NL2017079B1 - Ventilatiesysteem met warmtepomp, en werkwijze voor het bedrijven van ventilatiesysteem - Google Patents

Ventilatiesysteem met warmtepomp, en werkwijze voor het bedrijven van ventilatiesysteem Download PDF

Info

Publication number
NL2017079B1
NL2017079B1 NL2017079A NL2017079A NL2017079B1 NL 2017079 B1 NL2017079 B1 NL 2017079B1 NL 2017079 A NL2017079 A NL 2017079A NL 2017079 A NL2017079 A NL 2017079A NL 2017079 B1 NL2017079 B1 NL 2017079B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
air
opening
room
evaporator
supply channel
Prior art date
Application number
NL2017079A
Other languages
English (en)
Other versions
NL2017079A (nl
Inventor
Louis Renson Luc
Original Assignee
Vero Duco Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Vero Duco Nv filed Critical Vero Duco Nv
Priority to NL2017079A priority Critical patent/NL2017079B1/nl
Priority to BE2016/5549A priority patent/BE1024811B1/nl
Priority to NL2018676A priority patent/NL2018676B1/nl
Priority to BE2017/5353A priority patent/BE1024676B1/nl
Publication of NL2017079A publication Critical patent/NL2017079A/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2017079B1 publication Critical patent/NL2017079B1/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F5/00Air-conditioning systems or apparatus not covered by F24F1/00 or F24F3/00, e.g. using solar heat or combined with household units such as an oven or water heater
    • F24F5/0096Air-conditioning systems or apparatus not covered by F24F1/00 or F24F3/00, e.g. using solar heat or combined with household units such as an oven or water heater combined with domestic apparatus
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F13/00Details common to, or for air-conditioning, air-humidification, ventilation or use of air currents for screening
    • F24F13/02Ducting arrangements
    • F24F13/0236Ducting arrangements with ducts including air distributors, e.g. air collecting boxes with at least three openings
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F13/00Details common to, or for air-conditioning, air-humidification, ventilation or use of air currents for screening
    • F24F13/08Air-flow control members, e.g. louvres, grilles, flaps or guide plates
    • F24F13/10Air-flow control members, e.g. louvres, grilles, flaps or guide plates movable, e.g. dampers
    • F24F13/14Air-flow control members, e.g. louvres, grilles, flaps or guide plates movable, e.g. dampers built up of tilting members, e.g. louvre
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F2110/00Control inputs relating to air properties
    • F24F2110/20Humidity
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F2110/00Control inputs relating to air properties
    • F24F2110/50Air quality properties
    • F24F2110/65Concentration of specific substances or contaminants
    • F24F2110/70Carbon dioxide
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02BCLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES RELATED TO BUILDINGS, e.g. HOUSING, HOUSE APPLIANCES OR RELATED END-USER APPLICATIONS
    • Y02B30/00Energy efficient heating, ventilation or air conditioning [HVAC]
    • Y02B30/70Efficient control or regulation technologies, e.g. for control of refrigerant flow, motor or heating

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Sustainable Development (AREA)
  • Air Conditioning Control Device (AREA)

Abstract

De uitvinding betreft een ventilatiesysteem met een ventilator (16), tenminste een op de ventilator aangesloten afzuigkanaal (4, 4’, …) voor het afzuigen van lucht uit het een vertrek, en een op de ventilator aangesloten afvoer (6) voor het buiten het gebouw afvoeren van de afgezogen lucht. Verder is een warmtepomp (18) aanwezig waarvan de verdamper (20) in warmtewisseling te brengen is met de afgezogen lucht en waarvan de condensor (28) in warmtewisseling brengbaar is met een te verwarmen object, zoals een warmwatervoorziening of centrale verwarmingsinstallatie (19, 23, 24). Met behulp van een hulpsysteem (5) dat is uitgevoerd voor het regelen van het debiet van de met de verdamper (20) in warmtewisseling te brengen lucht, kan het rendement van het ventilatiesysteem ook worden verzekerd in de lucht met slechts een laag debiet wordt afgezogen.

