NL2008722C2

NL2008722C2 - Coupling set and method for coupling two construction elements and a construction provided therewith.

Info

Publication number: NL2008722C2
Application number: NL2008722A
Authority: NL
Inventors: Bernardus Hozeman; Jelke Tjerk Veen
Original assignee: Buva Rat Bouwprod Bv
Priority date: 2012-04-27
Filing date: 2012-04-27
Publication date: 2013-10-29

Claims

1. Koppelset voor het koppelen van twee constructie-elementen, omvattende een schroefelement voorzien van een intern kanaal, dat zich bij voorkeur in hoofdzaak uitstrekt in een langsrichting van het schroefelement, en een wand die zich uitstrekt rond ten minste een deel van 5 genoemd kanaal en die een extern schroefdraad heeft, waarbij het kanaal een eindopening omvat en een vasthoudvoorziening, waarbij een schroef ontvanghchaam is voorzien in of kan worden ingebracht in genoemd kanaal, verhinderd van het verlaten van het kanaal door genoemde eindopening door genoemde vasthoudvoorziening, waarbij eens schroef door genoemde 10 eindopening in genoemd schroeflichaam is of kan worden geschroefd, waarbij de schroef en schroefelement bij voorkeur zodanig ontworpen zijn dat wanneer de schroef in het schroeflichaam is geschroefd, de wand van het schroeflichaam in hoofdzaak niet radiaal expandeert.

2. Koppelset volgens conclusie 1, waarbij het schroeflichaam is gemaakt 15 van een materiaal waarin de schroef kan worden geschroefd, bij voorkeur gemaakt van een materiaal dat zachter is dan het materiaal van de wand van het schroefelement.

3. Koppelset volgens conclusie 1 of 2, waarbij het schroefelement van metaal is gemaakt en het schroeflichaam van plastic is gemaakt.

4. Koppelset volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het kanaal een dwarsdoorsnede heeft die loodrecht op de langrichting van het kanaal staat, welke dwarsdoorsnede niet-cirkelvormig is langs ten minste een deel van de langslengte van het kanaal.

5. Koppelset volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het kanaal 25 een dwarsdoorsnede heeft die loodrecht op de langsrichting staat, welke dwarsdoorsnede is gereduceerd langs ten minste een deel van de langsrichting, in de richting van de vasthoudvoorziening of genoemd deel van het kanaal een deel vormt van de vasthoudvoorziening.

6. Koppelset volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de vasthoudvoorziening een richel en/of groef in genoemd kanaal omvat, 5 waarbij het schroeflichaam een complementaire groef en/of richel omvat voor samenwerking met elkaar.

7. Koppelset volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het schroefelement een flens omvat die zich buitenwaarts van genoemde wand uitstrekt, bij voorkeur nabij genoemde eindopening, welke flens bij voorkeur 10 een in hoofdzaak plat oppervlak heeft aan een naar het einde van het kanaal toegekeerde zijde.

8. Koppelset volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het schroefelement een fittingelement aan of nabij de eindopening omvat.

9. Koppelset volgens conclusie 7 of 8, waarbij het fittingelement zich 15 uitstrekt van genoemde flens in een van het kanaal afkeerde richting, waarbij de flens bij voorkeur een in hoofdzaak plat dichtingsvlak aan een van het fittingelement afgekeerde zijde.

10. Koppelset volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de wand van het schroeflichaam dat een schroefdraad omvat, een in hoofdzaak 20 cilindrisch lichaam vormt, waarbij het fittingelement bij voorkeur in hoofdzaak cilindrisch is en waarbij bij meer voorkeur het genoemde cilindrische lichaam en het fittingelement in hoofdzaak dezelfde binnendiameter hebben en bij voorkeur colhneair zijn.

11. Koppelset volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het 25 schroefdraden aan het schroefelement zelfsnijdend zijn.

12. Deur- of vensterframe, omvattende ten minste twee elementen, in het bijzonder een post en een ventsterbank of drempel, die gebruikmakende van een koppelset volgens één der voorgaande conclusies zijn verbonden.

13. Deur- of vensterframe volgens conclusie 12, waarbij het schroefelement in een holte of kanaal in een eerste van de twee elementen is geschroefd en een schroef zich uitstrekt door de andere van de twee elementen en door de eindopening, en in het schroeflichaam is geschroefd in 5 het kanaal van het schroeflichaam, waarbij bij voorkeur een fittingelement van het schroefelement is aangebracht in een holte of kanaal in een tweede van de elementen.

14. Deur- of vensterframe volgens conclusie 13, waarbij het eerste element een post van het frame is en het tweede element een vensterbank of 10 drempel van het frame is.

15. Deur- of vensterframe volgens conclusie 12, waarbij het schroefelement in een holte of kanaal in een eerste van de twee elementen is geplaatst en een schroef zich uitstrekt door de andere van de twee elementen en door de eindopening, en in het schroeflichaam is geschroefd in 15 het kanaal van het schroeflichaam, waarbij tussen het eerste en tweede element een derde element is voorzien en de schroef zich uitstrekt door een kanaal in genoemde derde element, waarbij een fittingelement van het schroefelement is aangebracht in een holte of kanaal in het derde van de elementen.

