NL2012691B1 - Cylinder lock and lock pin suitable and intended for a cylinder lock. - Google Patents

Cylinder lock and lock pin suitable and intended for a cylinder lock. Download PDF

Info

Publication number
NL2012691B1
NL2012691B1 NL2012691A NL2012691A NL2012691B1 NL 2012691 B1 NL2012691 B1 NL 2012691B1 NL 2012691 A NL2012691 A NL 2012691A NL 2012691 A NL2012691 A NL 2012691A NL 2012691 B1 NL2012691 B1 NL 2012691B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
lock
lock housing
cylinder
pin
bore
Prior art date
Application number
NL2012691A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
NL2012691A (en
Inventor
Jacobus Johannes Marinus Overbeeke Cornelis
Original Assignee
M&C Beveiliging B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by M&C Beveiliging B V filed Critical M&C Beveiliging B V
Priority to NL2012691A priority Critical patent/NL2012691B1/en
Publication of NL2012691A publication Critical patent/NL2012691A/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2012691B1 publication Critical patent/NL2012691B1/en

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B15/00Other details of locks; Parts for engagement by bolts of fastening devices
    • E05B15/16Use of special materials for parts of locks
    • E05B15/1614Use of special materials for parts of locks of hard materials, to prevent drilling
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B27/00Cylinder locks or other locks with tumbler pins or balls that are set by pushing the key in
    • E05B27/0003Details
    • E05B27/0017Tumblers or pins
    • E05B27/0021Tumblers or pins having movable parts
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B9/00Lock casings or latch-mechanism casings ; Fastening locks or fasteners or parts thereof to the wing
    • E05B9/04Casings of cylinder locks
    • E05B9/041Double cylinder locks
    • E05B9/042Stators consisting of multiple parts being assembled together

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Lock And Its Accessories (AREA)

Abstract

Een cilinderslot 10 met een eerste en een slothuis 12, 16, ten minste één slotcilinder, een meennemer 20 die is voorzien van een meenemernok 22 en die is opgenomen tussen het eerste en het tweede slothuis 12,16 en die door rotatie van de slotcilinder van een eerste stand in een tweede stand kan worden gebracht. Het cilinderslot 10 is tevens voorzien van een brug 26, die het eerste slothuis 2 met het tweede slothuis 6 verbindt. Om sabotage door middel van het stukboren van de verbinding tussen de brug 26 en het slothuis 2 te verhinderen, is het cilinderslot 10 voorzien van een boorbeveiliging die is uitgevoerd als een kogel 28 uit gehard staal, waarbij de brug 26 nabij een axiaal uiteinde daarvan is voorzien van een kamer 32 waarin de kogel 28 is opgenomen. Verder is een nieuwe slothuispen 200 beschreven ter bemoeilijking van lock picking.A cylinder lock 10 with a first and a lock housing 12, 16, at least one lock cylinder, a driver 20 which is provided with a driver cam 22 and which is received between the first and the second lock housing 12,16 and which is rotated by rotating the lock cylinder of a first position can be brought into a second position. The cylinder lock 10 is also provided with a bridge 26, which connects the first lock housing 2 with the second lock housing 6. In order to prevent tampering by breaking the connection between the bridge 26 and the lock housing 2, the cylinder lock 10 is provided with a drill protection which is designed as a hardened steel ball 28, the bridge 26 being near an axial end thereof. provided with a chamber 32 in which the ball 28 is received. Furthermore, a new lock housing pin 200 has been described to complicate lock picking.

Description

Titel: Cilinderslot en slothuispen geschikt en bestemd voor een cilinder slot.Title: Cylinder lock and lock pin suitable and intended for a cylinder lock.

VELDFIELD

De uitvinding heeft betrekking op een cilinderslot met boorbeveiliging. De uitvinding heeft tevens betrekking op een slothuispen en op een cilinderslot voorzien van een dergelijke slothuispen.The invention relates to a cylinder lock with drill protection. The invention also relates to a lock housing pin and to a cylinder lock provided with such a lock housing pin.

ACHTERGRONDBACKGROUND

Uit EP-1 209 305 Al is een cilinderslot bekend dat is voorzien van: • een eerste slothuis met een in hoofdzaak constante, zich in een axiale richting uitstrekkende omtrekscontour, waarbij in het slothuis een eerste slotcilinder is opgenomen; • een tweede slothuis met een in hoofdzaak constante, zich in een axiale richting uitstrekkende omtrekscontour waarin ofwel een tweede slotcilinder is op genomen ofwel een bedieningsknopsamenstel, waarbij de omtrekscontour van het tweede slothuis overeenstemt met de omtrekscontour van het eerste slothuis, waarbij de omtrekscontouren van beide slothuizen in eikaars verlengde liggen; • een meennemer die is voorzien van een meenemernok en die is opgenomen tussen het eerste en het tweede slothuis, waarbij de meenemer roteerbaar is ten opzichte van het eerste en het tweede slothuis en positioneerbaar is in een eerste stand waarin de meenemernok zich bevindt in een uitsparing tussen het eerste en het tweede slothuis en waarin de meennemernok zich bovendien, gezien in axiale richting van het slot, binnen de omtrekscontouren bevindt, waarbij de meennemer door rotatie positioneerbaar is in een tweede stand waarin de meenemernok zich, gezien in axiale richting buiten de omtrekscontouren uitstrekt; • een brug, die het eerst slothuis met het tweede slothuis verbindt; en • een boorbeveiliging die ten minste in het eerste slothuis is opgenomen nabij een axiaal uiteinde van het eerste slothuis, welk axiaal uiteinde van het tweede slothuis is afgekeerd.From EP-1 209 305 A1 a cylinder lock is known which is provided with: a first lock housing with a substantially constant circumferential contour extending in an axial direction, wherein a first lock cylinder is received in the lock housing; • a second lock housing with a substantially constant circumferential contour extending in an axial direction in which either a second lock cylinder is accommodated or an operating button assembly, the peripheral contour of the second lock housing corresponding to the peripheral contour of the first lock housing, the peripheral contour of both lock houses are in line with each other; A driver provided with a driver cam and accommodated between the first and the second lock housing, the driver being rotatable relative to the first and the second lock housing and being positionable in a first position in which the driver cam is located in a recess between the first and the second lock housing and in which the driver cam, moreover, viewed in the axial direction of the lock, is located within the circumferential contours, the driver being rotatably positionable in a second position in which the driver cam, viewed in the axial direction, is outside the circumferential contours extends; • a bridge that connects the first lock house with the second lock house; and a drill protection which is at least included in the first lock housing near an axial end of the first lock housing, which axial end is remote from the second lock housing.

Bij het uit EP-1 209 305 bekende cilinderslot is elk slothuis aan de onderzijde voorzien van een naar beneden toe open, rechthoekige sleuf waarin de brug opneembaar is. De boorbeveiliging wordt gevormd door los onderdeel dat in die publicatie is aangeduid met het verwijzingscijfer 11. Een boorbeveiliging is met name van belang voor bescherming van het slot tegen inbrekers die met behulp van een boor het onderste bereik van het slot trachten te doorboren, zodat de verbinding van de brug met het slothuis wordt beschadigd en het slothuis vervolgens met geweld van de brug kan worden getrokken.With the cylinder lock known from EP-1 209 305, each lock housing is provided on the underside with a downwardly open, rectangular slot in which the bridge can be received. The drill protection is formed by a separate part which in this publication is designated by the reference numeral 11. A drill protection is particularly important for protecting the lock against burglars that try to pierce the lower area of the lock with the aid of a drill, so that the connection of the bridge to the lock house is damaged and the lock house can then be pulled from the bridge by force.

Een tweede manier om ongeoorloofd zonder sleutel een slot open te krijgen is het zogenaamde lock picking. Het is zelfs een sport geworden waarvoor ook verenigingen bestaan en gereedschappen worden verkocht. Een beschrijving van een lock picking gereedschap is bijvoorbeeld gegeven inUS-5 956 984 BI.A second way to unlock a lock without authorization is the so-called lock picking. It has even become a sport for which associations exist and tools are sold. A description of a lock picking tool is given, for example, in US-5 956 984 BI.

SAMENVATTING VAN DE UITVINDINGSUMMARY OF THE INVENTION

Een bezwaar van de uit EP’305 bekende boorbeveiliging is dat de montage van de boorbeveiliging tezamen met de brug en het slothuis lastig is omdat drie losse onderdelen tegelijkertijd met elkaar moeten worden samengebracht. Ook het onderdeel dat de boorbeveiliging vormt is een speciaal onderdeel met een speciale vorm. Een dergelijk onderdeel is kostbaar om te vervaardigen, met name ook omdat het materiaal gehard dient te zijn en dus moeilijk te bewerken (e. to machine) is.A drawback of the drill protection known from EP'305 is that the mounting of the drill protection together with the bridge and the lock housing is difficult because three separate parts must be brought together at the same time. The part that forms the drill protection is also a special part with a special shape. Such a component is expensive to manufacture, in particular also because the material must be hardened and therefore difficult to machine (e. To machine).

De uitvinding beoogt een cilinderslot met de hierboven beschreven eigenschappen zonder de hiervoor beschreven bezwaren. Meer in het bijzonder beoogt de uitvinding een cilinderslot waarvan de boorbeveiling goedkoper kan worden uitgevoerd en waarvan de montage eenvoudiger is.The object of the invention is to provide a cylinder lock with the above-described properties without the above-described drawbacks. More in particular, the invention contemplates a cylinder lock whose drilling protection can be carried out more cheaply and whose assembly is simpler.