Description

Ventilatiesysteem met warmtepomp, en werkwijze voor het bedrijven van ventilatiesysteem
De uitvinding heeft betrekking op een ventilatiesysteem voor een gebouw met tenminste een vertrek, omvattende een ventilator, tenminste een op de ventilator aangesloten afzuigkanaal voor het afzuigen van lucht uit het tenminste ene vertrek, een op de ventilator aangesloten afvoer voor het buiten het gebouw afvoeren van de uit het tenminste ene vertrek afgezogen lucht, en een warmtepomp waarvan de verdamper in warmtewisseling te brengen is met een luchtstroming die tenminste de uit het tenminste ene vertrek afgezogen lucht omvat, en waarvan de condensor in warmtewisseling brengbaar is met een te verwarmen object, zoals een warmwatervoorziening.
Een dergelijk ventilatiesysteem is bekend uit FR-A-2396930. Bij gebouwen zoals kantoren en woningen is het gebruikelijk om de vertrekken regelmatig te ventileren. Afhankelijk van het gebruik van de ruimte en/of de hoeveelheid personen die zich daarin bevinden, kan de lucht in het betreffende vertrek in meer of mindere mate worden ververst. De lucht wordt afgezogen door de ventilator, en kan op natuurlijke manier via ventilatiesleuven en dergelijke binnentreden. Gewoonlijk wordt de lucht opgewarmd in de vertrekken, zowel onder invloed van de aanwezigheid van personen als door een verwarmingsinstallatie.
Bij het naar buiten afvoeren van de opgewarmde lucht gaat echter een niet te verwaarlozen hoeveelheid energie verloren. Met als doel tenminste een gedeelte van de energie uit de opgewarmde lucht nuttig te gebruiken, is volgens FR-A-2396930 een warmtepomp voorzien. Door middel van deze warmtepomp kan de energie uit de lucht worden gebruikt om bijvoorbeeld tapwater te verwarmen. Ook kan de aldus teruggewonnen energie worden toegevoerd aan een centrale verwarming.
Een dergelijk ventilatiesysteem fungeert binnen bepaalde randvoorwaarden redelijk. Eén van die randvoorwaarden betreft het debiet van de opgewarmde lucht die langs de verdamper van de warmtepomp stroomt. Dit debiet heeft een kritieke ondergrens, onder welke de prestaties van de warmtepomp sterk terugvallen. Bij traditionele ventilatiesystemen die min of meer continu werken doet zich dit probleem nauwelijks voor omdat standaard reeds een zeker debiet wordt gehandhaafd. In het geval van ventilatiesystemen die niet continu maar vraaggestuurd werken, ligt dit echter anders. Bij vraagsturing van het ventilatiesysteem wordt door middel van sensoren vastgesteld wat de werkelijke behoefte aan ventilatie per vertrek bedraagt. Afhankelijk daarvan wordt het debiet voor de betreffende vertrekken geregeld. Een belangrijk voordeel daarvan is dat doordoor het comfort voor de in de vertrekken aanwezige personen wordt verhoogd.
Indien weinig vraag naar luchtverversing wordt gedetecteerd, kan het voorkomen dat het totale debiet sterk terugvalt. Dit is op zich gunstig om het totale energieverbruik en ook de geluidsproductie van het ventilatiesysteem te reduceren. Anderzijds echter kan daardoor de werking van de warmtepomp nadelig worden beïnvloed indien het totale debiet te sterk daalt.
Op zich zou de werking van de warmtepomp gehandhaafd kunnen blijven wanneer meer lucht uit de vertrekken zou wordt gezogen dan nodig is voor de vereiste verversing. Deze extra lucht, die eerst van buiten de vertrekken binnentreedt, moet echter worden opgewarmd, waardoor de opbrengst van het ventilatiesysteem achteruit gaat. Een belangrijk nadeel is verder dat het aldus verkregen verhoogde debiet niet meer goed is afgestemd op de behoefte van de personen in de diverse vertrekken, waardoor het comfort daalt.
