NL2002959C2

NL2002959C2 - VEHICLE WITH ACCESSORIES.

Info

Publication number: NL2002959C2
Application number: NL2002959A
Authority: NL
Inventors: Benno Ittersum; Frederik Jacob Eising
Original assignee: Thule Towing Systems B V
Priority date: 2009-06-03
Filing date: 2009-06-03
Publication date: 2010-12-07

Description

Nr. NLP185361ANr. NLP185361A

Voertuig met een accessoirekoppelingVehicle with an accessory coupling

ACHTERGROND VAN DE UITVINDINGBACKGROUND OF THE INVENTION

De uitvinding heeft betrekking op een voertuig met een accessoirekoppeling.The invention relates to a vehicle with an accessory coupling.

5 Bekend is het gebruik van een trekhaak voor het koppelen van accessoires, zoals dragers of een aanhangwagen. Echter bepaalde type voertuigen, zoals hybride auto's, worden door de fabrikant niet geschikt geacht om een aanhangwagen te trekken. Om aan deze voertuigen dragers te 10 kunnen koppelen zijn specifieke dragerkoppelingen ontwikkeld. Deze koppelingen zijn echter niet op elkaar afgestemd waardoor de dragers niet uitwisselbaar zijn. Reeds bestaande, in het verleden gekochte dragers passen in het geheel niet op de specifieke dragerkoppelingen. De 15 keuzevrijheid en de economische levensduur van de dragers wordt daardoor beperkt.It is known to use a towbar for coupling accessories, such as carriers or a trailer. However, certain types of vehicles, such as hybrid cars, are not considered suitable by the manufacturer to tow a trailer. Specific carrier couplings have been developed to link carriers to these vehicles. However, these couplings are not matched to each other, so that the carriers are not interchangeable. Existing carriers that were purchased in the past do not fit at all on the specific carrier couplings. The freedom of choice and the economic life of the carriers is thereby limited.

Een doel van de uitvinding is een voertuig met een accessoirekoppeling te verschaffen, waarmee reeds bestaande accessoires aan het voertuig kunnen worden gekoppeld.An object of the invention is to provide a vehicle with an accessory coupling, with which already existing accessories can be coupled to the vehicle.

20 Een doel van de uitvinding is een accessoirekoppeling te verschaffen die het aankoppelen van een aanhangwagen merkbaar verhindert.An object of the invention is to provide an accessory coupling which noticeably prevents the coupling of a trailer.

Een doel van de uitvinding is een universeel bruikbare accessoirekoppeling te verschaffen.It is an object of the invention to provide a universally useful accessory coupling.

22

SAMENVATTING VAN DE UITVINDINGSUMMARY OF THE INVENTION

5 De uitvinding verschaft een voertuig omvattend een accessoirekoppeling voor het aankoppelen van accessoires aan de achterzijde van het voertuig, waarbij de accessoirekoppeling is voorzien van een met zijn hartlijn in hoofdzaak verticaal opstaand halsdeel, een met het halsdeel 10 verbonden kogeldeel, en een met het kogeldeel verbonden blokkeerlichaam, waarbij het kogeldeel een bolvormig uitwendig oppervlak bezit dat in hoofdzaak gelegen is op een denkbeeldige cirkelronde bol waarvan het middelpunt op de hartlijn gelegen is, en het blokkeerlichaam ten minste 15 gedeeltelijk gelegen is buiten de denkbeeldige cirkelronde bol.The invention provides a vehicle comprising an accessory coupling for coupling accessories to the rear of the vehicle, wherein the accessory coupling is provided with a neck part substantially vertical with its center line, a ball part connected to the neck part 10, and a ball part connected to the ball part 10 connected blocking body, wherein the ball part has a spherical external surface which is substantially located on an imaginary circular sphere whose center is on the center line, and the blocking body is at least partially located outside the imaginary circular sphere.

De accessoirekoppeling bezit een kogeldeel waarop koppelingen kunnen aangrijpen die zijn ingericht om aan te grijpen op een normale trekhaak. Dit is het geval bij een 20 groot deel van de reeds bestaande accessoires. Hierdoor kunnen in het verleden reeds verkochte accessoires aan de accessoirekoppeling volgens de uitvinding worden gekoppeld.The accessory coupling has a ball part on which couplings can engage which are adapted to engage on a normal tow bar. This is the case with a large part of the already existing accessories. As a result, accessories already sold in the past can be coupled to the accessory coupling according to the invention.

