NL2020187B1 - A method of laying a pipeline by reel-lay. - Google Patents

A method of laying a pipeline by reel-lay. Download PDF

Info

Publication number
NL2020187B1
NL2020187B1 NL2020187A NL2020187A NL2020187B1 NL 2020187 B1 NL2020187 B1 NL 2020187B1 NL 2020187 A NL2020187 A NL 2020187A NL 2020187 A NL2020187 A NL 2020187A NL 2020187 B1 NL2020187 B1 NL 2020187B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
pipeline
rolled
reel
laying
unit
Prior art date
Application number
NL2020187A
Other languages
English (en)
Inventor
Jan Kernkamp Arend
Original Assignee
Heerema Marine Contractors Nl
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Heerema Marine Contractors Nl filed Critical Heerema Marine Contractors Nl
Priority to NL2020187A priority Critical patent/NL2020187B1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2020187B1 publication Critical patent/NL2020187B1/en

Links

Classifications

    • F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L—PIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L1/00—Laying or reclaiming pipes; Repairing or joining pipes on or under water
    • F16L1/12—Laying or reclaiming pipes on or under water
    • F16L1/20—Accessories therefor, e.g. floats, weights
    • F16L1/202—Accessories therefor, e.g. floats, weights fixed on or to vessels
    • F16L1/203—Accessories therefor, e.g. floats, weights fixed on or to vessels the pipes being wound spirally prior to laying
    • B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65H—HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H49/00—Unwinding or paying-out filamentary material; Supporting, storing or transporting packages from which filamentary material is to be withdrawn or paid-out
    • B65H49/18—Methods or apparatus in which packages rotate
    • B65H49/20—Package-supporting devices
    • B65H49/30—Swifts or skein holders
    • B65H49/305—Swifts or skein holders with axially adjustable or removable elements for retaining the package
    • B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65H—HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H49/00—Unwinding or paying-out filamentary material; Supporting, storing or transporting packages from which filamentary material is to be withdrawn or paid-out
    • B65H49/38—Skips, cages, racks, or containers, adapted solely for the transport or storage of bobbins, cops, or the like
    • B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65H—HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H54/00—Winding, coiling, or depositing filamentary material
    • B65H54/56—Winding of hanks or skeins
    • B65H54/58—Swifts or reels adapted solely for the formation of hanks or skeins
    • F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L—PIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L1/00—Laying or reclaiming pipes; Repairing or joining pipes on or under water
    • F16L1/12—Laying or reclaiming pipes on or under water
    • F16L1/20—Accessories therefor, e.g. floats, weights
    • F16L1/202—Accessories therefor, e.g. floats, weights fixed on or to vessels
    • F16L1/207—Pipe handling apparatus
    • B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65H—HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H2701/00—Handled material; Storage means
    • B65H2701/30—Handled filamentary material
    • B65H2701/33—Hollow or hose-like material
    • F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L—PIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L1/00—Laying or reclaiming pipes; Repairing or joining pipes on or under water
    • F16L1/12—Laying or reclaiming pipes on or under water
    • F16L1/16—Laying or reclaiming pipes on or under water on the bottom
    • F16L1/18—Laying or reclaiming pipes on or under water on the bottom the pipes being S- or J-shaped and under tension during laying
    • F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L—PIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L1/00—Laying or reclaiming pipes; Repairing or joining pipes on or under water
    • F16L1/12—Laying or reclaiming pipes on or under water
    • F16L1/16—Laying or reclaiming pipes on or under water on the bottom
    • F16L1/18—Laying or reclaiming pipes on or under water on the bottom the pipes being S- or J-shaped and under tension during laying
    • F16L1/19—Laying or reclaiming pipes on or under water on the bottom the pipes being S- or J-shaped and under tension during laying the pipes being J-shaped

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Storing, Repeated Paying-Out, And Re-Storing Of Elongated Articles (AREA)

Claims (38)

