NL2006515C2 - HOLDER WITH A VOLUME FOR ACCOMMODATING A LIQUID MATERIAL. - Google Patents
HOLDER WITH A VOLUME FOR ACCOMMODATING A LIQUID MATERIAL. Download PDFInfo
- Publication number
- NL2006515C2 NL2006515C2 NL2006515A NL2006515A NL2006515C2 NL 2006515 C2 NL2006515 C2 NL 2006515C2 NL 2006515 A NL2006515 A NL 2006515A NL 2006515 A NL2006515 A NL 2006515A NL 2006515 C2 NL2006515 C2 NL 2006515C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- wall part
- holder
- wall
- container
- height
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65D—CONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
- B65D1/00—Containers having bodies formed in one piece, e.g. by casting metallic material, by moulding plastics, by blowing vitreous material, by throwing ceramic material, by moulding pulped fibrous material, by deep-drawing operations performed on sheet material
- B65D1/32—Containers adapted to be temporarily deformed by external pressure to expel contents
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65D—CONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
- B65D21/00—Nestable, stackable or joinable containers; Containers of variable capacity
- B65D21/08—Containers of variable capacity
- B65D21/086—Collapsible or telescopic containers
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Ceramic Engineering (AREA)
- Containers Having Bodies Formed In One Piece (AREA)
- Containers And Packaging Bodies Having A Special Means To Remove Contents (AREA)
- Packages (AREA)
Description
Korte aanduiding: Houder met een volume voor het accommoderen van een vloeibaar materiaal.Brief indication: Container with a volume for accommodating a liquid material.
BESCHRIJVINGDESCRIPTION
5 De uitvinding heeft betrekking op een houder met een inwendige voor het accommoderen van een hoeveelheid van een vloeibaar materiaal, de houder omvattende een bodem met een zich althans in hoofdzaak in een axiale richting van de houder uitstrekkende, eindloze staande omtrekswand die aan een bovenzijde voorzien is van een afsluitelement, zoals een afsluitfolie, waarbij in de 10 houder een uitstroomopening creëerbaar is voor het naar een geopende toestand brengen van de houder, waarbij, in ten minste de geopende toestand van de houder, de omtrekswand onder invloed van een op de omtrekswand uitgeoefende axiale drukkracht vervormbaar is voor het ten behoeve van het ten minste ten dele legen van de houder verkleinen van het volume van de houder.The invention relates to a holder with an interior for accommodating a quantity of a liquid material, the holder comprising a bottom with an endless standing peripheral wall extending at least substantially in an axial direction of the holder and provided on an upper side is of a closing element, such as a closing foil, wherein an outflow opening can be created in the holder for bringing the holder to an opened state, wherein, in at least the opened state of the holder, the circumferential wall under the influence of a circumference on the circumferential wall applied axial compressive force is deformable for reducing the volume of the container for the purpose of at least partially emptying the container.
15 Een dergelijke houder is algemeen bekend, en wordt met name gebruikt als portie-verpakking, bijvoorbeeld voor het daarin opnemen van een relatief kleine hoeveelheid van een vloeibaar materiaal. Met een relatief kleine hoeveelheid wordt in de onderhavige uitvinding bij voorkeur een hoeveelheid van enkele milliliters tot enkele centiliters bedoeld. Grotere hoeveelheden zijn echter denkbaar. Met 20 vloeibaar materiaal wordt in de onderhavige uitvinding bedoeld: al-dan-niet visceuze vloeistoffen, of vloeistofachtige materialen, zoals (koffie)melk, mayonaise, ketchup, stroop, (chocolade)pasta, lijm en/of soortgelijke materialen. Het vloeibaar materiaal kan zowel food als non-food materiaal zijn, en is ook geschikt voor aseptische toepassingen.Such a container is generally known, and is used in particular as portion packaging, for instance for receiving a relatively small amount of a liquid material therein. In the present invention, a relatively small amount is preferably understood to mean an amount from a few milliliters to a few centiliters. However, larger quantities are conceivable. By liquid material in the present invention is meant: liquid or non-viscous liquids, or liquid-like materials, such as (coffee) milk, mayonnaise, ketchup, syrup, (chocolate) paste, glue and / or similar materials. The liquid material can be both food and non-food material, and is also suitable for aseptic applications.
25 WO 2007/102730 A2 openbaart een houder in de vorm van een indrukbaar kuipje. De bekende houder omvat een wand waarin een harmonicastructuur is aangebracht, met diepe inkepingen die evenwijdig aan de bovenrand lopen. Aan de bovenzijde van het kuipje is een door een folie afgesloten opening voorzien. Het folie wordt volledig van de opening verwijderd, om de opening 30 vrij te geven. De gebruiker kan daarna een bovenrand en de bodem iets naar elkaar toe drukken, zodanig dat de inhoud van het kuipje via de opening het kuipje verlaat.WO 2007/102730 A2 discloses a holder in the form of an compressible tub. The known holder comprises a wall in which a harmonica structure is arranged, with deep notches parallel to the upper edge. A foil-sealed opening is provided at the top of the tub. The foil is completely removed from the opening to release the opening 30. The user can then press a top edge and the bottom slightly towards each other, such that the contents of the tub leave the tub via the opening.
Het is een nadeel van de in WO 2007/102730 A2 geopenbaarde houder, dat de harmonicastructuur met diepe inkepingen ervoor zorgt dat speciale 2 matrijzen nodig zijn voor het vervaardigen van deze bekende houder, zodanig dat de vorm op geschikte wijze uit de matrijs gelost kan worden.It is a disadvantage of the holder disclosed in WO 2007/102730 A2 that the harmonica structure with deep notches ensures that special 2 molds are needed for the manufacture of this known holder, such that the mold can be released from the mold in a suitable manner. .
Het is een ander nadeel van de bekende houder, dat deze vaak afwijkende afmetingen bezitten ten opzichte van houders die niet indrukbaar 5 ingericht zijn. De speciale harmonicastructuur zorgt er voor dat voor het verkrijgen van het gewenste standaard volume van de portie-verpakking (bijvoorbeeld 5 ml, 10 ml of 15 ml, of een ander gewenst volume), de afmetingen van de houder, zoals diameter en hoogte van de houder, toe moeten nemen. Dit betekent dat voor de bekende houder speciale apparatuur nodig is, bijvoorbeeld voor het maken van de 10 houder, het afvullen van de houder, en het uiteindelijk verpakken van de houder. Dit maakt de bekende houder relatief duur.It is another drawback of the known holder that they often have different dimensions with respect to holders that are not impressively arranged. The special harmonica structure ensures that for obtaining the desired standard volume of the portion packaging (e.g. 5 ml, 10 ml or 15 ml, or any other desired volume), the dimensions of the container, such as diameter and height of the holder. This means that special equipment is required for the known container, for example for making the container, filling the container, and finally packaging the container. This makes the known container relatively expensive.
Het is een doel van de onderhavige uitvinding om te voorzien in een vervormbare houder, die ten minste deels met bestaande productiemethoden vervaardigbaar is, en waarbij het inwendig volume overeenkomstige afmetingen heeft 15 als dat van houders die star, niet-indrukbaar ingericht, gevormd zijn.It is an object of the present invention to provide a deformable container, which can be manufactured at least in part with existing production methods, and wherein the internal volume has dimensions similar to that of containers which are rigidly shaped, non-compressible.
