NL7906149A - SWITCHING FOR A DRIVE CIRCUIT FOR CONTROLLING TRANSISTORS. - Google Patents

SWITCHING FOR A DRIVE CIRCUIT FOR CONTROLLING TRANSISTORS. Download PDF

Info

Publication number
NL7906149A
NL7906149A NL7906149A NL7906149A NL7906149A NL 7906149 A NL7906149 A NL 7906149A NL 7906149 A NL7906149 A NL 7906149A NL 7906149 A NL7906149 A NL 7906149A NL 7906149 A NL7906149 A NL 7906149A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
coil
switch
terminal
transistor
diode
Prior art date
Application number
NL7906149A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Hiradastech Ipari Kutato
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Hiradastech Ipari Kutato filed Critical Hiradastech Ipari Kutato
Publication of NL7906149A publication Critical patent/NL7906149A/en

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H03ELECTRONIC CIRCUITRY
    • H03KPULSE TECHNIQUE
    • H03K17/00Electronic switching or gating, i.e. not by contact-making and –breaking
    • H03K17/51Electronic switching or gating, i.e. not by contact-making and –breaking characterised by the components used
    • H03K17/56Electronic switching or gating, i.e. not by contact-making and –breaking characterised by the components used by the use, as active elements, of semiconductor devices
    • H03K17/60Electronic switching or gating, i.e. not by contact-making and –breaking characterised by the components used by the use, as active elements, of semiconductor devices the devices being bipolar transistors
    • H03K17/601Electronic switching or gating, i.e. not by contact-making and –breaking characterised by the components used by the use, as active elements, of semiconductor devices the devices being bipolar transistors using transformer coupling
    • HELECTRICITY
    • H02GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
    • H02MAPPARATUS FOR CONVERSION BETWEEN AC AND AC, BETWEEN AC AND DC, OR BETWEEN DC AND DC, AND FOR USE WITH MAINS OR SIMILAR POWER SUPPLY SYSTEMS; CONVERSION OF DC OR AC INPUT POWER INTO SURGE OUTPUT POWER; CONTROL OR REGULATION THEREOF
    • H02M3/00Conversion of dc power input into dc power output
    • H02M3/02Conversion of dc power input into dc power output without intermediate conversion into ac
    • H02M3/04Conversion of dc power input into dc power output without intermediate conversion into ac by static converters
    • H02M3/10Conversion of dc power input into dc power output without intermediate conversion into ac by static converters using discharge tubes with control electrode or semiconductor devices with control electrode
    • H02M3/145Conversion of dc power input into dc power output without intermediate conversion into ac by static converters using discharge tubes with control electrode or semiconductor devices with control electrode using devices of a triode or transistor type requiring continuous application of a control signal
    • H02M3/155Conversion of dc power input into dc power output without intermediate conversion into ac by static converters using discharge tubes with control electrode or semiconductor devices with control electrode using devices of a triode or transistor type requiring continuous application of a control signal using semiconductor devices only

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Power Engineering (AREA)
  • Electronic Switches (AREA)
  • Dc-Dc Converters (AREA)

Description

V * ·> HIRADASTSCHNIKAI IPASI KUTATd ΙΝΤΕΖΕΓ, te Boedapest, HongarijeV * ·> HIRADASTSCHNIKAI IPASI KUTATd ΙΝΤΕΖΕΓ, Budapest, Hungary

Schakeling voor een aandrijfstroomketen voor het besturen van transistors in schakelbedrijfCircuit for a drive current chain for controlling transistors in switch mode

De uitvinding heeft betrekking op een schakeling voor een aandrijfstroomketen voor het besturen van transistors in schakelbedrijf, welke in enkeltakt- of tegentaktstuurbedrijf voor het vervezenlijken van in schakelbedrijf verkende voedingseenheden of dergelijke schakelingen 5 met voordeel is te gebruiken.The invention relates to a circuit for a drive current circuit for controlling transistors in switching operation, which can advantageously be used in single-stroke or counter-stroke control operation for producing power supply units or the like circuits explored in switching operation.

Een groep van de bekende voor het besturen van transistors in schakelbedrijf gebruikte aandrijfstroomketens bestaat uit direkt gekoppelde schakelingen. Het toepassingsgebied van deze schakelingen is begrensd, tervijl in het algemeen een galvanische scheiding een basiseis -jQ is. Tengevolge daarvan vorden in het algemeen aandrijf stroomketens met transformatorkoppeling gebruikt. In de gebruikte schakelingen vordt de voor de verking van de schakeltransistor noodzakelijke energie gevonnen uit een de aandrijftrap voedende hulpspanningsbron en vel in het algemeen met een slecht rendement. Een dergelijke oplossing is beschreven in een ^5 artikel van M.C. Basell: 30 V, 8 A Switched Mode Pover Supply Operating Form - 50 V Post Office Exchange Supplies, Mullard Technical Note 20 en in een artikel van de Firma Mullard: 5 V, 20 A en Uo A Switched Mode Pover Supplies, Mullard Technical Note 32. In het laatstgenoemde artikel zijn vaarden over de vermogensopname van de aandrijfstroomketen aangegeven.A group of the known drive current circuits used for controlling transistors in switching operation consists of directly coupled circuits. The field of application of these circuits is limited, as generally a galvanic isolation is a basic requirement -jQ. As a result, transformer coupling drive current circuits are generally used. In the circuits used, the energy necessary for the junction of the switching transistor is supplied from an auxiliary voltage source and sheet supplying the drive stage, generally with poor efficiency. Such a solution is described in a ^ 5 article by M.C. Basell: 30 V, 8 A Switched Mode Pover Supply Operating Form - 50 V Post Office Exchange Supplies, Mullard Technical Note 20 and in an article by Mullard: 5 V, 20 A and Uo A Switched Mode Pover Supplies, Mullard Technical Note 32. The latter article specifies values for the power consumption of the drive current chain.

2Q Het nadeel van de bovengenoemde oplossingen bestaat behalve uit het grote vereiste vermogen daarin, dat voor de tegentaktschakel-transistoren twee zelfstandige aandrijfstroomketens nodig zijn, de korte uitschakeltijd en de duuruitschakeltijd niet zijn gewaarborgd en de mogelijkheid van het gelijktijdig openen van de in tegentakt verkende sehakel-25 transistors niet is uitgesloten.2Q The drawback of the above solutions consists in addition to the high power requirement in that the two-cycle switching transistors require two independent drive current circuits, the short switch-off time and the long-time switch-off time are not guaranteed and the possibility of opening the switch explored simultaneously -25 transistors is not excluded.

Een dergelijke oplossing is in het artikel van B.W. Dudley en R.D, Peck "High Efficiency Modular Pover Supplies Using Switching Regulators” HP Journal, December 1973 beschreven. Ofschoon deze oplossing door een extra schakeling de uitschakeltijd vermindert, vorden de andere 7906149 \ 2 bovengenoemde nadelen niet opgeheven.Such a solution is described in the article by BW Dudley and RD, Peck "High Efficiency Modular Pover Supplies Using Switching Regulators" HP Journal, December 1973. Although this solution reduces the shutdown time by additional switching, the other 7906149 \ 2 mentioned disadvantages not lifted.

Bij de in serie vervaardigde, in schakelbedrijf werkende voedingseenheden van de firma Advance-Gould wordt een modernere oplossing toegepast, welke voor het verwezenlijken van een tegentaktbesturing (j geschikt is, een beter rendement vertoont, en met behulp van een afzonderlijke stroombewakingseenheid een met de collectorstroom evenredige basis-stroom waarborgt. Deze evenredigheid bestaat echter slechts tot een bepaalde waarde van de collectorstroom. Boven deze waarde kan de transistor in aktief bedrijf treden, wat ook bij de andere oplossingen een nadeel 10 vormt. Deze aandrijftrap heeft echter nog een relatief groot vereist vermogen en heft de mogelijkheid van het gelijktijdig openen niet volledig op.A more modern solution is used for the series-produced, switch-mode power supplies from Advance-Gould, which is suitable for realizing a counter-stroke control (j, exhibits better efficiency, and, with the aid of a separate current monitoring unit, one with the collector current proportional base current, but this proportionality only exists up to a certain value of the collector current Above this value the transistor can become active, which is also a drawback with the other solutions 10. However, this drive stage still requires a relatively large power and does not completely eliminate the possibility of simultaneous opening.

Het doel van de uitvinding is om de nadelen van de bekende oplossingen op te heffen en een aandrijfstroomketen te vormen, waarbij U het vereiste vermogen wezenlijk wordt verlaagd en een met de collectorstroom evenredige basisstroom wordt gewaarborgd, waarbij de mogelijkheid van de werking van de transistor in het aktieve bereik uitgesloten is, een goed gedefinieerd uitschakelen en inschakelen wordt gewaarborgd en bij tegentaktsturing de mogelijkheid van het gelijktijdig openen wezenlijk 2Q wordt verminderd.The object of the invention is to overcome the drawbacks of the known solutions and to form a drive current circuit, in which U substantially reduces the required power and ensures a base current proportional to the collector current, whereby the possibility of the operation of the transistor in the active range is excluded, a well-defined switch-off and switch-on is ensured and, with counterstroke control, the possibility of simultaneous opening is substantially reduced.

