NL2017442B1 - Werkwijze voor het koelen van compost - Google Patents

Abstract

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het koelen van compost en/of substraat voor de champignonteelt, omvattende de stappen: het voorzien van een laadinrichting van een voertuig van een bulkvoorraad onverpakte compost en/of substraat; het in een koelinrichting plaatsen van de laadinrichting; het afsluiten van de koelinrichting en het koelen van de bulkvoorraad onverpakte compost en/of substraat in de laadinrichting middels vacuümkoeling.

Description

Werkwijze voor het koelen van compost

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het koelen van een bulkvoorraad onverpakte compost en/of substraat voor de champignonteelt, als ook op een laadinrichting gekoeld volgens de werkwijze en een voertuig voorzien van een dergelijke laadinrichting.

Compost en substraat voor de champignonteelt ondervinden het nadeel dat zij een beperkte houdbaarheid hebben. Door onder meer het optreden van broei en/of de premature groei van paddenstoelen in de compost of het substraat kan de kwaliteit van het product sterk afnemen. Doordat dergelijk compost en substraat op grote schaal in de agrarische sector wordt toegepast is het wenselijk dat deze in bulkhoeveelheden bij de afnemer kan worden geleverd. Het vervoeren van compost in bulk is mogelijk maar is gebonden aan korte transporttijden in verband met het waarborgen van de houdbaarheid en kwaliteit.

Ter verlenging van de houdbaarheid wordt de compost bijvoorbeeld bewerkt tot gecomprimeerde blokken welke tot gemicroperforeerd plastic verpakte pakketten verwerkt worden om vervolgens gekoeld te kunnen worden. Door de compacte vormgeving kunnen dergelijke pakketten worden gestapeld op pallets en kunnen zo per pallet gekoeld worden in bijvoorbeeld een vacuümkoeler. De vacuümkoeler kan de pakketten met compost en/of substraat in korte tijd terugkoelen naar een temperatuur rond de 0 graden Celsius. Vervolgens kunnen de pakketten in koelcontainers verscheept worden. Het nadeel van een dergelijke werkwijze is dat dit proces veelomvattend en arbeidsintensief is. Het vergt extra processtappen om de compost te comprimeren en te verwerken tot pakketten en het laden en lossen van de pakketten in en uit de vacuümkoeler brengt eveneens extra arbeid met zich mee, hetgeen het proces relatief kostbaar maakt. Tevens is het op grote schaal gebruiken van verpakkingsmateriaal onwenselijk vanuit milieutechnisch oogpunt.

Een doel van de uitvinding is het overkomen van bovengenoemde nadelen door het verschaffen van een verbeterde werkwijze voor het koelen van compost.

De uitvinding verschaft hiertoe een werkwijze volgens de aanhef, omvattende de stappen: het voorzien van een laadinrichting van een voertuig van een bulkvoorraad onverpakte compost en/of substraat; het in een koelinrichting plaatsen van de laadinrichting; het afsluiten van de koelinrichting en het koelen van de bulkvoorraad onverpakte compost en/of substraat in de laadinrichting middels vacuümkoeling. Met onverpakt compost en/of substraat wordt bedoeld dat de compost en/of het substraat in bulk wordt gekoeld, zonder dat de compost en/of substraat eerst in pakketten is opgedeeld en verpakt.

Met vacuümkoelen wordt het onder een subatmosferische druk brengen van het te koelen product bedoeld en het daarbij onttrekken van waterdamp aan de massa van het product. De vacuümkoeler is ingericht voor het koelen van de volledige inhoud van een laadinrichting als bedoeld in de uitvinding.

Met een bulkvoorraad compost en/of substraat wordt een losse gestorte, onverpakte hoeveelheid compost en/of substraat bedoeld. Een voordeel van het gebruik van een bulkvoorraad is dat de compost en/of substraat na productie geen mechanische bewerkingsstappen en/of verpakkingsstap hoeft te ondergaan. Het verminderen van het aantal processtappen zorgt ervoor dat minder arbeid vereist is, zowel tijdens het productieproces als tijdens het laden en lossen en gebruik van de compost. Uit milieutechnisch oogpunt is het een voordeel om geen verpakkingsmateriaal te gebruiken. Het substraat omvat bijvoorbeeld een mengsel van paardenmest, stro, kippenmest en gips.

