NL2005139C2

NL2005139C2 - METHOD AND DEVICE FOR DRAINING VAPOR FROM A ROLLER DRYER.

Info

Publication number: NL2005139C2
Application number: NL2005139A
Authority: NL
Inventors: Ronnie Johannes Maria Heijningen; Jeroen Poldervaart
Original assignee: Goudsche Machf B V
Priority date: 2010-07-23
Filing date: 2010-07-23
Publication date: 2012-01-24
Also published as: WO2012011805A1

Description

P91748NL00P91748NL00

Titel: Werkwijze en inrichting voor het afvoeren van damp van een walsdrogerTitle: Method and device for removing vapor from a drum dryer

De uitvinding heeft betrekking op het afvoeren van damp van een walsdroger.The invention relates to the removal of vapor from a roller dryer.

Walsdrogers omvatten een roteerbare wals met een verwarmde mantel waarop met behulp van opbrengrollen een dunne laag vloeibaar 5 product wordt aangebracht. Tijdens het roteren wordt de dunne laag product aan het manteloppervlak opgewarmd, en verdampt vocht uit het product tot een droge koek ontstaat, die met behulp van een mes van de cilindermantel wordt geschraapt. Het verdampende productvocht stijgt van het manteloppervlak op, en moet worden afgevoerd.Roller dryers comprise a rotatable roller with a heated jacket on which a thin layer of liquid product is applied by means of application rollers. During rotation, the thin layer of product is heated on the surface of the jacket, and moisture evaporates from the product until a dry cake is formed, which is scraped from the cylinder jacket with the aid of a knife. The evaporating product moisture rises from the surface of the jacket and must be removed.

10 Omdat een walsdroger voor de beheersing van het proces goed toegankelijk moet zijn, wordt de damp gewoonlijk afgezogen met behulp van een afzuigkap. Om te vermijden dat de damp condenseert, en terugvallende condensdruppels op het product terug zouden kunnen vallen, wordt de damp via de afzuigkap afgezogen met een overmaat aan lucht. Nadelig hieraan is 15 dat het afzuigen relatief veel energie kost, en dat grote hoeveelheden toevoerlucht moeten worden geconditioneerd om tegen te gaan dat de stroom aangezogen lucht zelf vervuiling van het product kan veroorzaken.Because a drum dryer must be easily accessible to control the process, the vapor is usually extracted with the aid of a hood. To prevent the vapor from condensing and falling droplets of condensation from falling back on the product, the vapor is extracted via the extractor hood with an excess of air. A disadvantage of this is that the extraction process requires a relatively large amount of energy, and that large quantities of supply air must be conditioned to prevent the stream of sucked-in air itself from causing contamination of the product.

De uitvinding beoogt een werkwijze en een inrichting voor het afvoeren van damp van een walsdroger, waarbij genoemde nadelen kunnen worden 20 tegengegaan. Daartoe voorziet de uitvinding in een werkwijze voor het afvoeren damp van een walsdroger, omvattende: het in een over een dampafgiftegebied van een walsdroger geplaatste stolp verzamelen van vanaf de walsdroger opstijgende damp, het vanuit de stolp naar de condensor voeren van damp, en 25 het in de condensor condenseren van aangevoerde damp. Door de opstijgende damp in een stolp te verzamelen en vervolgens in een condensor 2 te condenseren kan de damp worden af gevoerd zonder dat bijmenging van lucht nodig is. Hierdoor kan de voor het afvoeren en conditioneren van grote hoeveelheden lucht benodigde energie worden bespaard, en kan zelfs via de condensor warmte worden teruggewonnen.It is an object of the invention to provide a method and a device for discharging vapor from a roller dryer, wherein said disadvantages can be overcome. To this end, the invention provides a method for discharging vapor from a roller dryer, comprising: collecting vapor rising from the roller dryer in a jar placed over a vapor delivery area of a roller dryer, and carrying vapor from the bulb to the condenser, and condensing supplied vapor in the condenser. By collecting the rising vapor in a bell jar and then condensing it in a condenser 2, the vapor can be discharged without the need for air admixture. As a result, the energy required for the removal and conditioning of large quantities of air can be saved, and heat can even be recovered via the condenser.

5 Het verzamelen en naar de condensor voeren van damp kan tijdens bedrijf plaatsvinden op basis van natuurlijke trek. Deze natuurlijke trek treedt op door de onderdruk die ontstaat ten gevolge van de in de condensor condenserende damp. Eventueel kan tijdens een opstartfase met behulp van een hulpventilator het proces op gang gebracht worden, en kunnen met 10 behulp van een hulpventilator niet condenseerbare componenten van de damp uit de condensor worden afgevoerd. De instroomsnelheid van lucht aan een intree van de stolp kan daarbij in hoofdzaak gelijk zijn aan nul.The collection and delivery of vapor to the condenser can take place during operation on the basis of natural draft. This natural draft occurs due to the underpressure created as a result of the vapor condensing in the condenser. Optionally, during a start-up phase, the process can be started with the aid of an auxiliary fan, and non-condensable components of the vapor can be discharged from the condenser with the aid of an auxiliary fan. The inflow speed of air at an entrance to the bell jar can then be substantially equal to zero.

