NL2002106C2

NL2002106C2 - Bar belt for a bar belt conveyor.

Info

Publication number: NL2002106C2
Application number: NL2002106A
Authority: NL
Inventors: Arjan Mulder
Original assignee: Ea Broekema B V
Priority date: 2007-10-18
Filing date: 2008-10-16
Publication date: 2009-06-23
Also published as: NL2002106A1; DE102007049839B3

Description

- 1 -- 1 -

Staafband voor een staafbandtransporteurBar belt for a bar belt conveyor

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een staafband voor een staafbandtransporteur met dwars op de transportrichting en op afstand van elkaar gelegen staven volgens de aanhef van conclusie 1.The present invention relates to a bar belt for a bar belt conveyor with bars transversely to the conveying direction and spaced apart according to the preamble of claim 1.

Een dergelijke staafband is bijvoorbeeld bekend uit DE 296 08 628 U1. De einden van 5 de staven van deze staafband, die kunnen bestaan uit metaal of kunststof, rusten van bovenaf op door weefsellagen versterkte rubberbanden. Deze banden hebben in de bevestigingszone van de staven dwars op de transportrichting op afstand van elkaar gelegen gestanste gaten. In de staafeinden zijn gaten met gelijke onderlinge afstand aangebracht. De bevestiging van de staven op de banden geschiedt door klinken. De daarbij gebruikte 10 klinknagels hebben een schacht met constante diameter, afgezien van een eventueel aan het op afstand van de zetkop afgekeerd einde van de schacht aanwezige afschuining die het vervaardigen van een sluitkop moet vergemakkelijken.Such a rod band is for example known from DE 296 08 628 U1. The ends of the bars of this rod band, which may consist of metal or plastic, rest from above on rubber bands reinforced by fabric layers. These belts have punched holes spaced apart from each other in the attachment zone of the bars transversely to the conveying direction. Holes with equal spacing are provided in the bar ends. The fixing of the bars on the tires is done by riveting. The rivets used for this purpose have a shaft with a constant diameter, with the exception of a chamfer which may be present at the end of the shaft remote from the brewing head and which must facilitate the manufacture of a closing head.

Voor het vormen van de klinkverbinding wordt allereerst in de bevestigingszone van onderaf een klinknagelplaat uit metaal op de band gelegd welke plaat is voorzien van gaten 15 met een gelijke onderlinge afstand als die van de gaten in de staafeinden en in de wanden. Van bovenaf worden dan de staven op de banden opgelegd zodat de gaten in de klinknagelplaten, de banden en de staven in eikaars verlengde liggen. Dan wordt van onderaf een klinknagel door de in lijn gelegen gaten gestoken van welke nagel het bovenste einde dan uitsteekt tot voorbij het staafeinde zodat de sluitkop kan worden gevormd. De gaten in de 20 staafeinden, in de banden en in de klinknagelplaten komen, afgezien van enige speling, overeen met de diameter van de klinknagels, waarbij de gaten in de banden ook een kleinere diameter kunnen hebben omdat de klinknagel bij het doorsteken door de band het meegevend rubber in radiale richting kan wegduwen. Voor het vormen van de klinkverbinding, dus voor het vormen van de sluitkop wordt de klinknagel met geschikt 25 gereedschap axiaal gestuikt.To form the rivet connection, first of all a rivet plate of metal is laid on the belt in the fastening zone from below, which plate is provided with holes 15 with the same mutual distance as those of the holes in the bar ends and in the walls. The bars are then placed on top of the bands from above, so that the holes in the rivet plates, the bands and the bars are aligned. A rivet is then inserted from below through the aligned holes, the top end of which extends beyond the rod end so that the closing head can be formed. The holes in the rod ends, in the bands and in the rivet plates, apart from some play, correspond to the diameter of the rivets, whereby the holes in the bands may also have a smaller diameter because the rivet when piercing through the band the resilient rubber can push away in the radial direction. For forming the rivet connection, i.e. for forming the closing head, the rivet is flipped axially with a suitable tool.