Het vervoeren van bulkvoorraden compost en/of substraat voor de champignonteelt is momenteel enkel mogelijk indien korte transporttijden gehanteerd worden. De houdbaarheid van de compost en/of substraat is afhankelijk van de temperatuur van de bulk, waarbij de omgevingstemperatuur eveneens een rol speelt. Tijdens transport warmt de compost en/of substraat op, waarmee de kwaliteit van de compost en/of substraat achteruit gaat. Door het koelen van de compost en/of substraat kan een verlenging van de mogelijke transporttijd verkregen worden, zonder dat de kwaliteit negatief wordt beïnvloedt. Tevens kan door middel van koeling een stabieler product afgeleverd worden bij de afnemer, hetgeen het teeltproces van champignons positief kan beïnvloeden. In een voorkeursuitvoering omvat de werkwijze daarom het tot een temperatuur tussen de 0 en 20 graden koelen van de bulkvoorraad in de laadinrichting, in het bijzonder tussen de 0 en 15 graden, meer in het bijzonder tussen de 0 en de 10 graden.

Bij voorkeur omvat de werkwijze het op basis van de omgevingstemperatuur en/of de te verwachten transsporttijd bepalen van de temperatuur waartoe de bulkvoorraad gekoeld wordt. De langste houdbaarheid kan gerealiseerd worden indien de bulk tot 0 graden Celsius wordt gekoeld en in een koelinrichting gehouden wordt. Dit kan wenselijk zijn indien lange afstand of overzees transport wenselijk is. Om energie- en milieutechnische en redenen is het echter wenselijk de temperatuur waartoe de bulkvoorraad wordt afgekoeld af te stemmen op de te voorziene transporttijd, en deze niet onnodig veel lager te laten zijn.

Een niet-limitatief voorbeeld wordt gegeven in de onderstaande tabel, waarin een indicatie van de houdbaarheid van de compost en/of substraat en bijbehorende mogelijke transporttijden in uren wordt weergegeven voor verschillende temperatuurranges van een gekoelde bulkvoorraad onverpakte compost en/of substraat. De houdbaarheid en transporttijden zijn in dit voorbeeld berekend voor een omgevingstemperatuur van 25 graden Celsius en waarbij gebruik wordt gemaakt van een laadinrichting zonder tijdens transport in te schakelen koelvoorzieningen. Bij een lagere buitentemperatuur kan een hogere temperatuur van de bulkvoorraad worden toegestaan bij aanvang van het transport.

Het in afhankelijkheid van de transporttijd koelen van de compost en/of het substraat tot bepaalde temperaturen heeft tevens als voordeel dat de compost met een vooraf in te schatten temperatuur op locatie aankomt. Aldus kan, bij aankomst van transport, bijvoorbeeld meteen met champignonteelt worden begonnen, zonder de compost opvolgend te hoeven opwarmen.

Indien de bulkvoorraad wordt gekoeld tot 0 graden Celsius en in een koelinrichting, zoals een koelcontainer, bewaard of vervoerd wordt zal deze ongeveer 120 dagen houdbaar zijn.

Met een laadinrichting van een voertuig wordt bijvoorbeeld de laadinrichting van een oplegger of aanhanger bedoeld. Het is evenwel mogelijk dat de laadinrichting een zeecontainer of een koelcontainer omvat. Een dergelijke laadinrichting kan bijvoorbeeld een gestandaardiseerde container omvatten met een lengte van 40 ft of 20 ft. Bij voorkeur wordt een van het (trekkend) voertuig loskoppelbare laadeenheid toegepast zodat in het bijzonder een vrachtwagen of truck niet mee in de koelinrichting geplaatst hoeven worden, maar de onderhavige uitvinding sluit een dergelijke toepassing niet uit.

De laadinrichting heeft bij voorkeur een vloerdeel en een aantal wanddelen. De laadinrichting kan mogelijk een afsluitend topdeel of dak omvatten. Het vloerdeel kan bijvoorbeeld een ‘walking floor’ omvatten. Met een dergelijke vloer is het mogelijk om de lading gecontroleerd en in stappen uit de laadinrichting te lossen. Tevens is het mogelijk dat op de bodem van een laadinrichting een afdekking, zoals een waterdicht zeil is aangebracht.

Het is eveneens mogelijk dat de laadinrichting een reefer container omvat. Het voordeel van het gebruik van een reefer container, ofwel koelcontainer, is dat de houdbaarheid van de compost en/of substraat hiermee verlengd kan worden.

De laadinrichting is bij voorkeur geschikt voor het opslaan van ten minste 20.000 kg compost en/of substraat. Een gebruikelijke hoeveelheid is 30 ton compost per laadinrichting.

Een werkwijze volgens de onderhavige uitvinding is tevens mogelijk waarin de laadinrichting zich tijdens het vacuüm koelen volledig in de koelinrichting bevindt.