De uitvinding gaat uit van het feit, dat de besturing van de transistor in schakelbedrijf met behulp van een schakeling eenvoudig is te verwezenlijken, waarbij door de in een richting optredende bekrachtiging van de tussen de basis en de emitter van de transistor verbonden 25 basisspoel van de transistor wordt ingeschakeld en door de in de andere richting optredende bekrachtiging wordt uitgeschakeld. Na het inschakelen wordt de doorlaattoestand van de transistor door terugkoppeling van de collectorstroom in stand gehouden. Deze terugkoppeling wordt bij voorkeur door het doorvoeren van de collectorstroom door een met de basisspoel in-2q ductief gekoppelde terugkoppelspoel verwezenlijkt, waardoor een positieve terugkoppeling ontstaat. Het in- en uitschakelen wordt verkregen door verandering van de bekrachtigingsrichting van de met de basisspoel inductief gekoppelde stuurspoel, bij voorkeur door een bekrachtiging met impulsen van tegengestelde polariteit. De schakeling volgens de uitvinding dient 25 voor het besturen van transistors in schakelbedrijf en wordt onder toe- 7906149 * ^ 3 passing van inductief gekoppelde elementen uitgevoerd.The invention is based on the fact that the control of the transistor in switching operation can be realized in simple manner by means of a circuit, wherein the base coil of the transistor connected between the base and the emitter of the transistor is energized in one direction. transistor turns on and turns off due to energization in the other direction. After switching on, the forward state of the transistor is maintained by feedback of the collector current. This feedback is preferably realized by passing the collector current through a feedback coil coupled to the base coil in a ductively manner, so that positive feedback is created. Switching on and off is achieved by changing the excitation direction of the control coil inductively coupled to the base coil, preferably by an excitation with pulses of opposite polarity. The circuit according to the invention serves to control transistors in switching mode and is carried out using inductively coupled elements.

Het vezen van de uitvinding bestaat daarin, dat de transistor is voorzien van een eerste, tussen de emitter en de basis gelegen (basis) speel, een aan de hoofdelektrode van de transistor verbonden en 5 met de eerste spoel inductief gekoppelde tveede (terugkoppelingsspoel), evenals met de eerste en tveede spoel inductief gekoppelde derde (besturings) spoel. Tenminste een klem van de derde spoel is via een eerste schakelaar verbonden met een eerste klem van een hulpspanningsbron en via een tveede schakelaar met de tveede klem van de hulpvoedingsspanningsbron. Het einde -jQ van de derde spoel vordt zonodig via een demagnetiseringsschakeling verbonden met de klem of klemmen van de hulpvoedingsspanningsbron.The invention is based on the fact that the transistor is provided with a first (base) play located between the emitter and the base, connected to the main electrode of the transistor and coupled inductively to the first coil (feedback coil), as well as with the first and second coils inductively coupled third (control) coil. At least one terminal of the third coil is connected via a first switch to a first terminal of an auxiliary voltage source and via a second switch to the second terminal of the auxiliary voltage source. The end-jQ of the third coil is, if necessary, connected via a demagnetization circuit to the terminal or terminals of the auxiliary power supply.

Bij een voordelige uitvoeringsvorm van de voorgestelde schakeling zijn de eerste spoel, de tveede spoel en de derde spoel aangebracht op een gemeenschappelijke ijzerkem.In an advantageous embodiment of the proposed circuit, the first coil, the second coil and the third coil are arranged on a common iron core.

Voor het vervezenlijken van de in de schakeling gebruikte schakelaars door elektronische middelen, hcofdzakelijk door transistors, is het voor het beschermen van de schakelaars tegen de sperstroom voordelig een diode in serie te verbinden met de eerste schakelaar en/of tveede schakelaar in de dcorlaatrichting met betrekking tot de klemmen van de 2q hulpvoedingsspanningsbron.For the manufacture of the switches used in the circuit by electronic means, mainly by transistors, it is advantageous to protect the switches from the reverse current in series by connecting a diode in series with the first switch and / or the second switch in the reverse direction. to the terminals of the 2q auxiliary power supply.

Bij een verdere uitvoeringsvorm, velke voor het verwezenlijken van een enkeltaktbesturing kan vorden gebruikt, en een demagnetiserings-schakeling bevat, is een diode met een karakteristiek met verschoven kniepunt (sluisspanning) in de sperrichting tussen de eerste klem van de 2^ derde spoel en de tveede spoel van de hulpvoedingsspanningsbron van de demagnetiseringsschakeling verbonden. Deze diode is geschikt gevormd uit een tveede diode en uit een Zener-diode, velke met hun anoden aan elkaar zijn verbonden. De tveede klem van de derde spoel is onmiddellijk verbonden met de tveede klem van de hulpvoedingsspanningsbron. Bij een andere 2Q voor enkeltaktbesturing toegepaste uitvoeringsvorm zijn in de ontmagneti-seringsschakeling een eerste condensator en een met de condensator parallel gelegen derde diode tussen de tveede klem van de derde speel en de tveede klem van de hulpvoedingsspanningsbron aangebracht. Tussen de tveede klem van de derde spoel en de eerste klem van de hulpvoedingsspannings-25 bron ligt een vierde diode. De derde diode en de vierde diode zijn in 79 0 6 1 4 9 1 « k de sperrichting verbonden met betrekking tot de klemmen van de hulpvoedings-spanningsbron. Om de belasting van de de schakelaars vormende transistors te verminderen, is een vijfde diode parallel met de tveede schakelaar ver- · bonden.In a further embodiment, which may be used to implement a single-stroke control, and which includes a demagnetization circuit, a diode having a shifted knee point (latch voltage) characteristic in the reverse direction is between the first terminal of the third coil and the The second coil of the auxiliary power source of the demagnetization circuit is connected. This diode is suitably formed from a second diode and from a Zener diode, many of which are connected to their anodes. The second clamp of the third coil is immediately connected to the second clamp of the auxiliary power supply. In another embodiment used for single-stroke control, a first capacitor and a third diode parallel to the capacitor are arranged in the demagnetization circuit between the second terminal of the third play and the second terminal of the auxiliary power supply. A fourth diode is located between the second terminal of the third coil and the first terminal of the auxiliary supply voltage source. The third diode and the fourth diode are connected in reverse direction in 79 0 6 1 4 9 1 «k with respect to the terminals of the auxiliary power supply. To reduce the load on the transistors forming the switches, a fifth diode is connected in parallel with the second switch.

cj Bij deze uitvoeringsvorm kan de tijd tussen het opheffen van het uitschakelen en het sperren van de transistor met behulp van een stroomtesteenheid verder worden verminderd, waarbij het tweede einde van de derde spoel via een schakelaar, welke door de de stroom van de transistor testende eenheid wordt gestuurd, met de eerste klem van de hulpvoedings-1Q spanningsbron is verbonden.cj. In this embodiment, the time between de-energizing and blocking of the transistor can be further reduced using a current test unit, the second end of the third coil through a switch, which is controlled by the unit testing the current of the transistor is connected to the first terminal of the auxiliary power supply 1Q voltage source.

Bij een voor het verwezenlijken van de tegentaktbesturing gebruikte voordelige uitvoeringsvorm zijn voor elke transistor een eerste spoel, en/of voor elke transistor afzonderlijk aangebrachte of voor de gezamenlijke transistors gemeenschappelijk uitgevoerde tweede spoelen, en 15 een gemeenschappelijke derde spoel aanwezig, waarbij de tweede klem van de derde spoel via een derde schakelaar met de eerste klem van de hulpvoe-dingsspanningsbron en via een vierde schakelaar met de tweede klem van de hulpvoedingsspanningsbron is aangesloten. Om de belasting van de de schakelaars verwezenlijkende transistors te verminderen, is een vijfde diode 20 parallel met de tweede schakelaar en/of vierde schakelaar verbonden.In an advantageous embodiment used for realizing the counter-stroke control, a first coil is provided for each transistor, and / or second coils arranged separately for each transistor or designed jointly for the common transistors, and a common third coil, the second terminal of the third coil is connected via a third switch to the first terminal of the auxiliary voltage source and via a fourth switch to the second terminal of the auxiliary voltage source. To reduce the load on the transistors effecting the switches, a fifth diode 20 is connected in parallel with the second switch and / or the fourth switch.

Bij een verdere uitvoeringsvorm van de tegentaktbesturing zijn voor elke transistor een eerste spoel en een derde spoel, alsmede een hetzij voor elke transistor afzonderlijk of voor de gezamenlijke transistors gemeenschappelijk aangebrachte tweede spoel aanwezig, waarbij de 25 eerste klemmen van de derde spoelen via telkens een zesde diode zijn verbonden met een tveede gemeenschappelijke schakelaar.In a further embodiment of the counter-stroke control, a first coil and a third coil are provided for each transistor, as well as a second coil arranged either for each transistor individually or for the common transistors, the first terminals of the third coils being each via a sixth diodes are connected to a second common switch.

Bij een verdere voordelige uitvoeringsvorm van de tegentaktbesturing zijn voor elke transistor een eerste spoel en een derde spoel, evenals een hetzij voor elke transistor afzonderlijk aangebrachte 30 of voor de gezamenlijke transistors gemeenschappelijke tweede spoel aangebracht. De eerste klemmen van de derde spoel zijn via telkens een zesde diode verbonden met een gemeenschappelijke tweede schakelaar. De tweede klemmen van de derde spoelen zijn gemeenschappelijk via een eerste condensator en via een met de condensator parallel verbonden derde diode ver-35 bonden aan de tweede klem van de hulpvoedingsspanningsbron, waarbij de 7906149 c i 5 derde diode in de sperrichting met betrekking tot de tveede klem van de hulpvcedingsspanningsbron is aangesloten. Bij deze uitvoeringsvorm kan de tijdsduur tussen het opheffen van het uitschakelen en het sperren van de transistor met behulp van een stroomtesteenheid verder worden verminderd, 5 waarbij het gemeenschappelijke tweede einde van de derde spoelen via een door de de stroom van de transistors testende eenheid bestuurde schakelaar is verbonden met de eerste klem van de hulpvoedingsspanningsbron.In a further advantageous embodiment of the counter-stroke control, a first coil and a third coil are provided for each transistor, as well as a second coil which is arranged separately for each transistor or which is common to the common transistors. The first terminals of the third coil are connected via a sixth diode to a common second switch. The second terminals of the third coils are common through a first capacitor and connected through a third diode connected in parallel with the capacitor to the second terminal of the auxiliary power supply source, the 7906149 ci third diode in the reverse direction with respect to the second terminal of the auxiliary voltage source is connected. In this embodiment, the time between de-energizing and blocking the transistor can be further reduced using a current test unit, the common second end of the third coils controlled by a switch controlled by the transistor current testing unit. is connected to the first terminal of the auxiliary power supply.