Hiertoe verschaft de uitvinding een cilinderslot volgens conclusie 1. Meer in het bijzonder wordt het in de achtergrondsectie beschreven slot volgens de uitvinding gekenmerkt doordat • de boorbeveiliging is uitgevoerd als een kogel uit gehard staal, waarbij de brug nabij een axiaal uiteinde daarvan dat zich in een brugboring in het eerste slothuis bevindt, is voorzien van een kamer waarin de kogel is opgenomen.To this end, the invention provides a cylinder lock according to claim 1. More specifically, the lock according to the invention described in the background section is characterized in that the drill protection is designed as a hardened steel ball, the bridge being located near an axial end thereof which bridge bore in the first lock housing is provided with a chamber in which the ball is received.

Kogels van gehard staal zijn standaard in de handel verkrijgbaar. Ze worden in grote getalen geproduceerd voor kogellagers en zijn daardoor tegen een relatief geringe prijs verkrijgbaar. Doordat de brug is voorzien van een kamer voor opname van de kogel, is het monteren van een slot eenvoudiger dan bij het uit de stand van de techniek bekende slot met boorbeveiliging. Immers, de kogels worden eerst in de kamers in de brug geplaatst. Vervolgens kunnen de axiale einddelen van de brug in de beide slothuizen worden geschoven. Dan resteert nog slechts het fixeren van de brug ten opzichte van de slothuizen, hetgeen hierna aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld nader zal worden beschreven.Hardened steel balls are commercially available as standard. They are produced in large numbers for ball bearings and are therefore available at a relatively low price. Because the bridge is provided with a chamber for receiving the ball, it is easier to assemble a lock than with the lock with drill protection known from the prior art. After all, the bullets are first placed in the rooms in the bridge. The axial end parts of the bridge can then be pushed into the two lock housings. The only thing that remains is fixing the bridge relative to the lock housings, which will be described in more detail below with reference to an exemplary embodiment.

De onderhavige uitvinding beoogt tevens een oplossing te verschaffen waarmee lock picking wordt bemoeilijkt zodanig dat het openen van een slot zoveel tijd kost dat het voor een inbreker niet meer interessant is om door middel van lock picking een inbraakpoging te ondernemen.The present invention also has for its object to provide a solution with which lock picking is made difficult such that opening a lock takes so much time that it is no longer interesting for a burglar to take a burglary attempt by means of lock picking.

Ten behoeve van het oplossen van het lock picking probleem, verschaft de uitvinding een slothuispen volgens conclusie 11. Meer in het bijzonder betreft het een slothuispen die omvat: • een schacht; • een kop die verbreed is ten opzichte van de schacht en die een tweede slothuispenuiteinde vormt; • ten minste één losse ring die zich met speling rond de schacht uitstrekt; • een opsluitring die vast met de schacht is verbonden en een eerste slothuispenuiteinde vormt.For the purpose of solving the lock picking problem, the invention provides a lock housing pin according to claim 11. More in particular, it concerns a lock housing pin comprising: a shaft; • a head that is widened with respect to the shaft and that forms a second lock housing pin end; • at least one loose ring that extends with clearance around the shaft; • a retaining ring fixedly connected to the shaft and forming a first lock housing pin end.

De nieuwe slothuispen is toepasbaar in het hierboven beschreven slot met de nieuwe boorbeveiling maar is ook toepasbaar in conventionele cilindersloten zonder boorbeveüiging. De slothuispen is toepasbaar in elk cilinderslot dat omvat: • een slothuis; • een slotcilinder die in het slothuis is opgenomen en in een ontgrendelde toestand roteerbaar is ten opzichte van het slothuis rond een centrale hartlijn; • ten minste één slothuispen met een eerste slothuispenuiteinde en een tweede slothuispenuiteinde, waarbij elke slothuispen in het slothuis is op genom en en is voorzien van een hartlijn die zich loodrecht uitstrekt op de centrale hartlijn; • ten minste één slothuispenveer die aangrijpt op een eerste slothuispenuiteinde van een met die slothuispenveer geassocieerde slothuispen, welke slothuispenveer de daarmee geassocieerde slothuispen in de richting van de slotcilinder duwt; • ten minste één cilinderpen met een eerste cilinderpenuiteinde en een tweede cilinderpenuiteinde, waarbij elke cilinderpen in de slotcilinder is op genom en en is voorzien van een hartlijn die zich loodrecht uitstrekt op de centrale hartlijn, waarbij het eerste cilinderpenuiteinde aanligt tegen het tweede slotpenuiteinde van de met de cilinderpen geassocieerde slothuispen, waarbij de ten minste ene cilinderpen in gebruik worden aangegrepen door een sleutel, waarbij de cilinderpen tegen veerwerking in van de centrale hartlijn (L) van de slotcilinder wordt wegbewogen, zodanig dat het eerste cilinderpenuiteinde en het tweede slothuispenuiteinde van elke cilinderpen en slothuispen naar een positie worden bewogen waarin deze stroken met (e. are flush with) het cilindrische mantelvlak van de slotcilinder, zodat de slotcilinder roteerbaar is in het slothuis.The new lock housing pin can be used in the lock described above with the new drilling protection, but can also be used in conventional cylinder locks without drilling protection. The lock housing pin can be used in any cylinder lock that comprises: • a lock housing; A lock cylinder which is received in the lock housing and can be rotated in an unlocked condition relative to the lock housing about a central axis; At least one lock housing pin with a first lock housing pin end and a second lock housing pin end, wherein each lock housing pin in the lock housing is arranged and has a center line extending perpendicular to the central center line; At least one lock housing pin spring engaging a first lock housing pin end of a lock housing pin associated with said lock housing pin, said lock housing pin spring urging the associated lock housing pin toward the lock cylinder; At least one cylinder pin with a first cylinder pin end and a second cylinder pin end, wherein each cylinder pin in the lock cylinder is enumerated and has a center line extending perpendicular to the central axis, the first cylinder pin end abutting against the second lock pin end of the lock housing pin associated with the cylinder pin, wherein the at least one cylinder pin is engaged in use by a key, the cylinder pin being moved against spring action in the central axis (L) of the lock cylinder, such that the first cylinder pin end and the second lock housing pin end of each cylinder pin and lock housing pin are moved to a position where these strips are flush with the cylindrical surface of the lock cylinder, so that the lock cylinder is rotatable in the lock housing.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een dergelijk cilinderslot voorzien van slothuispennen volgens de uitvinding. In de praktijktesten is gebleken dat de nieuwe slothuispen een zeer effectieve beveiliging vormt tegen lock picking. De met speling op de schacht aangebrachte ringen maken het vrijwel onmogelijk om alle slothuispennen met behulp van de lock picking techniek in een positie te manoeuvreren waarin de slotcilinder kan worden geroteerd. De tijd die nodig is om het slot door middel van lock picking te openen wordt hierdoor zo groot, dat het voor inbrekers geen interessante techniek is om zich ongeoorloofd toegang te verschaffen tot een gebouw of ruimte.The invention also relates to such a cylinder lock provided with lock housing pins according to the invention. The practical tests have shown that the new lock house pin is a very effective protection against lock picking. The rings provided with play on the shaft make it virtually impossible to maneuver all lock housing pins with the help of the lock picking technique in a position in which the lock cylinder can be rotated. The time required to open the lock by means of lock picking is therefore so great that it is not an interesting technique for burglars to gain unauthorized access to a building or space.

De uitvinding zal hierna verder worden verduidelijkt aan de hand van een aantal uitvoeringsvormen, onder verwijziging naar voorbeelden van dergelijke uitvoeringsvormen die in de tekeningen zijn weergegeven.The invention will be further elucidated hereinbelow on the basis of a number of embodiments, with reference to examples of such embodiments shown in the drawings.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE FIGURENBRIEF DESCRIPTION OF THE FIGURES

Fig. 1 toont een perspectief-aanzicht van een voorbeeld van een slot waarin verschillende uitvoeringsvormen zijn belichaamd;FIG. 1 shows a perspective view of an example of a lock embodying various embodiments;

Fig. 2 toont een soortgelijk perspectief-aanzicht als weergegeven in figuur 1 met uiteen genomen delen;FIG. 2 shows a similar perspective view as shown in FIG. 1 with exploded parts;

Fig. 3 toont een soortgelijk perspectief-aanzicht als weergegeven in figuur 1 onder weglating van het linker slothuis;FIG. 3 shows a perspective view similar to that shown in FIG. 1 with the left lock housing omitted;

Fig. 4 toont een vooraanzicht van het voorbeeld uit figuur 1;FIG. 4 shows a front view of the example from figure 1;

Fig. 5 toont een gedeeltelijk doorsnede-aanzicht over lijn V-V uit figuur 4;FIG. 5 shows a partial sectional view along line V-V from figure 4;

Fig. 6 toont een perspectief-aanzicht van de brug uit het voorbeeld van figuur 1;FIG. 6 shows a perspective view of the bridge from the example of figure 1;

Fig. 7 toont een bovenaanzicht van de in figuur 6 weergegeven brug;FIG. 7 is a plan view of the bridge shown in FIG. 6;

Fig. 8 toont een perspectief-aanzicht van een alternatieve uitvoeringsvorm van de brug;FIG. 8 shows a perspective view of an alternative embodiment of the bridge;

Fig. 9 toont een bovenaanzicht van de brug die weergegeven in figuur 8;FIG. 9 is a plan view of the bridge shown in FIG. 8;

Fig. 10 toont een zij-aanzicht van een voorbeeld van een slothuispen; enFIG. 10 shows a side view of an example of a lock housing pin; and

Fig. 11 toont een doorsnede-aanzicht over lijn XI-XI uit figuur 10.FIG. 11 is a sectional view taken on line XI-XI of FIG. 10.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVINGDETAILED DESCRIPTION

Figuren 1-5 tonen een voorbeeld van een cilinderslot waarin diverse uitvoeringsvormen zoals beschreven in de volgconclusies zijn belichaamd. Opgemerkt wordt dat de uitvoeringsvormen ook onafhankelijk van elkaar kunnen worden toegepast en dat de uitvinding niet is beperkt tot de voorbeelden die zijn getoond in de figuren. Hierna zullen diverse uitvoeringsvormen worden beschreven, waarbij met behulp van verwijzigingscijfers wordt verwezen naar de figuren. De verwijzingscijfers worden hierin gebruikt ter verduidelijking maar hebben geen beperkende werking. Een uitvoeringsvorm kan ook op andere wijze zijn uitgevoerd dan weergegeven in het voorbeeld dat is getoond in de figuren.Figures 1-5 show an example of a cylinder lock in which various embodiments as described in the subclaims are embodied. It is noted that the embodiments can also be applied independently of each other and that the invention is not limited to the examples shown in the figures. Various embodiments will be described below, with reference being made to the figures with reference numerals. The reference numerals are used herein for clarification, but have no restrictive effect. An embodiment can also be designed in a different way than shown in the example shown in the figures.

