NL2031301B1 - Systeem en werkwijze voor het verwerken van producten - Google Patents

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en een systeem voor het verwerken van producten, het systeem omvattende een bulk-aanvoertransporteur voor het aanvoeren van producten; een afvoertransporteur voor het afvoeren van producten; een overzetrobot ingericht voor het overzetten van producten vanaf de bulk- aanvoertransporteur naar de afvoertransporteur; een controller ingericht voor het op basis van vooraf bepaalde selectiecriteria selecteren van een over te zetten product uit producten die met de bulk-aanvoertransporteur naar de overzetrobot worden aangevoerd, en voor het op basis van het selecteren sturen van de overzetrobot ten behoeve van het door de overzetrobot overzetten van het over te zetten product; een overzetstation voor het daar handmatig naar de afvoertransporteur overzetten van producten die niet door de overzetrobot zijn overgezet, waarbij het overzetstation zodanig in het systeem is voorzien dat producten die niet door de overzetrobot zijn overgezet bij het overzetstation uitkomen.

Description

Korte aanduiding: Systeem en werkwijze voor het verwerken van producten

Beschrijving:

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een systeem en op een werkwijze voor het verwerken van producten. De producten betreffen bij voorkeur postpakketten. Bij systemen waarop de uitvinding betrekking heeft komen producten typisch in bulk aan en verlaten het systeem op een zodanige wijze dat de producten eenvoudiger sorteerbaar zijn. Dat wil zeggen, een relatief ongestructureerde stroom van producten wordt dan omgezet naar een meer gestructureerde, meer ‘verenkelde’ stroom van producten zoals ten behoeve van het genoemd sorteren.

US 10,646,898 B2 en US 10,994,309 B2 hebben betrekking op een systeem en werkwijze voor het identificeren en overzetten van producten van een eerste naar een tweede transporteur.

Het is een doel van de uitvinding om een verbeterd systeem en verbeterde werkwijze te verschaffen voor het verwerken van producten. Het is een doel van de uitvinding om een efficiënt systeem en werkwijze te verschaffen voor het gestructureerd overzetten van een in bulk aangevoerde stroom van producten van een bulk- aanvoertransporteur naar een afvoertransporteur. Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een systeem en werkwijze om met een lage foutgevoeligheid in bulk aangevoerde producten te verwerken.

Een of meer van de genoemde doelen is bereikt met het systeem volgens de onderhavige uitvinding, zoals gedefinieerd in conclusie 1, en/of met de werkwijze volgens de uitvinding zoals gedefinieerd in conclusie 18.

De uitvinding verschaft een systeem voor het verwerken van producten, omvattende - een bulk-aanvoertransporteur voor het aanvoeren van producten; - een afvoertransporteur voor het afvoeren van producten; - een overzetrobot ingericht voor het overzetten van producten vanaf de bulk-aanvoertransporteur naar de afvoertransporteur;

- een controller ingericht voor het op basis van vooraf bepaalde selectiecriteria selecteren van een over te zetten product uit producten die met de bulk-aanvoertransporteur naar de overzetrobot worden aangevoerd, en voor het op basis van het selecteren sturen van de overzetrobot ten behoeve van het door de overzetrobot overzetten van het over te zetten product; - een overzetstation voor het daar handmatig naar de afvoertransporteur overzetten van producten die niet door de overzetrobot zijn overgezet, waarbij het overzetstation zodanig in het systeem is voorzien dat producten die niet door de overzetrobot zijn overgezet bij het overzetstation uitkomen.

De uitvinding verschaft tevens een werkwijze voor het verwerken van producten, de werkwijze omvattende a) het met een bulk-aanvoertransporteur aanvoeren van producten; b) het met een overzetrobot telkens van de bulk-aanvoertransporteur naar een afvoertransporteur overzetten van een product waartoe: b1) met een controller, op basis van vooraf bepaalde selectiecriteria, een over te zetten product wordt geselecteerd uit producten die met de bulk-aanvoertransporteur naar de overzetrobot worden aangevoerd, en b2) met de controller de overzetrobot wordt aangestuurd zodanig dat de overzetrobot het over te zetten product overzet van de bulk- aanvoertransporteur naar de afvoertransporteur; c) het naar een overzetstation transporteren van met de bulk- aanvoertransporteur aangevoerde producten die niet volgens stap b) zijn overgezet; en d) het ter plaatse van het overzetstation handmatig verwerken van de niet overgezette producten, waarbij: d1) wordt bepaald of een product dient te worden overgezet naar de afvoertransporteur, en d1a) zo ja, het product naar de afvoertransporteur wordt overgezet, en d1b) zo niet, het product van het overzetstation wordt afgevoerd naar een restafvoersysteem.

Een effect van het systeem en van de werkwijze volgens de uitvinding is dat door het geselecteerd met een overzetrobot naar de afvoertransporteur overzetten van producten en het bij een overzetstation handmatig, dat wil zeggen door een individu, naar de afvoertransporteur overzetten van producten die niet door de overzetrobot zijn overgezet op een zeer efficiënte wijze producten, zoals postpakketten, gestructureerd kunnen worden verwerkt. Producten zoals postpakketten typeren zich door een grote verscheidenheid aan afmetingen, vorm, materiaal en gewicht. Met het systeem en de werkwijze volgens de uitvinding kan een aangevoerde stroom van ongestructureerde producten, dat wil zeggen een bulk-aanvoer van producten waarbij producten typisch ongeordend op en naast elkaar zijn gelegen, op efficiënte en betrouwbare wijze, dat wil zeggen met een lage foutgevoeligheid, worden omgezet in het gestructureerd, meer verenkeld afvoeren van de producten met de afvoertransporteur, waarna de producten verder verwerkt zoals gesorteerd kunnen worden. De eisen aan de overzetrobot kunnen in het systeem volgens de uitvinding relatief laag zijn aangezien producten die bijvoorbeeld niet, of niet voldoende bedrijfszeker, met de overzetrobot kunnen worden overzet, vervolgens handmatig kunnen worden overgezet.

De producten betreffen bij voorkeur postpakketten. Hieronder vallen bijvoorbeeld kartonnen dozen, enveloppen zoals express-enveloppen, in plastic verpakte zendingen, etc., in de praktijk ook wel aangeduid als (express) parcel.

In een uitvoeringsvorm wordt de werkwijze volgens de uitvinding uitgevoerd onder gebruikmaking van een systeem volgens de uitvinding.

De controller is zoals blijkt uit het bovenstaande communicatief verbonden met de overzetrobot.

De afvoertransporteur omvat in een uitvoeringsvorm een sorteertransporteur, bij voorkeur een dwarsbandsorteertransporteur, oftewel een crossbelt sorter.

