NL2006676C2 - VALVE, COMPOSITE PARTS OF THE VALVE, DEVICE AND METHOD FOR FITTING SUCH VALVE. - Google Patents

VALVE, COMPOSITE PARTS OF THE VALVE, DEVICE AND METHOD FOR FITTING SUCH VALVE. Download PDF

Info

Publication number
NL2006676C2
NL2006676C2 NL2006676A NL2006676A NL2006676C2 NL 2006676 C2 NL2006676 C2 NL 2006676C2 NL 2006676 A NL2006676 A NL 2006676A NL 2006676 A NL2006676 A NL 2006676A NL 2006676 C2 NL2006676 C2 NL 2006676C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
digestive tract
cylindrical body
valve
clamping element
cylindrical
Prior art date
Application number
NL2006676A
Other languages
Dutch (nl)
Inventor
Kamiel Reinier Zale Geenen
Bernard Jan Kamp
Simon Alexander Verheul
Erwin Herman Gerhardus Heurman
Original Assignee
Kuziba B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Kuziba B V filed Critical Kuziba B V
Priority to NL2006676A priority Critical patent/NL2006676C2/en
Priority to PCT/NL2012/000031 priority patent/WO2012158021A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2006676C2 publication Critical patent/NL2006676C2/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A22BUTCHERING; MEAT TREATMENT; PROCESSING POULTRY OR FISH
    • A22BSLAUGHTERING
    • A22B5/00Accessories for use during or after slaughtering
    • A22B5/14Clips for the tongue; Arrangements for closing the throat
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A22BUTCHERING; MEAT TREATMENT; PROCESSING POULTRY OR FISH
    • A22BSLAUGHTERING
    • A22B5/00Accessories for use during or after slaughtering
    • A22B5/0094Cutting or blocking the rectum of a carcass, e.g. for avoiding fecal contamination
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61FFILTERS IMPLANTABLE INTO BLOOD VESSELS; PROSTHESES; DEVICES PROVIDING PATENCY TO, OR PREVENTING COLLAPSING OF, TUBULAR STRUCTURES OF THE BODY, e.g. STENTS; ORTHOPAEDIC, NURSING OR CONTRACEPTIVE DEVICES; FOMENTATION; TREATMENT OR PROTECTION OF EYES OR EARS; BANDAGES, DRESSINGS OR ABSORBENT PADS; FIRST-AID KITS
    • A61F5/00Orthopaedic methods or devices for non-surgical treatment of bones or joints; Nursing devices; Anti-rape devices
    • A61F5/0093Rectal devices, e.g. for the treatment of haemorrhoids

Abstract

The invention relates to a seal for sealing an end of the digestive tract of a deceased person, comprising a cylindrical body (1) which can be placed in the digestive tract and has a cylindrical peripheral wall provided on one side with an end wall, and a clamping element (10) which can be displaced relative to the cylindrical body to a-clamp- ing position for the purpose of fixing the seal in the oesophagus, and thereby sealing the digestive tract, by clamping digestive tract tissue between at least a part of the clamping element and the cylindrical body, wherein the peripheral wall encloses a receiving space and is provided with at least one opening through which digestive tract tissue can be carried into the receiving space, and the clamping element is displaceable to a clamping position in which digestive tract tissue is clamped between the clamping element and the cylindrical body.

Description

Afsluiter, samenstellende delen van de afsluiter, inrichting en werkwijze voor het aanbrengen van een dergelijke afsluiterValve, component parts of the valve, device and method for mounting such a valve

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een afsluiter voor het afsluiten van een 5 einde van het spijsverteringskanaal van een overleden zoogdier en de samenstellende delen van een dergelijke afsluiter. De uitvinding heeft tevens betrekking op een inrichting en een werkwijze voor het door het aanbrengen van een dergelijke afsluiter afsluiten van het spijsverteringskanaal van een zoogdier.The present invention relates to a valve for closing an end of the digestive tract of a deceased mammal and the component parts of such a valve. The invention also relates to a device and a method for closing the digestive tract of a mammal by arranging such a valve.

10 De niet vóórgepubliceerde Nederlandse octrooiaanvrage 2003787 beschrijft een afsluiter voor het afsluiten van een einde van het spijsverteringskanaal van een overleden zoogdier, omvattende een in het spijsverteringskanaal plaatsbaar cilindermantelvormig lichaam met een cilindrische omtrekswand die aan één zijde is voorzien van een kopwand en een ten opzichte van het cilindermantelvormige lichaam 15 tot in een klempositie verplaatsbaar klemelement voor het, door het tussen ten minste een deel van het klemelement en het cilindermantelvormig lichaam klemmen van spijsverteringskanaalweefsel, in de het spijsverteringskanaal fixeren van de afsluiter en het daarmede afsluiten van het spijsverteringskanaal, waarbij de omtrekswand een opnameruimte omsluit en is voorzien van ten minste één opening waardoorheen 20 spijsverteringskanaalweefsel tot in de opnameruimte kan worden gebracht en het klemelement tot een klempositie verplaatsbaar is waarin tussen het klemelement en het cilindermantelvormige lichaam spijsverteringskanaalweefsel wordt geklemd.The non-prepublished Dutch patent application 2003787 describes a valve for closing an end of the digestive tract of a deceased mammal, comprising a cylindrical body that can be placed in the digestive tract with a cylindrical circumferential wall which is provided on one side with a end wall and the cylindrical body 15 movable to a clamping position for clamping element, by clamping digestive tract tissue between at least a part of the clamping element and the cylindrical body, fixing the valve in the digestive tract and closing the digestive tract with it, the circumferential wall encloses a receiving space and is provided with at least one opening through which digestive tract tissue can be introduced into the receiving space and the clamping element can be moved to a clamping position in which between the clamping element and the cylinder man numerical body digestive tract tissue is clamped.

Een dergelijke afsluiter is ingericht voor het afsluiten van het spijsverteringskanaal van 25 een slachtdier om verontreiniging van het voor menselijke consumptie bedoelde vlees van het slachtdier te voorkomen. De substantie in het spijsverteringskanaal blijft dan opgesloten binnen dit kanaal.Such a valve is arranged for closing the digestive tract of a slaughtered animal to prevent contamination of the meat of the slaughtered animal intended for human consumption. The substance in the digestive tract then remains trapped within this channel.

Het is de uitvinders van bovengenoemde octrooiaanvrage gebleken dat deze afsluiter 30 ook gebruik kan worden voor het afsluiten van het spijsverteringskanaal van een overleden mens. Na het overlijden van een persoon kan immers niet altijd worden voorkomen dat processen zoals gisting in delen van het spijsverteringskanaal optreden, waardoor de druk binnen het spijsverteringskanaal wordt vergroot en de in het 2 spijsverteringskanaal aanwezige substantie naar buiten treedt. Tot nu toe wordt dit verschijnsel tegengegaan met primitieve middelen die niet altijd even effectief zijn.It has been found by the inventors of the above-mentioned patent application that this valve 30 can also be used to close the digestive tract of a deceased person. After the death of a person, it is not always possible to prevent processes such as fermentation occurring in parts of the digestive tract, as a result of which the pressure within the digestive tract is increased and the substance present in the digestive tract emerges. Until now, this phenomenon has been countered with primitive means that are not always effective.

De onderhavige uitvinding verschaft een afsluiter van de hierboven genoemde soort, die 5 is ingericht voor het afsluiten van het spijsverteringskanaal van een overleden mens.The present invention provides a valve of the above-mentioned type, which is adapted to close the digestive tract of a deceased person.

Hierdoor wordt een afsluiting van het spijsverteringskanaal van een mens verkregen die beter functioneert dan tot nu toe gebruikte afsluitingen. Zo kan, doordat spijsverteringskanaalweefsel in het inwendige van het cilindermantelvormige lichaam 10 wordt geklemd, een klemkracht worden verkregen die niet of ten minste in mindere mate afhankelijk is van de diameter van cilindermantel en/of het klemelement. Tevens wordt hierdoor bereikt dat spijsverteringskanaalweefsel tot in het inwendige van het cilindermantelvormige lichaam kan dringen, waarbij het zich in het inwendige van het lichaam bevindende weefsel door een mechanische opsluiting wordt verankerd, hetgeen 15 verder de sterkte van de afsluiting verhoogt. Door gebruik van de afsluiter volgens de uitvinding kan tevens vetweefsel en aan de buitenzijde van het spijsverteringskanaal gelegen weefsel tot in het cilindermantelvormige lichaam worden gedrongen. Voorts is de afsluiter volgens de uitvinding minder gevoelig voor zich in het spijsverteringskanaal bevindende verontreiniging, zoals voedsel of gedeeltelijk verteerd voedsel alsmede voor 20 vergroeiing van het spijsverteringskanaal. Door het tot een in het inwendige van het cilindermantelvormige lichaam gelegen klempositie dringen van het klemelement, wordt zich in het inwendige van het cilindermantel-vormige lichaam bevindend spijsverteringskanaalweefsel, respectievelijk zich buiten het lichaam bevindend spijsverteringskanaalweefsel tegen de binnenzijde respectievelijk de buitenzijde van het 25 cilindermantelvormige lichaam gedrongen, waarmee een sterke afsluiting kan worden verkregen. Hiermee kan een mediumdichte afsluiting worden verkregen. Onder medium wordt in deze context verstaan vloeistof en vaste bestanddelen. Hoewel het met de afsluiter ook mogelijk is om het spijsverteringskanaal tegen het doorlaten van gassen af te sluiten, is dit niet of minder noodzakelijk. In deze context wordt onder cilinder 30 begrepen een vorm waarvan de omtrekswand (de mantel) gesloten is. De omtrekswand is bij voorkeur concaaf gevormd. De opening in de omtrekswand kan diverse vormen hebben, zoals rechthoekig. In het bijzonder is de opening rond, zoals een cirkel en een ovaal of zijn ten minste randen van de openingen afgerond. Hierdoor is het risico van 3 het lekken van de afsluiter door het scheuren van spijsverteringskanaalweefsel door scherpe randen in de opening kleiner.This results in a closure of the digestive tract of a human being that functions better than previously used closures. Thus, because digestive tract tissue is clamped in the interior of the cylindrical body 10, a clamping force can be obtained which is not or at least to a lesser extent dependent on the diameter of the cylinder casing and / or the clamping element. It is also achieved in this way that digestive tract tissue can penetrate into the interior of the cylindrical body, whereby the tissue located in the interior of the body is anchored by a mechanical confinement, which further increases the strength of the closure. By using the valve according to the invention, fatty tissue and tissue located on the outside of the digestive tract can also be forced into the cylindrical body. Furthermore, the valve according to the invention is less sensitive to contamination present in the digestive tract, such as food or partially digested food, as well as to fouling of the digestive tract. By urging the clamping element into a clamping position located within the interior of the cylindrical body, digestive tract tissue located inside the interior of the cylindrical body becomes digestive tract tissue or outside the body of the cylindrical body. with which a strong seal can be obtained. A medium-tight seal can hereby be obtained. In this context, medium is understood to mean liquid and solid components. Although it is also possible with the valve to close the digestive tract against the passage of gases, this is not necessary or less necessary. In this context, cylinder 30 is understood to mean a shape whose peripheral wall (the casing) is closed. The circumferential wall is preferably concave. The opening in the circumferential wall can have various shapes, such as rectangular. In particular, the opening is round, such as a circle and an oval, or at least edges of the openings are rounded. As a result, the risk of leakage of the valve through the rupture of digestive tract tissue through sharp edges in the opening is smaller.

Volgens een eerste voorkeursuitvoeringsvorm is de afsluiter ingericht voor het afsluiten 5 van de slokdarm van een overleden mens. Hiermede wordt op effectieve wijze voorkomen dat bij overleden personen maaginhoud uit de mond treedt.According to a first preferred embodiment, the valve is adapted to close the esophagus of a deceased person. This effectively prevents stomach contents from leaving the mouth of deceased persons.

Volgens een andere voorkeursuitvoeringsvorm is de afsluiter ingericht voor het afsluiten van de endeldarm van een overleden mens. Hiermede wordt op effectieve 10 wijze voorkomen dat bij overleden personen de darminhoud het lichaam verlaat.According to another preferred embodiment, the valve is adapted to close the rectum of a deceased person. This effectively prevents the intestinal contents from leaving the body in deceased persons.