16. Deur- of vensterframe volgens één der conclusie 12-15, waarbij het eerste element een post van een frame is en het tweede element een vensterbank of drempel is, waarbij de vensterbank of drempel hol is, en waarbij een kop van de schroef in het profiel is omsloten.

17. Deur- of vensterframe volgens één der conclusie 12-16, waarbij het 25 tweede element een vensterbank of drempel is die een gestapt oppervlak heeft dat is gericht naar het eerste element dat door een post is gevormd, waarbij een adapterelement is voorzien tussen het gestapte oppervlak en het einde van de post dat naar het genoemde gestapte oppervlak is gericht, waarbij de zijden van het adapterelement die met het eerste en tweede element zijn samengebracht zijn ingericht om te passen en/of overeen te komen met de oppervlakvormen van het eerste en tweede element die met het adapterelement zijn samengebracht, waarbij een kanaal zich door genoemde adapter uitstrekt waardoor een schroef zich kan uitstrekken die 5 het eerste en tweede element verbindt.

18. Deur- of vensterframe volgens conclusie 17, waarbij het oppervlak van het adapterelement dat is gekeerd naar het eerste element, in het bijzonder de post, in het algemeen vlak is en zich bij voorkeur in hoofdzaak dwars op een langsrichting van het eerste element uitstrekt.

19. Deur- of vensterframe volgens één der conclusie 12-18, waarbij het schroeflichaam van kunststof is gemaakt en contact tussen de schroef en het eerste element voorkomt, daarbij een koude brug tussen het eerste en tweede element door genoemde schroef voorkomend, waarbij het schroefelement van metaal is gemaakt, zodanig dat wanneer een schroef in 15 het schroeflichaam wordt geschroefd het schroeflichaam in het schroefelement wordt samengedrukt, in hoofdzaak zonder het schroefelement radiaal te expanderen.

20. Werkwijze voor het verbinden van een post van een deur- of vensterframe met een vensterbank of drempel, gebruikmakende van ten 20 minste één schroef of bout en bij voorkeur gebruikmakende van een koppelset volgens één der conclusies 1-10, waarbij een holte of kanaal is voorzien in een eerste van de post en de vensterbank of drempel en een kanaal is voorzien in de tweede van de post en de vensterbank of drempel en de holte of kanaal in de eerste van de post en de vensterbank of drempel en 25 het kanaal in de tweede van de post en de vensterbank of drempel in lijn zijn gebracht met elkaar, waarbij een schroefelement in de holte of kanaal in de eerste van de post en de vensterbank of drempel is geschroefd en waarbij de schroef of bout in een schroeflichaam in het schroefelement is geschroefd door het kanaal in de tweede van de post en de vensterbank of drempel, zodanig dat de post en de vensterbank of drempel samen worden getrokken, waarbij de schroef of bout door het schroeflichaam wordt gehouden, die bij voorkeur ten minste deels in het kanaal wordt samengedrukt, in hoofdzaak zonder het schroefelement te expanderen.

21. Werkwijze volgens conclusie 20, waarbij het schroefelement ten minste deels omsloten is door de post en de vensterbank of drempel, waarbij een flens van het schroefelement tegen ten minste de eerste van de post en de vensterbank of drempel wordt geforceerd, waardoor de holte of het kanaal waarin het schroefelement wordt geschroefd wordt afgesloten, 10 waarbij een fittingelement zich uitstrekt in het kanaal in de tweede van de post en de vensterbank of drempel, en een kop van de schroef of bout in en/of tegen de tweede van de post en de vensterbank of drempel wordt geforceerd, en daarbij bij voorkeur het kanaal in de tweede van de post en de vensterbank of drempel afsluit.

22. Werkwijze voor het verbinden van een post van een deur-of vensterframe met een vensterbank of drempel, gebruikmakende van ten minste één schroef of bout en bij voorkeur gebruikmakende van een koppelset volgens één der conclusies 1-10, waarbij een holte of kanaal is voorzien in een post en een kanaal is voorzien in de vensterbank of drempel, 20 waarbij een schroefelement in de holte of kanaal in de post is geschroefd en waarbij de schroef of bout in een schroeflichaam in het schroefelement is geschroefd door het kanaal in de vensterbank of drempel, zodanig dat de post en de vensterbank of drempel samen worden getrokken, waarbij de schroef of bout door het schroeflichaam wordt gehouden, die ten minste 25 deels in het kanaal wordt samengedrukt, in hoofdzaak zonder het schroefelement te expanderen.

23. Werkwijze volgens één der conclusies 20-22, waarbij een adapterelement is omsloten tussen de post en de vensterbank of drempel waardoorheen de schroef of bout zich uitstrekt.