In meest algemene termen verschaft de uitvinding een cilinderslot 10 dat een eerste slothuis 12 omvat met een in hoofdzaak constante, zich in een axiale richting uitstrekkende omtrekscontour, waarbij in het slothuis 12 een slotcilinder 14 is opgenomen. Verder omvat het cilinderslot 10 een tweede slothuis 16 met een in hoofdzaak constante, zich in een axiale richting uitstrekkende omtrekscontour waarin ofwel een tweede slotcilinder (niet getoond) is opgenomen ofwel een bedieningsknopsamenstel. Een beschrijving van een voorbeeld van een dergelijk bedieningsknopsamenstel is gegeven in de Nederlandse octrooiaanvraag NL- 2012477. De omtrekscontour van het tweede slothuis 16 stemt overeen met de omtrekscontour van het eerste slothuis 12 en de omtrekscontouren van beide slothuizen 12, 16 liggen in eikaars verlengde. Het cilinderslot 10 is verder voorzien van een meennemer 20 die is voorzien van een meenemernok 22 en die is opgenomen tussen het eerste en het tweede slothuis 12,16. De meenemer 20 is roteerbaar ten opzichte van het eerste en het tweede slothuis 12, 16 en is positioneerbaar in een eerste stand waarin de meenemernok 22 zich bevindt in een uitsparing 24 tussen het eerste en het tweede slothuis 12, 16. In die eerste stand bevindt de meennemernok 22 zich bovendien, gezien in axiale richting van het slot 10, binnen de omtrekscontouren van de beide slothuizen 12, 16. Door rotatie is de meennemer 20 positioneerbaar in een tweede stand waarin de meenemernok 22 zich, gezien in axiale richting, buiten de omtrekscontouren uitstrekt. Het cilinderslot 10 is tevens voorzien van een brug 26, die het eerste slothuis 12 met het tweede slothuis 16 verbindt. Om sabotage door middel van het stukboren van de verbinding tussen de brug 26 en het slothuis 12 te verhinderen, is het cilinderslot 10 voorzien van een boorbeveiliging die ten minste in het eerste slothuis 12 is opgenomen nabij een axiaal uiteinde 12a van het eerste slothuis 12, welk axiaal uiteinde 12a van het tweede slothuis 16 is afgekeerd. Op zichzelf zijn alle hierboven genoemde algemene kenmerken bekend uit de eerder genoemde Europese octrooiaanvraag EP-1 209 305 Al.In most general terms, the invention provides a cylinder lock 10 comprising a first lock housing 12 with a substantially constant circumferential contour extending in an axial direction, a lock cylinder 14 being included in the lock housing 12. Furthermore, the cylinder lock 10 comprises a second lock housing 16 with a substantially constant circumferential contour extending in an axial direction in which either a second lock cylinder (not shown) is included or an operating button assembly. A description of an example of such a control button assembly is given in Dutch patent application NL-2012477. The peripheral contour of the second lock housing 16 corresponds to the peripheral contour of the first lock housing 12 and the peripheral contours of both lock housings 12, 16 are in line with each other. The cylinder lock 10 is further provided with a catch 20 which is provided with a catch cam 22 and which is accommodated between the first and the second lock housing 12,16. The carrier 20 is rotatable relative to the first and the second lock housing 12, 16 and is positionable in a first position in which the carrier cam 22 is located in a recess 24 between the first and the second lock housing 12, 16. In that first position the driver cam 22, moreover, viewed in the axial direction of the lock 10, within the peripheral contours of the two lock housings 12, 16. The driver 20 can be positioned by rotation in a second position in which the driver cam 22, viewed in the axial direction, is outside the contour contours. The cylinder lock 10 is also provided with a bridge 26, which connects the first lock housing 12 with the second lock housing 16. In order to prevent tampering by breaking the connection between the bridge 26 and the lock housing 12, the cylinder lock 10 is provided with a drill protection which is at least accommodated in the first lock housing 12 near an axial end 12a of the first lock housing 12, which axial end 12a is remote from the second lock housing 16. All the above-mentioned general features are known per se from the aforementioned European patent application EP-1 209 305 A1.

Het cilinderslot 10 wordt gekenmerkt doordat de boorbeveiliging is uitgevoerd als een kogel 28 uit gehard staal, waarbij de brug 26 nabij een axiaal uiteinde daarvan dat zich in een brugboring 30 in het eerste slothuis 12 bevindt, is voorzien van een kamer 32 waarin de kogel 28 is opgenomen.The cylinder lock 10 is characterized in that the drill protection is designed as a hardened steel ball 28, wherein the bridge 26 is located near an axial end thereof which is located in a bridge bore 30 in the first lock housing 12, with a chamber 32 in which the ball 28 is included.

Een dergelijke boorbeveiliging is eenvoudig te monteren en kan goedkoop worden uitgevoerd omdat hardstalen kogels tegen geringe kostprijs verkrijgbaar zijn en de montage eenvoudig is.Such a drill protection is easy to assemble and can be carried out inexpensively because hard steel balls are available at a low cost and the assembly is simple.

In een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in de figuren, kan ook het tweede slothuis 16 zijn voorzien van een boorbeveiliging. Ook deze boorbeveiliging kan zijn uitgevoerd als een kogel 34 uit gehard staal, waarbij de brug 26 nabij een axiaal uiteinde daarvan dat zich in een brugboring 36 in het tweede slothuis 16 bevindt, is voorzien van een kamer 38 waarin de kogel 34 is opgenomen.In an embodiment, an example of which is shown in the figures, the second lock housing 16 can also be provided with a drill protection. This drill protection can also be designed as a hardened steel ball 34, the bridge 26 being provided near a axial end thereof which is located in a bridge bore 36 in the second lock housing 16, with a chamber 38 in which the ball 34 is received.

In een uitvoeringsvorm, waarvan een eerste voorbeeld is getoond in figuren 1-7 en waarvan een tweede voorbeeld is getoond in figuren 8-9, kan de brug 26 een in hoofdzaak cilindrisch middendeel 40 (e. central part) omvatten met een eerste diameter. Het middendeel 40 heeft een eerste en een tweede axiaal uiteinde 40a, 40b. Met het eerste axiale uiteinde 40a kan een eerste, in hoofdzaak cilindrisch einddeel 42 (e. end part) zijn verbonden. Met het tweede axiale uiteinde 40b kan een tweede, in hoofdzaak cilindrisch einddeel 44 zijn verbonden. In het getoonde voorbeeld zijn de einddelen 42, 44 en het middendeel 40 uitgevoerd als een enkel, integraal onderdeel. Het in hoofdzaak cilindrische middendeel 40 en de beide einddelen 42, 44 kunnen coaxiaal ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd en beschikken derhalve over een gemeenschappelijke hartlijn Lb. Een eerste vlak V waarin de hartlijn Lb zich bevindt, strekt zich in gebruik in een verticale richting uit. Een tweede vlak H waarin de hartlijn Lb zich bevindt, strekt zich in gebruik in een horizontale richting uit.In an embodiment, a first example of which is shown in Figs. 1-7 and a second example of which is shown in Figs. 8-9, the bridge 26 may comprise a substantially cylindrical central part 40 (a central part) with a first diameter. The middle part 40 has a first and a second axial end 40a, 40b. A first, substantially cylindrical end part 42 (e. End part) can be connected to the first axial end 40a. A second, substantially cylindrical end portion 44 can be connected to the second axial end 40b. In the example shown, the end parts 42, 44 and the middle part 40 are designed as a single, integral part. The substantially cylindrical middle part 40 and the two end parts 42, 44 can be positioned coaxially with respect to each other and therefore have a common axis Lb. A first plane V, in which the center line Lb is located, extends in use in a vertical direction. A second plane H in which the center line Lb is located extends in use in a horizontal direction.