1. Werkwijze voor het leggen van een pijpleiding door middel van reeling, de werkwijze omvattende: - het fabriceren van ten minste een opgerolde pijpleidingeenheid (5) bij een spoelbasis (6), omvattende het verbinden van individuele pijpleidingen (7) tot een pijpleidingeenheid (8) en het wikkelen van de genoemde pijpleidingeenheid op een tijdelijke haspel (9) tot een opgerolde pijpleidingeenheid, - het vasthouden van de opgerolde pijpleidingeenheid in de opgerolde vorm met een spoel-vasthoudeenheid (10), - het verwijderen van de opgerolde pijpleidingeenheid van de tijdelijke haspel, - het verplaatsen van de ten minste ene opgerolde pijpleidingeenheid zonder de tijdelijke haspel op een pijpleiding-legvaartuig (12), direct of indirect via een transportvaartuig (13), waarbij het pijpleiding-legvaartuig een afwikkelsamenstel (14) omvat dat een leghaspel (15) omvat, - het positioneren van de opgerolde pijpleidingeenheid op de leghaspel, - het afwikkelen van de opgerolde pijpleidingeenheid in het water met het afhaspelsamenstel en het laten zakken van de pijpleiding in de richting van de zeebodem.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de opgerolde pijpleidingeenheid eerst is gepositioneerd, in het bijzonder opgeslagen, in een horizontale oriëntatie of eerste hellende oriëntatie op het pijpleiding-legvaartuig en vervolgens naar een tweede hellende oriëntatie wordt gezwenkt op de leghaspel voor het afwikkelen van de pijpleiding, waarbij de tweede hellende oriëntatie meer hellend is ten opzichte van de horizontale oriëntatie dan de eerste hellende oriëntatie.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, waarbij de tweede hellende oriëntatie op de leghaspel voor het afwikkelen van de pijpleiding in hoofdzaak verticaal is.
4. Werkwijze volgens conclusie 2 of 3, waarbij het afwikkelsamenstel omvat: - een leghaspelbasis (21) die verbonden is met de scheepsromp, in het bijzonder het dek, van het pijpleiding-legvaartuig, - de leghaspel (15) die zwenkbaar verbonden is met de leghaspelbasis via een scharnier (24), waarbij de leghaspel een horizontale of eerste hellende ontvangende positie heeft voor het ontvangen van de opgerolde pijpleidingeenheid en een tweede hellende of verticale positie voor het reelen van de opgerolde pijpleidingeenheid, waarbij de leghaspel zwenkbaar is tussen deze posities, - een geleidingsconstructie (66) die een baan definieert die wordt gevolgd door de pijpleiding gedurende het afwikkelen daarvan, stap e) omvattende: - het positioneren van de opgerolde pijpleidingeenheid in een horizontale of eerste hellende oriëntatie op de leghaspel wanneer de leghaspel zich in de ontvangende positie bevindt, - het zwenken van de leghaspel naar de tweede hellende of verticale positie voor het afwikkelen van de pijpleiding in het water.
5. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij na het positioneren van de opgerolde pijpleidingeenheid de leghaspel de spoel-vasthoudeenheid van de opgerolde pijpleiding is verwijderd.
6. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het transportvaartuig en/of het pijpleiding-legvaartuig zijn ingericht om meerdere opgerolde pijpleidingeenheden zonder een haspel op te slaan.
7. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het transportvaartuig en/of het pijpleiding-legvaartuig een stapelsteun (26) omvat voor het steunen van een stapel (27) opgerolde pijpleidingeenheden in een horizontale oriëntatie, en waarbij meerdere opgerolde pijpleidingeenheden op elkaar gestapeld op de stapelsteun aan boord van het transportvaartuig en/of aan boord van het pijpleiding-legvaartuig.
