NL2019662B1 - Inrichting voor het vormen van een vormvaste schaal - Google Patents

Abstract

De uitvinding betreft een inrichting voor het vormen van een vormvaste schaal, welke inrichting omvat: – een vloeistofdichte hoes; – een in de vloeistofdichte hoes aangebrachte eerste component van een uithardbare tweecomponenten substantie; – een op de vloeistofdichte hoes aangebracht ventiel voor het in de vloeistofdichte hoes inspuiten van een vloeibare tweede component van de uithardbare tweecomponenten substantie.

Description

Inrichting voor het vormen van een vormvaste schaal

De uitvinding betreft een inrichting voor het vormen van een vormvaste schaal. Voor diverse toepassingen worden schalen op het lichaam gedragen. Deze schalen kunnen bijvoorbeeld in protheses worden toegepast, maar ook in de sport worden veel schalen gebruikt, zoals voor kniebeschermers, rugbeschermers en ribbescherming. Ook worden schalen toegepast in trapezes voor windsurfen en kitesurfen.

Schalen, die tegen een lichaamsdeel gedragen worden, dienen zo veel mogelijk gelijk gevormd te zijn naar het betreffende lichaamsdeel ten einde drukplekken te voorkomen. Wanneer de vorm van de schaal niet goed overeenkomt met het lichaamsdeel kunnen pijnlijke plekken op het lichaam ontstaan, in het bijzonder wanneer er een continue druk uitgeoefend wordt op de schaal, zoals in het gebruik van trapezes.

Aangezien dergelijke schalen gewoonlijk in een fabriek gefabriceerd worden, is het lastig de schalen te personaliseren. Derhalve is de vormgeving van de schalen gewoonlijk gebaseerd op gemiddelde afmetingen van een betreffend lichaamsdeel. Daarnaast worden de schalen vaak voorzien van schuimdelen, gelpads of luchtkamers om te kunnen compenseren voor afwijkingen ten opzichte van de gemiddelde afmetingen.

Het personaliseren van een schaal kan bijvoorbeeld door het maken van een afgietsel van een betreffend lichaamsdeel, welk afgietsel vervolgens als mal gebruikt kan worden voor het vormen van een persoonlijke schaal. Een dergelijke werkwijze is arbeidsintensief en kan bijvoorbeeld niet gemakkelijk in een winkel worden toegepast.

Het is dan ook een doel van de uitvinding om de bovengenoemde nadelen te verminderen of zelfs te voorkomen.

Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt met een inrichting voor het vormen van een vormvaste schaal, welke inrichting omvat: - een vloeistofdichte hoes; - een in de vloeistofdichte hoes aangebrachte eerste component van een uithardbare tweecomponenten substantie; - een op de vloeistofdichte hoes aangebracht ventiel voor het in de vloeistofdichte hoes inspuiten van een vloeibare tweede component van de uithardbare tweecomponenten substantie.

Met de inrichting volgens de uitvinding kan een vormvaste schaal gevormd worden door via het ventiel een tweede component van de uithardbare tweecomponenten substantie in te spuiten. De vloeistofdichte hoes voorkomt dat de eerste component vroegtijdig veroudert of reageert door contact met lucht.

Daarnaast biedt de flexibiliteit van de vloeistofdichte hoes de mogelijkheid om door het bewegen van de hoes beide componenten verder goed met elkaar te mengen. Vervolgens kan de hoes op een betreffend lichaamsdeel aangebracht worden en kan het de volledige vorm van het lichaamsdeel overnemen, terwijl de tweecomponenten substantie uithardt. De vloeistofdichte hoes beschermd verder de gebruiker van de twee componenten substantie, zodat de inrichting zonder problemen over bijvoorbeeld een kledingstuk geplaatst kan worden.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is de vloeistofdichte hoes gevacumeerd. Omdat bij de inrichting de vloeistofdichte hoes gevacumeerd is, zal de tweede component in direct contact komen met de eerste component en zullen er nagenoeg tot geen luchtbellen in het mengsel van eerste en tweede component achterblijven. Dit draagt bij aan de stevigheid van de gevormde schaal.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is in de vloeistofdichte hoes ten minste een met de eerste component geïmpregneerde vezellaag aangebracht.