In een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in figuren 1-5, kan het middendeel 40 aan weerszijden van het midden daarvan zijn voorzien van een boring 84, 86. De ene boring 84 kan geassocieerd zijn met een van schroefdraad voorziene boring 88 in het eerste slothuis 12. De andere boring 86 kan geassocieerd zijn met een van schroefdraad voorziene boring (niet getoond) in het tweede slothuis 16. Het cilinderslot 10 kan in deze uitvoeringsvorm zijn voorzien van twee bouten 80, 82. Een eerste 80 van de twee bouten 80, 82 strekt zich in de gemonteerde toestand van het cilinderslot 10 uit door de ene boring 84 en is bevestigd in de van schroefdraad voorziene boring 88 in het eerste slothuis 12. De andere 82 van de twee bouten 80, 82 strekt zich in gemonteerde toestand van het cilinderslot 10 uit door de andere boring 86 en is bevestigd in de van schroefdraad voorziene boring in het tweede slothuis 16.In an embodiment, an example of which is shown in Figs. 1-5, the center portion 40 may be provided on both sides of the center thereof with a bore 84, 86. The one bore 84 may be associated with a threaded bore 88 in the first lock housing 12. The other bore 86 may be associated with a threaded bore (not shown) in the second lock housing 16. In this embodiment, the cylinder lock 10 may be provided with two bolts 80, 82. A first 80 of the two bolts 80, 82, in the mounted state of the cylinder lock 10, extends through one bore 84 and is secured in the threaded bore 88 in the first lock housing 12. The other 82 of the two bolts 80, 82 extends in the mounted state of the cylinder lock 10 through the other bore 86 and is secured in the threaded bore in the second lock housing 16.

Met dergelijke bouten 80, 82 kunnen de brug 26 en de slothuizen 12, 16 op eenvoudige wijze met elkaar worden verbonden. Montage en demontage is aldus met een gering aantal handelingen te realiseren.With such bolts 80, 82, the bridge 26 and the lock housings 12, 16 can be connected to each other in a simple manner. Assembly and disassembly can thus be achieved with a small number of operations.

In een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in figuren 2-9, kan elk einddeel 42, 44 een cilindrisch manteloppervlak hebben. Daarbij kan in het cilindrische manteloppervlak van elk einddeel 42, 44 een uitsparing 46, 48 zijn aangebracht met een, gezien in een richting loodrecht op het eerste vlak V in hoofdzaak cirkelsegmentvormige contour. Verder kan met elke uitsparing 46, 48 een in hoofdzaak cilindrische dwarspen 50, 52 zijn geassocieerd alsmede een dwarsboring 54, 56 in het met het betreffende einddeel 42, 44 geassocieerde slothuis 12, 16.In an embodiment, an example of which is shown in Figures 2-9, each end portion 42, 44 may have a cylindrical jacket surface. In this case, a recess 46, 48 can be provided in the cylindrical casing surface of each end part 42, 44, with a contour which is substantially circle-segment-shaped, viewed in a direction perpendicular to the first face V Furthermore, a substantially cylindrical transverse pin 50, 52 can be associated with each recess 46, 48, as well as a transverse bore 54, 56 in the lock housing 12, 16 associated with the respective end part 42, 44.

De dwarpennen 50, 52 zorgen voor een zeer sterke verbinding tussen de brug 26 en de slothuizen 12, 16. Zeker wanneer de dwarspennen 50, 52 ook van gehard staal zijn vervaardigd, is het vrijwel onmogelijk om door middel van een boor het cilinderslot 10 de saboteren. De van kogels 28, 34 voorziene boorbeveiliging en de dwarspennen 50, 52 verschaffen een bijzonder veilig cilinderslot 10 dat voldoet aan de hoogste veiligheidsklasse.The transverse pins 50, 52 provide a very strong connection between the bridge 26 and the lock housings 12, 16. Certainly when the transverse pins 50, 52 are also made of hardened steel, it is virtually impossible to drill the cylinder lock 10 by means of a drill. sabotage. The drill protection provided with balls 28, 34 and the cross pins 50, 52 provide a particularly safe cylinder lock 10 that meets the highest safety class.

In een uitvoeringsvorm, waarvan een twee voorbeelden zijn getoond in figuren 1-9, kan in elke uitsparing 46, 48 in het manteloppervlak van het einddeel 42, 44 een centrale rug 58, 60 zijn voorzien die zich bevindt aan de naar het middendeel 40 toegekeerde zijde van de uitsparing 46, 48. Daarbij kan de in hoofdzaak cilindrische dwarspen 50, 52 zijn voorzien van een centrale groef 62, 64 waarin in gemonteerde toestand van het cilinderslot 10 de centrale rug 58, 60 is opgenomen.In one embodiment, two examples of which are shown in Figures 1-9, in each recess 46, 48 in the lateral surface of the end part 42, 44, a central ridge 58, 60 can be provided which is located on the side facing the middle part 40 side of the recess 46, 48. The substantially cylindrical transverse pin 50, 52 may be provided with a central groove 62, 64 in which, in the mounted condition of the cylinder lock 10, the central ridge 58, 60 is received.

Deze centrale rug 58, 60 verhindert dat de dwarspen 50, 52 uit het slothuis 12, 16 kan vallen wanneer de brug 26 zijn finale positie in de slothuizen 12, 16 heeft ingenomen.This central ridge 58, 60 prevents the transverse pin 50, 52 from falling out of the lock housing 12, 16 when the bridge 26 has taken its final position in the lock housings 12, 16.

De montage gaat als volgt: eerst wordt een einddeel 42, 44 gedeeltelijk in de brugboring 30, 36 van het met het einddeel 42, 44 geassocieerde slothuis 12, 16 geschoven. Vervolgens wordt de dwarspen 50, 52 in dwarsboring 54, 56 geschoven. Daarna worden de eindelen 42, 44 dieper in de brugboringen 30, 36 geschoven, zodat de centrale rug 58, 60 wordt opgenomen in de centrale groef 62, 64 van de bijbehorende dwarspen 50, 52. Tot slot worden met behulp van de bouten 80, 82 de brug 26 en de slothuizen 12, 16 met elkaar verbonden. Wanneer een inbreker met grof geweld het slothuis 12 probeert los te breken van de brug 26, dient deze niet alleen de bout 80 te breken maar tevens de dwarspen 50. Aangezien de dwarspen 50 uit gehard, hoogwaardig materiaal kan zijn vervaardigd is dat vrijwel onmogelijk en zullen de pogingen van de inbreker mislukken.The assembly proceeds as follows: first, an end part 42, 44 is partially slid into the bridge bore 30, 36 of the lock housing 12, 16 associated with the end part 42, 44. The transverse pin 50, 52 is then slid into transverse bore 54, 56. The end portions 42, 44 are then pushed deeper into the bridge bores 30, 36, so that the central ridge 58, 60 is received in the central groove 62, 64 of the associated transverse pin 50, 52. Finally, with the aid of the bolts 80, 82 the bridge 26 and the lock housings 12, 16 are connected to each other. When a burglar attempts to break loose the lock housing 12 from the bridge 26, it must not only break the bolt 80 but also the cross pin 50. Since the cross pin 50 can be made of hardened, high-quality material, it is virtually impossible and the burglar's attempts will fail.

In een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in figuren 1-9, kan elk einddeel 42, 44 een genoemde kamer 32, 38 voor opname van een genoemde kogel 28, 34 bevatten. Door de kamer 32, 38 in een einddeel 42, 44 op te nemen, is in een gemonteerde toestand van het cilinderslot 10, de kogel 28, 34 altijd opgesloten in de kamer 32, 38 omdat de toegangsopening van de kamer 32, 38 wordt afgesloten door het daarmee geassocieerde slothuis 12, 16.In an embodiment, an example of which is shown in Figs. 1-9, each end portion 42, 44 may include a said chamber 32, 38 for receiving a said ball 28, 34. By accommodating the chamber 32, 38 in an end part 42, 44, in a mounted condition of the cylinder lock 10, the ball 28, 34 is always locked in the chamber 32, 38 because the access opening of the chamber 32, 38 is closed by the associated lock housing 12, 16.

In een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in figuren 8 en 9, kan de kamer 32, 38 in een genoemd einddeel 42, 44 zich bevinden onder de uitsparing 46, 48 in het cilindrische manteloppervlak van het genoemd einddeel 42, 44.In an embodiment, an example of which is shown in Figs. 8 and 9, the chamber 32, 38 in a said end portion 42, 44 may be located below the recess 46, 48 in the cylindrical casing surface of said end portion 42, 44.

Bij een dergelijke uitvoering is de ruimte die de kogel 28, 34 in de kamer 32, 38 heeft nog iets kleiner, zodat de bewegingsmogelijkheden van de kogel 28, 34 nog iets geringer zijn. Dit maakt de kans op het succesvol uitvoeren van een booraanval nog kleiner.With such an embodiment, the space that the ball 28, 34 has in the chamber 32, 38 is even smaller, so that the possibilities of movement of the ball 28, 34 are slightly smaller. This makes the chance of a successful drill attack even smaller.

In plaats van, of in aanvulling op de bouten 80, 82, kan bij een uitvoeringsvorm van het cilinderslot 10 elke eindpen 42, 44 zijn voorzien van een omtreksgroef 66, 68 die is geassocieerd met een clip. Een voorbeeld van deze uitvoeringsvorm is getoond in figuren 8 en 9. Daarbij kan elk slothuis is voorzien van een clip groef waarin de clip opneembaar is. In een gemonteerde toestand kan de clip zijn opgenomen in de clipgroef in het slothuis 12, 16 en grijpt deze aan op een genoemde omtreksgroef 66, 68 van de daarmee geassocieerde eindpen 42, 44 die is opgenomen in het betreffende slothuis 12, 16. De chps en clipgroeven zijn niet getoond in de tekeningen. Toepassing van dergelijke chps en clipgroeven is echter bijvoorbeeld bekend uit WO2006/042753 Al en voor een voorbeeld van de chps en clipgroeven wordt naar die pubhcatie verwezen.Instead of, or in addition to, the bolts 80, 82, in one embodiment of the cylinder lock 10, each end pin 42, 44 may be provided with a circumferential groove 66, 68 associated with a clip. An example of this embodiment is shown in Figures 8 and 9. In addition, each lock housing can be provided with a clip groove in which the clip can be received. In a mounted state, the clip can be received in the clip groove in the lock housing 12, 16 and engage it with a said circumferential groove 66, 68 of the associated end pin 42, 44 which is received in the respective lock housing 12, 16. The chps and clip grooves are not shown in the drawings. However, use of such chps and clip grooves is known, for example, from WO2006 / 042753 A1, and for an example of the chps and clip grooves reference is made to that publication.

