NL2020716B1

NL2020716B1 - Ophangsysteem met een ophangrail en bevestigingsclips

Info

Publication number: NL2020716B1
Application number: NL2020716A
Authority: NL
Inventors: Barbara Arnoldus Maria Stas Marinus
Original assignee: Stas I P B V
Priority date: 2018-04-04
Filing date: 2018-04-04
Publication date: 2019-10-10
Also published as: US10772444B2; AU2019202359A1; JP2019181197A; US20190307268A1; EP3556264B1; EP3556264A1

Abstract

5 Een ophangsysteem heeft een aantal bevestigingsclips 1 voor bevestiging tegen een zachte wand, alsmede een ophangrail 3. Elke bevestigingclip is uit een vlakke plaat 5 gevormd en is voorzien van een achterzijde 7 waarmee de bevestigingsclip tijdens gebruik tegen de wand aanwezig is. Elke bevestigingsclips is voorzien van nokken 11 en 13 die aan de voorzijde 9 uitsteken. De ophangrail 3 is een extrusieprofiel. Een deel 10 3a van de dwarsdoorsnede is C-vormig en is voorzien van twee op afstand van elkaar en tegenover elkaar aanwezige randdelen 15 en 17. Het bovenste randdeel 15 haakt achter de bovenste nok 11 en het onderste randdeel 17 is over de onderste nok 13 geklikt. Elke clip is voorts voorzien van twee gebogen nagels 19 die aan de achterzijde 7 uitsteken en die in de zachte wand gedrukt kunnen worden, waarbij delen % van de voorzijde 15 aandrukvlakken vormen.

Description

BESCHRIJVING:

Gebied van de uitvinding

De uitvinding heeft betrekking op een ophangsysteem omvattende ten minste twee bevestigingsclips voor bevestiging tegen een wand, alsmede een ophangrail die met de bevestigingsclips gekoppeld kan worden.

Stand van de techniek

Bekende bevestigingsclips voor bevestiging van een ophangrail tegen een zachte wand (gipsplaat of hout) zijn voorzien van een doorgaand gat waardoorheen een schroef gedraaid kan worden waarmee de bevestigingsclip tegen een wand vastgeschroefd kan worden.

De ophangrail dient met verscheidene bevestigingsclips in een rechte lijn tegen een wand aangebracht te worden. In de ophangrail kunnen ophangkoorden of ophangstangen aangebracht worden om objecten op te hangen zonder dat gaten in de wand gemaakt hoeven te worden.

Voorts zijn er ophanghaken bekend voor het ophangen van bijvoorbeeld een handdoek. Deze bekende ophanghaken zijn voorzien van ten minste één doorgaand spijkergat met een daarin aanwezige spijker. Voor het bevestigen aan een wand dient de ophanghaak tegen de wand gehouden te worden en de spijker door het spijkergat in de wand geslagen te worden.

Samenvatting van de uitvinding

Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een ophangsysteem van de in de aanhef omschreven soort die sneller is vast te zetten op een zachte wand. Hiertoe is elk van de bevestigingsclips van het ophangsysteem volgens de uitvinding gevormd uit een vlakke plaat en voorzien van een achterzijde waarmee de bevestigingsclip tijdens gebruik tegen de wand aanwezig is, alsmede een tegenover de achterzijde aanwezige voorzijde en welke bevestigingsclips elk zijn voorzien van twee aan de voorzijde uitstekende nokken, welke ophangrail is voorzien van twee op afstand van elkaar en tegenover elkaar aanwezige randdelen die achter een van de nokken van elke bevestigingsclip gehaakt en over de andere nok van elke bevestigingclip geklikt kan worden of over beide nokken geklikt kan worden, en welke bevestigingsclips elk voorts zijn voorzien van ten minste één aan de achterzijde uitstekende nagel die in de wand gedrukt kan worden, waarbij delen van de voorzijde aandrukvlakken vormen. De bevestigingsclips kunnen met de hand of een hamer in de wand gedrukt of geslagen worden waarna eenvoudig met de hand de rail op de bevestigingsclips geklikt kan worden. De nagel kan voorzien zijn van weerhaken om te voorkomen dat deze ongewenst los raakt van de wand.