Een hiermee overeenstemmende werkwijze voor het afsluiten van een einde van een spijsverteringskanaal van een overleden zoogdier omvat het op een gewenste locatie in het spijsverteringskanaal van het dier plaatsen van een cilindermantelvormig, van een 15 cilindervormige omtrekswand voorzien en aan één kopzijde van een afsluitende kopwand voorzien, deel van een afsluiter en het ten opzichte van het cilindermantelvormig deel verplaatsen van een klemelement van de afsluiter tot in een klempositie, waarin tussen het klemelement en het cilindermantel-vormige deel slokdarmweefsel wordt vastgeklemd, waarbij spijsverteringskanaalweefsel door ten 20 minste één in de omtrekswand gelegen opening tot in het inwendige van het cilindermantelvormig deel wordt gedrongen en dat het aldus verplaatste weefsel tussen het naar een klempositie bewogen klemelement en het cilindermantelvormige deel wordt vastgeklemd, waarbij de werkwijze wordt toegepast op een overleden mens. De voordelen van deze werkwijze volgens de uitvinding komen overeen met de voordelen 25 zoals beschreven bij de afsluiter volgens de uitvinding.A corresponding method for closing an end of a digestive tract of a deceased mammal comprises placing a cylindrical mantle-shaped, provided with a cylindrical circumferential wall at a desired location and provided with a sealing end wall on one end side, part of a valve and moving a clamping element of the valve relative to the cylindrical shell-like part into a clamping position, in which esophagus tissue is clamped between the clamping element and the cylinder-shell-shaped part, whereby digestive tract tissue is at least one opening located in the circumferential wall until the interior of the cylindrical-shaped part is urged and the tissue thus moved is clamped between the clamping element moved to a clamping position and the cylindrical-shaped part, the method being applied to a deceased person. The advantages of this method according to the invention correspond to the advantages as described with the valve according to the invention.

Voorkeursuitvoeringsvormen verschaffen dergelijke werkwijzen, waarbij de werkwijze wordt toegepast op de slokdarm, respectievelijk de endeldarm van een overleden mens.Preferred embodiments provide such methods wherein the method is applied to the esophagus or rectum of a deceased human being, respectively.

30 In een eerste uitvoeringsvorm is de omtrekswand voorzien van ten minste twee over de omtrek van de omtrekswand verdeelde openingen. Hierdoor neemt de sterkte van de afsluiting verder toe, doordat zich meer spijsverteringskanaalweefsel tot in het inwendige van het lichaam kan worden gebracht en doordat de afstand waarover spijsverteringskanaalweefsel zich aan de buitenzijde van de omtrekswand uitstrekt is 4 verkleind. Dit leidt tot een groter klemoppervlak van het weefsel en daarmee tot een grotere klemkracht. In het bijzonder bestrijkt de som van de grootste lengte van de openingen in omtreksrichting van de omtrekswand meer dan 50% van de omtrek van de omtrekswand en met voorkeur meer dan 75% van de omtrek van de omtrekswand.In a first embodiment, the circumferential wall is provided with at least two openings distributed over the circumference of the circumferential wall. As a result, the strength of the seal increases further because more digestive tract tissue can be introduced into the interior of the body and because the distance over which digestive tract tissue extends on the outside of the circumferential wall is reduced. This leads to a larger clamping surface of the fabric and thus to a greater clamping force. In particular, the sum of the greatest length of the openings in the circumferential direction of the circumferential wall covers more than 50% of the circumference of the circumferential wall and preferably more than 75% of the circumference of the circumferential wall.

5 Hierdoor kan meer spijsverteringskanaalweefsel tot in het cilindermantelvormige lichaam worden gedrongen, waardoor zich in het inwendige van het cilindermantelvormige lichaam meer spijsverteringskanaalweefsel bevindt waardoor de mate van mechanische sluiting van zich in het inwendige van het cilindermantelvormige lichaam bevindend weefsel vergroot. Dit verhoogt de sterkte van de afsluiting.As a result, more digestive tract tissue can be forced into the cylindrical body, as a result of which there is more digestive tract tissue in the interior of the cylindrical body, whereby the degree of mechanical closure of tissue located in the interior of the cylindrical body is increased. This increases the strength of the seal.

1010

De afsluitende kopwand kan op diverse wijze zijn gevormd. Zo kan de kopwand plat zijn uitgevoerd. In het bijzonder is de kopwand tenminste gedeeltelijk conisch, afgeplat of afgerond gevormd. Dit vergemakkelijkt het tot in het spijsverteringskanaal plaatsen van het lichaam.The closing end wall can be formed in various ways. The end wall can thus be flat. In particular, the end wall is at least partially conical, flattened or rounded. This facilitates placing the body into the digestive tract.

1515

Alhoewel niet wordt uitgesloten dat het cilindermantelvormige lichaam en het klemelement op afstand van elkaar naar de gewenste positie in het spijsverteringskanaal worden gebracht, omvat volgens een uitvoeringsvorm het cilindermantelvormige lichaam eerste fïxatiemiddelen voor het in een de afsluiter in het spijsverteringskanaal te 20 plaatsen positie fixeren van het klemelement. Door het cilindermantelvormige lichaam te voorzien van eerste fïxatiemiddelen wordt het klemelement in een positie ten opzichte van het cilindermantelvormige lichaam aangegrepen waarbij de afsluiter op eenvoudige wijze door het spijsverteringskanaal heen tot op een gewenste locatie in het spijsverteringskanaal kan worden geplaatst.Although it is not excluded that the cylindrical body and the clamping element are moved at a distance from each other to the desired position in the digestive tract, according to an embodiment the cylindrical mantle-shaped body comprises first fixation means for fixing the position to be placed in the valve in the digestive tract. clamping element. By providing the cylindrical body with first fixation means, the clamping element is engaged in a position relative to the cylindrical body, whereby the valve can easily be placed through the digestive tract to a desired location in the digestive tract.

2525

In weer een uitvoeringsvorm omvat het cilindermantelvormige lichaam tweede fïxatiemiddelen voor het in een klempositie fixeren van het klemelement. Door het cilindermantelvormige lichaam te voorzien van tweede fïxatiemiddelen wordt het klemelement in de klempositie aangegrepen door het cilindermantelvormige lichaam, 30 waardoor het risico op een ongewenste verplaatsing van het klemelement ten opzichte van het cilindermantelvormige lichaam verminderd. Dit verhoogt verder de sterkte van de afsluiting van het spijsverteringskanaal.In yet another embodiment, the cylindrical body comprises second fixation means for fixing the clamping element in a clamping position. By providing the cylinder-shaped body with second fixation means, the clamping element is engaged in the clamping position by the cylinder-shaped body, whereby the risk of an undesired displacement of the clamping element relative to the cylinder-shaped body is reduced. This further increases the strength of the digestive tract seal.

55

De fixatiemiddelen kunnen divers zijn uitgevoerd, waarbij het klemelement op diverse wijzen met het cilindermantelvormig lichaam wordt gefixeerd. In het bijzonder zijn de fixatiemiddelen ingericht voor het door vormopsluiting fixeren van het klemelement.The fixing means can be of various designs, wherein the clamping element is fixed in various ways with the cylindrical body. The fixing means are in particular adapted to fix the clamping element by means of a form lock.

Dit verbetert de betrouwbaarheid van de fixatie van het klemelement met het 5 cilindermantelvormig lichaam. De fixatiemiddelen kunnen ten minste één uitkraging en/of een uitsparing omvatten voor het aangrijpen van een uitsparing respectievelijk uitkraging van het klemelement. In een uitvoeringsvorm omvatten de eerste en/of tweede fixatiemiddelen ten minste één in de omtrekswand aangebrachte uitsparing voor het opnemen van een uitkraging van het klemelement. Dit is constructief eenvoudig. De 10 uitsparing van de tweede fixatiemiddelen kunnen geïntegreerd zijn uitgevoerd met de in de omtrekswand gelegen openingen. Voor samenwerking met de fixatiemiddelen van het cilindermantelvormig lichaam omvat het klemelement ten minste een uitkraging. In het bijzonder is de ten minste ene uitkraging van het klemelement ingericht voor samenwerking met zowel de eerste fixatiemiddelen als de tweede fixatiemiddelen van 15 het cilindermantelvormig lichaam.This improves the reliability of the fixation of the clamping element with the cylindrical body. The fixation means can comprise at least one projection and / or a recess for engaging a recess or projection of the clamping element. In an embodiment the first and / or second fixing means comprise at least one recess arranged in the circumferential wall for receiving a projection of the clamping element. This is constructively simple. The recess of the second fixation means can be integrated with the openings located in the circumferential wall. For cooperation with the fixing means of the cylindrical body, the clamping element comprises at least one projection. In particular, the at least one protrusion of the clamping element is arranged for cooperation with both the first fixation means and the second fixation means of the cylindrical body.

Voor het op een drager, voor het door een deel van het spijsverteringskanaal heen tot op een gewenste locatie in het spijsverteringskanaal positioneren, koppelen van het cilindermantelvormige lichaam, omvat het cilindermantelvormige lichaam 20 koppelmiddelen. Hierdoor kan het cilindermantelvormige lichaam onder gebruikmaking van een drager op betrouwbare wijze door het spijsverteringskanaal heen tot op een gewenste locatie in het spijsverteringskanaal worden gebracht.For coupling the cylindrical body on a carrier, for positioning through a part of the digestive tract to a desired location in the digestive tract, the cylindrical body 20 comprises coupling means. This allows the cylindrical body to be reliably introduced through the digestive tract to a desired location in the digestive tract using a carrier.

In weer een uitvoeringsvorm omvatten de koppelmiddelen aan de van de kopwand 25 afgekeerde rand van cilindermantelvormige lichaam bevestigde, zich in axiale richting uitstrekkende veerkrachtige lippen, die aan hun binnenzijde zijn voorzien van zich naar binnen uitstrekkende aangrijpelementen, die zijn ingericht om aan te grijpen achter een rand van de drager. Hierdoor kan de drager eenvoudig met de afsluiter worden gekoppeld, door het door een tijdelijke vervorming van de lippen tot in het 30 cilindervormige lichaam plaatsen van de drager, waarna de lippen om een rand van de drager grijpen en de drager vasthouden.In yet another embodiment the coupling means comprise resilient lips which are fixed on the edge of cylindrical body remote from the end wall 25 and extend in axial direction and are provided on their inner side with inwardly extending engaging elements which are adapted to engage behind a edge of the carrier. As a result, the carrier can easily be coupled to the valve by placing the carrier through a temporary deformation of the lips into the cylindrical body, whereafter the lips engage around an edge of the carrier and retain the carrier.

Het klemelement kan op diverse wijzen zijn uitgevoerd. Het gaat erom dat het klemelement ten minste gedeeltelijk tot in het cilindermantelvormige lichaam te 6 plaatsen is. Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm is het klemelement ringvormig. Hierdoor kan er rond het klemelement een gelijke afstand worden verkregen tussen het klemelement en de cilindermantel, waardoor het spijsverteringskanaalweefsel gelijkmatig wordt ingeklemd tussen het klemelement en het cilindermantelvormig 5 lichaam. In het bijzonder is het klemelement hierbij aan een rand voorzien van ten minste één uitkraging voor het tussen ten minste een deel van de uitkraging en het cilindermantelvormige lichaam klemmen van zich in het inwendige van het cilindermantelvormige lichaam bevindend spijsverteringskanaalweefsel Ook kan spijsverteringskanaalweefsel worden ingeklemd door het, door het klemelement, 10 richting de kopwand dringen van spijsverteringskanaalweefsel, waarbij het klemelement de openingen in de omtrekswand van het cilindermantelvormig lichaam ten minste gedeeltelijk afsluit. Doordat hierbij de tweede fïxatiemiddelen het klemelement in een klempositie fixeren, is het spijsverteringskanaalweefsel vormsluitend opgesloten in het cilindermantelvormig lichaam. De uitkraging van het klemelement kan tevens zijn 15 voorzien van middelen voor het door de eerste en/of tweede fïxatiemiddelen van het cilindermantelvormige lichaam aangrijpen van het klemelement. In het bijzonder zijn deze tot het klemelement behorende middelen een uitkraging voor het door een uitsparing van het cilindermantelvormige lichaam aangrijpen van het klemelement.The clamping element can be designed in various ways. The point is that the clamping element can be placed at least partially into the cylindrical body. According to a preferred embodiment, the clamping element is annular. As a result, an equal distance can be obtained around the clamping element between the clamping element and the cylinder casing, whereby the digestive tract tissue is evenly clamped between the clamping element and the cylindrical body. In particular, the clamping element is here provided with at least one protrusion for clamping between at least a part of the protrusion and the cylindrical body of digestive tract tissue located in the interior of the cylindrical shell, digestive tract tissue can also be clamped in by urging digestive tract tissue through the clamping element toward the end wall, the clamping element at least partially closing off the openings in the circumferential wall of the cylindrical body. Because the second fixation means fix the clamping element in a clamping position, the digestive tract tissue is locked in a locking form in the cylindrical body. The projection of the clamping element can also be provided with means for engaging the clamping element by the first and / or second fixing means of the cylindrical body. In particular, these means belonging to the clamping element are a projection for engaging the clamping element through a recess of the cylindrical body.