In een uitvoeringsvoorbeeld, waarvan een voorbeeld is getoond in de figuren 1-9, kan het middendeel 40 zijn voorzien van een centrale boring 78 die zich loodrecht uitstrekt op het eerste vlak V en die is voorzien van schroefdraad.In an exemplary embodiment, an example of which is shown in Figs. 1-9, the middle part 40 can be provided with a central bore 78 which extends perpendicular to the first surface V and which is provided with screw thread.

Met behulp van deze centrale boring kan het cihnderslot door middel van een bout die aangrijpt op de centrale boring 78 worden vastgezet in een deur (niet getoond).With the aid of this central bore, the cylinder lock can be secured in a door (not shown) by means of a bolt engaging the central bore 78.

De uitvinding verschaft tevens een nieuwe slothuispen 200 die geschikt en bestemd is voor toepassing in een cilinderslot 10 en die met name bedoeld is om het ongeoorloofd openen van een cilinderslot 10 door middel van lock picking te verhinderen of althans zo veel mogelijk te bemoeilijken.The invention also provides a new lock housing pin 200 which is suitable and intended for use in a cylinder lock 10 and which is in particular intended to prevent unauthorized opening of a cylinder lock 10 by means of lock picking or at least to make it as difficult as possible.

Een voorbeeld van een slothuispen 200 is in detail getoond in figuren 10 en 11. Ook in figuren 2 en 5 is het voorbeeld van de slothuispen 200 uit figuren 10 en 11 getoond. Opgemerkt zij, dat de nieuwe brug 26 met de nieuwe boorbeveiliging ook toegepast kan worden bij een cilinderslot 10 dat is voorzien van conventionele slothuispennen. Verder zij opgemerkt, dat de nieuwe slothuispennen 200 ook kunnen worden toegepast in cilindersloten die niet zijn voorzien van de nieuwe brug 26 met de nieuwe boorbeveiliging volgens de onderhavige uitvinding.An example of a lock housing pin 200 is shown in detail in Figures 10 and 11. Figures 2 and 5 also show the example of the lock housing pin 200 of Figures 10 and 11. It is to be noted that the new bridge 26 with the new drill protection can also be used with a cylinder lock 10 which is provided with conventional lock housing pins. Furthermore, it is to be noted that the new lock housing pins 200 can also be used in cylinder locks which are not provided with the new bridge 26 with the new drill protection according to the present invention.

De nieuwe anti lock picking slothuispen 200, waarvan zoals gezegd een voorbeeld is getoond in figuren 10 en 11, beschikt in meest algemene termen over een schacht 206 en kop 208 die verbreed is ten opzichte van de schacht 206 en die een tweede slothuispenuiteinde 204 vormt. Verder is de slothuispen 200 voorzien van ten minste één losse ring 210, 210’, 210” die zich met speling rond de schacht 206 uitstrekt. Verder heeft de nieuwe slothuispen 200 een opsluitring 212 die vast met de schacht 206 is verbonden en die een eerste slothuispenuiteinde 202 vormt.The new anti-lock picking lock pin 200, an example of which is shown in Figs. 10 and 11, has in general terms a shaft 206 and head 208 that is broadened with respect to the shaft 206 and forms a second lock housing pin end 204. Furthermore, the lock housing pin 200 is provided with at least one loose ring 210, 210 ", 210" which extends with clearance around the shaft 206. Furthermore, the new lock housing pin 200 has a retaining ring 212 which is fixedly connected to the shaft 206 and which forms a first lock housing pin end 202.

De losse ringen 210, 210’, 210” maken lock picking vrijwel onmogelijk, vermoedelijk omdat het vastzetten van een dergelijke ring 210, 210’, 210” bij het lock pieken nog niet leidt tot het in axiale richting vastzetten van de schacht 206 en de daarmee verbonden kop 208 van de slothuispen 200. In elk geval blijkt uit praktijkproeven dat de nieuwe slothuispen 200 lock picking vrijwel onmogelijk maakt.The loose rings 210, 210 ', 210 ”make lock picking virtually impossible, presumably because the securing of such a ring 210, 210', 210” at the lock peaks does not yet lead to the shaft 206 and the shaft 206 being secured axially. associated head 208 of the lock housing pin 200. In any case, practical tests show that the new lock housing pin 200 makes lock picking virtually impossible.

In het voorbeeld uit figuur 2, zijn er gezien van links naar rechts een slothuispennen 200 met respectievelijk, twee, één, drie en één losse ring of ringen 210, 210’, 210”.In the example of Figure 2, viewed from left to right, there are a lock housing pins 200 with, respectively, two, one, three and one loose ring or rings 210, 210 ", 210".

In een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in figuren 10 en 11, kan de schacht 206 nabij het eerste slothuispenuiteinde 202 zijn voorzien van een verjongd cilindrisch deel 206’ waarvan de lengte Lj in hoofdzaak overeenstemt met de hoogte Hl van de opsluitring 212. In het eerste uiteinde 202 kan een centrale axiale centrale boring 214 zijn voorzien. De opsluitring 212 kan zijn voorzien van een centrale boring 216 waarin het verjongde cilindrische deel 206’ passend is opgenomen. Daarbij kan een van de kop 208 afgekeerd einde van de centrale boring 216 van de opsluitring 212 zijn voorzien van een afschuining 218. Nadat de losse ringen 210, 210’, 210” op de schacht 206 zijn geplaatst en de opsluitring 212 op het verjongde deel 206’ van de schacht 206 is geplaatst, kan het vrije uiteinde van het verjongde cilindrische deel 206’ door plastische vervorming worden verwijd, zodat het verwijde deel 220 daarvan is opgenomen in de afschuining 218.In an embodiment, an example of which is shown in Figures 10 and 11, the shaft 206 near the first lock housing pin end 202 can be provided with a tapered cylindrical part 206 'whose length Lj substantially corresponds to the height H1 of the retaining ring 212. In the first end 202 may be provided with a central axial central bore 214. The retaining ring 212 may be provided with a central bore 216 in which the tapered cylindrical part 206 "is suitably received. Thereby, an end of the central bore 216 of the retaining ring 212 remote from the head 208 can be provided with a chamfer 218. After the loose rings 210, 210 ', 210' have been placed on the shaft 206 and the retaining ring 212 on the tapered part 206 'of the shaft 206, the free end of the tapered cylindrical part 206' can be widened by plastic deformation, so that the widened part 220 thereof is received in the chamfer 218.

Aldus wordt op eenvoudige en efficiënte wijze een onlosmaakbare verbinding tussen de schacht 206 en de opsluitring 212 tot stand gebracht, waarbij de losse ringen ook onlosmaakbaar maar wel met speling op de schacht 206 zijn geplaatst.Thus, an inextricable connection is made between the shaft 206 and the retaining ring 212 in a simple and efficient manner, the loose rings also being placed on the shaft 206 in an inseparable manner but with play.

In een uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in de figuren, kan slothuispen 200 afhankelijk van de gewenste lengte zijn voorzien van één tot zes losse ringen 210, 210’, 210”, waarbij de lengte Ls van het niet verjongde deel van de schacht 206 iets groter is dan de som van de hoogten H2 van de op de schacht 206 geplaatste losse ringen 210, 210’, 210”, zodat de losse ringen 210, 210’, 210” met enige speling op de schacht 206 zijn aangebracht.In an embodiment, an example of which is shown in the figures, lock housing pin 200 can be provided with one to six loose rings 210, 210 ', 210 ”, depending on the desired length, the length Ls of the non-rejuvenated part of the shaft 206 is slightly larger than the sum of the heights H2 of the loose rings 210, 210 ', 210 "placed on the shaft 206, so that the loose rings 210, 210', 210" are arranged on the shaft 206 with some play.

De aanwezigheid van speling is van belang om het gewenste effect, namelijk op efficiënte wijze verhinderen van lock picking, te verkrijgen.The presence of play is important to achieve the desired effect, namely to prevent lock picking in an efficient manner.

