NL2029328B1

NL2029328B1 - Curve transport device, and use of a transport module

Info

Publication number: NL2029328B1
Application number: NL2029328A
Authority: NL
Inventors: Van Der Ende Remco; Hendrik Mijndert Menke Cornelis
Original assignee: Rexnord Flattop Europe Bv
Priority date: 2021-04-01
Filing date: 2021-10-06
Publication date: 2024-03-29
Also published as: NL2027908B1; NL2029328A

Abstract

UITTREKSEL Bochttransportinrichting, omvattende een zich langs een cirkelboog uitstrekkende geleidingsbaan die een transportpart van een eindloze transporteur geleidt, welk transportpart een pluraliteit aan kettingstrengen omvat die met een gemeenschappelijk kromtemiddelpunt met gelijke radiale steek uiteen zijn geplaatst, en een met de kettingstrengen samenwerkende aandrijving die tijdens bedrijf de kettingstrengen met onderling gelijke hoeksnelheid door de geleidingsbaan leidt, waarbij de kettingstrengen elk zijn opgebouwd uit een enkelvoudige reeks opeenvolgende transportmodules die elk aan hun bovenzijde zijn voorzien van een in hoofdzaak vlak bovenvlak, en waarbij de radiale steek tussen de kettingstrengen in hoofdzaak correspondeert met de radiale breedte van de transportmodules zodat zijkanten van de transportmodules onder insluiting van een nauwe spleet aaneengrenzen en de bovenvlakken in het transportp art een in hoofdzaak ononderbroken transportvlak vormen. [Fig. 1]EXTRACT Curve conveyor device, comprising a guide track extending along a circular arc which guides a conveying part of an endless conveyor, which conveying part comprises a plurality of chain strands spaced apart with a common center of curvature with equal radial pitch, and a drive cooperating with the chain strands which during operation guides the chain strands through the guide track at mutually equal angular speeds, wherein the chain strands are each composed of a single series of successive transport modules, each of which is provided with a substantially flat top surface at their top, and wherein the radial pitch between the chain strands essentially corresponds to the radial width of the transport modules so that sides of the transport modules adjoin each other with the inclusion of a narrow gap and the top surfaces in the transport part form a substantially uninterrupted transport surface. [Fig. 1]

Description

P129838NL01P129838NL01

Titel: Bochttransportinrichting, en gebruik van een transportmoduleTitle: Curve conveyor device, and use of a conveyor module

De uitvinding heeft betrekking op een bochttransportinrichting, omvattende een zich langs een cirkelboog utstrekkende geleidingsbaan die een transportpart van een eindloze transporteur geleidt. De uitvinding heeft voorts betrekking op gebruik van een transportmodule voor een modulaire bochtenketting in een bochttransportinrichting.The invention relates to a curved conveyor device, comprising a guide track extending along a circular arc which guides a conveying part of an endless conveyor. The invention further relates to the use of a transport module for a modular curved chain in a curved conveyor device.

Dergelijke bochttransportinrichtingen zijn bekend, en worden bijvoorbeeld toegepast wanneer in het kader van een fabricageproces discrete producten een bocht in een transporttraject moeten doorlopen, in het bijzonder zodanig dat daarbij hun oriëntatie behouden blijft.Such curved conveyor devices are known and are used, for example, when, in the context of a manufacturing process, discrete products have to pass through a curve in a conveyor path, in particular in such a way that their orientation is maintained.

Een uit de praktijk bekende bochttransportinrichting van JongeA curved transport device from Jonge, known from practice

Poerink omvat een transporteur die is opgebouwd uit een reeks opeenvolgende trapeziumvormige transporteursegmenten, en die om conische wielen omloopt. Nadelig aan deze constructie 1s, dat de transporteursegmenten een vaste breedtemaat hebben, waardoor de bochttransportinrichting minder goed inpasbaar is in een standaard transportsysteem met stapsgewijs schaalbare geleidingsbaanbreedte. Ook treedt aan de buitenrand van de transporteur bij het omlopen een sterk polygooneffect op, waardoor producten minder goed kunnen worden overgezet en/of een doodplaat nodig is.Poerink comprises a conveyor that is constructed from a series of successive trapezoidal conveyor segments and which revolves around conical wheels. A disadvantage of this construction is that the conveyor segments have a fixed width, which makes the curved conveyor device less suitable for integration into a standard conveyor system with a guide track width that can be scaled step by step. A strong polygon effect also occurs on the outer edge of the conveyor during circulation, which reduces the ability of products to be transferred and/or requires a dead plate.

Uit NL10029294 is een bochttransportinrichting voor stokbroden bekend, waarbij het transportpart een pluraliteit aan kettingstrengen omvat die met een gemeenschappelijk kromtemiddelpunt met gelijke radiale steek met relatief grote vrije tussenruimte uiteen zijn geplaatst, en waarbij] een met de kettingstrengen samenwerkende aandrijving tijdens bedrijf de kettingstrengen met onderling gelijke hoeksnelheid door de geleidingsbaan leidt. De kettingstrengen zijn elk uitgevoerd als een rollenketting die is opgebouwd uit een enkelvoudige reeks kettingschalmen. Nadelig aan deze bochttransportinrichting is, dat deze slechts geschikt is voor relatief lange, in radiale richting georiënteerde producten zoals stokbroden.A curved conveyor device for baguettes is known from NL10029294, wherein the conveying part comprises a plurality of chain strands that are spaced apart with a common center of curvature with equal radial pitch and a relatively large free space between them, and wherein a drive cooperating with the chain strands moves the chain strands with each other during operation. equal angular velocity through the guideway. The chain strands are each designed as a roller chain that is made up of a single series of chain links. A disadvantage of this curved conveyor device is that it is only suitable for relatively long products oriented in the radial direction, such as baguettes.

Uit DE 102006025520 1s een bochttransportinrichting bekend, waarbij het transportpart twee modulaire bochtenmatten omvat die met een gemeenschappelijk kromtemiddelpunt onder insluiting van een boogvormige neerhoudplaat uiteen zijn geplaatst, en waarbij een in het bovenpart met de onderzijden van de transportmatten samenwerkende aandrijving tijdens bedrijf de transportmatten met onderling gelijke hoeksnelheid door de geleidingsbaan leidt. Nadelig aan deze bochttransportinrichting is, dat de producten niet nabij het midden kunnen worden geplaatst, omdat bij contact met de ten opzichte van de bewegende transportmatten stilstaande neerhoudplaat de oriëntatie van producten verloren kan gaan.DE 102006025520 1s discloses a curved conveyor device, wherein the transport part comprises two modular curved mats which are placed apart with a common center of curvature including an arcuate holding-down plate, and wherein a drive cooperating in the upper part with the undersides of the transport mats during operation moves the transport mats with each other. equal angular velocity through the guideway. A disadvantage of this curved conveyor device is that the products cannot be placed near the center, because the orientation of products can be lost upon contact with the holding down plate, which is stationary relative to the moving transport mats.

De utvinding beoogt een bochttransportinrichting waarmee genoemde nadelen kunnen worden tegengegaan. Daartoe voorziet de uitvinding in een bochttransportinrichting, omvattende een zich langs een cirkelboog uitrekkende geleidingsbaan die een transportpart van een eindloze transporteur geleidt, welk transportpart een pluraliteit aan kettingstrengen omvat die met een gemeenschappelijk kromtemiddelpunt met gelijke radiale steek uiteen zijn geplaatst, en een met de kettingstrengen samenwerkende aandrijving die tijdens bedrijf de kettingstrengen met onderling gelijke hoeksnelheid door de geleidingsbaan leidt, waarbij de kettingstrengen elk zijn opgebouwd uit een reeks opeenvolgende transportmodules die elk aan hun bovenzijde zijn voorzien van een in hoofdzaak vlak bovenvlak, en waarbij de radiale steek tussen de kettingstrengen in hoofdzaak correspondeert met de radiale breedte van de transportmodules zodat zijkanten van de transportmodules onder insluiting van een nauwe spleet aaneengrenzen en de bovenvlakken in het transportpart een in hoofdzaak ononderbroken transportvlak vormen. Door de bochttransportinrichting te voorzien van transportmodules met een in hoofdzaak vlak bovenvlak waarvan de radiale breedte correspondeert met de radiale steek tussen de kettingstrengen zodat de zijkanten van de transportmodules dicht aaneengrenzen en de bovenvlakken een continu transportvlak vormen, kan een bochttransporteur worden verkregen waarvan het gehele oppervlak beschikbaar is voor het ondersteunen van producten, en waarvan de breedte stapsgewijs schaalbaar is met een gering polygooneffect.The invention aims at a curved conveyor device with which the above-mentioned disadvantages can be countered. To this end, the invention provides a curved conveyor device, comprising a guide track extending along a circular arc which guides a conveying part of an endless conveyor, which conveying part comprises a plurality of chain strands that are spaced apart with a common center of curvature with equal radial pitch, and one with the chain strands cooperating drive that, during operation, guides the chain strands through the guideway at mutually equal angular speeds, wherein the chain strands are each composed of a series of successive transport modules, each of which is provided with a substantially flat top surface at their top, and wherein the radial pitch between the chain strands corresponds essentially to the radial width of the transport modules, so that the sides of the transport modules adjoin each other with the inclusion of a narrow gap and the top surfaces in the transport part form a substantially uninterrupted transport surface. By providing the curve conveyor device with transport modules with a substantially flat top surface, the radial width of which corresponds to the radial pitch between the chain strands so that the sides of the transport modules are closely adjacent and the top surfaces form a continuous transport surface, a curve conveyor can be obtained of which the entire surface is available to support products, and whose width is incrementally scalable with a low polygon effect.

