NL7905440A

NL7905440A - APPARATUS INCLUDING A TELEVISION ROOM TUBE AND TELEVISION ROOM TUBE FOR SUCH A DEVICE.

Info

Publication number: NL7905440A
Application number: NL7905440A
Authority: NL
Original assignee: Philips Nv
Priority date: 1979-07-12
Filing date: 1979-07-12
Publication date: 1981-01-14
Also published as: JPS5622030A; JPH0128458B2

Description

* PHN 9526 1 N.V. Philips’ Gloeilampenfabrieken te Eindhoven.* PHN 9526 1 N.V. Philips' Incandescent lamp factories in Eindhoven.

Inrichting voorzien van een televisiekamerabuis en televisiekamerabuis voor een dergelijke inrichting.Apparatus provided with a television camera tube and television camera tube for such an apparatus.

5 De uitvinding heeft betrekking op een in richting voorzien van een televisiekamerabuis, bevattende in een geëvacueerde omhulling een elektronenkanon voor het opwekken van een elektronenbundel, bevattende langs een as gecentreerd achtereenvolgens een kathode, een 10 rooster dat een negatieve potentiaal heeft ten opzichte van de kathode met een centrale opening rond de as, tenminste een anode met een centrale opening rond de as en een focusseerlens voor het focusseren van de elektronenbundel op een fotogevoelige trefplaat waarop een poten-15 tiaalverdeling ontstaat door er een optisch beeld op te projekteren, welke trefplaat door aftasting met een elek-tronenbundel elektrische signalen levert overeenkomend met genoemd optisch beeld.The invention relates to a device provided with a television camera tube, comprising in an evacuated envelope an electron gun for generating an electron beam, comprising an axis centered successively a cathode, a grid which has a negative potential with respect to the cathode with a central aperture about the axis, at least one anode with a central aperture about the axis and a focusing lens for focusing the electron beam on a photosensitive target on which a potential distribution is created by projecting an optical image on it, which target is electron beam scanning produces electrical signals corresponding to said optical image.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een 20 televisiekamerabuis voor een dergelijke inrichting.The invention also relates to a television camera tube for such a device.

De fotogevoelige trefplaat bestaat veelal uit een fotogeleidende laag welke op een signaalplaat is aangebracht. De genoemde potentiaalverdeling, ook wel potentiaalbeeld genoemd, ontstaat doordat de fotoge-25 leidende laag kan worden beschouwd als te zijn samengesteld uit een groot aantal beeldelementen. Elk beeld- · element kan werderom als een kondensator worden beschouwd waaraan een stroombron is parallel geschakeld, waarvan de stroomsterkte nagenoeg evenredig is met de 30 lichtsterkte op het beeldelement. De lading van elke kondensator neemt bij konstante lichtsterkte dus lineair met de tijd af. Tengevolge van de aftasting passeert de elektronenbundel elk beeldelement periodiek en laadt 790 5440 >- % PHN 9526 2 de kondensator weer op, hetgeen wil zeggen dat de spanning over elk beeldelement periodiek op ongeveer 45 volt wordt gebracht. De hoeveelheid lading die periodiek nodig is om een kondensator op te laden is evenredig g met de lichtsterkte op het desbetreffende beeldelement.The photosensitive target often consists of a photoconductive layer which is applied to a signal plate. The said potential distribution, also referred to as potential image, arises because the photoconductive layer can be considered to be composed of a large number of picture elements. Each picture element can again be regarded as a capacitor to which a current source is connected in parallel, the current intensity of which is substantially proportional to the light intensity on the picture element. The charge of each capacitor thus decreases linearly with time at constant light intensity. As a result of the scan, the electron beam periodically passes through each pixel and recharges the capacitor, which means that the voltage across each pixel is periodically brought to about 45 volts. The amount of charge that is needed periodically to charge a capacitor is proportional to the light intensity on the relevant picture element.

De hiermede gepaard gaande laadstroom vloeit via de sig-naalweerstand naar de signaalplaat die alle beeldelementen gemeenschappelijk hebben. Over de signaalweerstand ontstaat daardoor een spanningsvariatie welke als funktie 10 van de tijd de lichtsterkte van het optisch beeld als funktie van de plaats weergeeft. Een televisiekamerabuis met de beschreven werking wordt een vidicon genoemd.The associated charging current flows via the signal resistor to the signal plate which all picture elements have in common. As a result of this, a voltage variation arises across the signal resistance, which, as a function of time, represents the brightness of the optical image as a function of the location. A television camera tube with the described operation is called a vidicon.