Zoals gezegd kunnen de nieuwe slothuispennen 200 worden toegepast op elk cilinderslot 10, zolang dat cilinderslot 10 maar een slothuis 12 omvat waarin een slotcilinder 14 is opgenomen, welke slotcilinder 14 in een ontgrendelde toestand roteerbaar is ten opzichte van het slothuis 12 rond een centrale hartlijn Lc. Verder dient het cilinderslot te beschikken over ten minste één slothuispen 200 met een eerste slothuispenuiteinde 202 en een tweede slothuispenuiteinde 204. Elke slothuispen 200 is daarbij in het slothuis 12 op genomen en is voorzien van een hartlijn P die zich loodrecht uitstrekt op de centrale hartlijn Lc. De hartlijn P van de slothuispen 200 behoeft de centrale hartlijn Lc niet te snijden, ook kruisende hartlijnen P en Lc behoren tot de mogelijkheden. Verder dient het cilinderslot 10 te beschikken over ten minste één slothuispenveer 90 die aangrijpt op een eerste slothuispenuiteinde 202 van een met die slothuispenveer 90 geassocieerde slothuispen 200. De slothuispenveer 90 duwt de daarmee geassocieerde slothuispen 200 in de richting van de slotcilinder 14. Het cilinder slot beschikt verder over ten minste één cüinderpen 92 met een eerste cilinderpenuiteinde 94 en een tweede cilinderpenuiteinde 96. Elke cilinderpen 92 is in de slotcilinder 14 opgenomen en is voorzien van een hartlijn P’ die zich loodrecht uitstrekt op de centrale hartlijn Lc. Net als hiervoor reeds gemeld, kunnen de hartlijnen P’ en Lc elkaar zowel kruisen als snijden. Het eerste cilinderpenuiteinde 94 ligt aan tegen het tweede slotpenuiteinde 204 van de met de cilinderpen 92 geassocieerde slothuispen 200. De ten minste ene cilinderpen 92 wordt in gebruik aangegrepen door een sleutel (niet getoond) waarbij de cilinderpen 92 tegen veerwerking in van de centrale hartlijn Lc van de slotcilinder 14 wordt wegbewogen, zodanig dat het eerste cilinderpenuiteinde 94 en het tweede slothuispenuiteinde 204 van elke cilinderpen 92 en slothuispen 200 naar een positie worden bewogen waarin deze uiteinden 94, 204 stroken met (e. are flush with) het cilindrische mantelvlak van de slotcilinder 14, zodat de slotcilinder 14 roteerbaar is in het slothuis 12.As stated, the new lock housing pins 200 can be applied to each cylinder lock 10, as long as that cylinder lock 10 comprises a lock housing 12 in which a lock cylinder 14 is accommodated, which lock cylinder 14 is rotatable in an unlocked condition relative to the lock housing 12 about a central axis Lc . Furthermore, the cylinder lock must have at least one lock housing pin 200 with a first lock housing pin end 202 and a second lock housing pin end 204. Each lock housing pin 200 is thereby received in the lock housing 12 and is provided with a center line P extending perpendicularly to the central center line Lc . The center line P of the lock housing pin 200 does not have to intersect the central center line Lc, intersecting center lines P and Lc are also possible. Furthermore, the cylinder lock 10 must have at least one lock housing pin spring 90 which engages a first lock housing pin end 202 of a lock housing pin 200 associated with said locking housing pin spring 90. The lock housing pin spring 90 pushes the associated lock housing pin 200 toward the lock cylinder 14. The cylinder lock furthermore has at least one cylinder pin 92 with a first cylinder pin end 94 and a second cylinder pin end 96. Each cylinder pin 92 is received in the lock cylinder 14 and is provided with a center line P 'extending perpendicularly to the central center line Lc. Just as previously stated, the center lines P 'and Lc can both intersect and intersect. The first cylinder pin end 94 abuts the second lock pin end 204 of the lock housing pin 200 associated with the cylinder pin 92. The at least one cylinder pin 92 is engaged in use by a key (not shown) with the cylinder pin 92 counteracting spring action of the central axis Lc is moved away from the lock cylinder 14 such that the first cylinder pin end 94 and the second lock housing pin end 204 of each cylinder pin 92 and lock housing pin 200 are moved to a position in which these ends 94, 204 are flush with the cylindrical lateral surface of the lock cylinder 14, so that the lock cylinder 14 is rotatable in the lock housing 12.

De uitvinding verschaft tevens een dergelijk cilinderslot 10 voorzien van de slothuispen 200 volgens de uitvinding.The invention also provides such a cylinder lock 10 provided with the lock housing pin 200 according to the invention.

De diverse uitvoeringsvormen die hierboven zijn beschreven kunnen onafhankelijk van elkaar worden toegepast en met elkaar op verschillende wijze worden gecombineerd. De verwijzingscijfers in de gedetailleerde beschrijving en de conclusies beperken de beschrijving van de uitvoeringsvormen en de conclusies niet en dienen slechts ter verduidelijking.The various embodiments described above can be applied independently of each other and combined with each other in different ways. The reference numerals in the detailed description and the claims do not limit the description of the embodiments and the claims and serve only for clarification.

Claims (14)

