NL2016016B1

NL2016016B1 - Valdemper voor het geleidelijk opvangen van een ruk aan een met de valdemper gekoppelde veiligheidskabel.

Info

Publication number: NL2016016B1
Application number: NL2016016A
Authority: NL
Inventors: Van Den Herik Peter
Original assignee: Xsplatforms B V
Priority date: 2015-12-23
Filing date: 2015-12-23
Publication date: 2017-07-03
Also published as: EP3394474A1; EP3394474B1; US10806955B2; WO2017111579A1; US20180369622A1

Abstract

Een valdemper heeft een frame 5 gevormd door een langwerpig profiel met een U-vormige dwarsdoorsnede. Het frame heeft twee parallelle strippen 11 die door een brugstuk 13 aan elkaar zijn bevestigd. In de strippen zijn taps toelopende sleuven 15 aanwezig, waardoorheen een as 17 steekt. Op de as is een beugel 19 aanwezig waaraan een veiligheidskabel 21 is bevestigd. De breedte van de sleuf aan het wijdste uiteinde 15A is gelijk aan de dikte van de as 17 en de breedte van de sleuf aan het nauwste uiteinde 15B kleiner is dan de dikte van de as. Het materiaal van de as 17 is zachter dan het materiaal van de strippen 11, zodat bij verplaatsing van de as door de sleuven de as plastisch vervormt.

Description

Valdemper voor het geleidelijk opvangen van een ruk aan een met de valdemper gekoppelde veiligheidskabel BESCHRIJVING:

Gebied van de uitvinding

De uitvinding heeft betrekking op een valdemper voor het geleidelijk opvangen van een ruk aan een met de valdemper gekoppelde veiligheidskabel, omvattende een frame waarmee de valdemper aan een object vastgemaakt kan worden, alsmede een met het frame verbonden koppelelement waaraan de veiligheidskabel vastgemaakt kan worden, waarbij het frame is voorzien van een sleuf waardoorheen het koppelelement is gestoken.

Aan een object kan gedacht worden aan bijvoorbeeld een gebouw, elektriciteitsmast, windmolen etc. of een (met een gebouw gekoppelde) ladder, een langs een afdaalkabel verschuifbare valbeveiliging, etc.

Stand van de techniek

Een dergelijke valdemper is bekend uit US2701629A. Hierbij omvat het frame een aantal parallelle strippen en is het koppelelement gevormd door een aantal assen die door de in de strippen aanwezige sleuven steken. Op de assen bevinden zich ringen die in contact zijn met de buitenste strippen en door veren tegen de strippen worden gedrukt. Een ruk aan de veiligheidskabel wordt hierbij opgevangen door de wrijving tussen de ringen en de strippen.

Samenvatting van de uitvinding

Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een valdemper van de in de aanhef omschreven soort die eenvoudig, robuust en bedrijfszeker is en waarmee grotere rukken dan met de bekende valdemper opgevangen kunnen worden. Hiertoe is de valdemper volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat de sleuf een taps toelopende sleuf is, waarbij de breedte van de sleuf aan het wijdste uiteinde gelijk of groter is aan de dikte van het deel van het koppelelement dat door de sleuf steekt en de breedte van de sleuf aan het nauwste uiteinde kleiner is dan de dikte van het deel van het koppelelement, en waarbij de hardheid van het materiaal van het genoemde deel van het koppelelement afwijkt van de hardheid van het materiaal van de begrenzingswanden van de sleuf. Bij een ruk aan de veiligheidskabel neemt deze constructie een groot deel van de kinetische energie van de vallende massa op. Hierdoor wordt de impuls/impactkracht op de vaste wereld het frame aanzienlijk verkleind.

Bij voorkeur is het materiaal van het genoemde deel van het koppelelement zachter dan de hardheid van het materiaal van de begrenzingswanden van de sleuf, zodat voornamelijk het deel van het koppelelement vervormt en niet het frame.

Het frame omvat ten minste een strip waarin de sleuf aanwezig is. Bij voorkeur omvat het frame twee parallelle op afstand van elkaar aanwezige strips, waarbij in elk van de strips een sleuf aanwezig is. Bij voorkeur maken de strips deel uit van een langwerpig profiel met een U-vormige dwarsdoorsnede. Dit profiel maakt deel uit van of vormt het frame dat zodoende robuust is uitgevoerd.