Bij een eveneens mogelijke werkwijze kan de laadinrichting ontkoppeld worden van het voertuig nadat deze in de koelinrichting geplaatst is alvorens de koelinrichting afgesloten wordt. Het voertuig hoeft derhalve niet mee gekoeld te worden. De laadinrichting kan bij voorkeur als aparte inrichting gezien worden en niet als onderdeel van het voortuig. Het voortuig zorgt dan enkel voor de verplaatsing van de laadinrichting. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer de laadinrichting geplaatst is op een oplegger of zelf een oplegger van vrachtwagen omvat. Het plaatsen van het voertuig zelf in de koelinrichting is onwenselijk, doordat deze mogelijkerwijs niet is ingericht voor het ondervinden van subatmosferische druk zoals deze tijdens het vacuüm koelen wordt aangebracht.

In een mogelijke werkwijze omvat deze de stappen het openen van de koelinrichting en het uit de koelinrichting rijden van de laadinrichting door het voertuig. Na het openen van de koelinrichting zal de bulkvoorraad in de laadinrichting weer op atmosferische druk komen.

Eveneens is het mogelijk dat de werkwijze de het vervoeren van de gekoelde bulkvoorraad omvat. Het vervoeren van de gekoelde bulkvoorraad onverpakte compost en/of substraat kan zowel in een laadinrichting zonder als met koelvoorzieningen plaatsvinden. Door het gebruik van een laadinrichting met koelvoorzieningen kan de houdbaarheid van de bulkvoorraad verlengt worden. Vervoer kan zowel plaatsvinden via bijvoorbeeld wegtransport, trein, binnenvaart, zeetransport en/of luchtvracht.

De vinding heeft tevens betrekking op een laadinrichting omvattende compost en/of substraat voor de champignonteelt, gekoeld volgens een werkwijze volgens de onderhavige uitvinding, als ook op een voertuig, voorzien van een laadinrichting volgens de onderhavige uitvinding.

De uitvinding zal worden verduidelijkt aan de hand van in navolgende figuren weergegeven niet-limitatieve uitvoeringsvoorbeelden. Hierin toont: - figuur 1 een schematische weergave van een mogelijke laadinrichting; - figuur 2 een schematische weergave van een bovenaanzicht van een laadinrichting welke zich in een koelinrichting bevindt.

Figuur 1 toont een schematische weergave van een laadinrichting 1 welke voorzien is van een bulkvoorraad compost en/of substraat 2 voor de champignonteelt.

Figuur 2 toont een bovenaanzicht van een laadinrichting 1 van een voertuig 3, waarin de laadinrichting 1 in een koelinrichting 4 is geplaatst. De laadinrichting 1 met een lengte L, waarbij L bijvoorbeeld 40 ft is, bevindt zich in de getoonde situatie volledig in de koelinrichting 4. De koelinrichting 4 omvat een koelkamer 6 en is een middels een afsluitmechanisme 5 af te sluiten. De koelinrichting 4 wordt op subatmosferische druk gebracht middels een pompsysteem 7.

Het moge duidelijk zijn dat de uitvinding niet beperkt is tot de hier weergegeven en beschreven uitvoeringsvoorbeelden, maar dat binnen het kader van de bijgaande conclusies legio varianten mogelijk zijn, die voor de vakman op dit gebied voor de hand zullen liggen.

Claims (11)

1. Werkwijze voor het koelen van compost en/of substraat voor de champignonteelt, omvattende de stappen: a. het voorzien van een laadinrichting van een voertuig van een bulkvoorraad onverpakte compost en/of substraat; b. het in een koelinrichting plaatsen van de laadinrichting met compost en/of substraat; c. het afsluiten van de koelinrichting; en d. het koelen van de bulkvoorraad onverpakte compost en/of substraat in de laadinrichting middels vacuümkoeling.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, omvattende het tot een temperatuur tussen de 0 en 20 graden koelen van de bulkvoorraad in de laadinrichting.

3. Werkwijze volgens conclusie 2, omvattende het op basis van de omgevingstemperatuur en/of de te verwachten transsporttijd bepalen van de temperatuur waartoe de bulkvoorraad gekoeld wordt.

4. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarin stap a. het voorzien van een 20 ft. of 40 ft. container van de bulkvoorraad omvat.

5. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarin stap a. het voorzien van een reefer container van de bulkvoorraad omvat.

6. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarin tijdens stap b. de laadinrichting zich volledig in de koelinrichting bevindt.

7. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, omvattende het ontkoppelen van de laadinrichting voorafgaand aan stap c.

8. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, omvattende de stappen: e. het openen van de koelinrichting; f. het uit de koelinrichting rijden van de laadinrichting door het voertuig.

9. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, omvattende de stap: g. Het vervoeren van de gekoelde bulkvoorraad.

10. Laadinrichting omvattende compost en/of substraat voor de champignonteelt, gekoeld volgens een werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies.

11. Voertuig, voorzien van een laadinrichting volgens conclusie 10.