NL2008573C2 - SYSTEM FOR GROWING PLANT MATERIAL. - Google Patents

SYSTEM FOR GROWING PLANT MATERIAL. Download PDF

Info

Publication number
NL2008573C2
NL2008573C2 NL2008573A NL2008573A NL2008573C2 NL 2008573 C2 NL2008573 C2 NL 2008573C2 NL 2008573 A NL2008573 A NL 2008573A NL 2008573 A NL2008573 A NL 2008573A NL 2008573 C2 NL2008573 C2 NL 2008573C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
holder
container
conveyor
storage
flange
Prior art date
Application number
NL2008573A
Other languages
Dutch (nl)
Inventor
Anthony Visser
Original Assignee
Visser S Gravendeel Holding
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Visser S Gravendeel Holding filed Critical Visser S Gravendeel Holding
Priority to NL2008573A priority Critical patent/NL2008573C2/en
Priority to NL2009632A priority patent/NL2009632C2/en
Priority to JP2015503146A priority patent/JP2015511568A/en
Priority to CA2868963A priority patent/CA2868963A1/en
Priority to CN201380024146.3A priority patent/CN104661515A/en
Priority to EP13720097.8A priority patent/EP2830410B1/en
Priority to US14/389,118 priority patent/US9914588B2/en
Priority to PCT/NL2013/050222 priority patent/WO2013147597A1/en
Priority to PCT/NL2013/050229 priority patent/WO2013147603A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2008573C2 publication Critical patent/NL2008573C2/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/14Greenhouses
    • A01G9/143Equipment for handling produce in greenhouses
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G31/00Soilless cultivation, e.g. hydroponics
    • A01G31/02Special apparatus therefor
    • A01G31/06Hydroponic culture on racks or in stacked containers
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A40/00Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
    • Y02A40/10Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture
    • Y02A40/25Greenhouse technology, e.g. cooling systems therefor
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02PCLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES IN THE PRODUCTION OR PROCESSING OF GOODS
    • Y02P60/00Technologies relating to agriculture, livestock or agroalimentary industries
    • Y02P60/20Reduction of greenhouse gas [GHG] emissions in agriculture, e.g. CO2
    • Y02P60/21Dinitrogen oxide [N2O], e.g. using aquaponics, hydroponics or efficiency measures

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Warehouses Or Storage Devices (AREA)

Description

SYSTEEM VOOR KWEKEN VAN PLANTMATERIAALSYSTEM FOR GROWING PLANT MATERIAL

De onderhavige uitvinding betreft een systeem voor het kweken van plantmateriaal. Er zijn vele systemen bekend. De 5 bekende systemen schieten alle te kort waar het een hoge automatiseringsgraad betreft.The present invention relates to a system for growing plant material. Many systems are known. The 5 known systems all fall short when it comes to a high degree of automation.

Met de onderhavige uitvinding is beoogd een verdere verbetering te verschaffen met betrekking tot een verdere verhoging van een te behalen automatiseringsgraad. Bovendien 10 zijn daaruit voortvloeiende doelen te verwezenlijken, zoals temperatuursbeheersing, vochtigheidsbeheersing, bewatering, tegengaan van verspreiding van ziektekiemen, en het bevorderen van groei van het plantmateriaal in het algemeen.The present invention has for its object to provide a further improvement with regard to a further increase in the degree of automation to be achieved. In addition, goals resulting therefrom can be achieved, such as temperature control, humidity control, watering, preventing the spread of germs, and promoting growth of the plant material in general.

Hiertoe is volgens de onderhavige uitvinding een 15 systeem verschaft dat zich onderscheidt door de combinatie van maatregelen van ten minste één houder met ten minste een bodem en zijwanden, welke een ruimte definiëren voor opname daarin van het plantmateriaal en eventueel een substraat; een opslag met ten minste één drager voor het selectief 20 accommoderen van de houder; en ten minste één transporteur voor verplaatsing van de houder van en naar de drager van de opslag. De houder is met het plantmateriaal daarin transporteerbaar met behulp van de transporteur en aldus kan de beoogde automatiseringsgraad worden bereikt, doordat zo 25 de houder voor al dan niet langere tijd in de opslag te plaatsen is met de transporteur en daar ook weer uit te nemen is.To this end, according to the present invention, a system is provided that is distinguished by the combination of measures of at least one holder with at least one bottom and side walls, which define a space for receiving therein the plant material and optionally a substrate; a storage with at least one carrier for selectively accommodating the container; and at least one conveyor for moving the container to and from the storage carrier. The container can be transported with the plant material therein with the aid of the conveyor and thus the desired degree of automation can be achieved, because in this way the container can be placed in the storage with the conveyor for a longer or longer period of time and can also be taken out again .

De onderhavige uitvinding kan in vele geprefereerde uitvoeringsvormen worden verwezenlijkt, waarvan er enkele 30 zijn gedefinieerd in de afhankelijke conclusies, waartoe de onderhavige uitvinding geenszins is beperkt.The present invention can be implemented in many preferred embodiments, some of which are defined in the dependent claims, to which the present invention is by no means limited.

In een mogelijk uitvoeringsvorm vertoont het systeem volgens de uitvinding de eigenschappen, dat de houder een 2 deksel met een naar de ruimte gerichte zijde en een buitenwaarts gerichte zijde omvat. Aldus kan het plantmateriaal in de houder worden getransporteerd en in ieder geval gedurende een tijd in de opslag door middel van 5 het deksel zijn afgeschermd van ziektekiemen.In a possible embodiment, the system according to the invention has the properties that the holder comprises a lid with a side facing the space and an outward facing side. The plant material can thus be transported in the holder and be protected from germs for at least a time in storage by means of the cover.

Dit is nog verder te optimaliseren door een mate van overdruk in de houder ten opzichte van de omgeving daarvan te creëren, bijvoorbeeld doordat de opslag een drukluchtleidingstelsel met ten minste een aansluiting voor 10 een snelkoppeling en de houder de snelkoppeling omvat. Het koppelen van de snelkoppeling en de aansluiting gebeurt bij voorkeur gelijktijdig met plaatsing van de houder door de transporteur in de opslag of op of aan de drager. Het systeem kan overigens geheel in een cabine zijn geplaatst, 15 die ook onder een overdruk ten opzichte van de omgeving daarvan kan worden gehouden. Druk in de houder zal dan bij voorkeur hoger zijn dan die in de cabine om een overdruk in de houder ten opzichte van de omgeving daarvan in stand te houden, en zo een stroom lucht, gas of anderszins vanuit de 20 houder op gang te houden. Met een overdruk in de houder ten opzichte van de directe omgeving daarvan kan het binnendringen van ziektekiemen worden tegengegaan en/of kunnen ziektekiemen in de houder daaruit worden uitgedreven. Bestrijdingsmiddelen in toegevoerde luchtstromen kunnen 25 dienen om ziektekiemen, schimmels, rot en andere bestrijdbare verschijnselen te weren. Wanneer een dusdanig drukluchtleidingstelsel ten minste verbindbaar is met een bron van C02 gas of andere voedingsstoffen en/of bestrijdingsmiddelen, is het mogelijk om additioneel 30 voedingsstoffen en/of bestrijdingsmiddelen aan het plantmateriaal toe te dienen via een luchtstroom of een stroom C02.This can be further optimized by creating a degree of overpressure in the container relative to its environment, for example in that the storage comprises a compressed air line system with at least one connection for a quick coupling and the container the quick coupling. The coupling of the quick coupling and the connection is preferably effected simultaneously with placement of the holder by the conveyor in the storage or on or on the carrier. The system can otherwise be placed entirely in a cabin, which can also be kept under an overpressure with respect to its environment. Pressure in the container will then preferably be higher than that in the cabin to maintain an overpressure in the container relative to its environment, and thus to keep a flow of air, gas or otherwise from the container going. With an overpressure in the container relative to its immediate environment, the penetration of germs can be prevented and / or germs in the container can be expelled therefrom. Pesticides in supplied air flows can serve to ward off germs, fungi, rot and other controllable phenomena. When such a compressed air line system is at least connectable to a source of CO2 gas or other nutrients and / or pesticides, it is possible to administer additional nutrients and / or pesticides to the plant material via an air flow or a flow of CO2.