Het blokkeerlichaam vormt een obstakel bij het aankoppelen van een aanhangwagen, waardoor kan worden 25 verhinderd dat de aanhangwagenkoppeling kan aangrijpen op het kogeldeel.The blocking body forms an obstacle when coupling a trailer, whereby it can be prevented that the trailer coupling can engage on the ball part.

In een uitvoeringsvorm is het blokkeerlichaam voorzien aan de tegenover het halsdeel gelegen zijde van het kogeldeel. Een van bovenaf opgelegde aanhangwagenkoppeling 30 kan daardoor op afstand worden gehouden van het kogeldeel, waardoor deze niet zal aankoppelen. Een gebruiker kan de aanwezigheid van het blokkeerlichaam bovendien direct zien en reeds daardoor geen poging ondernemen een aanhangwagenkoppeling aan te koppelen.In one embodiment, the blocking body is provided on the side of the ball part opposite the neck part. A trailer coupling 30 imposed from above can therefore be kept at a distance from the ball part, as a result of which it will not couple. Moreover, a user can immediately see the presence of the blocking body and, as a result, do not attempt to couple a trailer coupling.

35 In een eenvoudige uitvoeringsvorm is het blokkeerlichaam langwerpig.In a simple embodiment, the blocking body is elongated.

Een deel van de koppelingen van de reeds 3 beschikbare accessoires sluit het kogeldeel van een trekhaak in de rijrichting in. In een uitvoeringsvorm van de uitvinding strekt het blokkeerlichaam zich daarom in zijn lengterichting dwars op de rijrichting van het voertuig uit, 5 waardoor de werking van de reeds bestaande koppelende delen niet of nauwelijks wordt gehinderd.Part of the couplings of the already available 3 accessories encloses the ball part of a towbar in the direction of travel. In an embodiment of the invention the blocking body therefore extends in its longitudinal direction transversely to the direction of travel of the vehicle, as a result of which the operation of the already existing coupling parts is not or hardly hindered.

In een uitvoeringsvorm is het blokkeerlichaam aan de lange zijden voorzien van zich evenwijdig aan elkaar uitstrekkende zijvlakken. De koppelende delen van de reeds 10 beschikbare accessoires kunnen hier stabiel tegenaan liggen.In one embodiment the blocking body is provided on the long sides with side surfaces extending parallel to each other. The connecting parts of the already available accessories can be stable against this.

In een uitvoeringsvorm is in projectie evenwijdig aan de hartlijn beschouwd het blokkeerlichaam geheel binnen de buitenomtrek van het kogeldeel gelegen, waardoor het opzetten van accessoires ongehinderd kan plaatsvinden.In an embodiment, viewed in projection parallel to the center line, the blocking body is situated entirely within the outer circumference of the ball part, so that the mounting of accessories can take place without hindrance.

15 In een uitvoeringsvorm is het blokkeerlichaam aan de van het kogeldeel afgekeerde zijde voorzien van een eerste recht vlak dat zich dwars op de hartlijn uitstrekt. Het eerste rechte vlak kan opgezette accessoires stabiel ondersteunen.In one embodiment the blocking body is provided on the side remote from the ball part with a first straight surface extending transversely of the center line. The first straight surface can stably support mounted accessories.

20 In een uitvoeringsvorm daarvan is het snijpunt van het eerste rechte vlak met de hartlijn gelegen op de denkbeeldige bol, waardoor de hoogte van het blokkeerlichaam ten opzichte van het kogeldeel beperkt blijft.In an embodiment thereof, the intersection of the first straight plane with the center line is located on the imaginary sphere, whereby the height of the blocking body relative to the ball part remains limited.

In een uitvoeringsvorm is het kogeldeel aan de van 25 het halsdeel afgekeerde zijde voorzien van een tweede recht vlak dat zich dwars op de hartlijn uitstrekt.In one embodiment the ball part is provided on the side remote from the neck part with a second straight surface extending transversely to the center line.

In een uitvoeringsvorm is het eerste rechte vlak ten minste gedeeltelijk boven het tweede rechte vlak gelegen.In one embodiment, the first straight plane is at least partially located above the second straight plane.

30 Het blokkeerlichaam kan het opzetten van een aanhangwagenkoppeling duidelijk merkbaar blokkeren indien het blokkeerlichaam op afstand van de hartlijn is voorzien van hoekpunten die gelegen zijn buiten de denkbeeldige bol.The blocking body can clearly noticeably block the setting up of a trailer coupling if the blocking body is provided at a distance from the center line with angular points which are situated outside the imaginary sphere.