Doel van de uitvinding is daarom een ventilatiesysteem te verschaffen waarbij de luchtverversing in de vertrekken zuiver op vraag per vertrek kan worden geregeld, maar waarbij de werking van de warmtepomp te allen tijde kan worden verzekerd. Dat doel wordt bereikt door een ventilatiesysteem voor een gebouw met tenminste een vertrek, omvattende een ventilator, een plenumkamer, tenminste een op de plenumkamer aangesloten afzuigkanaal voor het afzuigen van lucht uit het tenminste ene vertrek, een op de plenumkamer aangesloten toevoerkanaal dat buiten elk vertrek om is geleid waarop een afzuigkanaal is aangesloten en via welk toevoerkanaal lucht buiten elk vertrek om waarop een afzuigkanaal is aangesloten toevoerbaar is aan de plenumkamer, een op de plenumkamer aangesloten afVoer voor het door middel van de ventilator buiten het gebouw afvoeren van de uit het tenminste ene vertrek afgezogen lucht, een warmtepomp waarvan de verdamper in warmtewisseling te brengen is met een luchtstroming die tenminste de uit het tenminste ene vertrek afgezogen lucht omvat, en waarvan de condensor in warmtewisseling brengbaar is met een te verwarmen object, zoals een warmwatervoorziening of centrale verwarmingsinstallatie, alsmede een hulpsysteem dat is uitgevoerd voor het regelen van het debiet van de met de verdamper in warmtewisseling te brengen luchtstroming.
Indien het voor de werking van de warmtepomp beschikbare debiet van ventilatielucht ontoereikend wordt, kan door middel van de regelinrichting steeds een bijregeling worden verzorgd, zodat het gewenste debiet toch kan worden gehaald. De verdamper is daartoe in warmtewisseling brengbaar met een aanvullende luchtstroming die buiten elk vertrek om waarop een afzuigkanaal is aangesloten toevoerbaar is aan de verdamper door het toevoerkanaal. Als voorbeeld wordt genoemd een toevoerkanaal dat zich direct vanaf de buitenzijde van het gebouw tot aan de plenumkamer uitstrekt, zoals vanaf onder een extern zonnepaneel, en/of via een grondbuis. Van belang is dat het toevoerkanaal geïsoleerd is van de vertrekken en de daarmee verbonden afzuigkanalen, zodat de aanvullende lucht vóór of bij de warmtepomp kan worden vermengd met de afgezogen lucht.
Bij voorkeur is het hulpsysteem uitgevoerd voor het regelen van het debiet van de aanvullende luchtstroming door het toevoerkanaal. In een praktische uitvoeringsvorm omvat het hulpsysteem: - een plenumkamer, op welke plenumkamer elk afzuigkanaal is aangesloten via een toevoeropening, het toevoerkanaal is aangesloten via een toevoerkanaalopening en de afvoer is aangesloten via een afvoeropening, zodanig dat een luchtstromingsbaan zich uitstrekt tussen enerzijds elk afzuigkanaal en toevoerkanaal, en de afVoer anderzijds, - de verdamper van de warmtepomp, welke verdamper zich bevindt in warmtewisseling met de luchtstromingsbaan tussen enerzijds elk afzuigkanaal en het toevoerkanaal, en de afVoer anderzijds, - regelbare kleppen voor het regelen van het debiet in elk afzuigkanaal en het toevoerkanaal, - een of meerdere sensoren voor het meten van de luchtstroming waaraan de verdamper is blootgesteld, - een regelinrichting voor het bedienen van de klep in de toevoerkanaalopening op basis van de gemeten luchtstroming.
Daarnaast kan het hulpsysteem omvatten: - sensoren voor het detecteren van tenminste een eigenschap van de lucht in elke toevoeropening, eventueel een eigenschap van de lucht in de toevoerkanaalopening en eventueel een eigenschap van de lucht in de afVoeropening, - waarbij de regelinrichting is uitgevoerd voor het op basis van de door de sensoren gedetecteerde eigenschap(pen) van de lucht regelen van de stand van de kleppen.
In het hulpsysteem kan zowel rekening gehouden worden met de vraag aan luchtverversing in elk vertrek apart. Anderzijds kan die vraag worden afgezet tegen de vraag aan lucht bij de verdamper van de warmtepomp. Indien nodig zorgt het hulpsysteem ervoor dat de klep van het toevoerkanaal wordt geopend om aanvullend lucht samen met de afgezogen lucht over de verdamper te leiden, zodat de warmtepomp naar wens kan blijven functioneren.
In dat verband is/zijn de sensor/sensoren voorzien voor het meten van de luchtstroming over de verdamper; de regelinrichting is aldus uitgevoerd voor het bedienen van de klep in de toevoerkanaalopening op basis van de gemeten luchtstroming over de verdamper.