33

Een uitvoeringsvorm met een deksel voor de houder en een drukluchtleidingstelsel kan verder de eigenschap vertonen dat het deksel aan de naar de ruimte gerichte zijde een ten minste met de snelkoppeling te verbinden leiding met 5 ten minste twee, langs de leiding verspreide uitstroomopeningen omvat. Aldus kan toegediende druklucht gelijkmatig over het binnenste van de houder worden verspreid. In een uitvoeringsvorm waar C02 of andere voedingsstoffen of bestrijdingsmiddelen aan de druklucht 10 wordt of worden toegevoegd, krijgen planten (of ander plantmateriaal) die gelijkmatiger toegediend dan wanneer een enkele inblaasopening voor de druklucht is aangebracht (hetgeen overigens niet is uitgesloten als mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding). Als aanvulling of als 15 alternatief is het mogelijk dat een enkele houder zonder leiding aan het deksle is verschaft en de houder of het deksel op ten minste twee locaties om de omtrek daarvan te verbinden zijn met het drukluchtleidingstelsel om daarlangs direct druk te voeren in het binnenste van de houder.An embodiment with a cover for the holder and a compressed air line system can further have the feature that on the side facing the space, the cover comprises a line to be connected at least to the quick coupling with at least two outflow openings spread along the line. Compressed air supplied can thus be spread evenly over the interior of the container. In an embodiment where CO2 or other nutrients or pesticides are or are added to the compressed air 10, plants (or other plant material) are administered more evenly than when a single blow-in opening for the compressed air is provided (which, incidentally, is not excluded as a possible embodiment of the compressed air). invention). In addition or as an alternative, it is possible for a single pipe-less container to be provided on the cover and the container or cover to be connected at least two locations to the periphery thereof with the compressed-air line system for direct pressure along the interior of the holder.

20 In een mogelijk uitvoeringsvorm vertoont het systeem volgens de uitvinding de eigenschappen, dat de drager ten minste één bak omvat, de opslag ten minste een watertoevoer en een waterafvoer naar en van de bak omvat en de houder in of bij de bodem daarvan ten minste één doorgang omvat voor 25 doorlating van water van of naar de bak. Aldus kan water of enig andere vloeistof, al dan niet met additionele voedingsstoffen daarin, naar het binnenste van de houder worden gevoerd. Ook kunnen bestrijdingsmiddelen om ziektekiemen, schimmels, rot en andere bestrijdbare 30 verschijnselen te weren, aan het water worden toegevoegd. In een uitvoeringsvorm met een deksei hoeft deze niet te worden afgenomen, en blijft de drempel voor ziektekiemen in stand, ook tijdens bewatering. Bij voorkeur is het waterniveau in 4 de bak altijd zo hoog, dat de doorgang geheel onder water blijft, zodat ook daarlangs geen ziektekiemen kunnen doordringen naar en in het binnenste van de houder.In a possible embodiment, the system according to the invention has the properties that the carrier comprises at least one basin, the storage comprises at least one water supply and a water drain to and from the basin and the container in or at the bottom thereof at least one passage includes for passage of water from or to the tank. Water or any other liquid, whether or not with additional nutrients therein, can thus be carried to the interior of the container. It is also possible to add pesticides to prevent germs, fungi, rot and other controllable phenomena to the water. In an embodiment with a cover egg this does not have to be removed, and the threshold for germs remains, also during watering. The water level in the trough is preferably always so high that the passage remains completely submerged in water, so that no pathogens can penetrate there and into the interior of the container.

Daarbij kan het gunstig zijn om te voorzien in een 5 niveauregeling voor instelling van een hoogte van een waterniveau in de bak. Daarmee kan de functionaliteit van een eb-vloed systeem worden verschaft, waar een niveau van water in het binnenste van de houder selectief via de doorgang(en) van of in de houder in of bij de bodem daarvan 10 kan worden verhoogd of verlaagd. In een hoog niveau kan substraat in de houder, waar planten in groeien, worden verzadigd, en in een laag niveau kan nog water worden toegediend aan de wortels en bovendien ook de temperatuur daarvan worden beïnvloed. Gebleken is dat koeling van de 15 wortels van planten een gunstig effect heeft op de ontwikkeling van planten, hetgeen met een niveauregeling goed te beheersen valt. Het verdient de voorkeur als het water in de bak op het laagste niveau daarvan de doorgang(en) in of bij de bodem van de houder nog geheel 20 sluit. Elk tussen de lage en hoge niveaus gelegen niveau is ook mogelijk.It may be advantageous here to provide a level control for adjusting a height of a water level in the tank. Thereby the functionality of an ebb-flood system can be provided, where a level of water in the interior of the container can be selectively increased or decreased via the passage (s) of or in the container in or at the bottom thereof. At a high level, substrate in the container in which plants grow can be saturated, and at a low level, water can be added to the roots and, moreover, the temperature thereof can also be influenced. It has been found that cooling of the roots of plants has a favorable effect on the development of plants, which can be controlled well with a level control. It is preferable if the water in the container at the lowest level thereof still completely closes the passage (s) in or near the bottom of the container. Any level between the low and high levels is also possible.

In een praktisch uitvoeringsvorm kan het systeem met de niveauregeling zijn uitgevoerd met een ten minste in hoogte instelbare overloop naar de waterafvoer. Dit is een elegante 25 en goed, betrouwbaar en robuust te besturen vormgeving.In a practical embodiment, the level control system can be designed with an at least height-adjustable overflow to the water drain. This is an elegant design and good, reliable and robust design.

In een uitvoeringsvorm met ten minste een water bevattende bak en een doorgang in de houder kan het gunstig zijn als de bak staanders onder de houder omvat of de houder voeten omvat, om de doorgang vrij te houden voor doorlating 30 van water van of naar de bak.In an embodiment with at least one water-containing container and a passage in the container, it may be advantageous if the container comprises uprights under the container or the container comprises feet, in order to keep the passage free for passage of water from or to the container .

In een mogelijk uitvoeringsvorm vertoont het systeem volgens de uitvinding de eigenschappen, dat de drager langs ten minste een rand daarvan een opstaande kant omvat en de 5 houder langs of bij ten minste één tegenover de bodem gelegen rand van de zijwand een flens omvat. De flens biedt daarbij een aangrijpingsmogelijkheid voor de transporteur om de houder aan te grijpen en over de opstaande kant te 5 bewegen. Daarbij kan het gunstig zijn als de transporteur een aangrijping omvat, welke is ingericht om selectief in te werken op de flens en de houder over de kant te tillen. Daarbij kan het gunstig zijn als de flens een omkanting omvat en de aangrijping een onder de flens en achter de 10 omkanting te bewegen stang omvat. Als alternatieven kunnen vingers of tanden worden benut om op de genoemde plaats op de houder aan te grijpen. Een stang heeft als voordeel dat deze langer kan zijn dan de zijde van de houder met de flens en de omkanting. Aldus kan een kettingaandrijving aan 15 weerseinden van de stang op de stang aangrijpen en door de stang opwaarts tegen de flens te bewegen, kan de houder met de stang mee worden genomen om opgetild te worden. Aldus kan de houder over de opstaande kant van de houder worden bewogen.In a possible embodiment, the system according to the invention has the properties that the carrier comprises an upstanding side along at least one edge thereof and the holder comprises a flange along or at least one edge of the side wall opposite the bottom. The flange thereby offers a possibility of engagement for the conveyor to engage the holder and to move it over the upright side. In this case, it can be favorable if the conveyor comprises an engagement which is adapted to act selectively on the flange and to lift the holder over the edge. In this case, it can be favorable if the flange comprises a flange and the engagement comprises a rod to be moved under the flange and behind the flange. As an alternative, fingers or teeth can be used to engage the holder at the said location. A rod has the advantage that it can be longer than the side of the holder with the flange and the flange. A chain drive can thus engage the rod at opposite ends of the rod and by moving the rod upwards against the flange, the holder can be taken along with the rod to be lifted. The holder can thus be moved over the upright side of the holder.

