NL2015074B1 - Verzegelingssysteem voor een schroefdop van een houder, en een schroefdop. - Google Patents

Abstract

Een verzegelingssysteem voor een schroefdop van een houder omvat een schroefdop met een omhullende zijwand met een binnenoppervlak dat is voorzien van inwendige schroefdraad en een zich loodrecht op de zijwand uitstrekkende bovenwand, een hals van een houder die een opening omhult en waarop de schroefdop kan worden geschroefd, en een verzegelingskoord dat door een doorgaand gat in de schroefdop loopt. De bovenwand van de schroefdop heeft een cirkelvormig afsluitoppervlak dat in afgesloten toestand van de schroefdop op de hals contact maakt met een rand van de hals die de opening omhult. Het doorgaande gat in de schroefdop bevindt zich tenminste gedeel­telijk in de bovenwand tussen het binnenoppervlak en het afsluitoppervlak, zoals gezien langs de hartlijn van de zij­wand.

Description

Verzegelingssysteem voor een schroefdop van een houder, en een schroefdop

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een verzegelingssysteem voor een schroefdop van een houder.

Een dergelijk verzegelingssysteem is bekend bij een vloeistofcontainer met een afsluitdop die verzegeld wordt. Het bekende systeem heeft een afsluitdop met aan de omtrek daarvan een in radiale richting uitstekend oor waardoorheen een verze-gelingskoord wordt geleid. Het verzegelingskoord wordt aan de container vastgemaakt zodat bij de eindgebruiker gecontroleerd kan worden of de afsluitdop tussentijds is opengedraaid.

Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een verbeterd verzegelingssysteem.

Dit doel wordt bereikt met het verzegelingssysteem volgens de onderhavige uitvinding, dat is voorzien van een schroefdop met een omhullende zijwand met een binnenoppervlak dat is voorzien van inwendige schroefdraad en een zich loodrecht op de zijwand uitstrekkende bovenwand, een hals van een houder die een opening omhult en waarop de schroefdop kan worden geschroefd, en een verzegelingskoord dat door een doorgaand gat in de schroefdop loopt, waarbij de bovenwand van de schroefdop een cirkelvormig afsluitoppervlak heeft dat in afgesloten toestand van de schroefdop op de hals contact maakt met een rand van de hals die de opening omhult, waarbij het doorgaande gat in de schroefdop zich tenminste gedeeltelijk in de bovenwand tussen het binnenoppervlak en het afsluitoppervlak bevindt, zoals gezien langs de hartlijn van de zijwand.

Dit betekent dat het doorgaande gat zich tenminste gedeeltelijk tussen de omtrek van een virtuele buitenste cilinder en de omtrek van een virtuele binnenste cilinder in de bovenwand van de schroefdop bevindt, waarbij het binnenoppervlak van de zijwand met de virtuele binnenste cilinder samenvalt en het afsluitoppervlak van de bovenwand met de virtuele buitenste cilinder samenvalt.

Een voordeel van het verzegelingssysteem volgens de uitvinding is dat een uitstekend oor aan het buitenoppervlak van de schroefdop kan worden weggelaten. Het verzegelingskoord kan allerlei vormen hebben en uit diverse materialen zijn gemaakt; het kan bijvoorbeeld ook een band, kabel of dergelijke omvatten.

Het buitenoppervlak van de omhullende zijwand kan cilindervormig of vrijwel cilindervormig zijn.

Het buitenoppervlak kan vrij zijn van uitsteeksels of een uitsteeksel hebben met een radiale dikte die kleiner is dan 5% van de diameter van het buitenoppervlak, of een uitsteeksel hebben met een dikte in langsrichting van de zijwand die groter is dan 50% van de lengte van de omhullende zijwand in langsrichting daarvan.

Het doorgaande gat aan de van de zijwand afgekeerde zijde van de bovenwand van de schroefdop kan tussen het bin-nenoppervlak van de zijwand en het afsluitoppervlak uitmonden, zoals gezien langs de hartlijn van de zijwand. Hierdoor kan het verzegelingskoord aan de bovenzijde van de bovenwand van de schroefdop de schroefdop verlaten.

In een specifieke uitvoeringsvorm is een gedeelte van de inwendige schroefdraad van de schroefdop en/of een gedeelte van de uitwendige schroefdraad van de hals in de omtreksrich-ting daarvan onderbroken, en is het doorgaande gat van de schroefdop zodanig uitgevoerd, dat in de afgesloten toestand van de schroefdop op de hals het doorgaande gat in de schroefdop op het onderbroken gedeelte van de schroefdraad aansluit. Dit vergemakkelijkt het door de schroefdop en langs de hals steken van het verzegelingskoord.