De uitvinding betreft tevens het hulpsysteem voor een ventilatiesysteem zoals hiervoor beschreven, omvattende: - een plenumkamer voorzien van tenminste een toevoeropening waarop een afzuigkanaal aansluitbaar is, een toevoerkanaalopening waarop een toevoerkanaal aansluitbaar is en een afvoeropening waarop een afvoer aansluitbaar is, zodanig dat een luchtstromingsbaan zich uitstrekt tussen enerzijds elke toevoeropening en de toevoerkanaalopening, en de afvoeropening anderzijds, - een verdamper van een warmtepomp, welke verdamper zich bevindt in de luchtstromingsbaan tussen enerzijds elke toevoeropening en de toevoerkanaalopening, en de afvoeropening anderzijds, - regelbare kleppen voor het regelen van het debiet in elke toevoeropening en de toevoerkanaalopening, - een of meerdere sensoren voor het meten van de luchtstroming langs de luchtstromingsbaan en waaraan de verdamper is blootgesteld, en - een regelinrichting voor het bedienen van de klep in de toevoerkanaalopening op basis van de gemeten luchtstroming.
Verder kan het hulpsysteem omvatten: - sensoren voor het detecteren van tenminste een eigenschap van de lucht in elke toevoeropening, eventueel een eigenschap van de lucht in de toevoerkanaalopening en eventueel een eigenschap van de lucht in de afvoeropening, - waarbij de regelinrichting is uitgevoerd voor het op basis van de door de sensoren gedetecteerde eigenschappen) van de lucht regelen van de stand van de kleppen.
Daarnaast betreft de uitvinding een werkwijze voor het bedrijven van het ventilatiesysteem, omvattende de stappen van: - toevoeren aan de verdamper van de warmtepomp van lucht die is afgezogen uit tenminste een vertrek, - vaststellen van het totale momentane debiet van de door het afzuigen van lucht uit elk vertrek verkregen luchtstroming, - vaststellen van het minimaal vereiste debiet van de luchtstroming dat noodzakelijk is voor de werking van de warmtepomp, - vergelijken van genoemde totale momentane debiet en het minimaal vereiste debiet, - toevoeren aan de verdamper van aanvullende lucht buiten elk vertrek om dat is aangesloten op een afzuigkanaal indien het totale momentane debiet van de door het afzuigen van lucht uit elk vertrek verkregen luchtstroming lager is dan het minimaal vereiste debiet van de luchtstroming dat noodzakelijk is voor de werking van de warmtepomp.
Verder kan de werkwijze omvatten het uitsluitend toevoeren aan de verdamper van de warmtepomp van lucht die is afgezogen uit elk vertrek indien het totale momentane debiet van de door het afzuigen van lucht uit elk vertrek verkregen luchtstroming gelijk is aan of hoger is dan het minimaal vereiste debiet van de luchtstroming dat noodzakelijk is voor de werking van de warmtepomp.
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van een in de figuren weergeven uitvoeringsvoorbeeld van een ventilatiesysteem.
Figuur 1 toont een gebouw met het ventilatiesysteem volgens de uitvinding. Figuur 2 toont een opengewerkt aanzicht op het hulpsysteem volgens de uitvinding.
Het in figuur 1 getoonde gebouw heeft een aantal vertrekken 1, 1”... , die een toevoer 2, 2’ ... voor buitenlucht bezitten. Lucht kan uit de vertrekken worden gezogen via afzuigopeningen 3,3’, ... die zijn aangesloten op een afzuigkanaal 4, 4’. Elk afzuigkanaal is aangesloten op het hulpsysteem 5 met ventilator, welke op zijn beurt de afgezogen lucht naar buiten afvoert via het afvoerkanaal 6. Op her hulpsysteem is tevens een nader toe te lichten toevoerkanaal 7 aangesloten, dat direct is in verbinding staat met de buitenlucht en dat stromingstechnisch niet in verbinding staat met een der vertrekken 1, Γ, ....
Het hulpsysteem 5 is nader weergegeven in figuur 2. Een niet weergegeven deksel kan de behuizing 11 ten opzichte van de omtreksrand 12 daarvan luchtdicht afsluiten. In de wand van de behuizing 11 is een aantal toevoeropeningen 8, 8’, ... aanwezig waarvan de doorgang regelbaar is met behulp van de kleppen 13, 13’, .... Op deze toevoeropeningen zijn evenzovele afzuigkanalen aan te sluiten. Verder heeft wand van de behuizing 11 een afvoeropening 9 waarop het afvoerkanaal 6 kan worden aangesloten.