In een uitvoeringsvorm heeft het systeem meerdere dergelijke overzetrobots die opeenvolgend, gezien in een transportrichting van de bulk-aanvoertransporteur, zijn voorzien. Met elke van de meerdere overzetrobots wordt stap b) van de werkwijze uitgevoerd. Bij deze uitvoeringsvorm komen de voordelen van het systeem en de werkwijze volgens de uitvinding nadrukkelijk naar voren aangezien het enkele overzetstation, waar in een uitvoeringsvorm producten handmatig kunnen worden overgezet, dan stroomafwaarts is voorzien van de meerdere overzetrobots. Hierdoor is het aantal producten dat bij het overzetstation terecht komt groter waardoor het overzetstation effectiever kan worden benut.

Het is hierbij gunstig indien elke van de meerdere overzetrobots een daarbij behorende genoemde controller heeft. Dit maakt de respectievelijke overzetrobots in hoge mate onafhankelijk van, met name, stroomopwaarts voorziene overzetrobots en de eventuele invloed daarvan op de positie van een of meer producten op de bulk- aanvoertransporteur.

In een uitvoeringsvorm zijn de meerdere overzetrobots zodanig langs de bulk- aanvoertransporteur opgesteld dat deze producten overzetten vanuit een stroom van producten op de bulk-aanvoertransporteur, waarbij de bulk-aanvoertransporteur stroomafwaarts van de meerdere overzetrobots uitkomt bij het overzetstation. Dat wil zeggen dat de stroom van producten, volgens de werkwijze bij uitvoering van stap a), langs alle overzetrobots passeert waarbij opeenvolgende overzetrobots, volgens stap b) telkens producten uit die stroom van producten overzetten naar de afvoertransporteur. Producten die niet door de overzetrobot, of bij meerdere overzetrobots door geen van de overzetrobots zijn overgezet, komen daarmee uiteindelijk bij het overzetstation aan waar deze, volgens stap d) van de werkwijze, kunnen worden overgezet. Het is hierbij tevens mogelijk om een deel van de producten bewust langs alle overzetrobots te laten passeren, dat wil zeggen bewust niet te selecteren, om de beschikbare capaciteit ter plaatse van het overzetstation, dat wil zeggen van het individu, zo volledig mogelijk in te zetten.

De bulk-aanvoertransporteur omvat in een uitvoeringsvorm een hoofdtransporteur met meerdere aftakkingen, waarbij elke aftakking uitkomt bij een van de meerdere overzetrobots. Op deze wijze is het bijvoorbeeld mogelijk om de stroom van producten op de hoofdtransporteur te verdelen over meerdere van de overzetrobots.

In een uitvoeringsvorm komt de hoofdtransporteur stroomafwaarts van de aftakkingen 5 uit bij het overzetstation. Producten die niet een aftakking op zijn geleid, komen dan uit bij het overzetstation waar deze producten handmatig kunnen worden overgezet naar de afvoertransporteur. Het is hierbij ook mogelijk om een deel van de producten alle aftakkingen te laten passeren op de hoofdtransporteur om de beschikbare capaciteit ter plaatse van het overzetstation, dat wil zeggen van het individu, zo volledig mogelijk in te zetten.

In een uitvoeringsvorm van de werkwijze wordt dus voor een deel van de producten stap b) uitgevoerd, waarbij het resterend deel van de producten rechtstreeks naar het overzetstation wordt aangevoerd. Hierbij is bij voorkeur het genoemde deel van de producten waarvoor stap b) wordt uitgevoerd tussen 70 en 95 procent van de aangevoerde producten, bij verdere voorkeur 80 tot 90 procent van de aangevoerde producten.

Het is gunstig indien het systeem ten behoeve van elke van de meerdere aftakkingen een afzonderlijke overzetrobot heeft. Elke aftakking wordt dan dus bediend door een afzonderlijke bijbehorende overzetrobot die vanaf de betreffende aftakking producten overzet naar de afvoertransporteur. In een alternatieve uitvoeringsvorm is meer dan een aftakking toegekend aan één en dezelfde overzetrobot. Hierbij kan een overzetrobot bijvoorbeeld twee opeenvolgende aftakkingen bedienen waartussen die overzetrobot kan zijn opgesteld.

In een uitvoeringsvorm omvat het systeem een bij elke aftakking behorend respectievelijk aftakorgaan dat is ingericht voor het doen overgaan van producten van de hoofdtransporteur naar de betreffende aftakking. Hierbij omvat het systeem bij voorkeur verder een aftakcontroller, communicatief verbonden met de aftakorganen, ingericht voor het sturen van de respectievelijke aftakorganen zodanig dat producten overgaan van de hoofdtransporteur naar de aftakkingen voor het via de aftakkingen naar de overzetrobots aanvoeren van die producten. De aftakorganen kunnen bijvoorbeeld zich althans in een actieve stand ervan schuin over de hoofdtransporteur uitstrekkende balkvormige elementen zijn waardoor als het ware tijdelijk een blokkade wordt gevormd waardoor producten zijwaarts, geleid door het schuin gerichte element, van de hoofdtransporteur worden gedwongen tot op de aftaktransporteur. Alternatief kunnen de aftakorganen bijvoorbeeld gevormd zijn door open- en sluitbare doorgangen, zoals luiken, in een opstaande zijwand van een schuin, in dwarsrichting neerwaarts richting genoemde zijwand hellende, opgestelde transporteur.

In een uitvoeringsvorm omvat de aftakking een aftaktransporteur met een aftakaandrijving voor het aandrijven van de aftaktransporteur zodanig dat producten van de hoofdtransporteur naar de overzetrobot worden getransporteerd. Het is hierbij gunstig indien de controller tevens is ingericht voor het telkens, tijdens een overzethandeling van de overzetrobot, sturen van de aftakaandrijving, en daar dan dus communicatief mee is verbonden, zodanig dat de aftaktransporteur, of althans ten minste een ter plaatse van de overzetrobot gelegen gedeelte van de aftaktransporteur, tijdelijk wordt stilgezet. Het is hierbij mogelijk om in bedrijf producten naar de overzetrobot aan te voeren en op de betreffende locatie bij de overzetrobot producten stil te zetten op de aftakking waardoor de overzetrobot telkens een zich op een vaste locatie bevindend product kan overzetten. Alternatief kunnen de producten langs de overzetrobot worden verplaatst waarbij het bijvoorbeeld denkbaar is om een verplaatsingssnelheid van producten van de producten op de aftakking, of bijvoorbeeld op een stroomafwaarts deel ervan ter plaatse van de overzetrobot, lager in te stellen dan een snelheid van producten op de hoofdtransporteur.

In een uitvoeringsvorm heeft het systeem verder een hulptransporteur ingericht voor het naar het overzetstation transporteren van producten. In een uitvoeringsvorm is hierbij de controller tevens ingericht voor het sturen van de aftakaandrijving zodanig dat producten die niet door de overzetrobot zijn overgezet van de aftaktransporteur naar de hulptransporteur overgaan. Op deze wijze kan de aanvoer van producten naar de overzetrobot of robots, en het weg van de overzetrobot(s) naar het overzetstation transporteren van producten dus onafhankelijk plaatsvinden. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan een verschillende transportsnelheid en/of een verschillend type transporteur.