Deze middelen kunnen ook integraal zijn uitgevoerd met de uitkraging voor het 20 vergroten van het klemmend oppervlak. Hiermee kan het spijsverteringskanaalweefsel goed tussen het klemelement en het cilindermantelvormige lichaam worden geklemd.These means can also be integral with the projection for increasing the clamping surface. With this, the digestive tract tissue can be properly clamped between the clamping element and the cylindrical body.

Voor een verdere verhoging van de sterkte van de afsluiting is ten minste een deel van een klemoppervlak van het cilindermantelvormige lichaam en/of het klemelement van 25 reliëf voorzien. Onder reliëf wordt in deze context mede begrepen een oppervlakteruwheid, alsmede uitkragingen en uitsparingen zoals groeven, flenzen randen en zo voorts.For a further increase in the strength of the seal, at least a part of a clamping surface of the cylindrical body and / or the clamping element is provided with relief. In this context, relief also includes a surface roughness, as well as projections and recesses such as grooves, flanged edges and so on.

De diameter van het cilindermantelvormig is aangepast aan de doorsnede van het af te 30 sluiten deel van het spijsverteringskanaal. Zo kan de diameter van het cilindermantelvormige lichaam groter zijn dan de diameter van de slokdarm of de endeldarm van de overleden persoon, waardoor een sterke afsluiting kan worden verkregen. Ook kan de diameter kleiner zijn dan de betreffende diameter, waardoor het cilindermantelvormige lichaam met een relatief lage kracht door het 7 spijsverteringskanaal heen op de gewenste locatie kan worden gebracht. In het bijzonder is de buitendiameter van het cilindermantelvormige lichaam gelegen tussen 30 en 55 mm. Een cilindermantel met een diameter met deze range blijkt goed tot op een gewenste positie in een spijsverteringskanaal plaatsbaar te zijn waarmee tevens een 5 afsluiting kan worden verkregen met een voldoende stevige fixatie.The diameter of the cylindrical shell is adapted to the cross-section of the part of the digestive tract to be closed. Thus, the diameter of the cylindrical body can be larger than the diameter of the esophagus or rectum of the deceased person, whereby a strong seal can be obtained. The diameter can also be smaller than the relevant diameter, whereby the cylindrical body can be brought to the desired location through the digestive tract with a relatively low force. In particular, the outer diameter of the cylindrical body is between 30 and 55 mm. A cylinder mantle with a diameter with this range appears to be well placed in a digestive tract up to a desired position, with which a closure can also be obtained with a sufficiently strong fixation.

Het cilindermantelvormige lichaam en het klemelement kunnen uit diverse materialen zijn vervaardigd. In het bijzonder is het cilindermantelvormige lichaam en/of het klemelement in hoofdzaak vervaardigd uit een materiaal geselecteerd uit de groep 10 bestaande uit: een kunststof, een biologisch afbreekbaar materiaal of een brandbaar materiaal. Een kunststof en in het bijzonder een gietbare kunststof maakt een eenvoudige productie van het cilindermantelvormige lichaam en het klemelement mogelijk.The cylindrical body and the clamping element can be made of various materials. In particular, the cylindrical body and / or the clamping element is substantially made of a material selected from the group 10 consisting of: a plastic, a biodegradable material or a combustible material. A plastic and in particular a castable plastic makes possible a simple production of the cylindrical body and the clamping element.

15 In nog een uitvoeringsvorm zijn het cilindermantelvormige lichaam en het klemelement voorzien van eikaars onderlinge rotatiepositie bepalende, op elkaar aangrijpende middelen. Hierdoor kan een verbeterde borging van het klemelement ten opzichte van het cilindervormige lichaam worden verkregen. In het bijzonder zijn de eikaars onderlinge rotatiepositie bepalende, op elkaar aangrijpende middelen ingericht voor het 20 met het klemelement in de klempositie in hoofdzaak tegenover de in de omtrekwand gelegen openingen plaatsen van de uitkragingen. Hierdoor kan een vloeistofdichte afsluiting van de slokdarm worden verkregen met een vergrote sterkte.In yet another embodiment, the cylindrical body and the clamping element are provided with mutually interlocking means determining mutual rotation position. An improved locking of the clamping element with respect to the cylindrical body can hereby be obtained. In particular, the mutually rotational position-determining means, mutually engaging means, are arranged for placing the projections with the clamping element in the clamping position substantially opposite the openings located in the peripheral wall. A fluid-tight seal of the esophagus can hereby be obtained with an increased strength.

De uitvinding verschaft tevens een cilindermantelvormig lichaam en een klemelement 25 voor gebruik in een afsluiter volgens de onderhavige uitvinding. De voordelen van het cilindermantelvormige lichaam en het klemelement volgens de uitvinding komen overeen met de voordelen zoals beschreven bij de afsluiter volgens de uitvinding.The invention also provides a cylindrical body and a clamping element 25 for use in a valve according to the present invention. The advantages of the cylindrical body and the clamping element according to the invention correspond to the advantages as described with the valve according to the invention.

De uitvinding betreft eveneens een inrichting voor het in het spijsverteringskanaal van 30 een overleden zoogdier plaatsen en fixeren van een afsluiter, waarbij de inrichting is voorzien van een aan een eerste einde van een langgerekt element geplaatste drager voor het door een deel van het spijsverteringskanaal heen tot op een gewenste locatie in het spijsverteringskanaal positioneren van een afsluiter, vanaf het tweede einde van het langgerekte element bedienbare eerste dringmiddelen voor het door een opening van 8 een cilindermantelvormig deel van de afsluiter heen tot in het inwendige van het cilindermantelvormige deel heen dringen van spijsverteringskanaalweefsel en vanaf het tweede einde van het langgerekte element bedienbare tweede dringmiddelen voor het ten opzichte van het cilindermantelvormige deel tot in een klempositie dringen van een 5 klemelement van de afsluiter, waarbij in de klempositie in het inwendige van het cilindermantelvormig deel gelegen spijsverteringskanaalweefsel wordt vastgeklemd, waarbij de inrichting is ingericht voor het in het spijsverteringskanaal van een overleden mens plaatsen en fixeren van een afsluiter.Deze inrichting maakt het mogelijk om op eenvoudige wijze een spijsverteringskanaal af te sluiten onder gebruikmaking van het 10 cilindermantelvormige lichaam en het klemelement volgens de uitvinding. Doordat de inrichting is voorzien van een drager kan op eenvoudige wijze het cilindermantelvormige lichaam door een deel van het spijsverteringskanaal heen tot op een gewenste locatie in het spijsverteringskanaal worden gepositioneerd. Bij voorkeur omvatten de eerste dringmiddelen vacuümmiddelen voor het in het inwendige van een 15 in het spijsverteringskanaal geplaatst cilindermantelvormig lichaam creëren van een onderdruk, waardoor spijsverteringskanaalweefsel door in het cilindermantelvormige lichaam aangebrachte openingen heen tot in het inwendige van het lichaam wordt gedrongen. Bij voorkeur omvatten hierbij de vacuümmiddelen een met een vacuümpomp verbindbaar en een zich door het langgerekt element uitstrekkend, bij de 20 eerste drager uitmondend kanaal. Dit is een constructief eenvoudige oplossing voor het in het cilindervormig lichaam aanbrengen van een onderdruk. De tweede dringmiddelen maken het op eenvoudige wijze mogelijk om het klemelement ten opzichte van het cilindermantelvormige lichaam te verplaatsen tot in de klempositie.The invention also relates to a device for placing and fixing a valve in the digestive tract of a deceased mammal, the device being provided with a carrier placed at a first end of an elongated element for passing through a part of the digestive tract positioning a valve at a desired location in the digestive tract, first penetrating means operable from the second end of the elongated element for urging digestive tract tissue through an opening of a cylindrical part of the valve and into the interior of the cylindrical part second penetrating means operable from the second end of the elongated element for urging a clamping element of the valve relative to the cylindrical-shaped part, wherein digestive tract is located in the clamping position in the interior of the cylindrical-shaped part is clamped, the device being adapted to place and fix a valve in the digestive tract of a deceased person. This device makes it possible to close a digestive tract in a simple manner using the cylindrical body and the clamping element according to the invention. Because the device is provided with a carrier, the cylindrical body can easily be positioned through a part of the digestive tract to a desired location in the digestive tract. The first urging means preferably comprise vacuum means for creating an underpressure in the interior of a cylindrical body placed in the digestive tract, whereby digestive tract tissue is forced through openings provided in the cylindrical body into the interior of the body. The vacuum means here preferably comprise a channel which can be connected to a vacuum pump and a channel extending through the elongated element, which terminates at the first carrier. This is a constructionally simple solution for applying an underpressure in the cylindrical body. The second urging means make it possible in a simple manner to move the clamping element relative to the cylindrical body into the clamping position.

Het klemelement kan zich hierbij in hoofdzaak of geheel buiten het 25 cilindermantelvormige lichaam uitstrekken en door de tweede dringmiddelen ten minste gedeeltelijk tot in het cilindermantelvormige deel tot in de klempositie worden gebracht.The clamping element can herein extend substantially or entirely outside the cylindrical body and be brought at least partially into the clamping position by the second penetrating means.

Bij voorkeur bevindt het klemelement zich voorafgaande aan het in het spijsverteringskanaal plaatsen van de afsluiter hoofdzakelijk in het 30 cilindermantelvormige lichaam, waardoor tijdens het door het spijsverteringskanaal heen tot op een gewenste locatie bewegen van de afsluiter, de afsluiter een meer compacte vorm heeft. In een hiermee overeenstemmende werkwijze wordt het klemelement binnen het inwendige van het cilindermantelvormige deel naar een binnen het cilindermantelvormige deel gelegen klempositie bewogen. Overigens wordt niet 9 uitgesloten dat bij andere uitvoeringsvormen het klemelement los van het cilindermantelvormige deel tot naar de gewenste positie in het spijsverteringskanaal gebracht en vervolgens het klemelement tot in de klempositie wordt gebracht.Preferably, prior to placing the valve in the digestive tract, the clamping element is mainly located in the cylindrical body, whereby the valve has a more compact shape during movement of the valve through the digestive tract to a desired location. In a corresponding method, the clamping element is moved within the interior of the cylindrical-shaped part to a clamping position located within the cylindrical-shaped part. Incidentally, it is not excluded that in other embodiments the clamping element is moved loose from the cylindrical shell-shaped part to the desired position in the digestive tract and then the clamping element is brought into the clamping position.

5 Voorkeursuitvoeringsvormen verschaffen dergelijke inrichtingen voor het in de slokdarm van een overleden mens plaatsen en fixeren van een afsluiter, respectievelijk voor het in de endeldarm van een overleden mens plaatsen en fixeren van een afsluiter.Preferred embodiments provide such devices for placing and fixing a valve in the esophagus of a deceased person, or for placing and fixing a valve in the rectum of a deceased person, respectively.