Bij een gunstige uitvoeringsvorm van het ophangsysteem volgens de uitvinding zijn de nokken gevormd door uit het vlak van de plaat gebogen lippen die van de voorzijde uitsteken, waarbij een van de lippen is omgebogen tot een haak en de andere lip een eerste schuin op de voorzijde staand deel omvat en een daarop aansluitende tweede schuin ten opzichte van de voorzijde staand deel omvat dat tegengesteld gericht is aan het eerste deel. Bij het op de bevestigingsclip klikken van de rail wordt de rail eerst met het bovenste randdeel in de bovenste nokken gehangen en vervolgens wordt het onderste randdeel over tweede schuin verlopende deel van de onderste nok gedrukt waarbij de beide randdelen iets elastisch van elkaar gebogen worden om vervolgens weer terug te veren bij het over het eerste deel glijden van het onderste randdeel.

De aandrukvlakken zijn bij voorkeur vlak en vrij van uitsteeksels. Bij voorkeur is de nagel eveneens uit het vlak van de plaat gebogen en heeft elke bevestigingsclip bij voorkeur twee aan de achterzijde uitstekende nagels, die op afstand van elkaar aanwezig zijn en een gebogen vorm hebben.

Bij een gunstige uitvoeringsvorm van het ophangsysteem volgens de uitvinding is de bevestigingsclip voorzien van een sleuf of uitsparing voor het fixeren van een koord of elastiek als hulpmiddel bij het uitrichten. Aan de uiterst linkse en rechtse bevestigingsclips tegen de wand kan een koord vast gemaakt worden waarlangs verdere bevestigingsclips in de wand eenvoudig in lijn aangebracht kunnen worden.

Voor harde wanden van bijvoorbeeld hout of gipsbeton is de bevestigingsclip voorzien van een klein gat of kleine uitsparing nabij de nagel(s). In dit gat of in deze uitsparing kan een aandrukvoorwerp (bijvoorbeeld een kruiskopschroevendraaier) met een punt aangebracht worden om te voorkomen dat deze wegglijdt bij het aandrukken of ertegen aan tikken (bijvoorbeeld met een hamer).

Bij een verdere gunstige uitvoeringsvorm van het ophangsysteem volgens de uitvinding is de ophangrail een extrusieprofiel met een over de hele lengte gelijke dwarsdoorsnede, van welke dwarsdoorsnede een deel de vorm heeft van een C waarvan de naar elkaar toe gekeerde uiteinden de genoemde randdelen vormen. Het extrusieprofiel is bijvoorbeeld uit aluminium of kunststof.

Beknopte omschrijving van de tekeningen

Hieronder zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van het ophangsysteem volgens de uitvinding. Hierbij toont:

Figuur 1 een ophangrail en een daarin geklikte bevestigingsclip van het ophangsysteem volgens de uitvinding;

Figuur 2 de in figuur 1 weergegeven ophangrail met bevestigingsclip in dwarsdoorsnede;

Figuur 3 een afzonderlijke bevestigingsclip van het ophangsysteem gezien van voren; en

Figuur 4 de in figuur 3 weergegeven bevestigingsclip gezien van achteren.

Gedetailleerde omschrijving van de tekeningen

In de figuren 1 en 2 is een uitvoeringsvorm van het ophangsysteem volgens de uitvinding weergegeven in perspectief respectievelijk dwarsdoorsnede. Het ophangsysteem heeft een aantal bevestigingsclips 1 voor bevestiging tegen een wand, waarvan er één is weergegeven. Voorts heeft het ophangsysteem en aantal ophangrails 3 waarvan er ook één is weergegeven. Elke ophangrail wordt met twee bevestigingsclips tegen een wand bevestigd. Elke bevestigingclip is uit een vlakke plaat 5 gevormd en is voorzien van een achterzijde 7 waarmee de bevestigingsclip tijdens gebruik tegen de wand aanwezig is en een tegenover de achterzijde aanwezige voorzijde 9. Elke bevestigingsclips is voorzien van nokken 11 en 13 die aan de voorzijde uitsteken.

Elke ophangrail 3 is een extrusieprofiel met een over de hele lengte gelijke dwarsdoorsnede. Een deel 3a van de dwarsdoorsnede is C-vormig en is voorzien van twee op afstand van elkaar en tegenover elkaar aanwezige randdelen 15 en 17. Het bovenste randdeel 15 haakt achter de bovenste nok 11 en het onderste randdeel 17 is over de onderste nok 13 geklikt. Elke clip is voorts voorzien van twee gebogen nagels 19 die aan de achterzijde 7 uitsteken en die in de zachte wand (gipsplaat of hout) gedrukt kunnen worden, waarbij delen 9b van de voorzijde aandrukvlakken vormen. De nagels 19 zijn eveneens uit het vlak van de plaat 5 gebogen.

