NL2021461B1

NL2021461B1 - Air distribution device

Info

Publication number: NL2021461B1
Application number: NL2021461A
Authority: NL
Inventors: Lucienne Lestraden-Middelweerd Maria
Original assignee: Technische Handelsonderneming Nivola B V
Priority date: 2018-08-13
Filing date: 2018-08-13
Publication date: 2021-05-12
Also published as: NL2021461A

Abstract

De uitvinding betreft een luchtdistributie-inrichting (31) voor gebruik in een bouwkundige constructie, zoals een Ioods of een kas, omvattend een ruimte (3) met een dak (6), een bodem (8) en een ruimtehoogte (H) van ongeveer meer dan 3 m, een kap (32), waarbij het dak van de ruimte zich onder de kap bevindt en een horizontale afscheiding vormt tussen de ruimte (3) en een tussenruimte (33) tussen het dak en de kap, waarbij de luchtdistributieinrichting is ingericht voor het aanzuigen van lucht uit de tussenruimte boven het dak via een instroomopening (26) en het vervolgens hoofdzakelijk zijdelings, in het bijzonder horizontaal, uitblazen van lucht in de ruimte onder het dak via een uitstroomopening (18), in het bijzonder in de richting van een luchtverplaatsingsinrichting (1) of een luchtverwarmingssamenstel.The invention relates to an air distribution device (31) for use in a building construction, such as a shed or a greenhouse, comprising a space (3) with a roof (6), a bottom (8) and a space height (H) of approximately more than 3 m, a hood (32), where the roof of the space is located below the hood and forms a horizontal partition between the space (3) and a space (33) between the roof and the hood, the air distribution device being arranged for sucking in air from the intermediate space above the roof via an inflow opening (26) and subsequently blowing out air mainly laterally, in particular horizontally, into the space below the roof via an outflow opening (18), in particular in the direction of an air displacement device (1) or an air heating assembly.

Description

Korte aanduiding: Luchtdistributie-inrichting Beschrijving De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een luchtdistributie- inrichting voor gebruik in een bouwkundige constructie. Daarnaast heeft de uitvinding betrekking op een voornoemde bouwkundige constructie, zoals een loods of een kas, voorzien van een voornoemde luchtdistributie-inrichting.Short designation: Air distribution device Description The present invention relates to an air distribution device for use in an architectural structure. In addition, the invention relates to an aforesaid architectural construction, such as a shed or a greenhouse, provided with an aforesaid air distribution device.

Stand van de techniek Uit de stand van de techniek zijn velerlei manieren bekend om de lucht in een relatief hoge ruimte, zoals een loods, kas, fabriekshal, kerk, et cetera, te distribueren om een zekere, gewenste luchtcirculatie in de betreffende ruimte te bewerkstelligen.State of the art From the state of the art, many ways are known for distributing the air in a relatively high space, such as a shed, greenhouse, factory hall, church, etc., in order to realize a certain, desired air circulation in the space in question. .

Echter is in de praktijk gebleken dat het moeilijk is voor een dusdanig uniforme luchtstroming in de ruimte te zorgen, dat het binnenklimaat als aangenaam bestempeld kan worden, in het bijzonder wanneer een uniforme temperatuurverdeling in de ruimte wordt beoogd, meer in het bijzonder wanneer relatief warme lucht, die zich doorgaans in het hoger gelegen deel onder het dak verzamelt, naar het lager gelegen deel verplaatst dient te worden.However, it has been found in practice that it is difficult to ensure such a uniform airflow in the room that the indoor climate can be regarded as pleasant, in particular when a uniform temperature distribution in the room is intended, more in particular when relatively warm air, which usually collects in the higher part under the roof, has to be moved to the lower part.

Bestaande luchtverplaatsingsinrichtingen, zoals industriële ventilatoren, zijn dikwijls niet in staat een uniforme temperatuurverdeling in de ruimte te bewerkstelligen, i.e. dergelijke inrichtingen leiden tot ‘dode’ zones met relatief lage stromingsactiviteit enerzijds en anderzijds tot zones met relatief (te) hoge stromingsactiviteit, ofwel tot zones met een te hoge temperatuur dan wel tot zones met een te lage temperatuur.Existing air displacement devices, such as industrial fans, are often unable to achieve a uniform temperature distribution in the room, ie such devices lead to 'dead' zones with relatively low flow activity on the one hand and zones with relatively (too) high flow activity on the other, or to zones with too high a temperature or to zones with too low a temperature.