In een alternatieve uitvoeringsvorm heeft de hals een doorgaand gat dat zich tenminste gedeeltelijk tussen de uitwendige schroefdraad en de rand daarvan bevindt, zoals gezien langs de hartlijn van de hals, waarbij het doorgaande gat van de schroefdop zodanig is gepositioneerd, dat in de afgesloten toestand van de schroefdop op de hals het doorgaande gat van de schroefdop aansluit op het doorgaande gat van de hals.

In het laatste geval kan de hals zijn voorzien van een ondersnijding onder de uitwendige schroefdraad daarvan, waarbij het doorgaande gat van de hals ter plaatse van de ondersni jding uitmondt.

De uitvinding heeft ook betrekking op een schroefdop voor een verzegelingssysteem zoals hierboven beschreven. De schroefdop omvat een omhullende zijwand met een binnenopper-vlak dat is voorzien van inwendige schroefdraad en een zich loodrecht op de zijwand uitstrekkende bovenwand, waarbij de bovenwand van de schroefdop een cirkelvormig afsluitoppervlak heeft voor het maken van contact met een rand van een hals van een houder ter afsluiting van een opening die door de hals wordt omhuld, waarbij het doorgaande gat in de schroefdop zich tenminste gedeeltelijk tussen het binnenoppervlak en het af-sluitoppervlak bevindt, zoals gezien langs de hartlijn van de zijwand.

De uitvinding zal hierna verder worden toegelicht aan de hand van tekeningen, die uitvoeringsvoorbeelden van de uitvinding zeer schematisch weergeven.

Fig. 1 is een perspectivisch bovenaanzicht van een uitvoeringsvoorbeeld van een verzegelingssysteem volgens de uitvinding.

Fig. 2 is een perspectivisch bovenaanzicht van een schroefdop van een ander uitvoeringsvoorbeeld van een verzege-lingssysteem volgens de uitvinding.

Fig. 3 is een zelfde aanzicht als Fig. 2, maar toont een onderaanzicht van de schroefdop.

Fig. 4 is een perspectivisch bovenaanzicht van de schroefdop van het uitvoeringsvoorbeeld volgens Fig. 1.

Fig. 5 is een perspectivisch bovenaanzicht van de hals van het uitvoeringsvoorbeeld volgens Fig. 1.

Fig. 6 is een zijaanzicht van de schroefdop en de hals van het uitvoeringsvoorbeeld volgens Fig. 1 in gedeeltelijk in elkaar geschroefde toestand.

Fig. 7 is een perspectivisch bovenaanzicht van een hals van een alternatieve uitvoeringsvorm van het verzege-lingssysteem volgens de uitvinding.

Fig. 1 toont een uitvoeringsvoorbeeld van een verze-gelingssysteem 1 volgens de uitvinding. Het verzegelingssysteem 1 is geschikt voor het verzegelen van een schroefdop 2 op een houder of container (niet getoond), die bijvoorbeeld is gevuld met een vloeistof. Fig. 2-5 tonen diverse onderdelen van het verzegelingssysteem 1 in meer detail.

Het verzegelingssysteem 1 omvat naast de schroefdop 2 ook een hals 3 van de houder. De schroefdop 2 heeft een inwendige schroefdraad 4 en de hals 3 heeft een uitwendige schroefdraad 5. De schroefdop 2 kan op de hals 3 worden geschroefd om een door de hals 3 omhulde opening 6 af te sluiten. In Fig. 5 is te zien, dat de hals 3 de opening 6 omhult. In de afgesloten toestand van de schroefdop 2 op de hals 3 wordt door de schroefdop 2 een verzegelingskoord 7 aangebracht welke eventueel aan de houder wordt vastgemaakt.

De schroefdop 2 omvat een omhullende zijwand met een buitenoppervlak 9 en de inwendige schroefdraad 4, zie fig. 2 en 3. De inwendige schroefdraad 4 is in dit geval opgebouwd uit een aantal in omtreksrichting op afstand van elkaar gelegen uitsteeksels aan de binnenzijde van de omhullende zijwand. De schroefdop 2 heeft verder een zich loodrecht op de zijwand uitstrekkende bovenwand 10. De bovenwand 10 hoeft geen vlak onder- en bovenoppervlak te hebben, maar kan zijn voorzien van een reliëf. In het uitvoeringsvoorbeeld volgens Fig. 2 en 3 is de bovenzijde of buitenzijde voorzien van een in buitenwaartse richting uitstekende rib 11 waarmee de schroefdop 2 handmatig kan worden verdraaid. Aan de onderzijde of binnenzijde van de schroefdop 2 is te zien, dat de bovenwand 10 een cirkelvormig afsluitoppervlak 12 heeft dat in afgesloten toestand van de schroefdop 2 op de hals 3 contact maakt met een bovenrand 13 van de hals 3 om de opening 6, zie Fig. 5. De bovenrand 13 van de hals 3 kan zijn voorzien van een O-ring om een goede afdichting tussen het afsluitoppervlak 12 van de schroefdop 2 en de bovenrand van de hals 3 te bewerkstelligen.