Er volgt uit de werkingswijze van de aandrijfstroomketen volgens de uitvinding, dat in de ingeschakelde toestand van de transistor •jq het verzadigingsbedrijf en een met de collectorstroom evenredige basis-stroon wordt gewaarborgd. Het geringe vereiste vermogen volgt daaruit, dat slechts een geringe energie nodig is voor het opheffen van de positieve terugkoppeling. Ket inschakelen verloopt vanwege de positieve terugkoppeling zeer snel af. De uitschakeltijd wordt hoofdzakelijk bepaald door de ladingsopzameieigenschappen van de gestuurde transistor. De uit-schakeitijd (opzameltijd) kan door vergroting van de ontladingsstroom van de basisruimte (de uitloopstroom) worden verminderd. De storingsbe-scherming van de aandrijfstroomketen wordt gewaarborgd door kortsluiting van de derde besturingsspoel tijdens de pauzetijd. 3ij het geval van toe-2o passing van de schakeling voor een tegentaktaandrijftrap wordt de besturing vereenvoudigd en de mogelijkheid van dwarsopenen verminderd, in vergelijking met de bekende oplossingen, terwijl de in de terugkoppelings-spoel lopende collectorstroom een bescherming vormt voor foutieve besturingen of voor stoorimpulsen.It follows from the mode of operation of the drive current circuit according to the invention that, in the switched-on state of the transistor and / or saturation operation, a basic current proportional to the collector current is ensured. The low power requirement follows that only a small amount of energy is required to cancel the positive feedback. Switching on the boiler is very quick due to the positive feedback. The switch-off time is mainly determined by the charge absorption properties of the controlled transistor. The shutdown time (accumulation time) can be reduced by increasing the discharge current of the base space (the runout current). The fault protection of the drive current circuit is ensured by short-circuiting the third control coil during the pause time. In the case of using the circuit for a counter-stroke driver stage, the control is simplified and the possibility of transverse opening is reduced, compared to the known solutions, while the collector current running in the feedback coil protects against incorrect controls or interference pulses .

25 De uitvinding zal aan de hand van de tekening in het vol gende nader worden toegelicht.The invention will be explained in more detail below with reference to the drawing.

Figuur 1 toont de principeschakeiing van de schakeling volgens de uitvinding.Figure 1 shows the principle circuit of the circuit according to the invention.

Figuur 2a toont de schakeling van een enkeltaktaandrijf-30 trap met gering vereist vermogen.Figure 2a shows the circuitry of a single-stroke driving stage with low power requirement.

Figuur 2b toont karakteristieke signaalvormen bij de enkel-taktaandrijftrap van figuur 2a.Figure 2b shows characteristic signal shapes at the single-stroke driver stage of Figure 2a.

Figuur 3a toont de schakeling van een enkeltaktaandrijf-trap met kleine uitschakelt!jd.Figure 3a shows the circuit of a single-stroke driver stage with small trips.

35 Figuur 3b toont karakteristieke signaalvormen voor de 79 0 6 1 4 9 i ? 6 schakeling van figuur 3a.35 Figure 3b shows characteristic signal shapes for the 79 0 6 1 4 9 i? 6 circuit of figure 3a.

Figuur 1+a toont de schakeling van een tegentaktaandrijf-trap met gering vereist vermogen.Figures 1 + a show the circuitry of a counterstroke driving stage with little required power.

Figuur 1+b toont karakteristieke signaalvormen hij de 5 tegentaktaandrijftrap volgens figuur 1+a.Figures 1 + b show characteristic signal forms in the 5 counter-stroke driving stage according to Figures 1 + a.

Figuur 5a toont de schakeling van een andere tegentaktaandrijftrap met een geringer aantal schakelaars.Figure 5a shows the circuit of another counterstroke driving stage with fewer switches.

Figuur 5b toont karakteristieke signaalvormen voor de schakeling van figuur 5a.Figure 5b shows characteristic signal shapes for the circuit of Figure 5a.

10 Figuur 6a toont de schakeling van een verdere tegentakt aandrijftrap met geringere uitschakelt!jd.Figure 6a shows the circuit of a further counterstroke drive stage with smaller tripping times.

Figuur 6h toont karakteristieke signaalvormen hij de tegentaktaandrijftrap volgens figuur 6a.Figure 6h shows characteristic signal forms in the counter-stroke driving stage according to Figure 6a.

De in figuur 1 schematisch aangegeven schakeling dient 1^ voor het besturen van de transistor 7« Tussen de hasis en de emitter van de transistor 7 is een eerste (hasis) spoel 50 verbonden. Een tweede (terugkoppelings) spoel 60 is met de emitter van de transistor 7 in serie verbonden. De eerste spoel 50 en de tveede spoel 60 zijn op een gemeenschappelijke ijzerkern 8 aangebracht. Een derde (besturings) spoel UO is 20 eveneens op de ijzerkern 8 aangebracht. De eerste klem van de derde spoel 1*0 is via een eerste schakelaar 10 met de eerste klem 2 van een gelijk-spanningshulpvoedingsbron en via een tweede schakelaar 20 met de tweede klem k van de hulpvoedingsspanningsbron verbonden. De eerste spoel 50, de tweede spoel 60 en de derde spoel HO zijn inductief met elkaar gekoppeld. 25 Bij het bekrachtigen van de transistor 7 moet voor het inschakelen de tweede schakelaar 20 worden uitgeschakeld en de eerste schakelaar 10 worden uitgeschakeld. Daarbij begint een stroom vanaf de eerste klem 2 van de hulpvoedingsspanningsbron via de eerste schakelaar 10 en de derde spoel 1+0 te lopen, waardoor in de eerste spoel 50 een spanning 2o wordt geïnduceerd, welke de transistor 7 in geleidende toestand brengt.The circuit schematically shown in Figure 1 serves to control the transistor 7. A first (hasis) coil 50 is connected between the hasis and the emitter of the transistor 7. A second (feedback) coil 60 is connected in series to the emitter of transistor 7. The first coil 50 and the second coil 60 are mounted on a common iron core 8. A third (control) coil UO is also mounted on the iron core 8. The first terminal of the third coil 1 * 0 is connected via a first switch 10 to the first terminal 2 of a DC auxiliary voltage source and via a second switch 20 to the second terminal k of the auxiliary voltage source. The first coil 50, the second coil 60 and the third coil HO are inductively coupled together. When the transistor 7 is energized, the second switch 20 must be switched off and the first switch 10 switched off before switching on. Thereby, a current starts to flow from the first terminal 2 of the auxiliary supply voltage source via the first switch 10 and the third coil 1 + 0, whereby a voltage 20 is induced in the first coil 50, which brings the transistor 7 into a conducting state.

De oplopende collectorstroom van de transistor 7 loopt door de tweede spoel 60 en wekt tengevolge van de inductieve koppeling tussen de tweede spoel 60 en de eerste spoel 50 een positieve stroomterugkoppeling op, waardoor de transistor 7 in de geleidende toestand wordt gehouden. De geleidende 25 of afgebroken toestand van de eerste schakelaar 10 is bij de geleidende 7906149 * -tf τ toestand van de transistor 7 onverschillig. Voor het uitschakelen van de transistor 7 is behalve de afgebroken toestand van de eerste schakelaar 10 een voortdurende ingeschakelde toestand van de tveede schakelaar 20 nodig. Daarbij wordt de derde spoel ko door de tweede schakelaar 20 - kortgesloten, waardoor tengevolge van de inductieve koppeling ook de basisketen van de transistor 7 wordt kortgesloten. Het ophouden van de collectorstroom heeft het ophouden van de positieve terugkoppeling tot gevolg en dus het uitschakelen van de transistor 7.The ascending collector current of the transistor 7 passes through the second coil 60 and, due to the inductive coupling between the second coil 60 and the first coil 50, generates positive current feedback, thereby keeping the transistor 7 in the conducting state. The conductive 25 or broken state of the first switch 10 is indifferent in the conductive 7906149 * -tf τ state of the transistor 7. In order to switch off the transistor 7, besides the broken state of the first switch 10, a continuous switched-on state of the second switch 20 is required. The third coil ko is thereby short-circuited by the second switch 20, as a result of which the base circuit of transistor 7 is also short-circuited as a result of the inductive coupling. Stopping the collector current results in stopping the positive feedback and thus switching off the transistor 7.

In figuur 2a ziet men een uitvoeringsvorm, welke een met een cntmagnetiseringsschakeling aangevulde variant van de schakeling volgens figuur 1 voorstelt, waarbij de ontmagnetiseringsschakeling een tussen de eerste klem van de derde spoel ^0 en de tweede klem k van de nulpvoedingsspanningsbron in sperrichting gelegen diode bevat, waarvan de karakteristiek een verschoven knikpunt (sluisspanning) vertoont. Op geschik-te wijze wordt de diode gevormd door een tveede diode 80 en een Zener-diode 83, waarbij deze dioden 80 en 83 met hun anoden aan elkaar zijn verbonden. In serie met de tweede schakelaar 20 is een eerste diode 82 in de doorlaatrichting met betrekking tot de klemmen van de hulpvoedingsspanningsbron verbonden om een door de schakelaar in tegengestelde richting lopen-2q de stroom te verhinderen. De werking van de aandrijfstrcomketen is bij het in- en uitschakelen gelijk als bij de schakeling volgens figuur 1.Fig. 2a shows an embodiment which represents a variant of the circuit according to Fig. 1 supplemented with a magnetizing circuit, wherein the demagnetizing circuit comprises a diode located in reverse direction between the first terminal of the third coil ^ 0 and the second terminal k of the zero supply voltage source. , whose characteristic has a shifted buckling point (closing voltage). Suitably, the diode is constituted by a second diode 80 and a Zener diode 83, these diodes 80 and 83 being connected to their anodes. In series with the second switch 20, a first diode 82 is connected in the forward direction with respect to the terminals of the auxiliary power supply source to prevent current flowing through the switch in the opposite direction. The operation of the drive string chain is the same when switching on and off as with the circuit shown in Figure 1.