8. Werkwijze volgens een van de conclusies 3-7, waarbij een on-board kraan (20) die op het pijpleiding-legvaartuig is aangebracht de opgerolde pijpleidingeenheid op de leghaspel positioneert, en in het bijzonder de leghaspel tussen de in hoofdzaak horizontale of eerste hellende positie en de tweede hellende of in hoofdzaak verticale positie beweegt.
9. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de pijpleiding van de opgerolde pijpleidingeenheid een lengte heeft tussen 1km en 30 km.
10. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de pijp van de pijpleidingeenheid een buitendiameter heeft tussen 15 cm en 61 cm.
11. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de leghaspel omvat: - een eerste steundeel (28), in het bijzonder een steunflens (29), ingericht om een eerste platte zijde (30) van de opgerolde pijpleidingeenheid te steunen, en - een centraal deel (31) dat zich dwars vanaf het eerste steundeel uitstrekt, waarbij het centrale deel is ingericht om in een centrale opening (32) van de opgerolde pijpleidingeenheid te worden gepositioneerd en om een binnenoppervlak (33) van de opgerolde pijpleidingeenheid aan te grijpen voor het begrenzen van een radiale beweging van de pijpleidingeenheid, waarbij het centrale deel een cirkelvormige dwarsdoorsnede definieert, waarbij de cirkelvormige dwarsdoorsnede is ingericht om te variëren teneinde de opgerolde pijpleidingeenheid te ontvangen of aan te grijpen.
12. Werkwijze volgens de voorgaande conclusie, waarbij het centrale deel van de leghaspel eerste verstelbare delen (34) omvat die de cirkelvormige dwarsdoorsnede definiëren en zijn ingericht om te bewegen, in het bijzonder radiaal te bewegen, ten opzichte van het eerste steundeel tussen een binnenste ontvangstpositie (35), waarbij de eerste verstelbare delen een eerste buitendiameter (36) definiëren, en een buitenste aangrijppositie (37) voor het aangrijpen van het binnenoppervlak van de opgerolde pijpleidingeenheid, waarbij de eerste verstelbare delen een tweede buitendiameter (38) definiëren, waarbij de tweede buitendiameter groter is dan de eerste buitendiameter, de werkwijze omvattende: a) het positioneren van de leghaspel in de horizontale of hellende ontvangstpositie, b) het positioneren van de eerste verstelbare delen in de binnenste ontvangstpositie, c) het positioneren van de opgerolde pijpleidingeenheid om het centrale deel, d) het naar buiten bewegen van de eerste verstelbare delen naar de buitenste aangrijppositie, e) het zwenken van de leghaspel naar de verticale afwikkelpositie.
13. Werkwijze volgens de voorgaande conclusie, waarbij de leghaspel verder een tweede steundeel (39) omvat dat is ingericht om een tweede platte zijde (40) van de opgerolde pijpleidingeenheid tegenover de eerste platte zijde aan te grijpen wanneer de opgerolde pijpleidingeenheid op de leghaspel gepositioneerd is, waardoor een axiale beweging van de opgerolde pijpleidingeenheid in een richting weg van het eerste steun deel wordt begrensd, waarbij vooraf aan stap e) van de voorgaande werkwijze conclusie het tweede steundeel bewogen is van een vrijgegeven positie (64), waarbij het tweede steundeel de positionering van de opgerolde pijpleidingeenheid niet verhindert, naar een aangrijppositie (65) voor het aangrijpen van de tweede platte zijde.
14. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de tijdelijke haspel een centraal orgaan (41) omvat dat een cirkelvormige dwarsdoorsnede definieert waar de pijpleidingeenheid om kan worden gewikkeld, waarbij de cirkelvormige dwarsdoorsnede is ingericht om te variëren teneinde de pijpleidingeenheid aan te grijpen of vrij te geven.
15. Werkwijze volgens de voorgaande conclusie, waarbij het centrale orgaan tweede verstelbare delen (42) omvat die samen de cirkelvormige dwarsdoorsnede definiëren en zijn ingericht om te bewegen, in het bijzonder radiaal te bewegen, tussen een oprolpositie (43) en een verplaatspositie (44), waarbij in de oprolpositie een buitenoppervlak (45) van de tweede verstelbare delen een binnenoppervlak (33) van de pijpleidingeenheid aangrijpen, en waarbij in de verplaatspositie het buitenoppervlak van de tweede verstelbare delen zijn vrijgegeven van het binnenoppervlak van de opgerolde pijpleiding, de werkwijze omvattende: - het positioneren van de tweede verstelbare delen in de oprolpositie, - het oprollen van de pijpleidingeenheid om de tweede verstelbare delen in meerdere lagen in zowel een axiale richting als een radiale richting tot de pijpleidingeenheid opgerold is, - het positioneren van de tweede verstelbare delen in de verplaatspositie.
16. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de spoel-vasthoudeenheid meerdere vasthoudorganen (46) omvat, waarbij de vasthoudorganen zijn aangebracht op intervallen rondom de opgerolde pijpleiding.
17. Opgerolde pijpleidingeenheid (5) voor offshore pijpleidingleggen, waarbij de opgerolde pijpleidingeenheid een opgerolde pijpleiding (25) omvat die in een radiale richting (54) en een axiale richting (53) is opgerold en een centrale opening (32) definieert, en een spoel-vasthoudeenheid (10) voor het vasthouden van de opgerolde pijpleiding in een opgerolde configuratie, waarbij de opgerolde pijpleidingeenheid vrij is van een leghaspel voor het afwikkelen van de opgerolde pijpleiding.
18. Opgerolde pijpleidingeenheid volgens conclusie 17, waarbij de pijpleiding plastisch vervormd is wanneer het van een rechte configuratie naar een opgerolde configuratie wordt opgerold.
19. Opgerolde pijpleidingeenheid volgens conclusie 18, waarbij de vasthoudeenheid meerdere vasthoudorganen (46) omvat die op intervallen rondom de opgerolde pijpleiding zijn aangebracht.
20. Combinatie van een pijpleiding-legvaartuig (12) en/of een transportvaartuig (13) en meerdere opgerolde pijpleidingeenheden (5) volgens een van de conclusies 17-19, waarbij de opgerolde pijpleidingeenheden zijn gerangschikt op een dek (23) van het pijpleiding-legvaartuig en/of het transportvaartuig.
21. Combinatie volgens conclusie 20, waarbij meerdere opgerolde pijpleidingeenheden zij aan zij zijn gerangschikt en op een platte zijde liggen.
22. Combinatie volgens conclusie 20 of 21, waarbij meerdere opgerolde pijpleidingeenheden op elkaar zijn gestapeld.
23. Afwikkelsamenstel (14) voor het afwikkelen van een opgerolde pijpleiding (25) van een opgerolde pijpleidingeenheid (5) in het water en op een zeebed, waarbij het afwikkelsamenstel is ingericht om de opgerolde pijpleidingeenheid volgens een der conclusies 17-19 te ontvangen en te steunen in een horizontale of eerste hellende oriëntatie, waarbij het afwikkelsamenstel omvat: - een leghaspelbasis (21) die is ingericht om te worden verbonden met een scheepsromp (22), in het bijzonder een dek (23), van een pijpleiding-legvaartuig (12), - een leghaspel (15) die verbonden is met de leghaspelbasis, waarbij de leghaspel een horizontale of eerste hellende positie heeft voor het ontvangen van de opgerolde pijpleidingeenheid, - een geleidingsconstructie (66) die een baan definieert die wordt gevolgd door de pijpleiding gedurende het afwikkelen daarvan.