Daartoe voorziet de uitvinding in een houder volgens conclusie 1. De staande omtrekswand van de houder heeft, gezien in de axiale richting van de houder, ten minste een eerste eindloos wanddeel en daarboven een tweede eindloos wanddeel. Het eerste wanddeel en het tweede wanddeel sluiten op elkaar aan ter 20 plaatse van een eindloze vouwlijn, welke een zich in hoofdzaak loodrecht op de axiale richting uitstrekkend vlak definieert. De vouwlijn kan gevormd zijn als een naad, een lichte verdikking of verdunning, of een relatief kleine inkeping in de wand. Het eerste wanddeel en het tweede wanddeel sluiten in axiale doorsnede een naar het inwendige van de houder gerichte hoek in, dat wil zeggen dat de hoekpunt naar 25 het inwendige van de houder gericht is. De vouwlijn in combinatie met de naar binnen gerichte hoek zorgen ervoor dat de twee wanddelen, bij indrukking van de staande omtrekswand, ten opzichte van elkaar vouwen rondom de vouwlijn. Het eerste wanddeel en het tweede wanddeel zijn aldus onder invloed van de axiale drukkracht vouwbaar rondom de vouwlijn. Op deze wijze kan de staande omtrekswand 30 vervormen, om zodanig het volume te verkleinen. De vouwlijn ondergaat daarbij, onder invloed van de axiale drukkracht, een radiale verplaatsing naar binnen toe. Het eerste wanddeel en het tweede wanddeel geleiden de axiale drukkracht door naar de vouwlijn. Ten opzichte van het eerste wanddeel is het tweede wanddeel onder een, 3 bij voorkeur relatief kleine, knik geplaatst, waardoor het eerste wanddeel en het tweede wanddeel een, bij voorkeur relatief grote, hoek insluiten. Deze knik zorgt ervoor dat bij het uitoefenen van een axiale drukkracht op de omtrekswand, het eerste wanddeel en het tweede wanddeel ten opzichte van elkaar kunnen vouwen 5 rondom de eindloze vouwlijn, maar zorgt daarbij tevens ervoor dat het volume van de houder gemaximaliseerd kan worden. De wanddelen zijn zodanig onder een hoek ten opzichte van elkaar geplaatst dat tengevolge van de axiale drukkracht de wanddelen ten opzichte van elkaar vouwen, en de vouwlijn radiaal naar binnen toe drukken. De vouwlijn ondergaat hierdoor een radiale verplaatsing naar binnen toe. De configuratie 10 van de houder volgens de onderhavige uitvinding zorgt ervoor dat het volume van de houder gemaximaliseerd wordt bij een gegeven diameter van de bodem. Vergeleken met een starre, niet-indrukbare, houder, heeft de houder volgens de onderhavige uitvinding hierdoor, bij een gegeven diameter en hoogte, een vergelijkbare inhoud. Dit betekent dat de houder volgens de onderhavige uitvinding (in ieder geval deels) 15 produceerbaar is met reeds gebruikte productiemethoden voor overeenkomstige starre houders. Hiermee is het doel van de onderhavige uitvinding bereikt.To this end, the invention provides a holder according to claim 1. The standing circumferential wall of the holder has, seen in the axial direction of the holder, at least a first endless wall part and above that a second endless wall part. The first wall part and the second wall part connect to each other at the location of an endless folding line, which defines a surface extending substantially perpendicular to the axial direction. The fold line can be formed as a seam, a slight thickening or thinning, or a relatively small notch in the wall. The first wall part and the second wall part enclose an angle directed toward the interior of the container in axial cross-section, that is to say that the corner point faces the interior of the container. The folding line in combination with the inwardly directed corner ensure that the two wall parts, when the standing peripheral wall is pressed, fold relative to each other around the folding line. The first wall part and the second wall part can thus be folded around the folding line under the influence of the axial compressive force. In this way the standing peripheral wall 30 can deform, so as to reduce the volume. The folding line then undergoes a radial movement inwards under the influence of the axial compressive force. The first wall part and the second wall part conduct the axial compressive force to the folding line. With respect to the first wall part, the second wall part is placed under a, preferably relatively small, bend, as a result of which the first wall part and the second wall part enclose a, preferably relatively large, angle. This kink ensures that when an axial compressive force is exerted on the circumferential wall, the first wall part and the second wall part can fold relative to each other around the endless folding line, but at the same time ensures that the volume of the holder can be maximized. The wall parts are placed at an angle with respect to each other such that, due to the axial compressive force, the wall parts fold with respect to each other and press the folding line radially inwards. As a result, the folding line undergoes a radial movement inwards. The configuration 10 of the container according to the present invention ensures that the volume of the container is maximized at a given diameter of the bottom. Compared with a rigid, non-compressible container, the container according to the present invention therefore has a comparable content at a given diameter and height. This means that the container according to the present invention can be produced (at least in part) with already used production methods for corresponding rigid containers. The object of the present invention has thus been achieved.
Aanvullend voordeel van de houder volgens de onderhavige uitvinding is dat het eerste wanddeel en het tweede wanddeel zodanig geplaatst zijn dat deze in hoofdzaak plat tegen elkaar aangedrukt kunnen worden, waarbij in die 20 toestand de wanddelen in hoofdzaak loodrecht op de axiale richting van de houder geplaatst zijn, ofwel parallel aan de bodem en de bovenkant. Het eerste wanddeel en het tweede wanddeel ondergaan onder invloed van de axiale drukkracht een zwenking relatief ten opzichte van de bodem van de houder. De vouwlijn bevindt zich dan nabij het centrum van de houder. De wanddelen kunnen elk dan samenwerken 25 met daarboven of daaronder geplaatste aanvullende delen, zoals bijvoorbeeld de bovenkant of de bodem. De axiale drukkracht zorgt er dan voor dat een goede samendrukking van de wanddelen met die aanvullende delen mogelijk is, zodanig dat het vloeibaar materiaal eerst naar het centrum gestuwd wordt, en vervolgens richting de uitstroomopening. Door de configuratie volgens de onderhavige uitvinding zullen 30 er relatief minder restanten vloeibaar materiaal in de houder achterblijven. De harmonicastructuur in de wand van de bekende houder, waarbij wanddelen in de ingedrukte toestand parallel aan de axiale richting geplaatst zijn, zorgt er voor dat er tijdens het indrukken ruimtes gevormd worden, waarin delen van het vloeibaar 4 materiaal achter kunnen blijven. Doordat de axiale drukkracht parallel is aan de wanden, zijn de wanden minder goed op elkaar te drukken, waardoor vloeibaar materiaal achter blijft in tussen twee naastgelegen wanden gevormde ruimtes. Deze ruimtes zijn bij de houder volgens de onderhavige uitvinding niet, of althans in 5 mindere mate, aanwezig.An additional advantage of the holder according to the present invention is that the first wall part and the second wall part are positioned such that they can be pressed substantially flat against each other, wherein in that condition the wall parts are placed substantially perpendicular to the axial direction of the holder. or parallel to the bottom and top. The first wall part and the second wall part undergo a pivotal movement relative to the bottom of the holder under the influence of the axial compressive force. The folding line is then located near the center of the holder. The wall parts can then each cooperate with additional parts placed above or below, such as, for example, the top or the bottom. The axial compressive force then ensures that a good compression of the wall parts with those additional parts is possible, such that the liquid material is first pushed towards the center, and then towards the outflow opening. Due to the configuration according to the present invention, relatively fewer remnants of liquid material will remain in the container. The harmonica structure in the wall of the known holder, wherein wall parts in the pressed-in state are placed parallel to the axial direction, ensures that spaces are formed during compression, in which parts of the liquid material can remain behind. Because the axial compressive force is parallel to the walls, the walls are less easy to press on each other, so that liquid material remains behind in spaces formed between two adjacent walls. These spaces are not present, or at least to a lesser extent, in the container according to the present invention.
Verdere uitvoeringsvormen van de houder volgens de onderhavige uitvinding, zijn onderwerp van de afhankelijke conclusies. Navolgend zullen enkele van deze uitvoeringsvormen en hun voordelen nader toegelicht worden.Further embodiments of the container according to the present invention are the subject of the dependent claims. Some of these embodiments and their advantages will be explained in more detail below.
Om het inwendige, oftewel het volume, van de houder verder te 10 vergroten, is de houder bij voorkeur zodanig vormgegeven dat het eerste wanddeel zich in hoofdzaak parallel aan de axiale richting van de houder uitstrekt, en/of dat het tweede wanddeel zich naar buiten toe uitstrekt. Op deze wijze wordt een kleine knik tussen de twee wanddelen tot stand gebracht, die er voor zorgt dat de vouwlijn naar binnen toe beweegt (ofwel een radiale verplaatsing naar binnen toe ondergaat) onder 15 invloed van de axiale drukkracht.In order to further increase the interior, or the volume, of the holder, the holder is preferably designed such that the first wall part extends substantially parallel to the axial direction of the holder, and / or that the second wall part extends outwards extends to it. In this way a small kink is created between the two wall parts, which ensures that the folding line moves inwards (or undergoes a radial movement inwards) under the influence of the axial compressive force.
Voor een goede samendrukking van de twee wanddelen op elkaar, met verminderde kans op achterblijven van residu in de houder, heeft het de voorkeur wanneer het eerste wanddeel en/of het tweede wanddeel in hoofdzaak over de volledige hoogte van het betreffende wanddeel recht zijn. De twee rechte 20 wanddelen kunnen zonder tussenruimte op elkaar gedrukt worden.For a good compression of the two wall parts on each other, with a reduced chance of residue remaining in the container, it is preferable if the first wall part and / or the second wall part are substantially straight over the full height of the respective wall part. The two straight wall parts can be pressed onto each other without gaps.
Verdere maximalisering van het inwendig volume, bij gegeven hoogte en diameter, is mogelijk wanneer het eerste wanddeel en het tweede wanddeel tezamen een relatief grote hoogte hebben, die een substantieel deel van de hoogte van de houder in beslag neemt. De hoogte kan bijvoorbeeld gelijk zijn aan 25 ten minste 40%, bij voorkeur ten minste 60% van de hoogte van de staande omtrekswand. Tevens zorgt deze uitvoeringsvorm ervoor dat de ruimtes, waarin delen van het vloeibaar materiaal achter kunnen blijven, niet, of althans in mindere mate, aanwezig zijn.Further maximization of the internal volume, at given height and diameter, is possible when the first wall part and the second wall part together have a relatively large height, which occupies a substantial part of the height of the container. The height can for instance be at least 40%, preferably at least 60% of the height of the standing peripheral wall. This embodiment also ensures that the spaces in which parts of the liquid material can remain behind are not present, or at least to a lesser extent.
Een verdere vergroting van het inwendig volume, bij gegeven hoogte 30 en diameter, is verder mogelijk wanneer de dikte van de staande wand in hoofdzaak gelegen is tussen 0.1 mm en 0.8 mm, bij nog meer voorkeur tussen 0.2 mm en 0.4 mm. De bekende houders en kuipjes, zowel star als vervormbaar, bezitten vaak een dikte die gelegen is tussen 0.6 mm en 0.8 mm. Deze dikte is nodig, om de houder de 5 benodigde stevigheid te geven. Bij vervormbare houders is deze dikte vaak nodig om te ongewenste beschadigingen te voorkomen. Door toepassing van de configuratie van wanddelen en vouwlijn volgens de onderhavige uitvinding, wordt schade aan de staande omtrekswand, en dan met name aan de vouwlijn, voorkomen, waardoor de 5 wanddelen in hun geheel dunner uitgevoerd kunnen worden. Dit levert een aanzienlijke materiaalbesparing op ten opzichte van bestaande houders. Hierdoor worden de houders goedkoper, en is er minder belasting voor het milieu. Uiteraard moge het voor de vakman duidelijk zijn dat de onderhavige uitvinding in beginsel toepasbaar is op alle mogelijke wanddikten, en dat deze niet beperkt is tot de 10 hierboven aangegeven maten.A further increase in the internal volume, at given height 30 and diameter, is further possible if the thickness of the standing wall is substantially between 0.1 mm and 0.8 mm, even more preferably between 0.2 mm and 0.4 mm. The known holders and tubs, both rigid and malleable, often have a thickness that lies between 0.6 mm and 0.8 mm. This thickness is necessary to give the holder the required rigidity. With deformable containers, this thickness is often necessary to prevent undesired damage. By applying the configuration of wall parts and folding line according to the present invention, damage to the standing peripheral wall, and in particular to the folding line, is prevented, whereby the wall parts as a whole can be made thinner as a whole. This results in a considerable material saving compared to existing containers. This makes the containers cheaper and reduces the burden on the environment. Of course, it will be clear to those skilled in the art that the present invention can in principle be applied to all possible wall thicknesses, and that it is not limited to the dimensions indicated above.