Het spijsverteringskanaalweefsel kan op variabel wijze tot in het cilindermantelvormige 10 lichaam worden gedrongen. Hiertoe kunnen bijvoorbeeld middelen worden gebruikt die het weefsel verankeren en tot in het inwendige van het cilindermantelvormige lichaam trekken.The digestive tract tissue can be forced into the cylindrical body in a variable manner. For this purpose, for example, means can be used which anchor the fabric and pull into the interior of the cylindrical body.

Bij voorkeur omvatten de eerste dringmiddelen vacuümmiddelen voor het in het 15 inwendige van een in het spijsverteringskanaal geplaatst cilindermantelvormig lichaam creëren van een onderdruk, waardoor spijsverteringskanaalweefsel door in het cilindermantelvormige lichaam aangebrachte openingen heen tot in het inwendige van het lichaam wordt gedrongen. Bij voorkeur omvatten hierbij de vacuümmiddelen een met een vacuümpomp verbindbaar en een zich door het langgerekt element 20 uitstrekkend, bij de eerste drager uitmondend kanaal. Dit is een constructief eenvoudige oplossing voor het in het cilindervormig lichaam aanbrengen van een onderdruk.The first urging means preferably comprise vacuum means for creating an underpressure in the interior of a cylindrical body placed in the digestive tract, whereby digestive tract tissue is forced through openings provided in the cylindrical body into the interior of the body. The vacuum means herein preferably comprise a channel which can be connected to a vacuum pump and a channel extending through the elongated element 20 and leading to the first carrier. This is a constructionally simple solution for applying an underpressure in the cylindrical body.

Een hiermee overeenstemmende werkwijze is gekenmerkt doordat spijsverteringskanaalweefsel tot in het inwendige van het cilindermantelvormig deel 25 wordt gedrongen door het in het inwendige van het cilindermantelvormig deel aanbrengen van een onderdruk. Dit is een schone en eenvoudige wijze van het tot in het inwendige van het cilindermantelvormige lichaam dringen van spijsverteringskanaalweefsel. Bij voorkeur is de onderdruk zodanig dat ook vetweefsel en aan de buitenzijde van het spijsverteringskanaal gelegen weefsel tot in het inwendige 30 van het cilindermantelvormige lichaam wordt gedrongen, waardoor een verbeterde afsluiting van het spijsverteringskanaal wordt verkregen.A corresponding method is characterized in that digestive tract tissue is forced into the interior of the cylindrical-shaped part by applying an underpressure in the interior of the cylindrical-shaped part. This is a clean and simple way of forcing digestive tract tissue into the interior of the cylindrical body. The underpressure is preferably such that fatty tissue and tissue located on the outside of the digestive tract is forced into the interior of the cylindrical body, whereby an improved closure of the digestive tract is obtained.

1010

Voor het door een gebruiker van de inrichting eenvoudig tenminste gedeeltelijk in het inwendige van het cilindermantelvormige lichaam in axiale richting bewegen van het klemelement zijn de tweede dringmiddelen bij bediening beweegbaar.For a user of the device to simply move the clamping element in the axial direction at least partially in the interior of the cylindrical body, the second urging means are movable during operation.

5 In een voordelige uitvoeringsvorm omvat de inrichting een ten opzichte van de drager verplaatsbare beschermhuls, welke beschermhuls verplaatsbaar is tussen een in de omtrekswand gelegen openingen afsluitende positie en een positie voor het door de in de omtrekswand gelegen openingen tot in de opname ruimte van het cilindervormige lichaam dringen van spijsverteringskanaalweefsel. Hierdoor kan op eenvoudige wijze 10 de afsluiter door het spijsverteringskanaal heen tot op een gewenste locatie worden gebracht, waarbij de in de omtrekswand gelegen openingen zijn afgesloten opdat de opnameruimte van het cilindervormige lichaam en het van het inwendige afgekeerde deel van het spijsverteringskanaal relatief schoon blijft. Indien de afsluiter op de gewenste locatie in het spijsverteringskanaal is geplaatst, kan door het slechts in een 15 positie voor het door de in de omtrekswand gelegen openingen tot in de opname ruimte van het cilindervormige lichaam dringen van spijsverteringskanaalweefsel bewegen van de beschermhuls spijsverteringskanaalweefsel tot in de opnameruimte van het cilindervormige lichaam worden gedrongen.In an advantageous embodiment the device comprises a protective sleeve which is displaceable relative to the carrier, which protective sleeve is displaceable between a position closing in the circumferential wall and a position for the cylindrical space through the openings in the circumferential wall body penetrate digestive tract tissue. The valve can hereby be brought through the digestive tract to a desired location in a simple manner, wherein the openings located in the circumferential wall are closed so that the receiving space of the cylindrical body and the part of the digestive tract remote from the interior remains relatively clean. If the valve is placed at the desired location in the digestive tract, the protective sleeve can move digestive tract tissue into the receiving space only through a position for penetrating digestive tract tissue through the openings in the circumferential wall into the receiving space of the cylindrical body receiving space of the cylindrical body.

20 In nog een uitvoeringsvorm omvat de drager een rand voor het opnemen van als aan de van een kopwand afgekeerde rand van het cilindermantelvormige deel bevestigde, zich in axiale richting uitstrekkende veerkrachtige lippen, die aan hun binnenzijde zijn voorzien van zich naar binnen uitstrekkende aangrijpelementen gevormde koppelmiddelen en dat de inrichting een ten opzichte van de drager verplaatsbare 25 beschermhuls omvat, welke beschermhuls verplaatsbaar is tot in een positie, waarin de beschermhuls zich om de rand uitstrekt.. Op deze wijze is een eenvoudige blokkering van het cilindermantelvormig deel van de afsluiter op de drager verkregen. Door het slechts verplaatsen van de beschermhuls tot in de positie waarbij de beschermhuls zich om de rand uitstrekt is het cilindermantelvormig deel gefixeerd met de drager. Hierdoor 30 kan de inrichting betrouwbaar worden gebruikt voor het op een gewenste positie door het spijsverteringskanaal heen tot op een gewenste locatie in de slokdarm positioneren van de afsluiter en kan het klemelement op betrouwbare wijze naar zijn klempositie worden bewogen, zonder dat het cilindermantelvormig deel loslaat van de drager.In yet another embodiment, the carrier comprises an edge for receiving coupling means which are secured to the edge of the cylindrical-shaped part remote from a head wall and which are resiliently extending in axial direction and which are provided on their inner side with inwardly extending engaging elements and that the device comprises a protective sleeve which is displaceable relative to the carrier, which protective sleeve is displaceable to a position in which the protective sleeve extends around the edge. In this way a simple blocking of the cylindrical part of the valve is on the carrier. By merely moving the protective sleeve to the position in which the protective sleeve extends around the edge, the cylindrical shell-shaped part is fixed with the carrier. The device can hereby be reliably used for positioning the valve at a desired position through the digestive tract to a desired location in the esophagus and the clamping element can be reliably moved to its clamping position, without the cylinder-shaped part releasing from the carrier.

1111

De onderhavige uitvinding zal verder worden verduidelijkt aan de hand van de in de navolgende figuren weergegeven niet-limitatieve uitvoeringsvoorbeelden. Hierin tonen: figuur 1: een perspectivisch aanzicht op een cilindermantelvormig lichaam volgens onderhavige uitvinding; 5 figuur 2: een vooraanzicht op het cilindermantelvormige lichaam uit figuur 1; figuur 3: een bovenaanzicht op het cilindermantelvormige lichaam uit figuur 1; figuur 4: een dwarsdoorsnede aanzicht langs de lijn A-A uit figuur 3; figuur 5: een perspectivisch aanzicht op een klemelement volgens onderhavige uitvinding; 10 figuur 6: een bovenaanzicht op het klemelement uit figuur 5; figuur 7: een vooraanzicht op het klemelement uit figuur 5; figuur 8: een perspectivisch aanzicht op een afsluiter volgens onderhavige uitvinding, waarin in het cilindermantelvormige lichaam uit figuur 1 het klemelement uit figuur 5 is geplaatst in een slokdarmweefsel vrijlatende positie; 15 figuur 9: een dwarsdoorsnede op de afsluiter uit figuur 9 waarin in het cilindermantelvormige lichaam uit figuur 1 het klemelement uit figuur 5 is geplaatst in een slokdarmweefsel vrijlatende positie; figuur 10: een vooraanzicht op het cilindermantelvormige lichaam uit figuur 1 waarin het klemelement uit figuur 5 is geplaatst in een slokdarmweefsel klemmende 20 positie; figuur 11: een dwarsdoorsnede van het cilindermantelvormige lichaam uit figuur 1 waarin het klemelement uit figuur 5 is geplaatst in een slokdarmweefsel klemmende positie; figuur 12a: een vooraanzicht van een inrichting voor het afsluiten van een slokdarm 25 van een te slachten dier zoals een rund volgens onderhavige uitvinding voorzien van het cilindermantelvormige lichaam uit figuur 1 en het klemelement uit figuur 5,vóór het aanbrengen van de afsluiter op inrichting: figuur 12b: een met figuur 12a overeenkomend aanzicht met een op de inrichting angebrachte afsluiter; 30 figuur 12c: een met figuur 12a overeenkomend aanzicht in de startpositie; figuur 12d: een met figuur 12a overeenkomend aanzicht waarbij slokdarmweefsel door openingen in de omtrekswand heen tot in het cilindervormig lichaam kan worden gedrongen; 12 figuur 12e: een met figuur 12a overeenkomend aanzicht in een het slokdarmweefsel klemmende positie; figuur 12f: een met figuur 12a overeenkomend aanzicht in een snijpositie waarbij de beschermhuls het mes eerst vrij maakt; 5 figuur 12g: een met figuur 12a overeenkomend aanzicht in een ontkoppelpositie, voorafgaande aan het spoelen of steriliseren; figuur 12h: een met figuur 12a overeenkomend aanzicht in een ontkoppelde positie; en: figuur 13: een doorsnede aanzicht van een bedieningsgereedschap voor het 10 bedienen van de in figuur 12 afgebeelde inrichting.The present invention will be further elucidated with reference to the non-limitative exemplary embodiments shown in the following figures. Herein: figure 1 shows a perspective view of a cylindrical body according to the present invention; Figure 2: a front view of the cylindrical body of figure 1; figure 3: a top view of the cylindrical body of figure 1; figure 4: a cross-sectional view along the line A-A of figure 3; figure 5 is a perspective view of a clamping element according to the present invention; Figure 6: a top view of the clamping element of figure 5; figure 7: a front view of the clamping element of figure 5; figure 8: a perspective view of a valve according to the present invention, in which in the cylindrical body of figure 1 the clamping element of figure 5 is placed in a position that releases esophagus tissue; Figure 9 shows a cross-section of the valve of figure 9 in which in the cylindrical body of figure 1 the clamping element of figure 5 is placed in a position that releases esophagus tissue; figure 10: a front view of the cylindrical body of figure 1 in which the clamping element of figure 5 is placed in an esophagus tissue clamping position; figure 11: a cross-section of the cylindrical body of figure 1 in which the clamping element of figure 5 is placed in an esophageal tissue clamping position; figure 12a: a front view of a device for closing a esophagus 25 of an animal to be slaughtered such as a bovine according to the present invention provided with the cylindrical body of figure 1 and the clamping element of figure 5, before applying the valve to device: figure 12b: a view corresponding with figure 12a with a valve mounted on the device; Figure 12c: a view corresponding with figure 12a in the starting position; figure 12d: a view corresponding with figure 12a in which esophagus tissue can be forced through openings in the circumferential wall into the cylindrical body; 12 figure 12e: a view corresponding with figure 12a in a position clamping the esophagus tissue; figure 12f: a view corresponding with figure 12a in a cutting position, wherein the protective sleeve first releases the knife; Figure 12g: a view corresponding with figure 12a in a uncoupling position, prior to rinsing or sterilizing; figure 12h: a view corresponding with figure 12a in a disconnected position; and: figure 13 shows a cross-sectional view of an operating tool for operating the device shown in figure 12.