Bij het vormen van de klinkverbinding werken de vervormingskrachten in de regel niet zuiver axiaal in op de klinknagel. Dit leidt ertoe dat de klinknagel, wanneer de diameter ervan niet groot genoeg is, in de band verbuigt omdat deze nagel als gevolg van de elasticiteit van het rubber daar geen voldoende zijdelingse ondersteuning ondervindt. Dit verbuigen van de 30 klinknagel leidt er toe dat aan de naadkant tussen de onderkant van het staafeinde en de bovenkant van de band een kerfplaats wordt gevormd die bij het gebruik van de staafband kan leiden tot een breuk. Bovendien hebben dergelijke gebogen klinknagels tot gevolg dat de afstand tussen de staven in de transportrichting gezien niet constant is wat een nadeel is wanneer de staafbanden worden gebruikt als zeefband.When forming the rivet connection, the deformation forces generally do not act purely axially on the rivet. This leads to the rivet bending in the band, if its diameter is not large enough, because this nail does not receive sufficient lateral support there due to the elasticity of the rubber. This bending of the rivet results in a notch site being formed on the seam side between the bottom of the bar end and the top of the belt which can lead to a break when using the bar belt. Moreover, such bent rivets have the consequence that the distance between the bars seen in the conveying direction is not constant, which is a disadvantage when the rod belts are used as a screening belt.

35 Fig. 1 en 2 illustreren de hierboven beschreven stand van de techniek en de nadelen daarvan. In deze figuren worden dezelfde verwijzingscijfers gebruikt als in het hieronder te -2- beschrijven uitvoeringsvoorbeeld voor zover het gaat om gelijke componenten danwel delen daarvan.FIG. 1 and 2 illustrate the above-described prior art and its drawbacks. In these figures, the same reference numerals are used as in the exemplary embodiment to be described below insofar as they concern identical components or parts thereof.

In fig. 1 is de situatie getoond zoals deze is vóór het vormen van de klinkverbinding. In deze afbeelding is de band aangegeven met verwijzingscijfer 2, de klinknagel met 6, de 5 klinknagelplaat met 7 en het staafeinde met 3.2. De klinknagel 6 heeft een Z-kop 6.1 die in de ingebouwde toestand vormsluitend wordt opgenomen in een overeenkomstige verdiepte uitsparing van de klinknagelplaat 7, zodanig dat de kop in één vlak ligt met het oppervlak van de klinknagelplaat 7. De schacht 6.2 van de klinknagel 6 heeft over de lengte ervan een constante diameter. Slechts aan het uit het staafeinde 3.2 uitstekend einde is er een kleine 10 afschuining 6.3 met een conische verkleining van de diameter die de vorming van de sluitkop 6.7 vergemakkelijkt. De doorgaande gaten in de klinknagelplaat 7, in de band 2 en in het staafeinde 3.2 zijn aangepast aan de diameter van de klinknagelschacht 6.2, met andere woorden zij komen met een kleine speling overeen met de diameter van de schacht 6.2. Bij het vormen van de klinkverbinding, dus bij het vormen van de sluitkop 6.7 wordt de klinknagel 15 6 axiaal gestuikt. Omdat deze stuikkrachten zoals reeds hierboven vermeld in de praktijk vrijwel nimmer voor de volle 100% axiaal werken, werken op de klinknagelschacht 6.2 buigkrachten in die er toe leiden dat de schacht 6.2 van de klinknagel in de zone van de band 2 verbuigt op de in fig. 2 getoonde wijze. Daardoor wordt in de schacht van de klinknagel 6.2 een kerfplaats 8 gevormd met de in het bovenstaande beschreven nadelige gevolgen.Fig. 1 shows the situation as it is before forming the latch connection. In this illustration the tire is indicated with reference number 2, the rivet with 6, the 5 rivet plate with 7 and the bar end with 3.2. The rivet 6 has a Z-head 6.1 which, in the built-in state, is form-fittingly received in a correspondingly recessed recess of the rivet plate 7, such that the head is flush with the surface of the rivet plate 7. The shank 6.2 of the rivet 6 has a constant diameter along its length. Only at the end protruding from the rod end 3.2 is there a small chamfer 6.3 with a conical reduction of the diameter which facilitates the formation of the closing head 6.7. The through holes in the rivet plate 7, in the band 2 and in the rod end 3.2 are adapted to the diameter of the rivet shank 6.2, in other words they correspond with a small clearance to the diameter of the shank 6.2. When the rivet connection is formed, i.e. when the closing head 6.7 is formed, the rivet 6 is flipped axially. Because, as already mentioned above, these upset forces almost never fully work axially, bending forces act on the rivet shank 6.2 which cause the shank 6.2 of the rivet to bend in the zone of the belt 2 on the surface shown in FIG. 2 shown. As a result, a notch location 8 is formed in the shank of the rivet 6.2, with the adverse effects described above.