24. Afwikkelsamenstel volgens conclusie 23, waarbij het afwikkelsamenstel is ingericht om het afwikkelen van de pijp van de opgerolde pijpleidingeenheid te faciliteren in een tweede hellende of een in hoofdzaak verticale positie.
25. Afwikkelsamenstel volgens conclusie 23 of 24, waarbij de leghaspel zwenkbaar verbonden is met de leghaspelbasis via een scharnier (24), waarbij de leghaspel een horizontale of eerste hellende positie heeft voor het ontvangen van de opgerolde pijpleidingeenheid en een tweede hellende of verticale positie heeft voor het reelen van de opgerolde pijpleidingeenheid, waarbij de leghaspel zwenkbaar is tussen deze posities.
26. Afwikkelsamenstel volgens een van de conclusies 23-25, waarbij de leghaspel omvat: - een eerste steundeel (28) dat is ingericht om een eerste platte zijde (30) van de opgerolde pijpleidingeenheid te steunen, en - een centraal deel (31) dat zich dwars vanaf het eerste steun deel uitstrekt, waarbij het centrale deel is ingericht om in een centrale opening (32) van de opgerolde pijpleidingeenheid te worden gepositioneerd en om een binnenoppervlak (33) van de opgerolde pijpleidingeenheid aan te grijpen voor het begrenzen van een radiale beweging pijpleidingeenheid, waarbij het centrale deel een cirkelvormige dwarsdoorsnede definieert, waarbij de cirkelvormige dwarsdoorsnede is ingericht om te variëren teneinde de opgerolde pijpleidingeenheid te ontvangen of aan te grijpen.
27. Afwikkelsamenstel volgens de voorgaande conclusie, waarbij het centrale deel van de leghaspel eerste verstelbare delen (34) omvat die de cirkelvormige dwarsdoorsnede definiëren en zijn ingericht om te bewegen, in het bijzonder radiaal te bewegen, ten opzichte van het eerste steundeel tussen een binnenste ontvangstpositie (35), waarbij de eerste verstelbare delen een eerste buitendiameter (36) definiëren, en een buitenste aangrijppositie (37) voor het aangrijpen van het binnenoppervlak van de opgerolde pijpleidingeenheid, waarbij de eerste verstelbare delen een tweede buitendiameter (38) definiëren, waarbij de tweede buitendiameter groter is dan de eerste buitendiameter.
28. Afwikkelsamenstel volgens conclusie 26 of 27, verder omvattende een tweede steundeel (39) dat is ingericht om te bewegen tussen een vrijgegeven positie (64), waarbij het tweede steundeel de positionering van de opgerolde pijpleidingeenheid op de leghaspel niet verhindert, en een aangrijppositie (65), waarbij het tweede steundeel een tweede platte zijde (40) van de opgerolde pijpleidingeenheid aangrijpt wanneer de opgerolde pijpleidingeenheid op de leghaspel gepositioneerd is, waardoor een axiale beweging van de opgerolde pijpleidingeenheid in een richting tegengesteld aan het eerste steundeel wordt begrensd.
29. Pijpleiding-legvaartuig (12) omvattende het afwikkelsamenstel (14) volgens een van de conclusies 23-28.