De in het boven reeds beschreven ontmagnetiseringsschakeling maakt de werking van de schakeling sneller doordat hij na het uitschakelen de tijdens de ingeschakelde toestand in de spoel Uo respectievelijk in de ijzerkem 25 8 opgezamelde magnetische energie tot nul vermindert. Daardoor kan de ver- zadigingsmagnetisering van de ijzerkem bij de snel herhaalde inschakelingen worden vermeden. De ontmagnetiseringsschakeling houdt de in de derde spoel kO ontstane en een tegengestelde polariteit vertonende spanning bij de kniespanning (sluisspanning) aan en waarborgt een snelle ont--5Q magnetisering en de vermindering van de flux tot nul.The demagnetizing circuit described above makes the operation of the circuit faster by reducing the magnetic energy accumulated in the coil U0 or in the iron core 25 during the switched-on state after switching off. As a result, the saturation magnetization of the iron core can be avoided during the fast repeated starts. The demagnetizing circuit maintains the voltage generated in the third coil kO and exhibiting an opposite polarity at the knee voltage (locks voltage) and ensures rapid demagnetization and the reduction of the flux to zero.

In figuur 2b zijn de geopende respectievelijk gesloten toestanden van de eerste schakelaar 10 en de tweede schakelaar 20 aangegeven, evenals de verandering in de tijd van de collectorstroom I van de tran- v sister 7 in afhankelijkheid van de besturing van de schakelaars. De uitge-25 schakelde toestand van de schakelaars is met het niveau !,0" aangegevenIn Fig. 2b, the opened and closed states of the first switch 10 and the second switch 20 are shown, as well as the change in time of the collector current I of the trans sister sister 7 depending on the control of the switches. The switched-off state of the switches is indicated by the level "0"

79 0 6 1 4 S79 0 6 1 4 S

β 9 « δ en de ingeschakelde toestand met het niveau " 1”. De eerste schakelaar 10 wordt bij het tijdstip t1 ingeschakeld. Voorafgaand was de tweede schakelaar 20 in ingeschakelde toestand en hij komt gelijktijdig met het inschakelen van de eerste schakelaar 10 in de uitgeschakelde toestand. Het ^ inschakelen van de eerste schakelaar 10 dooft de collectorstroom 1^, van de transistor J. Na het inschakelen is het verdere inschakelen of uitschakelen van de eerste schakelaar 10 onbelangrijk. Tijdens het uitschakelen, dat wordt uitgevoerd bij het tijdstip tg afgezien van de uitgeschakelde stand van de eerste schakelaar 10 door het omschakelen van de ^ tweede schakelaar 20 in de ingeschakelde toestand, bestaat de collectorstroom 1^ van de transistor 7 totaan het uitschakelen van de transistor, en vermindert dan tot het tijdstip t^ tot nul. Gedurende de uitschakel-toestand is de tweede schakelaar 20 in gesloten toestand, waardoor de storingsongevoeligheid van de aandrijfstroomketen wordt gewaarborgd.β 9 «δ and the switched-on state with level" 1 ". The first switch 10 is switched on at time t1. Previously, the second switch 20 was switched on and simultaneously switches on when the first switch 10 is switched-off. Switching on the first switch 10 turns off the collector current 1 of the transistor J. After switching on, further switching on or switching off of the first switch 10 is unimportant During switching off, which is carried out at the time tg apart from the off position of the first switch 10 by switching the second switch 20 to the on state, the collector current 1 of the transistor 7 exists until the transistor turns off, and then decreases to zero until the time t 1. the shutdown state is the second switch 20 in the closed state, thereby impeding the interference immunity of the drive current circuit guaranteed.

^ De aandrijfstroomketen volgens figuur 3a toont een andere variant van de schakeling volgens figuur 1. In serie met de eerste schakelaar 10 is hier een eerste diode 81 verbonden om een stroom in tegengestelde richting te verhinderen. Parallel met de tweede schakelaar 20 is een vijfde diode 8¾ verbonden om de schakelaar tegen een stroom met 2q tegengestelde richting te beschermen. De ontmagnetiseringsschakeling bevat een eerste condensator 9^, welke is verbonden tussen de tweede klem van de derde spoel Ho en de tweede klem ^ van de hulpvoedingsspanningsbron en een parallel met de condensator 9k verbonden derde diode 85, evenals een vierde diode 86 welke tussen-de tweede klem van de derde spoel 25 110 en de eerste klem 2 van de hulpvoedingsspanningsbron is verbonden. De derde diode 85 en de vierde diode 86 zijn in de sperrichting met de klemmen van de hulpvoedingsspanningsbron verbonden. De werking van deze schakeling komt overeen met de werking van de schakeling volgens figuur 1.The drive current circuit of Figure 3a shows another variant of the circuit of Figure 1. In series with the first switch 10, a first diode 81 is connected here to prevent current in the opposite direction. A fifth diode 8¾ is connected in parallel with the second switch 20 to protect the switch against a current of 2q opposite direction. The demagnetizing circuit includes a first capacitor 9, which is connected between the second terminal of the third coil Ho and the second terminal of the auxiliary power supply source and a third diode 85 connected in parallel with the capacitor 9k, as well as a fourth diode 86 which is connected between the second terminal of the third coil 110 and the first terminal 2 of the auxiliary power supply source is connected. The third diode 85 and the fourth diode 86 are reverse-connected to the terminals of the auxiliary power supply. The operation of this circuit corresponds to the operation of the circuit according to figure 1.

De bij het inschakelen van de eerste schakelaar 10 oplopen-2Q de stroom loopt door de eerste diode 81 en de derde spoel 1*0 en laadt de eerste condensator 9^· op tot de spanning van de hulpvoedingsspanningsbron. Gelijktijdig wordt de transistor 7 op de reeds beschreven wijze ingeschakeld. Bij het uitschakelen, dat buiten de geopende toestand van de eerste schakelaar 10 wordt uitgevoerd door het sluiten van de tweede 25 schakelaar 20, wordt een sperspanning voor het snellere uitschakelen van 7906149 * 4 9 de transistor 7 door de zich via de derde spoel 1*0 ontladende eerste condensator 9^ zolang gewaarborgd tot de lading van de condensator tot nul is verminderd. Daarna wordt de kortsluiting van de derde spoel 1*0 en het uitschakelen van de transistor 7 door de dcorlaattoestand van de 5 derde diode 85 gewaarborgd. De eerste condensator 9^ wordt dan door de ontmagnetiseringsstrcom van de ij zerkern 3 tot de spanning van de eerste kien van de hulpvoedingsspanningsbron opgeladen. Deze werking wordt bij het bereiken van deze spanning door het openen van de vierde diode 86 begrensd. De ontmagnetiseringsstroom loopt verder via de vijfde diode 81*, 10 de schakelaar 20, de spoel 1*0 en de vierde diode 86 zolang tot de opgezamelde magnetische energie in de hulpvoedingsspanningsbron teruggevoed zal zijn. Na het ontmagnetiseren laadt de eerste condensator 9^ zich op via de spoel 1*0 en de tweede schakelaar 20 opnieuw. Bij een voordelige uitvoeringsvorm wordt de ontlading door een met de derde spoel 1*0 parallel 15 verbonden eerste weerstand versneld. De tijdsduur tussen het beginnen van het uitschakelen en de uitschakeling van de transistor 7 kan met behulp van een vijfde schakelaar 91 verder worden verminderd. De schakelaar 91 is verbonden tussen de tweede klem van de derde spoel 1*0 en de eerste kiem 2 van de hulpvoedingsspanningsbron en wordt door de de collectorstrcora 2Q testende testeenheid 90 bediend. De vijfde schakelaar 91 wordt gelijktijdig met het oplopen van de collectorstroom in de ingeschakelde toestand gebracht. Door de gesloten toestand van deze schakelaar wordt de tweede klem van de derde spoel 1*0 zolang op de spa-nning van de eerste klem 2 van de hulpvoedingsspanningsbron gehouden en het ontladen van de eerste 25 condensator 9^ verhinderd tot de transistor 7 zal worden uitgeschakeld, waarbij de eerste klem van de derde spoel 1*0 via de gesloten tweede schakelaar 20 op de spanning van de tweede klem van de hulpvoedingsspanningsbron is gelegen en daardoor een tegengestelde sperspanning over de derde spoel voor de basis van de transistor 7 tot het beëindigen van het sperren 2o wordt gewaarborgd.The current ramps-2Q when the first switch 10 is turned on, flows through the first diode 81 and the third coil 1 * 0 and charges the first capacitor 91 to the voltage of the auxiliary power supply. Simultaneously, the transistor 7 is turned on in the manner already described. When turned off, which is performed outside of the open state of the first switch 10 by closing the second switch 20, a reverse voltage for faster switching off of 7906149 * 4 9 becomes the transistor 7 through the third coil 1 * 0 discharging first capacitor 9 ^ guaranteed until the capacitor charge is reduced to zero. Thereafter, the short-circuit of the third coil 1 * 0 and the switching off of the transistor 7 is ensured by the dcorlate state of the third diode 85. The first capacitor 91 is then charged by the demagnetization stream of the iron core 3 to the voltage of the first key of the auxiliary power supply. This action is limited when this voltage is reached by opening the fourth diode 86. The demagnetization current continues to flow through the fifth diode 81 *, the switch 20, the coil 1 * 0 and the fourth diode 86 until the accumulated magnetic energy will be fed back into the auxiliary power supply. After demagnetizing, the first capacitor 9 ^ charges via the coil 1 * 0 and the second switch 20 again. In an advantageous embodiment, the discharge is accelerated by a first resistor connected parallel to the third coil 1 * 0. The time between the start of the switching off and the switching off of the transistor 7 can be further reduced by means of a fifth switch 91. The switch 91 is connected between the second terminal of the third coil 1 * 0 and the first seed 2 of the auxiliary supply voltage source and is operated by the test unit 90 testing the collector power supply 2Q. The fifth switch 91 is brought into the switched-on state simultaneously with the rise of the collector current. Due to the closed state of this switch, the second terminal of the third coil 1 * 0 is held on the voltage of the first terminal 2 of the auxiliary power source for so long and the discharge of the first capacitor 91 is prevented until the transistor 7 will be with the first terminal of the third coil 1 * 0 applied to the voltage of the second terminal of the auxiliary power source via the closed second switch 20 and thereby an opposite reverse voltage across the third coil for the base of the transistor 7 until termination of blocking 2o is ensured.