1. Een cilinderslot (10) omvattend: • een eerste slothuis (12) met een in hoofdzaak constante, zich in een axiale richting uitstrekkende omtrekscontour, waarbij in het slothuis een eerste slotcilinder (14) is opgenomen; • een tweede slothuis (16) met een in hoofdzaak constante, zich in een axiale richting uitstrekkende omtrekscontour waarin ofwel een tweede slotcilinder (18) is opgenomen ofwel een bedieningsknopsamenstel, waarbij de omtrekscontour van het tweede slothuis (16) overeenstemt met de omtrekscontour van het eerste slothuis (12), waarbij de omtrekscontouren van beide slothuizen (12, 16) in eikaars verlengde liggen; • een meennemer (20) die is voorzien van een meenemernok (22) en die is opgenomen tussen het eerste en het tweede slothuis (12,16), waarbij de meenemer (20) roteerbaar is ten opzichte van het eerste en het tweede slothuis (12, 16) en positioneerbaar is in een eerste stand waarin de meenemernok (22) zich bevindt in een uitsparing (24) tussen het eerste en het tweede slothuis (12, 16) en waarin de meennemernok zich bovendien, gezien in axiale richting van het slot (10), binnen de omtrekscontouren bevindt, waarbij de meennemer (20) door rotatie positioneerbaar is in een tweede stand waarin de meenemernok (22) zich, gezien in axiale richting, buiten de omtrekscontouren uitstrekt; • een brug (26), die het eerste slothuis (12) met het tweede slothuis (6) verbindt; • een boorbeveiliging die ten minste in het eerste slothuis (12) is opgenomen nabij een axiaal uiteinde (12a) van het eerste slothuis (12), welk axiaal uiteinde (12a) van het tweede slothuis (16) is afgekeerd; gekenmerkt doordat • de boorbeveiliging is uitgevoerd als een kogel (28) uit gehard staal, waarbij de brug (26) nabij een axiaal uiteinde daarvan dat zich in een brugboring (30) in het eerste slothuis (12) bevindt, is voorzien van een kamer (32) waarin de kogel (28) is opgenomen.A cylinder lock (10) comprising: • a first lock housing (12) with a substantially constant circumferential contour extending in an axial direction, wherein a first lock cylinder (14) is received in the lock housing; • a second lock housing (16) with a substantially constant circumferential contour extending in an axial direction in which either a second lock cylinder (18) is included or an operating button assembly, the peripheral contour of the second lock housing (16) corresponding to the peripheral contour of the first lock housing (12), wherein the peripheral contours of both lock housings (12, 16) are in line with each other; • a driver (20) provided with a driver cam (22) and accommodated between the first and the second lock housing (12, 16), the driver (20) being rotatable relative to the first and the second lock housing ( 12, 16) and is positionable in a first position in which the driver cam (22) is located in a recess (24) between the first and second lock housing (12, 16) and in which the driver cam is furthermore, viewed in the axial direction of the lock (10) is located within the peripheral contours, the driver (20) being rotatable to position in a second position in which the driver cam (22), seen in the axial direction, extends outside the peripheral contours; • a bridge (26) which connects the first lock housing (12) with the second lock housing (6); • a drill protection that is included at least in the first lock housing (12) near an axial end (12a) of the first lock housing (12), which axial end (12a) is remote from the second lock housing (16); characterized in that • the drill protection is designed as a hardened steel ball (28), wherein the bridge (26) is provided with a chamber near an axial end thereof which is located in a bridge bore (30) in the first lock housing (12) (32) in which the ball (28) is received. 2. Het cilinderslot volgens conclusie 1, waarbij ook het tweede slothuis (16) is voorzien van een boorbeveiliging, waarbij de boorbeveiliging in het tweede slothuis (16) is uitgevoerd als een kogel (34) uit gehard staal, waarbij de brug (26) nabij een axiaal uiteinde daarvan dat zich in een brugboring (36) in het tweede slothuis (16) bevindt, is voorzien van een kamer (38) waarin de kogel (34) is opgenomen.The cylinder lock according to claim 1, wherein also the second lock housing (16) is provided with a drill protection, the drilling protection in the second lock housing (16) being designed as a hardened steel ball (34), the bridge (26) near an axial end thereof which is located in a bridge bore (36) in the second lock housing (16), is provided with a chamber (38) in which the ball (34) is received. 3. Het cilinderslot volgens conclusie 1 of 2, waarbij de brug (26) een in hoofdzaak cilindrisch middendeel (40) (e. central part) omvat met een eerste diameter, waarbij het middendeel (40) een eerste en een tweede axiaal uiteinde (40a, 40b) heeft, waarbij met het eerste axiale uiteinde (40a) een eerste, in hoofdzaak cilindrisch einddeel (42) (e. end part) is verbonden, waarbij met het tweede axiale uiteinde (40b) een tweede, in hoofdzaak cilindrisch einddeel (44) is verbonden, waarbij het in hoofdzaak cilindrische middendeel (40) en de beide einddelen (42, 44) coaxiaal zijn ten opzichte van elkaar en beschikken over een gemeenschappelijke hartlijn (Lb), waarbij een eerste vlak (V) waarin de harthjn (Lb) zich uitstrekt zich in gebruik in een verticale richting uitstrekt en waarbij een tweede vlak (H) waarin de hartlijn (Lb) zich uitstrekt zich in gebruik in een horizontale richting uitstrekt.The cylinder lock according to claim 1 or 2, wherein the bridge (26) comprises a substantially cylindrical central part (40) (e. Central part) with a first diameter, the central part (40) having a first and a second axial end ( 40a, 40b), wherein a first, substantially cylindrical end part (42) is connected to the first axial end (40a), wherein a second, substantially cylindrical end part is connected to the second axial end (40b) (44) is connected, the substantially cylindrical middle part (40) and the two end parts (42, 44) being coaxial with respect to each other and having a common center line (Lb), a first face (V) in which the center line (Lb) extends in use in a vertical direction and wherein a second plane (H) in which the center line (Lb) extends in use extends in a horizontal direction. 4. Het cilinderslot volgens conclusie 3, waarbij het middendeel (40) aan weerszijden van het midden daarvan is voorzien van een boring (84, 86), waarbij de ene boring (84) is geassocieerd met een van schroefdraad voorziene boring (88) in het eerste slothuis (12) en waarbij de andere boring (86) is geassocieerd met een van schroefdraad voorziene boring in het tweede slothuis (16), waarbij het cilinderslot (10) is voorzien van twee bouten (80, 82), waarbij een eerste (80) van de twee bouten (80, 82) zich uitstrekt door de ene boring (84) en is bevestigd in de van schroefdraad voorziene boring (88) in het eerste slothuis (12), waarbij de andere (82) van de twee bouten (80, 82) zich uitstrekt door de andere boring (86) en is bevestigd in de van schroefdraad voorziene boring in het tweede slothuis (16).The cylinder lock of claim 3, wherein the center portion (40) is provided on either side of its center with a bore (84, 86), the one bore (84) being associated with a threaded bore (88) in the first lock housing (12) and wherein the other bore (86) is associated with a threaded bore in the second lock housing (16), wherein the cylinder lock (10) is provided with two bolts (80, 82), a first (80) of the two bolts (80, 82) extends through the one bore (84) and is mounted in the threaded bore (88) in the first lock housing (12), the other (82) of the two bolts (80, 82) extends through the other bore (86) and is mounted in the threaded bore in the second lock housing (16). 5. Het cilinderslot volgens conclusie 3 of 4, waarbij elk einddeel (42, 44) een cilindrisch manteloppervlak heeft, waarbij in het cihndrische manteloppervlak van elk einddeel (42, 44) een uitsparing (46, 48) is aangebracht met een, gezien in een richting loodrecht op het eerste vlak (V), in hoofdzaak cirkelsegmentvormige contour, waarbij met elke uitsparing (46, 48) een in hoofdzaak cihndrische dwarspen (50, 52) is geassocieerd alsmede een dwarsboring (54, 56) in het, met het betreffende einddeel (42, 44) geassocieerde slothuis (12, 16).The cylinder lock according to claim 3 or 4, wherein each end part (42, 44) has a cylindrical casing surface, wherein a recess (46, 48) is provided in the cylindrical casing surface of each end part (42, 44) with a a direction perpendicular to the first plane (V), substantially circle segment contour, with each recess (46, 48) associated with a substantially cylindrical transverse pin (50, 52) and a transverse bore (54, 56) in the end housing (12, 16) associated end portion (42, 44). 6. Het cilinderslot volgens conclusie 5, waarbij in elke uitsparing (46, 48) in het manteloppervlak van het einddeel (42, 44) een centrale rug (58, 60) is voorzien die zich bevindt aan de naar het middendeel (40) toegekeerde zijde van de uitsparing (46, 48), waarbij de in hoofdzaak cihndrische dwarspen (50, 52) is voorzien van een centrale groef (62, 64) waarin in gemonteerde toestand van het cilinderslot (10) de centrale rug (58, 60) is opgenomen.The cylinder lock according to claim 5, wherein in each recess (46, 48) in the lateral surface of the end part (42, 44) a central back (58, 60) is provided which is located on the side facing the middle part (40) side of the recess (46, 48), wherein the substantially cylindrical transverse pin (50, 52) is provided with a central groove (62, 64) in which, in the mounted condition of the cylinder lock (10), the central back (58, 60) is included. 7. Het cilinderslot volgens één van de conclusies 3-6 in combinatie met conclusie 2, waarbij elk einddeel (42, 44) een genoemde kamer (32, 38) voor opname van een genoemde kogel (28, 34) bevat.The cylinder lock of any one of claims 3-6 in combination with claim 2, wherein each end portion (42, 44) includes a said chamber (32, 38) for receiving a said ball (28, 34). 8. Het cilinderslot volgens conclusie 5 of 6, waarbij elk einddeel (42, 44) een genoemde kamer (32, 38) voor opname van een genoemde kogel (28, 34) bevat, waarbij de kamer (32, 38) in een genoemd einddeel (42, 44) zich bevindt onder de uitsparing (46, 48) in het cilindrische manteloppervlak van het genoemd einddeel (42, 44).The cylinder lock of claim 5 or 6, wherein each end portion (42, 44) includes a said chamber (32, 38) for receiving a bullet (28, 34), the chamber (32, 38) being in a end portion (42, 44) located below the recess (46, 48) in the cylindrical shell surface of said end portion (42, 44). 9. Het cilinderslot volgens één van de conclusies 3-8, waarbij elke eindpen (42, 44) is voorzien van een omtreksgroef (66, 68) die is geassocieerd met een clip, waarbij elk slothuis is voorzien van een clipgroef waarin de clip opneembaar is, en waarbij in een gemonteerde toestand de clip is opgenomen in de clipgroef in het slothuis (12, 16) en aangrijpt op de omtreksgroef (66, 68) in de eindpen (42, 44) die is opgenomen in het slothuis (12, 16).The cylinder lock of any one of claims 3-8, wherein each end pin (42, 44) is provided with a circumferential groove (66, 68) associated with a clip, wherein each lock housing is provided with a clip groove in which the clip can be received and wherein in a mounted state the clip is received in the clip groove in the lock housing (12, 16) and engages the circumferential groove (66, 68) in the end pin (42, 44) accommodated in the lock housing (12, 16). 10. Het cilinderslot volgens één van de conclusies 3-9, waarbij het middendeel (40) is voorzien van een centrale boring (78) die zich loodrecht uitstrekt op het eerste vlak (V) en die is voorzien van schroefdraad.The cylinder lock according to any one of claims 3-9, wherein the middle part (40) is provided with a central bore (78) that extends perpendicular to the first surface (V) and which is provided with screw thread. 11. Een slothuispen (200) geschikt en bestemd voor een cilinderslot (10), waarbij het cilinderslot omvat: • een slothuis (12); • een slotcilinder (14) die in het slothuis (12) is opgenomen en in een ontgrendelde toestand roteerbaar is ten opzichte van het slothuis (12) rond een centrale hartlijn (Lc); • ten minste één slothuispen (200) met een eerste slothuispenuiteinde (202) en een tweede slothuispenuiteinde (204), waarbij elke slothuispen (200) in het slothuis (12) is op genomen en is voorzien van een hartlijn (P) die zich loodrecht uitstrekt op de centrale hartlijn (Lc); • ten minste één slothuispenveer (90) die aangrijpt op een eerste slothuispenuiteinde (202) van een met die slothuispenveer (90) geassocieerde slothuispen (200), welke slothuispenveer (90) de daarmee geassocieerde slothuispen (200) in de richting van de slotcilinder (14) duwt; • ten minste één cilinderpen (92) met een eerste cilinderpenuiteinde (94) en een tweede cilinderpenuiteinde (96), waarbij elke cilinderpen (92) in de slotcüinder (14) is opgenomen en is voorzien van een hartlijn (P’) die zich loodrecht uitstrekt op de centrale hartlijn (Lc), waarbij het eerste cilinderpenuiteinde (94) aanligt tegen het tweede slotpenuiteinde (204) van de met de cilinderpen (92) geassocieerde slothuispen (200), waarbij de ten minste ene cilinderpen in gebruik worden aangegrepen door een sleutel, waarbij de cilinderpen (92) tegen veerwerking in van de centrale hartlijn (Lc) van de slotcilinder (14) wordt wegbewogen, zodanig dat het eerste cilinderpenuiteinde (94) en het tweede slothuispenuiteinde (204) van elke cilinderpen (92) en slothuispen (200) naar een positie worden bewogen waarin deze stroken met (e. are flush with) het cilindrische mantelvlak van de slotcilinder (14), zodat de slotcüinder (14) roteerbaar is in het slothuis (12); gekenmerkt doordat ten minste één slothuispen (200) omvat: • een schacht (206); • een kop (208) die verbreed is ten opzichte van de schacht (206) en die het tweede slothuispenuiteinde (204) vormt; • ten minste één losse ring (210, 210’, 210”) die zich met speling rond de schacht (206) uitstrekt; • een opsluitring (212) die vast met de schacht (206) is verbonden en het eerste slothuispenuiteinde (202) vormt.A lock housing pin (200) suitable and intended for a cylinder lock (10), the cylinder lock comprising: • a lock housing (12); • a lock cylinder (14) received in the lock housing (12) and rotatable in an unlocked state relative to the lock housing (12) about a central axis (Lc); At least one lock housing pin (200) with a first lock housing pin end (202) and a second lock housing pin end (204), wherein each lock housing pin (200) is received in the lock housing (12) and is provided with a center line (P) perpendicular to each other extends on the central axis (Lc); At least one lock housing pin spring (90) engaging a first lock housing pin end (202) of a lock housing pin (200) associated with said lock housing pin spring (90), said lock housing pin spring (90) the associated lock housing pin (200) in the direction of the lock cylinder ( 14); At least one cylinder pin (92) with a first cylinder pin end (94) and a second cylinder pin end (96), wherein each cylinder pin (92) is received in the lock cylinder (14) and is provided with a center line (P ') perpendicular extending on the central axis (Lc), the first cylinder pin end (94) abutting the second lock pin end (204) of the lock housing pin (200) associated with the cylinder pin (92), the at least one cylinder pin being engaged in use by a key, wherein the cylinder pin (92) is moved against the spring action of the central axis (Lc) of the lock cylinder (14) such that the first cylinder pin end (94) and the second lock housing pin end (204) of each cylinder pin (92) and lock housing pin (200) are moved to a position where these strips are flush with the cylindrical lateral surface of the lock cylinder (14) so that the lock cylinder (14) is rotatable in the lock housing (12); characterized in that at least one lock housing pin (200) comprises: a shaft (206); A head (208) widened with respect to the shaft (206) and forming the second lock housing pin end (204); • at least one loose ring (210, 210 ", 210") that extends with clearance around the shaft (206); • a retaining ring (212) fixedly connected to the shaft (206) and forming the first lock housing pin end (202). 12. De slothuispen volgens conclusie 11, waarbij de schacht (206) nabij het eerste slothuispenuiteinde (202) is voorzien van een verjongd cilindrisch deel (206’) waarvan de lengte in hoofdzaak overeenstemt met de hoogte van de opsluitring (212), waarbij in het eerste uiteinde (202) een centrale axiale centrale boring (214) is voorzien, waarbij de opsluitring (212) is voorzien van een centrale boring (216) waarin het verjongde cilindrische deel (206’) passend is opgenomen, waarbij een van de kop (208) afgekeerd einde van de centrale boring (216) van de opsluitring (212) is voorzien van een afschuining (218), en waarbij het vrije uiteinde van het verjongde cilindrische deel (206’) door plastische vervorming is verwijd, zodat het verwijde deel (220) daarvan is opgenomen in de afschuining (218).The lock housing pin of claim 11, wherein the shaft (206) adjacent the first lock housing pin end (202) is provided with a tapered cylindrical portion (206 ') the length of which substantially corresponds to the height of the retaining ring (212), wherein the first end (202) is provided with a central axial central bore (214), the retaining ring (212) being provided with a central bore (216) in which the tapered cylindrical part (206 ') is suitably received, one of the head (208) remote end of the central bore (216) of the retaining ring (212) is provided with a chamfer (218), and wherein the free end of the rejuvenated cylindrical part (206 ') is widened by plastic deformation, so that the dilated part (220) thereof is included in the chamfer (218). 13. De slothuispen volgens conclusie 11 of 12, waarbij de slothuispen (200) afhankelijk van de gewenste lengte is voorzien van één tot zes losse ringen (210, 210’, 210”), waarbij de lengte van het niet verjongde deel (206”) van de schacht (206) iets groter is dan de som van de hoogten van de op de schacht geplaatste losse ringen (210, 210’, 210”), zodat de losse ringen (210, 210’, 210”) met enige speling op de schacht (206) zijn aangebracht.The lock housing pin according to claim 11 or 12, wherein the lock housing pin (200) is provided with one to six loose rings (210, 210 ', 210 ") depending on the desired length, the length of the non-rejuvenated part (206") ) of the shaft (206) is slightly larger than the sum of the heights of the loose rings (210, 210 ', 210 ”) placed on the shaft so that the loose rings (210, 210', 210”) with some play are mounted on the shaft (206). 14. Een cilinderslot (10) omvattend: • een slothuis (12); • een slotcilinder (14) die in het slothuis (12) is opgenomen en in een ontgrendelde toestand roteerbaar is ten opzichte van het slothuis (12) rond een centrale hartlijn (Lc); • ten minste één slothuispen (200) volgens conclusie 11 of 12; • ten minste één slothuispenveer (90) die aangrijpt op een eerste slothuispenuiteinde (202) van een met die slothuispenveer (90) geassocieerde slothuispen (200), welke slothuispenveer (90) de daarmee geassocieerde slothuispen (200) in de richting van de slotcilinder (14) duwt; • ten minste één cilinderpen (92) met een eerste cilinderpenuiteinde (94) en een tweede cilinderpenuiteinde (96), waarbij elke cilinderpen (92) in de slotcilinder (14) is opgenomen en is voorzien van een hartlijn (P’) die zich loodrecht uitstrekt op de centrale hartlijn (L), waarbij het eerste cilinderpenuiteinde (94) aanligt tegen het tweede slotpenuiteinde (204) van de met de cilinderpen (92) geassocieerde slothuispen (200), waarbij de ten minste ene cilinderpen in gebruik worden aangegrepen door een sleutel, waarbij de cilinderpen (92) tegen veerwerking in van de centrale hartlijn (Lc) van de slotcilinder (14) wordt wegbewogen, zodanig dat het eerste cilinderpenuiteinde (94) en het tweede slothuispenuiteinde (204) van elke cilinderpen (92) en slothuispen (200) naar een positie worden bewogen waarin deze stroken met (e. are flush with) het cilindrische mantelvlak de slotcilinder (14), zodat de slotcilinder (14) roteerbaar is in het slothuis (12).A cylinder lock (10) comprising: • a lock housing (12); • a lock cylinder (14) received in the lock housing (12) and rotatable in an unlocked state relative to the lock housing (12) about a central axis (Lc); At least one lock housing pin (200) according to claim 11 or 12; At least one lock housing pin spring (90) engaging a first lock housing pin end (202) of a lock housing pin (200) associated with said lock housing pin spring (90), said lock housing pin spring (90) the associated lock housing pin (200) in the direction of the lock cylinder ( 14); At least one cylinder pin (92) with a first cylinder pin end (94) and a second cylinder pin end (96), wherein each cylinder pin (92) is received in the lock cylinder (14) and has a center line (P ') perpendicular extending on the central axis (L), the first cylinder pin end (94) abutting the second lock pin end (204) of the lock housing pin (200) associated with the cylinder pin (92), the at least one cylinder pin being engaged in use by a key, wherein the cylinder pin (92) is moved against the spring action of the central axis (Lc) of the lock cylinder (14) such that the first cylinder pin end (94) and the second lock housing pin end (204) of each cylinder pin (92) and lock housing pin (200) are moved to a position in which these strips with (e. Are flush with) the cylindrical lateral surface the lock cylinder (14), so that the lock cylinder (14) is rotatable in the lock housing (12).
NL2012691A 2014-04-25 2014-04-25 Cylinder lock and lock pin suitable and intended for a cylinder lock. NL2012691B1 (en)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2012691A NL2012691B1 (en) 2014-04-25 2014-04-25 Cylinder lock and lock pin suitable and intended for a cylinder lock.