Met name bij toepassing in kassen is het van groot belang dat een optimaal binnenklimaat wordt gecreëerd, met zo min mogelijk dode zones en een zo uniform mogelijke temperatuurverdeling. Daarnaast is het bij kassen van groot belang dat de in de kas te telen gewassen niet aan te hoge luchtstroomsnelheden worden blootgesteld.Particularly when used in greenhouses, it is of great importance that an optimal indoor climate is created, with as few dead zones as possible and a temperature distribution that is as uniform as possible. In addition, it is of great importance in greenhouses that the crops to be grown in the greenhouse are not exposed to excessively high airflow velocities.

Wanneer, in het geval van een kas, het dak van de ruimte zich onder de kap bevindt en een horizontale afscheiding vormt tussen de ruimte en een tussenruimte tussen het dak en de kap, is het in het bijzonder moeilijk om een uniforme temperatuurverdeling in de ruimte te verkrijgen, omdat relatief warme lucht zich doorgaans in het hoger gelegen deel onder het dak verzamelt.In the case of a greenhouse, when the roof of the space is below the hood and forms a horizontal partition between the space and a gap between the roof and the hood, it is particularly difficult to achieve a uniform temperature distribution in the space. because relatively warm air usually collects in the higher part under the roof.

Doel van de uitvindingPurpose of the invention

Een doel van de uitvinding is derhalve om, wanneer het dak van de ruimte zich onder de kap bevindt en een horizontale afscheiding vormt tussen de ruimte en een tussenruimte tussen het dak en de kap, de relatief warme lucht, die zich doorgaans in het hoger gelegen deel onder het dak verzamelt, naar het lager gelegen deel te verplaatsen.An object of the invention is therefore, when the roof of the space is located under the hood and forms a horizontal partition between the space and an intermediate space between the roof and the hood, the relatively warm air, which is usually in the higher area part under the roof, move it to the lower part.

Beschrijving van de uitvinding Daartoe verschaft de uitvinding een luchtdistributie-inrichting voor gebruik in een bouwkundige constructie, zoals een loods of een kas, omvattend een ruimte met een dak, een bodem en een ruimtehoogte H van ongeveer meer dan 3 m, een kap, waarbij het dak van de ruimte zich onder de kap bevindt en een horizontale afscheiding vormt tussen de ruimte en een tussenruimte tussen het dak en de kap, waarbij de luchtdistributie-inrichting is ingericht voor het aanzuigen van lucht uit de tussenruimte boven het dak via een instroomopening en het vervolgens hoofdzakelijk zijdelings, in het bijzonder horizontaal, uitblazen van lucht in de ruimte onder het dak via een uitstroomopening, in het bijzonder in de richting van een luchtverplaatsingsinrichting of een luchtverwarmingssamenstel.Description of the invention To this end, the invention provides an air distribution device for use in a building construction, such as a shed or a greenhouse, comprising a space with a roof, a bottom and a space height H of approximately more than 3 m, a hood, wherein the roof of the space is located below the hood and forms a horizontal partition between the space and an intermediate space between the roof and the hood, the air distribution device being adapted to draw in air from the intermediate space above the roof through an inlet opening and subsequently blowing out air substantially laterally, in particular horizontally, in the space under the roof via an outflow opening, in particular in the direction of an air displacing device or an air heating assembly.

Op deze wijze kan, zoals besproken, lucht van boven een horizontaal scheidingsdeel, zoals een schermdoek in een kas, onder het betreffende scheidingsdeel worden gebracht om gecirculeerd te worden.In this way, as discussed, air from above a horizontal separating part, such as a screen cloth in a greenhouse, can be brought under the relevant separating part in order to be circulated.

Een uitvoeringsvorm betreft een voornoemde luchtdistributie-inrichting, waarbij de luchtdistributie-inrichting een verticaal geleidingskanaal heeft, dat aan een bovenuiteinde daarvan de instroomopening omvat en aan een onderuiteinde daarvan de uitstroomopening omvat.One embodiment relates to an above-mentioned air distribution device, wherein the air distribution device has a vertical guide channel, which comprises the inflow opening at an upper end thereof and the outflow opening at a lower end thereof.

Bij voorkeur is dit geleidingskanaal relatief slank/smal.Preferably, this guide channel is relatively slim/narrow.

Een uitvoeringsvorm betreft een voornoemde luchtdistributie-inrichting, waarbij onder de uitstroomopening van de luchtdistriputie-inrichting een afbuigorgaan is aangebracht om de uitstromende lucht zijdelings af te buigen.One embodiment relates to an above-mentioned air distribution device, wherein a deflector member is arranged below the outflow opening of the air distribution device for deflecting the outflowing air laterally.

Bij voorkeur is dit afbuigorgaan op een afstand van ongeveer 0,1 — 1,0 m, bijvoorbeeld 0,1 - 0,5 m, onder de uitstroomopening aangebracht.This deflector is preferably arranged at a distance of approximately 0.1 - 1.0 m, for example 0.1 - 0.5 m, below the outflow opening.

