NL2024928B1

NL2024928B1 - Offshore drilling vessel and installation for performing subsea wellbore related activities.

Info

Publication number: NL2024928B1
Application number: NL2024928A
Authority: NL
Inventors: Bernardus Wijning Diederick
Original assignee: Itrec Bv
Priority date: 2020-02-17
Filing date: 2020-02-17
Publication date: 2021-09-16
Also published as: WO2021165143A1; EP4107359A1; EP4107359B1

Claims

-13- P34446NL00 CONCLUSIES

1. Offshore boorvaartuig (1,1) voor het uitvoeren van bij een onderzees boorgat behorende activiteiten, waarbij het vaartuig omvat: een drijvende romp (2) omvattende een moonpool (3); een boortoren (10) die op de romp is geplaatst bij of nabij de moonpool; een hoofdhijsinrichting (30) omvattende: - een verplaatsende topdrive-drager (35) ingericht om een topdrive en een boorbuizenstreng (100) die zich langs een vuurlijn (4) door de moonpool uitstrekt te dragen; - een topschijvensamenstel (4) dat verticaal is geleid ten opzichte van een hoger gelegen deel van de toren en een of meer dragerophangkabel-schijven (41) omvat, - een of meer verticaal georiënteerde hydraulische zuiger-en-cilinder type hefinrichtingen (50}, die elk een cilinderlichaam (51) en een zuigerstang (52) hebben, welke hefinrichtingen elk één van de cilinder en de zuigerstang daarvan vastgezet hebben ten opzichte van de romp en waarbij de andere van de cilinder en de zuigerstang het topschijvensamenstel (40) daarop draagt om zo verticaal beweegbaar te zijn ten opzichte van de toren, - een of meer dragerophangkabels (55), waarbij elke dragerophangkabel een einde (56) heeft dat bevestigd is aan de verplaatsende topdrive-drager (35) en zich uitstrekt over een bijbehorende schijf (41) van het topschijvensamenstel naar een ander einde (57) van de dragerophangkabel, waarbij het andere einde verbonden is met één van een anker (60;90;95) dat vast is ten opzichte van de romp of met een lier (200) die vast is ten opzichte van de romp, - een hydraulisch circuit (80) verbonden met de een of meer hefinrichtingen (50) en omvattende een hydraulische pomp, waarbij het hydraulische circuit ingericht is om de verplaatsende topdrive-drager (35) te heffen en te laten zakken door het uitschuiven en intrekken van de een of meer hefinrichtingen (50), - een deiningscompensatiesysteem (90,91,982:200} dat op de een of meer dragerophangkabels werkt en is ingericht om een deiningscompensatiebeweging te verschaffen van de verplaatsende topdrive-drager,

-14 - met het kenmerk, dat een verticaal beweegbaar werkdek (70) is voorzien, dat langs de vuurlijn verticaal beweegbaar is ten opzichte van de toren (10) en van de romp (2) binnen een bewegingsbereik dat een deiningscompensatiebewegingsbereik omvat, waarbij het werkdek (70) is voorzien van een slipinrichting (20) die is ingericht om een buizenstreng (100) in de vuurlijn af te hangen, waarbij het verticaal beweegbare werkdek (7) is afgehangen van ten minste een werkdekophangkabel (75), waarbij de ten minste ene werkdekophangkabel (75) onafhankelijk van de een of meer hefinrichtingen (50) is geleid, zodat verticale positie en verticale beweging van het werkdek onafhankelijk zijn van de werking van de een of meer hefinrichtingen (50), en dat een geïntegreerd deiningscompensatiesysteem (90,91,92;200) is voorzien dat is ingericht om, in bedrijf daarvan, een deiningscompensatiebeweging te bewerkstelligen van het verticaal beweegbare werkdek (70) ten opzichte van de toren en van de romp binnen genoemd deiningscompensatiebewegingsbereik en een synchrone deiningscompensatiebeweging van de verplaatsende topdrive-drager (35) om synchrone deiningscompensatiebewegingen van het verticaal beweegbare werkdek en de verplaatsende topdrive-drager te verkrijgen, waarbij het geïntegreerd deiningscompensatiesysteem een gemeenschappelijke deiningscompensatie-inrichting (90,91,92;200) omvat die zowel op de een of meer dragerophangkabels (55) als op de een of meer werkdekophangkabels (75) werkt, zodat wanneer een last gevormd door een buizenstreng (100) die initieel was afgehangen van de verplaatsende topdrive-drager (35) wordt overgebracht naar de slipinrichting (20) of omgekeerd, de last op de gemeenschappelijke deiningscompensatie-inrichting (90,91,92;200) in hoofdzaak dezelfde blijft.