20 Doel van de onderhavige uitvinding is een staafband van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen waarbij de buigproblemen van de klinknagel bij het vervaardigen van de klinknagelverbinding zijn opgelost.The object of the present invention is to provide a rod band of the type mentioned in the preamble in which the bending problems of the rivet in the manufacture of the rivet connection are solved.

Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt met een staafband die de kenmerken volgens conclusie 1 vertoont.This object is achieved according to the invention with a rod band which has the features according to claim 1.

25 Terwijl volgens de stand van de techniek klinknagels worden gebruikt met verschillende, echter over de lengte van de schacht constante diameter wordt bij de staafband volgens de uitvinding slechts één klinknagel volgens een eenheidsuitvoering gebruikt. Deze is voor wat betreft de diameter tweetraps uitgevoerd. In de zone van de staaf waarin de klinknagel zijwaarts wordt ondersteund en aldus bij de vorming van de 30 klinkverbinding niet kan verbuigen, is de diameter van de schacht kleiner dan in de zone van de band waarin de zijwaartse ondersteuning van de klinknagel ontbreekt. Daarbij zijn de diametertrappen zodanig gekozen dat de kleine diameter een gemakkelijke en exacte vorming van de sluitkop mogelijk maakt waarbij de daarbij uit te oefenen kracht geringer is dan de kracht die nodig is om de dikkere, in de band gelegen diameterzone van de 35 klinknagelschacht te verbuigen. Daarbij worden inkervingen van de klinknagel zeker vermeden.While according to the state of the art rivets are used with different but constant diameter along the length of the shaft, only one rivet according to a unit embodiment is used in the rod band according to the invention. This has a two-stage design with regard to the diameter. In the area of the rod in which the rivet is supported sideways and thus cannot bend when forming the rivet connection, the diameter of the shaft is smaller than in the area of the belt in which the lateral support of the rivet is missing. The diameter steps are thereby chosen such that the small diameter allows easy and precise formation of the closing head, the force to be exerted thereby being less than the force required to bend the thicker diameter zone of the rivet shank located in the band . In doing so, notches from the rivet are certainly avoided.

In een verdere uitvoering van de uitvinding is de overgang tussen de beide diameterzones conisch uitgevoerd. Daarbij wordt een overgang met scherpe kanten -3- vermeden die zou kunnen werken als een gedwongen breukplaats.In a further embodiment of the invention, the transition between the two diameter zones is conical. Thereby a transition with sharp edges is avoided which could act as a forced break.

In een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn aan de onderzijde van de band klinknagelplaten aangebracht die op op zich bekende wijze verhinderen dat de Z-kop door de band kan worden getrokken. De klinknagelplaten hebben, afgezien van een kleine speling, 5 dezelfde diameter als die welke aanwezig is in de in de zone van de banden gelegen klinknagelschacht. Als gevolg van de door de uitvinding verschafte oplossing behoeven de klinknagelplaten niet meer te worden voorzien van gaten met verschillende diameter doch het is thans voldoende slechts één enkele soort klinknagelplaat in voorraad te houden waarvan de gaten alle dezelfde diameter hebben.In a further embodiment of the invention, rivet plates are provided on the underside of the belt which prevent the Z-head from being pulled through the belt in a manner known per se. Apart from a small clearance, the rivet plates have the same diameter as that present in the rivet shank located in the zone of the bands. As a result of the solution provided by the invention, the rivet plates no longer need to be provided with holes of different diameter, but it is now sufficient to only stock a single type of rivet plate, the holes of which all have the same diameter.