Figuur 1 toont een cilindermantelvormig lichaam 1 dat deel uitmaakt van een afsluiter volgens onderhavige uitvinding. In een cilindervormige omtrekswand 2 van het cilindermantelvormig lichaam 1 zijn in omtreksrichting drie doorgaande openingen 3 15 aangebracht waarvan er twee zijn weergegeven. Een kopzijde la van het cilindermantelvormige lichaam 1 is geopend. De tegenoverliggende kopzijde lb van het cilindermantelvormige lichaam 1 is voorzien van een afsluitende kopwand 4. De kop wand 4 is afgeknot en omvat een conisch deel 4a. Aan de open zijde la van het cilindermantelvormige lichaam 1 omvat het cilindermantelvormige lichaam 1 in 20 omtreksrichting van de omtrekswand 2 aangebrachte, zich in axiale richting uitstrekkende veerkrachtige lippen 5, welke aan hun einde 5a van zich naar binnen uitstrekkende uitkragingen 5b zijn voorzien. De drie openingen 3 zijn langwerpig gevormd, waarbij de korte zijden zijn afgerond. De som van de grootste lengte van de openingen 3 bestrijken meer dan 75% van de omtrek van de omtrekswand 2.Figure 1 shows a cylindrical body 1 that forms part of a valve according to the present invention. In a cylindrical circumferential wall 2 of the cylindrical body 1 are arranged three circumferential openings 3 in circumferential direction, two of which are shown. A front side la of the cylindrical body 1 is opened. The opposite end face 1b of the cylindrical body 1 is provided with a sealing end wall 4. The end wall 4 is truncated and comprises a conical part 4a. On the open side 1a of the cylindrical body 1, the cylindrical body 1 comprises resilient lips 5 arranged in the circumferential direction of the circumferential wall 2 and extending at their end 5a with inwardly extending projections 5b. The three openings 3 are elongated, the short sides are rounded. The sum of the largest length of the openings 3 covers more than 75% of the circumference of the circumferential wall 2.

2525

De omtrekswand 2 is voorzien van uitsparingen 6 voor het in samenwerking met uitsteeksels van een tot de afsluiter behorend klemelement uit figuur 5 in een spijsverteringskanaalweefsel vrijlatende positie in het cilindermantelvormige lichaam 1 houden van het klemelement, zoals ook in figuur 9 is getoond. De bepaling van de 30 onderlinge rotatie van de uitsteeksels van het klemelement ten opzichte van de uitsparingen 6 van het cilindermantelvormig lichaam 1 wordt verkregen door een zich in langsrichting van het cilindermantelvormige lichaam 1 uitstrekkende, aan de binnenzijde van de omtrekswand 2 gelegen geleiding 7. Het cilindermantelvormige lichaam 1 omsluit een opnameruimte 8. Figuur 2 toont een vooraanzicht op het 13 cilindermantelvormige lichaam 1. Figuur 3 toont een bovenaanzicht op het cilindermantelvormige lichaam 1. Figuur 4 toont een dwarsdoorsnede aanzicht langs de lijn A-A uit figuur 3 op het cilindermantelvormige lichaam 1.The circumferential wall 2 is provided with recesses 6 for retaining, in cooperation with protrusions, a clamping element of Figure 5 belonging to the valve in a digestive tract tissue in the cylindrical body 1, as is also shown in Figure 9. The determination of the mutual rotation of the protrusions of the clamping element with respect to the recesses 6 of the cylindrical body 1 is obtained by a guide 7 extending in the longitudinal direction of the cylindrical body 1, which is located on the inside of the circumferential wall 2. cylindrical body 1 encloses a receiving space 8. Figure 2 shows a front view of the cylindrical body 1. Figure 3 shows a top view of the cylindrical body 1. Figure 4 shows a cross-sectional view along the line AA of Figure 3 on the cylindrical body 1.

5 Figuur 5 toont een klemelement 10, dat is ingericht om samen te werken met het hierboven beschreven cilindermantelvormige lichaam 1, en waarbij de delen tezamen een afsluiter vormen. Het klemelement 10 omvat een cirkelvormige basis 11, die is voorzien van meerdere doorgaande openingen 12 voor het vormen van een filter in de basis 11. Over de omtrek van de basis 11 zijn drie lippen 13 met de basis 11 verbonden.Figure 5 shows a clamping element 10, which is adapted to cooperate with the above-described cylindrical body 1, and wherein the parts together form a valve. The clamping element 10 comprises a circular base 11, which is provided with a plurality of through openings 12 for forming a filter in the base 11. Three lips 13 are connected to the base 11 over the circumference of the base 11.

10 Aan de van de basis 11 afgekeerde zijde van de lippen 13 zijn uitsteeksels 14 met de lippen 13 verbonden voor het in samenwerking met de uitsparingen 6 van het cilindermantelvormige lichaam 1 in een spijsverteringskanaalweefsel vrijlatende positie in het cilindermantelvormige lichaam 1 houden van het klemelement 10 (zie ook figuur 9). De lippen 13 zijn dusdanig verdeeld over de omtrek van de basis, dat zij 15 overeenkomen met de over de omtrek van de omtrekswand 2 van het cilindermantelvormige lichaam 1 verdeelde openingen 3. Figuur 6 toont een bovenaanzicht op het klemelement 10. Figuur 7 toont een vooraanzicht op het klemelement 10.On the side of the lips 13 remote from the base 11, projections 14 are connected to the lips 13 for retaining the clamping element 10 in the cylindrical body 1 in a digestive tract tissue in cooperation with the recesses 6 of the cylindrical body 1 ( see also figure 9). The lips 13 are distributed over the circumference of the base such that they correspond to the openings 3 distributed over the circumference of the circumferential wall 2 of the cylindrical body 1. Figure 6 shows a top view of the clamping element 10. Figure 7 shows a front view on the clamping element 10.

20 Figuur 8 toont een afsluiter volgens de uitvinding, dat het cilindermantelvormige lichaam 1 en het klemelement 10 omvat. In het cilindermantelvormige lichaam 1 is het klemelement 10 geplaatst in een spijsverteringskanaalweefsel vrijlatende positie. Dit is beter zichtbaar in figuur 9 die een dwarsdoorsnede toont van het cilindermantelvormige lichaam 1 waarin het klemelement 10 is geplaatst in een spijsverteringskanaalweefsel 25 vrijlatende positie. In deze figuur 9 is te zien dat uitsteeksels 14 van het klemelement 10 rusten op randen 6a van de uitsparingen 6 in de omtrekswand 2 van het cilindermantelvormige lichaam 1. De onderlinge uitlijning van de uitsteeksels 14 ten opzichte van de uitsparingen 6 in rotatierichting wordt verkregen door de geleiding 7.Figure 8 shows a valve according to the invention, which comprises the cylindrical body 1 and the clamping element 10. In the cylindrical body 1 the clamping element 10 is placed in a digestive tract tissue release position. This is better visible in Figure 9 which shows a cross section of the cylindrical body 1 in which the clamping element 10 is placed in a digestive tract tissue 25 release position. This figure 9 shows that protrusions 14 of the clamping element 10 rest on edges 6a of the recesses 6 in the circumferential wall 2 of the cylindrical body 1. The mutual alignment of the protrusions 14 with respect to the recesses 6 in the direction of rotation is obtained by the guide 7.

30 Figuur 10 toont het cilindermantelvormige lichaam 1 waarin het klemelement 10 is geplaatst in een spijsverteringskanaalweefsel klemmende positie, welke positie als klempositie wordt aangeduid. Hiertoe rusten de uitsteeksels 14 van het klemelement 10 op randen 3a van de openingen 3 in de omtrekswand 2. Indien zich in de opnameruimte 8 van het cilindermantelvormige deel 1 weefsel van het spijsverteringskanaal uitstrekt 14 wordt dat tussen het klemelement 10 en de omtrekswand 2 geklemd. Figuur 11 toont een dwarsdoorsnede van het cilindermantelvormige lichaam 1 waarin het klemelement 10 is geplaatst in een spijsverteringskanaalweefsel klemmende positie.Figure 10 shows the cylindrical body 1 in which the clamping element 10 is placed in a digestive tract tissue clamping position, which position is referred to as the clamping position. For this purpose the protrusions 14 of the clamping element 10 rest on edges 3a of the openings 3 in the circumferential wall 2. If tissue of the digestive tract 14 extends in the receiving space 8 of the cylindrical part 1, this is clamped between the clamping element 10 and the circumferential wall 2. Figure 11 shows a cross-section of the cylindrical body 1 in which the clamping element 10 is placed in a digestive tract tissue clamping position.

5 De werking van de afsluiter uit figuur 8 wordt uitgelegd aan de hand van een inrichting 30 voor het in de slokdarm van een slachtdier plaatsen van een afsluiter zoals getoond in de figuren 12a-12h.The operation of the valve of Figure 8 is explained with reference to a device 30 for placing a valve in the esophagus of a slaughtered animal as shown in Figures 12a-12h.

Figuur 12a toont een inrichting 30 voor het in de slokdarm of de endeldarm van een 10 overleden persoon plaatsen van een afsluiter, die is gevormd door een cilindermantelvormig lichaam 1 zoals in figuur 1 is afgebeeld en een klemelement 10 zoals in figuur 5 is getoond, welk klemelement 10 binnen het cilindermantelvormig lichaam 1 is geplaatst. De inrichting 30 omvat een als koker 31 gevormd langgerekt element. Met de koker 31 is aan een eerste einde ervan een drager 32 verbonden, 15 voorzien van een rand 32a, voor het met de drager 32 fixeren van het cilindervormig lichaam 1, onder tussenkomst van de veerkrachtige lippen 5 van cilindervormige lichaam 1, welke positie in figuur 12b is getoond. Het klemelement 10 is hierbij met het cilindervormige lichaam 1 gefixeerd in een positie waarin de afsluiter tot in de slokdarm of in de endeldarm wordt geplaatst. De inrichting 30 is voorzien van een beschermhuls 20 33, waarvan de binnendiameter in hoofdzaak dezelfde diameter bezit als de buitendiameter van het cilindermantelvormige lichaam 1, waarbij de beschermhuls 33 over het cilindermantelvormige lichaam 1 plaatsbaar is, zoals in figuur 12c is getoond.Figure 12a shows a device 30 for placing in the esophagus or rectum of a deceased person a valve which is formed by a cylindrical body 1 as shown in Figure 1 and a clamping element 10 as shown in Figure 5, clamping element 10 is placed within the cylindrical body 1. The device 30 comprises an elongate element formed as a tube 31. Connected to the sleeve 31 is a support 32 at a first end thereof, provided with an edge 32a, for fixing the cylindrical body 1 with the support 32, through the resilient lips 5 of cylindrical body 1, which position in 12b is shown. The clamping element 10 is hereby fixed with the cylindrical body 1 in a position in which the valve is placed into the esophagus or the rectum. The device 30 is provided with a protective sleeve 33, the inner diameter of which has substantially the same diameter as the outer diameter of the cylindrical body 1, wherein the protective sleeve 33 can be placed over the cylindrical body 1, as shown in Fig. 12c.

In deze positie strekt de beschermhuls 33 zich uit tot voorbij de openingen 3 van het cilindermantelvormige lichaam 1, dat wil zeggen tot aan de kopwand 4. Hierdoor kan de 25 door het cilindermantelvormige lichaam 1 en het klemelement 10 gevormde afsluiter door een slokdarm of endeldarm heen tot op een gewenste locatie in de slokdarm of endeldarm worden geplaatst, zonder dat substantie, zoals voedsel of verteerd voedsel in de opnameruimte van het cilindervormige lichaam 1 terecht kan komen. De inrichting 30 met daarop geplaatst het cilindervormige lichaam 1 en het klemelement 10 wordt in 30 deze uitvoering door de mond van de overleden persoon heen in de slokdarm of door de anus van de overleden persoon heen tot in de endeldarm gebracht.In this position, the protective sleeve 33 extends beyond the openings 3 of the cylindrical body 1, that is, up to the end wall 4. As a result, the valve formed by the cylindrical body 1 and the clamping element 10 can pass through an esophagus or rectum. to be placed at a desired location in the esophagus or rectum, without substance, such as food or digested food, coming into the receiving space of the cylindrical body 1. In this embodiment the device 30 with the cylindrical body 1 and the clamping element 10 placed thereon is passed through the mouth of the deceased person into the esophagus or through the anus of the deceased person into the rectum.