2. Offshore boorvaartuig volgens conclusie 1, waarbij de gemeenschappelijke deiningscompensatie-inrichting (90,91,92;200) direct verbonden is met een gemeenschappelijk anker (95) voor zowel de einde(n) van de een of meer dragerophangkabels (55) als voor de einde(n) van de een of meer dekophangkabels (75), bijvoorbeeld waarbij de gemeenschappelijke deiningscompensatie-inrichting een of meer hydraulische zuiger-en-cilinder compensatorinrichtingen (91,92) omvat, die elk een cilinderlichaam en een zuigerstang hebben, waarbij de compensatorinrichtingen één van de cilinder en de zuigerstang daarvan vast hebben ten opzichte van de romp en de andere van de cilinder en de zuigerstand het gemeenschappelijk anker (95) steunt.

- 15 -

3. Offshore boorvaartuig volgens conclusie 1 of 2, waarbij het geintegreerd deiningscompensatiesysteem een eerste deiningsbeweging-kabelschijvensamenstel omvat, onderscheidenlijk van het topschijvensamenstel, welk eerste deiningsbeweging- kabelschijvensamenstel een of meer schijven (96) omvat waar de een of meer dragerophangkabels (55) langs passeren, en een tweede deiningsbeweging- kabelschijvensamenstel omvattende een of meer schijven (97) waar de een of meer werkdekophangkabels (75) langs passeren, waarbij het eerste deiningsbeweging- kabelschijvensamenstel en het tweede deiningsbeweging-kabelschijvensamenstel mechanisch onderling verbonden zijn en verbonden met de gemeenschappelijke deiningscompensatie-inrichting (91,92) om synchrone beweging daarvan mogelijk te maken.

4. Offshore boorvaartuig volgens conclusie 1, waarbij de gemeenschappelijke deiningscompensatie-inrichting een deiningscompenserende lier (200) omvat, die gemeenschappelijk is voor de einden van de een of meer dragerophangkabels (55) en voor de einden van de een of meer werkdekophangkabels (75), bijvoorbeeld waarbij de lier een enkellaags-trommel type lier is, waarbij de dragerophangkabels (55) en de werkdekophangkabels (75) in een enkele laag zijn gewikkeld, elk op een bijbehorende sectie van de trommel.

5. Offshore boorvaartuig volgens een of meer van de conclusies 1 - 4, waarbij elke werkdekophangkabel (75) een eindgedeelte heeft dat verbonden is met het werkdek dat is afgehangen van een vertrekschijf (76) die op een vaste hoogte op de toren is aangebracht, bij voorkeur lager dan het topschijvensamenstel (40).