Bij voorkeur is een omtrek van de staande omtrekswand nabij de bovenzijde van de houder in hoofdzaak groter dan een omtrek van de staande omtrekswand nabij de bodem van de houder.Preferably, a circumference of the standing circumferential wall near the top of the holder is substantially larger than a circumference of the standing circumferential wall near the bottom of the holder.
Om de vervorming van de staande wand verder te vergemakkelijken, 15 heeft het de voorkeur wanneer in ten minste een gedeelte van de omtrekswand een schuin georiënteerd reliëf voorzien is. Het reliëf is daarbij bij voorkeur zodanig ingericht dat bij een drukkracht op de staande omtrekswand, het eerste wanddeel ten opzichte van het tweede wanddeel enigszins kan torderen. Dit vereenvoudigt het vouwen van de wanddelen om de vouwlijn, en tevens zorgt dit voor een snelle 20 verkleining van het inwendig volume.To further facilitate the deformation of the upright wall, it is preferable if an obliquely oriented relief is provided in at least a portion of the circumferential wall. The relief is herein preferably arranged such that with a compressive force on the standing circumferential wall, the first wall part can slightly twist relative to the second wall part. This simplifies the folding of the wall parts about the folding line, and also ensures a rapid reduction of the internal volume.
Het reliëf kan een zich in een radiale richting van de houder naar buiten toe uitstrekkende verhoging omvatten. De verhoging kan, gezien in het vlak van de omtrekswand, zich in een axiale en een circumferentiële richting van de houder uitstrekken.The relief may comprise an outward extending in a radial direction of the holder. The elevation can, seen in the plane of the circumferential wall, extend in an axial and a circumferential direction of the holder.
25 Het reliëf heeft in een uitvoeringsvorm een hoogte die, relatief ten opzichte van de straal van de omtrekswand, gelegen is tussen 5 % en 25 %. Dit vergroot de vervormbaarheid van de wanddelen. Andere waarden zijn echter denkbaar.In one embodiment, the relief has a height which, relative to the radius of the circumferential wall, is between 5% and 25%. This increases the deformability of the wall parts. However, other values are conceivable.
De omtrekswand, bij voorkeur het wanddeel, en bij nog meer 30 voorkeur het reliëf, kan een zich in een radiale richting van de houder naar buiten toe uitstrekkende rib omvatten.The circumferential wall, preferably the wall part, and even more preferably the relief, may comprise an outwardly extending rib in a radial direction of the holder.
De rib strekt zich bij voorkeur, gezien in het vlak van de omtrekswand, in een axiale en een circumferentiële richting van de houder uit.The rib preferably, viewed in the plane of the circumferential wall, extends in an axial and a circumferential direction of the container.
66
De afstand tussen twee naastgelegen ribben, gezien in de axiale richting van de houder, kan wijzigen.The distance between two adjacent ribs, viewed in the axial direction of the holder, can change.
Twee naastgelegen ribben sluiten bij voorkeur een driehoekvormig element in. De basis van de driehoek is daarbij bij voorkeur parallel aan de vouwlijn 5 geplaatst. De overige zijden van de driehoek (de ribben) zorgen daarbij voor een goede krachtengeleiding, waardoor bij naar elkaar toe bewegen van de bodem en van de bovenzijde, het tweede wanddeel relatief ten opzichte van het eerste wanddeel tordeert, waardoor vouwen van de wanddelen rondom de vouwlijn vereenvoudigt.Two adjacent ribs preferably enclose a triangular element. The base of the triangle is thereby preferably placed parallel to the folding line 5. The other sides of the triangle (the ribs) thereby ensure good force guidance, so that when the bottom and the top side move towards each other, the second wall part twists relative to the first wall part, whereby folding of the wall parts around the simplifies the folding line.
10 Bij voorkeur is het reliëf en/of de ribben voorzien op het tweede wanddeel. In een uitvoeringsvorm is het wanddeel slechts binnen één wanddeel, zoals bijvoorbeeld het tweede wanddeel, voorzien.Preferably the relief and / or the ribs is provided on the second wall part. In one embodiment, the wall part is provided only within one wall part, such as, for example, the second wall part.
In een uitvoeringsvorm, heeft de staande omtrekswand verder een tussen de bodem en het eerste wanddeel geplaatst derde wanddeel. Het eerste 15 wanddeel en het derde wanddeel sluiten op elkaar aan ter plaatse van een eindloze verdere vouwlijn. De verdere vouwlijn definieert een zich in hoofdzaak loodrecht op de axiale richting uitstrekkend vlak. Het eerste wanddeel en het derde wanddeel zijn met een lichte knik ten opzichte van elkaar geplaatst. Het derde wanddeel strekt zich bij voorkeur, gezien vanaf de bodem in de axiale richting, naar buiten toe uit.In one embodiment, the standing peripheral wall further has a third wall part placed between the bottom and the first wall part. The first wall part and the third wall part connect to each other at the location of an endless further fold line. The further fold line defines a plane extending substantially perpendicular to the axial direction. The first wall part and the third wall part are placed with respect to each other with a slight kink. The third wall part preferably extends outwards, viewed from the bottom in the axial direction.
20 Het eerste wanddeel en het tweede wanddeel kunnen in axiale doorsnede een hoek insluiten die gelegen is tussen 130° en 180°, en bij meer voorkeur tussen 150° en 170°. Ook het eerste wanddeel en het derde wanddeel sluiten een hoek in die bij voorkeur gelegen is tussen 130° en 180°, en bij meer voorkeur tussen 150° en 170°. De hoeken hoeven echter niet gelijk aan elkaar te 25 zijn.The first wall part and the second wall part can enclose an angle in axial section that is between 130 ° and 180 °, and more preferably between 150 ° and 170 °. The first wall part and the third wall part also enclose an angle which is preferably between 130 ° and 180 °, and more preferably between 150 ° and 170 °. However, the angles need not be equal to each other.
In een uitvoeringsvorm, strekken het tweede wanddeel en het derde wanddeel zich in hoofdzaak parallel aan elkaar uit. Dit zorgt voor een goede krachtengeleiding die aanleiding geeft tot het vouwen van de verschillende wanddelen om de (verdere) vouwlijn.In one embodiment, the second wall part and the third wall part extend substantially parallel to each other. This ensures good force guidance that gives rise to the folding of the various wall parts around the (further) folding line.
30 Het derde wanddeel heeft bij voorkeur ook een relatief grote hoogte.The third wall part preferably also has a relatively large height.
Het derde wanddeel kan bijvoorbeeld een hoogte hebben die ten hoogste gelijk is aan 25 % van de totale hoogte van de staande omtrekswand. Kleinere en grotere afmetingen zijn uiteraard denkbaar.The third wall part can for instance have a height that is at most equal to 25% of the total height of the standing peripheral wall. Smaller and larger dimensions are of course conceivable.
77
De verschillende wanddelen bezitten bij voorkeur een hoogte die van gelijke orde is. Dit betekent dat de wanddelen niet per se exact dezelfde hoogte hoeven te hebben.The different wall parts preferably have a height that is of the same order. This means that the wall parts do not necessarily have to be exactly the same height.
Het is mogelijk dat een aanvullend wanddeel, of een aantal 5 wanddelen voorzien zijn. Het heeft echter de voorkeur om het aantal wanddelen zo klein mogelijk te houden, met name om de vorming van ruimtes waarin vloeibaar materiaal achter kan blijven te voorkomen.It is possible that an additional wall part or a number of wall parts are provided. However, it is preferable to keep the number of wall parts as small as possible, in particular to prevent the formation of spaces in which liquid material can remain.
Bijzonder voordelig is het, ter voorkoming van achterblijven van vloeibaar materiaal in de houder, wanneer ten minste een gedeelte van de staande 10 omtrekswand in hoofdzaak glad is uitgevoerd. Bij voorkeur is ten minste een wanddeel, bijvoorbeeld het eerste wanddeel, glad uitgevoerd. Het derde wanddeel kan tevens glad uitgevoerd zijn. Het heeft de voorkeur wanneer met name de binnenwand glad is uitgevoerd. Met glad wordt bedoeld dat er geen structuren, zoals een harmonicastructuur of ribbels, in zijn aangebracht die het vervormen van het 15 wanddeel vergemakkelijken. Zeker bij het toepassen van een relatief dunne wand, zoals eerder omschreven, zijn dergelijke structuren niet noodzakelijk. Opgemerkt wordt dat ook het tweede wanddeel glad uitgevoerd kan zijn, bijvoorbeeld wanneer het reliëf niet is aangebracht.In order to prevent liquid material from remaining behind in the container, it is particularly advantageous if at least a part of the standing peripheral wall is of substantially smooth design. Preferably, at least one wall part, for example the first wall part, is smooth. The third wall part can also be smooth. It is preferred if the inner wall in particular is smooth. By smooth it is meant that no structures, such as a harmonica structure or ridges, are provided in it which facilitate the deformation of the wall part. Certainly when applying a relatively thin wall, as described earlier, such structures are not necessary. It is noted that the second wall part can also be smooth, for example when the relief has not been applied.