De uitvinding verschaft voorts een 35 accessoirekoppeling kennelijk bestemd en geschikt voor het voertuig volgens de uitvinding.The invention further provides an accessory coupling evidently intended and suitable for the vehicle according to the invention.

44

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGENBRIEF DESCRIPTION OF THE DRAWINGS

De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand 5 van een aantal in de bij gevoegde tekeningen weergegeven voorbeelduitvoeringen. Getoond wordt in:The invention will be elucidated on the basis of a number of exemplary embodiments shown in the accompanying drawings. Shown is:

Figuren IA en 1B een isometrisch aanzicht en een gedeeltelijke langsdoorsnede van een universele accessoiredrager met koppeldeel volgens een eerste 10 uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarop een koppeling van een eerste accessoire aangrijpt;Figures 1A and 1B are an isometric view and a partial longitudinal section of a universal accessory carrier with coupling part according to a first embodiment of the invention, on which a coupling of a first accessory engages;

Figuren 1C en 1D een vooraanzicht en een zijaanzicht van het koppeldeel volgens figuur 1A-B;Figures 1C and 1D are a front view and a side view of the coupling part according to figures 1A-B;

Figuren 2A en 2B een isometrisch aanzicht van de 15 accessoiredrager met koppeldeel volgens figuren 1A-1D, waarop een koppeling van een tweede accessoire aangrijpt;Figures 2A and 2B are an isometric view of the accessory carrier with coupling part according to figures 1A-1D, on which a coupling of a second accessory engages;

Figuren 3A-3C isometrische aanzichten en een gedeeltelijke langsdoorsnede van de accessoiredrager met koppeldeel volgens figuren 1A-1D, waarop een koppeling van 20 een derde accessoire aangrijpt;Figures 3A-3C areometric views and a partial longitudinal section of the accessory carrier with coupling part according to figures 1A-1D, on which a coupling of a third accessory engages;

Figuren 4A en 4B een isometrisch aanzicht en een gedeeltelijke langsdoorsnede van de accessoiredrager met koppeldeel volgens figuren 1A-1D, waarop een koppeling van een vierde accessoire aangrijpt; en 25 Figuren 5A-5C een isometrisch aanzicht, een vooraanzicht en een zijaanzicht van een alternatief koppeldeel voor de accessoiredrager volgens de voorgaande figuren.Figures 4A and 4B are an isometric view and a partial longitudinal section of the accessory carrier with coupling part according to figures 1A-1D, on which a coupling of a fourth accessory engages; and Figures 5A-5C are an isometric view, a front view and a side view of an alternative coupling part for the accessory carrier according to the preceding figures.

3030

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGENDETAILED DESCRIPTION OF THE DRAWINGS

Figuren 1A-4B tonen een universele accessoiredrager 1 volgens een eerste uitvoeringsvorm van de 35 uitvinding, waarop koppelingen 40, 140, 240, 340 van verschillende merken accessoires aangrijpen. Voor de duidelijkheid van de figuren zijn arceringen van doorsneden 5 weggelaten.Figures 1A-4B show a universal accessory carrier 1 according to a first embodiment of the invention, on which couplings 40, 140, 240, 340 of different brands of accessories engage. For the sake of clarity of the figures, hatches of sections 5 have been omitted.

De accessoiredrager 1 omvat in de getoonde uitvoeringsvorm een metalen insteekkoppeling 4 die bedienbaar is door middel van een draaiknop 5. De 5 insteekkoppeling 4 wordt daarbij in een metalen insteekhuls 3 gestoken die vast onder de achterbumper 2 van een verder niet getoond voertuig is gemonteerd. De insteekrichting is evenwijdig aan de rijrichting van het voertuig. Een dergelijke insteekkoppeling 4 is op zich reeds bekend van 10 afneembare trekhaken van de aanvraagster. Evenzo kan de accessoiredrager onlosmaakbaar of permanent met het voertuig verbonden zijn, zoals op zich bekend van trekhaken van de aanvraagster.In the embodiment shown, the accessory carrier 1 comprises a metal plug-in coupling 4 which can be operated by means of a rotary knob 5. The plug-in coupling 4 is thereby inserted into a metal plug-in sleeve 3 which is fixedly mounted under the rear bumper 2 of a vehicle not further shown. The insertion direction is parallel to the direction of travel of the vehicle. Such a plug-in coupling 4 is already known per se from detachable towing hooks of the applicant. The accessory carrier can also be inseparably or permanently connected to the vehicle, as is known per se from the applicant's tow bars.