Eén van de aspecten van een inrichting van dé hierboven aangegeven soort is de responsiesnelheid.One of the aspects of a device of the type indicated above is the response speed.

15 Dit is de snelheid waarmee de inrichting op veranderingen van de lichtsterkte reageert. Deze responsiesnelheid wordt onder andere beïnvloedt door het feit 'dat de lading die de elektronenbundel, gedurende de korte tijd waarin deze een bepaald beeldelement passeert, aan het beeld-20 element toevoert, afhankelijk is van de snelheidsverdeling van de elektronen in de elektronenbundel. Deze beïnvloeding van de responsiesnelheid wordt ook wel bundel-stroomtraagheid genoemd. De snelheidsverdeling van de kathode verlatende elektronen is afhankelijk van de temperatuur 25 van de kathode en wordt aangeduid met Maxwellverdeling. Tengevolge van interacties tussen de elektronen van de elektronenbundel onderling kan er een overmaat aan snelle elektronen ontstaat. Dat wil zeggen dat er meer snelle elektronen in de bundel zijn dan volgens de Maxwellver-30 deling verwacht kunnen worden. Deze overmaat aan snelle elektronen veroorzaakt een nadelige beïnvloeding van de bundelstroom-traagheid en daarmee de responsiesnelheid.This is the speed at which the device responds to changes in brightness. This response speed is influenced, inter alia, by the fact that the charge which the electron beam supplies to the picture element during the short time in which it passes a particular pixel depends on the velocity distribution of the electrons in the electron beam. This influence on the response speed is also referred to as beam current inertia. The velocity distribution of the electrodes leaving the cathode depends on the temperature of the cathode and is referred to as Maxwell distribution. As a result of interactions between the electrons of the electron beam, an excess of fast electrons can arise. That is, there are more fast electrons in the beam than can be expected according to the Maxwell distribution. This excess of fast electrons adversely affects the beam current inertia and hence the response speed.

In een triode-elektronenkanon met een kathode, een negatief rooster en een anode, zoals beschreven in 35 het Artikel "Een kleine experimentele kleurentelevisie-kamera" in Philips Technisch Tijdschrift, Jaargang 29, 1968, -No. 11, wordt doordat er tussen de kathode en de 790 5 4 40 -t, PHN 9526 3 anode een lens gevormd wordt een bundelknoop ("crossover”) gevormd. In de bundelknoop vinden zeer veel interacties plaats, waardoor de bundelstroomtraagheid ongunstig wordt beïnvloed. Door er nu voor te zorgen, 5 dat de stroomdich.th.eid van de elektronenbundel in een elektronenkanon vanaf de kathode in de richting van de anode niet of nauwelijks toeneemt wordt de bundelstroom-traagheid aanzienlijk gereduceerd.In a triode electron gun with a cathode, a negative grid and an anode, as described in the article "A small experimental color television camera" in Philips Technical Magazine, Volume 29, 1968, -No. 11, because a lens is formed between the cathode and the 790 5 4 40 -t, PHN 9526 3 anode, a bundle node ("crossover") is formed. In the bundle node, many interactions take place, thereby adversely affecting the beam current inertia. By ensuring that the current density of the electron beam in an electron gun from the cathode in the direction of the anode does not increase or hardly increases, the beam current inertia is considerably reduced.