30. Pijpleiding-legvaartuig volgens conclusie 29, omvattende een on-board kraan (20), waarbij de kraan is ingericht om een opgerolde pijpleidingeenheid (5) volgens een van de conclusies 17-19 op de leghaspel te tillen, waarbij de leghaspel is ingericht om de opgerolde pijpleidingeenheid te ontvangen en te steunen en om het afwikkelen van de pijpleiding van de opgerolde pijpleidingeenheid te faciliteren.
31. Pijpleiding-legvaartuig volgens conclusie 30, waarbij het pijpleiding-legvaartuig een opslag (50) omvat voor het accommoderen van tenminste een opgerolde pijpleidingeenheid, en waarbij de on-board kraan is ingericht om de tenminste ene opgerolde pijpleidingeenheid te verplaatsen van de opslag op de leghaspel.
32. Pijpleiding-legvaartuig volgens conclusie 31, waarbij de opslag is ingericht om meerdere opgerolde pijpleidingeenheden te accommoderen die op elkaar gestapeld zijn.
33. Spoelbasis (6) voor het fabriceren van de opgerolde pijpleidingeenheid (5) volgens een van de conclusies 17-19, de spoelbasis omvattende: - een roteerbare tijdelijke haspel (9) omvattende een centraal orgaan (41) dat een cirkelvormige dwarsdoorsnede definieert waar de pijpleidingeenheid om kan worden gewikkeld, waarbij de cirkelvormige dwarsdoorsnede is ingericht om te variëren teneinde de pijpleidingeenheid aan te grijpen of vrij te geven, - een tijdelijke-haspelaandrijving (59) voor het roteren van de tijdelijke haspel en het wikkelen van de pijpleidingeenheid om de tijdelijke haspel in meerdere lagen in zowel een axiale richting als een radiale richting, - een spanorgaan (60) voor het aanbrengen van trekspanning op de pijpleiding gedurende het wikkelen van de pijpleiding op de tijdelijke haspel.
34. Spoelbasis volgens de voorgaande conclusie, waarbij het centrale orgaan tweede verstelbare delen (42) omvat die samen de cirkelvormige dwarsdoorsnede definiëren en zijn ingericht om te bewegen, in het bijzonder radiaal te bewegen, tussen een oprolpositie (43) en een verplaatspositie (44), waarbij in de oprolpositie een buitenoppervlak (45) van de tweede verstelbare delen een binnenoppervlak (33) van de pijpleidingeenheid aangrijpt, en waarbij in de verplaatspositie het buitenoppervlak van de tweede verstelbare delen is vrijgegeven van het binnenoppervlak van de opgerolde pijpleiding.
35. Spoelbasis volgens conclusie 34, verder omvattende een verplaatssamenstel (62) voor het verplaatsen van de gefabriceerde opgerolde pijpleidingeenheid van de tijdelijke haspel, wanneer de tijdelijke haspel in de verplaatspositie, is naar een opslaglocatie (63) aan land of op een transportvaartuig (13) of pijpleiding-legvaartuig (12).
36. Spoelbasis volgens conclusie 35, waarbij het verplaatssamenstel een optilsamenstel is, in het bijzonder een kraan (16), voor het optillen van de opgerolde pijpleidingeenheid van de tijdelijke haspel.
37. Spoelbasis volgens een van de conclusies 33-36, verder omvattende een geleidingsorgaan (52) voor het geleiden van de pijp gedurende het oprollen in een axiale en radiale richting, waarbij het geleidingsorgaan beweegbaar is in een axiale richting en radiale richting ten opzichte van de tijdelijke haspel.
38. Spoelbasis volgens een van de conclusies 33-37, verder omvattende een vasthoudeenheid (10) voor het installeren op de opgerolde pijpleiding, voor het vasthouden van de opgerolde pijpleidingeenheid in de opgerolde configuratie.
NL2020187A 2017-12-27 2017-12-27 A method of laying a pipeline by reel-lay. NL2020187B1 (en)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2020187A NL2020187B1 (en) 2017-12-27 2017-12-27 A method of laying a pipeline by reel-lay.