Het afbuigorgaan kan de vorm van een plaat, zoals een ronde plaat, hebben en bijvoorbeeld zijn voorzien van een kegel aan de bovenzijde ervan om een vloeiend afbuigen van de luchtstroming te kunnen realiseren.The deflector may be in the form of a plate, such as a round plate, and may, for example, be provided with a cone at its top to enable smooth deflection of the airflow.

Op voordelige wijze kan het afbuigorgaan gebruikt worden om een meer gerichte circulatiestroom nabij het dak te verkrijgen, met name om de lucht (horizontaal) naar de nabijgelegen luchtverplaatsingsinrichtingen volgens de uitvinding te distribueren, waarbij die nabijgelegen luchtverplaatsingsinrichtingen de lucht onder een meer verticale hoek neerwaarts verplaatsen.Advantageously, the deflector can be used to obtain a more directional circulation flow near the roof, in particular to distribute the air (horizontal) to the nearby air displacement devices according to the invention, wherein said nearby air displacement devices move the air downwards at a more vertical angle. .

Een ander aspect van de uitvinding betreft een bouwkundige constructie, bijvoorbeeld de voornoemde bouwkundige constructie, zoals een loods of een kas, omvattend een ruimte met een dak, een bodem en een ruimtehoogte H van ongeveer meer dan 3 m, een kap, waarbij het dak van de ruimte zich onder de kap bevindt en een horizontale afscheiding vormt tussen de ruimte en een tussenruimte tussen het dak en de kap, omvattend een voornoemde luchtdistributie-inrichting, die in of nabij het hoger gelegen deel van de ruimte is aangebracht en is ingericht voor het aanzuigen van lucht uit de tussenruimte boven het dak via een instroomopening en het vervolgens hoofdzakelijk zijdelings, in het bijzonder horizontaal, uitblazen van lucht in de ruimte onder het dak via een uitstroomopening, in het bijzonder in de richting van een voornoemde luchtverplaatsingsinrichting of een voornoemd luchtverwarmingssamenstel. Op deze wijze kan, zoals besproken, lucht van boven een horizontaal scheidingsdeel, zoals een schermdoek in een kas, onder het betreffende scheidingsdeel worden gebracht om gecirculeerd te worden.Another aspect of the invention relates to an architectural construction, for example the aforementioned architectural construction, such as a shed or a greenhouse, comprising a space with a roof, a bottom and a space height H of approximately more than 3 m, a hood, the roof being of the space is located under the hood and forms a horizontal partition between the space and an intermediate space between the roof and the hood, comprising an aforesaid air distribution device, which is arranged in or near the higher part of the space and is arranged for drawing air from the space above the roof via an inlet opening and subsequently blowing air out substantially laterally, in particular horizontally, into the space below the roof via an outlet opening, in particular in the direction of an aforesaid air displacement device or an aforesaid air heating assembly. In this way, as discussed, air from above a horizontal separating part, such as a screen cloth in a greenhouse, can be brought under the relevant separating part in order to be circulated.

Een uitvoeringsvorm betreft een voornoemde bouwkundige constructie, waarbij het dak een horizontale dakligger omvat, zoals een tralieligger in geval van een kas, en de luchtdistributie-inrichting aan de horizontale dakligger is aangebracht.One embodiment relates to an aforesaid architectural construction, wherein the roof comprises a horizontal roof beam, such as a lattice beam in the case of a greenhouse, and the air distribution device is arranged on the horizontal roof beam.

Bij voorkeur is een tweetal verticale geleidingskanalen aangebracht aan weerszijden van de dakligger. Bij voorkeur zijn deze geleidingskanalen relatief plat, i.e. steken deze relatief weinig uit ten opzichte van de dakligger.Preferably, two vertical guide channels are arranged on either side of the roof beam. Preferably, these guide channels are relatively flat, i.e. they protrude relatively little relative to the roof beam.