Een inrichting van de in de eerste alinea 10 beschreven soort met een aanzienlijk kleinere bundel-stroomtraagheid dan inrichtingen met triode elektronenkanonnen is bekend uit het Amerikaans octrooischrift 3.831.058 (PHN 5070). De daarin beschreven inrichting bevat een elektronenkanon, dat ook wel een diode-elek-15 tronenkanon genoemd wordt, waarbij tijdens de aftasting de stroomdichtheid van de elektronenbundel in elk punt langs de as tussen de kathode en de anode maximaal drie maal de stroomdichtheid in het snijpunt van de as met de kathode bedraagt. Voor het verkleinen van de bundelstroom-20 traagheid is het namelijk.van belang gebleken het aantal interacties tussen de elektronen van de elektronenbundel onderling te beperken. Het in dit elektronenkanon toegepast rooster wordt tijdens de terugslagperiodevan het raster sterk negatief gemaakt, waardoor de elektronen-25 emissie wordt onderdrukt.A device of the type described in the first paragraph 10 with a considerably smaller beam current inertia than devices with triode electron guns is known from U.S. Pat. No. 3,831,058 (PHN 5070). The device described therein contains an electron gun, also referred to as a diode electron gun, wherein the current density of the electron beam in each point along the axis between the cathode and the anode during scanning is up to three times the current density in the intersection point of the axis with the cathode. Namely, it has been found important to reduce the number of interactions between the electrons of the electron beam in order to reduce the beam current inertia. The grating used in this electron gun is made highly negative during the retrace period of the grating, thereby suppressing electron emission.

In de nog niet vóórgepubliceerde Amerikaanse octrooiaanvrage met Serial No. 877.080 (PHA. 20-791) is een ander type diode-elektronenkanon beschreven, dat eveneens een geringe bundelstroomtraagheid heeft. Het 30 daarin beschreven elektronenkanon heeft twee anodes achter elkaar in plaats van één anode. De diameter van de opening in de eerste anode, die van de twee anodes het dichst bij de kathode is gelegen, is tenminste twee maal zo groot -dan de diameter van de opening in de tweede 35 anode. De tweede anode wordt op een potentiaal van tenminste 100 volt gezet t.o.v. de kathode en heeft een tenminste 10 x hogere potentiaal dan de eerste anode, 790 5 440In the not yet prepublished U.S. patent application with Serial No. 877,080 (PHA. 20-791), another type of diode electron gun has also been described which also has a low beam current inertia. The electron gun described therein has two anodes one behind the other instead of one anode. The diameter of the opening in the first anode, which is closest to the cathode of the two anodes, is at least twice as large as the diameter of the opening in the second anode. The second anode is set to a potential of at least 100 volts relative to the cathode and has an at least 10 x higher potential than the first anode, 790 5 440

VV

•f PHN 9526 4 waardoor tussen de twee anodes een lens wordt gevormd.• f PHN 9526 4 through which a lens is formed between the two anodes.

De opening in de eerste anode moet echter zo klein zijn dat de lens de emissie van de kathode nagenoeg niet beïnvloedt. Dit kanon heeft het voordeel dat dynamische 5 bundelstroomsturing mogelijk is zonder dat een grote kathodebelasting noodzakelijk is. Bovendien is gebleken dat het z.g. "return beam effect" een stoorsignaal dat veroorzaakt wordt door snelle secundaire elektronen die door de terugkerende elektronenbundel uit de anode 10 worden vrijgemaakt, nagenoeg niet optreedt.However, the opening in the first anode must be so small that the lens has virtually no effect on the emission from the cathode. This gun has the advantage that dynamic beam current control is possible without the need for a large cathode load. In addition, it has been found that the so-called "return beam effect" has virtually no interference signal caused by fast secondary electrons released from the anode 10 by the returning electron beam.

Beide genoemde uitvoeringsvormen van diode-elektronenkanonnen hebben echter het nadeel dat de kathode over een zeer groot deel van het kathodeoppervlak emitteert. Aangezien het emitterend oppervlak van de 15 kathode tenminste enkele malen groter is dan het oppervlak van de opening in de eerste anode, wordt een zeer groot deel van de elektronenstroom door de eerste anode onderschept. De daarbij optredende stroom wordt ook wel de anodestroom genoemd. Deze veroorzaakt extra vermogens-20 dissipatie, vooral bij toepassing van dynamische bundel-stroomsturing. Bovendien moet in dat geval de spanningsbron voor het stuursignaal voor de dynamische bundel-stroomsturing in staat zijn aanzienlijke piekstromen (b.v. tot 10 mA) te leveren.Both said embodiments of diode electron guns, however, have the drawback that the cathode emits over a very large part of the cathode surface. Since the emitting surface of the cathode is at least several times larger than the area of the opening in the first anode, a very large part of the electron flow through the first anode is intercepted. The resulting current is also referred to as the anode current. This causes additional power dissipation, especially when using dynamic beam current control. In addition, in that case, the voltage source for the control signal for the dynamic beam current control must be capable of supplying significant peak currents (e.g., up to 10 mA).