Deze vezellaag kan bijvoorbeeld een polyester vezellaag of glasvezellaag zijn.

Aangezien de vloeistofdichte hoes gevacumeerd is, zal er weinig tot geen lucht in de vezellaag aanwezig zijn en zal bij het inbrengen van de tweede component een goede impregnering van de vezellaag tot stand gebracht kunnen worden, waardoor na uitharding een stevige, vormvaste schaal gevormd zal zijn.

In een verdere uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is de eerste component van de uithardbare tweecomponenten substantie urehtaan en is de tweede component water voor het laten polymeriseren van de urethaan tot polyurethaan.

Doordat de urethaan in de vloeistofdichte hoes is aangebracht, zal de urethaan niet uitharden aan eventuele luchtvochtigheid, zodat de inrichting gemakkelijk lange tijd opgeslagen kan worden. Daarnaast behoeft slechts water via het ventiel toegevoegd te worden om het uithardingsproces in gang te zetten. Hierdoor zijn er geen speciale voorzorgsmaatregelen nodig om de inrichting volgens de uitvinding in gebruik te nemen.

In een andere uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is de vloeistofdichte hoes gevormd door een flexibele laag, zoals een kunststof folie.

Een kunststof folie is makkelijk vervormbaar, waardoor de inrichting zich gemakkelijk kan vormen naar een lichaamsdeel. Bovendien kan een folie van een kunststof gekozen worden, die bestand is tegen de eerste component. Zo kan de folie bijvoorbeeld van polypropyleen of polyethyleen zijn.

Weer een andere uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding omvat verder een om de vloeistofdichte hoes aangebrachte buitenhoes. Met de buitenhoes kan het contact oppervlak en het uiterlijk van de inrichting aangepast worden naar de voorkeuren van de gebruiker.

Bij voorkeur is de buitenhoes aan weerseinden voorzien van sluitingen, zodat door het aan elkaar koppelen van de sluitingen de inrichting bijvoorbeeld als heuptrapeze gedragen kan worden.

Ook kan er bijvoorbeeld op de buitenhoes klittenband zijn voorzien met een band, waardoor de inrichting rond het been van een gebruiker aangebracht kan worden als scheenbeschermer.

In een zeer geprefereerde uitvoeringsvorm van de inrichting zijn op de buitenhoes bevestigingsmiddelen aangebracht voor het bevestigen van een touw of koord aan de buitenhoes. De inrichting vormt daarmee een trapeze met een harde schaal, die bijvoorbeeld gebruikt kan worden voor windsurfen of kitesurfen.

In nog een andere uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding steekt het op de vloeistofdichte hoes aangebrachte ventiel door een opening in de buitenhoes steekt.

Doordat het ventiel door de buitenhoes steekt, kan gemakkelijk aan de vloeistofdichte hoes de tweede component, zoals water, worden toegevoegd. Hierdoor is het bijvoorbeeld mogelijk om in een winkel binnen korte tijd een trapeze met harde schaal volledig naar de rug van een koper te vormen.

Deze en andere kenmerken van de uitvinding worden nader toegelicht aan de hand van de bijgaande tekeningen.

Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont een perspectivisch aanzicht van de vloeistofdichte hoes in flexibele toestand.

Figuur 3 toont een dwarsdoorsnede aanzicht van de hoes volgens figuur 2.

Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvorm van de inrichting 1 volgens de uitvinding. De inrichting 1 is hier uitgevoerd als een trapeze voor kitesurfen. De trapeze 1 heeft een buitenhoes 2 met aan weerseinden 3, 4 flappen 5, 6 waarop klittenband 7 is aangebracht en waarmee de trapeze 1 rond het middel van een gebruiker aangebracht kan worden.