Fig. 1-4 tonen dat het buitenoppervlak 9 van de zijwand min of meer cilindrisch is en slechts zeer kleine uitsteeksels heeft. De uitsteeksels hebben een radiale dikte die veel kleiner is dan 5% van de diameter van het buitenoppervlak 9. Verder is de lengte van de uitsteeksels in langsrichting van de zijwand vrijwel gelijk aan de lengte van de zijwand zelf. Er is dus geen sprake van uitstekende oren waardoorheen het verzegelingskoord 7 kan worden geleid.

Fig. 1 toont dat het verzegelingskoord 7 door een doorgaand gat 14 in de schroefdop 2 loopt. Het doorgaande gat 14 mondt aan de bovenzijde van de bovenwand 10 van de schroef- dop 2 tussen het binnenoppervlak 8 en het afsluitoppervlak 12 uit, zoals gezien langs de hartlijn van de zijwand, ofwel zoals van bovenaf of onderaf op de bovenwand 10 gezien. Het verzegelingskoord 7 komt aan de onderzijde van de schroefdop 2 naar buiten. De schroefdop 2 omvat een aantal doorgaande gaten 14 in de omtreksrichting van de schroefdop 2 en deze bevinden zich in het in Fig. 1-6 getoonde uitvoeringsvoorbeeld tussen het binnenoppervlak 8 en het afsluitoppervlak 12, zoals gezien langs de hartlijn van de zijwand.

In Fig. 5 is getoond, dat een gedeelte van de uitwendige schroefdraad 5 van de hals 3 in de omtreksrichting daarvan is onderbroken; dit is aangegeven met verwijzingscij-fer 5'. Dit biedt het voordeel dat het verzegelingskoord 7 dat door een doorgaand gat 14 in de schroefdop 2 wordt gestoken in de afgesloten toestand van de schroefdop 2 op de hals 3 niet door de uitwendige schroefdraad 5 van de hals 3 wordt tegengehouden. In Fig. 3 is te zien dat ook de inwendige schroefdraad 4 van de schroefdop 2 in de omtreksrichting daarvan is onderbroken, hetgeen het doorsteken van het verzegelingskoord 7 verder vergemakkelijkt. Het onderbroken gedeelte van de inwendige schroefdraad 4 is aangegeven met verwijzingscijfer 4'. Om er voor te zorgen dat een doorgaand gat 14 van de schroefdop 2 in de afgesloten toestand van de schroefdop 2 op de hals 3 tegenover een onderbroken gedeelte 5' van de uitwendige schroefdraad 5 van de hals 3 komt te liggen, is in de bovenwand 10 een aantal doorgaande gaten 14 in omtreksrichting van de schroefdop 2 aangebracht, in het uitvoeringsvoorbeeld volgens Fig. 1 zes en in de uitvoeringsvorm volgens Fig. 2 acht.

Fig. 7 toont de hals 3 van een alternatief uitvoeringsvoorbeeld van een verzegelingssysteem 1 volgens de uitvinding. In dit geval is ook de hals 3 van doorgaande gaten 15 voorzien. Elk doorgaande gat 15 bevindt zicht tussen de uitwendige schroefdraad 5 van de hals 3 en de met het afsluit-oppervlak 12 van de schroefdop 2 contact makende bovenrand 13. Ook in dit geval geldt, dat de doorgaande gaten 14 van de schroefdop 2 zodanig zijn aangebracht, dat in de afgesloten toestand van de schroefdop 2 op de hals 3 altijd een doorgaand gat 14 van de schroefdop 2 aansluit op een doorgaand gat 15 van de hals 3. Het verzegelingskoord 7 kan min of meer een rechte weg parallel aan de hartlijn van de zijwand door de schroefdop 2 en de hals 3 volgen.

Het uitvoeringsvoorbeeld volgens Fig. 7 is verder voorzien van een ondersnijding 16 onder de uitwendige schroefdraad 5 daarvan. De doorgaande gaten 15 van de hals 3 monden ter plaatse van de ondersnijding 16 uit. In dit geval loopt het verzegelingskoord 7 dus door een doorgaand gat 14 van de schroefdop 2 en door een doorgaand gat 15 van de hals 3.