25 Een groot emitterend oppervlak heeft boven dien een snellere uitputting van de kathode tot gevolg waardoor de levensduur van de buis wordt beperkt. Het beperken van het emitterend oppervlak door de kathode kleiner uit te voeren is niet aantrekkelijk, omdat ook dan 30 de levensduur van de kathode beperkt wordt.In addition, a large emissive surface results in faster cathode depletion, thereby limiting the life of the tube. Limiting the emissive surface by making the cathode smaller is not attractive, because the life of the cathode is also limited in that case.

De uitvinding beoogt dan ook een inrichting met een televisiekamerabuis voorzien van een diode-elek-tronenkanon aan te geven waarbij de anodestroom minimaal is, onder behoud van een geringe bundelstroomtraagheid.It is therefore an object of the invention to provide a device with a television camera tube provided with a diode electron gun in which the anode current is minimal, while maintaining a small beam current inertia.

35 Een inrichting van de in de eerste alinea beschreven soort wordt volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat het deel van de anode dat de centrale opening bevat een buitendiameter heeft die kleiner is dan de dia- 790 54 40 PHN 9526 5 meter van de opening in het rooster, welk deel in of nagenoeg in deze opening in liet rooster is gelegen.A device of the type described in the first paragraph is characterized according to the invention in that the part of the anode containing the central opening has an outer diameter smaller than the diameter of the opening 790 54 40 PHN 9526 5 meters from the opening in the grid, which part is located in or substantially in this opening in the grid.

Het kleiner maken van de opening in het rooster van het diodeelektronehkanon volgens het reeds 'genoemde Ameri-5 kaanse octrooischrift 3*831*058 zou de vorming van een bundelknoop (cross-over) tot gevolg hebben, net als in de bekende triode-elektronenkanonnen zoals beschreven in het genoemd artikel in het Philips’ Technisch Tijdschrift.Narrowing the aperture in the grating of the diode electron gun of the aforementioned U.S. Patent 3 * 831 * 058 would result in the formation of a bundle node (crossover), as in the known triode electron guns as described in the aforementioned article in the Philips Technical Magazine.

Dit heeft een grote bundelstroomtraagheid tot gevolg.This results in a large beam current inertia.

10 Het is echter volgens de uitvinding mogelijk gebleken slechts uit een klein deel van de kathode elektronen te laten emitteren. Dit geschiedt door de opening in het op een negatieve potentiaal staande rooster kleiner te maken en tegel ijkertijd de anode naar de kathode en 15 in de opening in het rooster zoals aangegeven te verplaatsen. Daardoor wordt de emissie van de kathode beperkt tot een cirkelvormig gebied dat een kleinere diameter heeft dan de centrale opening in het rooster, zonder dat er ongewenste lenseffekten optreden in het gebied tussen de 25 kathode en de anode, waardoor de bundelstroomtraagheid zou worden vergroot. Dit heeft tot gevolg dat de anode-stroom drastisch afneemt, het diode-elektronenkanon zijn geringe bundelstroomtraagheid behoudt, en de kathode een langere levensduur verkrijgt, omdat de gevormde monolaag 25 barium op het niet emitterend deel van het kathodeopper- vlak migreert naar het wel emitterend deel van het kathode-oppervlak.However, it has been found according to the invention to have electrons emitted from only a small part of the cathode. This is done by making the opening in the negative potential grid smaller and simultaneously moving the anode to the cathode and 15 in the opening in the grid as indicated. Therefore, the emission from the cathode is limited to a circular area which has a smaller diameter than the central aperture in the grid, without unwanted lens effects occurring in the area between the cathode and the anode, which would increase the beam current inertia. As a result, the anode current decreases drastically, the diode electron gun retains its low beam current inertia, and the cathode obtains a longer life, because the monolayer 25 barium formed on the non-emissive portion of the cathode surface migrates to the emissive part of the cathode surface.

De uitvinding kan worden toegepast in de beide aangegeven typen diode-elektronenkanonnen. Bij het tweede 30 type bevindt zich het deel van de eerste anode waarin zich de centrale opening bevindt in of nagenoeg in de opening in het rooster.The invention can be applied in the two indicated types of diode electron guns. In the second type, the part of the first anode in which the central opening is located in or substantially in the opening in the grid.