Korte beschrijving van de figuren De uitvinding zal hieronder nader aan de hand van in de tekeningen afgebeelde uitvoeringsvoorbeelden verduidelijkt worden. Daarbij tonen: Figuren 1a en 1b elk een schematisch zijaanzicht van een uitvoeringsvoorbeeld van een bouwkundige constructie voorzien van een luchtverplaatsingsinrichting; Figuur 24 een perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvoorbeeld van een luchtverwarmingssamenstel met een ventilator met opstaande schoepen; Figuur 2b een perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvoorbeeld van een luchtverwarmingssamenstel met een ventilator met radiale schoepen; Figuur 3 een schematisch, perspectivisch aanzicht van een luchtdistributie-inrichting volgens de uitvinding voor gebruik met de luchtverplaatsingsinrichting bevestigd aan een tralieligger en voorzien van een afbuigorgaan; Figuur 4 een schematisch zijaanzicht van een bouwkundige constructie voorzien van de luchtdistributie-inrichting volgens figuur 3 en meerdere luchtverplaatsingsinrichtingen; enBrief description of the figures The invention will be further elucidated below with reference to exemplary embodiments shown in the drawings. In the drawing: Figures 1a and 1b each show a schematic side view of an exemplary embodiment of a architectural construction provided with an air displacement device; Figure 24 is a perspective view of an exemplary embodiment of an air heating assembly with an upright blade fan; Figure 2b is a perspective view of an exemplary embodiment of an air heating assembly with a fan with radial blades; Figure 3 is a schematic, perspective view of an air distribution device according to the invention for use with the air displacement device attached to a lattice girder and provided with a deflector; Figure 4 shows a schematic side view of a building construction provided with the air distribution device according to figure 3 and a plurality of air displacement devices; and

Figuur 5 een schematisch zijaanzicht van een bouwkundige constructie voorzien van meerdere luchtverplaatsingsinrichtingen, waarin enkele van belang zijnde afstanden getoond worden.Figure 5 shows a schematic side view of a building construction provided with several air displacement devices, in which some important distances are shown.

5 Uitgebreide beschrijving van de figuren De figuren 1-5 zullen gezamenlijk worden besproken. De figuren 1a en 1b tonen elk een bouwkundige constructie 4, zoals een loods of een kas. De bouwkundige constructie 4 omvat een ruimte 3 met een dak 6 en een bodem 8. De ruimte 3 heeft een ruimtehoogte H van ongeveer meer dan 3 m, met een in de praktijk praktisch maximum van 20 m. De bouwkundige constructie 4 is voorzien van een luchtverplaatsingsinrichting 1 aangebracht in of nabij het hoger gelegen deel 5 van de ruimte 3, die is ingericht voor het deels of geheel van bovenaf, langs het dak 6, uit de ruimte 3, axiaal aanzuigen en/of verwarmen van de lucht 2 en het vervolgens neerwaarts verplaatsen van de lucht 2 in een kegelvormig uitstromingspatroon 10. Middels het instelsysteem 11 kan de luchtverplaatsingssnelheid van de luchtverplaatsingseenheid 9 tijdens gebruik zodanig ingesteld worden, dat in het lager gelegen deel 7, op maximaal ongeveer 2 m afstand van de bodem 8 van de ruimte, de luchtsnelheid ongeveer 0,5 -1 m/s bedraagt. Het schematisch getoonde instelsysteem 11, bij voorkeur communicatief verbonden met een motor 20, stelt het toerental bij voorkeur in in een bereik tussen ongeveer 100 en 1400, zoals 700 en 900, toeren per minuut. De motor 20 heeft bij voorkeur een motorvermogen van ongeveer 80 - 250 W, zoals ongeveer 180 W. Idealiter heeft de luchtverplaatsingsinrichting 1 een debiet van ongeveer 6000 - 15000 m3/u, zoals ongeveer 8000 of 12000 m3/u. Zoals te zien in figuur 1a, splitst het kegelvormige uitstromingspatroon 10 zich bij de eerste variant van de luchtverplaatsingsinrichting 1 nabij de bodem 8 in een inwendige stroming die zich weer langs de verticale as, opwaarts naar de luchtverplaatsingsinrichting 1, beweegt en een uitwendige stroming die zich lang de zijwanden 27 opwaarts beweegt om vervolgens langs het dak 6 aangezogen te worden. Bij voorkeur is er bij het instelsysteem 11 sprake van terugkoppeling van meetgegevens afkomstig een of meer in de ruimte 3, zoals nabij de bodem 8, aangebrachte sensoren, zoals luchtsnelheidssensoren, temperatuursensoren, et cetera.5 Detailed description of the figures Figures 1-5 will be discussed together. Figures 1a and 1b each show an architectural construction 4, such as a shed or a greenhouse. The architectural construction 4 comprises a space 3 with a roof 6 and a floor 8. The space 3 has a space height H of approximately more than 3 m, with a practical maximum of 20 m in practice. air displacement device 1 arranged in or near the higher part 5 of the space 3, which is designed for partially or completely from above, along the roof 6, from the space 3, axially sucking in and/or heating the air 2 and subsequently downward displacement of the air 2 in a conical outflow pattern 10. By means of the adjustment system 11 the air displacement speed of the air displacement unit 9 can be set during use such that in the lower part 7, at a maximum distance of approximately 2 m from the floor 8 of the space , the air speed is about 0.5 -1 m/s. The schematically shown adjustment system 11, preferably communicatively connected to a motor 20, preferably sets the speed in a range between approximately 100 and 1400, such as 700 and 900, rpm. The motor 20 preferably has a motor power of about 80-250 W, such as about 180 W. Ideally, the air displacement device 1 has a flow rate of about 6000-15000 m3/h, such as about 8000 or 12000 m3/h. As can be seen in Fig. 1a, in the first variant of the air displacement device 1 near the bottom 8, the conical outflow pattern 10 splits into an internal flow which again moves along the vertical axis, upwards to the air displacement device 1, and an external flow which moves along the vertical axis. along the side walls 27 moves upwards and is subsequently sucked in along the roof 6. In the setting system 11, there is preferably feedback of measurement data from one or more sensors arranged in the space 3, such as near the bottom 8, such as air speed sensors, temperature sensors, et cetera.