Binnen deze context dient onder een nauwe spleet te worden verstaan een vrije tussenruimte van minder dan 10 % van de radiale steek tussen de kettingstrengen, in het bijzonder met een radiale breedte van circa 0,5-5mm, meer in het bijzonder circa 1-2 mm.Within this context, a narrow gap should be understood as a free space of less than 10% of the radial pitch between the warp strands, in particular with a radial width of approximately 0.5-5 mm, more specifically approximately 1-2 mm. mm.

Het met de bovenvlakken in het transportpart gevormde transportoppervlak is bij voorkeur plat, in het bijzonder liggend of horizontaal gepositioneerd. Bovenvlakken of het transportvlak kunnen echter ook althans gedeeltelijk open zijn, door toepassing van doorgaande gaten in het bovenvlak en/of door plaatselijk vrije ruimte te laten tussen randen van de bovenvlakken van 1n transportrichting opeenvolgende transportmodules. Aldus kan het transportvlak bijvoorbeeld voor circa 20 - 80% doorgankelijk zijn.The transport surface formed with the top surfaces in the transport part is preferably flat, in particular horizontally or horizontally positioned. However, top surfaces or the transport surface can also be at least partially open, by using through holes in the top surface and/or by leaving free space locally between edges of the top surfaces of successive transport modules in the transport direction. The transport surface can thus be, for example, approximately 20 - 80% transparent.

De lengte van de cirkelboog waarlangs de transportbaan zich uitstrekt kan vrij worden gekozen, en kan bijvoorbeeld corresponderen met een hoeksegment van bijvoorbeeld circa 30°-270°.The length of the arc along which the conveyor track extends can be freely chosen, and can correspond, for example, to an angle segment of, for example, approximately 30°-270°.

Door de kettingstrengen van de transporteur op te bouwen uit onderling identieke transportmodules kan de constructie desgewenst verder worden vereenvoudigd. De steek van de in transportrichting opeenvolgende transportmodules in de kettingstreng is bij voorkeur kleiner dan 2 inch, en is in het bijzonder circa 0,5 inch. Opgemerkt wordt, dat dergelijke transportmodules op zichzelf bekend zijn, en door onder meer aanvraagster op de markt worden gebracht.By building the chain strands of the conveyor from mutually identical transport modules, the construction can be further simplified if desired. The pitch of the consecutive transport modules in the conveying direction in the chain string is preferably smaller than 2 inches, and in particular approximately 0.5 inches. It is noted that such transport modules are known per se and are marketed by, among others, the applicant.

Dwars op de transportrichting hebben de transportmodules bij voorkeur een breedte van circa 83 mm of circa 2,92 inch, en de radiale steek tussen de kettingstrengen is bij voorkeur circa 85 mm of circa 3 inch. Aldus kan de breedte van kettingstrengen corresponderen met de in de transporteurindustrie gehanteerde standaard metrische en Imperiale maatvoeringen, zodat de bochttransportinrichting stapsgewijs schaalbaar is binnen de standaard. Ook kan gebruik worden gemaakt van reeds in deze standaardmaten beschikbare mat- en kettingmodules voor de kettingstrengen, baangeledingselementen, kettingwielen etc. Opgemerkt wordt, dat binnen deze context ook een enkelvoudige reeks opeenvolgende transportmatmodules opgevat wordt als kettingstreng.Transverse to the conveying direction, the conveying modules preferably have a width of approximately 83 mm or approximately 2.92 inches, and the radial pitch between the chain strands is preferably approximately 85 mm or approximately 3 inches. The width of chain strands can thus correspond to the standard metric and imperial dimensions used in the conveyor industry, so that the curve conveyor device is gradually scalable within the standard. Use can also be made of mat and chain modules already available in these standard sizes for the chain strands, track guiding elements, sprockets, etc. It is noted that within this context a single series of consecutive conveyor mat modules is also regarded as a chain string.

Voordeligerwijs kunnen opeenvolgende transportmodules om een zich dwars op het bovenvlak uitstrekkende zwenkas ten opzichte van elkaar zwenken tussen een uitgelijnde stand waarin de opeenvolgende transportmodules een rechte baan kunnen volgen en een verzwenkte stand waarin opeenvolgende transportmodules een gekromde baan kunnen volgen.Advantageously, successive transport modules can pivot relative to each other about a pivot axis extending transversely to the top surface between an aligned position in which the successive transport modules can follow a straight path and a pivoted position in which successive transport modules can follow a curved path.

Met name door de mogelijkheid dat opeenvolgende transportmodules ook een rechte baan kunnen volgen wordt meer constructievrijheid verkregen bij het retour geleiden van de transporteur, en kan de aandrijving worden vereenvoudigd. Bij voorkeur kunnen de opeenvolgende transportmodules vanuit de uitgelijnde stand zowel links- als rechtsom in twee richtingen worden gezwenkt. De transportmodules vormen dan een op zichzelf bekende modulaire bochtenketting, ook wel ‘side flexing chain’ genoemd.In particular, the possibility that successive transport modules can also follow a straight path provides more design freedom when guiding the conveyor back, and the drive can be simplified. Preferably, the successive transport modules can be swiveled from the aligned position both left and right in two directions. The transport modules then form a well-known modular curved chain, also called a 'side flexing chain'.

De bochttransportinrichting kan eventueel een zich onder de geleidingsbaan langs een gelijke cirkelboog uitrekkende retourgeleidingsbaan omvatten die een deel van een retourpart van de eindloze transporteur geleidt, waarbij de aandrijving aangrijpt op een zich tussen geleiding en de retourgeleiding uitstrekkend, recht baandeel van het retourpart. Door te voorzien in een dergelijk tussen de geleidingsbaan en de retourgeleidingsbaan in gelegen recht baandeel, kan de aandrijving aanzienlijk worden vereenvoudigd. De aandrijving kan dan bijvoorbeeld een reeks met genoemde radiale steek uiteengeplaatste kettingwielen omvatten, die met aan de omtrek gelegen radiaal buitenwaarts gerichte aandrijftanden aangrijpen in onder de bovenvlakken gelegen aandrijfvoorzieningen van de transportmodules van de kettingstrengen. Een dergelijk recht deel strekt zich op elegante wijze althans gedeeltelijk staand uit, d.w.z. met een richtingscomponent dwars op het vlak van de geleidingsbaan groter dan een richtingscomponent langs het vlak van de geleidingsbaan, en is bij voorkeur 5 aansluitend aan het begin en/of einde van de gekromde geleidingsbaan gelegen. Om ruimte te sparen kan het rechte baandeel eventueel verder althans gedeeltelijk liggend zijn uitgevoerd, d.w.z. met een richtingscomponent langs het vlak van de geleidingsbaan groter dan een richtingscomponent dwars op het vlak van de geleidingsbaan. Aldus kan het rechte baandeel althans deels onder de geleidingsbaan zijn gelegen, en eventueel tussen de geleidingbaan en de retourgeleidingsbaan in. Voor een compacte omleiding van de kettingstrengen van de eindloze transporteur kan de geleidingsbaan nabij een begin en/of einde zijn voorzien van een nose-over.The curved conveyor device may optionally comprise a return guide track extending beneath the guide track along an equal circular arc, which guides part of a return part of the endless conveyor, wherein the drive engages on a straight track part of the return part extending between the guide and the return guide. By providing such a straight track part located between the guide track and the return guide track, the drive can be considerably simplified. The drive can then, for example, comprise a series of sprockets spaced apart by said radial pitch, which, with drive teeth located radially outwardly directed at the periphery, engage in drive facilities located below the upper surfaces of the transport modules of the chain strands. Such a straight part extends in an elegant manner at least partially standing, i.e. with a directional component transverse to the plane of the guide track greater than a directional component along the plane of the guide track, and is preferably adjacent to the beginning and/or end of the guide track. the curved guideway. To save space, the straight track part can optionally be designed at least partially horizontally, i.e. with a directional component along the plane of the guide track greater than a directional component transverse to the plane of the guide track. The straight track part can thus be located at least partly beneath the guide track, and possibly between the guide track and the return guide track. For a compact diversion of the chain strands of the endless conveyor, the guide track can be provided with a nose-over near a start and/or end.