Een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, door-^ dat de anode van het elektronenkanon de vorm heeft van een holle afgeknotte kegel en het vlakke topgedeelte van de afgeknotte kegel coaxiaal en in één vlak of nagenoeg in 790 54 40 ftr PHN 9526 6 tf één vlak met het rooster is gelegen.A first preferred embodiment of a device according to the invention is characterized in that the anode of the electron gun is in the form of a hollow truncated cone and the flat top portion of the truncated cone coaxially and in one plane or substantially in 790 54 40 ftr PHN 9526 6 tf one is flush with the grid.

Om de emissie van de kathode zoveel mogelijk tot een klein gebied te beperken wordt bij voorkeur de inrichting zo vervaardigd dat de diameter van de kleinste 5 opening in het rooster kleiner is dan 1 mm en de diameter van de kleinste opening in de anode kleiner is dan 0.3 mm.In order to limit the emission of the cathode as much as possible to a small area, the device is preferably manufactured such that the diameter of the smallest opening in the grid is less than 1 mm and the diameter of the smallest opening in the anode is smaller than 0.3 mm.

Het vlakke topgedeelte van de anode, zoals toegepast in het eerste voorkeursuitvoeringsvoorbeeld, heeft bij voorkeur een diameter die kleiner is dan ^ 0.5 mm.The flat top portion of the anode, as used in the first preferred embodiment, preferably has a diameter smaller than 0.5 mm.

Een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat de anode in de vorm van een elektrisch geleidende laag op de van de kathode afgekeerde zijde van een plaat uit ^ isolatiemateriaal is aangebracht en het rooster eveneens in de vorm van een elektrisch geleidende laag op de naar de kathode toegekeerde zijde van deze plaat is aangebracht, welke plaat van een centrale opening is voorzien, welke elektrisch geleidende laag welke de anode , 20 vormt zich bovendien uitstrekt over de wand van de centrale opening en over een gebied rond de opening op de naar de kathode toegekeerde zijde coaxiaal met de opening in de laag welke het rooster vormt. De opening in de plaat loopt in de richting van de kathode bij voör-25 keur taps toe.A second preferred embodiment of a device according to the invention is characterized in that the anode is arranged in the form of an electrically conductive layer on the side of a plate of insulating material facing away from the cathode and the grid also in the form of an electrically conductive layer. on the side of this plate facing the cathode, which plate is provided with a central opening, which electrically conductive layer forming the anode 20 additionally extends over the wall of the central opening and over an area around the opening. the side facing the cathode coaxial with the opening in the layer forming the grid. The opening in the plate is tapered toward the cathode.

De uitvinding wordt nu bij wijze van voorbeeld nader toegelicht aan de hand van een tekening waarin figuur 1 een televisiekamerabuis volgens de uitvinding in een langsdoorsnede schematisch weergeeft 30 figuur 2 een detail toont van figuur 1 figuur 3 de.elektronenbanen en equipotentiaallijnen in een elektronenkanon voor een inrichting volgens de uitvinding laat zien en de figuren h en 5 ieder een detail van een doorsnede van 35 een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding laten zien.The invention is now further illustrated by way of example with reference to a drawing in which figure 1 schematically shows a television camera tube according to the invention in a longitudinal section, figure 2 shows a detail of figure 1 figure 3, the electron paths and equipotential lines in an electron gun for a device according to the invention and figures h and 5 each show a detail of a cross-section of another embodiment of the invention.