Bij de variant van figuur 1b is er effectief slechts sprake van een enkel kegelvormig uitstromingspatroon 10, waarbij de lucht 2 nagenoeg volledig langs de zijwanden 27 opwaarts stroomt. Het dak 6 kan overigens plat zijn, maar kan ook een zigzagpatroon of kartelpatroon hebben, wanneer in dwarsdoorsnede bezien, zoals doorgaans te vinden bij een kas.In the variant of figure 1b there is effectively only a single cone-shaped outflow pattern 10, wherein the air 2 flows almost completely upwards along the side walls 27. The roof 6 may otherwise be flat, but may also have a zigzag or serrated pattern when viewed in cross-section, as usually found in a greenhouse.

De diameter van de in de figuren 1a en 1b getoonde ventilatoren bedraagt bij voorkeur ongeveer 0,5 - 2,0 m, bij grotere voorkeur ongeveer 0,7 —- 1,5 m, zoals ongeveer 1,1 m.The diameter of the fans shown in Figures 1a and 1b is preferably about 0.5 - 2.0 m, more preferably about 0.7 - 1.5 m, such as about 1.1 m.

Overigens, wanneer negen bladen worden gebruikt, bedraagt het bladoppervlak bijvoorbeeld 25 — 110 cm2, bij voorkeur 50 — 75 cm2 per blad. Wanneer drie bladen worden gebruikt, bedraagt het bladoppervlak bij voorkeur 200 — 600 cm2, bij voorkeur 350 — 450 cm2 per blad. Wanneer zes bladen worden gebruikt, bedraagt het bladoppervlak bij voorkeur 50 — 300 cm2, bij voorkeur 100 — 200 cm2 per blad.Incidentally, when nine blades are used, the blade area is, for example, 25-110 cm 2 , preferably 50-75 cm 2 per blade. When three blades are used, the blade area is preferably 200-600 cm 2 , preferably 350-450 cm 2 per blade. When six blades are used, the blade area is preferably 50-300 cm 2 , preferably 100-200 cm 2 per blade.

De figuren 2a en 2b tonen elk een uitvoeringsvoorbeeld van een luchtverwarmingssamenstel 21, omvattend een luchtverplaatsingsinrichting 1 en een aan de luchtverplaatsingseenheid 1 gekoppelde, ten minste deels luchtdoorlatende verwarmingseenheid 22. De verwarmingseenheid 22 bevindt zich tijdens gebruik in het pad van het kegelvormige uitstromingspatroon 10 of het pad van de van bovenaf, axiaal aangezogen lucht, voor het verwarmen van de uitstromende lucht. Zoals getoond, omvat de verwarmingseenheid 22 bij voorkeur een verwarmingsspiraal 23. Zoals getoond in figuur 2b, kan de verwarmingsspiraal uitgevoerd zijn als dubbele spiraal 24. Een enkele verwarmingsspiraal 23, bijvoorbeeld een ribbenbuis, kan daarbij een lengte van 5 — 50 m, bijvoorbeeld 15 - 30 m, hebben - een dubbele spiraal bijvoorbeeld het dubbele daarvan. Indien gewenst, kan zelfs een driedubbele spiraal worden toegepast. Het luchtverwarmingssamenstel 21 is tijdens gebruik ingericht om de lucht per doorgang maximaal 3 graden te verwarmen. Het luchtverwarmingssamenstel 21 (dan wel de luchtverplaatsingsinrichting 1) kan bijvoorbeeld met een karabijnhaak en een T-ijzer, al dan niet verlengd met een pendel, aan het dak 6 worden opgehangen. Bij voorkeur laat het ophangingsmiddel in ieder geval deels toe dat de luchtverplaatsingsinrichting 1 zich in de drie mogelijke richtingen beweegt en rond de drie mogelijke assen kan draaien.Figures 2a and 2b each show an exemplary embodiment of an air heating assembly 21, comprising an air displacing device 1 and an at least partly air permeable heating unit 22 coupled to the air displacing unit 1. During use, the heating unit 22 is located in the path of the conical outflow pattern 10 or the path of the air drawn in from above, axially drawn in, for heating the outgoing air. As shown, the heating unit 22 preferably comprises a heating coil 23. As shown in figure 2b, the heating coil can be designed as a double coil 24. A single heating coil 23, for example a finned tube, can have a length of 5 - 50 m, for example 15 - 30 m, have - a double spiral, for example, double that. If desired, even a triple spiral can be used. During use, the air heating assembly 21 is designed to heat the air to a maximum of 3 degrees per passage. The air heating assembly 21 (or the air displacing device 1) can be suspended from the roof 6, for instance with a carabiner and a T-iron, whether or not extended with a pendulum. Preferably, the suspension means at least partly allows the air displacing device 1 to move in the three possible directions and to rotate about the three possible axes.