De ruimte in de behuizing 11 is bepaald door een plenumkamer 29 die is opgedeeld door een schot 14. Aan één zijde van het schot in de plenumkamer 29 monden in de plenumkamer de toevoeropeningen 8, 8’, ... uit en aan de andere zijde van het schot mondt in de plenumkamer 29 de afvoeropening 9 uit. Het schot 14 heeft een doorlaatbaar rooster 15. Op de afvoeropening 9 is de ventilator 16 aangesloten; in bedrijf zuigt de ventilator lucht via de toevoeropeningen 8, 8’, ... in de behuizing 11, door het rooster 15 in het schot 14 en voert de lucht af naar de afvoer 9. Afhankelijk van de stand van de diverse kleppen 13, 13’, .... wordt daarbij een groter of kleiner debiet in de op die toevoeropeningen aangesloten kanalen verkregen. Daarmee kan overeenkomstig meer of minder lucht uit het betreffende vertrek worden gezogen.
De stand van de kleppen kan vraaggestuurd worden ingesteld. In dat verband kunnen bijvoorbeeld C02 sensors 17, 17’, ..., vochtigheidssensors en dergelijk in de betreffende vertrekken, kanalen of in de toevoeropeningen 8, 8’, ... aanwezig zijn. De door deze sensors gedetecteerde waarden worden doorgegeven aan de regelinrichting 27. Op basis van de programmatuur van deze regelinrichting kunnen vervolgens de kiepstanden en eventueel de prestaties van de ventilator worden ingesteld.
De door de ventilator aangezogen lucht is in de vertrekken opgewarmd en heeft een zekere energie-inhoud. Met als doel deze energie-inhoud nuttig te gebruiken, is de warmtepomp 18 voorzien. De warmtepomp 18 heeft een verdamper 20 waarlangs de door de ventilator 16 aangezogen lucht strijkt. De in de lucht aanwezige warmte wordt opgenomen door de verdamper 20, en volgens de op zich bekende cyclus wordt het in de warmtepomp aanwezige fluïdum door middel van pomp 21 en circuit 22 gevoerd naar de condensor 28. Aldaar wordt warmte opgenomen door het verwarmingscircuit 23 met warmte-afgiftepaneel 19; in dit circuit wordt vloeistof rondgepompt door de pomp 24.
De werking van de warmtepomp 18 wordt sterk beïnvloed door het debiet van de luchtstroming die de ventilator opwekt. Indien de vraag in de vertrekken gering is, kan het debiet van de luchtstroming langs de verdamper zodanig laag worden dat de werking van de warmtepomp sterk achteruit gaat. Met als doel desondanks een voldoend hoog debiet te kunnen garanderen, en daarmee de werking van de warmtepomp te kunnen optimaliseren, is het toevoerkanaal 7 voorzien dat is aangesloten op de toevoerkanaalopening 10 die uitmondt in de plenumkamer 29 van de behuizing 11, en wel aan die zijde van het schot 14 waar ook de toevoeropeningen 8, 8 ’,.... uitmonden in de plenumkamer 29. Deze toevoerkanaalopening 10 heeft een klep 25, waarvan de stand geregeld kan worden door de regelinrichting 18. De met de regelinrichting 18 verbonden sensor 26 nabij het rooster 15 meet het debiet aldaar over de verdamper 20. Indien dit zoals hiervoor genoemd te laag blijkt voor een optimale werking van de warmtepomp 18, opent de regelinrichting 18 de klep 25 zodanig dat aanvullend lucht van buiten het gebouw kan toestromen in de plenumkamer 29 waarin ook de toevoeropeningen 8,8’,... uitmonden.
Ook bij een laag debiet door de toevoeropeningen 8, 8’, ..., kan aldus niettemin een gewenst, voldoend hoog debiet langs de verdamper 18 worden verkregen. Het is niet nodig het debiet dat door de vertrekken geleverd wordt te verhogen. Aldus kan zowel het comfort in de vertrekken worden gehandhaafd, terwijl tevens een efficiënte energie-terugwinning voor de centrale verwarming en dergelijke mogelijk blijft.
Lijst van verwijzingstekens I, Γ, ... Vertrek 2,2’,... Toevoer 3,3’, ... Afzuigopening 4., 4’... Afzuigkanaal 5. Hulpsysteem 6. Afvoerkanaal 7. Toevoerkanaal 8., 8 ’, ... Toevoeropening 9. Afvoeropening 10. Toevoerkanaalopening II. Behuizing 12. Wand behuizing 13., 13.’, ...Klep 14. Schot 15. Rooster 16. Ventilator 17., 17’, ... Sensor 18. Warmtepomp 19. Warmte-afgiftepaneel 20. Verdamper 21. Pomp 22. Circuit warmtepomp 23. Circuit centrale verwarming 24. Pomp centrale verwarming 25. Klep 26. Sensor luchtdebiet verdamper 27. Regelinrichting 28. Condensor 29. Plenumkamer