In een uitvoeringsvorm omvat het systeem een camera voor het waarnemen van producten op de bulk-aanvoertransporteur, waarbij de controller is ingericht voor het, onder gebruikmaking van met de camera waargenomen informatie over een product op de bulk-aanvoertransporteur, selecteren van een over te zetten product. De controller is dan dus tevens communicatief verbonden met de camera. In een uitvoeringsvorm van het systeem met meerdere overzetrobots kan per overzetrobot een afzonderlijke dergelijke camera zijn voorzien. In een uitvoeringsvorm van het systeem omvattende aftakkingen kan er per aftakking een afzonderlijke dergelijke camera zijn voorzien. De controller is dan dus tevens communicatief verbonden met de camera. De camera is bij voorkeur zodanig voorzien dat deze producten waarneemt ter plaatse van de overzetrobot. De waargenomen informatie kan informatie omvatten gerelateerd aan een vorm van een product, van afmetingen van een product, van een relatieve positie van een product ten opzichte van omringende producten zoals of het product deels onder of bovenop een omringend product ligt, en/of van een positie van een product op de bulk-aanvoertransporteur.

In een uitvoeringsvorm van de werkwijze waarbij indien tijdens stap b2) een met de overzetrobot aangrijpen van het product ten behoeve van het overzetten van het product niet slaagt, wordt stap b2) ten minste één maal en ten hoogste drie maal herhaald, en indien tijdens een genoemde herhaling van stap b2) een met de overzetrobot aangrijpen van het product ten behoeve van het overzetten van het product ook niet slaagt, wordt tijdens een daarop volgende stap b1) dit product uitgesloten van selectie door de controller ten minste tot en met uitvoering van stap c). Dit maakt het overzetten van producten efficiënter aangezien een overzetrobot slechts een zeer beperkt aantal pogingen mag doen om een product over te zetten waarna het product wordt overgeslagen van verdere overzethandelingen en daardoor uitkomt bij het verzamelstation waar het alsnog efficiënt handmatig kan worden overgezet. Bij toepassing van meerdere overzetrobots die producten uit eenzelfde stroom producten overzetten, dat wil zeggen niet vanaf aftakkingen, is het verder mogelijk om een dergelijk product tevens uit te sluiten van selectie ten behoeve van overzetten door eventuele stroomafwaarts voorziene overzetrobots. Een genoemde herhaling van een overzetpoging door de overzetrobot kan bijvoorbeeld op een lagere snelheid plaatsvinden om zodoende de faalkans voor dat specifieke product te verlagen.

In een uitvoeringsvorm omvat het systeem verder een verdere camera voor het waarnemen van een product op de afvoertransporteur ter plaatse van de overzetrobot.

In een Uitvoeringsvorm omvat het systeem tevens een verwijderorgaan voor het van de afvoertransporteur verwijderen van een product ter plaatse van de overzetrobot.

Het systeem omvat hierbij in een uitvoeringsvorm een verwijder-controller, communicatief verbonden met het verwijderorgaan, ingericht om het verwijderorgaan aan te sturen zodanig dat een product op de afvoertransporteur ter plaatse van de overzetrobot van de afvoertransporteur wordt verwijderd indien met het waarneemsysteem wordt bepaald dat het product niet voldoet aan vooraf bepaalde criteria gerelateerd aan een oriëntatie van het product en/of dat het product deel uitmaakt van meerdere producten die onbedoeld in een enkele overzethandeling door de overzetrobot zijn overgezet. In een uitvoeringsvorm omvatten de criteria het per overzethandeling naar de afvoertransporteur overgezet mogen worden van slechts één afzonderlijk product. Indien er in een overzethandeling met de overzetrobot dus bijvoorbeeld onbedoeld twee producten tegelijkertijd zijn overgezet, worden deze twee producten beide van de afvoertransporteur verwijderd en bij voorkeur naar het overzetstation geleid zoals hieronder beschreven.

In een uitvoeringsvorm waarbij de bulk-aanvoertransporteur stroomafwaarts van de overzetrobot(s) uitmondt bij het overzetstation, is de verwijder-controller in een uitvoeringsvorm daarvan ingericht om het verwijderorgaan aan te sturen zodanig dat een product op de afvoertransporteur ter plaatse van de overzetrobot van de afvoertransporteur terug overgaat naar de bulk-aanvoertransporteur.

In een uitvoeringsvorm van het systeem omvattende de hulptransporteur, is de verwijder-controller in een uitvoeringsvorm daarvan ingericht om het verwijderorgaan aan te sturen zodanig dat een product op de afvoertransporteur ter plaatse van de overzetrobot van de afvoertransporteur overgaat naar de hulptransporteur.

In een uitvoeringsvorm omvat de afvoertransporteur een infeed waarbij de overzetrobot is ingericht voor het overzetten van producten vanaf de bulk- aanvoertransporteur naar de infeed van de afvoertransporteur. De infeed mondt daarbij uit op een hoofdtransporteur van de afvoertransporteur, zoals bijvoorbeeld een crossbelt sorter.

Het verwijderorgaan voor het van de afvoertransporteur verwijderen van een product ter plaatse van de overzetrobot omvat in een uitvoeringsvorm een stroomopwaarts gelegen transportband-sectie van de infeed, welke transportbandsectie ten behoeve van het van de infeed verwijderen van een product zodanig achterwaarts wordt aangedreven dat een product terug van de infeed op de bulk-aanvoertransporteur stroomafwaarts van de overzetrobot, of op de hulptransporteur terecht komt en zodoende naar het overzetstation gaat. Alternatief kan het verwijderorgaan bijvoorbeeld een duworgaan betreffen voor het van de afvoertransporteur, of van een infeed daarvan, duwen van een product, of kan het bijvoorbeeld een kantelorgaan zijn voor het laten kantelen van althans een sectie van de afvoertransporteur dan wel een infeed daarvan voor het zodoende met behulp van zwaartekracht van de afvoertransporteur verwijderen van een product.

Bij het overzetstation kunnen dus producten aankomen die niet aan de selectiecriteria van de controllers van de overzetrobots bleken te voldoen. Verder kunnen bij het overzetstation in uitvoeringsvormen van de uitvinding producten aankomen die bewust niet zijn geselecteerd ten behoeve van overzetten door een overzetrobot (om zodoende de beschikbare capaciteit bij het overzetstation in hogere mate te benutten zoals omschreven), en/of producten waarbij het overzetten niet is geslaagd, en/of producten die na het overzetten weer van de afvoertransporteur zijn verwijderd en naar het overzetstation zijn geleid.

In een uitvoeringsvorm omvat de afvoertransporteur verder een registratie-inrichting met een uitleesinrichting ter plaatse van de infeed ingericht voor het registreren van informatie van een product op de infeed, waarbij de uitleesinrichting bij voorkeur is ingericht voor het optisch uitlezen van een optisch uitleesbare code op het product.

Dergelijke informatie kan worden gebruikt tijdens het verder verwerken van het product, zoals bijvoorbeeld ten behoeve van een stroomafwaarts van de inrichting sorteren van het product.