Het uitvoeringsvoorbeeld van figuur 2a toont overigens een luchtverplaatsingsinrichting 1, waarbij de luchtverplaatsingseenheid 9 een ventilator 12 met een axisymmetrisch centraal deel 13 en een axisymmetrisch omtreksdeel 14 omvat. Het omtreksdeel 14 omvat een negental opstaande schoepen 15 die zijn ingericht om het neerwaartse, kegelvormige uitstromingspatroon 10 te bewerkstelligen. Het centrale deel 13 is hoofdzakelijk open, om tijdens gebruik een axiaal aanzuigen van de lucht 2 van onderaf, door het centrale deel 13, mogelijk te maken. Dit is met name voordelig in een ruimte 3 met een ruimtehoogte H van ongeveer 3 - 9 m. De stand van de schoepen ten opzichte van de verticaal bedraagt ongeveer 20 - 30 graden.The exemplary embodiment of figure 2a otherwise shows an air displacement device 1, wherein the air displacement unit 9 comprises a fan 12 with an axisymmetric central part 13 and an axisymmetric circumferential part 14. The peripheral part 14 comprises nine upright vanes 15 which are adapted to effect the downward, cone-shaped outflow pattern 10 . The central part 13 is substantially open to allow an axial suction of the air 2 from below through the central part 13 during use. This is particularly advantageous in a space 3 with a space height H of approximately 3 - 9 m. The position of the blades relative to the vertical is approximately 20 - 30 degrees.

Het uitvoeringsvoorbeeld van figuur 2b toont overigens een luchtverplaatsingsinrichting 1, waarbij de luchtverplaatsingseenheid 9 een ventilator 16 met een drietal radiale schoepen 17 omvat, waarbij de radiale schoepen 17 zijn ingericht voor het van bovenaf, axiaal aanzuigen van de lucht 2 en het vervolgens neerwaarts verplaatsen van de lucht, in het kegelvormige uitstromingspatroon 10. Dit type luchtverplaatsingsinrichting 1 vindt met name toepassing in een ruimte 3 met een ruimtehoogte H van ongeveer meer dan 3 m, zoals meer dan 6 m.The exemplary embodiment of Fig. 2b otherwise shows an air displacing device 1, wherein the air displacing unit 9 comprises a fan 16 with three radial blades 17, the radial blades 17 being designed for axially drawing in the air 2 from above and subsequently displacing the air downwards. the air, in the conical outflow pattern 10. This type of air displacing device 1 is used in particular in a room 3 with a room height H of approximately more than 3 m, such as more than 6 m.

Figuur 3 toont een uitvoeringsvoorbeeld van de luchtdistributie-inrichting 31 volgens de uitvinding, waarbij de luchtdistributie-inrichting 31 aan een horizontale dakligger 25, zoals een tralieligger 25 in geval van een kas, is aangebracht en een instroomopening 26 omvat die zich boven de hoogte van de dakligger 25 bevindt. Onder een uitstroomopening 18 is een afbuigorgaan 19 aangebracht, zoals een afbuigorgaan 19 met een kegelvorm, om de uitstromende lucht zijdelings af te buigen. De lucht wordt van boven de dakligger 25 middels de instroomopening 26 naar de uitstroomopening 18 verplaatst door een verticaal geleidingskanaal 28. Bij voorkeur is dit geleidingskanaal 28 opgesplitst in een tweetal kanalen, die zich elk aan weerszijden van de dakligger 25 bevinden. Deze twee kanalen komen bij de luchtverplaatsingseenheid 29 weer samen. Bij voorkeur loopt het geleidingskanaal 28 taps toe in een trechter 30 in de richting van — en nabij — de luchtverplaatsingseenheid 29. Het afbuigorgaan 19 kan op een verticale afstand van ongeveer 0,2 — 1,0 m, zoals ongeveer 0,3 - 0,4 m, onder de uitstroomopening 18 zijn aangebracht.Figure 3 shows an exemplary embodiment of the air distribution device 31 according to the invention, wherein the air distribution device 31 is arranged on a horizontal roof beam 25, such as a lattice beam 25 in the case of a greenhouse, and comprises an inlet opening 26 which is located above the height of the roof beam 25 is located. Arranged below an outflow opening 18 is a deflector 19, such as a conical deflector 19, for deflecting the outflowing air laterally. The air is moved from above the roof beam 25 by means of the inflow opening 26 to the outflow opening 18 through a vertical guide channel 28. Preferably, this guide channel 28 is split into two channels, which are each located on either side of the roof beam 25 . These two channels come together again at the air displacement unit 29. Preferably, the guide channel 28 tapers into a funnel 30 in the direction of — and close to — the air displacement unit 29. The deflector 19 can be spaced at a vertical distance of about 0.2 - 1.0 m, such as about 0.3 - 0. .4 m, below the outflow opening 18.