Claims (15)

1. Ventilatiesysteem voor een gebouw met tenminste een vertrek (1, Γ, ...), omvattende een ventilator (16), een plenumkamer (29), tenminste een op de plenumkamer (29)aangesloten afzuigkanaal (4, 4’, ...) voor het afzuigen van lucht uit het tenminste ene vertrek, een op de plenumkamer (29) aangesloten toevoerkanaal (7) dat buiten elk vertrek (1, Γ, ...) om is geleid waarop een afzuigkanaal (4, 4’, ...) is aangesloten en via welk toevoerkanaal lucht buiten elk vertrek om waarop een afzuigkanaal is aangesloten toevoerbaar is aan de plenumkamer, een op de plenumkamer (29) aangesloten afvoer (6) voor het door middel van de ventilator (16) buiten het gebouw afvoeren van de uit het tenminste ene vertrek afgezogen lucht, een warmtepomp (18) waarvan de verdamper (20) in warmtewisseling te brengen is met een luchtstroming die tenminste de uit het tenminste ene vertrek afgezogen lucht omvat, en waarvan de condensor (28) in warmtewisseling brengbaar is met een te verwarmen object, zoals een warmwatervoorziening of centrale verwarmingsinstallatie (19, 23, 24), alsmede een hulpsysteem (5) dat is uitgevoerd voor het regelen van het debiet van de met de verdamper (20) in warmtewisseling te brengen luchtstroming.
2. Ventilatiesysteem volgens conclusie 1, waarbij tenminste een toevoer (2, 2’, ...) is voorzien voor het toevoeren van lucht vanaf de buitenzijde van het gebouw in het tenminste ene vertrek (1, Γ, ...) onder invloed van het door de ventilator (16) afzuigen van lucht uit het tenminste ene vertrek.
3. Ventilatiesysteem volgens conclusie 1 of 2, waarbij het hulpsysteem (5) is uitgevoerd voor het regelen van het debiet van de door het afzuigen van lucht uit het tenminste ene vertrek (1, Γ, ...) verkregen luchtstroming.
4. Ventilatiesysteem volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het hulpsysteem is uitgevoerd voor het tevens in warmtewisseling brengen van de verdamper (20) met een aanvullende luchtstroming via het toevoerkanaal (7).
5. Ventilatiesysteem volgens conclusie 4, waarbij het toevoerkanaal (7) zich direct vanaf de buitenzijde van het gebouw tot aan de plenumkamer (29) uitstrekt, zoals vanaf onder een extern zonnepaneel, en/of via een grondbuis.
6. Ventilatiesysteem volgens conclusie 4 of 5, waarbij het hulpsysteem (5) is uitgevoerd voor het regelen van het debiet van de aanvullende luchtstroming door het toevoerkanaal (7).
7. Ventilatiesysteem volgens conclusie 6, waarbij het hulpsysteem omvat: - de plenumkamer (29), op welke plenumkamer elk afzuigkanaal (4, 4’, ...) is aangesloten via een respectievelijke toevoeropening (8, 8’, ...), het toevoerkanaal (7) is aangesloten via een toevoerkanaalopening (10) en de afvoer (6) is aangesloten via een afvoeropening (9), zodanig dat een luchtstromingsbaan zich uitstrekt tussen enerzijds elk afzuigkanaal en het toevoerkanaal, en de afvoer anderzijds, - de verdamper (20) van de warmtepomp (18), welke verdamper zich bevindt in de luchtstromingsbaan tussen enerzijds elk afzuigkanaal en het toevoerkanaal, en de afvoer anderzijds, - regelbare kleppen (13, 13’, 25) voor het regelen van het debiet in elk afzuigkanaal en in het toevoerkanaal, - een of meerdere sensoren (26) voor het meten van de luchtstroming waaraan de verdamper (20) is blootgesteld, - een regelinrichting (27) voor het bedienen van de klep (25) in de toevoerkanaalopening (10) op basis van de gemeten luchtstroming.
8. Ventilatiesysteem volgens conclusie 7, waarbij het hulpsysteem omvat: - sensoren (17, 17’, ...) voor het detecteren van tenminste een eigenschap van de lucht, zoals het C02-gehalte en/of de luchtvochtigheid, in elke afzuigkanaal (4, 4’, ...), eventueel een eigenschap van de lucht in het toevoerkanaal (7) en eventueel een eigenschap van de lucht in de afVoer (6), - waarbij de regelinrichting (27) is uitgevoerd voor het op basis van de door de sensoren gedetecteerde eigenschap(pen) van de lucht regelen van de stand van de kleppen(13, 13’, ...,25).
9. Ventilatiesysteem volgens conclusie 8, waarbij de regelinrichting (27) is uitgevoerd voor het bedienen van de klep (25) in de toevoerkanaalopening (10) op basis van de door sensor (26) gemeten luchtstroming waaraan de verdamper (20) is blootgesteld.