In een uitvoeringsvorm is de uitleesinrichting ingericht voor het van onderaf opwaarts uitlezen van een onderzijde van een product op de infeed, en waarbij de registratie- inrichting tevens een verdere uitleesinrichting omvat die stroomafwaarts van de infeed langs de afvoertransporteur is voorzien voor het uitlezen van een of meer naar boven of zijwaarts gerichte zijden van het product. Een dergelijke uitleesinrichting kan op een eenvoudige wijze ter plaatse van de infeed worden voorzien zoals tussen twee opeenvolgende transportbandsecties van de infeed. De afvoertransporteur betreft in een uitvoeringsvorm een transporteur waarbij productdraageenheden in een transportrichting worden getransporteerd, waarbij de productdraageenheden een of meer, bij voorkeur een, product dragen. De afvoertransporteur kan bijvoorbeeld een dwarsbandsorteertransporteur (crossbelt sorter) of kantelschaalsorteertransporteur (tilt tray sorter) of duwschoensorteertransporteur (shoe sorter) omvatten. Bij dergelijke transporteurs is het verschaffen van een dergelijke van onderaf werkzame uitleesinrichting relatief lastig maar is het verschaffen van een dergelijke verdere uitleesinrichting, veelal als portaal over de transporteur heen, relatief eenvoudig. Op dergelijke wijze kan dus bijzonder efficiënt informatie van producten worden uitgelezen waarbij het irrelevant is hoe het product exact op de afvoertransporteur wordt geplaatst tijdens een overzethandeling. De verdere uitleesinrichting is bij voorkeur ingericht voor het kunnen uitlezen van een genoemde optisch uitleesbare code op alle zijden van het product uitgezonderd een onderzijde.

Om genoemde redenen is het bijzonder gunstig indien, in geval van een systeem met de genoemde meerdere aftakkingen en meerdere overzetrobots, de afvoertransporteur ten behoeve van elke van de meerdere overzetrobots een afzonderlijke dergelijke infeed heeft waarbij elke infeed een dergelijke uitleesinrichting heeft en waarbij één dergelijke verdere uitleesinrichting stroomafwaarts van de genoemde infeeds langs de afvoertransporteur is voorzien.

Deze laatstgenoemde uitvoeringsvorm is ook met voordeel toepasbaar bij een transportsysteem omvattende een transporteur omvattende een hoofdtransporteur en meerdere infeeds die elk op de hoofdtransporteur aansluiten. Dan is er sprake van een transportsysteem voor het registreren van informatie van producten op een transporteur, het transportsysteem omvattende een hoofdtransporteur en meerdere infeeds die elk op de hoofdtransporteur aansluiten, waarbij in bedrijf producten via de infeeds naar de hoofdtransporteur worden overgedragen, het transportsysteem verder omvattende een registratie-inrichting met ter plaatse van elke van de meerdere infeeds een uitleesinrichting ingericht voor het registreren van informatie van een product op de respectievelijke infeed, waarbij de uitleesinrichting is ingericht voor het optisch uitlezen van een optisch uitleesbare code op het product. Dergelijke informatie kan worden gebruikt tijdens het verder verwerken van het product, zoals bijvoorbeeld ten behoeve van een stroomafwaarts van de inrichting sorteren van het product zoals met de hoofdtransporteur die bijvoorbeeld als crossbelt sorter kan zijn uitgevoerd. De uitleesinrichting is hierbij ingericht voor het van onderaf opwaarts uitlezen van een onderzijde van een product op de infeed. De registratie-inrichting omvat tevens een verdere uitleesinrichting die stroomafwaarts van de meerdere infeeds langs de hoofdtransporteur is voorzien voor het uitlezen van een of meer naar boven of zijwaarts gerichte zijden van het product, bij voorkeur uitgevoerd als portaal over de transporteur heen. Op dergelijke wijze kan dus bijzonder efficiënt informatie van producten worden uitgelezen waarbij het irrelevant is hoe het product exact op de infeed terecht komt. De verdere uitleesinrichting is bij voorkeur ingericht voor het kunnen uitlezen van een genoemde optisch uitleesbare code op alle zijden van het product uitgezonderd een onderzijde.

Bij het handmatig verwerken volgens stap d) bepaalt een individu ter plaatse van het overzetstation zelfstandig of onder gebruikmaking van apparatuur zoals een camera of een product dient te worden overgezet naar de afvoertransporteur, volgens stap d1). Zo ja, kan het individu volgens stap dia) het product overzetten naar de afvoertransporteur. Zo niet, dan kan het individu het product langs andere weg afvoeren naar het restafvoersysteem, zoals het product bijvoorbeeld in een verzamelbak deponeren waarbij de bak op een bepaald moment naar de restlocatie wordt gebracht.

Het restafvoersysteem kan bijvoorbeeld een verzamelbak- of container omvatten die naast het overzetstation staat opgesteld en waarin producten kunnen worden gedeponeerd. Het restafvoersysteem kan bijvoorbeeld een restafvoertransporteur, vanzelfsprekend een andere transporteur zijnde dan de afvoertransporteur, omvatten waarop producten kunnen worden geplaatst.

De onderhavige uitvinding zal in het navolgende worden toegelicht aan de hand van de beschrijving van uitvoeringsvoorbeelden van een systeem en werkwijze volgens de uitvinding, onder verwijzing naar de navolgende schematisch figuren, waarbij:

Figuur 1 in bovenaanzicht het principe van een voorbeeld van een systeem volgens de uitvinding toont, en

Figuur 2 in bovenaanzicht het principe van een verder uitvoeringsvoorbeeld van een systeem volgens de uitvinding toont.

Figuur 1 toont een systeem 1 als voorbeeld van een systeem volgens de uitvinding voor het verwerken van producten 2. Althans in het onderhavige voorbeeld betreffen de producten postpakketten. Figuur 1 toont een grote hoeveelheid producten 2, waarvan er ten behoeve van de duidelijkheid slechts enkele van een verwijzingscijfer zijn voorzien. Het systeem 1 heeft een bulk-aanvoertransporteur 3 voor het in bulk, dus ongeordend, aanvoeren van de producten 2 en een afvoertransporteur 4 voor het afvoeren van producten 2. De bulk-aanvoertransporteur 3 betreft een bandtransporteur, terwijl de afvoertransporteur een crossbelt sorter betreft. De pijl 5 geeft de transportrichting van de met de bulk-aanvoertransporteur 3 aangevoerde stroom van producten 2 aan.

De bulk-aanvoertransporteur 3 heeft een hoofdtransporteur 6 met drie aftakkingen 8.