Door de kettingwielen in een al dan niet verschillende overbrengingsverhouding centraal aan te drijven, kan een eenvoudige en bedrijfszekere aandrijving worden gerealiseerd. Er kan daarbij bijvoorbeeld worden voorzien in een gemeenschappelijke aandrijfas die met één motor wordt aangedreven. Een niet-verschillende oftewel gelijke overbrengingsverhouding, bijvoorbeeld door middel van een rechtstreekse aandrijving door een gemeenschappelijke aandrijfas, kan bijvoorbeeld worden toegepast wanneer de kettingwielen een grotere werkdiameter hebben naarmate de respectieve kettingstreng verder naar buiten is gelegen ten opzichte van het gemeenschappelijk kromtemiddelpunt, zoals elders hierin nader wordt toegelicht.By centrally driving the sprockets in a transmission ratio that may or may not differ, a simple and reliable drive can be achieved. For example, a common drive shaft that is driven by one motor can be provided. A non-different or equal transmission ratio, for example by means of a direct drive through a common drive shaft, can be used, for example, where the sprockets have a larger working diameter the further outward the respective chain string is from the common center of curvature, as elsewhere herein will be explained in more detail.

De kettingstrengen kunnen voordeligerwijs elk op een afstand van het kromtemiddelpunt zijn gelegen die correspondeert met een natuurlijk veelvoud van de radiale steek tussen de kettingstrengen. Opeenvolgende kettingstrengen kunnen dan worden aangedreven in een onderlinge overbrengingsverhouding die correspondeert met de verhouding van afstand van de betreffende kettingstrengen tot het kromtemiddelpunt van de geleidingsbaan.The chain strands can each advantageously be located at a distance from the center of curvature that corresponds to a natural multiple of the radial pitch between the chain strands. Successive chain strands can then be driven in a mutual transmission ratio that corresponds to the ratio of the distance of the chain strands in question to the center of curvature of the guide track.

Door de kettingwielen elk via een afzonderlijk eindloos aandrijfelement vanaf een gemeenschappelijke aandrijfas aan te drijven, kan een relatief compacte overbrenging worden gerealiseerd. Wanneer het eindloze aandrijfelement een tandriem is, die samenwerkt met tandriemwielen die gekoppeld zijn met respectievelijk het kettingwiel en de centrale aandrijfas, kan de overbrenging voor de verschillende kettingwielen in de juiste onderlinge verhoudingen worden gerealiseerd met standaardcomponenten, en kan de compactheid verder worden vergroot. Als alternatief kan het eindloze aandrijfelement bijvoorbeeld een V-snaar zijn.By driving the sprockets each via a separate endless drive element from a common drive shaft, a relatively compact transmission can be realized. When the endless drive element is a toothed belt, which cooperates with toothed belt wheels coupled to the sprocket and the central drive shaft respectively, the transmission for the different sprockets in the correct mutual ratios can be realized with standard components, and the compactness can be further increased. Alternatively, the endless drive element can be, for example, a V-belt.

Als alternatief voor een eindloos aandrijfelement kunnen de kettingwielen bijvoorbeeld via een respectieve tandwieloverbrenging vanaf de gemeenschappelijke aandrijfas worden aangedreven. Een dergelijke tandwieloverbrenging kan dan met in elkaar grijpende tandwielen een gewenste overbrengingsverhouding tussen de aandrijfas en het respectieve kettingwiel verschaffen. Een dergelijke tandwieloverbrenging kan bijvoorbeeld worden gerealiseerd met gebruik van een tandwielcassette.As an alternative to an endless drive element, the sprockets can, for example, be driven from the common drive shaft via a respective gear transmission. Such a gear transmission can then provide a desired transmission ratio between the drive shaft and the respective sprocket with meshing gears. Such a gear transmission can, for example, be realized using a gear cassette.

Overigens zijn ook combinaties van de hierin genoemde opties voor overbrenging mogelijk.Combinations of the transmission options mentioned here are also possible.

In een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm kunnen de kettingwielen een grotere werkdiameter hebben naarmate de respectieve kettingstreng verder naar buiten is gelegen ten opzichte van het gemeenschappelijk kromtemiddelpunt. De verhoudingen tussen de werkdiameters van de kettingwielen corresponderen dan bij voorkeur met de verhoudingen van afstand van de betreffende kettingstrengen tot het kromtemiddelpunt van de geleidingsbaan. De kettingwielen kunnen dan bijvoorbeeld rechtstreeks vanaf een gemeenschappelijke aandrijfas worden aangedreven, zodat geen tussenliggend aandrijfelement of tussenliggende overbrenging nodig is. Zo kunnen de kettingstrengen op een bijzonder robuuste en compacte wijze worden aangedreven, waarbij niettemin een onderling gelijke hoeksnelheid van de kettingstrengen door de geleidingsbaan mogelijk wordt gemaakt.In a particularly advantageous embodiment, the sprockets can have a larger working diameter the further outward the respective chain strand is located relative to the common center of curvature. The ratios between the working diameters of the sprockets then preferably correspond to the ratios of distance of the relevant chain strands to the center of curvature of the guide track. The sprockets can then, for example, be driven directly from a common drive shaft, so that no intermediate drive element or intermediate transmission is required. In this way, the chain strands can be driven in a particularly robust and compact manner, while nevertheless making possible an equal angular speed of the chain strands through the guide track.

Wanneer het retourpart tussen de aandrijving en een ingaand deel van de retourgeleidingsbaan is voorzien van een streklus, in het bijzonder een met een gewicht bekrachtigde streklus, kan het invoeren van de kettingstrengen van de transporteur in de retourgeleidingsbaan worden vergemakkelijkt, en kan relatief eenvoudig de spanning op de transporteur worden gereguleerd.If the return part between the drive and an incoming part of the return guideway is provided with a stretching loop, in particular a weight-energized stretching loop, the insertion of the chain strands from the conveyor into the return guideway can be facilitated and the tension can be adjusted relatively easily. are regulated by the transporter.

De uitvinding heeft eveneens betrekking op het gebruik van een transportmodule voor een modulaire bochtenketting in een bochttransportinrichting volgens een der configuraties zoals hiervoor besproken.The invention also relates to the use of a transport module for a modular curved chain in a curved conveyor device according to one of the configurations as discussed above.

De transportmodule kan daarbij een zich dwars op een transportrichting uitstrekkend lijfdeel omvatten met een bovenvlak dat het lijfdeel aan een bovenzijde begrenst, en een ondervlak dat het lijfdeel aan een onderzijde begrenst, en kan voorts een scharniervoorziening omvatten waarmee opeenvolgende transportmodules scharnierbaar kunnen worden gekoppeld met behulp van zich dwars op de transportrichting uitstrekkende scharnierpennen.The transport module can comprise a body part extending transversely to a transport direction, with an upper surface that bounds the body part at a top side, and a bottom surface that bounds the body part at a bottom side, and can further comprise a hinge provision with which successive transport modules can be hingedly coupled using of hinge pins extending transversely to the direction of transport.

De kettingstreng kan daarbij een reeks in een transportrichting opeenvolgende transportmodules omvatten, waarbij scharniervoorzieningen van opeenvolgende transportmodules met behulp van zich dwars op de transportrichting uitstrekkende scharnierpennen zijn gekoppeld, zodat opeenvolgende modules telkens ten opzichte van elkaar kunnen zwenken om een as die in of langs het transportvlak is gelegen en die zich in hoofdzaak dwars op de transportrichting uitstrekt, en waarbij de scharnierpennen met speling in de scharniervoorzieningen zijn opgenomen, zodat opeenvolgende modules voorts telkens ten opzichte van elkaar kunnen zwenken om een as die zich in hoofdzaak dwars op het transportvlak uitstrekt.The chain string can comprise a series of transport modules successive in a transport direction, wherein hinge provisions of successive transport modules are coupled by means of hinge pins extending transversely to the transport direction, so that successive modules can each pivot relative to each other about an axis that is in or along the transport plane. and which extends substantially transversely to the direction of transport, and wherein the hinge pins are accommodated with play in the hinge provisions, so that successive modules can each time pivot relative to each other about an axis that extends substantially transversely to the transport surface.

Ten aanzien van de hier gedane openbaarmaking wordt opgemerkt dat de hierboven genoemde, al of niet in een volgclaim opgenomen technische maatregelen elk op zichzelf ook tot voordeel kunnen worden toegepast, en desgewenst ook in willekeurige combinaties kunnen worden toegepast in een bochttransportinrichting en/of een daarmee geassocieerd gebruik of geassocieerde werkwijze.With regard to the disclosure made here, it is noted that the above-mentioned technical measures, whether or not included in a secondary claim, can each be used to advantage in themselves, and if desired can also be used in arbitrary combinations in a curved conveyor device and/or a associated use or method.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van een niet-limiterend uitvoeringsvoorbeeld dat in een tekening is weergegeven. In de tekening toont:The invention will be further explained on the basis of a non-limiting exemplary embodiment shown in a drawing. In the drawing shows:

Fig. 1 een schematisch perspectivisch aanzicht van een bochttransportinrichting;Fig. 1 is a schematic perspective view of a curved conveyor device;

Fig. 2 een vergrote weergave onder een iets andere kijkhoek van detail IT in Fig. 1;Fig. 2 is an enlarged view from a slightly different viewing angle of detail IT in Fig. 1;

Fig. 3 een verder schematisch perspectivisch aanzicht van de bochttransportinrichting van Fig. 1, waarin vergeleken met Fig. 1 aanvullend een motor van een aandrijving wordt getoond;Fig. 3 shows a further schematic perspective view of the curved conveyor device of FIG. 1, where compared to Fig. 1 additionally a motor of a drive is shown;

Fig. 4 een schematisch perspectivisch aanzicht van een verdere bochttransportinrichting; enFig. 4 is a schematic perspective view of a further curved conveyor device; and

Fig. 5 een gedeeltelijk zijaanzicht van de bochttransportinrichting van Fig. 4, waarbij een in Fig. 4 getoonde aandrijfmotor niet 1s getoond.Fig. 5 is a partial side view of the curved conveyor device of FIG. 4, where one in Fig. 4 drive motor shown not shown for 1s.