In figuur 3b zijn de veranderingen in de tijd van de toestanden van de eerste schakelaar 10, de tweede schakelaar 20, de vijfde schakelaar 91 en in de coilectorstroom verduidelijkt. 3ij het inschakelen komt de eerste schakelaar 10 bij het tijdstip t^ in geleidende tce-35 stand en gelijktijdig wordt de tweede schakelaar 20 geopend en loopt de 7906149 t % 10 collectorstroom op, waardoor de YÏjfde schakelaar 91 in de ingeschakelde toestand wordt gebracht. Na het inschakelen is de toestand van de eerste schakelaar 10 voor de ingeschakelde toestand van de transistor 7 onverschillig. Wanneer het uitschakelen begint, wordt de tweede schake-5 laar 20 bij het tijdstip tg in geleidende toestand gebracht, hetgeen on-verandelijk de uitgeschakelde toestand van de eerste schakelaar 10 vereist. De uitschakelwerking wordt op het tijdstip t^ beëindigd, waarbij de collectorstroom van de transistor 7 tot nul daalt en gelijktijdig de vijfde schakelaar 91 wordt geopend.In Figure 3b, the changes in time of the states of the first switch 10, the second switch 20, the fifth switch 91 and in the coilector current are illustrated. At power on, the first switch 10 enters conductive tce-35 position at time t ^ and simultaneously, the second switch 20 is opened and the 7906149 t% 10 collector current rises, bringing the fifth switch 91 to the on state. After switching on, the state of the first switch 10 is indifferent for the switched-on state of transistor 7. When the shutdown begins, the second switch 20 is turned conductive at time tg, which invariably requires the shutdown state of the first switch 10. The shutdown operation is terminated at time t ^ when the collector current of transistor 7 drops to zero and the fifth switch 91 is simultaneously opened.

10 Figuur toont een schakeling voor tegentaktbesturing van transistors 71 en 72. Voor elke transistor is een eerste (basis)spoel 51 respectievelijk 52 aangebracht, terwijl beide transistors met een gemeenschappelijke tweede (terugkoppelings)spoel 60 zijn voorzien. Een klem van de tweede spoel 60 is aan de met de collector van de tweede transis-1^ tor 72 verbonden emitter van de eerste transistor 71 aangesloten. De transistors zijn tussen de klemmen van een niet getekende spanningsbron met elkaar in serie verbonden. De eerste spoelen 51 en 52 evenals de voor de beide transistors gemeenschappelijke tweede spoel 60 zijn op een ijzer-kern 8 aangebracht. De derde (besturings)spoel ko voor de beide transistors 2o is eveneens op de ijzerkern 8 aangebracht. De eerste klem van de derde spoel U0 is via de eerste schakelaar 10 verbonden met de eerste klem 2 van de hulpvoedingsspanningsbron en via de tweede schakelaar 20 met de tweede klem 4 van de hulpvoedingsspanningsbron. De met de tweede schakelaar 20 parallel verbonden vijfde diode 8¾ is met betrekking tot de pola-25 riteit van de hulpvoedingsspanningsbron in de sperrichting verbonden. De tweede klem van de derde spoel U0 is via een derde schakelaar 11 met de eerste klem 2 van de hulpvoedingsspanningsbron verbonden en via een vierde schakelaar 21 met de tweede klem H van de hulpvoedingsspanningsbron.Figure shows a circuit for counter-stroke control of transistors 71 and 72. A first (base) coil 51 and 52 are provided for each transistor, while both transistors are provided with a common second (feedback) coil 60. A terminal of the second coil 60 is connected to the emitter of the first transistor 71 connected to the collector of the second transistor 72. The transistors are connected in series between the terminals of a voltage source (not shown). The first coils 51 and 52, as well as the second coil 60 common to the two transistors, are arranged on an iron core 8. The third (control) coil ko for the two transistors 20 is also mounted on the iron core 8. The first terminal of the third coil U0 is connected via the first switch 10 to the first terminal 2 of the auxiliary power supply source and via the second switch 20 to the second terminal 4 of the auxiliary supply voltage source. The fifth diode 8¾ connected in parallel with the second switch 20 is connected in the reverse direction with respect to the polarity of the auxiliary supply voltage source. The second terminal of the third coil U0 is connected via a third switch 11 to the first terminal 2 of the auxiliary supply voltage source and via a fourth switch 21 to the second terminal H of the auxiliary supply voltage source.

De met de vierde schakelaar 21 parallel verbonden vijfde diode 89 is met 30 betrekking tot de polariteit van de hulpvoedingsspanningsbron eveneens in de sperrichting verbonden.The fifth diode 89 connected in parallel with the fourth switch 21 is also connected in the reverse direction with respect to the polarity of the auxiliary supply voltage source.

De werking van de schakeling wordt aan de hand van figuur Ub toegelicht. In de uitgangsstand zijn de tweede schakelaar 20 en de vierde schakelaar· 21 in de ingeschakelde toestand, en de eerste schake-35 laar 10 en de derde schakelaar 11 in de uitgeschakelde toestand. Voor het 79 0 6 1 4 § * * 11 inschakelen van de tveede transistor 72 wordt de eerste schakelaar 10 op het tijdstip t^ in de ingeschakelde toestand gebracht en gelijktijdig de tweede schakelaar in de uitgeschakelde toestand. De stroom van de derde spoel 4o loopt door de vierde schakelaar 21 en de eerste schakelaar ^ 10 en de daardoor in de eerste spoel 52 getransformeerde stroom opent de tweede transistor 72. Het oplopen van de collectorstroom van de tveede transistor 72 loopt door de tweede spoel 60 en veroorzaakt een positieve terugkoppeling, waardoor de ingeschakelde toestand van de tweede transistor 72 wordt bewaard. Bij de ingeschakelde toestand van de tveede transis-30 tor 72 is de verdere toestand van de eerste schakelaar 10 onverschillig.The operation of the circuit is explained with reference to figure Ub. In the home position, the second switch 20 and the fourth switch 21 are in the turned-on state, and the first switch 10 and the third switch 11 are in the turned-off state. To turn on the second transistor 72, the first switch 10 is turned on at the time t ^ and the second switch is simultaneously turned off. The current from the third coil 40 passes through the fourth switch 21 and the first switch ^ 10, and the current transformed thereby in the first coil 52 opens the second transistor 72. The collector current of the second transistor 72 rises through the second coil. 60 and causes positive feedback, thereby preserving the turned-on state of the second transistor 72. When the second transistor 72 is switched on, the further state of the first switch 10 is indifferent.

Voor het uitschakelen van de tweede transistor 72 is afgezien van de verbroken toestand van de eerste schakelaar 10 op het tijdstip t2 nodig dat de tweede schakelaar 20 wordt ingeschakeld. Daarbij wordt de derde spoel 40 via de vierde schakelaar 21, welke zich in de geleidende toestand ^ bevindt, en via de tweede schakelaar 20 kortgesloten en de kortsluitstroom, welke door de de vierde schakelaar 21 ontlastende vijfde diode 89 loopt, wordt in de eerste spoel 52 getransformeerd en daardoor wordt de tveede transistor 72 afgesloten. De collectorstroom van de tveede transistor 72 houdt op bij het tijdstip t^.Turning off the second transistor 72, apart from the broken state of the first switch 10 at the time t2, requires the second switch 20 to turn on. Thereby, the third coil 40 is short-circuited via the fourth switch 21, which is in the conductive state, and via the second switch 20, and the short-circuit current, which passes through the fifth diode 89 relieving the fourth switch 21, is fed into the first coil 52 and thereby the second transistor 72 is turned off. The collector current of the second transistor 72 stops at the time t ^.

0q Na het tijdstip t^ loopt een de flux van de ijzerkern 8 behoudende magnetiseringsstroom met een aan de kortsluitstroom tegengestelde richting via de vijfde diode 84 en de vierde schakelaar 21 in de derde spoel 4o. Op het tijdstip t^ wordt de derde schakelaar 11 in de ingeschakelde toestand en de vierde schakelaar 21 in de uitgeschakelde toe-25 stand gestuurd en daardoor de eerste transistor 71, zoals bij de bovenbeschreven werking, ingeschakeld. Na het inschakelen van de eerste transistor 71 is de toestand van de derde schakelaar 11 onverschillig. Voor het blokkeren van de eerste transistor 71» dat bij het tijdstip kan aflopen, moet de vierde schakelaar 21 op de bovenbeschreven wijze worden gesloten.After the instant t ^, a magnetizing current retaining the flux of the iron core 8 in an opposite direction to the short-circuit current flows through the fifth diode 84 and the fourth switch 21 in the third coil 40o. At time t ^, the third switch 11 is turned on and the fourth switch 21 is turned off, thereby turning on the first transistor 71 as in the above-described operation. After switching on the first transistor 71, the state of the third switch 11 is indifferent. In order to block the first transistor 71 which may expire at the time, the fourth switch 21 must be closed as described above.