In een uitvoeringsvorm is de uitstroomopening, zoals gebruikelijk bij 20 dit soort houders, aan de bovenzijde van de houder creëerbaar. Uiteraard is een plaatsing op andere plekken ook denkbaar.In one embodiment, the outflow opening, as is usual with this type of holders, can be created at the top of the holder. Naturally, placement in other places is also conceivable.
Het dient tevens vermeld te worden dat de houder volgens de onderhavige uitvinding zich uitstekend leent voor het nauwkeurig doseren van vloeibaar materiaal in de houder. Daartoe bezit de uitstroomopening bij voorkeur een 25 afmeting die zich leent voor doseren van de inhoud van de houder. De uitstroomopening kan bijvoorbeeld relatief ten opzichte van het volume gedimensioneerd zijn. De uitstroomopening is daarbij bij voorkeur een orde kleiner dan de diameter van de bodem. Het is zeer goed mogelijk dat de uitstroomopening kanaalvormig is. Een dergelijke uitstroomopening is bijvoorbeeld beschreven in WO 30 2009/011571 A1, welk document hierbij door middel van referentie is ingevoegd. De octrooihouder behoudt zich het recht voor om een in dat document beschreven kanaalvormige uitstroomopening op te nemen in de gevraagde beschermingsomvang van de houder volgens de onderhavige uitvinding.It should also be mentioned that the container according to the present invention is excellent for accurately dosing liquid material in the container. To this end, the outflow opening preferably has a dimension which is suitable for dosing the contents of the container. The outflow opening can for instance be dimensioned relative to the volume. The outflow opening is thereby preferably an order smaller than the diameter of the bottom. It is very possible that the outflow opening is channel-shaped. Such an outflow opening is described, for example, in WO 30/03/011571 A1, which document is hereby incorporated by reference. The patent holder reserves the right to include a channel-shaped outflow opening described in that document in the requested scope of protection of the holder according to the present invention.
88
De onderhavige uitvinding zal navolgend worden toegelicht aan de hand van een figuurbeschrijving, waarin tonen: figuur 1 een aanzicht in perspectief van een houder volgens de onderhavige uitvinding; 5 figuur 2 een bovenaanzicht van de houder volgens figuur 1; figuur 3 een perspectivisch aanzicht in doorsnede in een axiale richting, van de houder volgens figuur 1; figuur 4 een zijaanzicht van het aanzicht volgens figuur 3; figuur 5 een perspectivisch aanzicht in doorsnede van de in figuur 1 10 getoonde houder, met een doorsnede door het tweede wanddeel.The present invention will be explained below with reference to a figure description, in which: figure 1 shows a perspective view of a holder according to the present invention; Figure 2 shows a top view of the holder according to figure 1; figure 3 shows a perspective view in section in an axial direction of the holder according to figure 1; Figure 4 is a side view of the view according to Figure 3; figure 5 shows a perspective view in section of the holder shown in figure 1, with a section through the second wall part.
Figuur 6 een zijaanzicht van de houder volgens figuur 4 in een vervormde toestand.Figure 6 is a side view of the holder according to Figure 4 in a deformed state.
Figuur 1 toont een aanzicht in perspectief van een houder 1 volgens de onderhavige uitvinding. De houder 1 omvat een bodem 3 en een omtrekswand 5. 15 De omtrekswand 5 strekt zich in hoofdzaak in een axiale richting van de houder 1 uit. De axiale richting is een richting die in hoofdzaak parallel is aan de verbindingslijn tussen de bodem en de bovenzijde van de houder, en in de praktijk is de axiale richting een richting loodrecht op het door de bodem gevormde vlak. De omtrekswand 5 is een zogeheten eindloze staande omtrekswand, dat wil zeggen dat 20 de wand op doorlopende wijze de omtrek van de bodem 3 volgt. De bodem 3 en de omtrekswand 5 begrenzen een intern volume van de houder. Dit interne volume kan enkele milliliters tot enkele centiliters zijn, alhoewel de uitvinding daartoe niet beperkt is. In het interne volume van de houder is vloeistof opneembaar. Met vloeistof wordt in de onderhavige uitvinding bedoeld: al-dan-niet viskeuze vloeistoffen, of gelachtige 25 of vloeistofachtige materialen, zoals (koffie)melk, mayonaise, ketchup, stroop, (chocolade)pasta, lijm en/of soortgelijke materialen.Figure 1 shows a perspective view of a holder 1 according to the present invention. The holder 1 comprises a bottom 3 and a circumferential wall 5. The circumferential wall 5 extends substantially in an axial direction of the holder 1. The axial direction is a direction that is substantially parallel to the connecting line between the bottom and the top of the container, and in practice the axial direction is a direction perpendicular to the surface formed by the bottom. The circumferential wall 5 is a so-called endless standing circumferential wall, that is to say that the wall continuously follows the circumference of the bottom 3. The bottom 3 and the peripheral wall 5 limit an internal volume of the container. This internal volume can be a few milliliters to a few centiliters, although the invention is not limited thereto. Liquid can be absorbed in the internal volume of the container. By liquid in the present invention is meant: viscous or non-viscous liquids, or gel-like or liquid-like materials, such as (coffee) milk, mayonnaise, ketchup, syrup, (chocolate) paste, glue and / or similar materials.
De omtrek van de bodem 3 is in de getoonde uitvoeringsvorm cilindervormig, maar het is ook denkbaar andere vormen, zoals rechthoekig, vierkant, of ellipsvormig, toe te passen. Met name bij een ellipsvormige, of ovale bodem, biedt 30 deze een goede ondersteuning voor bijvoorbeeld de duim van een gebruiker, bij het indrukken van de houder. Aan een bovenzijde van de omtrekswand 5 is een flensvormige rand 42 voorzien. De flensvormige rand 42 bezit een lipvormig deel 41, dat enigszins radiaal naar buiten toe uitsteekt ten opzichte van het overig deel van de 9 flensvormige rand 42. In het lipvormig deel 41 is een -niet nader in detail getoonde-uitstroomopening gevormd, die in Fig. 2 schematisch is weergegeven, en die bijvoorbeeld beschreven is in WO 2009/011571 A1. De uitstroomopening staat in verbinding met het interne volume, of is althans daarmee in verbinding brengbaar, 5 zodanig dat de in het volume aanwezige vloeistof via de uitstroomopening de houder kan verlaten.The circumference of the bottom 3 is cylindrical in the embodiment shown, but it is also conceivable to use other shapes, such as rectangular, square, or elliptical. Particularly in the case of an elliptical or oval bottom, it offers good support for, for example, the thumb of a user when depressing the holder. A flange-like edge 42 is provided on an upper side of the peripheral wall 5. The flange-like edge 42 has a lip-shaped part 41 which protrudes somewhat radially outwards with respect to the other part of the 9 flange-shaped edge 42. In the lip-shaped part 41 an outflow opening, not shown in more detail in detail, is formed, which in Figs. . 2 is shown schematically, and which is described, for example, in WO 2009/011571 A1. The outflow opening is in communication with the internal volume, or can at least be brought into connection with it, such that the liquid present in the volume can leave the container via the outflow opening.
Zoals schematisch te zien is in Fig. 2, kan de uitstroomopening bijvoorbeeld een in het lipvormig deel 41 gevormd stromingskanaal 43 zijn. Dit stromingskanaal kan zich in hoofdzaak in radiale richting naar buiten toe uitstrekken. 10 Het kanaaltje 43 strekt zich daarbij uit tot nabij de rand van het lipvormig deel 41. Het uiteinde van het lipvormig deel kan dan bijvoorbeeld losneembaar gevormd zijn, bijvoorbeeld met een afscheurrand 44. De afscheurrand kan het stromingskanaal gedeeltelijk doorkruisen, bijvoorbeeld doordat de afscheurrand in hoofdzaak loodrecht op een langsrichting van het stromingskanaal voorzien is. Bij het 15 verwijderen van het uiteinde van het lipvormig deel 41, door het afscheuren daarvan over de afscheurrand, wordt daar waar de afscheurrand 44 het stromingskanaal kruist, een vrij uiteinde in het stromingskanaal gevormd, waardoor een vrije doorgang tussen de inhoud van de houder 1 en het buitenste van de houder 1 mogelijk is. Hierdoor kan vloeistof die aanwezig is in de houder 1 via het stromingskanaal naar 20 buiten stromen, of althans naar buiten gedrukt worden. De uitstroomopening kan echter ook op andere wijze vormgegeven zijn.As can be seen schematically in FIG. 2, the outflow opening can for instance be a flow channel 43 formed in the lip-shaped part 41. This flow channel can extend substantially radially outwards. The channel 43 then extends to near the edge of the lip-shaped part 41. The end of the lip-shaped part can then for instance be detachably formed, for instance with a tear-off edge 44. The tear-off edge can partially cross the flow channel, for instance because the tear-off edge in substantially perpendicular to a longitudinal direction of the flow channel is provided. When removing the end of the lip-shaped part 41, by tearing it off over the tear-off edge, where the tear-off edge 44 crosses the flow channel, a free end is formed in the flow channel, whereby a free passage between the contents of the container 1 is formed. and the outside of the container 1 is possible. As a result, liquid present in the container 1 can flow out via the flow channel, or at least be pushed out. However, the outflow opening can also be designed in a different way.