790 5 4 40 ,ΡΗΝ 9526 7790 5 4 40, ΡΗΝ 9526 7

De in figuur 1 "weergegeven kamerabuis is van het type "plumbicon". Zij bevat een glazen omhulling 1, met aan een zijde een venster 2 waarop op de binnenzijde de fotogevoelige trefplaat 3 is aangebracht. 5 Deze trefplaat bestaat uit een fotogeleidende laag en een doorzichtige geleidende signaalplaat tussen de lichtgevoelige laag en hefc genoemd venster. De fotogeleidende laag bestaat voornamelijk uit speciaal geactiveerd loodmonoxyde en de signaalplaat uit geleidend 10 tinoxyde, Aan de andere zijde van de glazen omhulling 1 bevinden zich de aansluitpennen 4 van de buis. Langs een as 5 gecentreerd bevat de kamerabuis een elektronenkanon 6 en een collector 7· Bovendien bevat de buis een gaasvormige elektrode 8 om een loodrechte 15 landing van de elektronenbundel op de trefplaat 3 te bewerkstelligen. De afbuigspoelen 9 dienen om de door het elektronenkanon 6 opgewekte elektronenbundel in twee onderling loodrechte richtingen af te buigen en een raster op de trefplaat 3 te laten beschrijven. De 20 focusseerspoel 10 focusseert de elektronenbundel op de trefplaat 3· Het elektr'onenkanon 6 bevat een kathode * 11 met een emitterend oppervlak 12, een roosterelektrode 13 en een anode 14. De bevestiging van de genoemde onderdelen en hun verbindingen met de aansluitpennen 4 25 zijn in de figuur terwille van de overzichtelijkheid niet weergegeven. De anode 14 is van een zodanig kleine opening voorzien dat deze tevens een diafragma vormt.The camera tube shown in Figure 1 is of the "plumbicon" type. It contains a glass envelope 1, with a window 2 on one side on which the photosensitive target 3 is mounted on the inside. 5 This target consists of a photoconductive layer and a transparent conductive signal plate between the photosensitive layer and the window referred to. The photoconductive layer mainly consists of specially activated lead monoxide and the signal plate of conductive tin oxide. On the other side of the glass envelope 1 are the connecting pins 4 of the tube. 5 centered, the camera tube contains an electron gun 6 and a collector 7 · In addition, the tube contains a mesh-shaped electrode 8 for effecting a perpendicular landing of the electron beam on the target 3. The deflection coils 9 serve to divide the electron beam generated by the electron gun 6 in two bend perpendicular directions and have a grid written on the target 3 . The focusing coil 10 focuses the electron beam on the target 3 · The electron gun 6 contains a cathode * 11 with an emissive surface 12, a grating electrode 13 and an anode 14. The attachment of said parts and their connections to the connecting pins 4 are not shown in the figure for the sake of clarity. The anode 14 is provided with such a small opening that it also forms a diaphragm.

Figuur 2 geeft een detail van figuur 1 weer. Dit is een diode-elektronenkanon van het e.erste type.Figure 2 shows a detail of figure 1. This is a first type diode electron gun.

30 Be kathode 11 is voorzien van een emitterende laag 12.The cathode 11 is provided with an emissive layer 12.

Het rooster 13 is van een centrale opening 15 voorzien en de anode 14 is met het vlakke topgedeelte 16 van het kegelvormig deel 17 in de opening 15 gelegen. De opening 18 in het topgedeelte 16 is zo klein (b.v. 0,02 mm), dat 35 het tevens een diafragma vormt.The grid 13 is provided with a central opening 15 and the anode 14 is located in the opening 15 with the flat top portion 16 of the conical part 17. The opening 18 in the top portion 16 is so small (e.g. 0.02 mm) that it also forms a diaphragm.

In figuur 3 zijn een aantal van de banen 40 van de elektronen welke geëmitteerd worden door de 790 54 40 * PHN 9526 8 kathode 11 in een diode elektronenkanon van het tweede type weergegeven. Aangezien het elektronenkanon rotatiesymmetrisch is, is slechts het aan één zijde van de as van symmetrie liggende deel van de configuratie 5 weergegeven. Het rooster 13 heeft een potentiaal van -30 volt ten opzichte van de kathode en de anode 14 heeft een potentiaal van +10 volt ten opzichte van de kathode. Tussen de elektrodes zijn de equipotentiaal-lijnen ^-1 weergegeven. De focusseerelectrode heeft een 10 potentiaal van 300 volt. Doordat het vlakke topgedeelte 16 van de anode zich in één vlak met het rooster 13 bevindt wordt de emissie van de kathode buiten een klein centraal gebied met in dit geval een straal van 0.2 mm onderdrukt. Dit heeft een aantal voordelen, De anode-15 stroom wordt beperkt en er is dus een verminderde ver-mogensdissipatie. Het barium dat aan het oppervlak van de kathode de emitterende monolaag vormt migreert over het kathodeoppervlak naar het emitterend gedeelte. Door deze nalevering wordt de levensduur van de kathode en 25 dus de opnambebuis verlengd. Een dergelijk kanon heeft, zoals reeds gezegd, eveneens een geringe bundelstroom-traagheid.In Figure 3, some of the orbits 40 of the electrons emitted by the 790 54 40 * PHN 9526 8 cathode 11 in a diode electron gun of the second type are shown. Since the electron gun is rotationally symmetrical, only the part of the configuration 5 lying on one side of the axis of symmetry is shown. The grid 13 has a potential of -30 volts with respect to the cathode and the anode 14 has a potential of +10 volts with respect to the cathode. The equipotential lines ^ -1 are shown between the electrodes. The focusing electrode has a potential of 300 volts. Since the flat top portion 16 of the anode is flush with the grid 13, the emission from the cathode is suppressed outside a small central region, in this case a radius of 0.2 mm. This has a number of advantages. The anode-15 current is limited and thus there is a reduced power dissipation. The barium that forms the emitting monolayer at the surface of the cathode migrates across the cathode surface to the emissive portion. This subsequent delivery extends the life of the cathode and thus the recording tube. As already mentioned, such a gun also has a low beam current inertia.