Het genoemde deel van het koppelelement is bij voorkeur gevormd door een as met ronde doorsnede. Bij voorkeur is de as uitgevoerd als een bout.

Een gunstige uitvoeringsvorm van de valdemper volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat ten minste één van de taps naar elkaar toelopende begrenzingswanden van de sleuf aan het wijdste uiteinde van de sleuf is voorzien van ten minste één naar binnen stekende weg buigbare lip, waardoor het genoemde deel van het koppelelement opgesloten is tussen het wijdste uiteinde van de sleuf en deze lip. Hierdoor zal het koppelelement pas verplaatsen bij een ruk van bepaalde grootte en niet bij elke kleine ruk. Deze kleine rukken zouden anders een deel van het energieabsorberend vermogen opnemen, waardoor bij een val minder energie geabsorbeerd kan worden.

Bij voorkeur is de sleuf aan het wijdste uiteinde verbreed, zodat de lip bij weg buigen in het verbreedde deel gebogen kan worden en de sleuf niet blokkeert. Voorts is ook de andere begrenzingswand van de sleuf bij voorkeur voorzien van een lip.

Een verdere uitvoeringsvorm van de valdemper volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat het koppelelement voorts een beugel omvat die draaibaar op de as aanwezig is en waaraan de veiligheidskabel vastgemaakt kan worden. De beugel is bij voorkeur een U-vormige stang die aan de beide uiteinden is voorzien van doorgaande gaten waardoorheen de as steekt.

Beknopte omschrijving van de tekeningen

Hieronder zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van de valdemper volgens de uitvinding. Hierbij toont:

Figuur 1 een uitvoeringsvorm van de valdemper aangebracht op een ladder die aan een object is bevestigd; en

Figuur 2 de valdemper in perspectief;

Figuur 3 de valdemper gezien vanuit een andere hoek;

Figuur 4 de valdemper gezien in zijaanzicht;

Figuur 5 de valdemper gezien in vooraanzicht;

Figuur 6 de valdemper gezien in bovenaanzicht;

Figuur 7 het frame van de valdemper in perspectief;

Figuur 8 het frame gezien in vooraanzicht;

Figuur 9 het frame gezien in zijaanzicht;

Figuur 10 het frame gezien in bovenaanzicht; en

Figuur 11 een detail van het verbreedde uiteinde van de sleuf.

Gedetailleerde omschrijving van de tekeningen

In figuur 1 is een uitvoeringsvorm weergegeven van de valdemper 1 aangebracht op een ladder 3 die aan een object, bijvoorbeeld een gebouw (niet weergegeven), is bevestigd. De valdemper heeft een frame 5 gevormd door een langwerpig profiel met een U-vormige dwarsdoorsnede. Het frame is met U-vormige draadeinden 7 bevestigd aan sporten 9 van de ladder. Het frame heeft twee parallelle strippen 11 die door een brugstuk 13 aan elkaar zijn bevestigd. In de strippen zijn sleuven 15 aanwezig, waardoorheen een as 17 steekt. Op de as is een beugel 19 draaibaar aanwezig. De beugel 19 is gevormd door een U-vormige stang die aan de beide uiteinden is voorzien van doorgaande gaten waardoorheen de as steekt. Aan deze beugel is een veiligheidskabel 21 bevestigd. De as 17 is gevormd door een bout waarop een moer 23 is gedraaid. De as vormt een deel van een koppelelement 16 voor bevestiging van de veiligheidskabel aan de valdemper.

In de figuren 2-6 is ter illustratie de valdemper 1 afzonderlijk in verschillende aanzichten weergegeven. De sleuven 15 in de strippen 11 lopen taps toe. De breedte van de sleuf aan het wijdste uiteinde 15A is gelijk aan de dikte van de as 17 en de breedte van de sleuf aan het nauwste uiteinde 15B kleiner is dan de dikte van de as. Het materiaal van de as 17 is zachter dan het materiaal van de strippen 11, zodat bij verplaatsing van de as door de sleuven alleen of in hoofdzaak de as plastisch vervormt.