De accessoiredrager 1 omvat twee evenwijdige 15 metalen zijplaten 6 die middels bouten 7 tegen de insteekkoppeling 4 zijn bevestigd. De zijplaten 6 zijn aan de onderzijde voorzien van een naar buiten omgezette verstijvingsrand 10. Tussen de zijplaten 6 is middels bouten 8 een metalen koppeldeel 20 bevestigd, waarbij de zwenkhoek 20 tussen het koppeldeel 20 en de zijplaten 6 in een verticaal vlak kan worden versteld door een passend gat uit een gatenreeks 9 te kiezen. Het koppeldeel 20 is tevens losgenomen getoond in figuren 1C en 1D.The accessory carrier 1 comprises two parallel metal side plates 6 which are fixed against the insert coupling 4 by means of bolts 7. The side plates 6 are provided on the underside with a stiffened edge 10 turned outwards. Between the side plates 6 a metal coupling part 20 is fixed by means of bolts 8, wherein the pivot angle 20 between the coupling part 20 and the side plates 6 can be adjusted in a vertical plane by choose a suitable hole from a hole series 9. The coupling part 20 is also shown separately in figures 1C and 1D.

Het koppeldeel 20 omvat een recht cilindrisch 25 basisdeel 21 dat aan de bovenzijde middels een conische versmalling overgaat in een smaller recht cilindrisch halsdeel 22. Het basisdeel 21 is aan weerzijden voorzien van een afgeplat vlak 34 dat in gemonteerde toestand aanligt tegen de zijplaten 6. Het halsdeel 22 gaat over in een 30 kogeldeel 23 waarvan het omtreksvlak 2 6 gelegen is op eenThe coupling part 20 comprises a straight cylindrical base part 21 which, via a conical narrowing at the top, merges into a narrower straight cylindrical neck part 22. The base part 21 is provided on both sides with a flattened surface 34 which rests against the side plates 6 in mounted condition. neck part 22 merges into a ball part 23, the circumferential surface 26 of which is situated on a

denkbeeldige cirkelronde bol met een op de hartlijn Simaginary circle sphere with a center line S

gelegen cirkelmiddelpunt C. Het kogeldeel 23 bezit aan de onderzijde een omlopende onderafplatting 24 en aan de bovenzijde een bovenafplatting 25 die zich beiden dwars op 35 de hartlijn S van het halsdeel 22 uitstrekken. De vorm en maatvoering van het kogeldeel 23 voldoet tot zover aan de ISO normen voor trekkogels van trekhaken.circle center C. The ball part 23 has a circumferential lower flattening 24 on the underside and an upper flattening 25 on the upper side, both of which extend transversely to the center line S of the neck part 22. The shape and dimensions of the ball part 23 thus far meet the ISO standards for towball towballs.

66

Het koppeldeel 20 is volgens deze uitvoeringsvorm van de uitvinding aan de bovenzijde voorzien van een recht langwerpig, metalen blokkeerlichaam 30 dat is verbonden of één geheel vormt met het kogeldeel 23. Het blokkeerlichaam 5 30 omvat een recht bovenvlak 32 dat zich dwars op de hartlijn S uitstrekt, en twee rechte zijvlakken 31 die vanaf de rechte hoekranden 33 schuin naar buiten staan, zodanig dat ze zich binnen de raaklijn tussen het kogeldeel 23 en de betreffende hoekrand 33 bevinden. De hoekranden 33 en de 10 aangrenzende eindgedeelten van het bovenvlak 32 en de zijvlakken 31 bevinden zich buiten de denkbeeldige bol met middelpunt C. Het bovenvlak 32 raakt ter plaatse van de hartlijn S de denkbeeldige bol met middelpunt C.According to this embodiment of the invention, the coupling part 20 is provided at the top with a straight elongated metal blocking body 30 which is connected to or integral with the ball part 23. The blocking body 5 comprises a straight upper surface 32 which extends transversely to the axis S and two straight side faces 31 which are inclined outwards from the right corner edges 33, such that they are located within the tangent line between the ball part 23 and the respective corner edge 33. The corner edges 33 and the adjacent end portions of the top surface 32 and the side surfaces 31 are located outside the imaginary sphere centered C. The top surface 32 touches the imaginary sphere centered at the center line S