10. Ventilatiesysteem volgens een der conclusies 7-9, waarbij de ventilator (16) is voorzien in de plenumkamer (29), en bij voorkeur is aangesloten op de afvoeropening (9).
11. Hulpsysteem voor een ventilatiesysteem volgens een der voorgaande conclusies, omvattende: - een plenumkamer (29) voorzien van tenminste een toevoeropening (8, 8’, ...) waarop een afzuigkanaal (4, 4’, ...) aansluitbaar is, een toevoerkanaalopening (10) waarop een toevoerkanaal (6) aansluitbaar is en een afvoeropening (9) waarop een afvoer aansluitbaar is, zodanig dat een luchtstromingsbaan zich uitstrekt tussen enerzijds elke toevoeropening en de toevoerkanaalopening, en de afvoeropening anderzijds, - een in de plenumkamer voorziene verdamper (20) van een warmtepomp (18), welke verdamper zich bevindt in de luchtstromingsbaan tussen enerzijds elke toevoeropening en de toevoerkanaalopening, en de afvoeropening anderzijds, - regelbare kleppen (13, 13’, ...; 25) voor het regelen van het debiet in elke toevoeropening en de toevoerkanaalopening, - een of meerdere sensoren (26) voor het meten van de luchtstroming waaraan de verdamper (20) is blootgesteld, en - een regelinrichting (27) voor het bedienen van de klep (25) in de toevoerkanaalopening (10) op basis van de gemeten luchtstroming.
12. Hulpsysteem volgens conclusie 11, omvattende: - sensoren (17, 17’, ...) voor het detecteren van tenminste een eigenschap van de lucht, zoals het C02-gehalte en/of de luchtvochtigheid, in elke toevoeropening (8, 8’, ...), eventueel een eigenschap van de lucht in de toevoerkanaalopening en eventueel een eigenschap van de lucht in de afVoeropening, - waarbij de regelinrichting (27) is uitgevoerd voor het op basis van de door de sensoren gedetecteerde eigenschap(pen) van de lucht regelen van de stand van de kleppen(13, 13’, ...,25).
13 Hulpsysteem volgens conclusie 11 of 12, waarbij in de plenumkamer (29) een ventilator (16) is voorzien, welke ventilator bij voorkeur is aangesloten op de afvoeropening (9).
14. Werkwijze voor het bedrijven van het ventilatiesysteem volgens een der conclusies 1-13, omvattende de stappen van: - toevoeren aan de verdamper (20) van de warmtepomp (18) van lucht die is afgezogen uit tenminste een vertrek (1, Γ, ...), - vaststellen van het totale momentane debiet van de door het afzuigen van lucht uit elk vertrek verkregen luchtstroming, - vaststellen van het minimaal vereiste debiet van de luchtstroming dat noodzakelijk is voor de werking van de warmtepomp (18), - vergelijken van genoemde totale momentane debiet en het minimaal vereiste debiet, - toevoeren aan de verdamper (20) van aanvullende lucht buiten elk vertrek om dat is aangesloten op een afzuigkanaal (4,4’, ...) indien het totale momentane debiet van de door het afzuigen van lucht uit elk vertrek verkregen luchtstroming lager is dan het minimaal vereiste debiet van de luchtstroming dat noodzakelijk is voor de werking van de warmtepomp (18).
15. Werkwijze volgens conclusie 14, omvattende het uitsluitend toevoeren aan de verdamper (20) van de warmtepomp (18) van lucht die is afgezogen uit elk vertrek (1, Γ, ...) indien het totale momentane debiet van de door het afzuigen van lucht uit elk vertrek verkregen luchtstroming gelijk is aan of hoger is dan het minimaal vereiste debiet van de luchtstroming dat noodzakelijk is voor de werking van de warmtepomp (18).
NL2017079A 2015-06-30 2016-06-30 Ventilatiesysteem met warmtepomp, en werkwijze voor het bedrijven van ventilatiesysteem NL2017079B1 (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2017079A NL2017079B1 (nl) 2016-06-30 2016-06-30 Ventilatiesysteem met warmtepomp, en werkwijze voor het bedrijven van ventilatiesysteem
BE2016/5549A BE1024811B1 (nl) 2015-06-30 2016-06-30 Ventilatiesysteem met waterpomp, en werkwijze voor het bedrijven van ventilatiesysteem
NL2018676A NL2018676B1 (nl) 2016-06-30 2017-04-10 Klimatisatiesysteem en werkwijze voor het regelen van een klimatisatiesysteem
BE2017/5353A BE1024676B1 (nl) 2016-06-30 2017-05-12 Klimatisatiesysteem en werkwijze voor het regelen van een klimatisatiesysteem