In de figuren 7-10 is het frame van de valdemper in verschillende aanzichten weergegeven. Ter illustratie is in figuur 11 het breedste uiteinde van een sleuf vergroot weergegeven. De sleuven 15 zijn aan het wijdste uiteinde 15A verbreed. Elke begrenzingswand 25 van de sleuven is ter plaatse van het verbreedde deel 27 voorzien van een naar binnen stekende lip 29. De as 17 is opgesloten tussen het wijdste uiteinde 15A van de sleuf en de lippen 29.

Hoewel in het voorgaande de uitvinding is toegelicht aan de hand van de tekeningen, dient te worden vastgesteld dat de uitvinding geenszins tot de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm is beperkt. De uitvinding strekt zich mede uit tot alle van de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm afwijkende uitvoeringsvormen binnen het door de conclusies gedefinieerde kader. Zo kan de valdemper in plaats van de hier getoonde verticale oriëntatie ook in horizontale stand aan de vaste wereld vastgemaakt worden, bijvoorbeeld op een dak van een gebouw. Ook kan het materiaal van het genoemde deel van het koppelelement 16 harder zijn dan het materiaal van de begrenzingswanden 25 van de sleuf 15, zodat in hoofdzaak deze begrenzingswanden vervormen en niet het koppelelement.

Claims

1. Valdemper (1) voor het geleidelijk opvangen van een ruk aan een met de valdemper gekoppelde veiligheidskabel (21), omvattende een frame (5) waarmee de valdemper aan de vaste wereld (3), bij voorkeur een met een gebouw gekoppelde ladder, vastgemaakt kan worden, alsmede een met het frame verbonden koppelelement (16) waaraan de veiligheidskabel vastgemaakt kan worden, waarbij het frame is voorzien van een sleuf (15) waardoorheen het koppelelement is gestoken, met het kenmerk, dat de sleuf (15) een taps toelopende sleuf is, waarbij de breedte van de sleuf aan het wijdste uiteinde (15A) gelijk of groter is aan de dikte van het deel van het koppelelement (16) dat door de sleuf steekt en de breedte van de sleuf aan het nauwste uiteinde (15B) kleiner is dan de dikte van het deel van het koppelelement, en waarbij de hardheid van het materiaal van het genoemde deel van het koppelelement (16) afwijkt van de hardheid van het materiaal van de begrenzingswanden (25) van de sleuf (15).

2. Valdemper volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het materiaal van het genoemde deel van het koppelelement (16) zachter is dan de hardheid van het materiaal van de begrenzingswanden (25) van de sleuf (15).

3. Valdemper volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het frame (5) ten minste een strip (11) omvat waarin de sleuf (15) aanwezig is.

4. Valdemper volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het frame (5) twee parallelle op afstand van elkaar aanwezige strips (11) omvat waarbij in elk van de strips een sleuf (15) aanwezig is.

5. Valdemper volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de strips (11) deel uitmaken van een langwerpig profiel met een U-vormige dwarsdoorsnede.

6. Valdemper volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het genoemde deel van het koppelelement (16) is gevormd door een as (17) met ronde doorsnede.

7. Valdemper volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de as (17) is uitgevoerd als een bout.

8. Valdemper volgens conclusie 6 of 7, met het kenmerk, dat ten minste één van de taps naar elkaar toelopende begrenzingswanden (25) van de sleuf (15) aan het wijdste uiteinde (15A) van de sleuf is voorzien van ten minste één naar binnen stekende wegbuigbare lip (29), waardoor het genoemde deel van het koppelelement (16) opgesloten is tussen het wijdste uiteinde van de sleuf en deze lip.

9. Valdemper volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de sleuf (15) aan het wijdste uiteinde (15A) is verbreed, zodat de lip (29) bij wegbuigen in het verbreedde deel (27) gebogen kan worden en de sleuf niet blokkeert.

10. Valdemper volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat ook de andere begrenzingswand (25) van de sleuf (15) is voorzien van een lip (29).

11. Valdemper volgens conclusie 6, 7, 8, 9 of 10, met het kenmerk, dat het koppelelement (16) voorts een beugel (19) omvat die draaibaar op de as (17) aanwezig is en waaraan de veiligheidskabel (21) vastgemaakt kan worden.

12. Valdemper volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de beugel (19) een U-vormige stang is die aan de beide uiteinden is voorzien van doorgaande gaten waardoorheen de as (17) steekt.