Figuren IA en 1B tonen de koppeling 40 van een 15 eerste verder niet getoonde accessoire achter het voertuig, bijvoorbeeld een fietsendrager, die aangrijpt op het koppeldeel 20. De functionaliteit van de koppeling 40 komt overeen met de koppeling van de fietsendrager die onder de merknaam Thule Euroway wordt verkocht. De koppeling 40 omvat 20 een U-vormige metalen behuizing 41 die vast is verbonden met de accessoire. De behuizing 41 omvat een rechte bovenwand 42 en twee evenwijdige zijwanden 44 die een opneemruimte voor het kogeldeel 23 begrenzen, twee van draad voorziene spanschroeven 48 die zich door een van draad voorziene 25 opening in de zijwanden 44 uitstrekken, en twee translerend opgesloten metalen schalen 45. De schalen 45 omvatten een eerste schaaldeel 46 dat passend aansluit op een zijde van het kogeldeel 23, en een tweede schaaldeel 47 dat passend aansluit op een zijde van het halsdeel 22. De koppeling 40 30 kan in richting B evenwijdig aan de hartlijn S op het koppeldeel 20 worden geplaatst, waarbij een binnenvlak 43 van de bovenwand 42 recht op het bovenvlak 32 van het blokkeerlichaam 30 komt te staan. Door verdraaiing van de spanschroeven 48 in richting D grijpen de schalen 45 35 vervolgens in richting E passend aan op het koppeldeel 20 en klemmen deze stevig in om zowel een vormgesloten als krachtgesloten koppeling te bewerkstelligen met het 7 koppeldeel 20.Figures 1A and 1B show the coupling 40 of a first accessory, not further shown, behind the vehicle, for instance a bicycle carrier, which engages the coupling part 20. The functionality of the coupling 40 corresponds to the coupling of the bicycle carrier which under the brand name Thule Euroway is being sold. The coupling 40 comprises a U-shaped metal housing 41 which is fixedly connected to the accessory. The housing 41 comprises a straight upper wall 42 and two parallel side walls 44 which define a receiving space for the ball part 23, two threaded tensioning screws 48 extending through a threaded opening in the side walls 44, and two transmittingly locked metal shells 45 The shells 45 comprise a first shell part 46 which fits flush with a side of the ball part 23, and a second shell part 47 which fits flush with a side of the neck part 22. The coupling 40 can be fed in direction B parallel to the axis S the coupling part 20 can be placed, an inner surface 43 of the upper wall 42 coming to be aligned with the upper surface 32 of the blocking body 30. By turning the tensioning screws 48 in the direction D, the shells 45 then engage in the direction E in a fitting manner on the coupling part 20 and clamp them tightly in order to effect both a form-locked and force-closed coupling with the 7 coupling part 20.

Figuren 2A en 2B tonen een koppeling 140 van een tweede verder niet getoonde accessoire achter het voertuig, bijvoorbeeld een fietsendrager, die aangrijpt op het 5 koppeldeel 20. De functionaliteit van deze koppeling 140 komt overeen met de koppeling van de fietsendrager die onder de merknaam Spinder wordt verkocht. De koppeling 140 omvat een behuizing 141 die vast is verbonden met de accessoire, en een opsluitplaat 148 die door middel van verder niet 10 getoonde geleiders in richting D in zijn vlak kan worden verschoven en door middel van verder niet getoonde klemmen in richting E in de richting van de behuizing 141 kan worden gespannen. De behuizing 141 omvat een rechte bovenwand 142, een conisch omlopende omtrekswand 146 die aansluit op de 15 bovenwand 142, en een rechte omlopende omtrekswand 145 die het kogeldeel 23 passend opnemen. De opsluitplaat 148 omvat een ronde opening 147 voor het kogeldeel 23 en een rechte sleuf 149 voor opname van het halsdeel 22. De koppeling 140 kan in richting B evenwijdig aan de hartlijn S op het 20 koppeldeel 20 worden geplaatst, waarbij de behuizing 141 het kogeldeel 23 via de ronde opening 147 passend opneemt en het binnenvlak 143 van de bovenwand 142 recht op het bovenvlak 32 van het blokkeerlichaam 30 komt te staan. Vervolgens wordt de opsluitplaat 148 in richting D verschoven om ter 25 plaatse van de sleuf 149 onder de omlopende onderafplatting 24 aan te komen. Vervolgens wordt de opsluitplaat 148 in richting E tegen de behuizing 141 geklemd.Figures 2A and 2B show a coupling 140 of a second accessory, not further shown, behind the vehicle, for example a bicycle carrier, which engages on the coupling part 20. The functionality of this coupling 140 corresponds to the coupling of the bicycle carrier which under the brand name Spinder is being sold. The coupling 140 comprises a housing 141 which is fixedly connected to the accessory, and a retaining plate 148 which can be shifted in its plane in direction D by means of conductors (not further shown) and by means of clamps (not otherwise shown) in direction E in the direction of the housing 141 can be tensioned. The housing 141 comprises a straight top wall 142, a conically circumferential circumferential wall 146 which connects to the top wall 142, and a straight circumferential circumferential wall 145 that fits the ball part 23 in a suitable manner. The retaining plate 148 comprises a round opening 147 for the ball part 23 and a straight slot 149 for receiving the neck part 22. The coupling 140 can be placed in direction B parallel to the center line S on the coupling part 20, the housing 141 of the ball part 23 fits suitably through the round opening 147 and the inner surface 143 of the upper wall 142 comes to rest straight on the upper surface 32 of the blocking body 30. Subsequently, the retaining plate 148 is shifted in the direction D to arrive at the location of the slot 149 below the circumferential bottom flange 24. Subsequently, the retaining plate 148 is clamped against the housing 141 in the direction E.