In figuur b is een andere uitvoeringsvorm van een inrichting met een diodekanon van het tweede 25 type volgens de uitvinding weergegeven. Dit elektronenkanon heeft een eerste en een tweede anode. Tegenover het emitterend oppervlak van de kathode 20 is een keramische plaat 21 aangebracht, welke van een opening 22 is voorzien. Aan de naar de kathode 20 toegekeerde 30 zijde is een metaallaag aangebracht die het rooster 23 vormt. Op de van de kathode afgekeerde zijde is een metaallaag 2b aangebracht die zich bovendien over de wand van opening 22 uitstrekt en op de naar de kathode toegekeerde zijde rond de opening het gedeelte 25 vormtIn figure b another embodiment of a device with a diode gun of the second type according to the invention is shown. This electron gun has a first and a second anode. Opposite the emissive surface of the cathode 20, a ceramic plate 21 is provided, which is provided with an opening 22. On the side facing the cathode 20, a metal layer is provided which forms the grid 23. On the side facing away from the cathode, a metal layer 2b is applied, which in addition extends over the wall of opening 22 and on the side facing the cathode around the opening forms part 25.

OCOC

dat in één vlak met het rooster is gelegen, welke laag de eerste anode vormt. Opening 22 kan naar de kathode toe taps toelopen. De tweede anode 26 is van een plaatje 790 5 4 40which is in one plane with the grid, which layer forms the first anode. Opening 22 can be tapered toward the cathode. The second anode 26 is from a plate 790 5 4 40

Claims

1. Device provided with a television camera tube, comprising in an evacuated envelope an electron gun for generating an electron beam, comprising an axis centered successively a cathode, a grid which has a negative potential with respect to the cathode with a central opening about the axis, at least one anode with a central aperture about the axis and a focusing lens for focusing the electron beam on a photosensitive target on which a potential distribution 30 is created by projecting an optical image on it, which target is sensed by electron beam electrical signals corresponding to said optical image, characterized in that the part of the anode containing the central aperture has an outer diameter 35 smaller than the diameter of the aperture in the grid, said part in or substantially in this aperture in the grid is located. 790 54 40 PHN 9526 10

2. A television camera tube for a device according to claim 1, characterized in that the anode of the electron gun is in the form of a hollow truncated cone and the flat top portion of the truncated cone coaxial and in one plane or substantially in one plane; with the grid is located.

A television camera tube for a device according to claim 1, characterized in that the diameter of the smallest opening in the grid is less than 10. mm and the diameter of the smallest opening in the anode is less than 0.3 mm. k. Television camera tube according to claims 2 and 3, characterized in that the flat top portion of the anode has a diameter smaller than 0.5 mm. A television camera tube for a device according to claim 1, characterized in that the anode is arranged in the form of an electrically conductive layer on the side of a plate of insulating material facing away from the cathode and the grid also in the form an electrically conductive layer is provided on the side of this plate facing the cathode, which plate is provided with a central opening, which electrically conductive layer constituting the anode additionally extends over the wall of the central opening and over an area around the opening on the side facing the cathode coaxial with the opening in the layer forming the grid.

6. Television camera tube according to claim 5, characterized in that the opening in the plate tapers towards the cathode 30. 35 790 5 4 40