Door het debiet aan gecondenseerde stoom in hoofdzaak gelijk te houden aan het debiet van zich in de stolp verzamelende stoom, kan een 15 continue dampafvoer worden gerealiseerd.By keeping the flow rate of condensed steam substantially the same as the flow rate of steam accumulating in the bell jar, a continuous vapor discharge can be realized.

Het debiet aan gecondenseerde stoom kan daarbij worden geregeld aan de hand van een zich in de stolp bevindende grenslaag tussen zich in de stolp verzamelde damp en daaronder gelegen lucht. Deze regeling kan bijvoorbeeld plaatsvinden op basis van de plaats of verplaatsing van de 20 stratificatielaag ten opzichte van de intree van de stolp, en/of op basis van meting van temperatuur en/of dichtheid van zich in de stolp bevindend gas. Het debiet kan ook worden geregeld aan de hand een gewenste nulwaarde van de intreesnelheid van lucht in de stolp.The flow rate of condensed steam can thereby be controlled on the basis of a boundary layer present in the bell jar between vapor collected in the bell jar and air below it. This control can for instance take place on the basis of the location or displacement of the stratification layer relative to the entrance of the bell jar, and / or on the basis of measurement of temperature and / or density of gas contained in the bell jar. The flow rate can also be controlled on the basis of a desired zero value of the entry speed of air into the bell jar.

Het debiet aan gecondenseerde stoom kan worden geregeld door 25 besturing van de condensatiecapaciteit van de condensor. Deze condensatiecapaciteit kan bijvoorbeeld worden bestuurd door variatie van het debiet en/of de intreetemperatuur van het koelwater van de condensor.The flow rate of condensed steam can be controlled by controlling the condensing capacity of the condenser. This condensing capacity can, for example, be controlled by varying the flow rate and / or the inlet temperature of the cooling water from the condenser.

De condensor kan bijvoorbeeld zijn uitgerust met conventioneel condensatielichaam, zoals een watergekoelde platenwarmtewisselaar. Door 30 de condensor uit te voeren met een omhulling, kan deze als 3 vacuümcondensor worden toegepast. De condensor kan deel uitmaken van een warmteterugwininstallatie. In de condensor kan bijvoorbeeld koel water worden opgewarmd van ongeveer 20° Celsius tot ongeveer 80 - 90° Celsius, terwijl damp aan de condensor wordt toegevoerd met een temperatuur van 5 bijvoorbeeld ongeveer 90-100° Celsius, en de niet condenseerbare delen van de damp worden afgevoerd met een temperatuur van bijvoorbeeld ongeveer 25- 30° Celsius.The condenser can for instance be equipped with a conventional condensing body, such as a water-cooled plate heat exchanger. By designing the condenser with an enclosure, it can be used as a vacuum condenser. The condenser can be part of a heat recovery installation. In the condenser, for example, cool water can be heated from about 20 ° Celsius to about 80 - 90 ° Celsius, while vapor is supplied to the condenser with a temperature of, for example, about 90-100 ° Celsius, and the non-condensable parts of the vapor be discharged at a temperature of, for example, about 25-30 ° Celsius.

Door de stolp te verhitten tot aan of boven het dauwpunt van de damp, kan worden tegengegaan dat damp op de stolp condenseert. In het 10 bijzonder wordt het binnenoppervlak van de stolp daarbij verhit tot een temperatuur van 100° Celsius of hoger. Om condensatie op het binnenoppervlak van de stolp tegen te gaan kan de stolp ook worden vervaardigd uit een isolerend materiaal, zoals kunststof. Voorts kan de stolp worden voorzien van afvoergoten voor het opvangen en afvoeren van op de 15 stolp gecondenseerde damp.By heating the bell jar to or above the dew point of the vapor, vapor can condense on the bell jar. In particular, the inner surface of the bell jar is thereby heated to a temperature of 100 ° Celsius or higher. In order to prevent condensation on the inner surface of the bell jar, the bell jar can also be made of an insulating material, such as plastic. Furthermore, the bell jar can be provided with discharge channels for collecting and discharging vapor condensed on the bell jar.