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2012691A NL2012691B1 (en) 2014-04-25 2014-04-25 Cylinder lock and lock pin suitable and intended for a cylinder lock.

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL2012691A NL2012691A (en) 2016-02-04
NL2012691B1 true NL2012691B1 (en) 2016-07-08

Family

ID=52146578

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2012691A NL2012691B1 (en) 2014-04-25 2014-04-25 Cylinder lock and lock pin suitable and intended for a cylinder lock.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2012691B1 (en)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2023219509A1 (en) * 2022-05-13 2023-11-16 M & C Protect B.V. Cylinder lock and method for mounting such a cylinder lock

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL6711284A (en) * 1967-01-31 1968-08-01
FR2689558B1 (en) * 1992-04-07 1994-07-29 Jpm Chauvat Sa BARREL FOR LOCKING DEVICE.
DE10053071A1 (en) * 2000-10-26 2002-05-08 Schulte Zylinderschl Gmbh Lock cylinder with housing parts connected by a bridge
DE102004051163A1 (en) * 2004-10-20 2006-04-27 Schliessanlagen Gmbh Pfaffenhain Modular lock cylinder
GB0918742D0 (en) * 2009-10-26 2009-12-09 Avocet Hardware Ltd Lock mechanism

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2023219509A1 (en) * 2022-05-13 2023-11-16 M & C Protect B.V. Cylinder lock and method for mounting such a cylinder lock
NL2031857B1 (en) * 2022-05-13 2023-11-20 M & C Protect B V Cylinder lock and method for mounting such a cylinder lock

Also Published As

Publication number Publication date
NL2012691A (en) 2016-02-04

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US8763435B2 (en) Locking device
US7234330B2 (en) Lock with an improved configuration
US9021843B2 (en) Hybrid lock cylinder
CN105392949B (en) Padlock component
US5711506A (en) Cylinder lock with guide deflection and fortified wing systems
US20090145186A1 (en) Cam pin stop apparatus
WO2007122609A1 (en) Padlock hasp assembly
US20150211261A1 (en) Padlock
US10030416B1 (en) Lock bypass detection
US7415852B1 (en) Tubular lock with theft deterrent
NZ205985A (en) Plate tumbler lock with locking pin
NL2012691B1 (en) Cylinder lock and lock pin suitable and intended for a cylinder lock.
CN105121761A (en) Cylinder lock and combination of such a lock and key
EP3159465B1 (en) Cylinder lock
US20220389738A1 (en) Lock structure and method of protection
AU2003259655A1 (en) Lock Cylinder
US10890012B2 (en) Lock and key therefor
WO2016072832A1 (en) Lock core complete with locking mechanism sealed therein
US20050275535A1 (en) Lock core with an alarm
EP3097243B1 (en) Cylinder lock and key in combination with the cylinder lock
RU2764680C1 (en) Cylinder mechanism of the lock core
CA2133589A1 (en) Rotary locking cylinder for a safety lock
US20070131008A1 (en) Anti-pick lock devices and methodologies
JP7048070B2 (en) Cylinder lock and its inner cylinder
US20210230902A1 (en) Lock, methods of using and making, products, and necessary intermediates

Legal Events

Date Code Title Description
HC Change of name(s) of proprietor(s)

Owner name: M & C PROTECT B.V.; NL

Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: CHANGE OF OWNER(S), CHANGE OF OWNER(S) NAME; FORMER OWNER NAME: M&C BEVEILIGING B.V.

Effective date: 20200228

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20220501