Het systeem 1 heeft verder drie overzetrobots 10 die opeenvolgend, gezien in de transportrichting 5 van de bulk-aanvoertransporteur 3, zijn opgesteld, en die elk zijn ingericht voor het overzetten van producten 2 vanaf een aftakking 8, die bij de betreffende overzetrobot 10 uitmondt, van de bulk-aanvoertransporteur 3 naar de afvoertransporteur 4. Elke aftakking 8 heeft een aftaktransporteur 9 met een aftakaandrijving 11 voor het aandrijven van de aftaktransporteur 9 zodanig dat producten 2 afkomstig van de hoofdtransporteur 8 via de aftakking naar de overzetrobot 10 worden getransporteerd. De aftakkingen 8 zorgen voor een verdeling van de stroom van producten 2 over de overzetrobots 10. Figuur 1 toont stroomafwaarts van de meest stroomafwaartse overzetrobot 10, zijnde de meest rechtse overzetrobot in het vlak van tekening van figuur 1, een stroomafwaarts gedeelte 3a van de bulk-aanvoertransporteur 3 via welk gedeelte 3a producten die niet naar een van de aftakkingen 8 zijn geleid naar een overzetstation 12 worden geleid. Het systeem 1 heeft een bij elke aftakking 8 behorend respectievelijk aftakorgaan 14 dat is ingericht voor het althans in een actieve stand ervan (getoond voor de eerste en derde aftakking) doen overgaan van producten van de hoofdtransporteur 6 naar de betreffende aftakking 8. Het aftakorgaan 14 van de middelste, tweede aftakking 8 is in de passieve stand waarbij producten 2 ongehinderd langs het aftakorgaan 14 kunnen passeren. Het aftakorgaan 14 betreft een zich althans in de actieve stand ervan schuin over de hoofdtransporteur uitstrekkend balkvormig element waardoor producten zijwaarts van de hoofdtransporteur 6 worden gedwongen tot op de aftaktransporteur. Hierbij omvat het systeem 1 verder een aftakcontroller 16 ingericht voor het sturen van de respectievelijke aftakorganen 14, dat wil zeggen van de passieve naar de actieve stand en vice versa bewegen van de aftakorganen, zodanig dat producten overgaan van de hoofdtransporteur 6 naar de aftakkingen 8 voor het via de aftakkingen 8 naar de overzetrobots 10 aanvoeren van de producten 2. Het beschreven aftakorgaan voor het naar een aftakking leiden van een aantal producten vanaf een hoofdtransporteur kan ook op een alternatieve, de vakman bekende wijze, zijn uitgevoerd.

Waar de producten 2 op de hoofdtransporteur in bulk worden aangevoerd, dat wil zeggen in hoge mate naast en op elkaar kunnen zijn gelegen zoals figuur 1 toont, hebben de aftakkingen 8 elk opeenvolgende bandtransporteursecties 19 die afzonderlijk aandrijfbaar zijn, zoals op verschillende snelheden bijvoorbeeld, als gevolg waarvan producten 2 al in enige mate van elkaar gescheiden, dat wil zeggen al in deels verenkeld kunnen worden om ze zodoende beter bereikbaar, dat wil zeggen beter grijpbaar, te maken voor de overzetrobots 10.

Elke overzetrobot 10 heeft een daaraan toegekende controller 22 ingericht voor het op basis van vooraf bepaalde selectiecriteria selecteren van een over te zetten product uit producten 2 op de aftakking 8, die met de bulk-aanvoertransporteur 3 naar de overzetrobot 10 worden aangevoerd, en voor het op basis van het selecteren sturen van de overzetrobot 10 ten behoeve van het een voor een door de overzetrobot 10 overzetten van over te zetten producten 2. Het is hierbij mogelijk om in bedrijf de producten naar de overzetrobot 10 aan te voeren en op de betreffende locatie bij de overzetrobot 10 stil te zetten, dat wil in het onderhavige voorbeeld zeggen bijvoorbeeld producten op de meest stroomafwaartse bandtransporteursectie 19 van de aftakking 8, waardoor de overzetrobot 10 telkens een product uit een of meer zich op een vaste locatie bevindend producten kan overzetten. De overzetrobot 10 kan dan bijvoorbeeld telkens een geselecteerd product overzetten uit een groepje van enkele, zoals twee tot 10, producten ter plaatse van het stroomafwaarts einde van de aftakking.

Voorbeelden van de vooraf bepaalde selectiecriteria zijn bijvoorbeeld het wel of niet overzetbaar zijn (pickable or non-pickable), het wel of niet sorteerbaar zijn (afhankelijk van het gebruikte type afvoertransporteur of daarop volgende sorteertransporteur), de grootte van het product (te kleine en/of te grote producten voldoen dan bijvoorbeeld niet aan de criteria), de aanwezigheid van mogelijk gevaarlijke stoffen in het product hetgeen herkend kan worden door bijvoorbeeld aanwezigheid van een gerelateerde aanduiding zoals een sticker op het product. Een voorbeeld van een non-pickable product kan, uiteraard afhankelijk van het aan de overzetrobot 10 voorziene product- aangrijporgaan, bijvoorbeeld een kokervormig product of bolvormig product zijn.

Afhankelijk van het toegepaste type overzetrobot zou het bijvoorbeeld kunnen zijn dat een ‘te klein’ product helemaal niet, of met een onevenredig grote foutkans, kan worden overgezet. Een dergelijk product wordt dan niet geselecteerd waardoor het uitkomt bij het overzetstation waar het efficiënt handmatig kan worden overgezet zoals hieronder in meer detail omschreven.

Ten behoeve van elke van de overzetrobots 10 omvat het systeem 1 een respectievelijke camera 28 voor het waarnemen van producten 2 op de bulk- aanvoertransporteur of althans in het voorbeeld volgens figuur 1 op een aftakking 8 van de bulk-aanvoertransporteur 3, waarbij de controller 22 is ingericht voor het, onder gebruikmaking van met de camera 28 waargenomen informatie over een product op de bulk-aanvoertransporteur 3, selecteren van een over te zetten product.

Het systeem 1 omvat verder het hierboven reeds genoemde overzetstation 12 voor het daar naar de afvoertransporteur 4 overzetten van producten 2 die niet door de overzetrobots 10 zijn overgezet. Het overzetstation 12 is hierbij zodanig in het systeem 1 voorzien dat producten die niet naar een van de aftakkingen zijn geleid via het stroomafwaartse gedeelte 3a van de hoofdtransporteur 6 van de bulk- aanvoertransporteur 3 bij het overzetstation 12 uitkomen zoals figuur 1 toont. Het overzetstation 12 is ingericht om aldaar producten handmatig, dat wil zeggen door een individu 24, naar de afvoertransporteur 4 over te zetten. Het individu 24 bepaalt ter plaatse van het overzetstation 12 of een product dient te worden overgezet naar de afvoertransporteur 4, Zo ja, kan het individu het product overzetten naar de afvoertransporteur die daartoe een infeed 46 heeft die met een stroomopwaarts einde ter plaatse van het overzetstation 12 is gelegen. Zo niet, dan kan het individu 24 het product langs andere weg afvoeren naar het restafvoersysteem 48, zoals het product bijvoorbeeld in een verzamelbak deponeren. Het restafvoersysteem 48 kan bijvoorbeeld een verzamelbak- of container omvatten die naast het overzetstation 12 staat opgesteld en waarin producten kunnen worden gedeponeerd.