Figuur 5a toont een andere aandrijfstroomketen voor tegen-taktbesturing van de transistors 71 en 72. De beide transistors zijn met een eerste (basis}spoel 51 respectievelijk 52, met een overeenkomstig de aangegeven uitvoeringsvorm afzonderlijk aangebrachte tweede (terugkoppe-25 lings)spoel 6l respectievelijk 62 en met een derde (besturings}spoel 41 79 C 6 1 4 9 1 « 12 respectievelijk U2 voorzien. De tveede spoelen 61 en 62 kunnen ook samengevoegd worden respectievelijk uitgeschakeld worden. Elke spoel is op de gemeenschappelijke ijzerkern 8 aangebracht. De tweede spoel 61 respectievelijk de tweede spoel 62 zijn in de hoofdstroomketen van de bijbehorende 5 transistor verbonden. De tweede klem van de derde spoelen Ui en k2 zijn gemeenschappelijk met de tweede klem U van de hulpvoedingsspanningsbron verbonden. De eerste klem van de derde spoel k2 is via de eerste schakelaar 10 en de eerste klem van de derde spoel Ui via de derde schakelaar 11 met de eerste klem 2 van de hulpvoedingsspanningsbron verbonden, TO De eerste klem van de derde spoel h2 is verder via een zesde diode 87b en de eerste klem van de spoel U1 via een andere zesde diode 87a verbonden met een voor de beide derde spoelen gemeenschappelijk aangebrachte tweede schakelaar 20, welke anderzijds met de tweede klem k van de hulpvoedingsspanningsbron is verbonden.Figure 5a shows another drive current circuit for counter-stroke control of transistors 71 and 72. Both transistors are provided with a first (base} coil 51 and 52 respectively, with a second (feedback) coil 6l, respectively, separately arranged in accordance with the indicated embodiment. 62 and provided with a third (control} coil 41 79 C 6 1 4 9 1 «12 and U2 respectively. The second coils 61 and 62 can also be combined or switched off. Each coil is mounted on the common iron core 8. The second coil 61 and the second coil 62, respectively, are connected in the main current circuit of the associated transistor 5. The second terminal of the third coils U1 and k2 are jointly connected to the second terminal U of the auxiliary supply voltage source. The first terminal of the third coil k2 is connected via the first switch 10 and the first clamp of the third coil Ui via the third switch 11 with the first clamp 2 of the auxiliary supply voltage The source of the first terminal of the third coil h2 is further connected via a sixth diode 87b and the first terminal of the coil U1 via another sixth diode 87a to a second switch 20 arranged jointly for the two third coils, the other of which is connected with the second terminal k of the auxiliary supply voltage source is connected.

]5 De werking van deze schakeling wordt aan de hand van figuur .] 5 The operation of this circuit is illustrated in FIG.

5b toegelicht. In de uitgangsstand zijn de eerste schakelaar 10 en de derde schakelaar 11 in geopende toestand en de tweede schakelaar in geleidende toestand. Voor het inschakelen van de tweede transistor 72 moet de eerste schakelaar 10 in de geleidende en de tweede schakelaar 20 in de 20 geopende toestand worden gestuurd. De door de eerste schakelaar 10 en door de derde spoel k2 oplopende stroom wordt in de eerste spoel 52 getransformeerd en daardoor wordt de tweede transistor 72 ingeschakeld. De oplopende collectorstroom Ιβ2 van de tweede transistor 72 loopt door de tweede spoel 62 en veroorzaakt een positieve terugkoppeling, waardoor de 25 tweede transistor 72 in geleidende toestand wordt gehouden.5b explained. In the initial position, the first switch 10 and the third switch 11 are in the open state and the second switch in the conductive state. To turn on the second transistor 72, the first switch 10 must be turned to the conductive and the second switch 20 to the open state. The current rising through the first switch 10 and through the third coil k2 is transformed into the first coil 52 and thereby the second transistor 72 is turned on. The ascending collector current Ιβ2 of the second transistor 72 passes through the second coil 62 and causes positive feedback, thereby keeping the second transistor 72 conductive.

Wanneer de tweede transistor 72 in de geleidende toestand is, is de toestand van de eerste schakelaar 10 onverschillig. Voor het uitschakelen moet afgezien van de verbroken toestand van de eerste schakelaar 10 de tweede schakelaar 20 in de geleidende toestand worden gestuurd. 3Q De over de derde spoel U2 optredende kortsluiting wordt via de zesde diode 87b en de tweede schakelaar 20 overgedragen en daardoor wordt de tweede transistor 72 uitgeschakeld. Op het tijdstip t^ daalt de collec-stroom 1^2 van tweede transistor 72 tot nul en daarna loopt de de flux van de ijzerkern 8 behoudende magnetiseringsstroom door de derde spoel U1, 35 de zesde diode 87a en de tweede schakelaar 20. Op het tijdstip t^ moetWhen the second transistor 72 is in the conducting state, the state of the first switch 10 is indifferent. In order to switch off, apart from the broken state of the first switch 10, the second switch 20 must be set to the conductive state. 3Q The short-circuit occurring over the third coil U2 is transmitted through the sixth diode 87b and the second switch 20, thereby switching off the second transistor 72. At time t ^, the collector current 1 ^ 2 of the second transistor 72 drops to zero and thereafter the fluxing of the iron core 8 retaining magnetization current flows through the third coil U1, 35, the sixth diode 87a and the second switch 20. On the time t ^ must

79 0 51 4S79 0 51 4S

13 voor het inschakelen van de eerste transistor 71 de tweede schakelaar 20 in de uitgeschakelde toestand en de derde schakelaar 11 in de ingeschakelde toestand worden gestuurd, De stroom van de derde spoel 1*1 wordt in de eerste spoel 51 getransformeerd en daardoor wordt de eerste transistor J1 5 in de geleidende toestand gestuurd. De oplopende collectorstroom van de eerste transistor 71 loopt door de tweede spoel 61 en wekt een positieve terugkoppeling op, waardoor de geleidende toestand van de eerste transistor 71 wordt behouden. Tijdens deze tijdsduur is de toestand van de derde schakelaar 11 onverschillig. Voor het uitschakelen van de eerste transistor 71 moet de tweede schakelaar 20 op het tijdstip t^ worden gesloten, waarbij de derde spoel U1 via de verdere zesde diode 37a en via de tweede schakelaar 20 wordt kortgesloten en zijn stroom de eerste transistor 71 uitschakelt. Na het ophouden van de collectorstroom op het tijdstip tg loopt de de flux van de ijzerkern 8 behoudende magnetiserings-^ stroom door de derde spoel 1*2, de zesde diode 37b en de tweede schakelaar 20.13 to turn on the first transistor 71, the second switch 20 is turned off and the third switch 11 is turned on. The current from the third coil 1 * 1 is transformed into the first coil 51 and thereby the first transistor J1 5 in the conductive state. The ascending collector current of the first transistor 71 passes through the second coil 61 and generates positive feedback, thereby maintaining the conducting state of the first transistor 71. During this period of time, the state of the third switch 11 is indifferent. To turn off the first transistor 71, the second switch 20 must be closed at time t, the third coil U1 being shorted through the further sixth diode 37a and through the second switch 20 and its current turning off the first transistor 71. After the collector current has ceased at time tg, the magnetization current retaining the flux of the iron core 8 passes through the third coil 1 * 2, the sixth diode 37b and the second switch 20.

De aandrijfstroomketen volgens figuur 6a dient eveneens voor tegentaktbesturing voor transistors 71 en 72 en heeft in feite een overeenkomstige ophouw als de schakeling volgens figuur 5a. Een verschil 2q bestaat in de verbinding van de derde spoelen 41 en 1*2 met de tveede klem 1* van de huipvoedingsspanningsbron. Deze verbinding is bij de onderhavige uitvoeringsvorm uitgevoerd via de eerste condensator 9^ en de met de condensator parallel verbonden derde diode, waarbij de derde diode 85 in de sperrichting met betrekking tot de polariteit van de hulpvoedingsbron is 25 verbonden. Deze uitvoeringsvorm van de vcorgestelde schakeling is voorzien van een testeenheid 90, die de collectorstroom van de transistors 71 en 72 test. De schakeling bevat ook een door de testeenheid 90 bestuurde vijfde schakelaar 91, welke is verbonden tussen de gemeenschappelijke tweede klemmen van de derde spoelen 1*1 en 1*2 en de eerste klem 2 van de huip-2q voedingsspanningsbron. De schakeling is verder voorzien van een eerste diode 81, welke in de doorlaatrichting met betrekking tot de polariteit van de voedingsspanningsbron en in serie met de eerste schakelaar 10 is verbonden en een ongewenste stroom in de schakelketen verhindert.The drive current circuit of Figure 6a also serves for counter-stroke control for transistors 71 and 72, and in fact has a similar layout as the circuit of Figure 5a. A difference 2q exists in the connection of the third coils 41 and 1 * 2 to the second terminal 1 * of the cockpit power supply. In the present embodiment, this connection is made via the first capacitor 91 and the third diode connected in parallel with the capacitor, the third diode 85 being connected in the reverse direction with respect to the polarity of the auxiliary power source. This embodiment of the preconfigured circuit includes a test unit 90, which tests the collector current of transistors 71 and 72. The circuit also includes a fifth switch 91 controlled by the test unit 90, which is connected between the common second terminals of the third coils 1 * 1 and 1 * 2 and the first terminal 2 of the shell 2q power supply. The circuit further includes a first diode 81, which is connected in the forward direction with respect to the polarity of the supply voltage source and in series with the first switch 10 and prevents an undesired current in the switching circuit.