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2017079A NL2017079B1 (nl) 2016-06-30 2016-06-30 Ventilatiesysteem met warmtepomp, en werkwijze voor het bedrijven van ventilatiesysteem

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL2017079A NL2017079A (nl) 2018-01-09
NL2017079B1 true NL2017079B1 (nl) 2018-01-19

Family

ID=56682228

Family Applications (2)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2017079A NL2017079B1 (nl) 2015-06-30 2016-06-30 Ventilatiesysteem met warmtepomp, en werkwijze voor het bedrijven van ventilatiesysteem
NL2018676A NL2018676B1 (nl) 2016-06-30 2017-04-10 Klimatisatiesysteem en werkwijze voor het regelen van een klimatisatiesysteem

Family Applications After (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2018676A NL2018676B1 (nl) 2016-06-30 2017-04-10 Klimatisatiesysteem en werkwijze voor het regelen van een klimatisatiesysteem

Country Status (2)

Country Link
BE (2) BE1024811B1 (nl)
NL (2) NL2017079B1 (nl)

Family Cites Families (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE4004519A1 (de) * 1989-02-17 1990-08-30 Rox Lufttechnische Geraetebau Zuluft- und abluftgeraete-kombination fuer lueftungs- und/oder klimaanlagen
DE19702903C2 (de) * 1997-01-28 2000-08-24 Stiebel Eltron Gmbh & Co Kg Klimaanlage mit einer Wärmepumpe
DE10058273A1 (de) * 2000-11-23 2002-05-29 Woelfle Gmbh Vorrichtung zur Lüftung von Gebäuden nach dem Oberbegriff des Anspruchs 1
DE10126475A1 (de) * 2001-05-31 2003-03-20 Juergen Loose Raumzonenbehandlungsgerät - eine Alternative zur Fensterlüftung
US20060183419A1 (en) * 2005-02-17 2006-08-17 York International Corporation Air handling unit mixing method and system
JP2007010216A (ja) * 2005-06-30 2007-01-18 Daikin Ind Ltd 換気装置
FI20096397A0 (fi) * 2009-12-23 2009-12-23 Enervent Oy Ab Ilmanvaihtolaite
GB2481583A (en) * 2010-06-28 2012-01-04 Smith S Environmental Products Ltd Heat pump installation
ITTV20120108A1 (it) * 2012-06-05 2013-12-06 Clivet S P A Unita' per il condizionamento ambientale per uso residenziale
BE1021689B1 (nl) * 2013-09-25 2016-01-08 Renson Ventilation Nv Klimatisatie-inrichting en werkwijze voor het aansturen van een dergelijke klimatisatie-inrichting
CN103900181B (zh) * 2013-11-29 2017-06-16 李国胜 一种户式新风机组

Also Published As

Publication number Publication date
BE1024676A1 (nl) 2018-05-17
BE1024676B1 (nl) 2018-05-24
NL2018676A (nl) 2018-01-09
BE1024811A1 (nl) 2018-07-04
BE1024811B1 (nl) 2018-07-10
NL2018676B1 (nl) 2018-04-26
NL2017079A (nl) 2018-01-09

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CN204710833U (zh) 通风柜
CN104791963A (zh) 中央空调vav变风量节能控制系统
US20080039006A1 (en) Ventilation system
CN106140769A (zh) 通风柜
CN103307676A (zh) 一种节能型可调风量露点控制冷却系统及其控制方法
CN205878472U (zh) 一种具有噪音调节功能的新风净化机
CN110274284B (zh) 一种楼宇公用烟道排烟系统及其控制方法
CN106594930B (zh) 一种节能机房空调系统
CN104359211A (zh) 一种用于防止和消除辐射末端结露的系统以及控制方法
RU2711269C2 (ru) Центральный узел для регулируемого распределения свежего воздуха
CN104956916A (zh) 一种新型卧式菇房环控智能设备
CN206522901U (zh) 微正压除霾新风机与风口
NL2017079B1 (nl) Ventilatiesysteem met warmtepomp, en werkwijze voor het bedrijven van ventilatiesysteem
CN107687694B (zh) 一种具有净化、除湿、室内压力调节功能的通风器
CN108087972B (zh) 空调挂机及其控制方法
CN205037523U (zh) 一种换气式空调器
EP1184627A1 (en) Gas feed-through comprising an indoor heat exchange associated with a heat pump
US20090134233A1 (en) Steam Control System
CN205014549U (zh) 跟随室外空气变化控制冷却塔出水温度的装置
CN210292071U (zh) 一种带气候补偿系统的燃气采暖炉
CN107421021A (zh) 加湿系统和包括该加湿系统的屋顶机
CN204901980U (zh) 一种壁挂式恒温恒湿机房专用空调
BE1021689B1 (nl) Klimatisatie-inrichting en werkwijze voor het aansturen van een dergelijke klimatisatie-inrichting
CN204460609U (zh) 窗式中央新风系统
CN206973767U (zh) 加湿系统和包括该加湿系统的屋顶机