Figuur 4 toont een bouwkundige constructie 4 met meerdere luchtverplaatsingsinrichtingen 1 en de in de paragraaf hierboven beschreven luchtdistributie-inrichting 31 volgens de uitvinding, getoond in figuur 3. De luchtdistributie-inrichting 31 zoals getoond in figuur 3 is daarbij te midden van een tweetal luchtverplaatsingsinrichtingen 1 volgens figuur 1a aangebracht, waarbij de luchtdistributie-inrichting 31 de lucht 2 van boven een (niet-getoond) schermdoek aanzuigt om deze lucht 2 vervolgens horizontaal in de richting van de luchtverplaatsingsinrichtingen 1 volgens figuur 1a te distribueren.Figure 4 shows an architectural construction 4 with several air displacement devices 1 and the air distribution device 31 according to the invention described in the paragraph above, shown in figure 3. The air distribution device 31 as shown in figure 3 is in this case amidst two air displacement devices 1 according to figure 1a, the air distribution device 31 sucking in the air 2 from above a screen cloth (not shown) in order to subsequently distribute this air 2 horizontally in the direction of the air displacing devices 1 according to figure 1a.

Figuur 5 toont, zoals genoemd, een schematisch zijaanzicht van een bouwkundige constructie 4 voorzien van meerdere luchtverplaatsingsinrichtingen 1, waarin enkele van belang zijnde afstanden zijn getoond. De luchtverplaatsingseenheid 9 is bij voorkeur op minimaal ongeveer 0,5 m verticale afstand D1 van het dak 6 aangebracht. De luchtverplaatsingsinrichtingen 1 zijn bij voorkeur aangebracht op een onderlinge horizontale tussenafstand D2 van ongeveer 6 - 25 m, zoals 10 - 17 m, bijvoorbeeld 15 m. Daarnaast zijn de luchtverplaatsingsinrichtingen 1 op minimaal 5 m van een zijwand 27 van de bouwkundige constructie 4 aangebracht. De luchtverplaatsingsinrichtingen 1 zijn overigens bij voorkeur ingericht om elk ongeveer 36 - 700 m2, zoals 200 - 250 m2, van de bodem 8 te bestrijken.Figure 5 shows, as mentioned, a schematic side view of an architectural construction 4 provided with several air displacement devices 1, in which some important distances are shown. The air displacement unit 9 is preferably arranged at a minimum of approximately 0.5 m vertical distance D1 from the roof 6. The air displacement devices 1 are preferably arranged at a mutual horizontal intermediate distance D2 of approximately 6 - 25 m, such as 10 - 17 m, for example 15 m. In addition, the air displacement devices 1 are arranged at least 5 m from a side wall 27 of the architectural construction 4. The air displacing devices 1 are otherwise preferably designed to each cover approximately 36-700 m2, such as 200-250 m2, of the bottom 8.

Het moge duidelijk zijn dat de bovenstaande beschrijving is bedoeld om de werking van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding te illustreren, en niet om de reikwijdte van de uitvinding te beperken.It is to be understood that the above description is intended to illustrate the operation of preferred embodiments of the invention, and not to limit the scope of the invention.

Uitgaande van de bovenstaande uiteenzetting zullen voor een vakman vele variaties evident zijn die zich bevinden binnen de uitvindingsgedachte en de reikwijdte van de onderhavige uitvinding.Starting from the above explanation, many variations will be apparent to a person skilled in the art, which are within the inventive idea and scope of the present invention.