De werking van deze schakeling wordt aan de hand van figuur 25 6b toegelicht. De tweede transistor 72 wordt bij het tijdstip t1 afgezien 7905149 11* « * van de geopende toestand van de tweede schakelaar 20 en de derde schakelaar 11, door het sluiten van de eerste schakelaar 10 ingeschakeld.The operation of this circuit is explained with reference to figure 25 6b. At time t1, the second transistor 72 is turned off from the opened state of the second switch 20 and the third switch 11 by closing the first switch 10.

De over de eerste schakelaar 10, de eerste diode 11 en de derde spoel 1+2 oplopende stroom bestuurt, gedeeltelijk op de in het bovenstaande be-5 schreven wijze de tweede transistor 72 naar de geleidende toestand en laadt de eerste condensator 9** op. De de oplopende collectorstroom Ig testende stroomtesteenheid 90 sluit de vijfde schakelaar 91» waardoor de spanning van de eerste condensator 9^ gedurende de tijdsduur van de gesloten toestand van de schakelaar, welke tijdsduur gelijk is aan de door-10 stroomtijd van de collectorstroom, op de spanning van de hulpspannings-voedingsbron wordt gehouden. Tijdens de ingeschakelde toestand van de tweede transistor 72 is de toestand van de eerste schakèlaar onverschillig. Voor het uitschakelen van de tweede transistor 72 moet afgezien van de uitgeschakelde toestand van de eerste schakelaar 10, de tweede scha-15 kelaar 20 bij het tijdstip tg worden gesloten. De in de tegengestelde richting oplopende stroom, welke vanaf de eerste klem 2 van de hulpvoe-dingsspanningsbron uitgaande de spoel 1*2, de vijfde schakelaar 91 en de andere zesde diode 87b doorloopt, blokkeert de tweede transistor 72 op de in het bovenstaande beschreven wijze. Tengevolge van het ophouden van de 20 collectorstroom van de tweede transistor 72 bij het tijdstip t^ wordt de vijfde schakelaar 91 geopend en wordt de eerste condensator 9** via de derde spoel 1*1 respectievelijk 1*2, afgezien van gelijktijdig leveren van de de flux van de ijzerkern 8 behoudende stroom, tot het openen van de derde diode 85 Ontladen. Na het openen van de derde diode 85 loopt de mag-25 netiseringsstroom van de ijzerkern 8 door de derde spoel 1*1, de zesde diode 87a en de schakelaar 20. Voor het inschakelen van de eerste transistor 71 moet af gezien van de geopende toestand van de tweede schakelaar 20, de derde schakelaar 11 op het tijdstip t^ worden gesloten, waarbij de het inschakelen van de eerste transistor 71 veroorzakende stroom door de der-30 de schakelaar 11, de eerste diode 81 en de derde spoel 1*1 loopt en de eerste condensator 9b laadt tot de spanning van de hulpvoedingsspannings-bron. Onder de werking van de oplopende collectorstroom 1^ wordt de vijfde schakelaar 91 in de geleidende toestand gebracht. De toestand van de derde schakelaar 11 is gedurende de tijdsduur van de geleidende toe-35 stand van de eerste transistor 71 onverschillig. Voor het uitschakelen 7906143 15 noet afgezien van de verbroken toestand van de derde schakelaar 11, de tveede schakelaar 20 bij het tijdstip t, worden gesloten, waarbij een in de tegengestelde richting oplopende stroom loopt door de vijfde schakelaar 91» de derde spoel U1 en de andere zesde diode 87a, de eerste 5 transistor 71 blokkeert en de kollectorstroom Ini onderbreekt. Na het openen van de vijfde schakelaar 91 wordt de eerste condensator 9k, overeenkomstig als in het bovenstaande tot het openen van de derde diode 85 ontladen, waarbij de magnetiseringsstroom loopt door de diode 85» de derde spoel kt, de zesde diode 87a en de tveede schakelaar 20.The current flowing over the first switch 10, the first diode 11 and the third coil 1 + 2 controls, in the manner described above, the second transistor 72 to the conducting state and charges the first capacitor 9 ** . The current test unit 90, which tests the ascending collector current Ig, closes the fifth switch 91, whereby the voltage of the first capacitor 9 ^ during the closed-state period of the switch, which period is equal to the through-flow time of the collector current, is applied to the voltage of the auxiliary power supply is maintained. During the turned on state of the second transistor 72, the state of the first switch is indifferent. To turn off the second transistor 72, in addition to the turned-off state of the first switch 10, the second switch 20 must be closed at time tg. The oppositely rising current, which flows from the first terminal 2 of the auxiliary voltage source output from the coil 1 * 2, the fifth switch 91 and the other sixth diode 87b, blocks the second transistor 72 in the manner described above. . Due to the cessation of the collector current of the second transistor 72 at the time t ^, the fifth switch 91 is opened and the first capacitor 9 ** is turned 1 * 1 and 1 * 2 via the third coil, respectively, apart from supplying the the flux of the iron core 8 retaining current, until the opening of the third diode 85 is discharged. After the opening of the third diode 85, the magnetization current of the iron core 8 passes through the third coil 1 * 1, the sixth diode 87a and the switch 20. To switch on the first transistor 71, the open state must be omitted. of the second switch 20, the third switch 11 is closed at time t ^, the current causing the switching on of the first transistor 71 flows through the third switch 11, the first diode 81 and the third coil 1 * 1 and charging the first capacitor 9b to the voltage of the auxiliary supply voltage source. Under the action of the ascending collector current 1 ^, the fifth switch 91 is brought into the conductive state. The state of the third switch 11 is indifferent during the period of the conductive state of the first transistor 71. In order to turn off 7906143 15, apart from the broken state of the third switch 11, the second switch 20 at time t is closed, a current rising in the opposite direction flowing through the fifth switch 91, the third coil U1 and the other sixth diode 87a, the first transistor 71 locks and interrupts the collector current Ini. After opening the fifth switch 91, the first capacitor 9k is discharged, similarly as above, to the opening of the third diode 85, the magnetizing current flowing through the diode 85, the third coil kt, the sixth diode 87a and the second switch 20.

10 790614410 7906144

Claims (10)