Opgemerkt wordt dat de figuren slechts schematische weergaven zijn van voorbeelden van voorkeursuitvoermgsvormen van de uitvinding. In de figuren zijn gelijke of corresponderende onderdelen met dezelfde verwijzingscijfers weergegeven. In voorkomende gevallen zijn van een veelvoud aan gelijke of corresponderende elementen voor eenvoud van de tekening slechts één of enkele van die elementen voorzien van een respectief verwijzingscijfer.It is noted that the figures are only schematic representations of examples of preferred embodiments of the invention. In the figures, identical or corresponding parts are shown with the same reference numbers. Where appropriate, of a plurality of equal or corresponding elements, for simplicity of the drawing, only one or a few of those elements are provided with a respective reference number.

Figuren 1-3 tonen een uitvoeringsvoorbeeld van een bochttransportinrichting 1. De bochttransportinrichting 1 omvat een zich langs een cirkelboog uitstrekkende geleidingsbaan 2 die een transportpart 3 van een eindloze transporteur 4 geleidt. Het transportpart 3 omvat een pluraliteit aan kettingstrengen 5, 6, 7, die met een gemeenschappelijk kromtemiddelpunt C met gelijke radiale steek S uiteen zijn geplaatst.Figures 1-3 show an exemplary embodiment of a curved conveyor device 1. The curved conveyor device 1 comprises a guide track 2 extending along a circular arc which guides a transport part 3 of an endless conveyor 4. The conveying part 3 comprises a plurality of chain strands 5, 6, 7, which are spaced apart by a common center of curvature C with the same radial pitch S.

Het transportpart 3 omvat verder een met de kettingstrengen 5, 6, 7 samenwerkende aandrijving 8, die tijdens bedrijf de kettingstrengen 5, 6, 7 met onderling gelijke hoeksnelheid door de geleidingsbaan 2 leidt.The transport part 3 further comprises a drive 8 cooperating with the chain strands 5, 6, 7, which guides the chain strands 5, 6, 7 through the guide path 2 at mutually equal angular speeds during operation.

De aandrijving 8 van dit uitvoeringsvoorbeeld is in detail te zien inThe drive 8 of this exemplary embodiment can be seen in detail in

Fig. 3, waarin als onderdeel van de aandrijving 8 onder andere een aandrijfmotor 28 wordt getoond, die in Fig. 1 en 2 voor eenvoud van de tekening niet wordt getoond. Nadere details betreffende de aandrijving 8 worden elders in deze beschrijving toegelicht.Fig. 3, in which, among other things, a drive motor 28 is shown as part of the drive 8, which is shown in Fig. 1 and 2 for simplicity of drawing is not shown. Further details regarding the drive 8 are explained elsewhere in this description.

De kettingstrengen 5, 6, 7 zijn in dit uitvoeringsvoorbeeld elk opgebouwd uit een enkelvoudige reeks opeenvolgende transportmodules 9, die elk aan hun bovenzijde zijn voorzien van een in hoofdzaak vlak bovenvlak 10. Vanwege de enkelvoudigheid van de reeks is de breedte van elke kettingstreng 5, 6, 7 gelijk aan de radiale breedte B van één transportmodule 9, en zijn binnen de kettingstreng 5, 6, 7 dwars op de transportrichting T geen transportmodules 9 naast elkaar geplaatst. De radiale steek S tussen de kettingstrengen 5, 6, 7 correspondeert in hoofdzaak met de radiale breedte B van de transportmodules 9, zodat zijkanten 11 van de transportmodules onder insluiting van een nauwe spleet 12 aaneengrenzen en de bovenvlakken 10 in het transportpart 3 een in hoofdzaak ononderbroken transportvlak 13 vormen.In this exemplary embodiment, the chain strands 5, 6, 7 are each composed of a single series of consecutive transport modules 9, each of which is provided at their top with a substantially flat top surface 10. Due to the simplicity of the series, the width of each chain strand is 5. 6, 7 equals the radial width B of one transport module 9, and no transport modules 9 are placed next to each other within the chain string 5, 6, 7 transverse to the transport direction T. The radial pitch S between the chain strands 5, 6, 7 corresponds essentially to the radial width B of the transport modules 9, so that sides 11 of the transport modules adjoin each other, including a narrow gap 12, and the top surfaces 10 in the transport part 3 have a substantially form a continuous transport surface 13.

In het getoonde voorbeeld lopen de kettingstrengen 5, 6, 7 buiten het transportpart 3 via een retourpart 15 emdloos door als onderdeel van de eindloze transporteur 4. Hoewel de doorlopende modulaire opbouw van de kettingstrengen 5, 6, 7 voor eenvoud van de tekening niet expliciet 1s getekend in het retourpart 15 in Fig. 1 en 3, moge duidelijk zijn dat de transportmodules 9 hier niettemin langs de gehele eindloze transporteur 4 aanwezig zijn in de strengen 5, 6, 7.In the example shown, the chain strands 5, 6, 7 run outside the conveyor part 3 via a return part 15 without end as part of the endless conveyor 4. Although the continuous modular structure of the chain strands 5, 6, 7 is not explicitly stated for simplicity of the drawing, 1s drawn in the return part 15 in Fig. 1 and 3, it should be clear that the transport modules 9 are nevertheless present here along the entire endless conveyor 4 in the strands 5, 6, 7.

In de detailweergave van Fig. 2 is te zien hoe in een enkelvoudige reeks aaneengeschakelde transportmodules 9 een eindloze kettingstreng 7 vormen die zich doorlopend uitstrekt langs het transportpart 3 en aanslutend langs het retourpart 15, in het bijzonder langs een hierna meer in detail te bespreken recht baandeel 16 en retourgeleidingsbaan 14 daarvan. In het transportpart 3 zijn de transportmodules 9 ten opzichte van elkaar verzwenkt om een zwenkas Z, om zo de kromming van de geleidingsbaan 2 te volgen, zoals elders in deze beschrijving nader wordt toegelicht.In the detail view of Fig. 2 shows how a single series of connected transport modules 9 form an endless chain string 7 that extends continuously along the transport part 3 and subsequently along the return part 15, in particular along a straight track part 16 and return guide track 14 thereof, to be discussed in more detail below. . In the transport section 3, the transport modules 9 are pivoted relative to each other about a pivot axis Z, in order to follow the curvature of the guide track 2, as will be further explained elsewhere in this description.

De nauwe spleet 12 betreft hier een vrije tussenruimte van minder dan 10 % van de radiale steek S tussen de kettingstrengen 5, 6, 7, in het bijzonder circa 1,5 mm.The narrow gap 12 here concerns a free space of less than 10% of the radial pitch S between the chain strands 5, 6, 7, in particular approximately 1.5 mm.

Het met de bovenvlakken 10 in het transportpart 3 gevormde transportoppervlak 13 is hier plat, in het bijzonder liggend of horizontaal gepositioneerd.The transport surface 13 formed with the top surfaces 10 in the transport part 3 is here positioned flat, in particular lying or horizontally.

De lengte van de cirkelboog waarlangs de geleidingsbaan 2 zich uitstrekt bedraagt hier circa 180°, maar deze lengte is in hoofdzaak vrij te kiezen, in het bijzonder afhankelijk van een gewenst transporttraject. Voor een meer complex transporttraject is het bijvoorbeeld mogelijk om een veelvoud aan bochttransportinrichtingen 1 in transportrichting T achter elkaar op te stellen, al dan niet aansluitend of met rechte of andere transporttrajectsecties daartussen, zodat bijvoorbeeld een slalomtraject kan worden gerealiseerd om reeds in de fabriek aanwezige objecten, zoals machines en steunpilaren te omzeilen.The length of the circular arc along which the guide track 2 extends is approximately 180°, but this length can essentially be chosen freely, in particular depending on a desired transport route. For a more complex transport route, it is, for example, possible to set up a plurality of curved transport devices 1 in transport direction T one behind the other, with or without connecting or with straight or other transport route sections in between, so that, for example, a slalom route can be realized to transport objects already present in the factory. , such as machines and support pillars.