Aan een bovenzijde van de houder 1, is op de flensvormige rand 42 een sluitvel voorzien. Het sluitvel heeft bij voorkeur afmetingen die vergelijkbaar zijn met de flensvormige rand 42, zodat het sluitvel ten minste het volledige oppervlak 25 behorend bij de interne diameter van de flensvormige rand 42 beslaat. Het sluitvel begrensd het interne volume aan de bovenzijde van de houder, waardoor in een geopende toestand van de uitstroomopening, in de houder aanwezige vloeistof in hoofdzaak slechts via de uitstroomopening de houder kan verlaten. Het sluitvel kan bijvoorbeeld een aluminium vel zijn, of van een ander geschikt materiaal gemaakt 30 zijn, zoals papier, kunststof. Ook kan het sluitvel een enkellaags materiaal of een meerlagen materiaal zijn. Omwille van de duidelijkheid van de onderhavige uitvinding, is het sluitvel niet getoond in de figuren. Het sluitvel kan uiteraard ook op andere wijze vormgegeven zijn.At the top of the holder 1, a closing sheet is provided on the flange-like edge 42. The closing sheet preferably has dimensions that are comparable to the flanged edge 42, so that the closing sheet covers at least the entire surface 25 associated with the internal diameter of the flanged edge 42. The closing sheet limits the internal volume at the top of the container, so that in an open condition of the outflow opening, liquid present in the container can leave the container substantially only via the outflow opening. The closing sheet can for instance be an aluminum sheet, or be made of another suitable material, such as paper, plastic. The closing sheet can also be a single-layer material or a multi-layer material. For the sake of clarity of the present invention, the closing sheet is not shown in the figures. The closing sheet can of course also be designed in a different way.
1010
In de getoonde en beschreven uitvoeringsvorm zorgen de bodem, de omtrekswand, het sluitvel, en het lipvormig deel 41 met het stromingskanaal 43, er voor dat een intern volume van de houder omsloten wordt, in welk intern volume vloeistof, of vloeibaar materiaal, opneembaar is, en waarbij een door het lipvormig 5 deel 41 gevormd afsluitlichaam de door het stromingskanaal gevormde uitstroomopening afsluit. Het afsluitlichaam is naar een geopende toestand brengbaar, voor het vrijgeven van het stromingskanaal, zodat vloeistof enkel, of althans in hoofdzaak, via de door het kanaaltje gevormde uitstroomopening naar buiten kan stromen, of althans naar buiten gedrukt worden.In the embodiment shown and described, the bottom, the peripheral wall, the closing sheet, and the lip-shaped part 41 with the flow channel 43 ensure that an internal volume of the container is enclosed, in which internal volume of liquid, or liquid material, can be accommodated and wherein a closing body formed by the lip-shaped part 41 closes the outflow opening formed by the flow channel. The closing body can be brought to an opened state, for releasing the flow channel, so that liquid can flow out or at least be pushed out via the outflow opening formed by the channel.
10 Het moge duidelijk zijn voor de vakman dat de uitstroomopening en het afsluitlichaam nabij de bovenzijde van de houder 1, op vele alternatieve wijzen vormgegeven kunnen zijn, welke mogelijk binnen de gevraagde beschermingsomvang van de uitvinding vallen. Al hetgeen nodig is, is dat er een (bij voorkeur relatief kleine) doorvoeropening voor vloeibaar materiaal is, die bij voorkeur 15 is afgesloten door een afsluitlichaam, waarbij het afsluitlichaam door een gebruiker naar een geopende toestand brengbaar is voor het vrijgeven van de opening, of dat de doorvoeropening anderszins creëerbaar is.It will be clear to a person skilled in the art that the outflow opening and the closing body near the top of the holder 1 can be designed in many alternative ways, which may fall within the required scope of protection of the invention. All that is required is that there is a (preferably relatively small) passage opening for liquid material, which is preferably closed by a closing body, wherein the closing body can be brought to an opened position by a user for releasing the opening, or that the passage opening is otherwise createable.
Specifiek richt de uitvinding zich op de wijze waarop de eindloze staande omtrekswand 5 is vormgegeven. De eindloze staande omtrekswand 5 20 bestaat in het getoonde uitvoeringsvoorbeeld uit een aantal wanddelen 10, 20, 30. De omtrekswand bezit een eerste wanddeel 10, en een daarboven geplaatste, op het eerste wanddeel 10 aansluitend, tweede wanddeel 20. Ter plaatse van de aansluiting tussen het eerste 10 en het tweede wanddeel 20 is een vouwlijn 7 voorzien. De vouwlijn 7 strekt zich in hoofdzaak loodrecht op de axiale richting van de houder 1 uit, 25 waardoor de vouwlijn 7 als het ware in een axiaal vlak van de houder 1 gelegen is. De vouwlijn 7 zorgt ervoor dat de stand van het eerste wanddeel 10 relatief ten opzichte van de stand van het tweede wanddeel 20 veranderbaar is. Onder invloed van een drukkracht op de houder, bijvoorbeeld een op de eindloze staande omtrekswand 5 uitgeoefende axiale drukkracht, verandert de relatieve stand van de 30 wanddelen, waardoor de omtrekswand 5 aldus zodanig vervormt, dat het volume van de houder 1 verkleint en op deze wijze drukopbouw in de in de houder 1 aanwezige vloeistof plaatsvindt. Hierdoor zal de vloeistof, ten minste in de geopende toestand van het afsluitlichaam, dat wil zeggen een toestand waarin de uitstroomopening 43 in 11 bijvoorbeeld het lipvormige deel 41 is vrijgegeven, vanuit de houder 1 naar buiten toe kunnen stromen, of althans naar buiten gedrukt worden.The invention specifically focuses on the way in which the endless standing peripheral wall 5 is designed. In the exemplary embodiment shown, the endless standing circumferential wall 5 consists of a number of wall parts 10, 20, 30. The circumferential wall has a first wall part 10 and a second wall part 20 placed above it and connecting to the first wall part 10. a folding line 7 is provided between the first 10 and the second wall part 20. The folding line 7 extends substantially perpendicular to the axial direction of the holder 1, as a result of which the folding line 7 is located, as it were, in an axial plane of the holder 1. The folding line 7 ensures that the position of the first wall part 10 can be changed relative to the position of the second wall part 20. Under the influence of a pressure force on the holder, for example an axial pressure force exerted on the endless circumferential wall 5, the relative position of the wall parts changes, so that the circumferential wall 5 deforms in such a way that the volume of the holder 1 decreases and in this way pressure build-up takes place in the liquid present in the container 1. As a result, the liquid, at least in the opened state of the closing body, that is to say a state in which the outflow opening 43 in 11, for example the lip-shaped part 41, is released, can flow out of the holder 1, or at least be pressed out .
Het uitoefenen van de axiale drukkracht op de omtrekswand 5 kan op eenvoudige wijze plaatsvinden door het naar elkaar toe bewegen van de 5 flensvormige rand 42 en de bodem 3. Bij het naar elkaar toe brengen van de bodem 3 en de flensvormige rand 42, zullen het eerste wanddeel 10 en het tweede wanddeel 20 tegen elkaar aanduwen. Er wordt een drukspanning in de wanddelen voorzien. Zoals goed te zien is in figuur 6, en navolgend verder zal worden toegelicht, zijn de wanddelen zodanig vormgegeven, dat de vouwlijn 7 in radiale richting iets 10 naar het centrum van de houder 1 toe zal bewegen. Het eerste wanddeel 10 en het tweede wanddeel 20 zullen hierdoor vouwend over de vouwlijn 7 zwenken, waardoor de wanddelen naar elkaar toe bewogen zullen worden. De wanddelen 10, 20 komen op deze wijze steeds dichter parallel aan elkaar te staan, waarbij het door de vouwlijn 7 gevormde hoekpunt van de over deze vouwlijn 7 met elkaar verbonden twee 15 wanddelen 10,20 naar het centrum van de houder gericht is, en in die richting verplaatst, en de op afstand van de vouwlijn 7 gelegen delen van de twee wanddelen 10, 20 in radiale richting naar buiten toe gericht zijn. De twee wanddelen 10, 20 zullen daarbij in de richting van een toestand gebracht worden, waarbij de door de wanddelen 10, 20 gevormde vlakken in hoofdzaak in een axiaal vlak van de houder 20 gelegen zijn, waarbij ze in hoofdzaak parallel aan de bodem van de houder geplaatst zijn. Deze vervorming van de twee wanddelen 10, 20 rondom de vouwlijn 7, staat toe dat de bodem dichter bij de bovenste flensvormige rand 42 komt te liggen. Hierdoor wordt het volume van de houder 1 verkleind, waardoor de drukopbouw op de in de houder aanwezige vloeistof mogelijk is. Bij voldoende drukopbouw, en bij vrijgeven 25 van de uitstroomopening, kan in de houder aanwezige vloeistof via de opening uitgedrukt worden.The axial compressive force can be exerted on the circumferential wall 5 by simply moving the flange-like edge 42 and the bottom 3 towards each other. When bringing the bottom 3 and the flange-like edge 42 towards each other, the pushing the first wall part 10 and the second wall part 20 against each other. A compressive stress is provided in the wall parts. As can be clearly seen in figure 6, and will be explained in more detail below, the wall parts are designed such that the folding line 7 will move slightly 10 radially towards the center of the holder 1. The first wall part 10 and the second wall part 20 will hereby swivel folding over the folding line 7, whereby the wall parts will be moved towards each other. In this way, the wall parts 10, 20 become increasingly closer to each other, wherein the corner point formed by the folding line 7 of the two wall parts 10, 20 connected to each other over this folding line 7 is directed towards the center of the holder, and moved in that direction, and the parts of the two wall parts 10, 20 which are spaced apart from the folding line 7 are directed outwards in a radial direction. The two wall parts 10, 20 will thereby be brought in the direction of a state in which the surfaces formed by the wall parts 10, 20 are situated substantially in an axial plane of the holder 20, whereby they are substantially parallel to the bottom of the holder. holder. This deformation of the two wall parts 10, 20 around the folding line 7 allows the bottom to come closer to the upper flange-like edge 42. The volume of the container 1 is hereby reduced, whereby the pressure build-up on the liquid present in the container is possible. With sufficient pressure build-up, and upon release of the outflow opening, liquid present in the container can be expressed via the opening.