De uitvinding betreft eveneens een inrichting voor het afvoeren van damp van een walsdroger, omvattende een over een dampafgiftegebied van een walsdroger te plaatsen stolp met een door een mantel van de stolp omgeven verzamelruimte voor het verzamelen van vanaf de walsdroger 20 opstijgende damp, en een met de stolp in stromingsverbinding staande condensor voor het daarin condenseren van uit de verzamelruimte betrokken damp.The invention also relates to a device for discharging vapor from a roller dryer, comprising a bell jar to be placed over a vapor delivery area of a roller dryer with a collection space surrounded by a casing of the bell jar for collecting steam rising from the roller dryer 20, and a vapor with the condenser in flow communication for condensing therein vapor from the collection space.

De stromingsverbinding kan daarbij bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als een dampleiding. Door de stolp te voorzien van een 25 verwarmingsinrichting kan condensatie van de damp op het binnenoppervlak van de stolp worden tegengegaan. De verwarmingsinrichting kan daarbij zijn ingericht voor het tot ten minste het dauwpunt van verzamelde damp, bijvoorbeeld 100° Celsius of hoger verhitten van de stolp. De stolp kan daarbij bijvoorbeeld zijn uitgevoerd uit 30 metaal, en kan zijn voorzien van elektrische verwarmingselementen.The flow connection can here for instance be designed as a vapor line. By providing the bell jar with a heating device, condensation of the vapor on the inner surface of the bell jar can be prevented. The heating device can be arranged for heating the bell jar to at least the dew point of collected vapor, for example 100 ° Celsius or higher. The bell jar can for instance be made of metal, and can be provided with electrical heating elements.

44

De stolp kan zijn voorzien van sensoren voor het detecteren van de positie van een grenslaag tussen verzamelde damp en lucht in de stolp. De sensoren kunnen bijvoorbeeld in hoogterichting op verschillende afstand van een aan de onderzijde van de stolp gelegen intree, in de mantel zijn 5 aangebracht. De sensoren kunnen bijvoorbeeld temperatuur, dichtheids-en/of vochtigheidsmeters omvatten. De stolp kan eveneens nabij de intree zijn voorzien van een snelheidsmeter voor het meten van de toe voer snelheid van lucht in de stolp. De toevoersnelheid van lucht via de intree van stolp is bij voorkeur vrijwel nul.The bell jar may be provided with sensors for detecting the position of a boundary layer between collected vapor and air in the bell jar. The sensors may, for example, be arranged in the casing in the direction of height at different distances from an entrance located at the bottom of the bell jar. The sensors can for instance comprise temperature, density and / or humidity meters. The bell jar can also be provided with a speed meter near the entrance for measuring the supply speed of air into the bell jar. The supply speed of air via the bell jar entrance is preferably substantially zero.

10 De intree van de stolp kan boven de walsdroger zijn gelegen. De mantel van de stolp overlapt echter bij voorkeur in hoogterichting met de walsdroger. De mantel van de stolp reikt dan bijvoorbeeld neerwaarts tot ten minste tweederde, bijvoorkeur ten minste de helft van de hoogte van de wals van de walsdroger.The entrance to the bell jar may be located above the drum dryer. The casing of the bell, however, preferably overlaps in height with the drum dryer. The casing of the bell jar then extends for example downwards to at least two-thirds, preferably at least half the height of the roller of the roller dryer.

15 De condensor kan zijn uitgevoerd als een vloeistof-gekoelde platenwisselaar. De vloeistofkoeling van de condensor kan dan deel uitmaken van een warmteterugwincircuit waarin bijvoorbeeld een warmtelast is opgenomen. De condensatiecapaciteit van de condensor kan regelbaar zijn, bijvoorbeeld door het debiet aan koelwater dat door de 20 condensor instelbaar te maken, de begintemperatuur van het koelwater te reguleren en/of het condensatieoppervlak van de condensor instelbaar te maken. De condensor kan daarbij zijn voorzien van een hulp ventilator. Hiermee kan het verzamel- en condensatieproces op gang worden gebracht, en kunnen eventuele niet-condenseerbare componenten van de damp, zoals 25 met de damp gemengd niet-condenseerbaar gas, via een schoorsteen uit de condensor worden afgevoerd. Wanneer de damp bijvoorbeeld enkele volumeprocenten lucht bevat, kan deze lucht na condensatie van de damp overblijvende lucht met de hulpventilator worden afgevoerd.The condenser can be in the form of a liquid-cooled plate exchanger. The liquid cooling of the condenser can then form part of a heat recovery circuit in which, for example, a heat load is included. The condensing capacity of the condenser can be controllable, for example by making the flow of cooling water adjustable by making the condenser, regulating the initial temperature of the cooling water and / or making the condensing surface of the condenser adjustable. The condenser can thereby be provided with an auxiliary fan. With this, the collection and condensation process can be started, and any non-condensable components of the vapor, such as non-condensable gas mixed with the vapor, can be discharged from the condenser via a chimney. For example, if the vapor contains a few percent by volume of air, this air can be discharged with the auxiliary fan after condensation of the vapor remaining.