20 In een mogelijk uitvoeringsvorm vertoont het systeem volgens de uitvinding de eigenschappen, dat de opslag ten minste twee, tegenover elkaar opgestelde dragers omvat en de transporteur daartussen verplaatsbaar is. Als aanvulling of als alternatief kan het systeem volgens de uitvinding de 25 eigenschap vertonen dat de opslag ten minste twee boven elkaar opgesteld dragers in een kastopstelling omvat, waarbij de transporteur langs ten minste één zijde daarvan verplaatsbaar is. Aldus kan een zeer efficiënt ruimtegebruik worden verwezenlijkt met één van beide maatregelen, hetgeen 30 nog verder wordt opgevoerd in een uitvoeringsvorm met beide maatregelen.In a possible embodiment, the system according to the invention has the properties that the storage comprises at least two carriers arranged opposite each other and the conveyor is movable between them. In addition or as an alternative, the system according to the invention can have the feature that the storage comprises at least two carriers arranged above one another in a cabinet arrangement, the conveyor being movable along at least one side thereof. A very efficient use of space can thus be realized with one of the two measures, which is further increased in an embodiment with both measures.

In een mogelijk uitvoeringsvorm vertoont het systeem volgens de uitvinding de eigenschappen, dat de transporteur 6 aansluit op ten minste een van een aanvoer en een afvoer voor aanlevering, resp. afvoer van de houder naar, resp. van de opslag. Hierdoor is een verdere verbetering van de automatiseringsgraad te verwezenlijken.In a possible embodiment, the system according to the invention has the properties that the conveyor 6 connects to at least one of a supply and a discharge for delivery, respectively. discharge of the container to or of storage. This allows a further improvement of the degree of automation to be achieved.

5 In een mogelijk uitvoeringsvorm vertoont het systeem volgens de uitvinding met zowel de aanvoer als de afvoer, de eigenschappen dat een samenstel van de transporteur, de aanvoer en de afvoer een in hoofdzaak gesloten bewegingspad voor verplaatsing van de houder definieert. Aldus kunnen de 10 herkomst en de uiteindelijke bestemming van de houder bij elkaar worden gebracht, hetgeen leidt tot een zeer efficiënt ruimtegebruik. Op de plaats van herkomst van de houder(s) kan plantmateriaal in de houder worden geplant, waartoe mensen of robots kunnen worden ingezet. Op de plaats va 15 bestemming kunnen planten uit de houder worden genomen, ook weer door mensen of met robots geautomatiseerd, om de planten over te plaatsen in een tray voor meerdere planten en/of potten voor afzonderlijke planten en/of andere afvoermogelijkheden.In a possible embodiment, the system according to the invention, with both the supply and the discharge, has the properties that an assembly of the conveyor, the supply and the discharge defines a substantially closed movement path for displacement of the holder. The origin and the final destination of the holder can thus be brought together, which leads to a very efficient use of space. Plant material can be planted in the holder at the place of origin of the holder (s), for which people or robots can be deployed. At the place of destination plants can be taken out of the holder, again automated by humans or with robots, to transfer the plants to a tray for several plants and / or pots for individual plants and / or other discharge possibilities.

20 In een uitvoeringsvorm met ten minste één van een aanvoer en een afvoer, kan het systeem verder omvatten: een tegenover de ten minste ene van de aanvoer en de afvoer ten opzichte van de opslag gelegen verwerkingsstation voor het met betrekking tot het plantmateriaal verwerken van de 25 houder. Aan de zijde van de aanvoer kan een plantstation zijn aangebracht en aan de zijde van de afvoer kunnen planten worden overgepakt in andere soorten elementen als trays, potten enzovoorts.In an embodiment with at least one of a feed and a drain, the system may further comprise: a processing station opposite the at least one of the feed and the drain for processing the plant material with respect to the plant material. 25 holder. A planting station can be arranged on the supply side and on the discharge side, plants can be transferred to other types of elements such as trays, pots and so on.

In een uitvoeringsvorm met de aanvoer en de afvoer in 30 een in hoofdzaak gesloten bewegingspad en het verwerkingsstation kan het systeem verder de eigenschap vertonen dat het verwerkingsstation is gelegen langs het bewegingspad. Houders kunnen uit het bewegingspad daarvan 7 worden gevoerd naar het verwerkingsstation zodat de aan- en afvoer niet hoeven te stoppen als de houder bij een verwerkingstation aankomt. In een dusdanige uitvoeringsvorm kan het systeem verder de eigenschap vertonen, dat het 5 verwerkingsstation een zijspoor ten opzichte van de aanvoer, resp. de afvoer definieert. Hiermee wordt bedoeld dat het zijspoor op zich weer transportmiddelen kan bevatten.In an embodiment with the supply and discharge in a substantially closed motion path and the processing station, the system can further have the property that the processing station is located along the motion path. Holders can be taken from their path of movement 7 to the processing station so that the supply and discharge do not have to stop when the holder arrives at a processing station. In such an embodiment, the system can further have the property that the processing station has a side track with respect to the supply or resp. defines the drain. This means that the side-track itself can contain means of transport.

In een mogelijk uitvoeringsvorm vertoont het systeem volgens de uitvinding de eigenschappen van een besturing 10 voor ten minste de transporteur. De besturing kan de bewegingen en verplaatsingen van de houder aldus gecontroleerd laten verlopen. Er zijn zelfs uitvoeringsvormen denkbaar waarin de besturing de positie van elke houder kan bepalen, bijvoorbeeld met barcodes of 15 RFID sensoren, om de juiste houder uit de opslag te nemen, en/of een bepaalde houder op een beschikbare vrije plaats in de opslag te zetten. Tevens kan in een geheugen worden bijgehouden waar de houder is, bijvoorbeeld in de opslag, om een dergelijk doel te verwezenlijken.In a possible embodiment, the system according to the invention has the characteristics of a control 10 for at least the conveyor. The control can thus make the movements and movements of the holder run in a controlled manner. Even embodiments are conceivable in which the control can determine the position of each holder, for example with bar codes or RFID sensors, to take the correct holder from the storage, and / or to place a certain holder in an available free place in the storage. . It is also possible to keep track of a memory where the holder is, for example in storage, in order to achieve such an objective.

20 De onderhavige uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld daarvan, onder verwijzing naar de bijgevoegde tekening. Daarbij zullen referentienummers worden gebruikt voor gelijke en gelijksoortige componenten, elementen en aspecten, ongeacht 25 of deze tot verschillende uitvoeringsvormen behoren. De in de tekeningen getoonde uitvoeringsvormen dienen op geen enkele wijze te worden opgevat als beperkend voor de onderhavige uitvinding. Het betreft slechts voorbeelden van mogelijke uitvoeringsvormen binnen het kader van de 30 onderhavige uitvinding, zoals die is gedefinieerd in, in het bijzonder, enkelvoudige onafhankelijke hoofdconclusie nr. 1.The present invention will be further elucidated below on the basis of an exemplary embodiment thereof, with reference to the accompanying drawing. Reference numbers will be used for identical and similar components, elements and aspects, regardless of whether they belong to different embodiments. The embodiments shown in the drawings are in no way to be construed as limiting the present invention. These are merely examples of possible embodiments within the scope of the present invention, as defined in, in particular, single independent main claim No. 1.

In de tekening toont: 8In the drawing: 8

Fig. 1 een schematisch bovenaanzicht van een systeem volgens de onderhavige uitvinding;FIG. 1 is a schematic top view of a system according to the present invention;

Fig. 2 een aanzicht in de richting van pijl II in fig.FIG. 2 is a view in the direction of arrow II in FIG.

l; 5 Fig. 3 schematisch een detail van het systeem volgens de onderhavige uitvinding;1; FIG. 3 schematically a detail of the system according to the present invention;

Fig. 4 in meer detail een ander aspect van het systeem volgens de onderhavige uitvinding;FIG. 4 another aspect of the system according to the present invention in more detail;

Fig. 5 een zijaanzicht van een deel van het systeem 10 volgens de onderhavige uitvinding, overeenkomstig fig. 2;FIG. 5 is a side view of a part of the system 10 according to the present invention, according to FIG. 2;

Fig. 6, 7 en 8 een deel van de werking tonen van het systeem volgens de onderhavige uitvinding in diverse toestanden;FIG. 6, 7 and 8 show part of the operation of the system according to the present invention in various states;

Fig. 9 gedeeltelijk opengewerkt aanzicht toont van een 15 houder in een als bak met water vormgegeven drager van een opslag;FIG. 9 shows a partially cut-away view of a holder in a storage container shaped like water;

Fig. 10 een perspectivisch aanzicht toont van een transporteur voor of in een systeem volgens de onderhavige uitvinding; 20 Fig. 11 in meer detail een deel toont van de transporteur uit fig. 10;FIG. 10 shows a perspective view of a conveyor for or in a system according to the present invention; FIG. 11 shows a part of the conveyor of FIG. 10 in more detail;

Fig. 12 een liftmechanisme toont voor het in fig. 11 getoonde deel van de transporteur uit fig. 10;FIG. 12 shows a lift mechanism for the part of the conveyor of FIG. 10 shown in FIG. 11;

Fig. 13 en 14 de werking tonen van de transporteur bij 25 het oppakken of wegzetten van houders; enFIG. 13 and 14 show the operation of the conveyor when picking up or putting away containers; and

Fig. 15-17 aanzichten in diverse toestanden tonen van een mechanisme voor het oppakken of wegzetten van houders in of uit de opslag.FIG. 15-17 show views in various states of a mechanism for picking up or putting away containers in or out of storage.

In fig. 1 is een systeem 1 volgens de onderhavige 30 uitvinding getoond. Het systeem 1 omvat een opslag 2 voor opslag van houders 3 met daarin plantmateriaal, zoals zaad dat opgekweekt moet worden tot jonge planten. In de opslag worden daartoe de optimale omstandigheden gecreëerd in de 9 hier getoonde uitvoeringsvorm per afzonderlijke houder. Om de opslag 2 kan een wand zijn aangebracht met sluizen of deuren voor het toelaten van een transporteur 4. Een aanvoer 5 strekt zich uit tot bij een eindpunt van de 5 bewegingsvrijheid van de transporteur 4, en een afvoer 6 strekt zich uit vanaf een ander eindpunt van de bewegingsvrijheid van de transporteur 4. Over de aanvoer 5 aangeleverde houders 3 kunnen worden opgenomen door de transporteur 4, die vervolgens de opslag 2 in kan rijden.Fig. 1 shows a system 1 according to the present invention. The system 1 comprises a storage 2 for storing containers 3 with plant material therein, such as seed to be grown into young plants. For this purpose, the optimum conditions are created in the storage in the 9 embodiment shown here per individual holder. Around the storage 2 a wall can be arranged with locks or doors for admitting a conveyor 4. A supply 5 extends to an end point of the freedom of movement of the conveyor 4, and a discharge 6 extends from another end point of the freedom of movement of the conveyor 4. Containers 3 supplied over the supply 5 can be picked up by the conveyor 4, which can then enter the storage 2.

10 Links en rechts van de bewegingsbaan van de transporteur 4 zijn stellingen 6 geplaatst met plankvormige of bakvormige dragers om houders 3 daar selectief op of in te kunnen zetten.To the left and right of the path of movement of the conveyor 4, racks 6 are placed with shelf-shaped or box-shaped carriers in order to be able to selectively place containers 3 on or in them.

De transporteur 4 is verplaatsbaar langs een geleider 15 7, die zich tussen eindpunten uitstrekt buiten de opslag 2, waarmee de bewegingsruimte van de transporteur 4 aansluit op het einde van de aanvoer 5 en het begin van de afvoer 6. De geleider 7 is in fig. 2 weergegeven in de uitvoeringsvorm van een rail.The conveyor 4 is displaceable along a guide 7, which extends between end points outside the storage 2, with which the movement space of the conveyor 4 connects to the end of the supply 5 and the beginning of the discharge 6. The guide 7 is in fig. 2 is shown in the embodiment of a rail.

20 Terug in fig. 1 zijn in een overgangsgebied tussen de aanvoer 5 en de afvoer 6 verwerkingsstations 8 opgesteld.Back in Fig. 1, processing stations 8 are arranged in a transition area between the supply 5 and the discharge 6.

Bij de verwerkingsstations 8 kunnen medewerkers zijn opgesteld, die het plantmateriaal in de houders 3 kunnen verwerken of aldaar geschiedt een andere, geautomatiseerde 25 bewerking. Bijvoorbeeld kunnen de houders 3 in één van de verwerkingsstations 8 worden gevuld met plantaardig materiaal of kan plantaardig materiaal aldaar juist uit de houders worden genomen.Employees can be arranged at the processing stations 8, who can process the plant material in the holders 3, or another automated processing takes place there. For example, the containers 3 can be filled with vegetable material in one of the processing stations 8 or vegetable material can be taken out of the containers there.

In fig. 2 is getoond dat de opslag 2 een frame 9 omvat, 30 dat een bekleding 10 draagt, evenals een van de twee in de opslag 2 opgestelde stellingkasten met planken of bakken, waarover hieronder nadere informatie volgt.Fig. 2 shows that the storage 2 comprises a frame 9, which bears a covering 10, as well as one of the two racks with shelves or trays arranged in the storage 2, about which further information follows below.

1010

In fig. 2 is slechts één van de twee stellingkasten 11 getoond en is de daartegenover aangebrachte stellingkast, aan de andere zijde ten opzichte van de rail 7, voor de inzichtelijkheid van de figuur weggelaten.In Fig. 2 only one of the two rack boxes 11 is shown and the rack box arranged opposite it, on the other side with respect to the rail 7, has been omitted for the sake of clarity of the figure.

5 De opslag 2 omvat een drukluchtleidingstelsel 12, dat schematisch in fig. 3 op zichzelf is weergegeven. Het drukluchtleidingstelsel 12 strekt zich uit langs dragers of bakken van de stellingkast 11. Het drukluchtleidingstelsel 12 omvat aansluitingen 14, waar (hieronder nader te 10 beschrijven) snelkoppeling als deel van houders 3 op kunnen aansluiten, zodra een bak 3 op een drager of in een bak van de opslag wordt gezet met behulp van de transporteur 4.The storage 2 comprises a compressed air line system 12, which is shown schematically in itself in FIG. The compressed air line system 12 extends along carriers or trays of the rack box 11. The compressed air line system 12 comprises connections 14 to which (hereinafter described) quick coupling can be connected as part of holders 3, as soon as a tray 3 is mounted on a carrier or in a the storage bin is set using the conveyor 4.

In fig. 4 is weergegeven dat het drukluchtleidingstelsel 12 zich langs bakken 13 van de 15 opslag 2 uitstrekt, welke bakken 13 een uitvoeringsvorm zijn van dragers. De bakken hebben opstaande randen om hierin water te bevatten. De bakken 13 zijn ook in fig. 2 weergegeven. De opstaande randen zijn aangeduid met referentienummer 15. De houders omvatten doorgangen 16 of 20 gaten in of nabij de bodem van de houders 3. Water in de bakken 13 kan de houders 3 instromen, of juist daaruit, door de doorgangen 16 of gaten heen.Fig. 4 shows that the compressed air line system 12 extends along bins 13 of the storage 2, which bins 13 are an embodiment of carriers. The bins have raised edges to contain water. The trays 13 are also shown in FIG. The raised edges are designated with reference number 15. The holders comprise passages 16 or 20 holes in or near the bottom of the holders 3. Water in the trays 13 can flow into the holders 3, or precisely therefrom, through the passages 16 or holes.

Wanneer een houder 3 in een van de bakken 13 wordt gezet door de transporteur 4, ontstaat een aansluiting op 25 het drukluchtleidingstelsel 12 van fig. 3, zodat het binnenste van de houders 3 op overdruk kan worden gehouden ten opzichte van de omgeving. In een uitvoeringsvorm, waarbij de bekleding 10 of huid van de opslag 2 een afdoende afdichting vormt, kan ook de ruimte in de opslag 2 op een 30 overdruk worden gehouden ten opzichte van de omgeving daarvan.When a container 3 is placed in one of the trays 13 by the conveyor 4, a connection is created to the compressed air line system 12 of Fig. 3, so that the interior of the containers 3 can be kept at overpressure with respect to the environment. In an embodiment in which the lining 10 or skin of the storage 2 forms a sufficient seal, the space in the storage 2 can also be kept at an overpressure with respect to its environment.

De stellingkast 11 omvat verder, zoals in fig. 4 is getoond, een niveauregeling voor instelling van een hoogte 11 van een waterniveau in de bak 13. Deze niveauregeling omhelst onder meer in hoogte instelbare overlopen 17 voor afvoer van water uit de bakken 13, wanneer het waterniveau hoger is dan een ingestelde stand van de in hoogte 5 verstelbare overloop 17. Dit is ook in fig. 5 weergegeven.The rack box 11 further comprises, as shown in Fig. 4, a level control for adjusting a height 11 of a water level in the tank 13. This level control embraces, inter alia, height-adjustable overflows 17 for draining water from the boxes 13 when the water level is higher than a set position of the height-adjustable overflow 17. This is also shown in Fig. 5.

In fig. 5 is tevens weergegeven dat een watertoevoer 18 is verschaft, waarmee water alleen in de bovenste van de dragers vormende bakken 13 hoeft te worden gevoerd. Om en om links en rechts kan vervolgens water neerwaarts stromen naar 10 een ondergelegen van de bakken 13 tot bij een waterafvoer 19 die aansluit op een reservoirbuis 20. Water in de reservoirbuis 20 kan worden gecirculeerd, doordat de watertoevoer 18 is aangesloten op de reservoirbuis 20. Opgemerkt wordt dat dit watersysteem voor het gevuld houden 15 van de als bakken vormgegeven dragers van de opslag kan zijn of worden vervangen door een slang of leiding aan de transporteur, juist omdat die toch in staat moet worden geacht elke houder op of in de dragers te bereiken, en aldaar ook in staat zal zijn met de waterslang of leiding de 20 bakvormige drager naar behoefte bij te vullen met water.Fig. 5 also shows that a water supply 18 is provided, with which water only needs to be fed into the upper trays 13 forming the carriers. Water can flow downwards alternately to the left and right to a bottom of the bins 13 up to a water drain 19 which connects to a reservoir tube 20. Water can be circulated in the reservoir tube 20 because the water supply 18 is connected to the reservoir tube 20. It is noted that this water system for keeping the carriers shaped as bins can be filled or can be replaced by a hose or pipe on the conveyor, precisely because it must nevertheless be considered capable of holding any container on or in the carriers. to reach, and there will also be able to fill the box-shaped carrier with water with the water hose or pipe as required.

In fig. 6-8 is getoond, hoe de stand van de overlopen 17 bepalend kan zijn voor het waterniveau in elk van de bakken 13 en aldus, via de doorgangen 16, eveneens in het binnenste van de houders 3. Wanneer, vanuit de situatie, 25 zoals die in fig. 6 is getoond, de overloop 17 omhoog wordt bewogen, kan het waterniveau in de betreffende bak 13 stijgen, en daarmee tevens in het binnenste van de houder 3. In de in fig. 6 getoonde toestand is het waterniveau dusdanig laag, dat eigenlijk alleen koeling van plantwortels 30 wordt verwezenlijkt, waar nauwelijks enige bevochtiging van een substraat is. In de toestand van fig. 7 kan het substraat ook worden bevochtigd, terwijl in de nog hogere 12 toestand van fig. 8 volledige verzadiging van het substraat (niet getoond) in de houder 3 kan worden bewerkstelligd.Figs. 6-8 show how the position of the overflows 17 can determine the water level in each of the containers 13 and thus, via the passages 16, also in the interior of the containers 3. When, from the situation As shown in FIG. 6, the overflow 17 is raised, the water level in the relevant container 13 can rise, and thereby also in the interior of the container 3. In the condition shown in FIG. 6, the water level is so low that really only cooling of plant roots 30 is achieved, where there is hardly any wetting of a substrate. In the state of FIG. 7, the substrate can also be moistened, while in the even higher state of FIG. 8, complete saturation of the substrate (not shown) in the holder 3 can be achieved.

In fig. 9 is schematisch weergegeven, hoe een houder 3 kan samenwerken met het drukluchtleidingstelsel 12. Daartoe 5 is op de houder 3 een deksel 19 aangebracht, met daarboven bijvoorbeeld een lichtbron voor het verschaffen van afdoende licht aan de plant in het binnenste van de houder 3. Onder het deksel 19 is een leiding 20 aangebracht, die in open verbinding staat met het drukluchtleidingstelsel 12. Aan de 10 druklucht, die met het drukluchtleidingstelsel wordt toegevoerd, kan bijvoorbeeld CO2 of een willekeurig bestrijdingsmiddel zijn toegevoegd om een voedingsstof voor het plantmateriaal in het binnenste van de houder 3 te verschaffen. Door CO2 of bestrijdingsmiddel vanaf 15 verschillende punten over de planten in de houder 3 uit te laten stromen, kunnen alle planten in het binnenste van de houder 3 optimaal voordeel genieten van deze voedingsstof of het bestrijdingsmiddel (het gebruik waarvan door een goede distributie juist kan worden geminimaliseerd). De leiding 20 20 kan aan de binnenzijde van de zijwanden 21 van de houder 3 zijn aangebracht of aan de onderzijde van het deksel 19. Het verdient wellicht de voorkeur om de leiding 20 aan de onderzijde van het deksel 19 aan te brengen, omdat daarmee de toegang tot het plantmateriaal in het binnenste van de 25 houder 3 optimaal blijft, wanneer het deksel van de houder 3 wordt afgenomen. Aangezien beide opties mogelijk zijn (leiding 20 tegen binnenwand houder 3 of onder deksel 19) is in het midden gelaten op welke wijze de snelkoppeling van de houder 3 een open verbinding tot stand brengt met het 30 drukluchtleidingstelsel 12, doch zulks ligt ruimschoots binnen het normale kunnen van de vakman op dit gebied, zodat verdere beschrijving van de snelkoppeling hier achterwege blijft.Fig. 9 schematically shows how a holder 3 can cooperate with the compressed air line system 12. For this purpose, a cover 19 is provided on the holder 3, with above it, for example, a light source for providing adequate light to the plant in the interior of the plant. holder 3. Under the cover 19 a line 20 is arranged, which is in open connection with the compressed air line system 12. To the compressed air supplied with the compressed air line system, for instance CO2 or any pesticide can be added to provide a nutrient for the plant material inside the container 3. By allowing CO2 or pesticide to flow from plants into container 3 from 15 different points, all plants in the interior of container 3 can optimally benefit from this nutrient or pesticide (the use of which can be corrected through good distribution). minimized). The conduit 20 can be arranged on the inside of the side walls 21 of the container 3 or on the underside of the lid 19. It may be preferable to arrange the conduit 20 on the underside of the lid 19, because access to the plant material in the interior of the holder 3 remains optimal when the cover is removed from the holder 3. Since both options are possible (conduit 20 against inner wall of container 3 or under cover 19), it has been left open how the quick coupling of the container 3 establishes an open connection with the compressed air duct system 12, but this is well within the normal of those skilled in the art, so that further description of the quick coupling is omitted here.