Tevens is op het tweede wanddeel 20 een reliëf voorzien. Het reliëf omvat enkele verhogingen 25 en/of ribben 22, die ten opzichte van het tweede wanddeel 20 enigszins in een radiale naar buiten toe uitsteken. De ribben zijn tevens 30 met hun langsrichting enigszins schuin geplaatst, dat wil zeggen dat de ribben 22 een circumferentiële component bezitten. Bij voorkeur bezitten de ribben een circumferiëntele component in telkens dezelfde richting. Zoals verderop nader zal worden toegelicht, draagt een dergelijk reliëf en/of dergelijke ribben bij aan hoe 12 makkelijk de twee wanddelen 10, 20 ten opzichte van elkaar vouwen, en dus aan hoe makkelijk de omtrekswand 5 vervormt.A relief is also provided on the second wall part 20. The relief comprises a few elevations 25 and / or ribs 22, which protrude somewhat in a radial outward direction with respect to the second wall part 20. The ribs 30 are also positioned somewhat obliquely with their longitudinal direction, i.e. the ribs 22 have a circumferential component. The ribs preferably have a circumferiental component in the same direction in each case. As will be further explained below, such a relief and / or ribs contributes to how easily the two wall parts 10, 20 fold relative to each other, and thus to how easily the peripheral wall 5 deforms.
Figuur 2 toont een bovenaanzicht van de houder 1 volgens figuur 1. Te zien is dat de bodem 3 in hoofdzaak cirkelvormig is. De bodem heeft een diameter 5 dO. De opstaande wand 5 is zoals reeds eerder beschreven aan de bovenzijde daarvan voorzien van een flensvormige rand 42. Deze flensvormige rand 42 heeft een binnendiameter d2 die groter is dan de diameter dO van de bodem 3. Tevens is te zien dat het tweede wanddeel 20 ter plaatse van de vouwlijn 7 een binnendiameter d1 bezit, en dat naar boven toe, de binnendiameter van het tweede wanddeel 20 10 toeneemt totdat het tweede wanddeel 20 ter plaatse van de rand 42 een diameter d2 heeft. Het eerste wanddeel 10, verloopt in hoofdzaak parallel aan de axiale richting van de houder 1, waardoor het eerste wanddeel 10 niet goed zichtbaar is in figuur 2. Het eerste wanddeel 10 heeft overigens nagenoeg dezelfde diameter d1 als de diameter d1 van de vouwlijn 7. De diameter d1 van het eerste wanddeel 10 is 15 derhalve groter dan de diameter dO van de bodem 3. De diameter d1 is tevens kleiner dan de diameter d2 van de flensvormige rand 42.Figure 2 shows a top view of the holder 1 according to figure 1. It can be seen that the bottom 3 is substantially circular. The bottom has a diameter of 5 dO. As previously described, the upright wall 5 is provided with a flange-like edge 42 at the top thereof. This flange-shaped edge 42 has an inner diameter d2 that is larger than the diameter d0 of the bottom 3. It can also be seen that the second wall part 20b has an inner diameter d1 at the location of the folding line 7, and which, upwards, the inner diameter of the second wall part 20 increases until the second wall part 20 has a diameter d2 at the edge 42. The first wall part 10 extends substantially parallel to the axial direction of the holder 1, as a result of which the first wall part 10 is not clearly visible in Fig. 2. The first wall part 10, incidentally, has substantially the same diameter d1 as the diameter d1 of the folding line 7. The diameter d1 of the first wall part 10 is therefore larger than the diameter d0 of the bottom 3. The diameter d1 is also smaller than the diameter d2 of the flanged edge 42.
Figuur 3 toont een opengewerkt aanzicht in perspectief van de houder volgens figuur 1 en figuur 2. Een zijaanzicht van deze doorsnede is te zien in figuur 4. In deze twee figuren is goed te zien dat het eerste wanddeel 10 zich in 20 hoofdzaak in een axiale richting van de houder 1 naar boven toe uitstrekt. Het eerste wanddeel bezit daardoor in nagenoeg alle axiale posities een zelfde diameter d1. Aan een bovenzijde van het eerste wanddeel 10 is het tweede wanddeel 20 geplaatst. Dit wanddeel loopt enigszins taps naar boven toe uit, dat wil zeggen dat de diameter d2 van het tweede wanddeel 20 toeneemt in de richting naar de bovenzijde 25 van de houder 1. Tevens is te zien, met name in figuur 4, dat de hoek a tussen het eerste wanddeel 10 en het tweede wanddeel 20 iets kleiner is dan een gestrekte hoek (180°). De tussen de wanddelen 10, 20 gevormde hoek a is gelegen tussen 130° en 180° en bij voorkeur tussen 150° en 170°. Deze plaatsing zorgt ervoor dat bij het naar elkaar toe bewegen van de flensvormige rand 42 en de bodem 3 van de 30 houder 1, het eerste wanddeel 10 en het tweede wanddeel 20 op eenvoudige wijze kunnen vouwen rondom vouwlijn 7. Daarbij treedt de gewenste volume-verkleinende vervorming van de omtrekswand 5 van de houder 1 op, waarbij de vouwlijn 7 enigszins naar binnen toe, naar het centrum van de houder zal bewegen, en waarbij 13 de op afstand van de vouwlijn 7 geplaatste delen van de wanddelen 10, 20 in radiale richting naar buiten toe, in hoofdzaak naar elkaar toe, zullen bewegen.Figure 3 shows a cut-away perspective view of the holder according to figure 1 and figure 2. A side view of this cross-section can be seen in figure 4. In these two figures it is clearly visible that the first wall part 10 is substantially in an axial in the direction of the holder 1. The first wall part therefore has the same diameter d1 in almost all axial positions. The second wall part 20 is placed on an upper side of the first wall part 10. This wall part extends slightly tapered upwards, that is to say that the diameter d2 of the second wall part 20 increases in the direction towards the top 25 of the holder 1. It can also be seen, in particular in Figure 4, that the angle α between the first wall part 10 and the second wall part 20 is slightly smaller than a stretched angle (180 °). The angle α formed between the wall parts 10, 20 is between 130 ° and 180 ° and preferably between 150 ° and 170 °. This placement ensures that when the flange-like edge 42 and the bottom 3 of the holder 1 move towards each other, the first wall part 10 and the second wall part 20 can fold around folding line 7 in a simple manner. reducing deformation of the circumferential wall 5 of the holder 1, wherein the folding line 7 will move slightly inwards towards the center of the holder, and wherein 13 the parts of the wall parts 10, 20 placed at a distance from the folding line 7 in radial outward direction, essentially toward each other.
Duidelijk te zien in figuur 3 en figuur 4, en tevens aanwezig in figuur 1 en 2, is een aanvullend wanddeel 30. Dit derde wanddeel is onder het eerste 5 wanddeel 10 geplaatst. Dit wanddeel 30 grenst aan het eerste wanddeel 10, en is daarmee aangesloten ter plaatse van een eindloze, zich loodrecht op de axiale richting van de houder 1 uitstrekkende verdere vouwlijn 8. Het eerste wanddeel 10 is via deze verdere vouwlijn 8 op scharnierbare wijze verbonden met het derde wanddeel 30. De wanddelen 10, 30 zijn onder een hoek 8 ten opzichte van elkaar 10 geplaatst. Het derde wanddeel 30 strekt zich daarbij, gezien vanaf de bodem in een axiale richting naar boven toe, in een radiale richting naar buiten toe uit. Het derde wanddeel 30 strekt zich dus divergerend met een component in een radiale richting naar buiten toe uit. De tussen de wanddelen 10, 30 gevormde hoek p is gelegen tussen 130° en 180° en bij voorkeur tussen 150° en 170°. Deze configuratie van de 15 drie wanddelen 10, 20, 30 zorgt ervoor dat het hoekpunt gevormd door de verdere vouwlijn 8, bij het indrukken van de houder, dat wil zeggen bij het bewegen van de bodem 3 en de flensvormige rand 42 naar elkaar toe, naar buiten toe zal knikken, terwijl de door de vouwlijn 7 gevormde hoek a naar binnen toe zal knikken. Het samenstel van de drie wanddelen 10, 20, 30 zal hierdoor zodanig vervormen, dat een 20 z-vormige contour in de omtrekswand 5 verkregen is, zoals goed te zien is in figuur 6.Clearly seen in figure 3 and figure 4, and also present in figures 1 and 2, an additional wall part 30. This third wall part is placed under the first wall part 10. This wall part 30 borders on the first wall part 10, and is connected thereto at the location of an endless further folding line 8 extending perpendicularly to the axial direction of the holder 1. The first wall part 10 is hingedly connected via this further folding line 8 to the third wall part 30. The wall parts 10, 30 are placed at an angle 8 with respect to each other. The third wall part 30, viewed from the bottom in an axial direction upwards, extends outwards in a radial direction. The third wall part 30 thus extends outwardly with a component in a radial direction. The angle p formed between the wall parts 10, 30 is between 130 ° and 180 ° and preferably between 150 ° and 170 °. This configuration of the three wall parts 10, 20, 30 ensures that the angular point formed by the further folding line 8 when the holder is pressed, i.e. when the bottom 3 and the flange-like edge 42 are moved towards each other, will buckle outwards, while the angle a formed by the folding line 7 will buckle inwards. As a result, the assembly of the three wall parts 10, 20, 30 will deform in such a way that a z-shaped contour in the circumferential wall 5 is obtained, as can be clearly seen in figure 6.
