NL2012303C2 - SYSTEM AND METHOD FOR MONITORING AN ANIMAL. - Google Patents
SYSTEM AND METHOD FOR MONITORING AN ANIMAL. Download PDFInfo
- Publication number
- NL2012303C2 NL2012303C2 NL2012303A NL2012303A NL2012303C2 NL 2012303 C2 NL2012303 C2 NL 2012303C2 NL 2012303 A NL2012303 A NL 2012303A NL 2012303 A NL2012303 A NL 2012303A NL 2012303 C2 NL2012303 C2 NL 2012303C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- animal
- tracer
- manure
- rfid tag
- feed
- Prior art date
Links
- 241001465754 Metazoa Species 0.000 title claims abstract description 166
- 238000012544 monitoring process Methods 0.000 title claims abstract description 18
- 238000000034 method Methods 0.000 title claims description 17
- 239000000700 radioactive tracer Substances 0.000 claims abstract description 109
- 210000003608 fece Anatomy 0.000 claims abstract description 78
- 239000010871 livestock manure Substances 0.000 claims abstract description 78
- 235000013305 food Nutrition 0.000 claims description 10
- 238000001514 detection method Methods 0.000 claims description 8
- 235000013365 dairy product Nutrition 0.000 claims description 6
- 230000009471 action Effects 0.000 claims description 5
- 239000012141 concentrate Substances 0.000 claims description 5
- 238000004140 cleaning Methods 0.000 claims description 4
- 230000035622 drinking Effects 0.000 claims description 4
- 230000008878 coupling Effects 0.000 claims description 3
- 238000010168 coupling process Methods 0.000 claims description 3
- 238000005859 coupling reaction Methods 0.000 claims description 3
- 230000001419 dependent effect Effects 0.000 claims description 3
- 239000000203 mixture Substances 0.000 description 12
- 230000035611 feeding Effects 0.000 description 9
- XLYOFNOQVPJJNP-UHFFFAOYSA-N water Substances O XLYOFNOQVPJJNP-UHFFFAOYSA-N 0.000 description 7
- 230000008901 benefit Effects 0.000 description 5
- 230000003287 optical effect Effects 0.000 description 5
- 210000001035 gastrointestinal tract Anatomy 0.000 description 3
- 238000004519 manufacturing process Methods 0.000 description 3
- 229920000747 poly(lactic acid) Polymers 0.000 description 3
- 239000004626 polylactic acid Substances 0.000 description 3
- 238000002360 preparation method Methods 0.000 description 3
- 241000283690 Bos taurus Species 0.000 description 2
- 235000013325 dietary fiber Nutrition 0.000 description 2
- 238000009826 distribution Methods 0.000 description 2
- 230000029142 excretion Effects 0.000 description 2
- 239000011521 glass Substances 0.000 description 2
- 239000008267 milk Substances 0.000 description 2
- 235000013336 milk Nutrition 0.000 description 2
- 210000004080 milk Anatomy 0.000 description 2
- 238000005070 sampling Methods 0.000 description 2
- 239000000126 substance Substances 0.000 description 2
- 206010012735 Diarrhoea Diseases 0.000 description 1
- 240000007594 Oryza sativa Species 0.000 description 1
- 235000007164 Oryza sativa Nutrition 0.000 description 1
- 230000002411 adverse Effects 0.000 description 1
- 235000015278 beef Nutrition 0.000 description 1
- 230000009286 beneficial effect Effects 0.000 description 1
- 235000013339 cereals Nutrition 0.000 description 1
- 238000006243 chemical reaction Methods 0.000 description 1
- 238000003977 dairy farming Methods 0.000 description 1
- 230000000694 effects Effects 0.000 description 1
- 230000007613 environmental effect Effects 0.000 description 1
- 230000002349 favourable effect Effects 0.000 description 1
- 239000000835 fiber Substances 0.000 description 1
- 239000002657 fibrous material Substances 0.000 description 1
- 238000011010 flushing procedure Methods 0.000 description 1
- 230000006870 function Effects 0.000 description 1
- 230000036541 health Effects 0.000 description 1
- 238000011835 investigation Methods 0.000 description 1
- 235000021056 liquid food Nutrition 0.000 description 1
- 244000144972 livestock Species 0.000 description 1
- 239000000463 material Substances 0.000 description 1
- 235000013372 meat Nutrition 0.000 description 1
- 230000004048 modification Effects 0.000 description 1
- 238000012986 modification Methods 0.000 description 1
- 235000009566 rice Nutrition 0.000 description 1
- 239000008237 rinsing water Substances 0.000 description 1
- 239000002002 slurry Substances 0.000 description 1
- 239000007787 solid Substances 0.000 description 1
- 235000021055 solid food Nutrition 0.000 description 1
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01K—ANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
- A01K11/00—Marking of animals
- A01K11/006—Automatic identification systems for animals, e.g. electronic devices, transponders for animals
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01K—ANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
- A01K11/00—Marking of animals
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61D—VETERINARY INSTRUMENTS, IMPLEMENTS, TOOLS, OR METHODS
- A61D7/00—Devices or methods for introducing solid, liquid, or gaseous remedies or other materials into or onto the bodies of animals
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Environmental Sciences (AREA)
- Zoology (AREA)
- Birds (AREA)
- Veterinary Medicine (AREA)
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Animal Husbandry (AREA)
- Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
- Wood Science & Technology (AREA)
- Animal Behavior & Ethology (AREA)
- General Health & Medical Sciences (AREA)
- Public Health (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Feeding And Watering For Cattle Raising And Animal Husbandry (AREA)
Abstract
Description
Systeem en werkwijze voor bewaken van een dierSystem and method for monitoring an animal
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een systeem en en een werkwijze voor bewaken van een dier.The present invention relates to a system and a method for monitoring an animal.
Op zich is uit EP1101095 een voertuig bekend voor mestanalyse, dat volgens dat document kan identificeren welk dier bij welke mest hoort. Echter zijn er geen details hieromtrent gegeven. Voorts is het op zich bekend om op basis van analyse van mest, althans bij afwijkingen in de mest, maatregelen te nemen om deze afwijkingen tegen te gaan. Een duidelijk voorbeeld is wanneer het betreffende dier diarree of juist verstopping heeft, en de mest een sterk afwijkende viscositeit heeft.A vehicle for manure analysis is known per se from EP1101095, which according to that document can identify which animal belongs to which manure. However, no details have been given in this regard. Furthermore, it is known per se on the basis of analysis of manure, at least in the case of deviations in the manure, to take measures to prevent these deviations. A clear example is when the animal in question has diarrhea or, on the contrary, blockage, and the manure has a strongly different viscosity.
Een nadeel van het bekende systeem is dat niet duidelijk is hoe dit in de praktijk kan worden gebracht, aangezien het onduidelijk is hoe de mest van een dier aan de identiteit van het betreffende dier kan worden gekoppeld, zodat passende maatregelen genomen kunnen worden. Immers zal, met name in een vrijloopstal, die identiteit niet eenvoudig zijn vast te stellen.A drawback of the known system is that it is not clear how this can be put into practice, since it is unclear how the manure of an animal can be coupled to the identity of the relevant animal, so that appropriate measures can be taken. After all, especially in a freewheel shed, that identity will not be easy to establish.
Het is een doel van de onderhavige uitvinding om een systeem van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen dat wel, althans beter, in staat is om een dier te monitoren, in het bijzonder door middel van de mest van dat dier.It is an object of the present invention to provide a system of the type mentioned in the preamble which is, at least better, capable of monitoring an animal, in particular by means of the manure of that animal.
Dit doel wordt volgens de onderhavige uitvinding bereikt met een systeem volgens conclusie 1, in het bijzonder een systeem voor monitoren van een dier, en ten gebruike in een stal met vrij lopende dieren, het systeem omvattende een dieridentificatieinrichting ingericht voor bepalen van een identiteit van een dier dat zich bij de dieridentificatieinrichting bevindt, een tracerafgeefinrichting die is ingericht voor automatisch afgeven van ten minste één tracer aan het door de dieridentificatieinrichting geïdentificeerde dier, een werkzaam met de dieridentificatieinrichting gekoppelde besturing ingericht voor door de tracerafgeef-inrichting doen afgeven van ten minste één tracer op basis van de vastgestelde dieridentiteit, waarbij de tracer een RFID-tag omvat en is ingericht om zelf door het dier te worden opgenomen en weer te worden uitgescheiden, in het bijzonder een passieve RFID-tag. De gedachte achter de onderhavige uitvinding is dat het merken van de mest van een dier goed kan geschieden door een merkteken door het dier te laten opnemen en weer te laten uitscheiden. Op deze wijze kan mest ook aan een individueel dier worden gekoppeld wanneer het dier zich niet meer bij de mest bevindt. De identificatie met een tracer met een RFID-tag maakt eenvoudige en betrouwbare identificatie mogelijk. Merk op dat het op zich bekend is om een bolus met een dergelijke tag in te brengen in een dier. Deze bolus dient echter nagenoeg permanent in het dier te blijven, zodat deze ongeschikt is om door middel van uitgescheiden producten, met name mest, het dier te bewaken. In de onderhavige aanvrage worden RFID-tags gebruikt die wel het spijsverteringskanaal van een dier kunnen passeren, hetgeen tot uiting komt in de afmetingen van de tracer. Deze afmetingen dienen derhalve te zijn aangepast aan het spijsverteringskanaal van het te monitoren dier. Bijvoorbeeld, doch niet uitsluitend, kunnen er voor koeien tracers van 1x1x1 cm3 of kleiner worden gebruikt, zoals geminiaturiseerde RFID-tags ter grootte van een rijstkorrel. Uiteraard zal deze grootte afhangen van de grootte van het dier.This object is achieved according to the present invention with a system according to claim 1, in particular a system for monitoring an animal, and for use in a stable with free-running animals, the system comprising an animal identification device adapted to determine an identity of an animal. animal located at the animal identification device, a tracer delivery device which is adapted to automatically deliver at least one tracer to the animal identified by the animal identification device, a control operatively coupled to the animal identification device arranged for delivery of at least one tracer by the tracer delivery device on the basis of the established animal identity, wherein the tracer comprises an RFID tag and is arranged to be picked up by the animal itself and excreted again, in particular a passive RFID tag. The idea behind the present invention is that marking the manure of an animal can be done properly by having a mark picked up and excreted by the animal. In this way manure can also be coupled to an individual animal when the animal is no longer at the manure. The identification with a tracer with an RFID tag makes simple and reliable identification possible. Note that it is known per se to introduce a bolus with such a tag into an animal. However, this bolus must remain in the animal almost permanently, so that it is unsuitable for monitoring the animal by means of secreted products, in particular manure. In the present application, RFID tags are used that can pass through the digestive tract of an animal, which is reflected in the dimensions of the tracer. These dimensions must therefore be adapted to the digestive tract of the animal to be monitored. For example, but not exclusively, tracers of 1x1x1 cm3 or smaller can be used for cows, such as miniaturized RFID tags the size of a rice grain. This size will of course depend on the size of the animal.
Merk op dat het niet noodzakelijk is dat elke hoop mest door middel van een dergelijke tracer wordt gemarkeerd, waarbij echter wordt aangenomen dat de hoop mest waarin de ten minste ene tracer zich bevindt, kenmerkend is voor de mest van het dier.Note that it is not necessary that each heap of manure is marked by means of such a tracer, but it is assumed that the heap of manure in which the at least one tracer is located is characteristic of the manure of the animal.
In het bijzonder betreft de RFID-tag een passieve, dat wil zeggen batterijloze tag. Deze kunnen, vanwege het ontbreken van een batterij, kleiner worden gemaakt, doch kunnen slechts worden uitgelezen door aansturen met een uitleessignaal. Door het ontbreken van een batterij zijn de betreffende RFID-tags bovendien vaak veiliger voor het dier, hoewel het niet uitgesloten is om eveneens geminiaturiseerde batterijen toe te passen.In particular, the RFID tag relates to a passive, i.e. battery-free, tag. Due to the absence of a battery, these can be made smaller, but can only be read by driving with a read signal. Moreover, due to the lack of a battery, the relevant RFID tags are often safer for the animal, although it is not excluded to also use miniaturized batteries.
De dieridentificatie-inrichting in het systeem volgens de uitvinding kan enige bekende dieridentificatie-inrichting inhouden, zoals met name een RFID-uitlezer, zoals gebruikelijk bij bijvoorbeeld melkrobotsystemen. Alternatieven zijn echter ook mogelijk, zoals (optische of anderszins) oormerkuitlezers of via een optisch beeldherkenningssysteem.The animal identification device in the system according to the invention may comprise any known animal identification device, such as in particular an RFID reader, as is customary in, for example, milking robot systems. However, alternatives are also possible, such as (optical or otherwise) ear tag readers or via an optical image recognition system.
In werking geeft de tracerafgeefinrichting, na identificatie van het dier door de dieridentificatie-inrichting, automatisch ten minste één tracer aan het dier, op een zodanige wijze dat de tracer in het spijsverteringskanaal terecht komt. Met name zal dit plaatsvinden door opname door de bek van het dier.In operation, the tracer delivery device, upon identification of the animal by the animal identification device, automatically provides at least one tracer to the animal in such a way that the tracer enters the digestive tract. In particular, this will take place through uptake by the animal's mouth.
Verdere voordelige uitvoeringsvormen worden beschreven in de afhankelijke conclusies alsmede in de hierna volgende beschrijving.Further advantageous embodiments are described in the dependent claims as well as in the description below.
In uitvoeringsvormen omvat de tracerafgeefinrichting een voorraadhouder met ten minste één af te geven tracer. De voorraadhouder bevat een in te stellen voorraad tracers, zoals een of meer per dier dat dient te worden gemonitord.In embodiments, the tracer delivery device comprises a supply container with at least one tracer to be delivered. The stock holder contains a set of stock tracers, such as one or more per animal that must be monitored.
In uitvoeringsvormen omvat het systeem voorts een met de tracerafgeefinrichting gekoppelde voedingsmiddelafgeefinrichting die is ingericht voor afgeven van een hoeveelheid voedingsmiddel aan het door de dieridentificatieinrichting geïdentificeerde dier, waarbij in het bijzonder de tracerafgeefinrichting is ingericht voor automatisch afgeven van de ten minste ene tracer aan de hoeveelheid diervoedingsmiddel. Bij deze uitvoeringsvormen wordt de tracer samen met een hoeveelheid diervoedingsmiddel toegediend, zoals met een hoeveelheid vast en vloeibaar voedsel of met een hoeveelheid water. De gedachte hierachter is dat het dier sneller bereid zal zijn om de tracer (mee) op te eten/te drinken dan wanneer de tracer afzonderlijk wordt aangeboden ter opname, hoewel dat laatste niet wordt uitgesloten. Het toedienen van een tracer door middel van diervoedingsmiddel maakt het bovendien eenvoudiger voor het dier om de tracer op te nemen, die immers zeer klein zal zijn.In embodiments, the system further comprises a food delivery device coupled to the tracer delivery device and adapted to deliver a quantity of food to the animal identified by the animal identification device, wherein in particular the tracer delivery device is adapted to automatically deliver the at least one tracer to the amount of animal feed device. . In these embodiments, the tracer is administered together with an amount of animal feed, such as with an amount of solid and liquid food or with an amount of water. The idea behind this is that the animal will be more prepared to eat / drink the tracer than when the tracer is presented separately for admission, although the latter is not excluded. Moreover, administering a tracer by means of animal feed makes it easier for the animal to receive the tracer, which will, after all, be very small.
In het bijzonder is de RFID-tag ten minste één maal programmeerbaar. Een dergelijke programmeerbare RFID-tag, althans een dergelijke tag met een programmeerbare chip daarop, biedt de mogelijkheid om van tevoren of ook kort voor toedienen ervan, de tag te voorzien van gewenste gegevens of een gewenste code. Het is ook mogelijk om de code reeds bij productie aan te brengen, doch dan is men minder flexibel.In particular, the RFID tag is programmable at least once. Such a programmable RFID tag, at least such a tag with a programmable chip thereon, offers the possibility of providing the tag with desired data or a desired code in advance or shortly before administration thereof. It is also possible to apply the code during production, but then people are less flexible.
In uitvoeringsvormen is het systeem ingericht voor programmeren van de RFID-tag, door op de RFID-tag opslaan van een of meer, in het bijzonder aan de bepaalde dieridentiteit gekoppelde, gegevens. Bij deze uitvoeringsvormen is het systeem zelf ingericht voor programmeren van de RFID-tag, in het bijzonder vlak voor toedienen ervan, waardoor optimaal gebruik kan worden gemaakt van de geheugenruimte op de RFID-tag. Deze geheugenruimte zal immers, gezien de geringe afmetingen van de tag, veelal beperkt zijn. In het bijzonder zijn de geprogrammeerde gegevens gekoppeld aan de bepaalde dieridentiteit van het dier waaraan de tracer wordt toegediend. Dergelijke gegevens kunnen uiteraard de dieridentiteit zelf omvatten, zoals een ID-nummer, alsook andere gegevens zoals de tijd, de hoeveelheid voer die werd afgegeven tijdens toedienen van de tracer enzovoort. Het programmeren van de tag/chip kan bijvoorbeeld plaatsvinden door verzenden en inprogrammeren van de gegevens naar een WORM-geheugen of dergelijke. Merk op dat het eveneens mogelijk is om voorgeprogrammeerde tags/chips te gebruiken in de tracer, waarbij dan in de besturing van het systeem een koppeling wordt gemaakt tussen vooraf op de tag/chip opgeslagen gegevens of codes en de dieridentiteit, en andere gegevens. Het systeem volgens de uitvinding kan daartoe een programmeerinrichting omvatten in of bij de besturing, op de afgeefinrichting of afzonderlijk daarvan. Een gunstige positie is bijvoorbeeld een afgeefopening in de afgeefinrichting, omdat aldaar de af te geven tracer(s) in hoofdzaak afzonderlijk voorbij komen en er aldaar een geringe afstand tot de programmeerinrichting kan worden gewaarborgd, hetgeen bij RFID-tags gunstig of zelfs noodzakelijk is voor programmeren.In embodiments, the system is adapted to program the RFID tag by storing on the RFID tag one or more data, in particular linked to the determined animal identity. In these embodiments, the system itself is arranged for programming the RFID tag, in particular just before its administration, whereby optimum use can be made of the memory space on the RFID tag. This memory space will, after all, in view of the small dimensions of the tag, often be limited. In particular, the programmed data is linked to the particular animal identity of the animal to which the tracer is administered. Such data may of course include the animal identity itself, such as an ID number, as well as other data such as the time, amount of feed that was delivered during tracer administration, and so on. The tag / chip can be programmed, for example, by sending and programming the data to a WORM memory or the like. Note that it is also possible to use pre-programmed tags / chips in the tracer, in which case a link is made in the control of the system between data or codes stored in advance on the tag / chip and the animal identity, and other data. To that end, the system according to the invention can comprise a programming device in or at the control, on the dispensing device or separately therefrom. A favorable position is, for example, a dispensing opening in the dispensing device, because there the tracer (s) to be dispensed pass substantially separately and a small distance to the programming device can be ensured there, which is advantageous or even necessary for RFID tags for computer programming.
In uitvoeringsvormen omvat het systeem een RFID-tag-lezer die is ingericht voor lezen van tenminste een deel van op de RFID-tag opgeslagen informatie. De RFID-tag-lezer is uiteraard ingericht om de opgeslagen informatie te lezen. De informatie kan informatie betreffen die vlak voor het afgeven van de tracer erop is geprogrammeerd, zodat dit programmeren kan worden gecontroleerd. Het kan ook reeds eerder opgeslagen informatie of gegevens betreffen, zodanig dat er een koppeling kan worden gemaakt tussen de tracer, in het bijzonder een code of andere opgeslagen informatie, en de vastgestelde dieridentiteit. Aldus kan later, bij detecteren van de tracer, altijd een koppeling met het dier worden gemaakt.In embodiments, the system comprises an RFID tag reader adapted to read at least a portion of information stored on the RFID tag. The RFID tag reader is of course arranged to read the stored information. The information may be information that has been programmed for it just before the tracer is delivered, so that this programming can be checked. It may also relate to previously stored information or data, such that a link can be made between the tracer, in particular a code or other stored information, and the determined animal identity. Thus, when detecting the tracer, a link with the animal can always be made later.
In het bijzonder is het systeem ingericht voor koppelen van op de RFID-tag verschafte informatie met informatie in de besturing, welke informatie in de besturing tenminste omvat een aan de bepaalde dierindentiteit gekoppeld gegeven. Zoals hierboven reeds aangeduid kan de informatie, oftewel de gegevens, hetzij volledig op de tracer of RFID-tag worden verschaft, of voornamelijk in de besturing worden opgeslagen en slechts gekoppeld met een code of dergelijke op de tracer/tag. In voorkomende gevallen zal de koppeling worden gemaakt door de besturing en worden opgeslagen in een gegevensbestand.In particular, the system is adapted to link information provided on the RFID tag with information in the control, which information in the control comprises at least one data coupled to the determined animal identity. As already indicated above, the information, i.e. the data, can either be provided entirely on the tracer or RFID tag, or be stored primarily in the control and only coupled to a code or the like on the tracer / tag. In some cases, the link will be made by the controller and stored in a data file.
In uitvoeringsvormen omvat de tracer een bioafbreekbare mantel. Met behulp van een dergelijke bio-afbreekbare mantel, zoals bijvoorbeeld polymelkzuur (poly lactic acid), kan de tracer worden voorzien van een wand die het dier beschermt tegen mogelijke negatieve invloeden van de tracer, zodat bijvoorbeeld de biocompatibiliteit kan worden gewaarborgd. Overigens behoeft de tracer geen dergelijke bio-afbreekbare mantel te omvatten, doch zou bijvoorbeeld ook een niet-afbreekbare mantel zoals glas kunnen omvatten, of zelfs geheel kaal zijn, met name bij zeer kleine tracers.In embodiments, the tracer comprises a biodegradable jacket. With the aid of such a biodegradable jacket, such as for example polylactic acid (poly lactic acid), the tracer can be provided with a wall that protects the animal against possible negative influences of the tracer, so that, for example, the biocompatibility can be guaranteed. Incidentally, the tracer need not include such a biodegradable jacket, but could, for example, also comprise a non-degradable jacket such as glass, or even be completely bare, particularly with very small tracers.
In uitvoeringsvormen is de tracerafgeefinrichting ingericht voor aan de hoeveelheid diervoedingsmiddel afgeven van meerdere tracers. Bij deze uitvoeringsvorm worden dus meerdere tracers afgegeven, die echter uiteraard niet alle tegelijkertijd weer hoeven te worden uitgescheiden door het dier. Dit verschaft de mogelijkheid om meerdere hopen mest te merken met tracers. Dit vergroot de kan dat ten minste één hoop mest van het dier kan worden gevonden. Bij deze uitvoeringsvormen kunnen zowel identieke tracers worden afgegeven aan het dier alsook verschillende. Een voorbeeld van dit laatste geval kan voorgeprogrammeerde tracers omvatten, waarbij het gunstig kan zijn om alle tracers bij afgeven uit te lezen, zodat de gegevens kunnen worden opgeslagen. Indien identieke tracers worden gebruikt, kunnen deze hetzij bij afgeven alle tegelijk zijn geprogrammeerd, of bijvoorbeeld uit een afzonderlijke voorraad zijn gekozen. Het is immers ook mogelijk om slechts een enkel dier per systeem te volgen, zodat slechts één soort tracer nodig is. Niettemin geven programmeerbare of anderszins niet-identieke tracers meer flexibiliteit bij bewaken van het dier. Het aantal af te geven tracers kan afhankelijk zijn van de hoeveelheid af te geven diervoedingsmiddel, in geval dit laatste wordt mee afgegeven. Bijvoorbeeld wordt de concentratie van de tracers in het diervoedingsmiddel in hoofdzaak gelijk gehouden. Het automatisch kunnen afgeven van tracers beperkt niet alleen de hoeveelheid werk, doch verruimt ook de mogelijkheden bij het toedienen aan dieren.In embodiments, the tracer delivery device is adapted to dispense a plurality of tracers to the amount of animal feed. In this embodiment, therefore, a plurality of tracers are delivered, which, of course, do not all have to be excreted by the animal again simultaneously. This provides the opportunity to mark several piles of manure with tracers. This increases the possibility that at least one heap of manure can be found from the animal. In these embodiments, both identical tracers can be delivered to the animal as well as different ones. An example of the latter case may include preprogrammed tracers, where it may be beneficial to read out all tracers upon delivery so that the data can be stored. If identical tracers are used, they can either be programmed at the time of delivery or, for example, selected from a separate stock. After all, it is also possible to follow only one animal per system, so that only one type of tracer is needed. Nonetheless, programmable or otherwise non-identical tracers provide more flexibility when monitoring the animal. The number of tracers to be delivered can depend on the amount of feed material to be delivered, if the latter is also delivered. For example, the concentration of the tracers in the animal feedstuff is kept substantially the same. Being able to deliver tracers automatically not only limits the amount of work, but also broadens the options for administering to animals.
Met voordeel omvat de voedingsmiddelafgeef-inrichting een voerbak of drinkbak, in het bijzonder een concentraatverschaffingsinrichting. Hoewel de voedingsmiddelafgeefinrichting niet bijzonder beperkt is, en bijvoorbeeld ook een voerhek of dergelijke kan omvatten, biedt het voordelen om een drinkbak of voerbak, in het bijzonder een concentraatbak, te gebruiken omdat deze vaak reeds zijn voorzien van, al dan niet dierindividuele, doseermiddelen. Met name concentraatbakken zijn reeds voorzien van dieridentificatiemiddelen, zodat deze niet extra hoeven te worden verschaft en/of ingebouwd.The food delivery device advantageously comprises a feed trough or drinking trough, in particular a concentrate-dispensing device. Although the food delivery device is not particularly limited, and may for instance also comprise a feeding fence or the like, it offers advantages to use a drinking trough or feeding trough, in particular a concentrate trough, because these are often already provided with dosing means, whether or not animal-individual. Concentrate bins in particular are already provided with animal identification means, so that they do not have to be supplied and / or built in extra.
In uitvoeringsvormen omvat het systeem een voederbak voor voor een dier bereikbaar opvangen van afgegeven diervoedingsmiddel, welke voederbak is voorzien van een tracerdetectieinrichting die is ingericht voor detecteren van zich in de voederbak bevindende tracers. Deze uitvoeringsvorm biedt het voordeel dat kan worden gecontroleerd of de tracers ook zijn opgenomen door het geïdentificeerde dier. Immers, indien bij verlaten van de voerderbak, uitdrukkelijk ook omvattend een drinkbak, door de tracerdetectie-inrichting nog steeds een of meer tracers worden gedetecteerd, zal duidelijk zijn dat niet alle tracers door het vorige dier zijn opgenomen. Hiermee kan rekening worden gehouden in bijvoorbeeld de opgeslagen gegevens. Overigens zijn ook andere momenten van detecteren mogelijk, zoals bij identificeren van een volgend dier. Het is bovendien voldoende dat de tracers worden gedetecteerd, zonder deze bovendien te hoeven identificeren. Met voordeel is de tracerdetectie-inrichting echter ingericht om de zich in de voerderbak bevindende tracers te identificeren, zodat kan worden vastgesteld of er ten minste één tracer is opgenomen, die dan niet meer wordt geïdentificeerd in de voederbak. Alsdan is het geïdentificeerde dier voorzien van ten minste één tracer.In embodiments, the system comprises a feed trough for receiving animal feed, which feed is accessible for an animal, which feed trough is provided with a tracer detection device which is adapted to detect tracers present in the feed trough. This embodiment offers the advantage that it can be checked whether the tracers have also been picked up by the identified animal. After all, if one or more tracers are still detected by the tracer detection device when leaving the feeding trough, explicitly also comprising a drinking trough, it will be clear that not all tracers have been taken up by the previous animal. This can be taken into account in, for example, the stored data. Incidentally, other moments of detection are also possible, such as when identifying a following animal. Moreover, it is sufficient that the tracers are detected without having to identify them. However, the tracer detection device is advantageously adapted to identify the tracers located in the feed trough, so that it can be determined whether at least one tracer is included, which is then no longer identified in the feed trough. The identified animal is then provided with at least one tracer.
In het bijzonder is de voederbak voorzien van een voederbakreinigingsinrichting die is ingericht voor zodanig reinigen van de voederbak dat de tracerdetectieinrichting geen tracer meer detecteert. In deze uitvoeringsvormen wordt voorkomen dat niet door een dier opgenomen tracers worden opgenomen door een volgend dier, waardoor de identificatiefunctie bemoeilijkt wordt. Hoewel het uiteraard mogelijk is om op basis van door de tracerdetectie-inrichting gedetecteerde tracers vast te stellen welke tracers zijn opgenomen door welk dier vergroot dit de onzekerheid en de kans op fouten. De voederbakreinigingsinrichting kan velerlei zijn uitgevoerd, zoals met een waterspoeling plus -afvoer of een voederbakkantelinrichting of dergelijke, waarbij alternatieven niet zijn uitgesloten. Alternatief of aanvullend kan de voederbakreinigingsinrichting een traceronklaarmaakinrichting omvatten, die bijvoorbeeld tracers onklaar kan maken door het sturen van een daartoe geschikt signaal, vergelijk de bekende onklaarmaakinrichtingen bij kassa’s in winkels.The feed trough is in particular provided with a feed trough cleaning device which is adapted to clean the feed trough such that the tracer detection device no longer detects a tracer. In these embodiments, tracers not taken up by an animal are prevented from being picked up by a subsequent animal, thereby complicating the identification function. Although it is of course possible to determine, on the basis of tracers detected by the tracer detection device, which tracers have been taken up by which animal, this increases the uncertainty and the risk of errors. The feed trough cleaning device can be designed in many different ways, such as with a water flush plus drain or a feed trough device or the like, wherein alternatives are not excluded. Alternatively or additionally, the feed trough cleaning device may comprise a traceron preparation device, which can, for example, disable tracers by sending a suitable signal, compare the known preparation preparation devices at checkouts in shops.
In uitvoeringsvormen is het systeem voorzien van een melkplaats en een melkrobot voor melken van een melkdier op de melkplaats. Deze uitvoeringsvormen zijn van toepassing in de melkveehouderij, alwaar het bewaken van dieren zeer belangrijk is door de hoge belasting van melkdieren. Bovendien zal bij vrijloopstallen veelal een melkrobot als melkinrichting worden gebruikt. Een dergelijke melkrobot omvat vaak reeds een krachtvoerbak, zodat het daarop aanbrengen van de tracerafgeefinrichting, alsmede een koppeling bij de in een melkrobot reeds gebruikelijke dieridentificatie-inrichting en besturing eenvoudig is. Alternatieve toepassingen in andere systemen zijn echter zeer wel mogelijk. Een belangrijk alternatief is toepassing in een vleesveehouderij, waarbij de stal een of meer groepen veedieren omvat, die binnen die groep vrij kunnen rondlopen. Een ander alternatief is het verschaffen van tracers aan loslopende huisdieren, zodat mogelijke overlast kan worden getraceerd.In embodiments, the system is provided with a milking parlor and a milking robot for milking a dairy animal at the milking parlor. These embodiments apply to dairy farming, where the monitoring of animals is very important due to the high burden on dairy animals. In addition, a milking robot will often be used as a milking device in freeways. Such a milking robot often already comprises a concentrate feeder, so that mounting the tracer-dispensing device thereon, as well as a coupling to the animal identification device and control already used in a milking robot is simple. However, alternative applications in other systems are very possible. An important alternative is application in a beef cattle farm, where the shed comprises one or more groups of livestock that can roam freely within that group. Another alternative is to provide tracers to stray pets, so that possible nuisance can be traced.
In uitvoeringsvormen omvat het systeem voorts een door een operator draagbare en bedienbare RFID-taglezer. Bij deze uitvoeringsvorm kan een operator de RFID-taglezer gebruiken om een hoop mest te identificeren, dat wil zeggen de identiteit van het bijbehorende dier vast te stellen. Dit kan de operator bijvoorbeeld doen op basis van een door hem gemaakte keuze, of systematisch. De operator kan dan hetzij zelf, hetzij op basis van bijvoorbeeld een monstername de hoedanigheid van de mest vaststellen om op basis daarvan desgewenst gepaste maatregelen te nemen. Dergelijke draagbare RFID-taglezers zijn bijvoorbeeld reeds in gebruik bij dierenartsen en dergelijke.In embodiments, the system further comprises an operator portable and operable RFID tag reader. In this embodiment, an operator can use the RFID tag reader to identify a heap of manure, that is, to identify the associated animal. The operator can do this for example on the basis of a choice made by him, or systematically. The operator can then determine the quality of the manure either himself or on the basis of, for example, sampling to take appropriate measures if desired. Such portable RFID tag readers are, for example, already used by veterinarians and the like.
In uitvoeringsvormen omvat het systeem voorts een autonoom voertuig voorzien van een RFID-taglezer en in het bijzonder van een mestdetector. Bij deze uitvoeringsvormen kan de hoeveelheid door mensen vereist werk nog verder worden beperkt doordat niet een operator maar het autonome voertuig de hierboven beschreven acties uitvoert. Door voorbij te rijden aan een of meer hopen mest kan het autonome voertuig met de RFID-taglezer de “identiteit” van deze hopen vaststellen. Dit kan bijvoorbeeld plaatsvinden door het autonome voertuig een vaste route door de stal te laten rijden. Ook is het mogelijk om het voertuig te voorzien van een mestdetector, die bijvoorbeeld op basis van optische beeldherkenning een hoop mest kan detecteren. Voorts is het mogelijk om een externe mestdetector toe te passen in het systeem, zoals op basis van (video)beeldherkenning en/of geluidherkenning. Op basis van een dergelijke externe mestdetector kan de besturing zijn ingericht om het autonomen voertuig gericht naar een of meer gedecteerde hopen mest te sturen. In het bijzonder is het autonome voertuig ingericht voor registeren, met voordeel in de besturing van het systeem, van gegevens omtrent de hoop mest, zoals de positie of dergelijke.In embodiments, the system further comprises an autonomous vehicle provided with an RFID tag reader and in particular with a manure detector. In these embodiments, the amount of work required by people can be further limited because not the operator but the autonomous vehicle performs the actions described above. By driving past one or more heaps of manure, the autonomous vehicle can determine the "identity" of these heaps with the RFID tag reader. This can be done, for example, by having the autonomous vehicle drive a fixed route through the house. It is also possible to provide the vehicle with a manure detector, which for example can detect a lot of manure on the basis of optical image recognition. Furthermore, it is possible to use an external manure detector in the system, such as on the basis of (video) image recognition and / or sound recognition. On the basis of such an external manure detector, the control can be adapted to direct the autonomous vehicle to one or more detected heaps of manure. In particular, the autonomous vehicle is arranged for registering, advantageously in the control of the system, data about the heap of manure, such as the position or the like.
In het bijzonder omvat het autonome voertuig een mestmonsternemer.Alternatief of aanvullend omvat het autonome voertuig een mestanalaysator, die is ingericht voor analyseren van mest en daarbij genereren van een analysesignaal, omvattende analysegegevens van de geanalyseerde mest. Bij deze uitvoeringsvormen is het autonome voertuig ingericht om van een hoop mest een monster te nemen, zoals met een automatisch pipet, een grijper of dergelijke. Eveneens of alternatief kan het voertuig ook een mestanalysator omvatten om gegevens omtrent de hoop mest vast te stellen, zoals vochtgehalte, vezelgehalte enzovoort. Dit kan plaatsvinden op een genomen mestmonster of ook zonder het nemen van een monster, bijvoorbeeld met behulp van optische technieken. Voor details met betrekking tot toe te passen mestanalyse wordt verwezen naar het eerder genoemde document EP1101095.In particular, the autonomous vehicle comprises a manure sampler. Alternatively or additionally, the autonomous vehicle comprises a manure analyzer, which is arranged for analyzing manure and thereby generating an analysis signal, comprising analysis data of the analyzed manure. In these embodiments, the autonomous vehicle is adapted to take a sample from a heap of manure, such as with an automatic pipette, a gripper or the like. Also or alternatively, the vehicle may also include a manure analyzer to determine heap manure data, such as moisture content, fiber content and so on. This can take place on a manure sample taken or also without taking a sample, for example with the aid of optical techniques. For details regarding the manure analysis to be applied, reference is made to the aforementioned document EP1101095.
Het analyseren kan hierbij, zoals op zich gebruikelijk, omvatten het vergelijken met een of meer referentiewaarden, zoals historische waarden of literatuurwaarden, toepassen van regressie- of andere analyse, enzovoort. De mestanalysator kan dienovereenkomstig zijn uitgevoerd. De analysegegevens, alsmede desgewenst andere gegevens zoals omgevingsvariabelen, positie van de hoop mest, tijd enzovoort, kunnen als analysegegevens met of in het analysesignaal worden opgenomen.The analysis can herein, as usual, include comparing with one or more reference values, such as historical values or literature values, applying regression or other analysis, and so on. The manure analyzer can be designed accordingly. The analysis data, as well as other data if desired, such as environmental variables, position of the heap of manure, time, etc., can be included as analysis data with or in the analysis signal.
In uitvoeringsvormen is de besturing ingericht voor ontvangen en/of uitlezen van het analysesignaal. In het bijzonder is het voertuig daarbij ingericht voor naar de besturing sturen van het analysesignaal. Bij deze uitvoeringsvormen is de besturing van het systeem als geheel ingericht om de analysegegevens, in de vorm van het analysesignaal, te ontvangen en/of uit te lezen uit het voertuig. De analysegegevens komen op deze manier beschikbaar voor een gebruiker van het systeem en/of voor het systeem zelf, zoals hieronder nader zal worden toegelicht. Het ontvangen en/of uitlezen kan op velerlei wijzen geschieden, zoals met een gegevensverbinding of dergelijke. In het bijzonder omvat het voertuig een zendinrichting, die werkzaam is verbonden met de mestanalysator, en is ingericht voor oversturen van het analysesignaal naar de besturing van het systeem.In embodiments, the control is adapted to receive and / or read out the analysis signal. In particular, the vehicle is thereby adapted to send the analysis signal to the control. In these embodiments, the control of the system as a whole is arranged to receive and / or read out the analysis data, in the form of the analysis signal, from the vehicle. The analysis data becomes available in this way for a user of the system and / or for the system itself, as will be explained in more detail below. The receiving and / or reading can take place in various ways, such as with a data connection or the like. In particular, the vehicle comprises a transmitting device, which is operatively connected to the manure analyzer, and is adapted to transmit the analysis signal to the control of the system.
In uitvoeringsvormen omvat het systeem volgens de uitvinding voorts een door de besturing bestuurbare inrichting voor verrichten van een handeling op ten minste één van de vrijlopende dieren, waarbij de besturing is ingericht om de inrichting te besturen op basis van het analysesignaal. In het bijzonder is of omvat de inrichting de voedingsmiddelafgeefinrichting. Bij deze uitvoeringsvormen is het systeem ingericht om gebruik te maken van het analysesignaal, in het bijzonder van de daarin opgenomen analysegegevens, om een handeling te verrichten op de een of meer dieren, met name het geïdentificeerde dier waarvan de mest is geanalyseerd. De handelingen kunnen velerlei zijn, doch zijn met name gericht op handelingen die de mest kunnen beïnvloeden. In het bijzonder omvat de inrichting een of de voedingsmiddelafgeefinrichting, waarbij deze door de besturing wordt bestuurd tot afgeven van een op basis van de analysegegevens ingestelde of gewijzigde voergift aan het betroffen dier. Het instellen of wijzigingen van de voergift kan bijvoorbeeld de hoeveelheid, de samenstelling of het doseerregime omvatten. Alternatieve handelingen kunnen echter bijvoorbeeld ook het separeren van een dier, het kenmerken als te separeren van het dier of het geven van een alarmsignaal betreffen. Alternatieven worden hierbij niet uitgesloten.In embodiments, the system according to the invention further comprises a controllable device for performing an action on at least one of the free-running animals, the control being adapted to control the device on the basis of the analysis signal. In particular, the device is or comprises the food delivery device. In these embodiments, the system is adapted to use the analysis signal, in particular the analysis data included therein, to perform an action on one or more animals, in particular the identified animal whose manure has been analyzed. The operations can be many, but are particularly focused on operations that can affect the manure. In particular, the device comprises one or the food delivery device, wherein it is controlled by the control to deliver a feed gift set or modified on the basis of the analysis data to the animal concerned. The adjustment or modification of the feed dosage may, for example, include the amount, the composition or the dosing regime. However, alternative operations may also relate, for example, to separating an animal, characterizing it as separable from the animal or giving an alarm signal. Alternatives are not excluded here.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze volgens conclusie 20, in het bijzonder een werkwijze voor beheer van dieren in een stal met vrij lopende dieren en met een systeem volgens de uitvinding, waarbij de werkwijze omvat: bepalen van een identiteit van een dier, aan dat dier toedienen van een hoeveelheid diervoedingsmiddel met ten minste één tracer met daarop ten minste één gegeven, koppelen van dat ten minste ene gegeven en de bepaalde identiteit, detecteren van ten minste één van de toegediende tracers in een hoeveelheid mest, en uitvoeren van ten minste één diergerelateerde handeling op basis van de gedetecteerde tracer. Bij de werkwijze volgens de uitvinding komen op zich dezelfde voordelen naar voren als beschreven bij het systeem volgens de uitvinding. Kortheidshalve zullen deze dan hieronder dan niet worden herhaald. Niettemin zijn in beginsel alle voor het systeem genoemde bijzondere kenmerken met hun bijbehorende voordelen onverkort van toepassing op de werkwijze.The invention further relates to a method according to claim 20, in particular a method for managing animals in a stable with free-running animals and with a system according to the invention, the method comprising: determining an identity of an animal, administering that animal with an amount of animal feed with at least one tracer having at least one data on it, coupling that at least one data and the determined identity, detecting at least one of the administered tracers in an amount of manure, and performing at least one one animal-related operation based on the detected tracer. With the method according to the invention, the same advantages emerge per se as described with the system according to the invention. For the sake of brevity, these will then not be repeated below. Nevertheless, in principle all the special features mentioned for the system with their associated advantages apply in full to the method.
In het bijzonder omvat de werkwijze maken van een analyse van althans een deel van de mest, waarbij het uitvoeren van de diergerelateerde handeling afhankelijk is van de analyse. Deze werkwijze kan hetzij door een bedienend persoon, zoals een veehouder of dierenarts, of door een systeem volgens de uitvinding worden gedaan.In particular, the method comprises making an analysis of at least a part of the manure, wherein the performance of the animal-related action is dependent on the analysis. This method can be done either by an operator, such as a farmer or veterinarian, or by a system according to the invention.
In het bijzonder omvat de handeling aanpassen van een voederregime van het dier.In particular, the operation comprises adjusting a feeding regime of the animal.
Zoals hierboven beschreven kan het aanpassen (of instellen) van het voederregime omvatten het aanpassen van de hoeveelheid voer, de samenstelling van het voer en/of het doseerregime. De samenstelling kan bijvoorbeeld gewijzigd worden om meer of minder vezelmateriaal, meer of minder energie-inhoud, een andere verhouding tussen krachtvoer en ruwvoer, enzovoort te bewerkstelligen. Het doseerregime kan bijvoorbeeld met betrekking hebben op de minimale tijd tussen voergiften, de maximale hoeveelheid per voergift, een afgeefsnelheid tijdens een voerbeurt enzovoort. Een en ander zal afhankelijk zijn van de diersoort waarop de werkwijze wordt toegepast, alsmede het doel waarmee het dier wordt gehouden, zoals melkproductie of vleesproductie.As described above, adjusting (or adjusting) the feed regime may include adjusting the amount of feed, the composition of the feed and / or the dosing regime. The composition can be changed, for example, to bring about more or less fiber material, more or less energy content, a different ratio between concentrate and roughage, etc. The dosing regime may, for example, relate to the minimum time between feedings, the maximum amount per feed, a delivery rate during a feed turn, and so on. All this will depend on the animal species to which the method is applied, as well as the purpose with which the animal is kept, such as milk production or meat production.
De onderhavige uitvinding zal hierna nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, die schematisch een niet-beperkende uitvoeringsvorm van de uitvinding toont, en waarin:The present invention will be further elucidated hereinbelow with reference to the drawing, which schematically shows a non-limiting embodiment of the invention, and in which:
Figuur 1 schematisch een bovenaanzicht van een stal met een systeem voor monitoren volgens de uitvinding toont;Figure 1 shows schematically a plan view of a shed with a system for monitors according to the invention;
Figuur 2 een schematisch vooraanzicht van een gecombineerd tracer- en voerafgeefsysteem ten gebruike in de uitvinding toont;Figure 2 shows a schematic front view of a combined tracer and feed delivery system for use in the invention;
Figuur 3 een voertuig ten gebruike in het systeem voor monitoren volgens de uitvinding toont.Figure 3 shows a vehicle for use in the monitoring system according to the invention.
Figuur 1 toont schematisch een bovenaanzicht van een systeem voor monitoren van een dier volgens de onderhavige uitvinding.Figure 1 shows schematically a plan view of a system for monitoring an animal according to the present invention.
Het systeem is met het algemene verwijzingscijfer 1 aangeduid. Met 2 is een melkinrichting aangeduid en met 3 een vrijloopstal met melkdieren 4 en een mestmonstervoertuig 5.The system is indicated by the general reference number 1. 2 denotes a milking implement and 3 denotes a freewheel shed with dairy animals 4 and a manure monster vehicle 5.
In de melkinrichting 2 staat een te melken melkdier 4', geïdentificerd met een dieridentificatieinrichting 6 op een melkplaats 7 met bedieningbare boxhekken 8. Melken geschiedt met een schematische melkrobot 9, terwijl 10 een voerbak aangeeft die wordt gevuld vanuit tracerafgeefinrichting 11 en voerafgeefinrichting 12.In the milking device 2, a milking animal 4 'to be milked, identified with an animal identification device 6, stands on a milking parlor 7 with operable box fences 8. Milking takes place with a schematic milking robot 9, while 10 indicates a feed trough that is filled from tracer-dispensing device 11 and feed-dispensing device 12.
Met 13 is algemeen een besturing aangegeven, voorzien van een antenne 14.13 denotes a control, generally provided with an antenna 14.
Het systeem 1 voor monitoren van een dier 4 omvat een tracerafgeefinrichting 11, en hier tevens een voerafgeefinrichting 12. Nadere details hieromtrent zullen worden toegelicht aan de hand van figuur 2. Het monitorsysteem 1 is aangebracht bij een melkinrichting 2, alwaar een te melken melkdier 4' individueel kan worden gemolken. Daartoe wordt het dier vaak gelokt met voer in een voerbak 10, waarbij het te melken dier 4' de melkplaats 7 zal betreden door de geopende boxhekken 8. Na betreden van de melkplaats 7 zal het melkdier 4' worden geïdentificeerd door de dieridentificatieinrichting 6, zoals een tag-lezer die een RFID-tag in de halsband van het dier leest.The system 1 for monitoring an animal 4 comprises a tracer delivery device 11, and here also a feed delivery device 12. Further details in this regard will be explained with reference to Fig. 2. The monitoring system 1 is arranged at a milking device 2, where a dairy animal 4 to be milked 'can be milked individually. To this end, the animal is often lured with feed in a feed trough 10, wherein the animal 4 'to be milked will enter the milking parlor 7 through the opened box gates 8. After entering the milking parlor 7, the dairy animal 4' will be identified by the animal identification device 6, such as a tag reader that reads an RFID tag in the animal's collar.
In de voerbak 10 wordt, met name dierinvidueel, door voerafgeefinrichting 12 voer gestort dat door het te melken dier 4' zal worden gegeten. Als onderdeel van dit voor kan de tracerafgeefinrichting 11 een of meer tracers afgeven. Deze kunnen dan worden opgenomen door het te melken dier 4'. Het al dan niet afgeven van een of meer tracers kan geschieden onder besturing van de besturing 13, die de betreffende instructies via een kabelverbinding of bijvoorbeeld via een optionele antenne 14 kan oversturen naar de tracerafgeefinrichting 11. Merk op dat de besturing 13 ook een onderdeel kan zijn van een besturing van de melkrobot 9.In the feed trough 10, in particular animal-specific, feed is fed by feed-supplying device 12, which feed will be eaten by the animal 4 'to be milked. As part of this front, the tracer delivery device 11 may output one or more tracers. These can then be taken up by the animal 4 'to be milked. The delivery or non-delivery of one or more tracers can take place under the control of the control 13, which can transmit the relevant instructions via a cable connection or, for example, via an optional antenna 14 to the tracer delivery device 11. Note that the control 13 can also be a component are of a control of the milking robot 9.
Na opname van een tracer door het te melken dier 4' zal dit enige tijd in het lichaam van het dier verblijven, en daarna worden uitgescheiden met een hoop mest 45. Deze hoop mest 45 kan worden benaderd door het mestmonstervoertuig 5, dat een optioneel onderdeel van het systeem voor monitoren van een dier is. Nadere details omtrent dit mestmonstervoertuig zullen worden uitgelegd aan de hand van figuur 3.After a tracer has been taken up by the animal 4 'to be milked, this will remain in the body of the animal for some time, and then be excreted with a heap of manure 45. This heap of manure 45 can be accessed by the manure sample vehicle 5, which is an optional component of the animal monitoring system. Further details about this manure sample vehicle will be explained with reference to Figure 3.
Figuur 2 toont in schematisch vooraanzicht een gecombineerde tracer- en voerafgeefinrichting ten gebruike in de onderhavige uitvinding.Figure 2 shows a schematic front view of a combined tracer and feed delivery device for use in the present invention.
De voerafgeefinrichting 12 omvat boven de voerbak 10 een voervalpijp 15 die verbonden is met respectieve eerste, tweede en derde voerhouders 16-1, 16-2 en 16-3, die respectievelijk eerste, tweede en derde voersoorten 17-1, 17-2 en 17-3 bevatten, die kunnen worden gedoseerd door middel van respectieve eerste, tweede en derde voerdoseerinrichtingen 18-1, 18-2 en 18-3.The feed dispenser 12 comprises above the feed trough 10 a feed trap pipe 15 which is connected to respective first, second and third feed containers 16-1, 16-2 and 16-3, which respectively have first, second and third feed types 17-1, 17-2 and 17-3, which can be dosed by means of respective first, second and third feed dosing devices 18-1, 18-2 and 18-3.
De tracerafgeefinrichting 11 omvat een tracervoorraadhouder 20 met tracers 21, een tracerdoseerklep 22, een tracerprogrammeerinrichting 23 (optioneel), een tracervalpijp 24 en een tracerlezer 25 (optioneel).The tracer delivery device 11 comprises a tracer supply holder 20 with tracers 21, a tracer dosing valve 22, a tracer programming device 23 (optional), a tracer tube 24 and a tracer reader 25 (optional).
In de voerbak 10 zijn hier getoond een gedoseerd voermengsel 19 en een gedoseerde tracer 26, omvatten een RFID-chip 27 met daaromheen een mantel 28. Met 29 is een tracerlezer aangeduid, met 30 een watertoevoer, met 31 een klep en met 32 een afvoer.In the feed trough 10 a dosed feed mixture 19 and a dosed tracer 26 are shown here, comprise an RFID chip 27 with a jacket 28 around it. Denoted at 29 is a tracer reader, 30 a water supply, 31 a valve and 32 a drain .
Onder besturing van de, of een, hier niet weergegeven besturing geeft de voerafgeefinrichting 12 voer af aan een geïdentificeerd dier door een of meer voersoorten uit de respectieve voerhouders 16 te doseren met behulp van de respectieve voerdoseerinrichtingen 18. Het voer valt dan in de voerbak 10 door voervalpijp 15. Aldus zal de voerbak 10 een hoeveelheid gedoseerd voermengsel 19 bevatten. Dit voermengsel 19 kan worden gegeten door een dier dat zich op de melkplaats 7 bevindt.Under the control of the control, or a control not shown here, the feed dispensing device 12 delivers feed to an identified animal by dosing one or more feed types from the respective feed containers 16 with the aid of the respective feed metering devices 18. The feed then falls into the feed trough 10 through feed trap pipe 15. Thus, the feed trough 10 will contain a quantity of metered feed mixture 19. This feed mixture 19 can be eaten by an animal that is located at the milking parlor 7.
Indien dit dier dient te worden gemonitord, kan een of de besturing opdracht geven om een of meer tracers 21 toe te voegen aan de voerbak 10. Daartoe zal een of de besturing door middel van bedienen van de tracerdoseerklep 22 een of meer tracers 21 beschikbaar stellen via de tracervalpijp 24. Desgewenst is het mogelijk om voorafgaand aan het toevoeren de tracer(s) te programmeren door middel van de tracerprogrammeerinrichting 23. Aldus kan aan de tracer informatie worden toegevoegd, zoals een dier-identiteit, een tijd enzovoort. Het programmeren kan op elke bekende wijze, met name door programmeren van een zich in de tracer 21 bevindende WORM-chip door middel van een radiosignaal of dergelijke. Ook is het mogelijk om voorgeprogrammeerde tracers 21 te gebruiken, die bijvoorbeeld zijn voorzien van een unieke code.If this animal is to be monitored, one or the control can order one or more tracers 21 to be added to the feed trough 10. To this end, one or the control will make one or more tracers 21 available by operating the tracer metering valve 22. via the tracer pipe 24. If desired, it is possible to program the tracer (s) prior to feeding by means of the tracer programming device 23. Thus, information can be added to the tracer, such as an animal identity, a time and so on. Programming can be done in any known manner, in particular by programming a WORM chip located in the tracer 21 by means of a radio signal or the like. It is also possible to use preprogrammed tracers 21, which are, for example, provided with a unique code.
De optionele tracerlezer 25 dient als een controle om te zien welke tracer wordt toegediend aan het voer en/of als controle om vast te stellen of de programmering van de tracer 21 is gelukt. De tracerlezer 25, de tracerprogrammeerinrichting 23 en eventuele andere tracerlees- en/of schrijfinrichtingen zullen in de praktijk zijn gekoppeld aan een of de besturing, waarin informatie betreffende de tracer(s) en de dieren die daarmee gekoppeld zijn wordt opgeslagen. Met name betreft dit de dieridentiteit, het toegediende voer, met samenstelling, hoeveelheid, doseerregime en -tijdstip ervan.The optional tracer reader 25 serves as a check to see which tracer is being fed to the feed and / or as a check to determine whether the programming of the tracer 21 has been successful. The tracer reader 25, the tracer programming device 23 and any other tracer reading and / or writing devices will in practice be linked to one or the control, in which information regarding the tracer (s) and the animals coupled thereto is stored. This concerns in particular the animal identity, the feed administered, with its composition, quantity, dosing regime and time.
In figuur 2 is bovenop het gedoseerde voermengsel 19 een tracer 26 te zien die eveneens is gedoseerd. De tracer 26 omvat een RFID-chip 27 die is omgeven door een mantel 28. De mantel 28 zal bij voorkeur biocompatibel zijn, zodat nadelige effecten voor een dier dat de tracer 26 opneemt beperkt of zelfs afwezig zullen zijn. De mantel 28 kan bijvoorbeeld een biologisch afbreekbaar product omvatten, zoals polymelkzuur, of een in beginsel inerte stof, zoals glas.In figure 2 a tracer 26 can be seen on top of the metered feed mixture 19 which is also metered. The tracer 26 comprises an RFID chip 27 surrounded by a sheath 28. The sheath 28 will preferably be biocompatible, so that adverse effects for an animal receiving the tracer 26 will be limited or even absent. The sheath 28 may, for example, comprise a biodegradable product, such as polylactic acid, or a substance which is in principle inert, such as glass.
Aldus is in de voerbak 10 een mengsel van voer 19 en een tracer 26 (of meerdere tracers) verschaft, welk mengsel door het dier op de melkplaats 7 kan worden opgenomen.A mixture of feed 19 and a tracer 26 (or several tracers) is thus provided in the feed trough 10, which mixture can be taken up by the animal at the milking parlor 7.
Met 29 is een tracerlezer aangeduid, die bewaakt of er daadwerkelijk een of meer tracers in de voerbak 10 terecht zijn gekomen, alsmede of een of meer tracers nog aanwezig nadat het dier de melkplaats 7, althans de voerbak 10, verlaten heeft. Aldus kan worden bewaakt of het dier ook daadwerkelijk een of meer tracers heeft opgenomen, en zo ja, welke.Denoted by 29 is a tracer reader which monitors whether one or more tracers have actually ended up in the feeding trough 10, and whether one or more tracers are still present after the animal has left the milking parlor 7, at least the feeding trough 10. It can thus be monitored whether the animal has actually included one or more tracers, and if so, which.
Ingeval er een of meer tracers 26 in de voerbak 10 achterblijven na verlaten van de voerbak 10 door het dier op de melkplaats 7, kan de voerbak 10 worden geleegd. Dit kan bijvoorbeeld geschieden door openen van een klep, of zelfs de bodem van de voerbak 10. In figuur 2 geschiedt dit door uitspoelen van de voerbak 10 door toevoeren van water via de watertoevoer 30, en het laten weglopen daarvan via de klep 31 en de afvoer 32. Het toegevoerde spoelwater zal dan eventuele voerresten en achtergebleven tracers meevoeren, zodat identificatie van mest van een dier uniek zal blijven. Merk op dat de watertoevoer 30 eveneens kan worden gebruikt om droog voermengsel 19 te verrijken en tot een makkelijker opneembare brij te maken.In the event that one or more tracers 26 remain in the feed trough 10 after the animal has left the feed trough 10 at the milking parlor 7, the trough 10 can be emptied. This can be done, for example, by opening a valve, or even the bottom of the feed trough 10. In figure 2 this is done by flushing out the feed trough 10 by supplying water via the water supply 30, and having it run away via the valve 31 and the drain 32. The rinsing water supplied will then entrain any feed residues and tracers left behind, so that identification of manure from an animal will remain unique. Note that the water supply 30 can also be used to enrich dry feed mixture 19 and make it an easier to absorb slurry.
Figuur 3 toont schematisch een zijaanzicht in doorsnede van een mestmonstervoertuig ten gebruike in de onderhavige uitvinding.Figure 3 schematically shows a cross-sectional side view of a manure sample vehicle for use in the present invention.
Het voertuig omvat een behuizing 50 met wielen 51 voor rijden op de vloer 40. Met 52 is een camera aangeduid en met 53 een antenne. Een voertuigbesturing is algemeen aangeduid met 54, en een monsternemer met 55. De monsternemer 55 leidt naar een mestanalysator 56, en via een verdeelklep 58 naar drie monsterkamers 59. Met 57-1 en 57-2 zijn twee tracerlezers aangeduid.The vehicle comprises a housing 50 with wheels 51 for driving on the floor 40. A camera is designated 52 and 53 an antenna. A vehicle control is generally indicated by 54, and a sampler by 55. The sampler 55 leads to a manure analyzer 56, and via a distribution valve 58 to three sample chambers 59. 57-1 and 57-2 indicate two tracer readers.
Het mestmonstervoertuig 5 is hier een autonoom voertuig, dat door middel van de voertuigbesturing 54 en wielen 51 over de vloer 40 van bijvoorbeeld een stal zoals de vrijloopstal 3 kan rijden. Daarbij kan het voertuig 5 verdere, niet nader aangeduide inrichtingen omvatten, zoals een navigatie-inrichting en dergelijke.The manure sample vehicle 5 is here an autonomous vehicle, which can drive over the floor 40 of for example a shed such as the freewheel shed 3 by means of the vehicle control 54 and wheels 51. The vehicle 5 can herein comprise further devices, not further specified, such as a navigation device and the like.
Het voertuig kan voorts instructies opvangen via de antenne 53 of dergelijke. De getoonde camera 52 neemt beelden op van de omgeving van het voertuig 5. Met behulp van beeldherkenningsprogrammatuur in bijvoorbeeld de voertuigbesturing 54 kan het voertuig daaruit hopen mest 45 herkennen in de omgeving en daarnaartoe bewegen. Alternatief kan het voertuig 5 ook instructies met bijvoorbeeld coördinaten ontvangen via de antenne 53. Op deze of enige andere wijze zal het voertuig zich dan tot bij een hoop mest 45 bewegen.The vehicle can further receive instructions via the antenna 53 or the like. The camera 52 shown records images of the environment of the vehicle 5. With the aid of image recognition software in, for example, the vehicle control 54, the vehicle can therefrom recognize heaps of manure 45 in the environment and move towards it. Alternatively, the vehicle 5 can also receive instructions with, for example, coordinates via the antenna 53. In this or any other way, the vehicle will then move to a heap of manure 45.
Aldaar aangekomen kan met behulp van de eerste tracerlezer 57-1 getracht worden een signaal van een gedoseerde en weer uitgescheiden tracer 26 op te vangen. Ingeval het signaal hoort bij een dier dat dient te worden gemonitord kan het voertuig 5 een analyse van de hoop mest 45 uitvoeren, zoals met behulp van optische technieken toegepast op beelden die zijn opgenomen met de camera 52. Hieronder vallen bijvoorbeeld kleur, hoeveelheid (bijvoorbeeld indien camera 52 een 3D-camera is), enzovoort. Voorts is het voertuig volgens figuur 3 uitgerust met een monsternemer 55, zoals een geautomatiseerde zuigpipet. De monsternemer 55 zuigt een monster uit de hoop mest 45, welk monster verplaatst wordt naar de mestanalysator 56. Deze omvat bijvoorbeeld een dichtheidsmeter, een viscositeitsmeter en een chemische analyse-inrichting. Voor details wordt verwezen naar het in de inleiding genoemde EP-document. Opgemerkt wordt dat naast een geautomatiseerde pipet ook andere monsterneem inrichtingen mogelijk zijn, zoals een schrapertje, grijpertje, enzovoort.Once there, the first tracer reader 57-1 can be used to receive a signal from a metered and again excreted tracer 26. In case the signal belongs to an animal to be monitored, the vehicle 5 can perform an analysis of the heap of manure 45, such as with the aid of optical techniques applied to images taken with the camera 52. This includes, for example, color, quantity (e.g. if camera 52 is a 3D camera), and so on. Furthermore, the vehicle according to Figure 3 is equipped with a sampler 55, such as an automated suction pipette. The sampler 55 draws a sample from the heap of manure 45, which sample is moved to the manure analyzer 56. This includes, for example, a density meter, a viscosity meter and a chemical analyzer. For details, reference is made to the EP document mentioned in the introduction. It is noted that in addition to an automated pipette, other sampling devices are also possible, such as a scraper, grab, and so on.