Lijst met verwijzingscijfersList of reference numbers

1. Luchtverplaatsingsinrichting1. Air Displacement Device

2. Lucht2. Air

3. Ruimte3. Space

4. Bouwkundige constructie4. Architectural Construction

5. Hoger gelegen deel5. Higher part

6. Dak6. Roof

7. Lager gelegen deel7. Lower part

8. Bodem van de ruimte8. Bottom of the room

9. Luchtverplaatsingseenheid9. Air displacement unit

10. Kegelvormig uitstromingspatroon10. Cone-shaped outflow pattern

11. Instelsysteem11. Setting System

12. Ventilator met opstaande schoepen12. Raised Vane Fan

13. Axisymmetrisch centraal deel13. Axisymmetric central part

14. Axisymmetrisch omtreksdeel14. Axisymmetric circumferential part

15. Opstaande schoep15. Stand Up Blade

16. Ventilator met radiale schoepen16. Radial Vane Fan

17. Radiale schoep17. Radial vane

18. Uitstroomopening18. Outlet opening

19. Afbuigorgaan19. Deflector

20. Motor20. Engine

21. Luchtverwarmingssamenstel21. Air Heater Assembly

22. Verwarmingseenheid22. Heating Unit

23. Verwarmingsspiraal23. Heating Coil

24. Dubbele spiraal24. Double Spiral

25. Horizontale dakligger25. Horizontal roof beam

26. Instroomopening26. Inlet opening

27. Zijwand van bouwkundige constructie27. Sidewall of Architectural Construction

28. Geleidingskanaal28. Conduction Channel

29. Luchtverplaatsingseenheid van luchtdistributie-inrichting29. Air Displacement Unit of Air Distribution Device

30. Trechter30. Funnel

31. Luchtdistributie-inrichting31. Air Distribution Device

32. Kap32. Cap

33. Tussenruimte H = ruimtehoogte D1 = verticale afstand tot dak D2 = horizontale tussenafstand D3 = horizontale afstand tot zijwand D4 = horizontale afstand tot verlichting D5 = verticale afstand tot bodem33. Gap H = room height D1 = vertical distance to roof D2 = horizontal distance to side wall D3 = horizontal distance to side wall D4 = horizontal distance to lighting D5 = vertical distance to floor

Claims

CONCLUSIONS

An air distribution device (31) for use in a building construction, such as a shed or a greenhouse, comprising a space (3) with a roof (6), a bottom (8) and a space height (H) of approximately more than 3 m, a hood (32), the roof of the space being below the hood and forming a horizontal partition between the space (3) and a gap (33) between the roof and the hood, the air distribution device being arranged for sucking in air from the intermediate space above the roof via an inlet opening (26) and subsequently blowing out air substantially laterally, in particular horizontally, into the space below the roof via an outflow opening (18), in particular in the direction of an air displacement device (1) or an air heating assembly (21).

An air distribution device according to claim 1, wherein the air distribution device has a vertical guide channel (28) which comprises the inflow opening at an upper end thereof and the outflow opening at a lower end thereof.

Air distribution device according to claim 2, wherein an air displacement unit (29) is arranged at the outflow opening.

An air distribution device according to any one of the preceding claims, wherein a deflector (19) is arranged below the outflow opening (18) of the air distribution device for laterally deflecting the outflowing air.

An air distribution device according to claim 4, wherein the deflector (19) has a conical shape.

An air distribution device according to any one of claims 2-5 when dependent on claim 3, wherein the guide channel (28) tapers into a funnel (30) towards and near the air displacement unit (29).

An air distribution device according to any one of the preceding claims when dependent on claim 4, wherein the deflector (19) is at a vertical distance of about 0.2 - 1.0 m, such as about 0.3 - 0.4 m, below the outlet opening (18).

8. Architectural construction, such as a shed or a greenhouse, comprising a space (3) with a roof (6), a bottom (8) and a space height (H) of approximately more than 3 m, a roof (32), wherein the roof of the space is located below the hood and forms a horizontal partition between the space (3) and an intermediate space (33) between the roof and the hood, comprising an air distribution device (31) according to any one of the preceding claims, which is arranged in or near the higher part (5) of the space and is designed for drawing in air from the intermediate space above the roof via an inlet opening (26) and subsequently blowing air out substantially laterally, in particular horizontally, into the space under the roof via an outflow opening (18).

Architectural structure according to claim 8, provided with an air displacing device (1) or air heating assembly (21), wherein the air is blown out in the direction of the air displacing device (1) or air heating assembly (21).

Architectural construction according to claim 8 or 9, wherein the roof comprises a horizontal roof beam (25), such as a lattice beam in the case of a greenhouse, and the air distribution device is arranged on the horizontal roof beam.

Architectural construction according to claim 10, wherein two vertical guide channels (28) are arranged on either side of the roof beam.