Hierboven is de houder beschreven met drie wanddelen. Alhoewel deze uitvoering de voorkeur heeft, is een uitvoering met slechts twee wanddelen echter ook denkbaar. Uiteraard is het mogelijk om verdere wanddelen met verdere vouwlijnen te voorzien in de houder. Bij voorkeur wordt het aantal vouwlijnen echter 25 beperkt. Het is gebleken dat het toepassen van twee vouwlijnen, met in totaal drie wanddelen, bijzonder voordelig is, met name omdat dan de hoogte van de wanddelen relatief groot kan zijn, waardoor achterblijven van vloeibaar materiaal in de houder bij het ledigen van de houder voorkomen wordt. Tevens is een uitvoering met twee vouwlijnen, en drie wanddelen, relatief eenvoudig indrukbaar. Het 30 achterblijven van vloeibaar materiaal wordt verder voorkomen door toepassing van een gladde binnenwand.The holder is described above with three wall parts. Although this embodiment is preferred, however, an embodiment with only two wall parts is also conceivable. It is of course possible to provide further wall parts with further folding lines in the holder. However, the number of folding lines is preferably limited. It has been found that the use of two folding lines, with a total of three wall parts, is particularly advantageous, in particular because the height of the wall parts can then be relatively large, so that liquid material remains behind in the holder when emptying the holder . An embodiment with two folding lines and three wall parts is also relatively easy to press. The remaining liquid material is further prevented by using a smooth inner wall.
In figuur 4 is verder te zien dat de hoogtes h 1, h2, h3 van de respectievelijke wanddelen 10, 20, 30 nagenoeg gelijk aan elkaar zijn. Daarbij wordt 14 opgemerkt dat in de getoonde uitvoeringsvorm de hoogte h1 van het eerste wanddeel 10 het kleinst is, dat het derde wanddeel 30 een iets grotere hoogte h3 heeft, en dat het tweede wanddeel 20 de grootste hoogte h2 heeft. De hoogte is wel echter nagenoeg gelijk aan elkaar. De combinatie van de drie wanddelen 10, 20, 30 5 leveren de houder 1 een totale hoogte h op. De hoogte h is bij voorkeur gelijk aan gangbare hoogtes voor dit soort houders. De vakman zal bekend zijn met gangbare hoogtes. Hetzelfde geldt in ieder geval voor de buitendiameter van de flensvormige rand 42. Deze is bij voorkeur aangepast aan bestaande maten die reeds gangbaar zijn. Op deze wijze kunnen bestaande machines, bijvoorbeeld voor het inpakproces 10 van de houders, gebruikt worden.Figure 4 further shows that the heights h1, h2, h3 of the respective wall parts 10, 20, 30 are substantially equal to each other. It is noted here that in the embodiment shown the height h1 of the first wall part 10 is smallest, that the third wall part 30 has a slightly greater height h3, and that the second wall part 20 has the largest height h2. However, the height is almost the same. The combination of the three wall parts 10, 20, 30 5 provides the holder 1 with a total height h. The height h is preferably equal to common heights for this type of holders. The skilled person will be familiar with the usual heights. The same applies in any case to the outer diameter of the flange-like edge 42. This is preferably adapted to existing dimensions that are already common. In this way, existing machines, for example for the packing process of the containers, can be used.
Uit figuur 4 laat zich meteen het grootste voordeel van de configuratie van de wanddelen 10, 20 volgens de onderhavige uitvinding tonen. De plaatsing van de wanddelen 10, 20 zorgt er namelijk voor dat een relatief grote inhoud, bij gegeven hoogte h en gegeven diameter d2, verkregen wordt. De houder is 15 daarbij toch zo vervormbaar, dat het volume van de houder 1 door een gebruiker verkleinbaar is, zodanig dat vloeistof die in de houder aanwezig is via de opening in de houder 1 naar buiten toe kan stromen, of althans naar buiten gedrukt worden. De plaatsing van de wanddelen zorgt er dus voor dat een vervormbare houder met een maximaal volume-inhoud verkregen wordt. Hiermee kan bij standaard afmetingen, 20 ook een standaard volume van de vervormbare houder verkregen worden, hetgeen tot dusver niet mogelijk is gebleken.Figure 4 immediately shows the greatest advantage of the configuration of the wall parts 10, 20 according to the present invention. Namely, the placement of the wall parts 10, 20 ensures that a relatively large volume, with a given height h and a given diameter d2, is obtained. The container is nevertheless so deformable that the volume of the container 1 can be reduced by a user, such that liquid present in the container can flow out via the opening in the container 1 or at least be pushed out . The placement of the wall parts thus ensures that a deformable holder with a maximum volume content is obtained. With standard dimensions, a standard volume of the deformable holder can hereby also be obtained, which hitherto has not proved possible.
Tevens is te zien in figuur 4 dat de bodem 3 een bepaalde kromming heeft. De buitenzijde van de bodem 3, dat wil zeggen aan de onderzijde van de houder, is concaaf uitgevoerd. Het centrum van de bodem 3 is daarbij iets hoger 25 geplaatst dan de buitenste randen van de bodem 3. De onderlinge afstand is in figuur 4 weergegeven met hoogte hO. Deze kromming zorgt voor een zogeheten membraan effect: de kromming vangt onderdruk op en voorkomt zo spatten bij het openen. Daarnaast zorgt deze kromming voor een extra versteviging van de rand van de bodem 3. Bij het relatief ten opzichte van elkaar bewegen van de flensvormige rand 30 42 en de bodem 3, zal de kromming 3 voor een bepaalde stijfheid zorgen, waardoor de staande omtrekswand 5 vrijwel instantaan kan vervormen. Dit vereenvoudigt het gemak waarmee de gebruiker de vloeistof uit de houder kan drukken.It can also be seen in figure 4 that the bottom 3 has a certain curvature. The outside of the bottom 3, i.e. on the underside of the container, is concave. The center of the bottom 3 is thereby placed slightly higher than the outer edges of the bottom 3. The mutual distance is shown in Figure 4 with height h0. This curvature provides a so-called membrane effect: the curvature absorbs underpressure and thus prevents splashing when opening. In addition, this curvature provides an additional reinforcement of the edge of the bottom 3. When the flange-like edge 42 and the bottom 3 are moved relative to each other, the curvature 3 will provide a certain rigidity, so that the standing peripheral wall 5 can deform almost instantaneously. This simplifies the ease with which the user can squeeze the liquid out of the container.
Zoals goed te zien is in figuur 5, en tevens ook te zien is in de vorige 15 figuren, bezit het tweede wanddeel 20 een relief 25, ofwel verhogingen ten opzichte van het tweede wanddeel. Het tweede wanddeel omvat tevens ribben 22. De ribben strekken zich iets schuin uit, dat wil zeggen dat ze een richting in de circumferentiële omtrek van het wanddeel 20 bezitten. Deze circumferentiële richting is voor alle 5 ribben gelijk, en is in dit geval, van boven naar beneden gekeken, een circumferentiële component tegen de richting van de wijzers van de klok in. Uiteraard is een circumferentiële component in de richting met de wijzers van de klok mee ook denkbaar. Twee naastgelegen ribben 22 zijn in de getoonde uitvoeringsvorm driehoekvormig geplaatst. Bij het induwen van de flensvormige rand en de bodem 3, 10 naar elkaar toe, zullen de ribben 22 er voor zorgen dat de twee wanddelen 10, 20 enigszins ten opzichte van elkaar zullen torderen. Dit torderen vereenvoudigt de deformatie van de opstaande wand 5, en maakt het vouwen/vouwen van de twee wanddelen 10, 20 om de vouwlijn 7 makkelijker.As can be clearly seen in figure 5, and also seen in the previous figures, the second wall part 20 has a relief 25, or elevations with respect to the second wall part. The second wall part also comprises ribs 22. The ribs extend slightly obliquely, i.e. they have a direction in the circumferential circumference of the wall part 20. This circumferential direction is the same for all 5 ribs, and in this case, viewed from top to bottom, is a circumferential component counterclockwise. Of course, a circumferential component in the clockwise direction is also conceivable. Two adjacent ribs 22 are arranged in the shape of a triangle in the embodiment shown. Upon pushing the flanged edge and the bottom 3, 10 towards each other, the ribs 22 will ensure that the two wall parts 10, 20 will twist slightly relative to each other. This twisting simplifies the deformation of the upright wall 5, and makes it easier to fold / fold the two wall parts 10, 20 around the folding line 7.