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2020187A NL2020187B1 (en) 2017-12-27 2017-12-27 A method of laying a pipeline by reel-lay.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2020187B1 true NL2020187B1 (en) 2019-07-02

Family

ID=61257075

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2020187A NL2020187B1 (en) 2017-12-27 2017-12-27 A method of laying a pipeline by reel-lay.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2020187B1 (nl)

Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3965713A (en) * 1974-05-28 1976-06-29 Deep Oil Technology, Inc. Method and apparatus for laying continuous pipe
US5346333A (en) * 1990-03-30 1994-09-13 Coflexip Process for laying flexible tubular conduits using a plurality of ships
WO2000011388A1 (en) * 1998-08-20 2000-03-02 Bogey Venlo B.V. Method and means for storing and/or transporting an elongated tube or cable
GB2439295A (en) * 2006-06-21 2007-12-27 Acergy Uk Ltd Method and vessel for laying reeled articles at sea
GB2492402A (en) * 2011-07-01 2013-01-02 Technip France Marine pipeline installation tower and tensioning assembly
WO2013119347A1 (en) * 2012-01-17 2013-08-15 Flexsteel Pipeline Technologies, Inc. Expandable drum assembly for deploying coiled pipe
US20160368730A1 (en) * 2014-11-06 2016-12-22 Clifton E. Wolf Process and apparatus for forming a coil of scrap tubing
WO2017147656A1 (en) * 2016-03-02 2017-09-08 Vinidex Pty Limited A trailer for uncoiling plastic pipe

Patent Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3965713A (en) * 1974-05-28 1976-06-29 Deep Oil Technology, Inc. Method and apparatus for laying continuous pipe
US5346333A (en) * 1990-03-30 1994-09-13 Coflexip Process for laying flexible tubular conduits using a plurality of ships
WO2000011388A1 (en) * 1998-08-20 2000-03-02 Bogey Venlo B.V. Method and means for storing and/or transporting an elongated tube or cable
GB2439295A (en) * 2006-06-21 2007-12-27 Acergy Uk Ltd Method and vessel for laying reeled articles at sea
GB2492402A (en) * 2011-07-01 2013-01-02 Technip France Marine pipeline installation tower and tensioning assembly
WO2013119347A1 (en) * 2012-01-17 2013-08-15 Flexsteel Pipeline Technologies, Inc. Expandable drum assembly for deploying coiled pipe
US20160368730A1 (en) * 2014-11-06 2016-12-22 Clifton E. Wolf Process and apparatus for forming a coil of scrap tubing
WO2017147656A1 (en) * 2016-03-02 2017-09-08 Vinidex Pty Limited A trailer for uncoiling plastic pipe

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CN111601734A (zh) 用于处理管的卷轴的系统和方法
US3965713A (en) Method and apparatus for laying continuous pipe
US6554538B2 (en) Reel type pipeline laying ship and method
US7927040B2 (en) Method for storing, delivering and spooling preassembled pipelines
NL2005025C2 (en) Reel lay system.
KR101571939B1 (ko) 내장된 회전판을 갖춘 공동을 포함하는 갑판을 가지는 선박
US3630461A (en) Supply reel for continuous laying of pipelines
EP2800686B1 (en) Laying of conduit at sea using horizontal reels
EP2363624B1 (en) Landing mechanism for lifted pipe reel
WO2015011462A1 (en) Adjustable reel for a spoolable subsea product
NL2020187B1 (en) A method of laying a pipeline by reel-lay.
US10035678B2 (en) Conduit storage or deployment system and associated methods
WO2007120035A1 (en) Pipeline laying vessel and method for laying a pipeline in a marine environment
RU2440533C2 (ru) Способ укладки трубопровода в окружности на воде в горизонтальной плоскости
EP2591992B1 (en) A storage and deployment unit for a coilable element and a method of handling a coilable element
WO2015040374A1 (en) Improved pipe laying methods
US20050281620A1 (en) Production unit for rigid rolled tubular pipe
WO2004011837A1 (en) Method and apparatus for laying/recovery of lines on a seabed
NL2012137C2 (en) Manufacturing of a subsea pipeline and spooling said pipeline onto a reel of a pipelaying vessel at a spoolbase.
WO2010018396A2 (en) Methods and apparatus for transporting chain
EP3013678A1 (en) Semi-submersible pipe laying vessel and method
NL2008830C2 (en) Method of laying a pipeline.
NL2008456C2 (en) Improved reeling system.
WO2001029470A1 (en) Method and apparatus for laying elongate articles
US20220153392A1 (en) System and method for laying a pipe with a large radius of curvature and low weight on the seabed

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20210101