De nokken 11 en 13 zijn gevormd zijn door uit het vlak van de plaat 5 gebogen lippen die van de voorzijde 9 uitsteken, waarbij een van de lippen 11 is omgebogen tot een haak en de andere lip 13 een eerste schuin op de voorzijde staand deel 13a omvat en een daarop aansluitende tweede schuin ten opzichte van de voorzijde staand deel 13b omvat dat tegengesteld gericht is aan het eerste deel, zie figuur 2. Bij het op de bevestigingsclip klikken van de rail wordt de rail eerst met het bovenste randdeel 15 in de bovenste nok 11 gehangen en vervolgens wordt het onderste randdeel 17 over het tweede schuin verlopende deel 13b van de onderste nok 13 gedrukt waarbij de beide randdelen iets elastisch van elkaar geboden worden om vervolgens weer terug te veren bij het over het eerste deel 13a glijden van het onderste randdeel 17.

De figuren 3 en 4 tonen een afzonderlijke bevestigingsclip in perspectief gezien van voren respectievelijk van achteren. De aandrukvlakken 9b zijn vlak en vrij van uitsteeksels. In de bevestigingsclip zijn voorts sleuven 21 aanwezig om een koord of elastiek in vast te haken. Voorts is in de bevestigingsclip midden tussen de beide nagels een gat 23 aanwezig waarin een aandrukvoorwerp met een punt gestoken kan worden om te voorkomen dat deze wegglijdt bij het aandrukken.

Hoewel in het voorgaande de uitvinding is toegelicht aan de hand van de tekeningen, dient te worden vastgesteld dat de uitvinding geenszins tot de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm is beperkt. De uitvinding strekt zich mede uit tot alle van de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm afwijkende uitvoeringsvormen binnen het door de conclusies gedefinieerde kader.

Claims

CONCLUSIES:

1. Ophangsysteem omvattende ten minste twee bevestigingsclips (1) voor bevestiging tegen een wand, alsmede een ophangrail (3) die met de bevestigingsclips gekoppeld kan worden, met het kenmerk, dat de bevestigingclips elk uit een vlakke plaat (5) zijn gevormd en zijn voorzien van een achterzijde (7) waarmee de bevestigingsclips tijdens gebruik tegen de wand aanwezig zijn, alsmede een tegenover de achterzijde aanwezige voorzijde (9) en welke bevestigingsclips elk zijn voorzien van twee aan de voorzijde uitstekende nokken (11, 13), welke ophangrail (3) is voorzien van twee op afstand van elkaar en tegenover elkaar aanwezige randdelen (15, 17) die achter een van de nokken (11) van elke bevestigingsclip gehaakt en over de andere nok (13) van elke bevestigingclip geklikt kan worden of over beide nokken geklikt kan worden, en welke bevestigingsclips (1) elk voorts zijn voorzien van ten minste één aan de achterzijde uitstekende nagel (T9) die in de wand gedrukt kan worden, waarbij delen (9b) van de voorzijde aandrukvlakken vormen.
2. Ophangsysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de nagel (19) is voorzien van weerhaken.
3. Ophangsysteem volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de nokken (11, 13) gevormd zijn door uit het vlak van de plaat (5) gebogen lippen die van de voorzijde (9) uitsteken, waarbij een van de lippen (11) is omgebogen tot een haak en de andere lip (13) een eerste schuin op de voorzijde staand deel (13a) omvat en een daarop aansluitende tweede schuin ten opzichte van de voorzijde staand deel (13b) omvat dat tegengesteld gericht is aan het eerste deel.
4. Ophangsysteem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de nagel (19) eveneens uit het vlak van de plaat (5) gebogen is.
5. Ophangsysteem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de aandrukvlakken (9b) vlak en vrij van uitsteeksels zijn.
6. Ophangsysteem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat elke bevestigingsclip twee aan de achterzijde uitstekende nagels (19) omvat, die op afstand van elkaar aanwezig zijn en een gebogen vorm hebben.
7. Ophangsysteem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de bevestigingclip is voorzien van een sleuf (21) voor bevestiging van een koord of elastiek aan de bevestigingsclip.
8. Ophangsysteem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de bevestigingclip is voorzien van een uitsparing of gat nabij de nagel.
9. Ophangsysteem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de ophangrail (3) een extrusieprofiel is met een over de hele lengte gelijke

5 dwarsdoorsnede, van welke dwarsdoorsnede een deel (3a) de vorm heeft van een C waarvan de naar elkaar toe gekeerde uiteinden de genoemde randdelen (15, 17) vormen.