1. Schakeling voor een aandrijfstroomketen voor het "besturen van transistors in schakelbedrijf onder toepassing van inductief gekoppelde elementen, met het kenmerk, dat de transistor 5 (7, 17» 72) tussen zijn emitter en zijn basis is voorzien van een eerste (basis)spoel (50, 51, 52), een aan de hoofdelectrode van de transistor aangesloten en met de eerste spoel (50, 51, 52) inductief gekoppelde tveede (terugkoppelings)spoel (60, 61, 62) evenals een met de eerste spoel (50, 51, 52) en de tveede spoel (60, 61, 62) inductief 10 gekoppelde derde (besturings)spoel (Uo9 1+1, 1+2) vaarbij tenminste de eerste klem van de derde spoel (1+0, 1+1, 1+2) via een eerste schakelaar (10) met de eerste klem (2) van een hulpvoedingsspanningsbron en via een tveede schakelaar (20) met de tveede klem (1+) van de voedings-spanningsbron is verbonden, tervijl indien nodig het einde van de derde 15 spoel (1+0, 1+1, 1+2) via een ontmagnetiseringsschakeling is verbonden met de klem of klemmen van de hulpvoedingsspanningsbron.1. Circuit for a drive current circuit for controlling transistors in switching operation using inductively coupled elements, characterized in that the transistor 5 (7, 17 »72) between its emitter and its base is provided with a first (base) coil (50, 51, 52), a second (feedback) coil (60, 61, 62) connected inductively to the main electrode of the transistor and inductively coupled to the first coil (50, 51, 52) as well as one with the first coil ( 50, 51, 52) and the second coil (60, 61, 62) inductively coupled third (control) coil (Uo9 1 + 1, 1 + 2) with at least the first clamp of the third coil (1 + 0, 1 +1, 1 + 2) via a first switch (10) to the first terminal (2) of an auxiliary power supply and via a second switch (20) to the second terminal (1+) of the supply voltage source, file if if necessary, the end of the third 15 coil (1 + 0, 1 + 1, 1 + 2) is connected via a demagnetizing circuit to the terminal or terminals of the auxiliary source voltage. 2. Schakeling volgens conclusie 1, met'het kenmerk, dat de eerste spoel (50, 51, 52), de tveede spoel (60, 61, 62) en de derde spoel (1+0, 1+1, 1+2) zijn aangebracht op een gemeenschappelijke 20 ijzerkern (8).Circuit according to claim 1, characterized in that the first coil (50, 51, 52), the second coil (60, 61, 62) and the third coil (1 + 0, 1 + 1, 1 + 2) ) are mounted on a common iron core (8). 3. Schakeling volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat in serie met de eerste schakelaar (10) en/of de tveede schakelaar (20) een eerste diode (81, 82) in de doorlaatrichting met betrekking tot de klemmen van de hulpvoedingsspanningsbron is ver- 25 bonden. 1+. Schakeling volgens een van de conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de tveede klem van de derde spoel (1+0) is verbonden met de tveede klem (1+) van de hulpvoedingsspanningsbron. 5» Schakeling volgens een van de conclusies 1-1+, met 30 het kenmerk, dat de ontmagnetiseringsschakeling vordt gevormd door een tussen de eerste klem van de derde spoel (1+0) en de tveede klem (1+) van de hulpvoedingsspanningsbron in de sperrichting aangebrachte diode met een karakteristiek met verschoven kniepunt, op geschikte vijze door een diode (80) en een zenerdiode (83).Circuit according to claim 1 or 2, characterized in that in series with the first switch (10) and / or the second switch (20) a first diode (81, 82) in the forward direction with respect to the terminals of the auxiliary power supply source is connected. 1+. Circuit according to any one of claims 1 to 3, characterized in that the second terminal of the third coil (1 + 0) is connected to the second terminal (1+) of the auxiliary power supply. A circuit according to any one of claims 1 to 1 +, characterized in that the demagnetization circuit is formed by a connection between the first terminal of the third coil (1 + 0) and the second terminal (1+) of the auxiliary supply voltage source. reverse-biased diode having a shifted knee point characteristic, suitably through a diode (80) and a zener diode (83). 6. Schakeling volgens êên van de conclusies 1-1+, met 7906149 het kenmerk, dat de ontmagnetiseringsschakeling is voorzien van een tussen de tweede kien van de derde spoel (^0) en de tweede kien (¾) van de hulpvoedingsspanningsbron gelegen eerste condensator (9¾) ea een net de condensator parallel verbonden derde diode (85) evenals een 5 tussen de tweede kien van de derde spoel (UC) en de eerste klem (2) van de hulpvoedingsspanningsbron gelegen vierde diode (86) welke m de sperriehting zijn verbonden met betrekking tot de klemmen van de hulpvoedingsspanningsbron ,Circuit according to one of claims 1 to 1 +, characterized in that the demagnetizing circuit is provided with a first capacitor located between the second key of the third coil (^ 0) and the second key (¾) of the auxiliary supply voltage source (9¾) and others a third diode (85) connected in parallel with the capacitor as well as a fourth diode (86) located between the second key of the third coil (UC) and the first terminal (2) of the auxiliary supply voltage source. connected with respect to the terminals of the auxiliary power supply, 7. Schakeling volgens een van de conclusies 1-3 voor 10 tegentakt-besturing van transistors, met het kenmerk, dat voor elke transistor (71, 72) een eerste spoel (51, 52) en/of voor elke transistor een of voor de gezamenlijke transistors (71, 72) een gemeenschappelijke tweede spoel (60) evenals een gezamenlijke derde spoel (kQ) aanwezig zijn waarbij de tweede klem van de derde spoel (^0) via 15 een derde schakelaar (11) met de eerste klem (2) van de hulpvcedings- spanningsbron en via een derde schakelaar (21) met de tweede klem (¾) van de hulpvoedingsspanningsbron is verbonden.Circuit according to any one of claims 1-3 for 10-stroke control of transistors, characterized in that for each transistor (71, 72) a first coil (51, 52) and / or for each transistor one or the common transistors (71, 72) a common second coil (60) as well as a common third coil (kQ) are present, the second terminal of the third coil (^ 0) via a third switch (11) with the first terminal (2 ) of the auxiliary voltage source and is connected to the second terminal (¾) of the auxiliary voltage source via a third switch (21). 8. Schakeling volgens een van de conclusies 1-U, voor tegen-takt-cesturing van transistors, met het kenmerk, dat voor elke 20 transistor (71, 72) een eerste spoel (51, 52) en een derde spoel (1*1, 42) evenals een voor de gezamenlijke transistors (71» 72) gemeenschappelijk of voor elke transistor (71, 72) afzonderlijk aangebrachte tweede spoel (61, 62) aanwezig zijn waarbij de eerste klemmen van de derde spoelen (41, k2) via telkens een zesde diode (87a, 87b) met een gemeenschap-25 pelijke tweede schakelaar (20) zijn verbonden,Circuit according to any one of claims 1-U, for counter-stroke control of transistors, characterized in that for each 20 transistor (71, 72) a first coil (51, 52) and a third coil (1 * 1, 42) as well as a second coil (61, 62) arranged jointly for the common transistors (71 »72) or for each transistor (71, 72), the first terminals of the third coils (41, k2) being provided via each time a sixth diode (87a, 87b) is connected to a common second switch (20), 9. Schakeling volgens éên van de conclusies 1-3 voor tegentakt-besturing van transistors, met het kenmerk, dat voor elke transistor (71, 72) een eerste spoel (51, 52), een derde spoel (U1, 42) evenals een voor de gezamenlijke transistors (71, 72) gemeenschappelijke 30 of voor elke transistor (71, 72) afzonderlijk uitgevoerde tweede spoel (6l, 62) aanwezig zijn waarbij de eerste klemmen van de derde spoelen (41, 42) via telkens een zesde diode (8?a, 37c} met een gemeenschappelijke tweede schakelaar (20) zijn verbonden, de tweede klemmen van de derde spoelen (Ui, U2) gemeenschappelijk via een condensator (9¾) en 35 via een met de condensator parallel verbonden derde diode (85) met de 790614« tweede klem (U) van de hulpvoedingsspanningsbron zijn verbonden waarbij de derde diode (85) in sperrichting met de tweede klem (k) van de hulpvoedingsspanningsbron is verbonden.Circuit according to one of claims 1 to 3 for counter-stroke control of transistors, characterized in that for each transistor (71, 72) a first coil (51, 52), a third coil (U1, 42) as well as a for the common transistors (71, 72) common or for each transistor (71, 72) separately designed second coil (61, 62) are present, the first terminals of the third coils (41, 42) via a sixth diode ( 8? A, 37c} are connected to a common second switch (20), the second terminals of the third coils (U1, U2) jointly via a capacitor (9¾) and 35 via a third diode (85) connected in parallel with the capacitor are connected to the second terminal (U) of the auxiliary power supply source 790614, the third diode (85) being reverse connected to the second terminal (k) of the auxiliary power supply. 10. Schakeling volgens conclusie 6 of 9, methet ken- 5 merk, dat de tweede klem van de derde spoel (1+0, 1+1, 1+2) via een door de de stroom van de transistor of transistors (71 s 72) testende eenheid (90) gestuurde schakelaar (91) met de eerste klem (2) van de hulpvoe-dingsspanningsbron is verbonden.10. Circuitry according to claim 6 or 9, characterized in that the second terminal of the third coil (1 + 0, 1 + 1, 1 + 2) is connected via a current from the transistor or transistors (71 s 72) testing unit (90) controlled switch (91) is connected to the first terminal (2) of the auxiliary power source. 11. Schakeling volgens êên van de conclusies 1-1+ en 6, 1° met het kenmerk, dat parallel met de tweede schakelaar (20) en/of vierde schakelaar (21) een vijfde diode (81+, 89) is verbonden.Circuit according to one of claims 1 to 1 + and 6, 1 °, characterized in that a fifth diode (81+, 89) is connected in parallel with the second switch (20) and / or fourth switch (21). 12. Inrichting in hoofdzaak zoals beschreven in de beschrijving en/of weergegeven in de tekening. 15 780614912. Device substantially as described in the description and / or shown in the drawing. 15 7806149
NL7906149A 1978-08-31 1979-08-13 SWITCHING FOR A DRIVE CIRCUIT FOR CONTROLLING TRANSISTORS. NL7906149A (en)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
HUHI000495 1978-08-31
HUHI000495 HU180780B (en) 1978-08-31 1978-08-31 Driving arrangement for controling transistors in switching mode

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7906149A true NL7906149A (en) 1980-03-04

Family

ID=10997227

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7906149A NL7906149A (en) 1978-08-31 1979-08-13 SWITCHING FOR A DRIVE CIRCUIT FOR CONTROLLING TRANSISTORS.

Country Status (4)

Country Link
DE (1) DE2935125A1 (en)
GB (1) GB2031677A (en)
HU (1) HU180780B (en)
NL (1) NL7906149A (en)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4356408A (en) * 1980-08-01 1982-10-26 Sundstrand Corporation Drive circuit for parallel non-matched semiconductors
JPS5825719A (en) * 1981-08-07 1983-02-16 Fanuc Ltd Driving circuit for switching transistor

Also Published As

Publication number Publication date
GB2031677A (en) 1980-04-23
HU180780B (en) 1983-04-29
DE2935125A1 (en) 1980-04-17

Similar Documents

Publication Publication Date Title
IE41745B1 (en) Supply circuits for electromagnets
EP0299267A2 (en) Power recovery circuit
NL7906149A (en) SWITCHING FOR A DRIVE CIRCUIT FOR CONTROLLING TRANSISTORS.
KR880013205A (en) Circuit breaker
CN102097253A (en) Control circuit
AU710707B2 (en) Power supply circuit of an excitation coil of an electromagnet
US3538383A (en) Magnetic pulse generator protective device
SU892511A1 (en) Quick-action electromagnetic device
US3281716A (en) Transistor power supply
GB2170669A (en) Solenoid energisation circuit
US3121800A (en) Pulse generating circuit
SU752544A1 (en) Timer
SU536927A1 (en) The method of electroerosive metal processing
SU613458A1 (en) Thyristor control device
SU179383A1 (en) NON-CONTACT PULSE RELAY
JPH04130604A (en) Drive circuit of electromagnet device
SU550739A1 (en) Forced Switching Thyristor Converter
SU414679A1 (en)
SU1642538A2 (en) Device for control of voltage of storage battery
RU1788530C (en) Device for control over a c electric magnet
KR850000553Y1 (en) Switching regulator
RU2094882C1 (en) Device for arcless handling of inductance circuit
SU1408435A1 (en) Extreme-type power regulator
NL8100737A (en) Low-loss high-speed power switching transistor - has transformer with base-emitter current through primary and rectifier in secondary
SU741341A1 (en) Output device for quick-action relay protection

Legal Events

Date Code Title Description
A1A A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed