NL2009921C2 - Montagesysteem voor het op een bouwwerk bevestigen van een fotovoltaisch systeem, bouwwerk omvattende dit montagesysteem en werkwijze voor het bevestigen van een montagesysteem op een bouwwerk. - Google Patents
Montagesysteem voor het op een bouwwerk bevestigen van een fotovoltaisch systeem, bouwwerk omvattende dit montagesysteem en werkwijze voor het bevestigen van een montagesysteem op een bouwwerk. Download PDFInfo
- Publication number
- NL2009921C2 NL2009921C2 NL2009921A NL2009921A NL2009921C2 NL 2009921 C2 NL2009921 C2 NL 2009921C2 NL 2009921 A NL2009921 A NL 2009921A NL 2009921 A NL2009921 A NL 2009921A NL 2009921 C2 NL2009921 C2 NL 2009921C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- profile
- mounting system
- main profile
- main
- panel
- Prior art date
Links
- 238000000034 method Methods 0.000 title claims description 11
- 238000010276 construction Methods 0.000 title 3
- 238000004873 anchoring Methods 0.000 claims description 11
- XLYOFNOQVPJJNP-UHFFFAOYSA-N water Substances O XLYOFNOQVPJJNP-UHFFFAOYSA-N 0.000 claims description 7
- 238000010079 rubber tapping Methods 0.000 description 7
- 230000004888 barrier function Effects 0.000 description 4
- 239000000463 material Substances 0.000 description 4
- 238000004804 winding Methods 0.000 description 4
- 238000012790 confirmation Methods 0.000 description 3
- 239000004033 plastic Substances 0.000 description 3
- 229910000831 Steel Inorganic materials 0.000 description 2
- 229910052782 aluminium Inorganic materials 0.000 description 2
- XAGFODPZIPBFFR-UHFFFAOYSA-N aluminium Chemical compound [Al] XAGFODPZIPBFFR-UHFFFAOYSA-N 0.000 description 2
- 238000004519 manufacturing process Methods 0.000 description 2
- 229910052751 metal Inorganic materials 0.000 description 2
- 239000002184 metal Substances 0.000 description 2
- 239000010959 steel Substances 0.000 description 2
- 238000009833 condensation Methods 0.000 description 1
- 230000005494 condensation Effects 0.000 description 1
- 230000005611 electricity Effects 0.000 description 1
- 238000001125 extrusion Methods 0.000 description 1
- 238000007429 general method Methods 0.000 description 1
- 239000011521 glass Substances 0.000 description 1
- 238000003754 machining Methods 0.000 description 1
- 238000005096 rolling process Methods 0.000 description 1
- 229910001220 stainless steel Inorganic materials 0.000 description 1
- 239000010935 stainless steel Substances 0.000 description 1
- 238000005728 strengthening Methods 0.000 description 1
- 238000012360 testing method Methods 0.000 description 1
- 230000007704 transition Effects 0.000 description 1
- 238000004078 waterproofing Methods 0.000 description 1
Classifications
-
- H—ELECTRICITY
- H02—GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
- H02S—GENERATION OF ELECTRIC POWER BY CONVERSION OF INFRARED RADIATION, VISIBLE LIGHT OR ULTRAVIOLET LIGHT, e.g. USING PHOTOVOLTAIC [PV] MODULES
- H02S20/00—Supporting structures for PV modules
- H02S20/20—Supporting structures directly fixed to an immovable object
- H02S20/22—Supporting structures directly fixed to an immovable object specially adapted for buildings
- H02S20/23—Supporting structures directly fixed to an immovable object specially adapted for buildings specially adapted for roof structures
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F24—HEATING; RANGES; VENTILATING
- F24S—SOLAR HEAT COLLECTORS; SOLAR HEAT SYSTEMS
- F24S25/00—Arrangement of stationary mountings or supports for solar heat collector modules
- F24S25/30—Arrangement of stationary mountings or supports for solar heat collector modules using elongate rigid mounting elements extending substantially along the supporting surface, e.g. for covering buildings with solar heat collectors
- F24S25/33—Arrangement of stationary mountings or supports for solar heat collector modules using elongate rigid mounting elements extending substantially along the supporting surface, e.g. for covering buildings with solar heat collectors forming substantially planar assemblies, e.g. of coplanar or stacked profiles
- F24S25/35—Arrangement of stationary mountings or supports for solar heat collector modules using elongate rigid mounting elements extending substantially along the supporting surface, e.g. for covering buildings with solar heat collectors forming substantially planar assemblies, e.g. of coplanar or stacked profiles by means of profiles with a cross-section defining separate supporting portions for adjacent modules
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F24—HEATING; RANGES; VENTILATING
- F24S—SOLAR HEAT COLLECTORS; SOLAR HEAT SYSTEMS
- F24S25/00—Arrangement of stationary mountings or supports for solar heat collector modules
- F24S25/60—Fixation means, e.g. fasteners, specially adapted for supporting solar heat collector modules
- F24S25/61—Fixation means, e.g. fasteners, specially adapted for supporting solar heat collector modules for fixing to the ground or to building structures
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F24—HEATING; RANGES; VENTILATING
- F24S—SOLAR HEAT COLLECTORS; SOLAR HEAT SYSTEMS
- F24S25/00—Arrangement of stationary mountings or supports for solar heat collector modules
- F24S25/60—Fixation means, e.g. fasteners, specially adapted for supporting solar heat collector modules
- F24S2025/6005—Fixation means, e.g. fasteners, specially adapted for supporting solar heat collector modules by screwed connection
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F24—HEATING; RANGES; VENTILATING
- F24S—SOLAR HEAT COLLECTORS; SOLAR HEAT SYSTEMS
- F24S25/00—Arrangement of stationary mountings or supports for solar heat collector modules
- F24S2025/80—Special profiles
- F24S2025/801—Special profiles having hollow parts with closed cross-section
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y02—TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
- Y02B—CLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES RELATED TO BUILDINGS, e.g. HOUSING, HOUSE APPLIANCES OR RELATED END-USER APPLICATIONS
- Y02B10/00—Integration of renewable energy sources in buildings
- Y02B10/10—Photovoltaic [PV]
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y02—TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
- Y02B—CLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES RELATED TO BUILDINGS, e.g. HOUSING, HOUSE APPLIANCES OR RELATED END-USER APPLICATIONS
- Y02B10/00—Integration of renewable energy sources in buildings
- Y02B10/20—Solar thermal
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y02—TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
- Y02E—REDUCTION OF GREENHOUSE GAS [GHG] EMISSIONS, RELATED TO ENERGY GENERATION, TRANSMISSION OR DISTRIBUTION
- Y02E10/00—Energy generation through renewable energy sources
- Y02E10/40—Solar thermal energy, e.g. solar towers
- Y02E10/47—Mountings or tracking
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y02—TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
- Y02E—REDUCTION OF GREENHOUSE GAS [GHG] EMISSIONS, RELATED TO ENERGY GENERATION, TRANSMISSION OR DISTRIBUTION
- Y02E10/00—Energy generation through renewable energy sources
- Y02E10/50—Photovoltaic [PV] energy
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Sustainable Development (AREA)
- Sustainable Energy (AREA)
- Thermal Sciences (AREA)
- Physics & Mathematics (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Architecture (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Roof Covering Using Slabs Or Stiff Sheets (AREA)
- Photovoltaic Devices (AREA)
Description
Korte aanduiding: Montagesysteem voor het op een bouwwerk bevestigen van een fotovoltaïsch systeem, bouwwerk omvattende dit montagesysteem en werkwijze voor het bevestigen van een montagesysteem op een bouwwerk 5
Beschrijving
De uitvinding heeft betrekking op een montagesysteem voor het op een bouwwerk bevestigen van een fotovoltaïsch paneel, het montagesysteem 10 omvattende een op het bouwwerk bevestigbaar langwerpig hoofdprofiel met een steunprofieldeel dat een paneelsteunvlak bepaalt waarop een fotovoltaïsch paneel plaatsbaar is.
Een dergelijk montagesysteem is bekend uit DE 10 2007 026 819 A1. De bekende inrichting omvat een profieldrager die met behulp van een 15 verbindingsplaat en een stokschroef aan een dak van een bouwwerk bevestigd is. Een zonnepaneel is op de profieldrager geplaatst door middel van een klemhouder die op het profiel geschroefd wordt. De stokschroef omvat een langwerpig aslichaam met aan een onderzijde daarvan een draadwinding waarmee de bevestiging met het dak tot stand kan komen. Aan een bovenzijde van het aslichaam is een draad met 20 een aanslag voorzien, waarop een moer schroefbaar is, zodanig dat de verbindingsplaat tussen de aanslag en de moer bevestigd kan worden. De verbindingsplaat wordt op diens beurt weer door middel van een bout en moer aan een onderzijde van de profieldrager bevestigd.
Het is een nadeel van het bekende montagesysteem, dat het 25 bevestigen van met name het hoofdprofiel op een bouwwerk relatief moeilijk is. Voor de bevestiging dienen immers enkele schroefonderdelen nauwkeurig met elkaar verbonden te worden. Daarbij is de beschikbare ruimte voor bijvoorbeeld een hand van de persoon die het montagesysteem bevestigt relatief klein. Aanvullend nadeel is dat het uitlijnen van het zonnepaneel met het bekende montagesysteem relatief 30 omslachtig is.
Het is derhalve een doel van de onderhavige uitvinding om een montagesysteem van de hierboven genoemde soort te verschaffen, waarmee het op een bouwwerk bevestigen van een fotovoltaïsch paneel, met een gewenste uitlijning eenvoudiger is.
2
Met dit doel voor ogen, verschaft de uitvinding een montagesysteem volgens conclusie 1. Het montagesysteem volgens de uitvinding omvat een op het bouwwerk bevestigbaar langwerpig hoofdprofiel en een op dwarse afstand daarvan plaatsbaar verder langwerpig hoofdprofiel dat in hoofdzaak parallel aan het 5 hoofdprofiel plaatsbaar is. Het hoofdprofiel omvat bij voorkeur een in hoofdzaak constante dwarsdoorsnede over diens lengte, is op bijzonder eenvoudige wijze te vervaardigen in een extrusie-proces (alhoewel ook andere productiemethoden denkbaar zijn), en kan vervaardigd zijn van een metaal (aluminium of staal) of een kunststof. Het hoofdprofiel en het verdere hoofdprofiel omvatten respectievelijk een 10 steunprofieldeel en een verder steunprofieldeel, waarmee bedoeld wordt dat deze profieldelen zijn ingericht voor het daarop steunen van ten minste een gedeelte van een of meer fotovoltaïsche panelen. Het steunprofiel-deel en het verder steunprofieldeel bepalen een paneelsteunvlak waarop het fotovoltaïsch paneel, of een ander paneel, plaatsbaar is. Met andere woorden, het hoofdprofiel en het 15 verdere hoofdprofiel zijn zodanig ingericht, dat delen van dit profiel dienst doen als paneelsteunvlak waarop het fotovoltaïsch paneel plaatsbaar is, althans in de bevestigde toestand van het hoofdprofiel en het verdere hoofdprofiel. Het hoofdprofiel omvat een zich tussen het bouwwerk en het paneelsteunvlak bevindend bevestigingsprofieldeel waarmee het hoofdprofiel met het bouwwerk, of een 20 onderdeel daarvan, zoals een tussenplaat, verbindbaar is. Het bevestigingsprofieldeel is bij voorkeur een integraal onderdeel van het hoofdprofiel, en hoeft derhalve dus niet, zoals bij de bekende stand van de techniek, apart met het hoofdprofiel verbonden te worden. Het montagesysteem omvat verder een bevestigingsorgaan dat zodanig is ingericht dat het hoofdprofiel met behulp van het 25 bevestigingsprofieldeel en het bevestigings-orgaan rechtstreeks met het bouwwerk, of een onderdeel daarvan, verbindbaar is. Daarbij is het bevestigingsorgaan zodanig ingericht dat deze rechtstreeks in aangrijping is met zowel het bevestigingsprofieldeel als met het bouwwerk. Op deze wijze is het mogelijk om het hoofdprofiel op een gewenste hoogte te plaatsen, eventueel onder gebruikmaking 30 van een of meer steunblokken, om vervolgens het bevestigingsorgaan in één handeling te bevestigen met het bevestigingsprofieldeel en het bouwwerk. Hierdoor kan middels één handeling het hoofdprofiel stevig verankerd worden met het bouwwerk, waarbij tegelijkertijd de gewenste afstand tussen het hoofdprofiel en het bouwwerk tot stand gebracht is. Bevestiging van het montagesysteem op het 3 bouwwerk op een gewenste hoogte is daarmee relatief eenvoudig. Een instelling van de hoogte, na bevestiging, is niet meer nodig. Daarmee is het doel van de onderhavige uitvinding bereikt.
In een uitvoering zijn de bevestigingsorganen volledig in een richting 5 vanaf het paneelsteunvlak bedienbaar. Dit betekent dat de gebruiker die op het bouwwerk zit, enkel van bovenaf toegang hoeft te hebben tot de bevestigingsorganen. De gebruiker hoeft bijvoorbeeld niet meer onder een plaat of profiel te werken, om een bevestiging of hoogte-instelling te verwezenlijken. Bevestiging en hoogte-verankering vinden in één keer plaats. Er is hiermee dus een 10 goede toegankelijkheid geschapen, waarmee het montagesysteem sneller op het bouwwerk bevestigbaar en instelbaar is.
In een uitvoering omvat het bevestigingsorgaan een langgerekt aslichaam, dat aan een met het bouwwerk, of een onderdeel daarvan, verbindbaar gedeelte voorzien is van een eerste schroefdraad, zoals bijvoorbeeld een 15 zelftappende schroefdraad, en dat aan een met het bevestigingsprofieldeel verbonden gedeelte voorzien is van een tweede schroefdraad. De eerste schroefdraad is ingericht om in aangrijping te zijn met het bouwwerk, of een onderdeel daarvan, en de tweede schroefdraad is ingericht om in aangrijping te zijn met het bevestigingsprofieldeel. Toepassing van een bout op de tweede 20 schroefdraad is niet noodzakelijk, aangezien de tweede schroefdraad is ingericht om rechtstreeks in aangrijping te zijn met het bevestigingsprofieldeel van het hoofdprofiel. De eerste schroefdraad zorgt aldus voor de bevestiging met het bouwwerk, bijvoorbeeld doordat deze aangrijpt in een gording van het bouwwerk, of een reeds daarop bevestigde tussenplaat, zoals later zal worden toegelicht. De 25 tweede schroefdraad zorgt voor de bevestiging met het hoofdprofiel, en tegelijkertijd voor de verankering van de hoogte daarvan, bijvoorbeeld doordat in het profiel een tapdraad voorzien is waarin de tweede schroefdraad aangrijpt, of doordat de tweede schroefdraad zelftappend is uitgevoerd. Met dit bevestigingsorgaan kan derhalve door middel van één handeling, namelijk het roteren/aandraaien van het 30 bevestigingsorgaan, een dubbele functie (bevestiging en hoogte-verankering) verkregen worden.
In een uitvoering zijn de eerste schroefdraad en de tweede schroefdraad voorzien van een althans in hoofdzaak gelijke spoed. Hiermee wordt een nauwkeurige bevestiging en verankering van de afstand mogelijk, zonder dat er 4 schade aan het profiel optreedt. Het hoofdprofiel wordt hiertoe op de gewenste hoogte gehouden, bijvoorbeeld onder gebruikmaking van een of meer steunblokken, waarna het bevestigingsmiddel in het hoofdprofiel en het bouwwerk geschroefd kunnen worden.
5 In een uitvoering, is de diameter van de tweede schroefdraad groter dan een diameter van de eerste schroefdraad. De tweede schroefdraad doet dienst als bevestigingsmiddel, om het bevestigingsorgaan met het bevestigingsprofieldeel te bevestigen. De eerste schroefdraad, die bijvoorbeeld een zelftappende schroefdraad is, wordt gebruikt voor bevestiging met het bouwwerk, bijvoorbeeld een 10 houten gording van het bouwwerk, en of een dunwandige stalen ondergrond, bijvoorbeeld met een dikte tot 5 mm, zoals 3 mm. Doordat de diameter van de eerste schroefdraad kleiner is dan de diameter van de tweede schroefdraad, kan de eerste schroefdraad eenvoudig door een in het bevestigingsprofieldeel gevormd gat geschoven worden, om vervolgens in aangrijping te komen met het bouwwerk. Bij 15 verder aandraaien zal op een gegeven moment de tweede schroefdraad in de richting van het bevestigingsprofieldeel bewegen, en daarmee in contact komen. Op dat moment zal de tweede schroefdraad in aangrijping komen met het bevestigingsprofieldeel, waarmee de verankering heeft plaatsgevonden, en de hoogte gefixeerd is. De uitvoering met verschillende diameters, zorgt ervoor dat een 20 bevestiging vanaf de bovenzijde van het hoofdprofiel, welke bovenzijde normaal gesproken goed toegankelijk is voor de gebruiker, mogelijk is.
In een uitvoering heeft de tweede schroefdraad, gezien vanaf de eerste schroefdraad in de richting van de tweede schroefdraad, een toenemende diameter. Bij voorkeur heeft de tweede schroefdraad bij het begin een diameter die 25 overeenkomt met de diameter van het langgerekt aslichaam. Naar boven toe, dat wil zeggen in een richting weg van de eerste schroefdraad, zal de diameter van de tweede schroefdraad toenemen. Dit betekent dat, bij de hierboven beschreven werkwijze, een relatief dun gedeelte van de schroefdraad initieel in aanraking komt met het gat in het bevestigingsprofieldeel. Bij een verder draaien zal de diameter van 30 de tweede schroefdraad toenemen, waardoor deze geleidelijk in aangrijping komt met de randen van het gat in het bevestigingsprofieldeel. Hiermee wordt dus een geleidelijke aangrijping van de tweede schroefdraad met het bevestigingsprofieldeel verkregen. Het bevestigingsorgaan snijdt met de taps toelopende tweede schroefdraad goed in de iets kleiner uitgevoerde boring van het 5 bevestigingsprofieldeel. Het bevestigingsprofieldeel kan verder voorzien zijn van zijwangen waarin het bevestigingsorgaan zelftappend kan aangrijpen. In dat geval snijdt het bevestigingsorgaan dan ook in de zijwangen waardoor er meer stabiliteit ontstaat. Het is uit proeven gebleken dat de stabiliteit en de uittrekwaarden van de 5 schroef met 25% tot 50% wordt verhoogd. De uittrekwaarden van de schroef worden door de zijwangen verhoogd. Opgemerkt wordt daarbij dat de tweede schroefdraad niet een volledig toenemende diameter hoeft te bezitten, maar dat deze ook slechts een gedeelte met een toenemende diameter kan bezitten, waarna een constante diameter van de schroefdraad, die is aangepast aan het gat in het 10 bevestigingsprofieldeel, volgt.
Het bevestigingsorgaan kan bijvoorbeeld van RVS gemaakt zijn, en het profiel van aluminium.
In een uitvoering omvat de tweede schroefdraad een of meer onderbrekingen in de schroefdraad. Deze onderbrekingen van de schroefdraad, dat 15 wil zeggen onderbrekingen in de uitstulpingen, zorgen ervoor dat eventueel verspanend materiaal van het bevestigingsprofieldeel op eenvoudige wijze weggevoerd kan worden. Daarnaast zorgen de onderbrekingen voor een verhoogde weerstand tegen losdraaien. De onderbrekingen zijn bij voorkeur voorzien op een gedeelte van de tweede schroefdraad dat relatief dichter bij de eerste schroefdraad 20 gelegen is. Deze onderbrekingen kunnen bijvoorbeeld in een hierboven beschreven taps toenemend deel van de tweede schroefdraad voorzien zijn, en bijvoorbeeld juist afwezig zijn op het gedeelte met de constante diameter.
In een uitvoering is het hoofdprofiel middels een veelheid in longitudinale richting van het hoofdprofiel op afstand van elkaar geplaatste 25 bevestigingsorganen verbonden met het bouwwerk. Bij toepassing van bijvoorbeeld twee bevestigingsorganen die bijvoorbeeld aan twee tegenover elkaar gelegen uiteinden van het hoofdprofiel voorzien zijn, is het mogelijk om een verbeterde verankering te krijgen. Toepassing van verdere bevestigingsorganen is uiteraard denkbaar, waarbij deze verdere bevestigingsorganen zorgen voor de benodigde 30 sterkte van de bevestiging van het hoofdprofiel op het bouwwerk.
In een mogelijke uitvoeringsvorm omvat het hoofdprofiel, in een dwarsdoorsnede gezien, een L-vormig profieldeel, waarbij de basis van de “L” ten minste een gedeelte van het paneelsteunvlak vormt. Een dergelijk L-vormig profieldeel is relatief eenvoudig te fabriceren, en vormt een ideaal profieldeel voor 6 het ondersteunen van het fotovoltaïsch paneel. Het L-vormig profieldeel vormt hier aldus het steunprofieldeel.
In een uitvoering, strekt een been van de “L” zich vanaf de basis onder een hoek met die basis in een richting weg van het bouwwerk uit. Het been 5 strekt zich aldus bij voorkeur naar boven toe uit. Het been van de “L” begrenst daarbij randen van het paneelsteunvlak.
In een uitvoering is de hoek 90°, waarbij het been van de “L” een aanslagvlak vormt dat het paneelsteunvlak begrenst. Hiermee wordt het dus mogelijk om het fotovoltaïsch paneel bijvoorbeeld nauw aansluitend op het been van de “L” te 10 plaatsen. Daarbij is het bijzonder voordelig, dat met de bevestigingsorganen op eenvoudige wijze een bevestiging en hoogte-verankering mogelijk is, zodat op eenvoudige en snelle wijze een bevestiging en goede uitlijning van het L-vormige profieldeel mogelijk is, en er dus een goede aansluiting is tussen het fotovoltaïsch paneel en het profieldeel.
15 In een uitvoering, strekt het been van “L” zich, in een geplaatste toestand van het fotovoltaïsch paneel, tot boven een bovenzijde van dit fotovoltaïsch paneel uit. Het is daarbij ook denkbaar dat het paneel zich tot aan de bovenzijde van het fotovoltaïsch paneel uitstrekt. In dit geval is het denkbaar dat het fotovoltaïsch paneel nauw aansluit op het been van de “L” van het hoofdprofiel, en in lijn ligt 20 daarmee. Aan de bovenzijde is dan een mogelijkheid, om een waterdichte kering van bijvoorbeeld rubber tussen het hoofdprofiel en het fotovoltaïsch paneel te voorzien.
Het fotovoltaïsch paneel is op eenvoudige wijze bevestigbaar aan het montagesysteem, wanneer het profieldeel aan een van het bouwwerk afgekeerde zijde voorzien is van een haakvormig profieldeel, waarin een klemorgaan plaatsbaar 25 is voor het daarmee aan het profieldeel bevestigen van het fotovoltaïsch paneel. Dit haakvormig profieldeel bevindt zich bij voorkeur boven, en op zijwaartse afstand van, het been van de “L”.
Het is belangrijk dat condenswater, of ander vocht, zoals doorsijpelend regenwater, op eenvoudige en doeltreffende wijze af te voeren is. 30 Derhalve omvat het montagesysteem in een uitvoering een U-vormig gootprofieldeel in het hoofdprofiel, dat onder het paneelsteunvlak geplaatst is voor het afvoeren van vocht, zoals condenswater of doorgesijpeld regenwater.
Een compact systeem wordt verkregen, wanneer een eerste been van de “U” verbonden is met het steunprofieldeel.
7
In een verdere compacte uitvoering is een tweede been van de “U” verbonden met het bevestigingsprofieldeel.
Met bovenstaande wordt duidelijk dat het L-vormige profieldeel rechtstreeks kan overgaan in een U-vormig profieldeel om vervolgens rechtstreeks 5 over te gaan in het bevestigingsprofieldeel.
Voor een verdere versteviging van het montagesysteem, is het denkbaar dat tussen het hoofdprofiel en het verdere hoofdprofiel een traverseprofiel voorzien is.
Dit traverseprofiel kan op doeltreffende wijze gebruikt worden voor 10 het afvoeren van vocht, zoals condenswater, indien dit traverseprofiel een in dwarsdoorsnede gezien U-vormig gootprofieldeel omvat, dat naar het U-vormig gootprofieldeel van het hoofdprofiel leidt.
Het hoofdprofiel is verder op doeltreffende wijze te gebruiken als steun voor ten minste twee naast elkaar te plaatsen fotovoltaïsche panelen, wanneer 15 het hoofdprofiel in dwarsdoorsnede gezien in hoofdzaak spiegelsymmetrisch is. Daarbij geldt dat er sprake is van links-rechtssymmetrie. Het montagesysteem omvat dan twee naast elkaar geplaatste steunprofieldelen, die bij voorbeeld L-vormig zijn uitgevoerd, waarbij de benen van de “L” parallel aan elkaar zijn, en waarbij de basis van de “L”, relatief ten opzichte van elkaar, zich in verschillende richtingen vanaf het 20 been van de “L” uitstrekken. Tussen de basis van de “L” en het bouwwerk zijn aan weerszijden van het hoofdprofiel, de bevestigingsprofieldelen voorzien. Deze zijn bij voorkeur ook op zijdelingse afstand van de basis van de “L” geplaatst, zodanig dat er een goede toegankelijkheid is. Elk van de bevestigingsprofieldelen is middels een bevestigingsorgaan rechtstreeks met het bouwwerk verbindbaar, waarbij nog steeds 25 geldt dat met het bevestigingsorgaan ook een verankering van de hoogte van het steunprofieldeel mogelijk is.
Volgens een aspect van de uitvinding wordt een bouwwerk verschaft met een montagesysteem zoals hierboven omschreven.
In een uitvoering omvat het bouwwerk een hellende bovenzijde 30 waarop het montagesysteem voorzien is, waarbij het hoofdprofiel zich in de richting van de gradiënt van de bovenzijde uitstrekt. Het hoofdprofiel loopt dus van boven naar beneden.
Het bouwwerk kan een gebouw zijn, zoals een huis, stal, loods, carport en dergelijke, en het montagesysteem is bij voorkeur bevestigd op het dak 8 van het bouwwerk. In een bijzondere uitvoering vormt het montagesysteem met ten minste een fotovoltaïsch paneel zelf het dak van het bouwwerk. Met name een uitvoering waarin een waterdichte kering tussen het hoofdprofiel en het ten minste ene fotovoltaïsche paneel voorzien is, is hiervoor geschikt.
5 Het montagesysteem is echter ook geschikt voor een geveltoepassing, waarbij het paneel op de gevel van het bouwwerk geplaatst dient te worden.
Volgens een aspect van de uitvinding wordt voorzien in een set van onderdelen voor het vormen van een bouwwerk zoals hierboven omschreven. Deze 10 onderdelenset omvat een of meer van de hierboven reeds toegelichte onderdelen van het montagesysteem zoals hierboven omschreven.
De onderdelenset omvat in een uitvoering ten minste twee hoofdprofielen, alsmede een veelheid bevestigingsorganen.
Aanvullend kan de onderdelenset voorzien zijn van ten minste een 15 traverseprofiel.
Volgens een aspect van de uitvinding wordt een werkwijze voor het plaatsen van een fotovoltaïsch paneel op een bouwwerk verschaft, de werkwijze omvattende de stap van het verschaffen van een montagesysteem volgens de uitvinding, waarbij de werkwijze de stappen omvat van: 20 - het plaatsen van het hoofdprofiel op een gewenste afstand van het bouwwerk; - Het in aangrijping brengen van het bevestigingsorgaan met zowel het bevestigingsprofieldeel als het bouwwerk voor het verankeren van de afstand tussen het hoofdprofiel en het bouwwerk; 25 - het op het steunprofieldeel plaatsen van het fotovoltaïsch paneel.
Daarbij is het denkbaar, dat het hoofdprofiel door middel van een hulpmiddel op de gewenste afstand gehouden wordt. Dit hulpmiddel kan een steunblok zijn, bijvoorbeeld.
30 De uitvinding zal navolgend nader worden toegelicht aan de hand van enkele figuren, waarin tonen:
Figuur 1 een dwarsdoorsnede van het hoofdprofiel voor een montagesysteem volgens de onderhavige uitvinding; 9
Figuur 2 een dwarsdoorsnede van het traverseprofiel voor het montage systeem volgens de onderhavige uitvinding;
Figuur 3 een zijaanzicht van een bevestigingsorgaan voor het montage systeem volgens de onderhavige uitvinding; 5 Figuur 4 een dwarsdoorsnede van het hoofdprofiel in een geplaatste toestand, met daarbij een fotovoltaïsch paneel in een geplaatste toestand;
Figuur 5 een dwarsdoorsnede van het hoofdprofiel in een bevestigde toestand; 10 Figuur 6 een aanzicht in perspectief van een werkwijze voor het plaatsen van een montagesysteem op een bouwwerk, onder gebruikmaking van een tussenplaat.
Figuur 1 toont een dwarsdoorsnede door het hoofdprofiel 11 van 15 een montagesysteem volgens de onderhavige uitvinding, voor het op een bouwwerk bevestigen van een fotovoltaïsch paneel. Het hoofdprofiel is in hoofdzaak spiegelsymmetrisch rondom een centrale as uitgevoerd. Een dergelijke uitvoering is echter niet noodzakelijk. Het hoofdprofiel omvat een aantal profieldelen 20, 24, 38 aan een rechterzijde alsmede een aantal profieldelen 30, 34, 38 aan een linkerzijde. 20 Dicht bij de centrale as is een L-vormig profieldeel 20, 30 gelegen, met een basis 22, 32 en een been 21, 31 van de “L”. de basis van de “L” 22, 32 vormt daarbij een steunoppervlak waarop het fotovoltaïsch paneel rechtstreeks, of indirect, plaatsbaar is. Verbonden met de basis is een U-vormig profieldeel 24, 34. Dit profieldeel 24, 34 is verbonden met de basis van de “L” 22, 32, en wel met het uiteinde dat verwijderd 25 is van het been 21, 31 van de “L”. dit U-vormig profieldeel omvat een schuine wand 24, 34 een basis 25, 35 en een rechtopstaande wand 26, 36. Het eerste been 23, 33 van de “U” verbindt de basis 22, 32 van de “L” met de basis 25, 35 van de “U”. Het tweede been 26, 36 strekt zich vanaf de basis naar boven toe uit. Aan de bovenzijde van dit tweede been 26, 36, strekt zich een bevestigingsprofieldeel 38, in de vorm 30 van een bevestigingsplaat 27, 37 verder naar buiten toe uit. In de getoonde uitvoeringsvorm is de bevestigingsplaat 27, 37 in hoofdzaak parallel aan de basis 22, 32 van de “L” uitgevoerd. Aan de bovenzijde van het hoofdprofiel is een haakvormig element, hier globaal aangegeven met 43, voorzien. Dit haakvormig element kan gebruikt worden voor het inklemmen van het fotovoltaïsch paneel op het hoofdprofiel 10 11, waarbij een niet getoond klemorgaan gebruikt. Nabij de centrale as zijn verder profieldelen 41, 42 voorzien, die het hoofdprofiel moeten verstevigen, en die zorgen voor de stijfheid van het profiel onder het paneel. Aan een onderzijde van het hoofdprofiel is verder een opneemopening 40 voorzien, die indien gewenst gebruikt 5 kan worden voor het daarin plaatsen van een bout en een moer, om op deze wijze een voorbevestiging tot stand te brengen, of om te gebruiken om een lamp, elektra of een goot en dergelijke op te hangen. Ook is het mogelijk om een goot hieraan te bevestigen.
Figuur 2 toont een dwarsdoorsnede van een traversepaneel voor 10 een montagesysteem volgens de onderhavige uitvinding. Dit traversesysteem kan tussen twee hoofdprofielen 11 bevestigd worden. Het strekt zich daarbij bij voorkeur in hoofdzaak in dwarse richting op het hoofdprofiel uit. Het traverseprofiel 12 is ook in hoofdzaak spiegelsymmetrisch uitgevoerd, maar dit is echter niet noodzakelijk. Het is bijvoorbeeld denkbaar om slechts een zijde van het hier getoonde 15 traverseprofiel 12 te gebruiken. Een dergelijk traverseprofiel zou gebruikt kunnen worden als randprofiel. Het traverseprofiel 12 omvat aan de rechterzijde van daarvan een in hoofdzaak U-vormig gevormde goot 55, die bestaat uit een basis 52, twee rechtopstaande wanden 51, 54 en een omgeflensde rand 53. Aan de linkerzijde is ook een U-vormig gootdeel 65 gevormd, bestaande uit twee rechtopstaande wanden 20 61, 64, die zich vanaf een basis 62 uitstrekken, en waarbij de meest buitenste wand 64 een zich naar binnen toe strekkende wand 63 bezit. Nabij de centrale as van het traverseprofiel 12 zijn verbindingsstukken 72, 73 voorzien, en aan een bovenzijde zijn wederom de haakvormige randen 71 zichtbaar.
Figuur 3 toont een zijaanzicht van een bevestigingsorgaan 13 voor 25 het montagesysteem volgens de onderhavige uitvinding. Dit bevestigingsorgaan is plaatsbaar op het bevestigingsprofieldeel van het hoofdprofiel zoals getoond in figuur 1. Dit bevestigingsorgaan omvat een langwerpig aslichaam 81, dat aan een onderzijde voorzien is van een eerste schroefdraad 82, en dat aan een bovenzijde daarvan voorzien is van een tweede schroefdraad. De eerste schroefdraad 82 omvat 30 hier een zelftappende draadwinding 84. De tweede schroefdraad 83 omvat een tweede draadwinding 88, met eenzelfde spoed als de eerste draadwinding. Vanaf de eerste schroefdraad 82 gezien, loopt de tweede schroefdraad 83 naar boven toe taps naar buiten uit. Ter plaatse van het aslichaam 81 bezit de tweede schroefdraad dus een diameter die ongeveer gelijk is aan de diameter van het aslichaam 81, en 11 naar boven toe, wordt de diameter van de schroefdraad 83 steeds breder. Er is dus een gedeelte 85 met een toenemende diameter van de schroefdraad. Aan de bovenzijde is de diameter, in een gedeelte 86 van de schroefdraad 83, constant. In het tapse gedeelte 85 van de tweede schroefdraad 83 zijn een aantal 5 onderbrekingen 89 in de draad 88 voorzien. Aan het bovenste uiteinde 87 van het bevestigingsorgaan 13 is een bedieningselement 87 voorzien, in de vorm van een holte in het uiteinde, welke holte bijvoorbeeld een kop van een schroevendraaier of een inbussleutel kan opnemen. Met het bedieningsorgaan is het dus mogelijk om het bevestigingsorgaan 13 in te schroeven en/of uit te schroeven. Om ongewenst 10 losnemen tegen te gaan, kan een specifieke vorm voor de holte gekozen worden, zodat alleen specifieke gereedschappen of sleutels bruikbaar zijn voor het bedienen van het bevestigingsorgaan.
Figuur 4a toont een dwarsdoorsnede door een hoofdprofiel 11 in een bevestigde toestand van het systeem 1. Het hoofdprofiel is daarbij op een 15 bouwwerk 2 geplaatst, doordat het bevestigingsorgaan 13 met diens eerste schroefdraad in het bouwwerk 2 geschroefd is, en met diens tweede schroefdraad in het bevestigingsprofieldeel 38 voorzien is. Het is denkbaar dat tussen het bouwwerk en het hoofdprofiel 11 een isolerende laag 3 voorzien is, alhoewel dit niet noodzakelijk is. Op het L-vormig profieldeel 20 is het fotovoltaïsch paneel geplaatst, 20 in het getoonde voorbeeld met behulp van een tussenstuk 5. Toepassing van dit tussenstuk 5 is echter niet noodzakelijk, maar hangt af van het type paneel dat geplaatst moet worden. In deze geplaatste toestand is te zien dat het bevestigingsprofieldeel 38 zich tussen het bouwwerk 2 en het paneelsteunvlak, hier gevormd door de basis van het L-vormig profieldeel 20, gelegen is. Tussen het 25 steunprofieldeel 20 en het bevestigingsdeel 38 is het U-vormig profieldeel 24 gelegen. Dit profieldeel 24 is onder het fotovoltaïsch paneel voorzien, en zorgt ervoor dat condenswater, of ander vocht, kan wegvloeien.
Figuur 4b toont een dwarsdoorsnede door het montagesysteem 1 op een andere axiale positie van het hoofdprofiel 11. Hier is tevens een 30 langsdoorsnede door het traverseprofiel 12 te zien. Het traverseprofiel is aan een uiteinde voorzien van een uitsparing, zodanig dat het eindstuk op of nabij het paneelsteunvalk geplaatst kan worden, en de onderzijde van het traverseprofiel op het bevestigingsprofieldeel 38 plaatsbaar is. De haakvormige randen 43, 70 van respectievelijk het hoofdprofiel 11 en van het traverseprofiel 12 zijn daarbij op 12 dezelfde hoogte gelegen. Ze begrenzen daarbij de randen van het fotovoltaïsch paneel, zodat met haakmiddelen deze fotovoltaïsche panelen eenvoudig bevestigd kunnen worden. De uitsparing in het traverseprofiel is zodanig voorzien, dat een uiteinde van het traverseprofiel aan de onderzijde daarvan, uitkomt in de U-vormige 5 goot 24 van het hoofdprofiel. Dit betekent dat condenswater, of ander vocht, via het traverseprofiel naar de U-vormige goot 24 voerbaar is.
Na bevestiging van het hoofdprofiel, het traverseprofiel en de fotovoltaïsche panelen, is het denkbaar dat een waterdichte kering wordt voorzien aan de bovenzijde, bijvoorbeeld door toepassing van een materiaallaag, zoals 10 bijvoorbeeld rubber, of metaal, op de overgang tussen de haakdelen 43, 70 en het fotovoltaïsch paneel 4.
Zoals hierboven duidelijk is geworden, kan met het bevestigings-orgaan, het hoofdprofiel 11 op snelle en eenvoudige wijze met het bouwwerk 2 bevestigd worden, en vervolgens ook op de gewenste hoogte, en gewenste 15 kantelhoek gehouden worden, doordat het bevestigingsmiddel rechtstreeks in aangrijping is met het bevestigingsprofieldeel en het bouwwerk. Daarmee is het met het montagesysteem volgens de onderhavige uitvinding relatief eenvoudig om een fotovoltaïsch paneel op een bouwwerk te bevestigen.
Fig. 5 toont een aanzicht in doorsnede van het hoofdprofiel in een 20 op het dak 2 bevestigde toestand. Daartoe zijn de bevestigingsorganen 13, 13’, zoals ook getoond in Fig. 3, in de bevestigingsprofieldelen 28, 38 van het hoofdprofiel 11 geschroefd met behulp van de tweede schroefdraad 87, 87’. De eerste schroefdraad 85, 85’ van het bevestigingsorgaan 13, 13’ is in bijvoorbeeld een zich schuin uitstrekkende gording 2 van de dakinrichting geschroefd. Hier is te 25 zien dat het hoofdprofiel daarbij in hoofdzaak horizontaal geplaatst is, zodat het hoofdprofiel onder een hoek α staat met de gording 2. De kantelhoek α kan bepaald worden, doordat het hoofdprofiel op zijn plek gehouden wordt, waarna de bevestigingsorganen 13, 13’ in het profiel gedraaid worden. Daarbij kan het relatief dunne gedeelte van het bevestigingsorgaan 13, 13’ door een in het 30 bevestigingsprofieldeel 28, 38 voorzien gat gevoerd worden, om vervolgens in de gording 2 aan te grijpen en daar zelftappend ingedraaid te worden. Ongeveer tegelijkertijd zal het relatief dikke gedeelte 83, 83’ van het bevestigingsorgaan 13, 13’ in aanraking komen met de zijwangen 128, 129, 138, 139 die zich vanaf het horizontale gedeelte van het bevestigingsprofieldeel 28, 38, in hoofdzaak loodrecht 13 in een richting naar een onderzijde van het hoofdprofiel 11 uitstrekken. De tweede schroefdraad 83, 83’ zal dan in aangrijping komen met die zijwangen 128, 129, 138, 139, en daarmee op zelftappende wijze in aangrijping komen. Hierdoor zorgt het bevestigingsorgaan voor een stevige verbinding tussen het bouwwerk en het 5 hoofdprofiel, die op eenvoudige wijze te voorzien is.
Het is denkbaar dat het montagesysteem gebruikt wordt om het fotovoltaïsch paneel op een reeds bestaand dak van het bouwwerk te bevestigen. Dit is een zogeheten opdak-montage. Ook een indak-montage is mogelijk met het montagesysteem volgens de onderhavige uitvinding. Het montagesysteem wordt dan 10 gebruikt voor het bevestigen van een fotovoltaïsch paneel of een ander paneel, zoals een doorzichtig paneel (glas), op een bouwwerk, waarbij in de geplaatste toestand, een dakconstructie verkregen wordt met dit fotovoltaïsch paneel. Een dergelijk indaksysteem levert een aanzienlijke gewichtsbesparing ten opzichte van reeds bekende systemen.
15 Fig. 6 toont een aanzicht van een dakinrichting 1, omvattende enkele gordingen 2 waarop een onderdak 3 voorzien is. Om een goede afdichting te krijgen, wordt daarbij bij voorkeur een werkwijze toegepast, die nader zal worden toegelicht aan de hand van Fig. 6. Bevestiging kan in de getoonde uitvoering plaats vinden via een op het bouwwerk 1 te bevestigen tussenplaat 5, die bijvoorbeeld op 20 een gording 2 van het bouwwerk geschroefd 6 of anderszins bevestigd kan worden. Op de tussenplaat 5 wordt dan het bevestigingsorgaan 13 volgens de uitvinding bevestigd. In de getoonde uitvoeringsvorm worden op het onderdak, bij voorkeur van beneden naar boven, telkens een baan 4 van een dakdekkingsmateriaal voorzien, waarop telkens aan een bovenzijde van die baan 4 enkele tussenplaten 5, 25 bijvoorbeeld op regelmatige onderlinge afstand van elkaar, bevestigd worden, ter plaatse van de gording 2. Er kan gebruik gemaakt worden van een kunststof (zoals PVC) dakdekking als dakdekkingsmateriaal 4, voor zowel platte daken als schuine daken, die als onderlaag dient voor het verkrijgen van een waterdichte kering. Deze kunststof laag is eenvoudig rond schoorstenen, dakvensters, koepels en andere 30 bijzondere opbjecten op het bouwwerk 1 toe te passen.
Na het plaatsen van de eerste, bijvoorbeeld onderste baan, wordt een hoger gelegen baan 4 zodanig geplaatst, dat een onderste gedeelte 4a van die hoger gelegen baan overlapt met het bovenste gedeelte van de tussenplaten 5. Op deze wijze wordt een goede waterdichting verkregen. Op de tussenplaten 5 kan dan 14 vervolgens een hoofdprofiel 11 bevestigd worden, zoals hiervoor reeds toegelicht, met de uitzondering dat de schroefdraad van het bevestigingsmiddel 13 niet aangrijpt in de gording 2, maar juist in de tussenplaat 5. Het hoofdprofiel strekt zich dan bij voorkeur dwars op de gordingen 2 uit, en loopt dus van boven naar beneden.
5 Aan een bovenzijde kan een eindprofiel 19 voorzien zijn.
Een algemene werkwijze voor het plaatsen van een indak-montagesysteem volgens de onderhavige uitvinding omvat aldus de stappen van: - Het aanbrengen van een dakbekledingslaag 4, 4a, door middel van het horizontaal uitrollen van de rol en het vervolgens vastzetten van de laag.
10 - Het van onder naar boven dakpansgewijs voorzien van een overlapping 4a tussen aangrenzende dakbekledingslagen 4, waarbij de overlap 4a voorzien is ter hoogte van een bevestigingspunt 2 met het bouwwerk, zoals bijvoorbeeld een gording 2 van het dak; - Het aanbrengen van een montageplaat (tussenplaat 5) op de gording 2, net 15 onder de “overlap” 4a; - Het vastzetten van het hoofdprofiel 11 op de montageplaat (tussenplaat 5), onder gebruikmaking van de bevestigingsorganen 13.
Het moge duidelijk zijn voor de vakman dat de uitvinding hierboven is toegelicht aan de hand van enkele uitvoeringsvormen die de voorkeur genieten.
20 De uitvinding is echter niet beperkt tot deze uitvoeringsvormen. De gevraagde bescherming wordt bepaald door de navolgende conclusies.
25
Claims (24)
1. Montagesysteem voor het op een bouwwerk bevestigen van een fotovoltaïsch paneel, het montagesysteem omvattende een op het bouwwerk 5 bevestigbaar langwerpig hoofdprofiel en een op dwarse afstand daarvan plaatsbaar verder langwerpig hoofdprofiel dat in hoofdzaak parallel aan het hoofdprofiel plaatsbaar is, waarbij het hoofdprofiel een steunprofieldeel omvat, en waarbij het verdere hoofdprofiel een verder steunprofieldeel omvat, waarbij het steunprofieldeel en het verder steunprofieldeel een paneelsteunvlak bepalen waarop een of meer 10 fotovoltaïsche panelen plaatsbaar zijn, waarbij het hoofdprofiel een zich tussen het bouwwerk en het paneelsteunvlak geplaatst bevestigingsprofieldeel omvat waarmee het hoofdprofiel middels een integraal bevestigingsorgaan op afstand van het bouwwerk daarmee verbindbaar is, waarbij het bevestigingsorgaan is ingericht om rechtstreeks in aangrijping te zijn met zowel het bevestigingsprofieldeel als met het 15 bouwwerk voor het daarmee op een gewenste afstand van het bouwwerk verankeren van het steunprofieldeel van het hoofdprofiel.
2. Montagesysteem volgens conclusie 1, waarbij het bevestigingsorgaan volledig in een richting vanaf het paneelsteunvlak bedienbaar is.
3. Montagesysteem volgens conclusie 1 of 2, waarbij het 20 bevestigingsorgaan een langgerekt aslichaam omvat, dat aan een met het bouwwerk verbindbaar gedeelte voorzien is van een eerste schroefdraad, en dat aan een met het bevestigingsprofieldeel verbonden gedeelte voorzien is van een tweede schroefdraad.
4. Montagesysteem volgens conclusie 3, waarbij de eerste 25 schroefdraad en de tweede schroefdraad voorzien zijn van een in hoofdzaak gelijke spoed.
5. Montagesysteem volgens conclusie 3 of 4, waarbij een diameter van de tweede schroefdraad groter is dan een diameter van de eerste schroefdraad.
6. Montagesysteem volgens een van de conclusies 3-5, waarbij de 30 tweede schroefdraad, gezien vanaf de eerste schroefdraad in de richting van de tweede schroefdraad, een toenemende diameter heeft.
7. Montagesysteem volgens een van de conclusies 3-6, waarbij de tweede schroefdraad voorzien is van een of meer onderbrekingen.
8. Montagesysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het hoofdprofiel middels een veelheid in longitudinale richting van het hoofdprofiel op afstand van elkaar geplaatste bevestigingsorganen verbonden is met het bouwwerk.
9. Montagesysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het hoofdprofiel in een dwarsdoorsnede gezien L-vormig profieldeel omvat, waarbij de basis van de “L” ten minste een gedeelte van het paneelsteunvlak vormt.
10. Montagesysteem volgens conclusie 9, waarbij een been van de “L” zich vanaf de basis onder een hoek met die basis in een richting weg van het 10 bouwwerk uitstrekt.
11. Montagesysteem volgens conclusie 10, waarbij de hoek 90° is, waarbij het been van de “L” een aanslagvlak vormt dat het paneelsteunvlak begrenst.
12. Montagesysteem volgens conclusie 10 of 11, waarbij het been van 15 de “L” zich, in een geplaatste toestand van het fotovoltaïsch paneel, tot boven een bovenzijde van het fotovoltaïsch paneel uitstrekt.
13. Montagesysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het profieldeel aan een van het bouwwerk afgekeerde zijde voorzien is van een haakvormig profieldeel, waarin een klemorgaan plaatsbaar is voor het daarmee 20 aan het profieldeel bevestigen van het fotovoltaïsch paneel.
14. Montagesysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het hoofdprofiel in dwarsdoorsnede gezien een U-vormig gootprofieldeel omvat, dat onder het paneelsteunvlak geplaatst is voor het afvoeren van vocht, zoals condenswater.
15. Montagesysteem volgens conclusie 14, waarbij een eerste been van de “U” verbonden is met het steunprofieldeel.
16. Montagesysteem volgens conclusie 14 of 15, waarbij een tweede been van de “U” verbonden is met het bevestigingsprofieldeel.
17. Montagesysteem volgens een van de voorgaande conclusies, 30 waarbij zich tussen het hoofdprofiel en het verdere hoofdprofiel een traverseprofiel uitstrekt.
18. Montagesysteem volgens conclusie 17, waarbij het traverseprofiel een in dwarsdoorsnede gezien U-vormig gootprofieldeel omvat, dat naar het U-vormig gootprofieldeel van het hoofdprofiel leidt.
19. Montagesysteem volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het hoofdprofiel in dwarsdoorsnede gezien in hoofdzaak spiegelsymmetrisch is.
20. Bouwwerk, omvattende een montagesysteem volgens een van de 5 voorgaande conclusies.
21. Bouwwerk volgens conclusie 20, waarbij het bouwwerk een hellende bovenzijde omvat waarop het montagesysteem voorzien is, waarbij het hoofdprofiel zich in de richting van de gradiënt van de bovenzijde uitstrekt.
22. Samenstel van onderdelen voor het vormen van een bouwwerk 10 volgens conclusie 20 of 21, omvattende de onderdelen van het montagesysteem volgens een van de voorgaande conclusies 1 tot en met 18.
23. Samenstel van onderdelen volgens conclusie 22, omvattende ten minste twee hoofdprofielen, en ten minste een traverseprofiel, alsmede een veelheid bevestigingsorganen.
24. Werkwijze voor het plaatsen van een fotovoltaïsch paneel op een bouwwerk, omvattende de stap van het verschaffen van een montagesysteem volgens een van de conclusies 1 tot en met 18, waarbij de werkwijze de stappen omvat van: - het plaatsen van het hoofdprofiel op een gewenste afstand van het 20 bouwwerk; - Het in aangrijping brengen van het bevestigingsorgaan met zowel het bevestigingsprofieldeel als het bouwwerk voor het verankeren van de afstand tussen het hoofdprofiel en het bouwwerk; - het op het steunprofieldeel plaatsen van het fotovoltaïsch paneel. 25
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2009921A NL2009921C2 (nl) | 2012-12-03 | 2012-12-03 | Montagesysteem voor het op een bouwwerk bevestigen van een fotovoltaisch systeem, bouwwerk omvattende dit montagesysteem en werkwijze voor het bevestigen van een montagesysteem op een bouwwerk. |
EP13195491.9A EP2738822A1 (en) | 2012-12-03 | 2013-12-03 | Mounting system for installing a panel, such as a photovoltaic panel, on a building |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2009921 | 2012-12-03 | ||
NL2009921A NL2009921C2 (nl) | 2012-12-03 | 2012-12-03 | Montagesysteem voor het op een bouwwerk bevestigen van een fotovoltaisch systeem, bouwwerk omvattende dit montagesysteem en werkwijze voor het bevestigen van een montagesysteem op een bouwwerk. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2009921C2 true NL2009921C2 (nl) | 2014-06-04 |
Family
ID=47790445
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2009921A NL2009921C2 (nl) | 2012-12-03 | 2012-12-03 | Montagesysteem voor het op een bouwwerk bevestigen van een fotovoltaisch systeem, bouwwerk omvattende dit montagesysteem en werkwijze voor het bevestigen van een montagesysteem op een bouwwerk. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP2738822A1 (nl) |
NL (1) | NL2009921C2 (nl) |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US10505492B2 (en) | 2016-02-12 | 2019-12-10 | Solarcity Corporation | Building integrated photovoltaic roofing assemblies and associated systems and methods |
Citations (8)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE102007026819A1 (de) * | 2006-06-06 | 2007-12-20 | Leichtmetallbau Schletter Gmbh | Vorrichtung zur Befestigung einer Solaranlage auf einem Dach |
EP2023402A1 (fr) * | 2007-08-01 | 2009-02-11 | Tenesol | Profilé et dispositif de montage de panneaux photovoltaïques au sein d'une structure de bâtiment, et notamment d'une toiture, et structure de bâtiment intégrant ces éléments |
EP2278172A1 (de) * | 2009-07-20 | 2011-01-26 | Rogger Fasteners AG | Vorrichtung zum Befestigen eines Bauelementes in einem Abstand |
EP2333454A1 (de) * | 2009-11-25 | 2011-06-15 | Reich + Nievergelt AG | Vorrichtung für die Montage von Solarmodulen auf einem Dach |
DE202011101436U1 (de) * | 2011-05-26 | 2011-10-25 | Energiebau Solarstromsysteme Gmbh | Stockschraube, Klemmelement, Dichtung und deren Anordnung, insbesondere für die Befestigung von Photovoltaikmodulen auf Dächern |
EP2381188A2 (de) * | 2010-04-23 | 2011-10-26 | Christoph Schmidt | Solarmodulmontagesystem und Gebäudeaußenhülle |
DE202010017422U1 (de) * | 2010-03-03 | 2011-11-02 | Montaflex Aluminiumprofile + Bauartikel Gmbh | Solarmodulanordnung |
EP2434230A2 (en) * | 2010-09-24 | 2012-03-28 | ENERGY RESOURCES S.p.a. | Supporting and fixing structure for flat panels or photovoltaic modules in coplanar position, and that allows the water to be drained off |
-
2012
- 2012-12-03 NL NL2009921A patent/NL2009921C2/nl active
-
2013
- 2013-12-03 EP EP13195491.9A patent/EP2738822A1/en not_active Withdrawn
Patent Citations (8)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE102007026819A1 (de) * | 2006-06-06 | 2007-12-20 | Leichtmetallbau Schletter Gmbh | Vorrichtung zur Befestigung einer Solaranlage auf einem Dach |
EP2023402A1 (fr) * | 2007-08-01 | 2009-02-11 | Tenesol | Profilé et dispositif de montage de panneaux photovoltaïques au sein d'une structure de bâtiment, et notamment d'une toiture, et structure de bâtiment intégrant ces éléments |
EP2278172A1 (de) * | 2009-07-20 | 2011-01-26 | Rogger Fasteners AG | Vorrichtung zum Befestigen eines Bauelementes in einem Abstand |
EP2333454A1 (de) * | 2009-11-25 | 2011-06-15 | Reich + Nievergelt AG | Vorrichtung für die Montage von Solarmodulen auf einem Dach |
DE202010017422U1 (de) * | 2010-03-03 | 2011-11-02 | Montaflex Aluminiumprofile + Bauartikel Gmbh | Solarmodulanordnung |
EP2381188A2 (de) * | 2010-04-23 | 2011-10-26 | Christoph Schmidt | Solarmodulmontagesystem und Gebäudeaußenhülle |
EP2434230A2 (en) * | 2010-09-24 | 2012-03-28 | ENERGY RESOURCES S.p.a. | Supporting and fixing structure for flat panels or photovoltaic modules in coplanar position, and that allows the water to be drained off |
DE202011101436U1 (de) * | 2011-05-26 | 2011-10-25 | Energiebau Solarstromsysteme Gmbh | Stockschraube, Klemmelement, Dichtung und deren Anordnung, insbesondere für die Befestigung von Photovoltaikmodulen auf Dächern |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US10505492B2 (en) | 2016-02-12 | 2019-12-10 | Solarcity Corporation | Building integrated photovoltaic roofing assemblies and associated systems and methods |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP2738822A1 (en) | 2014-06-04 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US10797634B1 (en) | Height-adjustable rail-less solar panel mounting device for roofs | |
US9106023B2 (en) | Adjustable roof mounting system | |
US7836641B2 (en) | Multi-piece eaves beam for preassembled glazed roof system | |
US10640981B2 (en) | Apparatus and methods for secure, non-invasive and non-permanent surface attachment systems | |
KR101390571B1 (ko) | Pv 모듈 실장 및 지지 조립체 및 실장 방법 | |
US20080121273A1 (en) | Mounting assembly for arrays and other surface-mounted equipment | |
US20100088996A1 (en) | Apparatus for mounting a solar panel or other article to a roof or other structure | |
US20120325761A1 (en) | Mounting system for solar panels, and mounting rail and anchoring device therefor | |
AU2008202966A1 (en) | A method of mounting solar panels | |
MX2014005875A (es) | Sistema y metodo para establecer un sistema de montaje de auto-alineacion para montar modulos fotovaltaicos. | |
WO2020162746A1 (en) | Solar panel support bracket and method for supporting a solar panel | |
US9745754B1 (en) | Snow guard structure | |
US20120211252A1 (en) | Solar Panel Racking System with Integrated Grounding Bar Rail | |
CN112840558A (zh) | 一种用于将对象锚固到结构的锚固件平台组件 | |
CN113423892A (zh) | 锚固件和横栏组件 | |
NL2009921C2 (nl) | Montagesysteem voor het op een bouwwerk bevestigen van een fotovoltaisch systeem, bouwwerk omvattende dit montagesysteem en werkwijze voor het bevestigen van een montagesysteem op een bouwwerk. | |
US20130003274A1 (en) | Solar Panel Racking System With Integrated Grounding Bar Rail | |
KR20130027804A (ko) | 교량의 배수관 지지장치 | |
US20160333585A1 (en) | Glazing panel roofing system | |
JP5648995B2 (ja) | 支持架台の取付構造、及び外装構造 | |
GB2324815A (en) | Gutter structure for building construction | |
JP7029419B2 (ja) | 屋根構造物 | |
JP5734171B2 (ja) | 固定具 | |
JP7574199B2 (ja) | アンカー及びレールアセンブリ | |
AU2002100236A4 (en) | Multipurpose safety handrail system |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD | Change of ownership |
Owner name: DURAMOTION B.V.; NL Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: CHANGE OF OWNER(S), ASSIGNMENT; FORMER OWNER NAME: SCX SOLAR B.V. Effective date: 20211221 |