Het systeem 1 heeft verder een hulptransporteur 26 ingericht voor het naar het overzetstation 12 transporteren van producten 2. De controllers 22 zijn ingericht voor het sturen van de aftakaandrijvingen 11 zodanig dat producten die niet door de overzetrobots 10 vanaf een aftakking naar de afvoertransporteur zijn overgezet van de aftaktransporteurs 9 naar de hulptransporteur 26 overgaan. Zoals figuur 1 toont is hierin op eenvoudige wijze voorzien doordat elke aftaktransporteur 9 uitmondt op de hulptransporteur 26. Op deze wijze kan de aanvoer van producten 2 naar de overzetrobots 10, en het weg van de overzetrobots 10 naar het overzetstation 12 transporteren van producten 2 dus onafhankelijk plaatsvinden.

Indien een met de overzetrobot 10 aangrijpen van een geselecteerd product 2 ten behoeve van het overzetten van het product niet slaagt, wordt met de overzetrobot 10 een nieuwe poging ondernomen en indien nodig optioneel nog een derde poging.

Indien ook deze derde poging, die optioneel op een lagere snelheid zou kunnen worden uitgevoerd zoals boven reeds omschreven, mislukt, wordt tijdens een daarop volgende overzethandeling dit product 2 uitgesloten van selectie door de controller ten minste totdat het betreffend product op de hulptransporteur 26 is overgegaan, dat wil zeggen niet langer binnen aangrijpbereik van de overzetrobot is. Dit maakt het selecteren en overzetten van over te zetten producten efficiënter aangezien niet twee maal hetzelfde product wordt getracht over te zetten en er geen tijd verloren gaat door het veelvuldig opnieuw proberen over te zetten van het product. Het uitsluiten van het product kan bijvoorbeeld plaatsvinden door de positie van het product uit te sluiten van verdere overzethandelingen, totdat het product is afgevoerd naar de hulptransporteur.

De afvoertransporteur 4 omvat in het onderhavige voorbeeld een crossbelt sorter 32 met per overzetrobot 10 een infeed 34 van waaraf producten naar een vooraf bepaalde positie dan wel afzonderlijke crossbelt, op de crossbelt sorter 32 kunnen worden geleid. Hierbij is de overzetrobot 10 ingericht voor het overzetten van producten 2 vanaf de aftaktransporteur 9 van de bulk-aanvoertransporteur 3 naar de bijbehorende infeed 34 van de afvoertransporteur 4. Per infeed 34 is een verdere camera 36 voorzien voor het waarnemen van een product 2 op de afvoertransporteur 4, meer specifiek op de infeed 34 daarvan, ter plaatse van de overzetrobot 10. Het systeem heeft ten behoeve van elke infeed 34 een verwijderorgaan 40 voor het indien nodig van de infeed 34 verwijderen van een product ter plaatse van de overzetrobot 10. Het verwijderorgaan 40 voor het van de infeed 34 verwijderen van een product ter plaatse van de overzetrobot betreft een stroomopwaarts gelegen transportband-sectie van de infeed 34.

Ten behoeve van elke infeed 34 heeft het systeem 1 een verwijder-controller 38 ingericht om de genoemde transportband-sectie van de infeed 34 aan te sturen zodanig dat ten behoeve van het van de infeed 34 verwijderen van een product de transportband-sectie achterwaarts wordt aangedreven zodat een product terug van de infeed 34 op de hulptransporteur 26 terecht komt en zodoende naar het overzetstation 12 gaat. Dit vindt in het onderhavige voorbeeld plaats indien onder gebruikmaking van de verdere camera 36 wordt bepaald dat het product deel uitmaakt van meerdere producten die onbedoeld in een enkele overzethandeling door de overzetrobot 10 zijn overgezet. Bij wijze van voorbeeld kan hierbij worden gedacht aan het onbedoeld overzetten van twee postenveloppen die deels op elkaar lagen en daardoor onbedoeld tegelijk zijn aangegrepen door de overzetrobot, bijvoorbeeld door zuignappen van de overzetrobot. Deze twee producten worden dan beide en op omschreven wijze met het verwijderorgaan van de infeed 34 verwijderd tot op de hulptransporteur 26 en naar het overzetstation geleid. Het genoemd verwijderen van beide producten is aanmerkelijk efficiënter dan bijvoorbeeld het met de overzetrobot trachten één van de producten weer aan te grijpen en te verwijderen. De verwijderde producten kunnen vervolgens efficiënt handmatig naar de afvoertransporteur worden overgezet bij het overzetstation.

De afvoertransporteur 4 heeft verder een registratie-inrichting met een respectievelijke uitleesinrichting 42 ter plaatse van elke van de infeeds 34 ingericht voor het van onderaf optisch uitlezen van een optisch uitleesbare code op een zich boven de uitleesinrichting 42 op de infeed 34 bevindend product. Een dergelijke code kan bijvoorbeeld een barcode of QR-code betreffen. De registratie-inrichting heeft tevens één verdere uitleesinrichting 44 die stroomafwaarts van de infeeds 34 langs de afvoertransporteur 4 is voorzien voor het uitlezen van een of meer naar boven of zijwaarts gerichte zijden van het product. De verdere uitleesinrichting 44 is als portaal over de transporteur 4 heen opgesteld.

Figuur 2 toont een systeem 100 als verder voorbeeld van een systeem volgens de uitvinding voor het verwerken van producten 2. Systeem 100 heeft overeenkomsten met het systeem 1. Gelijke of vergelijkbare onderdelen zijn derhalve met dezelfde verwijzingscijfers aangegeven als in figuur 1, waarbij telkens 100 is opgeteld. Figuur 2 toont een grote hoeveelheid producten 2 zijnde postpakketten. Het systeem 100 heeft net als systeem 1 een bulk-aanvoertransporteur 103 voor het aanvoeren van de producten 2 en een afvoertransporteur 104 voor het afvoeren van producten 2. De pijl 5 geeft de transportrichting van de met de bulk-aanvoertransporteur 103 aangevoerde stroom van producten 2 aan. De bulk-aanvoertransporteur 103 betreft een bandtransporteur, terwijl de afvoertransporteur een crossbelt sorter 132 omvat. De afvoertransporteur 104 inclusief diens infeeds 134, camera’s 136, uitleesinrichtingen 142 en 144 zijn gelijk aan de overeenkomstige onderdelen van het systeem 1.

De bulk-aanvoertransporteur 103 heeft, anders dan in het systeem 1, geen hoofdtransporteur met drie aftakkingen. Producten 2 kunnen met de drie opeenvolgend in de transportrichting 5 voorziene overzetrobots 110 rechtstreeks vanuit een stroom van producten op de bulk-aanvoertransporteur 103, dat wil zeggen op de bandtransporteur, worden overgezet naar een respectievelijke infeed 134 van de afvoertransporteur 104. De stroom van producten passeert dus langs alle overzetrobots 110 waarbij opeenvolgende overzetrobots 110 telkens producten 2 uit de stroom van producten overzetten naar de afvoertransporteur 104.