In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld kunnen opeenvolgende transportmodules 9 om een zich dwars op het bovenvlak 10 uitstrekkende zwenkas Z (zie Fig. 2) ten opzichte van elkaar zwenken tussen een uitgelijnde stand waarm de opeenvolgende transportmodules 9 een rechte baan kunnen volgen en een verzwenkte stand waarin opeenvolgende transportmodules 9 een gekromde baan kunnen volgen.In the exemplary embodiment shown, successive transport modules 9 can pivot relative to each other about a pivot axis Z extending transversely to the top surface 10 (see Fig. 2) between an aligned position in which the successive transport modules 9 can follow a straight path and a pivoted position in which successive transport modules 9 can follow a curved path.

In Fig. 2 is voor eenvoud van de tekening als voorbeeld slechts één zwenkas Z aangegeven voor één respectief paar van opeenvolgende transportmodules 9, waarbij het duidelijk mogen zijn dat een dergelijke zwenkas op overeenkomstige wijze aanwezig is tussen elk paar van opeenvolgende transportmodules 9. De zwenkas Z strekt zich aldus bijvoorbeeld steeds ongeveer halverwege de breedte B bij een onderlinge aangrijping tussen de opeenvolgende transportmodules 9 loodrecht op het transportoppervlak 13 ut. Als voorbeeld zijn de opeenvolgende verzwenkingen in de kettingstreng 7 in het transportpart 3 te zien in Fig. 2, waarbij de respectieve transportmodules 9 aan de radiale binnenzijde van de geleidingsbaan 2 door de verzwenkingen dichter opeen zijn geplaatst dan aan de radiale buitenzijde. In Fig. 2 is verder te zien dat bij overgang naar een in transportrichting T op het transportpart 3 aansluitend recht baandeel 16 van het retourpart 15 de eerdere dichtere opeenplaatsing kan overgaan in een over de breedte B in hoofdzaak gelijkmatige opeenplaatsing van de transportmodules 9, zodat de kettingstreng 7 het rechte baandeel 16 kan volgen.In Fig. 2, for the sake of simplicity of the drawing as an example, only one pivot axis Z is indicated for one respective pair of successive transport modules 9, whereby it should be clear that such a pivot axis is correspondingly present between each pair of successive transport modules 9. The pivot axis Z extends thus, for example, always approximately halfway through the width B with mutual engagement between the successive transport modules 9 perpendicular to the transport surface 13 ut. As an example, the successive pivots in the chain string 7 in the transport part 3 can be seen in Fig. 2, wherein the respective transport modules 9 are placed closer together on the radial inner side of the guide track 2 due to the pivots than on the radial outer side. In Fig. 2 it can also be seen that when transitioning to a straight track part 16 of the return part 15 in transport direction T, the previous closer arrangement can change into a substantially uniform arrangement of the transport modules 9 over the width B, so that the chain strand 7 the straight track section 16 can follow.

De opeenvolgende transportmodules 9 kunnen hier vanuit de uitgelijnde stand zowel links- als rechtsom in twee richtingen worden gezwenkt. De onderling geschakelde transportmodules 9 vormen daarmee een op zichzelf bekende modulaire bochtenketting, ook wel ‘side flexing chain’ genoemd.The successive transport modules 9 can be swiveled from the aligned position both left and right in two directions. The interconnected transport modules 9 thus form a well-known modular curved chain, also called a 'side flexing chain'.

In dit uitvoeringsvoorbeeld zijn de kettingstrengen 5, 6, 7 van de transporteur 4 opgebouwd uit onderling identieke transportmodules 9. De verschillende kettingstrengen 5, 6, 7 omvatten hier aldus meer transportmodules 9 naarmate de respectieve kettingstreng 5, 6, 7 radiaal meer naar buiten is gelegen in het transportpart 3.In this exemplary embodiment, the chain strands 5, 6, 7 of the conveyor 4 are constructed from mutually identical transport modules 9. The different chain strands 5, 6, 7 thus comprise more transport modules 9 as the respective chain strand 5, 6, 7 is more radially outward. located in transport part 3.

De steek van de in transportrichting T opeenvolgende transportmodules 9 in de kettingstreng 5, 6, 7 is hier circa 0,5 inch.The pitch of the consecutive transport modules 9 in transport direction T in the chain strand 5, 6, 7 is approximately 0.5 inches.

In dit uitvoeringsvoorbeeld hebben de transportmodules 9 een breedte B van circa 83 mm, en is de radiale steek S tussen de kettingstrengen 5, 6, 7 circa 85 mm. In een variant voor de Amerikaanse markt hebben de transportmodules 9 een breedte B van circa 2,92 inch, en is de radiale steek circa 3 inch.In this exemplary embodiment, the transport modules 9 have a width B of approximately 83 mm, and the radial pitch S between the chain strands 5, 6, 7 is approximately 85 mm. In a variant for the American market, the transport modules 9 have a width B of approximately 2.92 inches, and the radial pitch is approximately 3 inches.

De transportmodule 9 omvat in het getoonde voorbeeld een zich dwars op een transportrichting T uitstrekkend lijfdeel 29 met een bovenvlak 10 dat het Lijfdeel 29 aan een bovenzijde begrenst, en een ondervlak 30 dat het lijfdeel 29 aan een onderzijde begrenst. Het bovenvlak 10 vormt een ondersteuningsvlak voor het ondersteunen van producten, en maakt - wanneer de transportmodule 9 zich 1n het transportpart 3 bevindt - deel uit van het transportvlak 13. Het ondervlak 30 vormt een afsteunvlak voor het afsteunen van het lijfdeel 29 op de geleidingsbaan 2.In the example shown, the transport module 9 comprises a body part 29 extending transversely to a transport direction T, with an upper surface 10 that bounds the body part 29 on an upper side, and a lower surface 30 that bounds the body part 29 on a lower side. The top surface 10 forms a support surface for supporting products and - when the transport module 9 is located in the transport part 3 - forms part of the transport surface 13. The bottom surface 30 forms a support surface for supporting the body part 29 on the guide track 2. .

De transportmodule 9 is hier voorts voorzien van een scharniervoorziening 31, waarmee opeenvolgende transportmodules 9 scharnierbaar kunnen worden gekoppeld met behulp van zich dwars op de transportrichting T uitstrekkende scharnierpennen 32. In een kettingstreng 5,6, 7 zijn de scharniervoorzieningen 31 van opeenvolgende transportmodules 9 onderling gekoppeld met behulp van zich dwars op de transportrichting T uitstrekkende scharnierpennen 32, zodat opeenvolgende modules 9 telkens ten opzichte van elkaar kunnen zwenken om een as die in of langs het transportvlak 13 is gelegen en die zich in hoofdzaak dwars op de transportrichting T wtstrekt. Hierdoor kan de kettingstreng 5, 6, 7 om worden geleid, bijvoorbeeld om een kettingwiel 17 of nose-over 27. De scharnierpennen 32 zijn daarbij met speling in de scharniervoorzieningen 31 opgenomen, zodat opeenvolgende modules 9 voorts telkens ten opzichte van elkaar kunnen zwenken om een as Z die zich in hoofdzaak dwars op het transportvlak 13 uitstrekt. Hierdoor kan de kettingstreng 5, 6, 7 een bocht maken in het transportvlak 13. De transportmodule 9 is aan het ondervlak 30 voorzien van een uitsparing (niet expliciet getoond) voor het daarin opnemen van een tand 18 van een aandrijftandwiel 17.The transport module 9 is furthermore provided with a hinge provision 31, with which successive transport modules 9 can be hingedly connected using hinge pins 32 extending transversely to the transport direction T. In a chain string 5,6, 7, the hinge provisions 31 of successive transport modules 9 are mutually connected. coupled with the aid of hinge pins 32 extending transversely to the transport direction T, so that successive modules 9 can each pivot relative to each other about an axis that is located in or along the transport surface 13 and that extends substantially transversely to the transport direction T. This allows the chain strand 5, 6, 7 to be guided, for example around a sprocket wheel 17 or nose-over 27. The hinge pins 32 are accommodated with play in the hinge provisions 31, so that successive modules 9 can furthermore pivot relative to each other in order to an axis Z that extends substantially transversely to the transport surface 13. This allows the chain strand 5, 6, 7 to make a bend in the transport surface 13. The transport module 9 is provided with a recess (not explicitly shown) on the bottom surface 30 for receiving a tooth 18 of a drive gear 17 therein.