Indien het cilindermantelvormige lichaam 1 op de gewenste locatie in de slokdarm of endeldarm is geplaatst, wordt de beschermhuls 33 ten opzichte van het 15 cilindermantelvormige lichaam 1 neerwaarts verplaatst, waardoor de openingen 3 vrij komen, zoals in figuur 12d is getoond. In deze oriëntatie wordt uit een op zich bekende hier niet weergegeven vacuümpomp en een met de vacuümpomp verbonden en zich door de koker 31 tot in de opname ruimte 8 van het cilindermantelvormige lichaam 1 5 uitstrekkend kanaal gevormde eerste dringmiddelen een onderdruk in de opnameruimte 8 van het cilindermantelvormige lichaam 1 aangebracht. Door de onderdruk in de opnameruimte 8 wordt slokdarmweefsel of endeldarmweefsel tot in de opnameruimte 8 gedrongen. Bij voorkeur is de onderdruk zodanig dat ook vetweefsel aan de buitenzijde van de slokdarm of endeldarm tot in de opnameruimte 8 wordt gedrongen, waardoor 10 een verbeterde afsluiting van de slokdarm of endeldarm wordt verkregen, aangezien het zich in de opnameruimte van het cilindervormige lichaam 1 bevindend volume van het vetweefsel zorgt voor een vormsluitende koppeling van het klemelement 10 en het cilindervormige lichaam 1 met de slokdarm of de endeldarm. In deze toestand, waarin de onderdruk is aangebracht en slokdarm- of endeldarmweefsel zich tot in de 15 opnameruimte 8 van het cilindermantelvormige lichaam 1 uitstrekt, is de slokdarm, respectievelijk de endeldarm reeds afgesloten en kan er, bijvoorbeeld door zich in de slokdarm of endeldarm bevindende materiaal, druk op de afsluiter worden uitgeoefend.If the cylindrical body 1 is placed at the desired location in the esophagus or rectum, the protective sleeve 33 is displaced downwards relative to the cylindrical body 1, as a result of which the openings 3 become free, as shown in Fig. 12d. In this orientation, from a vacuum pump not known here and not connected to the vacuum pump and first channel means formed by the sleeve 31 and extending into the receiving space 8 of the cylindrical body 1, a reduced pressure is provided in the receiving space 8 of the cylindrical body 1 arranged. The underpressure in the receiving space 8 forces esophagus tissue or rectum tissue into the receiving space 8. The underpressure is preferably such that fatty tissue on the outside of the esophagus or rectum is forced into the receiving space 8, whereby an improved closure of the esophagus or rectum is obtained, since it is located in the receiving space of the cylindrical body 1 volume of the fatty tissue ensures a positive connection of the clamping element 10 and the cylindrical body 1 with the esophagus or rectum. In this state, in which the underpressure has been applied and esophagus or rectum tissue extends into the receiving space 8 of the cylindrical body 1, the esophagus or rectum is already closed off and can be caused, for example, by being present in the esophagus or rectum. material, pressure is exerted on the valve.

Vervolgens wordt, zoals in figuur 12e getoond is, het klemelement 10 door zich in de 20 koker 31 uitstrekkende tweede dringmiddelen 34 naar de openingen 3 van het cilindermantelvormige lichaam 1 gedrongen, waarbij de lippen 13 van het klemelement 10 in hoofdzaak tegenover de openingen 3 zijn gelegen. In deze toestand rusten de uitkragingen 14 van het klemelement 10 op randen 3a van de openingen 3, zoals ook in figuur 11 is getoond. Het klemelement 10 klemt daarmee het zich in de opnameruimte 8 25 bevindend slokdarmweefsel, dan wel endeldarmweefdel tussen de lippen 13 van het klemelement 10 en de omtrekswand 2. De aangebrachte onderdruk in de opnameruimte 8 kan worden verwijderd. De afsluiting van de slokdarm, dan wel de endeldarm is door het tot in een klempositie plaatsen van het klemelement 10 in het cilindermantelvormige lichaam 1 geborgd. Indien gewenst, kan het aan de van het inwendige van de overleden 30 persoon afgekeerde zijde van het ingeklemd gedeelte van de slokdarm of endeldarm worden schoongespoeld en/of worden gesteriliseerd.Subsequently, as shown in Fig. 12e, the clamping element 10 is urged by the second penetrating means 34 extending into the sleeve 31 to the openings 3 of the cylindrical body 1, the lips 13 of the clamping element 10 being substantially opposite the openings 3 located. In this condition, the projections 14 of the clamping element 10 rest on edges 3a of the openings 3, as is also shown in Figure 11. The clamping element 10 thus clamps the esophagus tissue or rectum tissue located in the receiving space 8 between the lips 13 of the clamping element 10 and the peripheral wall 2. The underpressure applied in the receiving space 8 can be removed. The closure of the esophagus or the rectum is secured by placing the clamping element 10 in the cylindrical body 1 in a clamping position. If desired, the side of the clamped portion of the esophagus or rectum that is remote from the interior of the deceased person can be rinsed and / or sterilized.

De drager 32 dient te worden ontkoppeld van de door het cilindermantelvormige lichaam 1 en het klemelement 10 gevormde afsluiter, om de inrichting 30 terug te 16 kunnen trekken uit de slokdarm of de endeldarm. Hiertoe wordt de beschermhuls 33 richting de koker 31 bewogen, zodat de rand 32 en de om de rand uitstrekkende veerkrachtige lippen 5 vrijkomen (zie figuur 121). Onder tussenkomst van de tweede dringmiddelen 34 wordt de drager 32 ten opzichte van de inrichting 30 richting de 5 afsluiter bewogen. Hierdoor wordt het cilindervormig lichaam 1 van de drager 32 ontkoppeld, zoals in figuur 12g is getoond. De inrichting 30 kan worden teruggetrokken en uit de slokdarm, respectievelijk endeldarm genomen, hetgeen in figuur 12h getoond is. De afsluiting in de slokdarm, respectievelijk endeldarm blijft ook na het verwijderen van de inrichting 30 voldoende sterk.The carrier 32 must be disconnected from the valve formed by the cylindrical body 1 and the clamping element 10 in order to be able to withdraw the device 30 from the esophagus or rectum. To this end, the protective sleeve 33 is moved towards the sleeve 31, so that the edge 32 and the resilient lips 5 extending around the edge are released (see Fig. 121). With the intervention of the second urging means 34, the carrier 32 is moved relative to the device 30 in the direction of the valve. As a result, the cylindrical body 1 is disconnected from the carrier 32, as shown in Fig. 12g. The device 30 can be withdrawn and taken from the esophagus or rectum, which is shown in Figure 12h. The closure in the esophagus and rectum remains sufficiently strong even after removal of the device 30.

1010

Onder verwijzing naar figuur 13 wordt een in zijn geheel met 40 aangeduid bedieningsgereedschap getoond. Het bedieningsgereedschap 40 omvat een behuizing 41, aan een eerste korte einde 41a voorzien van een eerste opening 42 en aan een tweede korte einde 41b van een tweede opening 43. Binnen de behuizing 41 is een 15 omtrekswand 49 geplaatst, waardoor tussen de behuizing 41 en de omtrekswand 49 een ruimte 50a is verkregen. Met het bedieningsgereedschap 40 kan een vacuümpomp en/of een slang worden aangesloten voor het door de ruimte 50a aanbrengen van een onderdruk respectievelijk het door de ruimte laten vloeien van een fluïdum ten behoeve van spoelen of steriliseren.Referring to Figure 13, an operating tool designated in its entirety by 40 is shown. The operating tool 40 comprises a housing 41, provided with a first opening 42 at a first short end 41a and with a second opening 43 at a second short end 41b. Inside the housing 41 a circumferential wall 49 is placed, whereby between the housing 41 and a space 50a has been obtained in the peripheral wall 49. With the operating tool 40, a vacuum pump and / or a hose can be connected for applying a reduced pressure through the space 50a or allowing a fluid to flow through the space for rinsing or sterilizing.

2020

Door in de omtrekswand 49 nabij het tweede korte einde 41b gelegen openingen 48 is de ruimte 50a in openstaande verbinding gebracht met een tussen de slang 37 en de mantel 35 gelegen ruimte 50b. Hierdoor kan een onderdruk worden aangebracht in een met de drager 32 gekoppelde afsluiter en kan water of een ander geschikt fluïdum 25 richting de drager en door de afsluiter worden getransporteerd. In de door de omtrekswand 49 omsloten ruimte zijn een eerste actuator 44 en een tweede actuator 45 geplaatst. De eerste actuator 44 is onder tussenkomst van een koppeling 46 mechanisch gekoppeld met de mantel 35 en met een verbinding 47 met de tweede actuator 45. De verbinding 47 is dusdanig uitgevoerd dat indien de eerste actuator 44 richting het 30 tweede korte einde 41b wordt verplaatst de eerste actuator 44 de tweede actuator 45 eveneens richting het tweede korte einde 41b dringt, maar als de tweede actuator 45 richting het tweede korte einde 41b wordt verplaatst, dat de eerste actuator 44 zich ten opzichte van de behuizing 41 niet beweegt. Hierdoor kan door een verplaatsing van de 17 eerste actuator 44 zowel een mantel 35 als een binnenkabel 36 ten opzichte van een om de mantel 35 en de binnenkabel 36 gelegen slang 37 worden verplaatst.Through openings 48 located in the circumferential wall 49 near the second short end 41b, the space 50a is brought into open connection with a space 50b located between the hose 37 and the casing 35. As a result, a reduced pressure can be applied in a valve coupled to the carrier 32 and water or another suitable fluid 25 can be transported towards the carrier and through the valve. In the space enclosed by the peripheral wall 49, a first actuator 44 and a second actuator 45 are placed. The first actuator 44 is mechanically coupled to the casing 35 through a coupling 46 and to a connection 47 to the second actuator 45. The connection 47 is designed such that if the first actuator 44 is moved towards the second short end 41b first actuator 44 also urges the second actuator 45 toward the second short end 41b, but if the second actuator 45 is moved toward the second short end 41b, the first actuator 44 does not move relative to the housing 41. As a result, both a casing 35 and an inner cable 36 can be moved relative to a hose 37 disposed around the casing 35 and the inner cable 36 by displacing the first actuator 44.

De mantel 35 en de binnenkabel 36 strekken zich hierbij door de opening 43 van de 5 behuizing 41. Door de opening 42 van de behuizing 41 kunnen elektrische kabels en besturingskabels worden gevoerd, voor het verschaffen van elektrische energie en signalen voor aansturing van de eerste en tweede actuatoren 44,45. Ook kan door de opening 42 een slang met de behuizing 41 worden gekoppeld, waardoor door de door de behuizing omsloten ruimte water of een andere gewenst fluïdum kan worden geleid en 10 door de in de behuizing 41 gelegen doorgaande openingen 48 worden afgevoerd.The sheath 35 and the inner cable 36 extend through the opening 43 of the housing 41. Electrical cables and control cables can be passed through the opening 42 of the housing 41, to provide electrical energy and signals for controlling the first and second actuators 44.45. A hose can also be coupled through the opening 42 to the housing 41, through which water or another desired fluid can be passed through the space enclosed by the housing and discharged through the through openings 48 located in the housing 41.

Hierdoor kan het betreffende deel van het spijsverteringskanaal of de afsluiter op een gewenste positie worden gereinigd of gesteriliseerd.As a result, the relevant part of the digestive tract or the valve can be cleaned or sterilized at a desired position.

Bij voorkeur wordt een fluïdum richting de afsluiter gevoerd indien de afsluiter op een 15 gewenste positie in de slokdarm of endeldarm is gebracht, zoals getoond in figuur 12g, Door het slechts verplaatsen van de tweede actuator 45 wordt slechts de binnenkabel 36 ten opzichte van de slang 37 verplaatst. De mantel 35 is mechanisch gekoppeld met de drager 32 en de binnenkabel is mechanisch gekoppeld met de tweede dringmiddelen 34, zie ook figuur 12a. Door verplaatsing van de mantel 35 in de richting van het eerste 20 korte einde 41a, onder bediening van de eerste actuator 44, wordt de afsluiter in de beschermhuls 33 gedrongen. Dit vindt plaats in de toestand zoals weergegeven in figuur 12b, waardoor de toestand zoals weergegeven in figuur 12c wordt verkregen. In deze toestand kan de afsluiter in de slokdarm, respectievelijk endeldarm worden gebracht.Preferably, a fluid is directed towards the valve if the valve has been brought to a desired position in the esophagus or rectum, as shown in Fig. 12g. By merely moving the second actuator 45, only the inner cable 36 is moved relative to the hose 37 moved. The sheath 35 is mechanically coupled to the carrier 32 and the inner cable is mechanically coupled to the second penetrating means 34, see also Figure 12a. By displacing the casing 35 in the direction of the first short end 41a, while operating the first actuator 44, the valve is urged into the protective sleeve 33. This takes place in the state as shown in Figure 12b, whereby the state as shown in Figure 12c is obtained. In this condition the valve can be introduced into the esophagus or rectum.

25 Indien de afsluiter op de juiste positie is geplaatst wordt door verplaatsing van de mantel 35 in de richting van het tweede korte einde 41b, onder bediening van de eerste actuator 44, de afsluiter gedeeltelijk uit de beschermhuls 33 gedrongen, zoals getoond in figuur 12d. Slokdarmweefsel, respectievelijk endeldarmweefsel kan in deze toestand tot in het cilindervormige lichaam 1 worden gedrongen. Indien voldoende slokdarmweefsel 30 of endeldarmweefsel in het cilindervormig lichaam is gedrongen, wordt door verplaatsing van de binnenkabel 36 in de richting van het tweede korte einde 41b, onder bediening van de tweede actuator 45, het klemelement 10 verder in het cilindervormige lichaam 1 gedrongen, tot het klemelement 10 is gefixeerd met het cilindervormige lichaam 1, zoals weergegeven in figuur 12e. Door verplaatsing van de mantel 35 in de 18 richting van het tweede korte einde 41b, onder bediening van de eerste actuator 44, wordt de afsluiter geheel uit de beschermhuls 33 verplaatst, zodat de veerkrachtige lippen 5 zich geheel buiten de beschermhuls 33 bevinden, zoals getoond in figuur 12f. Vervolgens wordt door een verdere verplaatsing van de binnenkabel 36 in de richting 5 van het tweede korte einde 41b, onder bediening van de tweede actuator 45, het door het cilindervormig lichaam 1 en de met het cilindervormige lichaam 1 gefixeerde klemelement 10 gevormde afsluiter van de inrichting af gedrongen, waardoor de afsluiter wordt ontkoppeld van de drager 32, zoals getoond in figuur 12g. Door een verplaatsing van de binnenkabel 36 in de richting van het eerste korte einde 41a, onder 10 bediening van de tweede actuator 45, worden de tweede dringmiddelen 34 geheel uit het cilindervormige lichaam 1 teruggetrokken, zoals getoond in figuur 12h. Hierna kan de inrichting 30 geheel uit de slokdarm of de endeldarm worden teruggetrokken.If the valve is placed in the correct position, displacement of the casing 35 in the direction of the second short end 41b, while operating the first actuator 44, partially closes the valve out of the protective sleeve 33, as shown in Fig. 12d. Esophageal tissue and rectum tissue, respectively, can be forced into the cylindrical body 1 in this condition. If sufficient esophageal tissue 30 or rectum tissue has penetrated into the cylindrical body, displacement of the inner cable 36 in the direction of the second short end 41b, while operating the second actuator 45, the clamping element 10 is forced further into the cylindrical body 1, the clamping element 10 is fixed with the cylindrical body 1, as shown in Figure 12e. By displacing the casing 35 in the direction of the second short end 41b, while operating the first actuator 44, the valve is completely moved out of the protective sleeve 33, so that the resilient lips 5 are entirely outside the protective sleeve 33, as shown in Figure 12f. Subsequently, by further displacement of the inner cable 36 in the direction 5 of the second short end 41b, under the control of the second actuator 45, the valve of the device formed by the cylindrical body 1 and the clamping element 10 fixed with the cylindrical body 1 is forced off the valve from the support 32, as shown in Figure 12g. By displacing the inner cable 36 in the direction of the first short end 41a, while operating the second actuator 45, the second urging means 34 are completely withdrawn from the cylindrical body 1, as shown in Fig. 12h. After this, the device 30 can be completely withdrawn from the esophagus or rectum.

Het moge duidelijk zijn dat de hier getoonde uitvoeringsvormen van de uitvinding niet 15 limitatief zijn en dat deze kunnen afwijkenIt will be clear that the embodiments of the invention shown here are not limitative and that they can deviate

Claims (32)