Figuur 2 toont stroomafwaarts van de meest stroomafwaartse overzetrobot 110, zijnde de meest rechtse robot in het vlak van tekening van figuur 2, een gedeelte 1034 van de bulk-aanvoertransporteur waaroverheen producten die niet zijn overgezet door een van de overzetrobots 110 naar een overzetstation 112 worden geleid.

Elke overzetrobot 110 heeft een daaraan toegekende controller 122 ingericht voor het op basis van vooraf bepaalde selectiecriteria selecteren van een over te zetten product uit producten 2 die met de bulk-aanvoertransporteur 103 naar de overzetrobot 110 worden aangevoerd, en voor het op basis van het selecteren sturen van de overzetrobot 110 ten behoeve van het door de overzetrobot 110 overzetten van over te zetten producten 2 uit de stroom van producten. Voorbeelden van de vooraf bepaalde selectiecriteria zijn hierboven in het kader van systeem 1 reeds omschreven.

Ten behoeve van elke van de overzetrobots 110 omvat het systeem 100 een respectievelijke camera 128 voor het waarnemen van producten 2 op de bulk- aanvoertransporteur 103 waarbij de controller 122 is ingericht voor het, onder gebruikmaking van met de camera 128 waargenomen informatie over een product op de bulk-aanvoertransporteur 103, selecteren van een over te zetten product.

Het overzetstation 112 is ingericht voor het daar naar de afvoertransporteur 104 overzetten van producten 2 die niet door de overzetrobots 110 zijn overgezet. Het overzetstation 112 is net als overzetstation 12 ingericht om aldaar producten handmatig, dat wil zeggen door een individu 124, naar de afvoertransporteur 104 over te zetten waarbij het individu 124 bepaalt of een product dient te worden overgezet naar de afvoertransporteur 104 die voor dat doel een verdere infeed 146 heeft die met een stroomopwaarts einde ter plaatse van het overzetstation 112 is gelegen. Zo niet, dan kan het individu 124 het product langs andere weg afvoeren naar het restafvoersysteem 148.

Indien een met de overzetrobot 110 aangrijpen van een geselecteerd product 2 ten behoeve van het overzetten van het product niet slaagt, kan in een uitvoeringsvorm dit product 2 worden uitgesloten van selectie door de controllers 122 van stroomafwaarts voorziene overzetrobots. Dit uitsluiten kan op een effectieve wijze plaatsvinden door het met de controller 122 van de betreffende overzetrobot 110, naar controllers 122 van stroomafwaartse overzetrobots 110 communiceren van een positie op de bulk-aanvoertransporteur waar het product zich bevindt. Het is hierbij ook mogelijk om na een mislukte overzetpoging, zoals toegelicht voor systeem 1, met de overzetrobot 110 een nieuwe overzetpoging te ondernemen en indien nodig en mogelijk met het oog op de verplaatsingssnelheid van producten op de bulk- aanvoertransporteur optioneel nog een derde poging.

Per infeed 134 van de afvoertransporteur 104 is een waarneemsysteem gevormd door een verdere camera 136 voorzien voor het waarnemen van een product 2. De verwijderorganen 140 voor het van de infeeds 134 verwijderen van producten ter plaatse van de overzetrobot 110 zijn ook in dit voorbeeld gevormd door stroomopwaarts gelegen transportband-secties van de infeeds 134. De verwijder- controller 138 zijn ook hier ingericht om de genoemde transportband-secties van de infeeds 134 aan te sturen zodanig dat ten behoeve van het van een infeed 134 verwijderen van een product de transportband-sectie van die infeed achterwaarts wordt aangedreven. Dit vindt ook in het onderhavige voorbeeld plaats indien onder gebruikmaking van de verdere camera 136 wordt bepaald dat het product deel uitmaakt van meerdere producten die onbedoeld in een enkele overzethandeling door de overzetrobot 110 zijn overgezet. Deze meerdere producten worden dan alle van de infeed 134 verwijderd. Anders dan bij systeem 1 komt, zoals figuur 2 toont, een product dan weer terecht op de bulk-aanvoertransporteur 103 en gaat het langs die weg naar het overzetstation 112.

De afvoertransporteur 104 heeft verder een registratie-inrichting met een respectievelijke uitleesinrichting 142 ter plaatse van elke van de infeeds 134, gelijk aan de bovenomschreven uitleesinrichtingen 42.. De registratie-inrichting heeft tevens één als portaal over de transporteur 104 heen opgestelde verdere uitleesinrichting 144 die stroomafwaarts van de infeeds 134 langs de afvoertransporteur 104 is voorzien voor het uitlezen van een of meer naar boven of zijwaarts gerichte zijden van het product.

Claims (21)

CONCLUSIES

1. Een systeem voor het verwerken van producten, omvattende - een bulk-aanvoertransporteur voor het aanvoeren van producten; - een afvoertransporteur voor het afvoeren van producten; - een overzetrobot ingericht voor het overzetten van producten vanaf de bulk-aanvoertransporteur naar de afvoertransporteur; - een controller ingericht voor het op basis van vooraf bepaalde selectiecriteria selecteren van een over te zetten product uit producten die met de bulk-aanvoertransporteur naar de overzetrobot worden aangevoerd, en voor het op basis van het selecteren sturen van de overzetrobot ten behoeve van het door de overzetrobot overzetten van het over te zetten product; - een overzetstation voor het daar handmatig naar de afvoertransporteur overzetten van producten die niet door de overzetrobot zijn overgezet, waarbij het overzetstation zodanig in het systeem is voorzien dat producten die niet door de overzetrobot zijn overgezet bij het overzetstation uitkomen.

2. Het systeem volgens conclusie 1, omvattende meerdere dergelijke overzetrobots die opeenvolgend, gezien in een transportrichting van de bulk- aanvoertransporteur, zijn voorzien.

3. Het systeem volgens conclusie 2, waarbij elke van de meerdere overzetrobots een daarbij behorende genoemde controller heeft.

4 Het systeem volgens conclusie 2 of 3, waarbij de meerdere overzetrobots zodanig langs de bulk-aanvoertransporteur zijn opgesteld dat deze producten overzetten vanuit een stroom van producten op de bulk- aanvoertransporteur, waarbij de bulk-aanvoertransporteur stroomafwaarts van de meerdere overzetrobots uitkomt bij het overzetstation.

5. Het systeem volgens conclusie 2 of 3, waarbij de bulk- aanvoertransporteur een hoofdtransporteur met meerdere aftakkingen omvat, waarbij elke aftakking uitkomt bij een van de meerdere overzetrobots, waarbij het systeem een bij elke aftakking behorend respectievelijk aftakorgaan omvat dat is ingericht voor het doen overgaan van producten van de hoofdtransporteur naar de betreffende aftakking, het systeem verder omvattende een aftakcontroller ingericht voor het sturen van de respectievelijke aftakorganen zodanig dat producten overgaan van de hoofdtransporteur naar de aftakkingen voor het via de aftakkingen naar de overzetrobots aanvoeren van die producten.