In dit uitvoeringsvoorbeeld is de transportmodule 9 uitgevoerd als een zogenoemde transportmatmodule 9. Bij transportmatmodules is het lijfdeel 29 ten behoeve van de scharniervoorziening 31 aan in transportrichting T geziene voor- en achterkanten voorzien van een reeks dwars op de transportrichting T afwisselend opeenvolgende koppeldelen en opneemruimtes. Koppeldelen en opneemruimtes van in transportrichting T opeenvolgende transportmatmodules 9 kunnen daarbij ineen grijpen, zoals te zien is in Fig. 2. Opeenvolgende transportmatmodules 9 kunnen scharnierbaar zijn gekoppeld met behulp van zich dwars op de transportrichting T utstrekkende scharnierpennen 32 die door scharniergaten 1n de koppeldelen heen reiken. Wanneer met de transportmatmodules 9 een enkelvoudige rij opeenvolgende modules 9 tot een kettingstreng 5, 6, 7 wordt gevormd, is de lengte van de scharnierpen 32 gewoonlijk vrijwel gelijk aan de breedte B van het lijfdeel 29 dwars op de transportrichting T.In this exemplary embodiment, the transport module 9 is designed as a so-called transport mat module 9. In the case of transport mat modules, the body part 29 is provided with a series of alternating coupling parts and receiving spaces transverse to the transport direction T for the hinge provision 31 at the front and rear sides viewed in transport direction T. Connecting parts and accommodation spaces of conveyor mat modules 9 consecutive in transport direction T can thereby interlock, as can be seen in Fig. 2. Successive transport mat modules 9 can be hingedly coupled using hinge pins 32 extending transversely to the transport direction T and reaching through hinge holes 1 in the coupling parts. When a single row of consecutive modules 9 is formed into a chain string 5, 6, 7 with the transport mat modules 9, the length of the hinge pin 32 is usually virtually equal to the width B of the body part 29 transverse to the transport direction T.

In dit uitvoeringsvoorbeeld zijn de kettingstrengen 5, 6, 7 elk op een afstand van het kromtemiddelpunt C gelegen die correspondeert met een natuurlijk veelvoud van de steek S tussen de kettingstrengen 5, 6, 7.In this exemplary embodiment, the chain strands 5, 6, 7 are each located at a distance from the center of curvature C that corresponds to a natural multiple of the pitch S between the chain strands 5, 6, 7.

In dit uitvoeringsvoorbeeld omvat de bochttransportinrichting 1 voorts een zich onder de geleidingsbaan 2 langs een gelijke cirkelboog uitstrekkende retourgeleidingsbaan 14 die een deel van een retourpart 15 van de eindloze transporteur 4 geleidt, waarbij de aandrijving 8 aangrijpt op een zich tussen de geleidingsbaan 2 en de retourgeleidingsbaan 14 uitstrekkend, recht baandeel 16 van het retourpart 15.In this exemplary embodiment, the curved conveyor device 1 further comprises a return guide track 14 extending beneath the guide track 2 along an equal circular arc, which guides part of a return part 15 of the endless conveyor 4, wherein the drive 8 engages on a path between the guide track 2 and the return guide track. 14 extending, straight path part 16 of the return part 15.

In de tekeningen is een voorkeurstransportrichting T aangegeven, die kan worden gerealiseerd door een corresponderende aandrijvingsrichting in de aandrijving 8. In de getoonde transportrichting T wordt het transportpart 3 in dit voorbeeld voordeligerwijze in hoofdzaak op trek belast door de aandrijving 8. In sommige uitvoeringsvormen is het niettemin mogelijk om een andere, in het bijzonder tegengestelde, transportrichting te kiezen, of zelfs om de transportrichting naar wens af te wisselen. Daartoe kan dan bijvoorbeeld een omschakelbare en/of verdere aandrijving worden voorzien.The drawings indicate a preferred transport direction T, which can be realized by a corresponding drive direction in the drive 8. In the transport direction T shown, the transport part 3 in this example is advantageously mainly loaded in tension by the drive 8. In some embodiments it is nevertheless possible to choose another, in particular opposite, transport direction, or even to alternate the transport direction as desired. For this purpose, for example, a switchable and/or further drive can be provided.

In dit uitvoeringsvoorbeeld omvat de aandrijving 8 een reeks met genoemde radiale steek S uiteengeplaatste kettingwielen 17 (zie Fig. 3), die met aan de omtrek gelegen radiaal buitenwaarts gerichte aandrijftanden 18 aangrijpen in onder de bovenvlakken 10 gelegen aandrijfvoorzieningen (niet expliciet getoond) van de transportmodules 9 van de kettingstrengen 5, 6, 7.In this exemplary embodiment, the drive 8 comprises a series of sprockets 17 spaced apart by said radial pitch S (see Fig. 3), which, with drive teeth 18 located on the circumference, engage with drive teeth 18 located below the top surfaces 10 (not explicitly shown) of the transport modules 9 of the chain strands 5, 6, 7.

Het rechte baandeel 16 strekt zich in dit wtvoeringsvoorbeeld althans gedeeltelijk staand uit, d.w.z. met een richtingscomponent dwars op het vlak van de geleidingsbaan 2 groter dan een richtingscomponent langs het vlak van de geleidingsbaan 2, en 1s hier aansluitend aan het einde (in transportrichting T) van de gekromde geleidingsbaan gelegen 2. Om ruimte te sparen is het rechte baandeel 16 verder gedeeltelijk liggend uitgevoerd, d.w.z. met een richtingscomponent langs het vlak van de geleidingsbaan 2 groter dan een richtingscomponent dwars op het vlak van de geleidingsbaan 2. Aldus is het rechte baandeel 16 hier althans deels onder de geleidingsbaan 2 gelegen, in het bijzonder tussen de geleidingbaan 2 en de retourgeleidingsbaan 14 in. Aldaar is in dit voorbeeld een streklus 26 voorzien, die elders in deze beschrijving nader wordt toegelicht.In this implementation example, the straight track part 16 extends at least partially in a standing position, i.e. with a directional component transverse to the plane of the guide track 2 greater than a directional component along the plane of the guide track 2, and 1s adjacent to this at the end (in transport direction T). 2 from the curved guide track. To save space, the straight track part 16 is further designed to be partly horizontal, i.e. with a directional component along the plane of the guide track 2 greater than a directional component transverse to the plane of the guide track 2. The straight track part is thus 16 is located here at least partly beneath the guide track 2, in particular between the guide track 2 and the return guide track 14. In this example, a stretching loop 26 is provided, which is explained in more detail elsewhere in this description.

Een verder recht baandeel 16' strekt zich in dit voorbeeld in transportrichting T tussen een einde van de retourgeleidingsbaan 14 en een begin van de geleidingsbaan 2 uit. Eventueel kan als alternatief of aanvulling ter plaatse van het verdere rechte baandeel 16' een aandrijving en/of streklus worden voorzien.In this example, a further straight track part 16' extends in transport direction T between an end of the return guide track 14 and a start of the guide track 2. Optionally, a drive and/or stretching loop can be provided as an alternative or addition at the location of the further straight track part 16'.

In dit uitvoeringsvoorbeeld worden de kettingwielen 17 in een onderling verschillende overbrengingsverhouding centraal aangedreven.In this exemplary embodiment, the sprockets 17 are driven centrally in a mutually different transmission ratio.

Daartoe is in dit voorbeeld een gemeenschappelijke aandrijfas 22 voorzien die met één motor 28 (zie Fig. 3) kan worden aangedreven.To this end, a common drive shaft 22 is provided in this example, which can be driven with one motor 28 (see Fig. 3).

In dit uitvoeringsvoorbeeld worden opeenvolgende kettingstrengen 5, 6, 7 aangedreven in een onderlinge overbrengingsverhouding die correspondeert met de verhouding van afstand van de betreffende kettingstrengen 5, 6, 7 tot het kromtemiddelpunt C van de geleidingsbaan 2.In this exemplary embodiment, successive chain strands 5, 6, 7 are driven in a mutual transmission ratio that corresponds to the ratio of the distance of the relevant chain strands 5, 6, 7 to the center of curvature C of the guide track 2.

In dit uitvoeringsvoorbeeld worden de kettingwielen 5, 6, 7 elk via een afzonderlijk eindloos aandrijfelement 19, 20, 21 vanaf een gemeenschappelijke aandrijfas 22 aangedreven.In this exemplary embodiment, the sprockets 5, 6, 7 are each driven from a common drive shaft 22 via a separate endless drive element 19, 20, 21.

In dit uitvoeringsvoorbeeld is het eindloze aandrijfelement 19, 20, 21 een tandriem, die samenwerkt met tandriemwielen 23, 24, 25 die gekoppeld zijn met respectievelijk het kettmgwiel 17 en de centrale aandrijfas 22.In this exemplary embodiment, the endless drive element 19, 20, 21 is a toothed belt, which cooperates with toothed belt wheels 23, 24, 25 that are coupled to the sprocket wheel 17 and the central drive shaft 22, respectively.