De schroefdop 2 en de hals 3 kunnen in de praktijk van kunststof zijn gemaakt.

De uitvinding is niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvoorbeelden die op verschillende manieren binnen het kader van de conclusies kunnen worden gevarieerd.

Claims (8)

1. Een verzegelingssysteem (1) voor een schroefdop (2) van een houder, omvattende een schroefdop (2) met een omhullende zijwand met een binnenoppervlak (8) dat is voorzien van inwendige schroefdraad (4) en een zich loodrecht op de zijwand uitstrekkende bovenwand (10), een hals (3) van een houder die een opening (6) omhult en waarop de schroefdop (2) kan worden geschroefd, en een verzegelingskoord (7) dat door een doorgaand gat (14) in de schroefdop (2) loopt, waarbij de bovenwand (10) van de schroefdop (2) een cirkelvormig afsluit-oppervlak (12) heeft dat in afgesloten toestand van de schroefdop (2) op de hals (3) contact maakt met een rand (13) van de hals (3) die de opening (6) omhult, waarbij het doorgaande gat (14) in de schroefdop (2) zich tenminste gedeeltelijk in de bovenwand (10) tussen het binnenoppervlak (8) en het afsluitoppervlak (12) bevindt, zoals gezien langs de hartlijn van de zijwand.

2. Een verzegelingssysteem (1) volgens conclusie 1, waarbij het buitenoppervlak (9) van de zijwand cilindervormig of vrijwel cilindervormig is.

3. Een verzegelingssysteem (1) volgens conclusie 1 of 2, waarbij het buitenoppervlak (9) vrij is van uitsteeksels of een uitsteeksel heeft met een radiale dikte die kleiner is dan 5% van de diameter van het buitenoppervlak (9), of een uitsteeksel heeft met een dikte in langsrichting van de zijwand die groter is dan 50% van de lengte van de zijwand in langs-richting daarvan.

4. Een verzegelingssysteem (1) volgens één van de voorgaande claims, waarbij het doorgaande gat (14) aan de van de zijwand afgekeerde zijde van de bovenwand (10) van de schroefdop (2) tussen het binnenoppervlak (9) van de zijwand en het afsluitoppervlak (12) uitmondt, zoals gezien langs de hartlijn van de zijwand.

5. Een verzegelingssysteem (1) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij een gedeelte van de inwendige schroefdraad (4) van de schroefdop (2) en/of een gedeelte van de uitwendige schroefdraad (5) van de hals (3) in de omtreks-richting daarvan is onderbroken, en het doorgaande gat (14) van de schroefdop (2) zodanig is uitgevoerd, dat in de afgesloten toestand van de schroefdop (2) op de hals (3) het doorgaande gat (14) in de schroefdop (2) op het onderbroken gedeelte (4', 5') van de schroefdraad (4, 5) aansluit.

6. Een verzegelingssysteem (1) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de hals (3) een doorgaand gat (15) heeft dat zich tenminste gedeeltelijk tussen de uitwendige schroefdraad (5) en de rand (13) bevindt, zoals gezien langs de hartlijn van de hals (3), en waarbij het doorgaande gat (14) van de schroefdop (2) zodanig is gepositioneerd, dat in de afgesloten toestand van de schroefdop (2) op de hals (3) het doorgaande gat (14) van de schroefdop (2) aansluit op het doorgaande gat (15) van de hals (3).

7. Een verzegelingssysteem (1) volgens conclusie 6, waarbij de hals (3) is voorzien van een ondersnijding (16) onder de uitwendige schroefdraad (5) daarvan, waarbij het doorgaande gat (15) van de hals (3) ter plaatse van de ondersni jding (16) uitmondt.

8. Een schroefdop (2) voor een verzegelingssysteem (1) volgens één van de voorgaande conclusies, omvattende een omhullende zijwand met een binnenoppervlak (8) dat is voorzien van inwendige schroefdraad (4) en een zich loodrecht op de zijwand uitstrekkende bovenwand (10), waarbij de bovenwand (10) van de schroefdop (2) een cirkelvormig afsluitoppervlak (12) heeft voor het maken van contact met een rand (13) van een hals (3) van een houder ter afsluiting van een opening (6) die door de hals (3) wordt omhuld, waarbij het doorgaande gat (14) in de schroefdop (2) zich tenminste gedeeltelijk tussen het binnenoppervlak (8) en het afsluitoppervlak (12) bevindt, zoals gezien langs de hartlijn van de zijwand.