1313

In fig. 10 is de transporteur 4 in meer detail en op zichzelf getoond. De transporteur 4 omvat een raam 22, dat over rail 7 in fig. 10 in de richting van dubbele pijl A verplaatsbaar is. In het raam 22 is een grijper 23 5 aangebracht, die op en neer beweegbaar is in de richting van dubbele pijl B. De grijper 23 is op de in fig. 12 getoonde wijze op en neer beweegbaar in de richting van dubbele pijl B, te weten met een kabelgestel. Daarbij zijn twee kabels onderling aan elkaar bevestigd met een koppelstuk 24. Een 10 eerste uiteinde van de grijper 23 is bevestigd aan een eerste kabel 25, terwijl het andere uiteinde van de grijper 23 is bevestigd aan de tweede kabel 26. De kabels 25,26 zijn in afzonderlijke gesloten lussen om keerwielen 27 geslagen, waarbij ten minste één van de keerwielen 27 is verbonden met 15 een aandrijfmotor (niet getoond). Door het betreffende keerwiel 27 aan te drijven met behulp van de niet getoonde motor komen beide kabels 25,26 in beweging om de grijper 23 op en neer te bewegen in de richting van dubbele pijl B.In Fig. 10, the conveyor 4 is shown in more detail and per se. The conveyor 4 comprises a frame 22, which can be moved over rail 7 in Fig. 10 in the direction of double arrow A. Arranged in the frame 22 is a gripper 23 which is movable up and down in the direction of double arrow B. The gripper 23 is movable up and down in the direction of double arrow B in the manner shown in fig. know with a cable frame. Two cables are mutually attached to each other with a coupling piece 24. A first end of the gripper 23 is attached to a first cable 25, while the other end of the gripper 23 is attached to the second cable 26. The cables 25.26 are wrapped in separate closed loops around turning wheels 27, wherein at least one of the turning wheels 27 is connected to a drive motor (not shown). By driving the respective turning wheel 27 with the aid of the motor (not shown), both cables 25, 26 start to move the gripper 23 up and down in the direction of double arrow B.

In fig. 11 is de grijper in meer detail getoond. De 20 grijper 23 omvat een aantal kettingen 28, welke in rondgaande lussen zijn geslagen om omkeerwielen. Aan de kettingen 28 zijn stangen 29 aangebracht, die met de kettingen 28 rond kunnen bewegen in de lus, die door elke van de kettingen 28 is gedefinieerd. Bij voorkeur is elke 25 ketting 28 afzonderlijk aan te drijven, wellicht met een enkelvoudige motor en een gepaste overbrenging naar elke van de afzonderlijke kettingen 28. De stangen 29 dienen om een houder aan te grijpen en uit een bak 13 te nemen op de hieronder nader te beschrijven wijze. De omgekeerde beweging 30 is vanzelfsprekend ook mogelijk.The gripper is shown in more detail in FIG. The gripper 23 comprises a number of chains 28, which are wrapped in circumferential loops about reversing wheels. Attached to the chains 28 are rods 29, which can move around with the chains 28 in the loop defined by each of the chains 28. Preferably, each chain 28 can be driven separately, perhaps with a single motor and a suitable transmission to each of the individual chains 28. The rods 29 serve to grip a holder and to take it out of a tray 13 at the position described below. manner to be described. The reverse movement 30 is of course also possible.

In fig. 13 is de grijper 23 in zijaanzicht getoond, evenals een aantal houders 3. Vanuit de in fig. 13 getoonde positionering wordt de grijper 23 bewogen in de richting van 14 één van de houders 3 in de richting van pijl C, na op de gewenste hoogte hiertoe te zijn gebracht.In Fig. 13 the gripper 23 is shown in side view, as well as a number of holders 3. From the positioning shown in Fig. 13, the gripper 23 is moved in the direction of 14 one of the holders 3 in the direction of arrow C, after to the desired height.

Elke houder 3 heeft een flens 30 en een omkanting 31 onder een hoek ten opzichte van de flens 30. De kettingen 28 5 van de grijper 23 worden zodanig aangedreven, dat stangen 29 terechtkomen in de door de flens 30 en de omkanting 31 gedefinieerde ruimte. Door verdere opgaande beweging van de stangen 29 kan de houder 3 worden opgetild en over de kanten 15 van de bakken 13 worden getrokken. Bij het bereiken van 10 een volledig opgenomen stand van de houder 3 in de grijper 23 bereikt een tweede stang een voelarm 32, die daardoor weggedrukt wordt. Daarmee wordt de motor buiten werking gesteld. Als alternatief kan een overbrenging tussen de motor en de kettingen 28 buiten werking worden gesteld, als 15 de voelarm 32 wordt aangeroerd door de tweede stang 29. Het terugzetten van een houder 3 in de opslag gebeurt in omgekeerde volgorde, hetgeen mogelijk is gemaakt door de ruimte, die is gedefinieerd door de flens 30 en de omkanting 31. Trekken of duwen met de stang 29 in deze ruimte maakt 20 namelijk geen verschil. De hierboven beschreven opeenvolging van aangrijpen van een houder 3 met een stang in de door de flens 30 en de omkanting 31 gedefinieerde ruimte, het uitnemen van een houder uit een bak 13 van de opslag en het opnemen van de bak 13 in de grijper 23 is weergegeven in de 25 opeenvolging van de figuren 15-17. Ook is hier in meer detail de voelarm 32 weergegeven, welke met een schakelaar in verbinding staat om de motor uit te schakelen of de overbrenging tussen de motor en de kettingen buiten werking te stellen.Each holder 3 has a flange 30 and a flange 31 at an angle with respect to the flange 30. The chains 28 of the gripper 23 are driven such that rods 29 end up in the space defined by the flange 30 and the flange 31. By further upward movement of the rods 29, the holder 3 can be lifted and pulled over the edges 15 of the trays 13. Upon reaching a fully received position of the holder 3 in the gripper 23, a second rod reaches a feeler arm 32, which is thereby pressed away. This puts the motor out of operation. Alternatively, a transmission between the motor and the chains 28 can be deactivated if the feeler arm 32 is touched by the second rod 29. The restoring of a holder 3 to the storage takes place in reverse order, which is made possible by the space defined by the flange 30 and the flange 31. Pulling or pushing with the rod 29 in this space makes no difference. The above-described sequence of engaging a holder 3 with a rod in the space defined by the flange 30 and the flange 31, removing a holder from a bin 13 of the storage and receiving the bin 13 in the gripper 23 is shown in the sequence of Figures 15-17. The sensor arm 32 is also shown in more detail here, which is connected to a switch to switch off the motor or to disable the transmission between the motor and the chains.

30 In het voorgaande is een specifieke uitvoeringsvorm van een systeem volgens de onderhavige uitvinding beschreven, zoals ook getoond in de bijgevoegde figuren. De uitvinding is echter op zichzelf tot geen enkele van de specifieke 15 uitvoeringsvormen beperkt, aangezien de uitvinding is gedefinieerd in de bijgevoegde conclusie, in het bijzonder de enkelvoudige hoofdconclusie nr. 1.In the foregoing a specific embodiment of a system according to the present invention has been described, as also shown in the accompanying figures. However, the invention is not limited in itself to any of the specific embodiments, since the invention is defined in the appended claim, in particular the single main claim No. 1.

In het voorgaande is telkens verwezen naar een eb- en 5 vloed systeem, dat met een toevoer en bestuurbare overlopen kan worden geregeld. Opgemerkt wordt hier, dat de als robot uit te voeren transporteur kan zijn of worden uitgerust met een slang of andere (water)leiding om naar behoefte als bakken vormgegeven dragers van de opslag te vullen. Er 10 kunnen dan bijvoorbeeld sensoren worden of zijn toegepast, om het waterniveau in de bak(ken) te meten en de robot aan te sturen om water in een betreffende bak toe te voegen. Daarmee kan de configuratie volgens Fig. 5 vervallen.In the foregoing, reference has always been made to an ebb and flow system, which can be controlled with a supply and controllable overflows. It is noted here that the conveyor to be designed as a robot can be or be equipped with a hose or other (water) conduit to fill storage containers designed as required. Sensors can then, for example, be or be applied to measure the water level in the bin (s) and to control the robot to add water in a relevant bin. The configuration according to FIG. 5 expired.

Daarmee samenhangend kan een besturing en andere 15 sensoren zijn of worden verschaft, bijvoorbeeld om C02 in een houder te meten en de toevoer daarvan middels het drukleidingstelsel naar behoefte te verhogen of the verlagen, en waterniveau-sensoren kunnen in de bak(ken) (dragers) of in de houder(s) zijn of worden aangebracht.In connection therewith, a control and other sensors can be or can be provided, for instance to measure CO 2 in a container and to increase or decrease the supply thereof via the pressure line system as required, and water level sensors can be placed in the tank (s) (carriers) ) or have been placed in the holder (s).

20 Temperatuur-sensoren kunnen een besturing voorzien van gemeten temperaturen, op basis waarvan het waterniveau geregeld kan worden, bijvoorbeeld om alleen de wortels te koele met een laag waterniveau in de bak(ken) of juist om de houder of althans substraat daarin geheel te doordrenken met 25 water, waartoe in de houder ook vochtigheidsmeters in samenhang met het substraat kan bevatten. Zo blijkt dat er uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding alle mogelijke en denkbare sensoren en besturingen kunnen bevatten zonder af te wijken van de beschermingsomvang voor 30 de onderhavige uitvinding, en dat geldt eveneens voor allerhande mogelijke en denkbare eigenschappen, elementen en componenten, voor zover deze niet zijn uitgesloten in de definitie van de beschermingsomvang volgens de bijgevoegde 16 conclusies en eigenlijk dan alleen de bijgevoegde hoofdconclusie.Temperature sensors can provide a control with measured temperatures, on the basis of which the water level can be adjusted, for instance to cool only the roots with a low water level in the container (s) or precisely to completely soak the container or at least substrate therein. with water, for which purpose moisture meters in connection with the substrate can also be contained in the container. Thus, it appears that embodiments of the present invention can contain all possible and conceivable sensors and controls without deviating from the scope of protection for the present invention, and that also applies to all kinds of possible and conceivable properties, elements and components, insofar as these are excluded in the definition of the scope of protection according to the appended 16 claims and in fact only the appended main claim.

Claims (21)

1. Een systeem voor het kweken van plantmateriaal, omvattende: 5. ten minste één houder met ten minste een bodem en zijwanden, welke een ruimte definiëren voor opname daarin van het plantmateriaal en eventueel een substraat; - een opslag met ten minste één drager voor het selectief accommoderen van de houder; en 10. ten minste één transporteur voor verplaatsing van de houder van en naar de drager van de opslag.A system for growing plant material, comprising: 5. at least one holder with at least one bottom and side walls, which define a space for receiving therein the plant material and optionally a substrate; - a storage with at least one carrier for selectively accommodating the container; and 10. at least one conveyor for moving the container to and from the storage carrier. 2. Het systeem volgens conclusie 1, waarbij de houder een deksel met een naar de ruimte gerichte zijde en een buitenwaarts gerichte zijde omvat.The system of claim 1, wherein the container comprises a lid with a space-facing side and an outward-facing side. 3. Het systeem volgens conclusie 1 of 2, waarbij de opslag een drukluchtleidingstelsel met ten minste een aansluiting voor een snelkoppeling en de houder de snelkoppeling omvat.The system according to claim 1 or 2, wherein the storage comprises a compressed air line system with at least one connection for a quick coupling and the holder the quick coupling. 4. Het systeem volgens conclusie 3, waarbij het 20 drukluchtleidingstelsel ten minste verbindbaar is met een bron van C02 gas.4. The system according to claim 3, wherein the compressed air line system is at least connectable to a source of CO2 gas. 5. Het systeem volgens conclusie 3 of 4, waarbij het drukluchtleidingstelsel ten minste verbindbaar is met een bron van bestrijdingsmiddelen.The system according to claim 3 or 4, wherein the compressed air line system is at least connectable to a source of pesticides. 6. Het systeem volgens ten minste conclusies 2 en 3, waarbij het deksel aan de naar de ruimte gerichte zijde een ten minste met de snelkoppeling te verbinden leiding met ten minste twee, langs de leiding verspreide uitstroomopeningen omvat.The system according to at least claims 2 and 3, wherein on the side facing the space, the cover comprises a pipe to be connected at least to the quick coupling with at least two outflow openings spread along the pipe. 7. Het systeem volgens ten minste een voorgaande conclusie, waarbij de drager ten minste één bak omvat, de opslag ten minste een watertoevoer en een waterafvoer naar en van de bak omvat en de houder in of bij de bodem daarvan ten minste één doorgang omvat voor doorlating van water van of naar de bak.The system according to at least one of the preceding claims, wherein the carrier comprises at least one basin, the storage comprises at least one water supply and a water drain to and from the basin and the container in or at the bottom thereof comprises at least one passage for passage of water from or to the tank. 8. Het systeem volgens conclusie 7, verder omvattende een niveauregeling voor instelling van een hoogte van een 5 waterniveau in de bak.8. The system according to claim 7, further comprising a level control for setting a height of a water level in the basin. 9. Het systeem volgens conclusie 8, waarbij de niveauregeling ten minste een in hoogte instelbare overloop naar de waterafvoer omvat.The system of claim 8, wherein the level control comprises at least one height-adjustable overflow to the water drain. 10. Het systeem volgens conclusie 7, 8 of 9, waarbij de 10 bak staanders onder de houder omvat of de houder voeten omvat, om de doorgang vrij te houden voor doorlating van water van of naar de bak.10. The system according to claim 7, 8 or 9, wherein the bin comprises uprights under the holder or the holder comprises feet, to keep the passage free for water to be let from or to the bin. 11. Het systeem volgens ten minste een voorgaande conclusie, waarbij de drager langs ten minste een rand 15 daarvan een opstaande kant omvat en de houder langs of bij ten minste één tegenover de bodem gelegen rand van de zijwand een flens omvat.11. The system according to at least one of the preceding claims, wherein the carrier comprises an upstanding side along at least one edge thereof and the holder comprises a flange along or at least one edge of the side wall opposite the bottom. 12. Het systeem volgens conclusie 11, waarbij de transporteur een aangrijping omvat, welke is ingericht om 20 selectief in te werken op de flens en de houder over de kant te tillen.12. The system according to claim 11, wherein the conveyor comprises an engagement, which is adapted to act selectively on the flange and to lift the holder over the side. 13. Het systeem volgens conclusie 12, waarbij de flens een omkanting omvat en de aangrijping een onder de flens en achter de omkanting te bewegen stang, ten minste één vinger 25 of ten minste één tand omvat.13. The system of claim 12, wherein the flange comprises a flange and the engagement comprises a rod to be moved below the flange and behind the flange, at least one finger or at least one tooth. 14. Het systeem volgens ten minste een voorgaande conclusie, waarbij de opslag ten minste twee, tegenover elkaar opgestelde dragers omvat en de transporteur daartussen verplaatsbaar is.The system according to at least one of the preceding claims, wherein the storage comprises at least two carriers arranged opposite each other and the conveyor is movable between them. 15. Het systeem volgens ten minste een voorgaande conclusie, waarbij de opslag ten minste twee boven elkaar opgesteld dragers in een kastopstelling omvat, waarbij de transporteur langs ten minste één zijde daarvan verplaatsbaar is.The system according to at least one of the preceding claims, wherein the storage comprises at least two carriers arranged one above the other in a cabinet arrangement, the conveyor being movable along at least one side thereof. 16. Het systeem volgens ten minste een voorgaande conclusie, waarbij de transporteur aansluit op ten minste 5 een van een aanvoer en een afvoer voor aanlevering, resp. afvoer van de houder naar, resp. van de opslag.The system according to at least one of the preceding claims, wherein the conveyor connects to at least one of a supply and a discharge for delivery, respectively. discharge of the container to or of storage. 17. Het systeem volgens conclusie 16 met zowel de aanvoer als de afvoer, waarbij een samenstel van de transporteur, de aanvoer en de afvoer een in hoofdzaak 10 gesloten bewegingspad voor verplaatsing van de houder definieert.17. The system according to claim 16 with both the supply and the discharge, wherein an assembly of the conveyor, the supply and the discharge defines a substantially closed movement path for displacement of the holder. 18. Het systeem volgens conclusie 16 of 17, verder omvattende: een tegenover de ten minste ene van de aanvoer en de afvoer ten opzichte van de opslag gelegen 15 verwerkingsstation voor het met betrekking tot het plantmateriaal verwerken van de houder.18. The system according to claim 16 or 17, further comprising: a processing station opposite the at least one of the supply and the discharge relative to the storage for processing the container with respect to the plant material. 19. Het systeem volgens conclusies 17 en 18, waarbij het verwerkingsstation is gelegen langs het bewegingspad.The system of claims 17 and 18, wherein the processing station is located along the motion path. 20. Het systeem volgens conclusie 19, waarbij het 20 verwerkingsstation een zijspoor ten opzichte van de aanvoer, resp. de afvoer definieert.20. The system according to claim 19, wherein the processing station has a side track with respect to the supply, resp. defines the drain. 21. Het systeem volgens ten minste een voorgaande conclusie, verder omvattende een besturing voor ten minste de transporteur. 25The system according to at least one of the preceding claims, further comprising a control for at least the conveyor. 25
NL2008573A 2012-03-30 2012-03-30 SYSTEM FOR GROWING PLANT MATERIAL. NL2008573C2 (en)