De uitvinding heeft eveneens betrekking op een walsdroger, 30 voorzien van een inrichting voor het afvoeren van damp. De walsdroger kan 5 daarbij een roteerbaar opgestelde wals omvatten met een verwarmde buitenmantel. De wals kan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd uit gietijzer, en kan bijvoorbeeld door condensatie van stoom op het inwendige manteloppervlak van de wals worden verhit. De stoom kan daartoe bijvoorbeeld worden 5 aangevoerd met een druk van bijvoorbeeld 12 bar, zodat de buitenmantel een temperatuur krijgt van circa 180° Celsius.The invention also relates to a roller dryer, provided with a device for discharging vapor. The roller dryer can herein comprise a rotatably arranged roller with a heated outer jacket. The roller may, for example, be made of cast iron, and may be heated, for example, by condensation of steam on the inner surface of the roller. To that end, the steam can for instance be supplied with a pressure of, for example, 12 bar, so that the outer jacket acquires a temperature of approximately 180 ° Celsius.

De walsdroger kan voorts zijn voorzien van een toevoerinrichting voor het toevoeren van vloeibaar te drogen product. De walsdroger kan tevens zijn voorzien van één of meer aan het manteloppervlak gelegen 10 opbrengrollen voor het in dunne lagen op het manteloppervlak opbrengen van vloeibaar product. Tussen de opbrengrollen kan een bad zijn gelegen met een voorraad op te brengen vloeibaar product. De toevoerinrichting kon het vloeibare product aan de opbrengrollers en/of het bad toevoeren. De walsdroger kan voorts zijn voorzien van een met het manteloppervlak 15 samenwerkend mes voor het van het manteloppervlak afschrapen van een laag product, en van een afvoerinrichting voor het afvoeren van afgeschraapt product.The roller dryer can further be provided with a feed device for supplying liquid to be dried. The roller dryer can also be provided with one or more application rollers located on the surface of the surface for applying liquid product in thin layers to the surface of the surface. A bath with a supply of liquid product to be applied can be located between the application rollers. The feed device could feed the liquid product to the application rollers and / or the bath. The roller dryer can further be provided with a knife cooperating with the jacket surface for scraping a layer of product from the jacket surface, and with a discharge device for discharging scraped product.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld dat in een tekening is weergegeven. In de tekening 20 toont:The invention will be further elucidated on the basis of an exemplary embodiment which is represented in a drawing. In the drawing 20:

Fig. 1 een schematische weergave van een walsdroger die is voorzien van een inrichting voor het voeren van damp met energieterugwinning.FIG. 1 is a schematic representation of a roller dryer which is provided with a device for feeding vapor with energy recovery.

Opgemerkt wordt dat de figuur slechts een schematische weergave 25 betreft van een niet-limiterend uitvoeringsvoorbeeld.It is noted that the figure is only a schematic representation of a non-limiting exemplary embodiment.

Figuur 1 toont een inrichting voor het afvoeren van damp van een walsdroger 1. De inrichting omvat een over een dampafgiftegebied 2 van de walsdroger 1 geplaatste stolp 3. Het dampafgiftegebied 2 betreft het gebied waarin de walsdroger 1 damp afgeeft. Dit is in het bijzonder het 30 manteloppervlak 4 van de walsrol 5 van de walsdroger 1. De term ‘over een 6 dampafgiftegebied 2 moet in de context van deze aanvrage zo worden opgevat, dat de stolp 3 althans gedeeltelijk boven het dampafgiftegebied is gelegen, en in hoogterichting h eventueel althans gedeeltelijk overlappend met het dampafgiftegebied 2.Figure 1 shows a device for discharging vapor from a roller dryer 1. The device comprises a bell jar 3 placed over a vapor delivery area 2 of the roller dryer 1. The vapor delivery area 2 relates to the area in which the roller dryer 1 releases vapor. This is in particular the jacket surface 4 of the roller 5 of the roller dryer 1. In the context of this application, the term "over a vapor delivery area 2" must be understood to mean that the bell jar 3 is at least partially above the vapor delivery area, and in height direction h possibly at least partially overlapping with the vapor delivery area 2.

5 De stolp 3 omvat een door een mantel 7 van de stolp 3 omgeven verzamelruimte 6. De stolp 3 is hier aan de onderzijde voorzien van een intree-opening 8, waardoorheen de bovenzijde van de walsdroger 1 tot in de verzamelruimte 6 reikt.The bell jar 3 comprises a collection space 6 surrounded by a casing 7 of the bell jar 3. The bell jar 3 is here provided on the underside with an entrance opening 8, through which the top side of the drum dryer 1 extends into the collection chamber 6.

De inrichting omvat voorts een met de stolp 3 in 10 stromingsverbinding staande condensor 9 voor het daarin condenseren vanuit de verzamelruimte 6 betrokken damp. In het hier weergegeven uitvoeringsvoorbeeld is de condensor 9 met de stolp 3 in stromings verbinding gebracht via een zich vanaf een uittree 10 van de stolp 3 uitstrekkende dampleiding 11.The device furthermore comprises a condenser 9 which is in flow communication with the bell jar 3 for condensing therein from the collecting space 6. In the exemplary embodiment shown here, the condenser 9 is brought into flow communication with the bell jar 3 via a vapor line 11 extending from an exit 10 of the bell jar 3.

15 De condensor 9 omvat in dit uitvoeringsvoorbeeld een condensatielichaam 12 dat is gevormd door een platenpakket waardoorheen een koelleiding 16 is gevoerd. Koelwater kan via een regelbare klep 13 vanaf een intree 14 van de koelleiding 16 via het koellichaam stromen naar een uittree 15 van de koelleiding 16. Om het platenpakket heen is een 20 omhulling 19 aangebracht waaraan via dampleiding 11 de te condenseren damp wordt gevoerd. Niet-condenseerbare componenten kunnen worden afgevoerd via een uittree 20 van de condensor 9. De uittree 20 kan bijvoorbeeld zijn verbonden met een schoorsteen 17 waarin een hulpventilator 18 is aangebracht. De schoorsteen 17 kan voorts eventueel 25 nog zijn voorzien van een niet-weergegeven filter en kan bijvoorbeeld uitmonden op de buitenlucht. De uittree 15 van de koelleiding 16 kan bijvoorbeeld zijn aangesloten op de intree van een verdere warmtewisselaar van een warmteverbruikend proces. De uittree van de verdere warmtewisselaar kan dan weer zijn aangesloten op de intree 14 van de 7 koelleiding 16 van de condensor 9. Aldus maakt de condensor 9 deel uit van een warmteterugwincircuit.In this exemplary embodiment, the condenser 9 comprises a condensing body 12 which is formed by a plate pack through which a cooling conduit 16 is passed. Cooling water can flow via an adjustable valve 13 from an entrance 14 of the cooling conduit 16 via the cooling body to an outlet 15 of the cooling conduit 16. Around the plate package an enclosure 19 is provided to which the vapor to be condensed is fed via vapor conduit 11. Non-condensable components can be discharged via an outlet 20 of the condenser 9. The outlet 20 can for instance be connected to a chimney 17 in which an auxiliary fan 18 is arranged. The chimney 17 may furthermore optionally be provided with a filter (not shown) and may, for example, open onto the outside air. The outlet 15 of the cooling conduit 16 can for instance be connected to the entrance of a further heat exchanger of a heat-consuming process. The exit of the further heat exchanger can then again be connected to the entrance 14 of the 7 cooling line 16 of the condenser 9. Thus, the condenser 9 forms part of a heat recovery circuit.

De mantel 7 van de stolp 3, de dampleiding 11 en de omhulling 19 van de condensor 9 schermen de damp van de omgeving af. Om vroegtijdige 5 condensatie van de damp tegen te gaan, kan de mantel 7 van de stolp 3 en de dampleiding 11 bijvoorbeeld zijn voorzien van verwarmingselementen die de mantel 7 van de stolp 3 en de dampleiding 11 verhitten tot boven het dauwpunt van de damp. In dit uitvoeringsvoorbeeld is dat bijvoorbeeld 100° Celsius of hoger. Als zich enige lucht bij de damp heeft gemengd, kan het 10 dauwpunt bijvoorbeeld op ongeveer 95° Celsius liggen. De condensor 9 is boven en naast de uittree 10 van de stolp 3 opgesteld. Hierdoor kan worden tegengegaan dat condensaat vanuit de condensor 9 terug kan vloeien naar de walsdroger 1.The jacket 7 of the bell jar 3, the vapor line 11 and the envelope 19 of the condenser 9 shield the vapor from the environment. In order to prevent premature condensation of the vapor, the jacket 7 of the bell jar 3 and the vapor line 11 can for instance be provided with heating elements which heat the jacket 7 of the bell jar 3 and the vapor line 11 above the dew point of the vapor. In this exemplary embodiment, that is, for example, 100 ° Celsius or higher. If some air has mixed with the vapor, the dew point may, for example, be around 95 ° Celsius. The condenser 9 is arranged above and next to the outlet 10 of the bell jar 3. This makes it possible to prevent condensate from flowing back from the condenser 9 to the drum dryer 1.

De mantel 7 van de stolp 3 is nabij de intree 8 voorzien van een 15 tweetal als dichtheidsmeters uitgevoerde sensoren 21, waarmee de positie van de grenslaag 24 tussen in de stolp 3 verzamelde damp 22 en daaronder gelegen lucht 23 ten opzichte van de intree 8 kan worden bepaald. Deze sensoren 21 zijn hier aangesloten op een besturing 25, waarmee de toevoerklep 13 van de koelleiding 16 van de condensor 9 kan worden 20 bestuurd. Met behulp van de besturing 25 kan aldus de condensatiecapaciteit zodanig worden ingesteld dat de grenslaag 24 damp en lucht 23 zich op in hoofdzaak gelijke hoogte in de stolp 3 bevindt.The casing 7 of the bell jar 3 is provided near the entrance 8 with two sensors 21 designed as density gauges, with which the position of the boundary layer 24 between vapor 22 collected in bell jar 3 and air 23 below it can be compared to the entrance 8 are determined. These sensors 21 are here connected to a control 25, with which the supply valve 13 of the cooling line 16 of the condenser 9 can be controlled. With the aid of the control 25 the condensation capacity can thus be adjusted such that the boundary layer 24 of vapor and air 23 is located at substantially the same height in the bell jar 3.

De neerwaarts gerichte delen 26 van de mantel 7 van de stolp 3 kunnen eventueel aansluiten op een geconditioneerde ruimte die de 25 walsdroger 1 omgeeft, bijvoorbeeld een stel om de walsdroger 1 heen geplaatste wanden 27 met doorgangen waarmee de luchttoevoer aan de door de wanden omgeven geconditioneerde ruimte kan worden gecontroleerd.The downwardly directed parts 26 of the casing 7 of the bell jar 3 can optionally connect to a conditioned space which surrounds the roller dryer 1, for example a set of walls 27 arranged around the roller dryer 1 with passages through which the air supply to the conditioned areas surrounded by the walls space can be controlled.

De walsdroger 1 omvat behalve een roteerbaar opgestelde wals 5 met een verwarmde buitenmantel 4 ook een niet-weergegeven 30 toevoerinrichting voor het toevoeren van vloeibaar te drogen product. De 8 walsdroger 1 is voorts voorzien van één of meer aan het manteloppervlak 4 van de walsrol 5 gelegen opbrengrollen 28 voor het in dunne lagen op het manteloppervlak 4 van de walsrol 5 opbrengen van door de toevoerinrichting aangevoerd vloeibaar product. Tussen de opbrengrollen 28 5 kan een bad zijn gelegen met een voorraad op te brengen vloeibaar product. De toevoerinrichting voert het vloeibare product aan de opbrengrollen 28 en/of het bad toe. De walsdroger 1 is voorts voorzien van een met de mantel 4 van de wals 5 samenwerkend mes voor het van de mantel 4 van de wals 5 afschrapen van een laag gedroogd product, en van een afvoerinrichting voor 10 het afvoeren van afgeschraapt product.In addition to a rotatably arranged roller 5 with a heated outer casing 4, the roller dryer 1 also comprises a feed device (not shown) for supplying liquid to be dried. The roller dryer 1 is furthermore provided with one or more application rollers 28 located on the jacket surface 4 of the roller 5 for applying liquid product supplied by the feed device in thin layers to the jacket surface 4 of the roller 5. Between the application rollers 28 may be a bath with a supply of liquid product to be applied. The feed device feeds the liquid product to the application rollers 28 and / or the bath. The roller dryer 1 is furthermore provided with a knife cooperating with the casing 4 of the roller 5 for scraping a layer of dried product from the casing 4 of the roller 5, and with a discharge device for discharging scraped product.

De inrichting werkt als volgt. Aan het inwendige van de wals van de walsdroger 1 wordt onder druk stoom toegevoerd, die op de binnenwand van de wals condenseert. Het condensaat wordt als warm water uit de wals afgevoerd. De wals roteert ondertussen met een omwentelingssnelheid van 15 bijvoorbeeld 1 of 2 omwentelingen per minuut rechtsom. Vanuit een toevoerinrichting wordt een vloeibaar te drogen product toegevoerd aan de opbrengrollen 28. De op een walsdroger 1 te drogen producten kunnen zowel eetbare producten als niet-eetbare producten zijn, en omvatten bijvoorbeeld ontbijtpap, zetmeelslurry’s, visceuze pasta’s, en vochtige zouten. In dit 20 uitvoeringsvoorbeeld kan het te drogen product bijvoorbeeld een zetmeelslurry zijn met een vochtgehalte van circa 60 gewichtsprocent. Per opbrengrol 28 wordt vervolgens een dunne laag te drogen product op de mantel 4 van de wals aangebracht, bijvoorbeeld met vier lagen met een totale dikte van 0,2 mm. De opgebrachte laag te drogen product wordt 25 vervolgens aan het manteloppervlak 4 van de wals 5 opgewarmd, bijvoorbeeld tot een temperatuur boven het kookpunt van het te drogen product. Door deze opwarming treedt vocht als damp uit de laag product, waardoor een laag gedroogd product ontstaat. Het vochtgehalte van het gedroogde product kan bijvoorbeeld circa 5 gewichtsprocent zijn. Voordat 30 het product aan de mantel 4 van de walsrol 5 opnieuw de opbrengrollen 28 9 heeft bereikt, wordt het nu gedroogde product met behulp van een mes van de mantel 4 van de walsrol 5 afgeschraapt. Het product kan dan bijvoorbeeld als een droog vel of als vlokken van de mantel 4 van de walsrol 5 af komen, en met behulp van een niet-weergegeven afvoerinrichting 5 worden af gevoerd.The device works as follows. Steam is supplied under pressure to the interior of the roller of the roller dryer, which steam condenses on the inner wall of the roller. The condensate is discharged from the roller as hot water. The roller now rotates clockwise at a speed of rotation of, for example, 1 or 2 revolutions per minute. A liquid product to be dried is fed from a feed device to the application rollers 28. The products to be dried on a roller dryer 1 can be both edible products and non-edible products, and include, for example, breakfast porridge, starch slurries, viscous pastes, and moist salts. In this exemplary embodiment, the product to be dried can for instance be a starch slurry with a moisture content of approximately 60% by weight. Per application roller 28, a thin layer of product to be dried is then applied to the jacket 4 of the roller, for example with four layers with a total thickness of 0.2 mm. The applied layer of product to be dried is then heated on the jacket surface 4 of the roller 5, for example to a temperature above the boiling point of the product to be dried. As a result of this heating, moisture exits as a vapor from the layer of product, resulting in a layer of dried product. The moisture content of the dried product can be, for example, approximately 5% by weight. Before the product on the casing 4 of the roller 5 has again reached the application rollers 28, the now dried product is scraped from the casing 4 of the roller 5 by means of a knife. The product can then, for example, come off the casing 4 as a dry sheet or as flakes from the roller 5, and be discharged with the aid of a discharge device 5 (not shown).

Tijdens het bedrijf van de walsdroger 1 stijgt damp van de walsdroger 1 op, die in het bijzonder vanaf de mantel 4 van de walsrol 5 naar het product wordt gedroogd. De opstijgende damp verzamelt zich in de over het dampafgiftegebied 2 van de walsdroger 1 geplaatste stolp 3. Omdat 10 de omgevingslucht een grotere dichtheid heeft dan de damp, verzamelt de damp zich in de bovenzijde van de stolp 3. In de stolp 3 vormt zich derhalve een grenslaag 24 tussen damp en daaronder gelegen omgevingslucht. De damp wordt via de uittree 10 van de stolp 3 en de dampleiding 11 naar de condensor 9 gevoerd. In de condensor 9 condenseert de damp op het 15 condensatielichaam 12 van de condensor 9. Ten gevolge van het condenseren neemt het volume van de damp sterk af. Hierdoor ontstaat een natuurlijke trek van damp vanuit de stolp 3 naar de condensor 9. Deze natuurlijke trek wordt nog ondersteund doordat de damp vanwege de geringere dichtheid wil opstijgen. Niet-condenseerbare componenten van de 20 damp, bijvoorbeeld geuren en andere gassen dan waterdamp kunnen via een op een uittree 20 van de condensor 9 aangesloten schoorsteen 17 worden afgevoerd naar de buitenomgeving. In dit uitvoeringsvoorbeeld wordt de damp verzameld bij atmosferische druk, en is de temperatuur van de damp ca. 100° Celsius. De niet-condenseerbare componenten van de damp hebben 25 bij uittree uit de condensor 9 een temperatuur van circa 30° Celsius. In de condensor 9 wordt het koelwater opgewarmd van een temperatuur van ongeveer 20° Celsius tot een temperatuur van ongeveer 90° Celsius. Het debiet aan gecondenseerde damp wordt in hoofdzaak gelijk gehouden aan het debiet van zich in de stolp 3 verzamelende damp. In dit 30 uitvoeringsvoorbeeld wordt dit gedaan door aan de hand van de met de 10 sensoren 21 bepaalde positie van de grenslaag 24, het debiet aan koelwater van de condensor 9 met behulp van de toevoerklep 13 in te stellen. Tijdens het bedrijf wordt de damp in hoofdzaak continue uit de stolp 3 afgevoerd.During the operation of the roller dryer 1, vapor rises from the roller dryer 1, which is dried in particular from the jacket 4 of the roller 5 to the product. The rising vapor collects in the jar placed over the vapor delivery area 2 of the roller dryer 1. Because the ambient air has a greater density than the vapor, the vapor collects in the top of the jar 3. In the jar 3 therefore forms a boundary layer 24 between vapor and ambient air below it. The vapor is fed via the outlet 10 of the bell jar 3 and the vapor line 11 to the condenser 9. In the condenser 9, the vapor condenses on the condensation body 12 of the condenser 9. As a result of the condensation, the volume of the vapor decreases considerably. This creates a natural draft of vapor from the bell jar 3 to the condenser 9. This natural draft is still supported because the vapor wants to rise due to the lower density. Non-condensable components of the vapor, for example odors and gases other than water vapor, can be discharged to the outside environment via a chimney 17 connected to an outlet 20 of the condenser 9. In this exemplary embodiment, the vapor is collected at atmospheric pressure, and the temperature of the vapor is approximately 100 ° Celsius. The non-condensable components of the vapor have a temperature of approximately 30 ° Celsius when leaving the condenser 9. In the condenser 9, the cooling water is heated from a temperature of approximately 20 ° Celsius to a temperature of approximately 90 ° Celsius. The flow rate of condensed vapor is kept essentially the same as the flow rate of vapor collecting in the bell jar 3. In this exemplary embodiment, this is done by adjusting the flow rate of the condenser 9 with the aid of the sensors 21 determined by the sensors 21, with the aid of the supply valve 13. During operation, the vapor is discharged substantially continuously from the bell jar 3.

Opgemerkt wordt dat de uitvinding niet beperkt is tot het hier 5 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld. Zo kan de walsdroger voorzien zijn van een groter en kleiner aantal opbrengrollen, en kan bijvoorbeeld ook een dubbele walsdroger worden toegepast. Verder kunnen meerdere stolpen over een dampafgiftegebied van één waldroger worden geplaatst of juist meerdere walsdrogers onder één stolp. Ook kan de condensor zonder 10 warmteterugwinning worden bedreven.It is noted that the invention is not limited to the exemplary embodiment shown here. The roller dryer can for instance be provided with a larger and smaller number of application rollers, and for example a double roller dryer can also be used. Furthermore, several steps can be placed over a vapor delivery area of one roll dryer or, on the contrary, multiple roll dryers under one bell jar. The condenser can also be operated without heat recovery.

Dergelijke varianten zullen de vakman duidelijk zijn en worden geacht te liggen binnen het bereik van de uitvinding zoals verwoord in de hiernavolgende conclusies.Such variants will be clear to those skilled in the art and are understood to fall within the scope of the invention as set forth in the following claims.

Claims

Method for discharging vapor from a roller dryer, comprising: - collecting vapor rising from the roller dryer in a bell jar placed over a roller dryer, 5. feeding steam from the bell jar to a condenser and - condensing in the condenser of supplied vapor.

Method according to claim 1, wherein the collection and delivery of vapor during operation takes place on the basis of natural draft.

Method according to claim 1 or 2, wherein the flow rate of condensed steam is kept substantially the same as the flow rate of steam collecting in the bell jar.

4. Method as claimed in claim 3, wherein the flow of condensed steam is regulated on the basis of a separation layer 15 between vapor collected in the bell jar and air below it.

A method according to claim 3 or 4, wherein the flow of condensed steam is controlled by controlling the condensing capacity of the condenser.

6. A method according to any one of the preceding claims, wherein the bell jar 20 is heated above the dew point of the collected vapor.

A method according to any one of the preceding claims, wherein during operation vapor is discharged substantially continuously from the bell jar.

A method according to any one of the preceding claims, wherein the condenser forms part of a heat recovery installation.

9. Apparatus for discharging vapor from a drum dryer, comprising a bell jar to be placed over a vapor delivery area of a drum dryer with a collection space surrounded by a casing of the bell jar for collecting vapor rising from the drum dryer, and a flow communication with the bell jar condenser for condensing therein vapor from the collection space.

Device as claimed in claim 9, wherein the bell jar is provided with a heating device for heating the bell jar to at least 100 ° Celsius.

Device according to claim 9 or 10, wherein the condenser is a vacuum condenser.

Device as claimed in any of the claims 9-11, wherein the condenser forms part of a heat recovery circuit.

Device as claimed in any of the claims 9-12, wherein the bell jar is provided with sensors for detecting the position of the boundary layer between vapor collected in the bell jar and air below it.

Device as claimed in any of the claims 9-13, wherein the condensing capacity of the condenser is adjustable.

Device as claimed in claim 13 or 14, wherein a control is provided for controlling the condensation flow rate of the condenser in dependence on the detected position of the boundary layer.

Device as claimed in any of the claims 9-15, wherein the condenser is provided with an auxiliary fan.

Device as claimed in any of the claims 9-16, further comprising a roller dryer arranged under the bell jar.

18. Device as claimed in claim 17, wherein the bell jar is connected to a further envelope which surrounds the roller dryer to form a conditioned space.