Voorts bevindt zich in het voertuig onder de mestanalysator 56 een tweede tracerlezer 57-2. Deze kan bijvoorbeeld dienen voor het identificeren van een monster waarbij door de eerste tracerlezer 57-1 geen signaal kon worden opgevangen, bijvoorbeeld doordat de tracer 26 zich te ver van de eerste tracerlezer 57-1 bevond.Furthermore, a second tracer reader 57-2 is located in the vehicle under the manure analyzer 56. This may serve, for example, to identify a sample in which no signal could be picked up by the first tracer reader 57-1, for example because the tracer 26 was too far from the first tracer reader 57-1.
Na analyse kan het monster vanuit de mestanalysator 56, bijvoorbeeld door middel van niet weergegeven pompjes, via de verdeelklep 58 naar een van de getoonde monsterkamers 59 worden gestuurd. Aldaar kan het monster worden bewaard voor latere analyse. Uiteraard zijn andere aantallen monsters ook mogelijk.After analysis, the sample can be sent from the manure analyzer 56, for example by means of pumps (not shown), via the distribution valve 58 to one of the sample chambers 59 shown. The sample can be stored there for later analysis. Of course, other numbers of samples are also possible.
Het getoonde voertuig 5 is een uitvoeringsvorm waarbij het bewaken grotendeels autonoom gebeurd. Een dier krijgt een of meer tracers toegediend met daarop een code die gekoppeld is aan de identiteit en andere gegevens van het dier. Na uitscheiden van de tracer door het dier, in een hoop mest, kan de hoop mest worden geïdentificeerd en geanalyseerd. Het identificeren en analyseren kan ook gebeuren door een bedienend persoon of operator. Deze kan bijvoorbeeld met een draagbare tracerlezer door de vrijloopstal of andere dierruimte lopen en de tracerlezer boven een hoop mest houden. Indien een ID-signaal wordt opgevangen van de tracer kan de hoop mest vervolgens door de operator worden geanalyseerd, zowel visueel als qua viscositeit, geur enzovoort. Voorts kan een monster worden genomen voor nader onderzoek.The vehicle 5 shown is an embodiment in which the monitoring is largely autonomous. An animal is given one or more tracers with a code that is linked to the identity and other data of the animal. After excretion of the tracer by the animal, in a heap of manure, the heap of manure can be identified and analyzed. The identification and analysis can also be done by an operator or operator. With a portable tracer reader, for example, it can walk through the freewheel shed or other animal room and keep the tracer reader above a heap of manure. If an ID signal is received from the tracer, the heap of manure can then be analyzed by the operator, both visually and in terms of viscosity, odor and so on. Furthermore, a sample can be taken for further investigation.
Met behulp van de automatisch of met een operator verkregen gegevens kan desgewenst een dierindividuele handeling worden verricht. Met name zullen de mestanalysegegevens geschikt zijn om een voergift aan te passen indien nodig. Daartoe kan bijvoorbeeld het met behulp van de voerafgeefinrichting 12 van figuur 2 af te geven gedoseerd voermengsel worden aangepast aan de hand van de mestanalysegegevens. Bijvoorbeeld kan de besturing een andere verhouding of hoeveelheid verschaffen van een of meer van de voersoorten 17-1, 17-2 of 17-3. Uiteraard zijn ook andere aantallen voersoorten mogelijk. Tevens kan de ruwvoergift aangepast worden, de watergift, eventueel het melkregime op basis van hun voerconversiegraad, enzovoort.With the help of the data obtained automatically or with an operator, an animal-individual operation can be performed if desired. In particular, the manure analysis data will be suitable to adjust a feed gift if necessary. To this end, for example, the metered feed mixture to be dispensed with the aid of the feed delivery device 12 of Figure 2 can be adapted on the basis of the manure analysis data. For example, the control may provide a different ratio or amount of one or more of the feed types 17-1, 17-2 or 17-3. Of course, other numbers of feed types are also possible. The roughage feed can also be adjusted, the water feed, possibly the milk regime based on their feed conversion rate, and so on.
Meer in het algemeen kan worden gesteld dat de onderhavige uitvinding voordelen beidt bij bewaken van een dier, met name de gezondheid of voerefficiëntie daarvan. Het bewaken van de mest door middel van opgenomen en weer uitgescheiden tracers biedt hierbij de mogelijkheid tot individuele mestanalyse, zonder dat de mest op het moment van uitscheiden dient te worden geïdentificeerd.More generally, it can be said that the present invention offers advantages in monitoring an animal, in particular its health or feeding efficiency. The monitoring of the manure by means of tracers that have been taken up and then excreted again offers the possibility of individual manure analysis, without the manure having to be identified at the time of excretion.
Claims (22)
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2012303A NL2012303C2 (en) | 2014-02-21 | 2014-02-21 | SYSTEM AND METHOD FOR MONITORING AN ANIMAL. |
PCT/NL2015/050006 WO2015126240A1 (en) | 2014-02-21 | 2015-01-07 | System and method for monitoring of an animal |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2012303A NL2012303C2 (en) | 2014-02-21 | 2014-02-21 | SYSTEM AND METHOD FOR MONITORING AN ANIMAL. |
NL2012303 | 2014-02-21 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2012303C2 true NL2012303C2 (en) | 2015-08-25 |
Family
ID=50639873
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2012303A NL2012303C2 (en) | 2014-02-21 | 2014-02-21 | SYSTEM AND METHOD FOR MONITORING AN ANIMAL. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL2012303C2 (en) |
WO (1) | WO2015126240A1 (en) |
Families Citing this family (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CN106859805B (en) * | 2017-02-23 | 2018-12-11 | 中国人民解放军第二军医大学 | Portable integrated animal experiment operating table |
CN109380147A (en) * | 2018-12-05 | 2019-02-26 | 成都牧云慧视科技有限公司 | A kind of device for livestock without intervention identification |
NL2027108B1 (en) | 2020-12-15 | 2022-07-08 | Lely Patent Nv | Animal husbandry system |
Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO2001019178A1 (en) * | 1999-09-15 | 2001-03-22 | november Aktiengesellschaft Gesellschaft für Molekulare Medizin | Method for marking an animal and products derived therefrom |
JP2006149253A (en) * | 2004-11-26 | 2006-06-15 | Fujitsu Ltd | Method for estimating death by utilizing ic tag |
WO2011020145A1 (en) * | 2009-08-19 | 2011-02-24 | The University Of New England | System and method for monitoring the feeding practices of individual animals in a grazing environment |
-
2014
- 2014-02-21 NL NL2012303A patent/NL2012303C2/en not_active IP Right Cessation
-
2015
- 2015-01-07 WO PCT/NL2015/050006 patent/WO2015126240A1/en active Application Filing
Patent Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO2001019178A1 (en) * | 1999-09-15 | 2001-03-22 | november Aktiengesellschaft Gesellschaft für Molekulare Medizin | Method for marking an animal and products derived therefrom |
JP2006149253A (en) * | 2004-11-26 | 2006-06-15 | Fujitsu Ltd | Method for estimating death by utilizing ic tag |
WO2011020145A1 (en) * | 2009-08-19 | 2011-02-24 | The University Of New England | System and method for monitoring the feeding practices of individual animals in a grazing environment |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
WO2015126240A1 (en) | 2015-08-27 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL2022146B1 (en) | Feeding system | |
US7874263B2 (en) | Arrangement and method for milking a plurality of milking animals | |
US12048295B2 (en) | Method and apparatus for monitoring food intake of livestock animals | |
NL1034292C2 (en) | System and method for managing a group of animals. | |
US9597017B2 (en) | Method and apparatus for detecting lameness in livestock | |
US6622651B1 (en) | Device and method for the automatic milking and feeding of animals | |
US20040103847A1 (en) | Breeding control system for free-range animals | |
JP5535636B2 (en) | System for managing supply of consumable substances consumed by dairy animals | |
EA028910B1 (en) | System for determining feed consumption of at least one animal | |
WO2006130926A1 (en) | Monitoring and managing farms | |
NL2012303C2 (en) | SYSTEM AND METHOD FOR MONITORING AN ANIMAL. | |
KR101413106B1 (en) | Integrated Precise Nutritive Management System For Cattle | |
NL2015309B1 (en) | Free stall shed with box monitoring system. | |
US20240224946A1 (en) | Animal husbandry system | |
EP1272029B1 (en) | Milk feeding of young animals | |
US20030150392A1 (en) | Milk feeding of young animals | |
NL2012276C2 (en) | MILK FARMING SYSTEM. | |
NL1024997C2 (en) | Assembly and method for managing a herd of animals that are free to walk. | |
Phillips | World-leading animal production innovations at EuroTier 2018 | |
NL1011758C2 (en) | Method of milking animals. | |
BR122022005529B1 (en) | HERD COUNTING METHOD TO GENERATE A HERD INVENTORY |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
MM | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20190301 |