In Fig. 3 is te zien dat de respectieve tandriemwielen 23, 24, 25 en tandriemen 19, 20, 21 van de kettingstrengen 5, 6, 7 onderling verschillende afmetingen hebben, om daarmee onderling verschillende lineaire aandrijfsnelheden te bereiken met een gezamenlijke aandrijfas 22, zodanig dat de respectieve hoeksnelheden in het transportpart 3 in hoofdzaak onderling gelijk zijn. In onderstaande tabel is een berekening getoond voor een bochttransportinrichting met een transporteur die is samengesteld uit 10 kettingstrengen, die in respectievelijk sporen r1-r10 van een geleidingsbaan zijn opgenomen:In Fig. 3 it can be seen that the respective toothed belt wheels 23, 24, 25 and toothed belts 19, 20, 21 of the chain strings 5, 6, 7 have mutually different dimensions, in order to achieve mutually different linear drive speeds with a common drive shaft 22, such that the respective angular velocities in the transport part 3 are essentially the same. The table below shows a calculation for a curved conveyor device with a conveyor composed of 10 chain strands, which are included in tracks r1-r10 of a guideway respectively:

noo: | riethart [verhouding] verhoudinginhele | verhoudingin wielen _ p spoor (mm}| snelheid tandentallen tandriem nn [a | - [ - [ - [ - [ - 2 1.250 03 1200 | 6 | 5 | 24 | 20noo: | reed heart [ratio] ratioinwhole | ratioin wheels _ p track (mm}| speed teeth numbers toothed belt nn [a | - [ - [ - [ - [ - 2 1,250 03 1200 | 6 | 5 | 24 | 20

I? 1187 | 7 | 8 | 28 | 24 | 880 | 113 | 8 [ 7 [ 24 | 21 a: tis [0 [ 8 [ > or? | 80 | 111 | 0 | 9 | 3 | 27 68 | 838 | 1100 | 11 | 10 | 22 | 20 ong 1020 | 1001 | 12 | 11 | 24 | 22I? 1187 | 7 | 8 | 28 | 24 | 880 | 113 | 8 [ 7 [ 24 | 21 a: tis [0 [ 8 [ > or? | 80 | 111 | 0 | 9 | 3 | 27 68 | 838 | 1100 | 11 | 10 | 22 | 20 approx 1020 | 1001 | 12 | 11 | 24 | 22

IO 1105 1.083IO 1105 1,083

Steek keting sporen 55 mm iN, | 20 [tands max.) 30 |tandsInsert chain tracks 55 mm iN, | 20 [teeth max.) 30 |teeth

In het in de figuren getoonde uitvoeringsvoorbeeld corresponderen de kettingstrengen 7, 6, 5 met respectievelijk sporen rl, r2 en r3. 5 In dit uitvoeringsvoorbeeld is het retourpart 15 tussen de aandrijving 8 en een ingaand deel van de retourgeleidingsbaan 14 voorzien van een streklus 26, in het bijzonder een met een gewicht bekrachtigde streklus 26.In the exemplary embodiment shown in the figures, the chain strands 7, 6, 5 correspond to tracks r1, r2 and r3 respectively. 5 In this exemplary embodiment, the return part 15 between the drive 8 and an incoming part of the return guideway 14 is provided with a stretching loop 26, in particular a stretching loop 26 energized by a weight.

In dit uitvoermgsvoorbeeld is de geleidingsbaan 2 nabij een begin en/of einde voorzien van een nose-over 27 voor het omleiden van de eindloze transporteur 4.In this exemplary embodiment, the guide track 2 is provided with a nose-over 27 near a start and/or end for diverting the endless conveyor 4.

Aldus kan een transportmodule 9 voor een modulaire bochtenketting worden gebruikt in een bochttransportinrichting 1.A transport module 9 for a modular curved chain can thus be used in a curved conveyor device 1.

Fig. 4 en 5 tonen een verder uitvoeringsvoorbeeld van een bochttransportinrichting 1. Voor zover hierin niet anders wordt aangegeven, kan de bochttransportinrichting 1 van Fig. 4-5 bijvoorbeeld zijn ingericht overeenkomstig de hierboven beschreven bochttransportinrichting van Fig. 1-3 en/of volgens één of meer hierboven beschreven alternatieven en/of aanvullingen.Fig. 4 and 5 show a further exemplary embodiment of a curved conveyor device 1. Unless stated otherwise, the curved conveyor device 1 of Fig. 4-5, for example, are designed in accordance with the above-described curved conveyor device of Fig. 1-3 and/or according to one or more alternatives and/or additions described above.

Fig. 4 en 5 tonen een voorbeeld van een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm waarbij de kettingwielen 17 een grotere werkdiameter hebben naarmate de respectieve kettingstreng 5, 6, 7 verder naar buiten is gelegen ten opzichte van het gemeenschappelijk kromtemiddelpunt C.Fig. 4 and 5 show an example of a particularly advantageous embodiment in which the sprockets 17 have a larger working diameter the further outward the respective chain strand 5, 6, 7 is located relative to the common center of curvature C.

In Fig. 51s een kettingwiel 17 van de verst naar buiten gelegen kettingstreng 5 te zien, waarbij de kettingwielen van de verdere kettingstrengen 6, 7 in het aanzicht van Fig. 5 achter het getoonde kettingwiel 17 zijn gelegen en waarbij de kettingwielen een steeds kleinere respectieve werkdiameter hebben naarmate ze in het aanzicht van Fig. 5 verder naar achteren zijn gelegen. In Fig. 4 is in het gedeelte onder het rechte baandeel 16 te zien dat de kettingstrengen 5, 6, 7 zich daar vormen naar de verschillende werkdiameters van de respectieve kettingwielen 17.In Fig. 51 shows a sprocket wheel 17 of the chain strand 5 located furthest outwards, wherein the sprockets of the further chain strands 6, 7 are shown in the view of Fig. 5 are located behind the sprocket wheel 17 shown and wherein the sprocket wheels have an increasingly smaller respective working diameter as they move in the view of FIG. 5 are located further back. In Fig. 4, in the section below the straight track part 16, it can be seen that the chain strands 5, 6, 7 there conform to the different working diameters of the respective sprockets 17.

De verhoudingen tussen de werkdiameters van de kettingwielen 17 corresponderen met de verhoudingen van afstand van de betreffende kettingstrengen 5, 6, 7 tot het kromtemiddelpunt C van de geleidingsbaan 2.The ratios between the working diameters of the sprockets 17 correspond to the ratios of distance of the relevant chain strands 5, 6, 7 to the center of curvature C of the guide track 2.

Wanneer de afstand van de binnenste kettingstreng 7 tot het middelpunt C als rekenvoorbeeld bijvoorbeeld op 1 wordt gesteld, zouden de achtereenvolgens naastgelegen kettingstrengen 6 en 5 bijvoorbeeld de volgende respectieve afstanden tot middelpunt C kunnen hebben: 1,2; 1,4; 1,6; 1,8; 2,0; 2,2: 2,4; 2,6; 2,8. De respectieve werkdiameters van de kettingwielen 17 verhouden zich dan bij voorkeur overeenkomstig. Dat wil zeggen, wanneer het kettingwiel van de binnenste kettingstreng 7 bijvoorbeeld een werkdiameter van 10 heeft, zijn de werkdiameters van achtereenvolgens naastgelegen kettingstrengen 6 en 5 bij voorkeur als volgt: 12; 14; 16; 18; 20; 22; 24; 26; 28. Het moge duidelijk zijn dat de genoemde afstanden en diameters slechts een rekenvoorbeeld betreffen en dat vele varianten met vele verschillende afmetingen mogelijk zijn binnen het bovengenoemde voordelige principe van corresponderende verhoudingen.If, for example, the distance from the inner warp strand 7 to the center C is set to 1 as a calculation example, the successively adjacent warp strands 6 and 5 could, for example, have the following respective distances to the center C: 1.2; 1.4; 1.6; 1.8; 2.0; 2.2:2.4; 2.6; 2.8. The respective working diameters of the sprockets 17 are then preferably related. That is, if the sprocket of the inner chain strand 7 has, for example, a working diameter of 10, the working diameters of successively adjacent chain strands 6 and 5 are preferably as follows: 12; 14; 16; 18; 20; 22; 24; 26; 28. It should be clear that the distances and diameters mentioned are only a calculation example and that many variants with many different dimensions are possible within the above-mentioned advantageous principle of corresponding proportions.

Zoals te zien is in Fig. 4 en 5, kunnen de kettingwielen 17 door hun aldus verschillende werkdiameters rechtstreeks vanaf de gemeenschappelijke aandrijfas 22 worden aangedreven, in het bijzonder zonder tussenliggend aandrijfelement of tussenliggende overbrenging zoals een eindloos aandrijfelement of een tandwielcassette.As shown in Fig. 4 and 5, the sprockets 17, due to their different working diameters, can be driven directly from the common drive shaft 22, in particular without an intermediate drive element or intermediate transmission such as an endless drive element or a gear cassette.

In het voorbeeld van Fig. 4 en 5 is de retourgeleidingsbaan 14 dicht onder de geleidingsbaan 2 gelegen, waardoor een bijzonder compacte bochttransportinrichting 1 wordt verschaft. Het moge echter duidelijk zijn dat de hierboven beschreven kettingwielen met verschillende werkdiameters ook kunnen worden toegepast in combinatie met een anders geplaatste retourgeleidingsbaan, bijvoorbeeld een retourgeleidingsbaan 14 zoals getoond in Fig. 1-3.In the example of Fig. 4 and 5, the return guide track 14 is located close to the guide track 2, resulting in a particularly compact curved conveyor device 1. However, it should be clear that the sprockets described above with different working diameters can also be used in combination with a differently placed return guide track, for example a return guide track 14 as shown in Fig. 1-3.