1. Afsluiter voor het afsluiten van een einde van het spijsverteringskanaal van een overleden zoogdier, omvattende: 5. een in het spijsverteringskanaal plaatsbaar cilindermantelvormig lichaam met een cilindrische omtrekswand die aan één zijde is voorzien van een kopwand; en een ten opzichte van het cilindermantelvormige lichaam tot in een klempositie verplaatsbaar klemelement voor het, door het tussen ten minste een deel van het klemelement en het cilindermantelvormig lichaam klemmen van 10 spijsverteringskanaalweefsel, in het spijsverteringskanaal fixeren van de afsluiter en het daarmede afsluiten van het spijsverteringskanaal, waarbij de omtrekswand een opnameruimte omsluit en is voorzien van ten minste één opening waardoorheen spijsverteringskanaalweefsel tot in de opnameruimte kan worden gebracht en het klemelement tot een klempositie verplaatsbaar is waarin tussen het 15 klemelement en het cilindermantelvormige lichaam spijsverteringskanaalweefsel wordt geklemd, met het kenmerk, dat de afsluiter is ingericht voor het afsluiten van het spijsverteringskanaal van een overleden mens.A valve for closing an end of the digestive tract of a deceased mammal, comprising: 5. a cylindrical body that can be placed in the digestive tract with a cylindrical circumferential wall which is provided on one side with a head wall; and a clamping element displaceable relative to the cylindrical body into a clamping position for fixing the valve in the digestive tract and closing the digestive tract by clamping the digestive tract tissue between at least a part of the clamping element and the cylindrical shell. wherein the circumferential wall encloses a receiving space and is provided with at least one opening through which digestive tract tissue can be introduced into the receiving space and the clamping element is displaceable to a clamping position in which digestive tract tissue is clamped between the clamping element and the cylindrical body, characterized in that the valve is adapted to close the digestive tract of a deceased person. 2. Afsluiter volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de afsluiter is ingericht 20 voor het afsluiten van de slokdarm van een overleden mens.2. Valve according to claim 1, characterized in that the valve is adapted to close the esophagus of a deceased person. 3. Afsluiter volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de afsluiter is ingericht voor het afsluiten van de endeldarm van een overleden mens.Valve according to claim 1, characterized in that the valve is adapted to close the rectum of a deceased person. 4. Afsluiter volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk dat de omtrekswand is voorzien van ten minste twee over de omtrek van de omtrekswand verdeelde openingen.Valve according to claim 1, 2 or 3, characterized in that the circumferential wall is provided with at least two openings distributed over the circumference of the circumferential wall. 5. Afsluiter volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de som van de grootste lengte van de openingen in omtreksrichting van de omtrekswand meer dan 50% van de 30 omtrek van de omtrekswand bestrijkt en met voorkeur meer dan 75% van de omtrek van de omtrekswand bestrijkt.5. Valve according to claim 4, characterized in that the sum of the largest length of the openings in the circumferential direction of the circumferential wall covers more than 50% of the circumference of the circumferential wall and preferably more than 75% of the circumference of the circumferential wall covers. 6. Afsluiter volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de kopwand tenminste gedeeltelijk konisch is.Valve according to one of the preceding claims, characterized in that the end wall is at least partially conical. 7. Afsluiter volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het cilindermantelvormige lichaam eerste fïxatiemiddelen omvat voor het in een transportpositie ten opzichte van het cilindermantelvormige lichaam fixeren van het 5 klemelement.7. Valve according to any one of the preceding claims, characterized in that the cylindrical body comprises first fixation means for fixing the clamping element in a transport position relative to the cylindrical body. 8. Afsluiter volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het cilindermantelvormige lichaam tweede fïxatiemiddelen omvat voor het in een klempositie fixeren van het klemelement ten opzichte van het cilindermantelvormige 10 lichaam.8. Valve according to any one of the preceding claims, characterized in that the cylindrical body comprises second fixation means for fixing the clamping element in a clamping position relative to the cylindrical body. 9. Afsluiter volgens conclusie 7 of 8, met het kenmerk, dat de eerste en tweede fïxatiemiddelen zijn ingericht voor het door vormopsluiting fixeren van het klemelement. 159. Valve according to claim 7 or 8, characterized in that the first and second fixation means are adapted to fix the clamping element by form-locking. 15 10. Afsluiter volgens conclusie 7 of 8, met het kenmerk, dat de eerste en/of tweede fïxatiemiddelen ten minste één in de omtrekswand aangebrachte uitsparing omvat voor het opnemen van een uitkraging van het klemelement.Valve according to claim 7 or 8, characterized in that the first and / or second fixation means comprise at least one recess arranged in the circumferential wall for receiving a projection of the clamping element. 11. Afsluiter volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het cilindermantelvormige lichaam koppelmiddelen omvat voor het koppelen van het cilindermantelvormige lichaam met een drager voor het door een deel van de slokdarm heen tot op een gewenste locatie in de slokdarm positioneren van het cilindermantelvormig lichaam. 25Valve according to any one of the preceding claims, characterized in that the cylindrical body comprises coupling means for coupling the cylindrical body with a support for positioning the cylindrical body through a part of the esophagus to a desired location in the esophagus . 25 12. Afsluiter volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de koppelmiddelen aan de van de kopwand afgekeerde rand van cilindermantelvormige lichaam bevestigde, zich in axiale richting uitstrekkende veerkrachtige lippen omvatten, die zijn voorzien van aangrijpelementen, die zijn ingericht om aan te grijpen achter een rand van de drager. 3012. Valve according to claim 11, characterized in that the coupling means comprise resilient lips extending in axial direction and fastened in axial direction to the edge of cylindrical body remote from the end wall and which are provided with engaging elements which are adapted to engage behind a edge of the carrier. 30 13. Afsluiter volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het klemelement ringvormig is en aan een rand ervan is voorzien van ten minste één uitkraging voor het tussen ten minste een deel van de uitkraging en het cilindermantelvormige lichaam klemmen van slokdarmweefsel.Valve according to any one of the preceding claims, characterized in that the clamping element is annular and is provided on at one edge with at least one projection for clamping esophagus tissue between at least a part of the projection and the cylindrical body. 14. Afsluiter volgens conclusie 13, met het kenmerk dat de ten minste ene uitkraging is gevormd door over de omtrek van het klemelement verdeelde lippen.Valve according to claim 13, characterized in that the at least one protrusion is formed by lips distributed over the circumference of the clamping element. 15. Afsluiter volgens één der voorafgaande conclusies, met het kenmerk dat de buitendiameter van het cilindermantelvormige lichaam is gelegen tussen 30 en 55 mmValve according to any one of the preceding claims, characterized in that the outer diameter of the cylindrical body is between 30 and 55 mm 16. Afsluiter volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het cilindermantelvormige lichaam en/of het klemelement in hoofdzaak is vervaardigd uit 10 een materiaal geselecteerd uit de groep bestaande uit: een kunststof, een biologisch afbreekbaar materiaal en een brandbaar materiaal.16. Valve according to any one of the preceding claims, characterized in that the cylindrical body and / or the clamping element is substantially made of a material selected from the group consisting of: a plastic, a biodegradable material and a combustible material. 17. Afsluiter volgens een der voorafgaande conclusies, met het kenmerk dat het cilindermantelvormige lichaam en het klemelement zijn voorzien van eikaars onderlinge 15 rotatiepositie bepalende, op elkaar aangrijpende middelen.17. Valve according to any one of the preceding claims, characterized in that the cylinder-shell-shaped body and the clamping element are provided with mutually engaging means determining mutual rotation position. 18. Cilindermantelvormig deel van een afsluiter volgens een der conclusies 1-17.A cylindrical mantle-shaped part of a valve according to any one of claims 1-17. 19. Klemelement voor gebruik in een afsluiter volgens een der conclusies 1-17. 2019. Clamping element for use in a valve according to any one of claims 1-17. 20 20. Inrichting voor het in het spijsverteringskanaal van een overleden zoogdier plaatsen en fixeren van een afsluiter, waarbij de inrichting omvat: een aan een eerste einde van een langgerekt element geplaatste drager voor het door een deel van het spijsverteringskanaal heen tot op een gewenste locatie in het 25 spijsverteringskanaal positioneren van een afsluiter; vanaf het tweede einde van het langgerekte element bedienbare eerste dringmiddelen voor het door een opening van een cilindermantelvormig deel van de afsluiter heen tot in het inwendige van het cilindermantelvormige deel heen dringen van spijsverteringskanaalweefsel; en 30. vanaf het tweede einde van het langgerekte element bedienbare tweede dringmiddelen voor het ten opzichte van het cilindermantelvormige deel tot in een klempositie dringen van een klemelement van de afsluiter, waarbij in de klempositie in het inwendige van het cilindermantelvormig deel gelegen spijsverteringskanaalweefsel wordt vastgeklemd, met het kenmerk, dat de inrichting is ingericht voor het in het spijsverteringskanaal van een overleden mens plaatsen en fixeren van een afsluiter.20. Device for placing and fixing a valve in the digestive tract of a deceased mammal, the device comprising: a carrier placed at a first end of an elongated element for passing through a part of the digestive tract to a desired location in positioning a digestive tract of a valve; first penetrating means operable from the second end of the elongate element for urging digestive tract tissue through an opening of a cylindrical-shaped part of the valve into the interior of the cylindrical-shaped part; and 30. second urging means operable from the second end of the elongated element for urging a clamping element of the valve relative to the cylindrical-shaped part, wherein digestive tract tissue is clamped in the clamping position in the interior of the cylindrical-shaped part, characterized in that the device is adapted to place and fix a valve in the digestive tract of a deceased person. 21. Inrichting volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de inrichting is ingericht 5 voor het in de slokdarm van een overleden mens plaatsen en fixeren van een afsluiter.21. Device as claimed in claim 20, characterized in that the device is adapted for placing and fixing a valve in the esophagus of a deceased person. 22. Inrichting volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de inrichting is ingericht voor het in de endeldarm van een overleden mens plaatsen en fixeren van een afsluiter.Device as claimed in claim 20, characterized in that the device is adapted for placing and fixing a valve in the rectum of a deceased person. 23. Inrichting volgens conclusie 20, 21 of 22, met het kenmerk dat de eerste dringmiddelen vacuümmiddelen omvatten voor het in het inwendige van een in het spijsverteringskanaal geplaatst cilindermantelvormig lichaam creëren van een onderdruk, waardoor spijsverteringskanaalweefsel door in het cilindermantelvormige lichaam aangebrachte openingen heen tot in het inwendige van het lichaam wordt 15 gedrongen.Device as claimed in claim 20, 21 or 22, characterized in that the first pressing means comprise vacuum means for creating an underpressure in the interior of a cylindrical body placed in the digestive tract, whereby digestive tract tissue passes through openings arranged in the cylindrical body. the interior of the body is forced. 24. Inrichting volgens conclusie 23, met het kenmerk dat de vacuümmiddelen een met een vacuümpomp verbindbaar en een zich door het langgerekte element uitstrekkend, bij de eerste drager uitmondend kanaal omvatten. 20Device as claimed in claim 23, characterized in that the vacuum means comprise a channel connectable to a vacuum pump and a channel extending through the elongated element, leading to the first carrier. 20 25. Inrichting volgens een der conclusies 20 - 24, met het kenmerk dat de tweede dringmiddelen bij bediening beweegbaar zijn voor het tenminste gedeeltelijk in het inwendige van het cilindermantelvormige lichaam in axiale richting bewegen van het klemelement. 2525. Device as claimed in any of the claims 20-24, characterized in that the second urging means are operable during operation for moving the clamping element at least partially in the interior of the cylindrical body in axial direction. 25 26. Inrichting volgens een der conclusies 20 - 25, met het kenmerk dat de inrichting een ten opzichte van de drager verplaatsbare beschermhuls omvat, welke beschermhuls verplaatsbaar is tussen een in de omtrekswand gelegen openingen afsluitende positie en een de in de omtrekswand gelegen openingen openende positie. 30Device as claimed in any of the claims 20-25, characterized in that the device comprises a protective sleeve displaceable relative to the carrier, which protective sleeve is displaceable between a position closing in the circumferential wall openings and a position opening the openings located in the circumferential wall . 30 27. Inrichting volgens een der conclusies 20 - 26, met het kenmerk dat de drager een rand omvat voor het opnemen van de van een kopwand afgekeerde rand van het cilindermantelvormige deel bevestigde, zich in axiale richting uitstrekkende veerkrachtige lippen, die zijn voorzien van als aangrijpelementen gevormde koppelmiddelen en dat de inrichting een ten opzichte van de drager verplaatsbare beschermhuls omvat, welke beschermhuls verplaatsbaar is tot in een positie, waarin de beschermhuls zich om de rand uitstrekt.27. Device as claimed in any of the claims 20-26, characterized in that the carrier comprises an edge for receiving the edge of the cylindrical-shaped part remote from an end wall, resiliently extending in axial direction and provided with engaging elements as engaging elements coupling means formed and that the device comprises a protective sleeve displaceable relative to the carrier, which protective sleeve is displaceable to a position in which the protective sleeve extends around the edge. 28. Werkwijze voor het door het aanbrengen van een afsluiter afsluiten van een einde van het spijsverteringskanaal van een overleden zoogdier, omvattende: het op een gewenste locatie in het spijsverteringskanaal plaatsen van een cilindermantelvormig, van een cilindervormige omtrekswand voorzien en aan één kopzijde van een afsluitende kopwand voorzien, deel van een afsluiter; en 10 - het ten opzichte van het cilindermantelvormig deel verplaatsen van een klemelement van de afsluiter tot in een klempositie, waarin tussen het klemelement en het cilindermantelvormige deel spijsverteringskanaalweefsel wordt vastgeklemd, waarbij spijsverteringskanaalweefsel door ten minste één in de omtrekswand gelegen opening tot in het inwendige van het cilindermantelvormig deel wordt gedrongen en dat 15 het aldus verplaatste weefsel tussen het naar een klempositie bewogen klemelement en het cilindermantelvormige deel wordt vastgeklemd, met het kenmerk, dat de werkwijze wordt toegepast op een overleden mens.A method for closing an end of the digestive tract of a deceased mammal by arranging a valve, comprising: placing a cylindrical mantle-shaped, cylindrical circumferential wall at a desired location and provided with a sealing end on one end side end wall provided, part of a valve; and - displacing a clamping element of the valve relative to the cylindrical shell-shaped part into a clamping position, in which digestive tract tissue is clamped between the clamping element and the cylindrical-shaped part, whereby digestive tract tissue is inserted through at least one opening in the circumferential wall into the interior of the cylindrical-shaped part is urged and the tissue thus displaced is clamped between the clamping element moved to a clamping position and the cylindrical-shaped part, characterized in that the method is applied to a deceased person. 29. Werkwijze volgens conclusie 28, met het kenmerk, dat de werkwijze wordt 20 toegepast op de slokdarm van een overleden mens.29. Method according to claim 28, characterized in that the method is applied to the esophagus of a deceased person. 30. Werkwijze volgens conclusie 28, met het kenmerk, dat de werkwijze wordt toegepast op de endeldarm van een overleden mens.A method according to claim 28, characterized in that the method is applied to the rectum of a deceased person. 31. Werkwijze volgens conclusie 28, 29 of 30, met het kenmerk dat spijsverteringskanaalweefsel tot in het inwendige van het cilindermantelvormig deel wordt gedrongen door het in het inwendige van het cilindermantelvormig deel aanbrengen van een onderdruk.A method according to claim 28, 29 or 30, characterized in that digestive tract tissue is forced into the interior of the cylindrical-shaped part by applying an underpressure in the interior of the cylindrical-shaped part. 32. Werkwijze volgens een der conclusies 28-31, met het kenmerk dat het klemelement binnen het inwendige van het cilindermantelvormige deel naar de klempositie wordt bewogen.A method according to any one of claims 28-31, characterized in that the clamping element is moved to the clamping position within the interior of the cylindrical shell-shaped part.
NL2006676A 2011-04-28 2011-04-28 VALVE, COMPOSITE PARTS OF THE VALVE, DEVICE AND METHOD FOR FITTING SUCH VALVE. NL2006676C2 (en)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2006676A NL2006676C2 (en) 2011-04-28 2011-04-28 VALVE, COMPOSITE PARTS OF THE VALVE, DEVICE AND METHOD FOR FITTING SUCH VALVE.
PCT/NL2012/000031 WO2012158021A1 (en) 2011-04-28 2012-04-24 Seal, constituent parts of the seal, device and method for arranging such a seal

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2006676 2011-04-28
NL2006676A NL2006676C2 (en) 2011-04-28 2011-04-28 VALVE, COMPOSITE PARTS OF THE VALVE, DEVICE AND METHOD FOR FITTING SUCH VALVE.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2006676C2 true NL2006676C2 (en) 2012-10-30

Family

ID=46458581

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2006676A NL2006676C2 (en) 2011-04-28 2011-04-28 VALVE, COMPOSITE PARTS OF THE VALVE, DEVICE AND METHOD FOR FITTING SUCH VALVE.

Country Status (2)

Country Link
NL (1) NL2006676C2 (en)
WO (1) WO2012158021A1 (en)

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1996035332A1 (en) * 1995-05-11 1996-11-14 Meat Research Corporation Oesophagus sealing
WO2011059318A1 (en) * 2009-11-11 2011-05-19 Kuziba B.V. Seal, constituent parts of the seal, device and method for arranging such a seal

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1996035332A1 (en) * 1995-05-11 1996-11-14 Meat Research Corporation Oesophagus sealing
WO2011059318A1 (en) * 2009-11-11 2011-05-19 Kuziba B.V. Seal, constituent parts of the seal, device and method for arranging such a seal

Also Published As

Publication number Publication date
WO2012158021A1 (en) 2012-11-22

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US11395658B2 (en) Device and method for assisting end-to-side anastomosis
ES2708987T3 (en) Gripper grip
CN103584898B (en) Organize clamping device
EP1011468B1 (en) Surgical instrument for fixing soft tissue
JP6875552B2 (en) End control device, end control device, transportation device and assembly case
FR3072557B1 (en) COMPLEX SURGICAL DEVICE FOR THE PRODUCTION AND PROTECTION OF ANASTOMOSIS
WO2013067662A1 (en) Clamping or ligating device
EP0278823A1 (en) Instrument for artificial insemination, embryo transfer, or sampling of folicular fluids
EP2525701B1 (en) Medical endoscope comprising a consumable instrument having a fluid flow circuit
JP2004520091A5 (en)
US10932938B2 (en) Clamp installation tool
FR2757068A1 (en) Self fixing medical drain
NL2006676C2 (en) VALVE, COMPOSITE PARTS OF THE VALVE, DEVICE AND METHOD FOR FITTING SUCH VALVE.
ES2436870T3 (en) Terminal-terminal junction for the connection of extremity areas of body ducts
US20180185027A1 (en) Device for connecting hollow organs, especially blood vessels, by surgery
NL2003787C2 (en) VALVE, COMPOSITE PARTS OF THE VALVE, DEVICE AND METHOD FOR FITTING SUCH VALVE.
KR20070076483A (en) Gripping tool
JP2007283015A (en) Clip apparatus for endoscope
KR102379760B1 (en) A Port Cover Having an Open and Close Tab Connected to the Cover and a Medical Port with the Same
EP3750494A1 (en) Removal device and removal system
JP2014217471A (en) Hollow long element
FR2766084A1 (en) Supple or rigid endoscopic or coeloscopic surgical instrument
WO2017106673A2 (en) Hollow plug
FR2598197A1 (en) Direct-passage valve
WO2021144512A1 (en) Endoscope provided with a device for closing a fluid flow circuit, for improved sterilisation

Legal Events

Date Code Title Description
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20141101