De buitenhoes 2 is aan de bovenzijde 8 open en de vloeistofdichte hoes 9 uitgenomen getekend. In normale toestand is de vloeistofdichte hoes 9 in de buitenhoes 2 gestoken en steekt het op de vloeistofdichte hoes 9 aangebrachte ventiel 10 door een opening 11 in de buitenhoes 2. De bovenzijde 8 is daarbij gesloten en eventueel hersluitbaar te openen.

In figuur 2 is de vloeistofdichte hoes 9 in flexibele toestand getoond, terwijl figuur 1 de uitgeharde, tot een vormvaste schaal gevormde vloeistofdichte hoes 9 laat zien. Doordat in de flexibele toestand, zoals getoond in figuur 2, de tweede component nog niet is toegevoegd, kan de vloeistofdichte hoes 9 geheel vlak zijn en vrij gevormd worden. In deze flexibele toestand wordt de flexibele vloeistofdichte hoes 9 in de buitenhoes 2 geplaatst. Vervolgens wordt de tweede component van de uithardbare tweecomponenten substantie toegevoegd via het ventiel 10. Daarna doet de gebruiker de trapeze 1 om, zodat deze zich vormt naar de gebruiker en zodat de flexibele vloeistofdichte hoes 9 zich kan vormen naar de kromming van de rug van de gebruiker, terwijl de tweecomponenten substantie uithardt. Na enige minuten is de substantie uitgehard en is een vormvaste schaal gevormd en kan de trapeze 1 gebruikt worden.

Figuur 3 toont een dwarsdoorsnede aanzicht van de hoes 9. De vloeistofdichte hoes 9 heeft een buitenlaag 12 van een kunststof folie. In de hoes 9 is een vezellaag 13 aangebracht en is de ruimte in de hoes 9 door het vacumeren volledig en zonder lucht gevuld met de eerste component van een uithardbare tweecomponenten substantie. Op de folielaag 12 is het ventiel 10 aangebracht, zodat via de opening 15 bijvoorbeeld water W als tweede component toegevoegd kan worden en het uithardingsproces geactiveerd kan worden.

Claims (9)

1. Inrichting voor het vormen van een vormvaste schaal, welke inrichting omvat: - een vloeistofdichte hoes; - een in de vloeistofdichte hoes aangebrachte eerste component van een uithardbare tweecomponenten substantie; - een op de vloeistofdichte hoes aangebracht ventiel voor het in de vloeistofdichte hoes inspuiten van een vloeibare tweede component van de uithardbare tweecomponenten substantie.

2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de vloeistofdichte hoes gevacumeerd is.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij in de vloeistofdichte hoes ten minste een met de eerste component geïmpregneerde vezellaag is aangebracht.

4. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, de eerste component van de uithardbare tweecomponenten substantie urehtaan is en waarbij de tweede component water is voor het laten polymeriseren van de urethaan tot polyurethaan.

5. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de vloeistofdichte hoes gevormd is door een flexibele laag, zoals een kunststof folie.

6. Inrichting volgens één van de voorgaande conclusies, verder omvattende een om de vloeistofdichte hoes aangebrachte buitenhoes.

7. Inrichting volgens conclusie 6, waarbij de buitenhoes aan weerseinden voorzien is van sluitingen, zodat door het aan elkaar koppelen van de sluitingen de inrichting bijvoorbeeld als heuptrapeze gedragen kan worden.

8. Inrichting volgens conclusie 6 of 7, waarbij op de buitenhoes bevestigingsmiddelen, zoals een haak, zijn aangebracht voor het bevestigen van een touw of koord aan de buitenhoes.

9. Inrichting volgens één van de conclusies 6-8, waarbij het op de vloeistofdichte hoes aangebrachte ventiel door een opening in de buitenhoes steekt.