6. Offshore boorinstallatie ingericht voor plaatsing op een boorvaartuig met een drijvende romp (2) omvattende een moonpool (3), waarbij de installatie omvat: -een boortoren (10) ingericht voor plaatsing op de romp bij of nabij de moonpool; - een hoofdhijsinrichting (30) omvattende: - een verplaatsende topdrive-drager (35) ingericht om een topdrive en een boorbuizenstreng (100) die zich langs een vuurlijn {4) door de moonpool uitstrekt te dragen; - een topschijvensamenstel (4) dat verticaal is geleid ten opzichte van een hoger gelegen deel van de toren en een of meer dragerophangkabelschijven (41) omvat, - een of meer verticaal georiënteerde hydraulische zuiger-en-cilinder type hefinrichtingen (50), die elk een cilinderlichaam (51) en een zuigerstang (52) hebben, welke hefinrichtingen elk één van de cilinder en de zuigerstang daarvan vastgezet hebben ten

-16 - opzichte van de romp en de andere van de cilinder en de zuigerstang het topschijvensamenstel (40) daarop draagt om zo verticaal beweegbaar te zijn ten opzichte van de toren, - een of meer dragerophangkabels (55), waarbij elke dragerophangkabel een einde

(56) heeft dat bevestigd is aan de verplaatsende topdrive-drager (35} en zich uitstrekt over een bijbehorende schijf (41) van het topschijvensamenstel naar een ander einde (57) van de dragerophangkabel, waarbij het andere einde verbonden is met een van een anker (60;90;95) dat vast is ten opzichte van de romp of met een lier (200) die vast is ten opzichte van de romp,

- een hydraulisch circuit (80) verbonden met de een of meer hefinrichtingen (50) en omvattende een hydraulische pomp, waarbij het hydraulische circuit ingericht is om de verplaatsende topdrive-drager (35) te heffen en te laten zakken door het uitschuiven en intrekken van de een of meer hefinrichtingen (50),

- een deiningscompensatiesysteem (90,91,92:200) dat op de een of meer dragerophangkabels werkt en is ingericht om een deiningscompensatiebeweging te verschaffen van de verplaatsende topdrive-drager, met het kenmerk, dat een verticaal beweegbaar werkdek (70) is voorzien, dat langs de vuurlijn verticaal beweegbaar is ten opzichte van de toren (10) en de romp (2) binnen een bewegingsbereik dat een deiningscompensatiebewegingsbereik omvat, waarbij het werkdek (70) is voorzien van een slipinrichting (20) die is ingericht om een buizenstreng (100) in de vuurlijn op te hangen, waarbij het verticaal beweegbare werkdek (7) is afgehangen van ten minste een werkdekophangkabel (75),

waarbij de ten minste ene werkdekophangkabel (75) onafhankelijk van de een of meer hefinrichtingen (50) is geleid, zodat verticale positie en verticale beweging van het werkdek onafhankelijk is van de werking van de een of meer hefinrichtingen (50), en dat een geïntegreerd deiningscompensatiesysteem {90,91,92;200) is voorzien dat is ingericht om, in bedrijf daarvan, een deiningscompensatiebeweging te bewerkstelligen van het verticaal beweegbare werkdek (70) ten opzichte van de toren en van de romp binnen genoemd deiningscompensatiebewegingsbereik en een synchrone deiningscompensatiebeweging van de verplaatsende topdrive-drager (35) om synchrone

-17 - deiningscompensatiebewegingen van het verticaal beweegbare werkdek en de verplaatsende topdrive-drager te verkrijgen, waarbij een geintegreerd deiningscompensatiesysteem en gemeenschappelijke deiningscompensatie-inrichting (90,91,92;200) omvat die zowel op de een of meer dragerophangkabels (55) als op de een of meer werkdekophangkabels (75) werkt, zodat wanneer een last gevormd door een buizenstreng (100) die initieel was afgehangen van de verplaatsende topdrive-drager (35) wordt overgebracht naar de slipinrichting (20) of omgekeerd, de last op de gemeenschappelijke deiningscompensatie-inrichting (90,91,92;200) in hoofdzaak dezelfde blijft.

7. Werkwijze voor het uitvoeren van een bij een onderzees boorgat behorende activiteit, waarbij gebruik wordt gemaakt van een vaartuig of installatie volgens een van de conclusie 1 - 6.

8. Werkwijze volgens conclusie 7, waarbij een activiteit tripping in of tripping out van een buizenstreng is.