Figuren 3A-3C tonen een koppeling 240 van een tweede verder niet getoonde accessoire achter het voertuig, 30 bijvoorbeeld een fietsendrager, die aangrijpt op het koppeldeel 20. De functionaliteit van deze koppeling 240 komt overeen met de koppeling van de fietsendrager die onder de merknaam Twinnyload Classic wordt verkocht. De koppeling 240 omvat een behuizing 241 die vast is verbonden met de 35 accessoire. De behuizing 241 omvat een bovenwand 242 en vier zijwanden 244 die een opneemruimte voor het kogeldeel 23 begrenzen, een van draad voorziene spanschroef 248 die zich 8 door een van draad voorziene opening in één van de zijwanden 44 uitstrekken, en aan weerszijden van de spanschroef 248 een steun 251 met een positioneerstift 246, waarbij de positioneerstiften 246 zich evenwijdig aan elkaar in de 5 opzetrichting B van de koppeling 240 uitstrekken. De koppeling 240 omvat voorts twee zijsteunen 249 die tegen de metalen zijplaten 6 zijn bevestigd middels de bouten 7 van het koppeldeel 20. De zijsteunen 249 zijn voorzien van een opening 250 voor opname van de positioneerstiften 24 6. De 10 koppeling 240 kan in richting B evenwijdig aan de hartlijn S op het koppeldeel 20 worden geplaatst, waarbij de positioneerstiften 246 door de openingen 250 van de zijsteunen 249 steken en een binnenvlak 243 van de bovenwand 242 recht op het bovenvlak 32 van het blokkeerlichaam 30 15 komt te staan. Door verdraaiing van de spanschroef 248 in richting D grijpt deze in richting E aan op het halsdeel 22 van het koppeldeel 20, waardoor tevens aan de bovenzijde de behuizing 241 tegen het kogeldeel 23 wordt gedrukt en aan de onderzijde de positioneerstiften 246 tegen de zijsteunen 249 20 worden gedrukt.Figures 3A-3C show a coupling 240 of a second accessory, not further shown, behind the vehicle, for example a bicycle carrier, which engages the coupling part 20. The functionality of this coupling 240 corresponds to the coupling of the bicycle carrier which is sold under the brand name Twinnyload Classic is sold. The coupling 240 comprises a housing 241 which is fixedly connected to the accessory. The housing 241 comprises an upper wall 242 and four side walls 244 defining a receiving space for the ball part 23, a threaded tensioning screw 248 extending 8 through a threaded opening in one of the side walls 44, and on either side of the tensioning screw 248 a support 251 with a positioning pin 246, wherein the positioning pins 246 extend parallel to each other in the mounting direction B of the coupling 240. The coupling 240 further comprises two side supports 249 which are fastened against the metal side plates 6 by means of the bolts 7 of the coupling part 20. The side supports 249 are provided with an opening 250 for receiving the positioning pins 24 6. The coupling 240 can in the direction B are placed parallel to the center line S on the coupling part 20, wherein the positioning pins 246 protrude through the openings 250 of the side supports 249 and an inner surface 243 of the top wall 242 comes to rest straight on the top surface 32 of the blocking body 30. By turning the tensioning screw 248 in direction D, it engages in the direction E on the neck part 22 of the coupling part 20, whereby also at the top the housing 241 is pressed against the ball part 23 and at the bottom the positioning pins 246 against the side supports 249 are printed.

