dit laatste gas enigszins wordt verhoogde Op deze wijze 30 wordt condensatie van het gas in het afvoerkanaal vermeden*

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, die schematisch een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding 7906682 — 2 — £ <% f> * weergeeft,

De inrichting bestaat uit een huis 1, dat wordt gevormd door een cilindrische vertikale zijwand 2, een bodem 5 en een conisch toelopend dak 4* In de bodem is een toevoerkanaal 5 voor het hete gas aangebracht, 5 terwijl het dak is voorzien van een afvoerkanaal 6, De beide kanalen 5,6 liggen in eikaars verlengde, en lopen coaxiaal om de centrale hartlijn 7 van het huis.

Concentrisch met de zijwand 2 is binnen het huis een cilindrisch inzetstuk 8 aangebracht· In de door de cilindrische wand 2 en de buiten-10 omtrek van het inzetstuk 8 gegrensde ringvormige ruimte 9 zijn op ver schillende niveaux kransen van sproeimonden 10 aangebracht, die zijn verbonden met een toevoerleiding 11 voor een vloeibaar medium, De sproeimonden zijn zodanig verdeeld over de ringvormige ruimte opgesteld, dat de nevelstralen van naburige sproeimonden elkaar gedeeltelijk over-15 lappen.

Het inzetstuk is voorzien van een kanaal 12, dat een extra doorgang vormt voor het hete gas, zodat een gedeelte van het hete gas riaar het afvoerkanaal 6 kan stromen zonder in contact te komen met het vloeibare medium, In het kanaal 12 is een bus.. 15 geplaatst, met behulp 20 .waarvan de doorstroomopenimg van het kanaal 12 kan worden ingesteld. Op een geringe afstand boven het kanaal 12 is een conische afschermkap 14 aangebracht,

De bodem 5 van het huis loopt vanaf de toevoerleiding 5 conisch omlaag, zodat langs de omtrek van de bodem een opvangreservoir voor het 25 vloeibare medium wordt gevormd van waaruit het medium via een leiding 15 kan worden afgevoerd.

Aan de onderste buitenrand van het inzetstuk is een conische rand 16 aangebracht, die moet voorkomen dat door het gas meegevoerde vloeistof druppeltjes in het toevoerkanaal 5 terecht komen, 50 De inrichting volgens de uitvinding werkt als volgt:

Het hete gas komt via het kanaal 5 het huis 1 binnen, en wordt door het inzetstuk 8 gedwongen in radiale richting naar de cilindrische wand 2 toe te stromen, Vervolgens stroomt het gas omhoog door de ringvormige ruimte 9j alwaar het in contact komt met de door middel van de sproei-55 monden 10 verstoven vloeibare medium. Deze sproeimonden zijn zodanig ""geplaatst dat een intensief contact tussen het gas en de vloeistofnevel 7906682 V ·* 4 ~ 3 ~ mogelijk is, en het hete gas een groot deel van zijn warmte aan de vloeistof afstaat.

Nadat het gekoelde gas de sproeimonden 10 is gepasseerd stroomt het via het conisch toelopende dak 4 naar het afvoerkanaal 6.

5 Een gedeelte van het via het kanaal $ toegevoerde hete gas zal via het kanaal 12, de hus 13 en langs de kap 14 naar het afvoerkanaal 6 stromen, zonder in contact te komen met het vloeibare medium. Dit heeft tot gevolg dat het in de ruimte 9 gekoelde gas weer enigszins wordt opgewarmd, zodat wordt voorkomen dat in de afvoerleiding 6 condensatie zal 10 optreden.

De hoeveelheid gas die via het kanaal 12 stroomt bedraagt gewoonlijk ongeveer IO70 van de totale hoeveelheid gas, en kan worden gevarieerd door het regelen van de diameter van dit kanaal of door het aanpassen van de doorstroomopening van de bus 13· De conisch gevormde kap 14 heeft tot 15 doel te voorkomen dat eventueel door het gas meegevoerde vloeistof druppeltjes via de bus 13 en het kanaal 12 in het toevoerkanaal 5 terecht komen.

De door het hete gas in de ruimte 9 opgewarmde vloeistof, verzamelt zich in het door de bodem 3 van het huis gevormde reservoir, en wordt hieruit via de leiding 15 afgevoerd. De door de vloeistof opgenomen warmte 20 kan zodoende elders weer voor verschillende doeleinden worden benut.

Het zal duidelijk zijn dat de inrichting gezien het intensieve contact tussen het hete gas en de vloeistof ook kan worden gebruikt als gaswasser, waarbij een bepaalde component uit het gas door de vloeistof wordt geabsorbeerd, of als natwasser, waarbij vaste deeltjes zoals roet 25 uit het gas worden verwijderd.

Door de compaktie bouw kan de inrichting bijzonder gemakkelijk in een reeds bestaand rookgaskanaal worden ingebouwd terwijl de drukval over de inrichting zeer gering is, zodat geen extra voorzieningen zoals ventilatoren behoeven te worden ingebouwd.

% 7906682

Claims

1. Inrichting voor het terugwinnen van warmte uit een heet gas door - middel van direct contact met een vloeibaar tussenmedium, omvattende een huis met een toe- en een afvoerkanaal voor het hete gas, een in het huis uitmondende aanvoerleiding en een nabij de bodem van het huis aange-5 brachte afvoerleiding voor het tussenmedium, met het kenmerk, dat het toe- en het afvoerkanaal (5 resp. é) voor het hete gas in eikaars verlengde en coaxiaal om de centrale hartlijn 7 van bet huis (1) zijn geplaatst, en dat tussen de beide leidingen concentrisch binnen het huis een inzetstuk (8) is aangebracht, dat langs de binnenwand van het huis 10 een doorgang (9) voor het hete gas vrijlaat, in welke doorgang middels een aantal sproeimonden (10) de aanvoerleiding (11) voor het vloeibare medium uitmondt,

2. Inrichting volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat het inzetstuk is voorzien van een kanaal (12), dat een extra doorgang •15 voor het hete gas verschaft van het toevoerkanaal (5) naar het afvoerkanaal (6),

3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het kanaal (12) is voorzien van middelen voor het regelen van de grootte van de doorstroomopening. 20 4* Inrichting volgens conclusie 3, m e t het kenmerk, dat de middelen voor het regelen van de grootte van de doorstroomopening van het kanaal (12) bestaan uit een in het kanaal te plaatsen bus (13)0

5· Inrichting volgens één der conclusies 2 - 4» ni © t het kenmerk, dat de nabij het afvoerkanaal (6) gelegen uitstroomopening 25 van het kanaal (12) is afgeschermd door middel van een op een afstand hierboven aangebrachte plaat (14)# 6* Inrichting volgens een der voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat de onderste buitenrand van het inzetstuk (8) is voorzien van een schuin naar buiten en omlaag gerichte rand (16)» 7906682 - 5 - * *

7, Inrichting volgens een der voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat de "bodem (3) van het huis een opvangreservoir voor het vloeibare medium bevat, dat is voorzien van een afvoerleiding (15)·

8. Inrichting volgens conclusie J, m e t het kenmerk, dat de bodem (3) vanaf het toevoerkanaal·(5) conisch naar beneden toe loopt.

11. II Μ-Η l l-H-l-H-H-H-H I 1 7906682