6. Het systeem volgens conclusie 5, waarbij het systeem ten behoeve van elke van de meerdere aftakkingen een afzonderlijke overzetrobot heeft.

7. Het systeem volgens conclusie 5 of 6, waarbij de hoofdtransporteur stroomafwaarts van de aftakkingen uitkomt bij het overzetstation.

8. Het systeem volgens conclusie 5, 6 of 7, waarbij elke van de meerdere aftakkingen een aftaktransporteur omvat met een aftakaandrijving voor het aandrijven van de aftaktransporteur zodanig dat producten van de hoofdtransporteur naar de overzetrobot worden getransporteerd, bij voorkeur waarbij de controller tevens is ingericht voor het telkens, tijdens een overzethandeling door de overzetrobot, stilzetten van ten minste een ter plaatse van de overzetrobot gelegen gedeelte van de aftaktransporteur.

9. Het systeem volgens conclusie 8, verder omvattende: - een hulptransporteur ingericht voor het naar het overzetstation transporteren van producten, waarbij de controller tevens is ingericht voor het sturen van de aftakaandrijving zodanig dat producten die niet door de overzetrobot zijn overgezet van de aftaktransporteur naar de hulptransporteur overgaan.

10. Het systeem volgens een van de voorgaande conclusies, omvattende een camera voor het waarnemen van producten op de bulk-aanvoertransporteur, waarbij de controller is ingericht voor het, onder gebruikmaking van met de camera waargenomen informatie over een product op de bulk-aanvoertransporteur, selecteren van een over te zetten product.

11. Het systeem volgens een van de voorgaande conclusies, verder omvattende: - een verdere camera voor het waarnemen van een product op de afvoertransporteur ter plaatse van de overzetrobot; - een verwijderorgaan voor het van de afvoertransporteur verwijderen van een product ter plaatse van de overzetrobot; het systeem omvattende een verwijder-controller ingericht om het verwijderorgaan aan te sturen zodanig dat een product op de afvoertransporteur ter plaatse van de overzetrobot van de afvoertransporteur wordt verwijderd indien met de verdere camera wordt bepaald dat het product niet voldoet aan vooraf bepaalde criteria gerelateerd aan een oriëntatie van het product en/of dat het product deel uitmaakt van meerdere producten die onbedoeld in een enkele overzethandeling door de overzetrobot zijn overgezet.

12. Het systeem volgens conclusie 11 en volgens conclusie 4 of een daarvan afhankelijke conclusie, waarbij de verwijder-controller is ingericht om het verwijderorgaan aan te sturen zodanig dat een product op de afvoertransporteur ter plaatse van de overzetrobot van de afvoertransporteur terug overgaat naar de bulk- aanvoertransporteur.

13. Het systeem volgens conclusie 11 en volgens conclusie 9 of een daarvan afhankelijke conclusie, waarbij de verwijder-controller is ingericht om het verwijderorgaan aan te sturen zodanig dat een product op de afvoertransporteur ter plaatse van de overzetrobot van de afvoertransporteur overgaat naar de hulptransporteur.

14. Het systeem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de afvoertransporteur een infeed omvat waarbij de overzetrobot is ingericht voor het overzetten van producten vanaf de bulk-aanvoertransporteur naar de infeed van de afvoertransporteur.

15. Het systeem volgens conclusie 14, waarbij de afvoertransporteur verder een registratie-inrichting omvat met een uitleesinrichting ter plaatse van de infeed ingericht voor het registreren van informatie van een product op de infeed, waarbij de uitleesinrichting bij voorkeur is ingericht voor het optisch uitlezen van een optisch uitleesbare code op het product.

16. Het systeem volgens conclusie 15, waarbij de uitleesinrichting is ingericht voor het van onderaf opwaarts uitlezen van een onderzijde van een product op de infeed, en waarbij de registratie-inrichting tevens een verdere uitleesinrichting omvat die stroomafwaarts van de infeed langs de afvoertransporteur is voorzien voor het uitlezen van een of meer naar boven of zijwaarts gerichte zijden van het product.

17. Het systeem volgens conclusie 16 en volgens conclusie 2 of een daarvan afhankelijke conclusie, waarbij de afvoertransporteur ten behoeve van elke van de meerdere overzetrobots een afzonderlijke dergelijke infeed heeft waarbij elke infeed een dergelijke uitleesinrichting heeft en waarbij één dergelijke verdere uitleesinrichting stroomafwaarts van de genoemde infeeds langs de afvoertransporteur is voorzien.

18. Een werkwijze voor het verwerken van producten, omvattende a) het met een bulk-aanvoertransporteur aanvoeren van producten; b) het met een overzetrobot telkens van de bulk-aanvoertransporteur naar een afvoertransporteur overzetten van een product waartoe: b1) met een controller, op basis van vooraf bepaalde selectiecriteria, een over te zetten product wordt geselecteerd uit producten die met de bulk-aanvoertransporteur naar de overzetrobot worden aangevoerd, en b2) met de controller de overzetrobot wordt aangestuurd zodanig dat de overzetrobot het over te zetten product overzet van de bulk- aanvoertransporteur naar de afvoertransporteur; c) het naar een overzetstation transporteren van met de bulk- aanvoertransporteur aangevoerde producten die niet volgens stap b) zijn overgezet; en d) het ter plaatse van het overzetstation handmatig verwerken van de niet overgezette producten, waarbij: d1) wordt bepaald of een product dient te worden overgezet naar de afvoertransporteur, en d1a) zo ja, het product naar de afvoertransporteur wordt overgezet, en d1b) zo niet, het product van het overzetstation wordt afgevoerd naar een restafvoersysteem.

19. De werkwijze volgens conclusie 18, onder gebruikmaking van een systeem volgens een van de conclusies 1 — 17.

20. De werkwijze volgens conclusie 18 of 19, waarbij indien tijdens stap b2) een met de overzetrobot aangrijpen van het product ten behoeve van het overzetten van het product niet slaagt, stap b2) ten minste één maal en ten hoogste drie maal wordt herhaald, en indien tijdens een genoemde herhaling van stap b2) een met de overzetrobot aangrijpen van het product ten behoeve van het overzetten van het product ook niet slaagt, tijdens een daarop volgende stap b1) dit product wordt uitgesloten van selectie door de controller ten minste tot en met uitvoering van stap c).

21. De werkwijze volgens een van de conclusies 18 — 20, waarbij voor slechts een deel van de producten stap b) wordt uitgevoerd, waarbij het resterend deel van de producten rechtstreeks naar het overzetstation wordt aangevoerd, bij voorkeur waarbij het genoemde deel van de producten waarvoor stap b) wordt uitgevoerd tussen 70 en 95 procent van de aangevoerde producten betreffen, bij verdere voorkeur 80 tot 90 procent.