Figuren 4A en 4B tonen een koppeling 340 van een tweede verder niet getoonde accessoire achter het voertuig, bijvoorbeeld een fietsendrager, die aangrijpt op het koppeldeel 20. De functionaliteit van deze koppeling 340 25 komt overeen met de koppeling van de fietsendrager die onder de merknamen Thule Euroclassic G5, Thule Europower, Twinnyload automaat en Spinder automaat wordt verkocht. De koppeling 340 omvat een U-vormige metalen behuizing 341 die vast is verbonden met de accessoire. De behuizing 341 omvat 30 een rechte bovenwand 342 en twee evenwijdige zijwanden 344 die een opneemruimte voor het kogeldeel 23 begrenzen, twee van draad voorziene spanschroeven 348 die zich door een van draad voorziene opening in de zijwanden 344 uitstrekken, en twee translerend opgesloten metalen ringen 345. De koppeling 35 340 kan in richting B evenwijdig aan de hartlijn S op het koppeldeel 20 worden geplaatst, waarbij een binnenvlak 343 van de bovenwand 342 recht op het bovenvlak 32 van het 9 blokkeerlichaam 30 komt te staan. Door verdraaiing van de spanschroeven 348 in richting D grijpen de ringen 345 vervolgens in richting E aan op het koppeldeel 20, en klemmen deze onder gedeeltelijke opname stevig in.Figures 4A and 4B show a coupling 340 of a second accessory, not further shown, behind the vehicle, for example a bicycle carrier, which engages the coupling part 20. The functionality of this coupling 340 corresponds to the coupling of the bicycle carrier which under the brand names Thule Euroclassic G5, Thule Europower, Twinnyload machine and Spinder machine are sold. The coupling 340 comprises a U-shaped metal housing 341 which is fixedly connected to the accessory. The housing 341 comprises a straight top wall 342 and two parallel side walls 344 bounding a receiving space for the ball part 23, two threaded tensioning screws 348 extending through a threaded opening in the side walls 344, and two transmittingly locked metal rings 345 The coupling 35 340 can be placed in the direction B parallel to the axis S on the coupling part 20, whereby an inner surface 343 of the upper wall 342 comes to stand straight on the upper surface 32 of the blocking body 30. By turning the tensioning screws 348 in the direction D, the rings 345 then engage in the direction E on the coupling part 20, and clamp them firmly under partial engagement.

5 De hiervoor beschreven koppelingen 40, 140, 240, 340 zijn alle gebouwd om aan te grijpen op de trekkogel van een standaard genormeerde trekhaak, en kunnen daardoor ook aangrijpen op het kogeldeel 23 dat op zich ook aan de normen voldoet. Echter het blokkeerlichaam 40 sluit het aankoppelen 10 van een aanhangwagen uit.The couplings 40, 140, 240, 340 described above are all built to engage on the tow ball of a standard standard towbar, and can therefore also engage on the ball part 23 which in itself also meets the standards. However, the blocking body 40 excludes the coupling 10 of a trailer.

Figuren 5A en 5B tonen een alternatief koppeldeel 120 volgens de uitvinding. Het halsdeel 22 gaat over in een kogeldeel 123 waarvan het omtreksvlak 126 gelegen is op een denkbeeldige cirkelronde bol met een op de hartlijn S 15 gelegen cirkelmiddelpunt C. Het kogeldeel 123 bezit aan de bovenzijde een bovenafplatting 125 die zich dwars op de hartlijn S van het halsdeel 22 uitstrekt, waarbij de bovenafplatting een diameter bezit die ongeveer de helft van de diameter van de denkbeeldige bol.Figures 5A and 5B show an alternative coupling part 120 according to the invention. The neck part 22 merges into a ball part 123, the circumferential surface 126 of which is situated on an imaginary circular sphere with a circle center C located on the center line S15. The ball part 123 has an upper flattening 125 on the top side, which transverse to the center line S of the neck portion 22, the top flattening having a diameter that is approximately half the diameter of the imaginary sphere.