In het voorbeeld van Fig. 4 en 5 is een groter aantal kettingstrengen 5, 6, 7 te zien dan in het voorbeeld van Fig. 1-3. Het moge echter duidelijk zijn dat het aantal kettingstrengen in hoofdzaak naar wens kan worden gekozen en dat het gekozen aantal kettingstrengen niet hoeft af te hangen van de inrichting van de aandrijving 8 of vice versa. Eveneens moge duidelijk zijn dat het aantal kettingstrengen niet hoeft af te hangen van de plaatsing van de retourgeleidingsbaan 14 of vice versa.In the example of Fig. 4 and 5 show a larger number of chain strands 5, 6, 7 than in the example of Fig. 1-3. However, it should be clear that the number of chain strands can be chosen essentially as desired and that the selected number of chain strands does not have to depend on the arrangement of the drive 8 or vice versa. It should also be clear that the number of chain strands does not have to depend on the placement of the return guide track 14 or vice versa.

De uitvinding is niet beperkt tot de hier weergegeven uitvoeringsvoorbeelden.The invention is not limited to the exemplary embodiments shown here.

Zo kan een aandrijving en/of een streklus zich bijvoorbeeld geheel of gedeeltelijk buiten een voetafdruk van de geleidingsbaan uitstrekken, bijvoorbeeld voorbij een einde van de geleidingsbaan of de retourgeleidingsbaan.For example, a drive and/or a stretching loop can extend completely or partially outside a footprint of the guideway, for example beyond an end of the guideway or the return guideway.

Ook kunnen de transportmodules als alternatief uitgevoerd zijn als transportkettingmodules. Bij transportkettingmodules is het lijfdeel ten behoeve van de scharniervoorziening voorzien van een midden onder het lijfdeel opgenomen en aan de voor- en achterzijde van scharnierogen voorzien verbindingsblok. De scharnierogen van de verbindingsblokken aan de voor- en achterzijden van opeenvolgende transportkettingmodules kunnen worden opgelijnd, en met behulp van zich dwars op de transportrichting uitstrekkende scharnierpennen worden gekoppeld. De lengte van de scharnierpennen 1s daarbij gewoonlijk kleiner dan de breedte van het lijfdeel dwars op de transportrichting. De scharnierpennen zijn met speling in de scharniervoorzieningen opgenomen, zodat opeenvolgende modules telkens ten opzichte van elkaar kunnen zwenken om een as die zich in hoofdzaak dwars op het transportvlak uitstrekt. Het lijfdeel is aan de voorkant voorzien van twee uitstulpingen met een daartussen gelegen utsparing, en aan de achterkant voorzien van een met de uitsparing corresponderend gevormde uitstulping met aangrenzende uitsparingen. De uitstulpingen en uitsparingen van in transportrichting opeenvolgende kettingmodules grijpen daarbij ineen.The transport modules can also alternatively be designed as conveyor chain modules. In conveyor chain modules, the body part is provided with a center under the body part for the hinge provision and a connecting block is provided with hinge eyes at the front and rear. The hinge eyes of the connecting blocks at the front and rear of successive conveyor chain modules can be aligned and connected using hinge pins extending transversely to the direction of transport. The length of the hinge pins 1s is usually smaller than the width of the body part transverse to the direction of transport. The hinge pins are accommodated with play in the hinge facilities, so that successive modules can each pivot relative to each other about an axis that extends substantially transversely to the transport surface. The body part is provided at the front with two bulges with a recess located between them, and at the rear with a bulge corresponding to the recess with adjacent recesses. The bulges and recesses of successive chain modules in the transport direction interlock.

Dergelijke varianten zullen de vakman duidelijk zijn en worden geacht te liggen binnen het bereik van de uitvinding zoals verwoord in de hiernavolgende conclusies.Such variants will be clear to those skilled in the art and are deemed to fall within the scope of the invention as stated in the following claims.

VERWIJZINGSCIJFERSREFERENCE FIGURES

1. Bochttransportinrichting 2. Geleidingsbaan 3. Transportpart 4. Eindloze transporteur 5,6,7. Kettingstrengen 8. Aandrijving 9. Transportmodule 10. Bovenvlak van transportmodule 11. Zijkant van transportmodule 12. Nauwe spleet 13. Transportvlak 14. Retourgeleidingsbaan 15. Retourpart 16, 16'. Recht baandeel van retourpart 17. Kettingwiel 18. Aandrijftand 19, 20, 21. Eindloos aandrijfelement 22. Aandrijfas 23, 24, 25. Tandriemwiel 26. Streklus 27. Nose-over 28. Aandrijfmotor 29. Lijfdeel van transportmodule 30. Ondervlak van transportmodule 31. Scharniervoorziening 32. Scharnierpen1. Curve conveyor device 2. Guide track 3. Transport part 4. Endless conveyor 5,6,7. Chain strands 8. Drive 9. Transport module 10. Top surface of transport module 11. Side of transport module 12. Narrow gap 13. Transport surface 14. Return guideway 15. Return part 16, 16'. Straight track part of return part 17. Chain wheel 18. Drive tooth 19, 20, 21. Endless drive element 22. Drive shaft 23, 24, 25. Timing belt wheel 26. Stretching loop 27. Nose-over 28. Drive motor 29. Body part of transport module 30. Bottom surface of transport module 31 .Hinge provision 32. Hinge pin

B. Breedte van transportmoduleB. Width of transport module

C. KromtemiddelpuntC. Center of curvature

S. Radiale steekS. Radial stitch

T. TransportrichtingT. Transport direction

Z. Zwenkas van opeenvolgende transportmodulesZ. Swing axis of successive transport modules

Claims

CONCLUSIONS

1. Curve conveyor device, comprising a guide track extending along a circular arc which guides a transport part of an endless conveyor, which transport part comprises a plurality of chain strands which are spaced apart with a common center of curvature with equal radial pitch, and a drive cooperating with the chain strands which during operation guides the chain strands through the guide track at mutually equal angular speeds, wherein the chain strands are each composed of a single series of successive transport modules, each of which is provided at their top with a substantially flat top surface, and wherein the radial pitch between the chain strands essentially corresponds to the radial width of the transport modules so that the sides of the transport modules adjoin each other with the inclusion of a narrow gap and the top surfaces in the transport section form a substantially uninterrupted transport surface.

2. Curved transport device according to claim 1, wherein successive transport modules can pivot relative to each other about a pivot axis extending transversely to the top surface between an aligned position in which the successive transport modules can follow a straight path and a pivoted position in which successive transport modules can follow a curved path .

3. Curve conveyor device according to any one of the preceding claims, wherein the chain strands of the conveyor are constructed from mutually identical transport modules.

4. Curve conveyor device according to any one of the preceding claims, wherein the conveyor modules have a width of approximately 83 mm or approximately 2.92 inches, and the radial pitch between the chain strands is approximately 85 mm or approximately 3 inches, 1s, respectively.

5. Curve conveyor device according to any one of the preceding claims, wherein the chain strands are each located at a distance from the center of curvature that corresponds to a natural multiple of the pitch between the chain strands.

6. Curve conveyor device according to any one of the preceding claims, further comprising a return guide track extending beneath the guide track along an equal circular arc and which guides part of a return part of the endless conveyor, wherein the drive engages on a straight track part extending between the guide and the return guide of the return part.

7. Curve conveyor device according to any one of the preceding claims, wherein the drive comprises a series of sprockets spaced apart by said radial pitch, which, with drive teeth located radially outwardly directed at the periphery, engage in drive facilities located below the upper surfaces of the transport modules of the chain strands.

8. Curve conveyor device according to any one of the preceding claims, wherein the sprockets are centrally driven in a transmission ratio that may or may not differ from each other.

9. Curve conveyor device according to any one of the preceding claims, wherein successive chain strands are driven in a mutual transmission ratio that corresponds to the ratio of the distance of the relevant chain strands to the center of curvature of the guide track.

10. Curve conveyor device according to any one of the preceding claims, wherein the sprockets are each driven from a common drive shaft via a separate endless drive element.

11. Curve conveyor device according to claim 10, wherein the endless drive element is a toothed belt, which cooperates with toothed belt wheels that are coupled to the sprocket wheel and the central drive shaft, respectively.

12. Curve conveyor device according to any one of claims 1 to 9, wherein the sprockets are each driven from a common drive shaft via a respective gear transmission.

13. Curve conveyor device according to any one of claims 1 to 9, wherein the sprocket wheels have a larger working diameter the further outward the respective chain strand is located relative to the common center of curvature.

14. Curve conveyor device according to claim 13, wherein the sprockets are driven directly from a common drive shaft, in particular without an intermediate drive element or an intermediate transmission.

15. Curve conveyor device according to any one of the preceding claims, wherein the return part between the drive and an incoming part of the return guide track is provided with a stretching loop, in particular a stretching loop powered by a weight.

16. Curve conveyor device according to any one of the preceding claims, wherein the guide track is provided with a nose-over near a start and/or end for diverting the endless conveyor.

17. Use of a transport module for a modular curved chain in a curved conveyor device according to any one of the preceding claims, wherein the transport module comprises a body part extending transversely to a transport direction with an upper surface that bounds the body part at an upper side, and a lower surface that bounds the body part at an upper side. bottom, and a hinge provision with which successive transport modules can be hingedly connected using hinge pins extending transversely to the transport direction.