Het moge duidelijk zijn voor de vakman dat hierboven de 15 onderhavige uitvinding ter verduidelijking beschreven is aan de hand van enkele uitvoeringsvormen daarvan. De uitvinding is echter niet beperkt tot deze uitvoeringsvormen. Binnen de gevraagde beschermingsomvang, die bepaald wordt door de aangehechte conclusies, zijn vele equivalente aanpassingen en modificaties mogelijk.It will be clear to a person skilled in the art that the present invention has been described above for clarification on the basis of a few embodiments thereof. However, the invention is not limited to these embodiments. Within the requested scope of protection, which is determined by the appended claims, many equivalent adjustments and modifications are possible.
2020
Claims (22)
Priority Applications (7)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2006515A NL2006515C2 (en) | 2011-04-01 | 2011-04-01 | HOLDER WITH A VOLUME FOR ACCOMMODATING A LIQUID MATERIAL. |
US14/008,761 US20140263375A1 (en) | 2011-04-01 | 2012-03-30 | Compressible container for metering liquid contents |
AU2012233739A AU2012233739A1 (en) | 2011-04-01 | 2012-03-30 | Compressible container for metering liquid contents |
PCT/NL2012/050203 WO2012134285A1 (en) | 2011-04-01 | 2012-03-30 | Compressible container for metering liquid contents |
CA2832027A CA2832027A1 (en) | 2011-04-01 | 2012-03-30 | Compressible container for metering liquid contents |
EP12712410.5A EP2694381A1 (en) | 2011-04-01 | 2012-03-30 | Compressible container for metering liquid contents |
JP2014502498A JP2014509995A (en) | 2011-04-01 | 2012-03-30 | Compressible container for metering liquid contents |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL2006515A NL2006515C2 (en) | 2011-04-01 | 2011-04-01 | HOLDER WITH A VOLUME FOR ACCOMMODATING A LIQUID MATERIAL. |
NL2006515 | 2011-04-01 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL2006515C2 true NL2006515C2 (en) | 2012-10-02 |
Family
ID=45930958
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL2006515A NL2006515C2 (en) | 2011-04-01 | 2011-04-01 | HOLDER WITH A VOLUME FOR ACCOMMODATING A LIQUID MATERIAL. |
Country Status (7)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US20140263375A1 (en) |
EP (1) | EP2694381A1 (en) |
JP (1) | JP2014509995A (en) |
AU (1) | AU2012233739A1 (en) |
CA (1) | CA2832027A1 (en) |
NL (1) | NL2006515C2 (en) |
WO (1) | WO2012134285A1 (en) |
Families Citing this family (14)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JP6132286B2 (en) * | 2013-07-01 | 2017-05-24 | 大日本印刷株式会社 | container |
JP6143583B2 (en) * | 2013-07-01 | 2017-06-07 | 大日本印刷株式会社 | Seal head and container sealed using the seal head |
JP6083706B2 (en) * | 2013-07-01 | 2017-02-22 | 大日本印刷株式会社 | Container and seal bar |
JP6132287B2 (en) * | 2013-07-01 | 2017-05-24 | 大日本印刷株式会社 | container |
JP6065181B2 (en) * | 2013-07-01 | 2017-01-25 | 大日本印刷株式会社 | container |
JP6065182B2 (en) | 2013-07-01 | 2017-01-25 | 大日本印刷株式会社 | container |
NL2012574B1 (en) * | 2014-04-07 | 2016-03-08 | Boracay Packaging Solutions B V | Container for metering liquid material. |
WO2016117168A1 (en) * | 2015-01-19 | 2016-07-28 | 東罐興業株式会社 | Cup-shaped member |
USD794444S1 (en) * | 2015-05-05 | 2017-08-15 | Ya-Chien Chen | Circular food container |
GB201615043D0 (en) * | 2016-09-05 | 2016-10-19 | Formabowl Llp | Improved container |
WO2019005836A1 (en) * | 2017-06-29 | 2019-01-03 | Hollister Incorporated | Collapsible liquid reservoir |
EP3966119B8 (en) * | 2019-05-08 | 2024-04-17 | Kate Westad | Container for storing personal care item |
US20220202046A1 (en) * | 2020-12-29 | 2022-06-30 | Blue Buffalo Enterprises, Inc. | Packaged Food Product and Method of Producing the Packaged Food Product |
JP7223943B1 (en) | 2022-01-21 | 2023-02-17 | 吉村化成株式会社 | container |
Citations (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS5280743U (en) * | 1975-12-13 | 1977-06-16 | ||
US5524789A (en) * | 1995-07-12 | 1996-06-11 | Jackman; Paul D. | Collapsible container |
WO2003055757A1 (en) * | 2001-12-31 | 2003-07-10 | Byoung-Jin Lee | Beverage can and fabricating method thereof |
WO2007102730A2 (en) * | 2006-03-09 | 2007-09-13 | Easycup International Ltd. | Portion package and semi-fluid product |
WO2009023892A1 (en) * | 2007-08-17 | 2009-02-26 | Sea To Summit Pty Ltd | Collapsible container |
US20090114657A1 (en) * | 2007-11-02 | 2009-05-07 | Chun-Feng Hsu | Structure of an expandable and contractible container |
Family Cites Families (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US5913448A (en) * | 1997-07-08 | 1999-06-22 | Rubbermaid Incorporated | Collapsible container |
US7654402B2 (en) * | 2003-12-16 | 2010-02-02 | Dart Industries Inc. | Collapsible container |
NZ552307A (en) * | 2006-12-20 | 2009-07-31 | Julien Truesdale | Collapsible or folded container with reward access means |
US8042702B2 (en) * | 2007-06-05 | 2011-10-25 | GM Global Technology Operations LLC | Reconfigurable container and methods of fabrication and use thereof |
NL2000755C2 (en) | 2007-07-16 | 2009-01-19 | Easycup Internat Ltd | Packaging for a fluid. |
WO2009093048A2 (en) * | 2008-01-24 | 2009-07-30 | First4Boxes Ltd | Container |
-
2011
- 2011-04-01 NL NL2006515A patent/NL2006515C2/en not_active IP Right Cessation
-
2012
- 2012-03-30 AU AU2012233739A patent/AU2012233739A1/en not_active Abandoned
- 2012-03-30 EP EP12712410.5A patent/EP2694381A1/en not_active Withdrawn
- 2012-03-30 US US14/008,761 patent/US20140263375A1/en not_active Abandoned
- 2012-03-30 CA CA2832027A patent/CA2832027A1/en not_active Abandoned
- 2012-03-30 JP JP2014502498A patent/JP2014509995A/en active Pending
- 2012-03-30 WO PCT/NL2012/050203 patent/WO2012134285A1/en active Application Filing
Patent Citations (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS5280743U (en) * | 1975-12-13 | 1977-06-16 | ||
US5524789A (en) * | 1995-07-12 | 1996-06-11 | Jackman; Paul D. | Collapsible container |
WO2003055757A1 (en) * | 2001-12-31 | 2003-07-10 | Byoung-Jin Lee | Beverage can and fabricating method thereof |
WO2007102730A2 (en) * | 2006-03-09 | 2007-09-13 | Easycup International Ltd. | Portion package and semi-fluid product |
WO2009023892A1 (en) * | 2007-08-17 | 2009-02-26 | Sea To Summit Pty Ltd | Collapsible container |
US20090114657A1 (en) * | 2007-11-02 | 2009-05-07 | Chun-Feng Hsu | Structure of an expandable and contractible container |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
WO2012134285A1 (en) | 2012-10-04 |
JP2014509995A (en) | 2014-04-24 |
EP2694381A1 (en) | 2014-02-12 |
AU2012233739A1 (en) | 2013-10-24 |
CA2832027A1 (en) | 2012-10-04 |
US20140263375A1 (en) | 2014-09-18 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL2006515C2 (en) | HOLDER WITH A VOLUME FOR ACCOMMODATING A LIQUID MATERIAL. | |
NL2006767C2 (en) | PACKING FOR A FLUID. | |
HUE033665T2 (en) | Fracturable container | |
AU709963B2 (en) | Collapsible container for fluids | |
JP7022996B2 (en) | Container with closing means to prevent leakage | |
US20140138382A1 (en) | Holder with an interior space for accommodating a fluid material | |
JP5636264B2 (en) | container | |
NL2012574B1 (en) | Container for metering liquid material. | |
JP6737314B2 (en) | Spouts and pouches with spouts | |
NL1032017C2 (en) | Portion packaging. | |
JP2001058656A (en) | Improved container generating less unused product portion for paste form liquid product | |
JP2019189312A (en) | Paper container with mouth stopper | |
JP3990493B2 (en) | Distribution package | |
EP3620399A1 (en) | A carton package and a blank for a carton package | |
US20210094723A1 (en) | A package | |
NL2015954B1 (en) | Condiment packet and method of making the same. | |
NL2016622B1 (en) | Liquid or powdered substance container with a manually breakable seal. | |
NL2004183C2 (en) | PRESS DEVICE FOR LIQUID SUITS. | |
JP6267556B2 (en) | Pouch with dispensing aid and method for producing the same | |
JP6659172B2 (en) | Discharge container used in combination | |
CN111094146B (en) | Self-sealing dose package | |
NL2005337C2 (en) | PACKING. | |
NL8502154A (en) | DISPENSER, IN PARTICULAR FOR MILK OR THE LIKE. | |
NL1021261C1 (en) | Compressible container for fluids, has internal volume which can be reduced in controlled manner by applying external force | |
JP2023537069A (en) | Integrated device for opening and closing cans having non-deformable can lids |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD | Change of ownership |
Owner name: BORACAY PACKAGING SOLUTIONS B.V.; NL Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: VERANDERING VAN EIGENAAR(S), OVERDRACHT; FORMER OWNER NAME: LOUIS RINZE HENRICUS ADRIANUS WILLEMSEN Effective date: 20160412 |
|
MM | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20170501 |