Priority Applications (9)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2008573A NL2008573C2 (en) 2012-03-30 2012-03-30 SYSTEM FOR GROWING PLANT MATERIAL.
NL2009632A NL2009632C2 (en) 2012-03-30 2012-10-15 SYSTEM FOR STORAGE AND / OR ISSUE OF PRODUCTS AND / OR PACKAGING.
JP2015503146A JP2015511568A (en) 2012-03-30 2013-03-26 System for storing and / or distributing products and / or packages
CA2868963A CA2868963A1 (en) 2012-03-30 2013-03-26 System for storage and/or dispensing of products and/or packagings
CN201380024146.3A CN104661515A (en) 2012-03-30 2013-03-26 System for storage and/or dispensing of products and/or packagings
EP13720097.8A EP2830410B1 (en) 2012-03-30 2013-03-26 System for storage and/or dispensing of products and/or packagings
US14/389,118 US9914588B2 (en) 2012-03-30 2013-03-26 System for storage and/or dispensing of products and/or packagings
PCT/NL2013/050222 WO2013147597A1 (en) 2012-03-30 2013-03-26 System for storage and/or dispensing of products and/or packagings
PCT/NL2013/050229 WO2013147603A1 (en) 2012-03-30 2013-03-27 System for cultivating plant material

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2008573 2012-03-30
NL2008573A NL2008573C2 (en) 2012-03-30 2012-03-30 SYSTEM FOR GROWING PLANT MATERIAL.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2008573C2 true NL2008573C2 (en) 2013-10-01

Family

ID=47324336

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2008573A NL2008573C2 (en) 2012-03-30 2012-03-30 SYSTEM FOR GROWING PLANT MATERIAL.

Country Status (2)

Country Link
NL (1) NL2008573C2 (en)
WO (1) WO2013147603A1 (en)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2018002B1 (en) * 2016-12-14 2018-06-26 Logiqs B V System for cultivating plants or vegetables
CN107155683A (en) * 2017-06-02 2017-09-15 深圳市正冠科技有限公司 A kind of high intelligent afforestation automatic irrigation system
WO2019056057A1 (en) * 2017-09-19 2019-03-28 Vertical Farm Systems Pty Ltd Automated vertical farming apparatus and methods
US11778956B2 (en) 2018-04-06 2023-10-10 Walmart Apollo, Llc Automated vertical farming system using mobile robots
DE102018128968B3 (en) * 2018-11-19 2020-03-19 Jungheinrich Aktiengesellschaft Greenhouse facility
CA3126405A1 (en) * 2019-01-15 2020-07-23 Advanced Intelligent Systems Inc. System and method for automated farming of potted plants

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0142643A2 (en) * 1983-08-27 1985-05-29 Rollax Ingegneria SA Device for storing, treating and reloading plants
CH697385B1 (en) * 2005-04-27 2008-09-15 Karl Annen Chicory cone floating and harvesting system, has floating chamber, over pressure chamber including air outlet ports, and multiple box-like floating containers that are transported by hand or transport system
EP1975089A1 (en) * 2007-03-29 2008-10-01 Waterdrinker Aalsmeer B.V. Process for the treatment of a danish container

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0142643A2 (en) * 1983-08-27 1985-05-29 Rollax Ingegneria SA Device for storing, treating and reloading plants
CH697385B1 (en) * 2005-04-27 2008-09-15 Karl Annen Chicory cone floating and harvesting system, has floating chamber, over pressure chamber including air outlet ports, and multiple box-like floating containers that are transported by hand or transport system
EP1975089A1 (en) * 2007-03-29 2008-10-01 Waterdrinker Aalsmeer B.V. Process for the treatment of a danish container

Also Published As

Publication number Publication date
WO2013147603A1 (en) 2013-10-03

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL2008573C2 (en) SYSTEM FOR GROWING PLANT MATERIAL.
KR20130133891A (en) Plant cultivation device
JP6574701B2 (en) Article storage / conveyance device and crop cultivation device
US11678616B2 (en) Plant cultivation system using trolley conveyor
NL1019257C2 (en) Method for growing a carrier arranged in a greenhouse at a first low level of crops contained in containers.
US20110197981A1 (en) Processing System for Plant Containers
CN111492898B (en) System for growing mushrooms
JP2015037383A (en) Plant cultivation apparatus
JP2012010633A (en) Seedling grow box-conveying device, warm watered warming/cooling apparatus, and culture facility
JP2014036580A (en) Plant processing apparatus and plant cultivation apparatus
ES2971018T3 (en) Device for aeroponic cultivation of plant products
CN115968617B (en) Wild plant plants frame transplanting equipment
JP6233755B2 (en) Cultivation system
FI129644B (en) Plant cultivation system and apparatuses therefor
EP2319296A1 (en) Processing system for plant holders
JP6350701B2 (en) Stacking equipment
JP5724297B2 (en) Stacking equipment
KR101822747B1 (en) Potting Machine
JP6107909B2 (en) Stacking equipment
JP5812218B2 (en) Stacking equipment
RU2800728C2 (en) System for growing mushrooms
WO2006065210A1 (en) Procedure for the automatic infusion of a liquid solution during cultivation and a device for implementation of the procedure
JP6424471B2 (en) Seedling box stacking device
JPH08308389A (en) Device for tentatively planting seedling
JPH08322392A (en) Boring mechanism of temporary planting apparatus

Legal Events

Date Code Title Description
HC Change of name(s) of proprietor(s)

Owner name: VISCON GROUP HOLDING B.V.; NL

Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: CHANGE OF OWNER(S), CHANGE OF OWNER(S) NAME; FORMER OWNER NAME: VISSER 'S-GRAVENDEEL HOLDING B.V.

Effective date: 20221125