20 Het koppeldeel 120 is volgens deze alternatieve uitvoeringsvorm voorzien van een metalen kogeldeel 123 met een alternatieve bovenafplatting 125 die zich dwars op de hartlijn S uitstrekt. De bovenafplatting 125 bezit dwars op de hartlijn S een breedte die in hoofdzaak gelijk of groter 25 is dan de diameter van de bol met middelpunt C. Het koppeldeel 120 is aan de bovenzijde voorzien van een alternatief, recht langwerpig, metalen blokkeerlichaam 130 dat is verbonden of één geheel vormt met het kogeldeel 123. Het blokkeerlichaam 130 strekt zich over de volle breedte 30 van de bovenafplatting 125 uit, en omvat een recht bovenvlak 132 dat zich dwars op de hartlijn S uitstrekt, en twee rechte zijvlakken 131 die zich evenwijdig aan de hartlijn S uitstrekken. De hoekranden 133 en de aangrenzende eindgedeelten van het bovenvlak 132 en de zijvlakken 131 35 bevinden zich buiten de denkbeeldige bol van het kogeldeel 123 met middelpunt C. Het bovenvlak 132 raakt ter plaatse van de hartlijn S de denkbeeldige bol met middelpunt C.According to this alternative embodiment, the coupling part 120 is provided with a metal ball part 123 with an alternative top flattening 125 which extends transversely to the center line S. The top flattening 125 has a width that is substantially equal to or larger than the diameter of the sphere center C., the coupling part 120 is provided on the top with an alternative, straight elongated, metal blocking body 130 which is connected or integral with the ball member 123. The blocking body 130 extends over the full width 30 of the upper flattening 125, and comprises a straight upper surface 132 extending transversely to the axis S, and two straight side surfaces 131 extending parallel to the extend center line S. The corner edges 133 and the adjacent end portions of the top surface 132 and the side surfaces 131 are located outside the imaginary sphere of the ball part 123 with center C. The top surface 132 touches the imaginary sphere with center C at the center line S

1010

De bovenstaande beschrijving is opgenomen om de werking van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding te illustreren, en niet om de reikwijdte van de uitvinding te beperken. Uitgaande van de bovenstaande uiteenzetting zullen 5 voor een vakman vele variaties evident zijn die vallen onder de geest en de reikwijdte van de onderhavige uitvinding.The above description is included to illustrate the operation of preferred embodiments of the invention, and not to limit the scope of the invention. Starting from the above explanation, many variations will be evident to those skilled in the art that fall within the spirit and scope of the present invention.

Claims

1. Vehicle comprising an accessory coupling for coupling accessories to the rear of the vehicle, wherein the accessory coupling is provided with a neck part that is substantially vertical with its center line, a ball part connected to the neck part, and a blocking body connected to the ball part, wherein the ball part has a spherical external surface that is substantially located on an imaginary circular sphere whose center is on the center line, and the blocking body is at least partially located outside the imaginary circular sphere.

2. Vehicle according to claim 1, wherein the blocking body is provided on the side of the ball part opposite the neck part.

The vehicle according to claim 1 or 2, wherein the blocking body is elongated.

Vehicle as claimed in claim 3, wherein the blocking body extends in its longitudinal direction transversely to the direction of travel of the vehicle.

Vehicle as claimed in claim 3 or 4, wherein the blocking body is provided on the long sides with side surfaces extending parallel to each other.

6. Vehicle as claimed in any of the foregoing claims, wherein, viewed in projection parallel to the axis 25, the blocking body is situated entirely within the outer circumference of the ball part.

7. Vehicle as claimed in any of the foregoing claims, wherein the blocking body is provided on the side remote from the ball part with a first straight surface extending transversely of the center line.

The vehicle of claim 7, wherein the intersection of the first straight plane with the center line is located on the imaginary sphere.

9. Vehicle as claimed in any of the foregoing claims, wherein the ball part on the side remote from the neck part 5 is provided with a second straight surface extending transversely of the center line.

The vehicle according to claims 7 and 9, wherein the first straight plane is at least partially located above the second straight plane.

A vehicle according to any one of the preceding claims, wherein the blocking body at a distance from the center line is provided with angular points that are located outside the imaginary sphere.

12. Accessory coupling apparently intended and suitable for the vehicle according to any one of the preceding claims. -o-o-o-o-o-o-o-o- FG / RM