10 De uitvinding wordt in het nuvolgende toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld. In de bijbehorende tekening toont: fig. 3 een perspectivisch aanzicht van een klinknagel volgens de uitvinding op vergrote schaal, fig. 4 een perspectivisch aanzicht, schuin van boven, op de staafeinden van een 15 staafband vóór het vormen van een klinkverbinding tussen de staven en de banden, fig. 5 een afbeelding overeenkomstig die volgens fig. 4 na het vormen van de klinkverbinding, fig. 6 een doorsnede over de lijn A-A in fig. 4, en fig. 7 een doorsnede over de lijn B-B in fig. 5.The invention is explained below with reference to an exemplary embodiment. In the accompanying drawing: Fig. 3 shows a perspective view of a rivet according to the invention on an enlarged scale, Fig. 4 shows a perspective view, obliquely from above, on the rod ends of a rod band before forming a rivet connection between the rods and the belts, fig. 5 shows an illustration corresponding to that according to fig. 4 after forming the rivet connection, fig. 6 a section along the line AA in fig. 4, and fig. 7 a section along the line BB in fig. 5.

20 De in de tekening getoonde staafband 1 bestaat op de gebruikelijke wijze uit twee onderling evenwijdige rondlopende banden 2 waarbij de afstand tussen deze beide banden 2 wordt bepaald door staven 3 die dwars op de transportrichting staan en onderling evenwijdig met hun einden verbonden zijn met de banden 2. In de figuren 4 en 5 is slechts één kant van de staafband 1 getoond; de andere kant is spiegelbeeldvormig opgebouwd zodat het 25 nuvolgende ook voor die kant geldt.The rod band 1 shown in the drawing consists in the usual way of two mutually parallel circumferential bands 2, the distance between these two bands 2 being determined by bars 3 which are transverse to the direction of transport and are mutually parallel with their ends connected to the bands 2. In figures 4 and 5 only one side of the rod band 1 is shown; the other side is mirror-shaped so that the following also applies to that side.

De banden 2 zijn in dit uitvoeringsvoorbeeld uitgevoerd als nokkenriemen en kunnen bijv. bestaan uit rubber, versterkt met een ingelegd weefsel 2.1.In this exemplary embodiment, the bands 2 are designed as cam belts and may, for example, consist of rubber reinforced with an inlaid fabric 2.1.

De staven 3 zijn in de zone 3.1 tussen de banden 2 uitgevoerd met een cirkelvormige dwarsdoorsnede en aan de einden 3.2 afgevlakt. Met deze einden 3.2 liggen de staven 3 op 30 de banden 2 met een gelijke onderlinge afstand. De staven 3 kunnen zijn vervaardigd uit metaal of kunststof.The bars 3 in the zone 3.1 between the bands 2 are designed with a circular cross section and flattened at the ends 3.2. With these ends 3.2 the bars 3 lie on the bands 2 with an equal mutual distance. The bars 3 can be made of metal or plastic.

De verbinding tussen de staven 3 en de banden 2 geschiedt door klinken. Daartoe hebben de banden 2 dwars op de transportrichting 2 op afstand van elkaar gelegen, uitgestanste gaten 4. In de staafeinden 3.2 zijn gaten 5 met een gelijke onderlinge afstand 35 gevormd.The connection between the bars 3 and the bands 2 is made by riveting. To this end, the belts 2 have punched holes 4 spaced apart from each other in the conveying direction 2. Holes 5 are formed with an equal distance 35 in the rod ends 3.2.

Voor het vastklinken van staven en banden 2 worden klinknagels 6 gebruikt zoals getoond in fig. 3. Deze klinknagels 6 hebben, zoals gebruikelijk, een Z-kop 6.1 en een schacht 6.2. Tegenover de Z-kop 6.1 eindigt de schacht 6.2 met een afschuining 6.3 die het -4- vormen van de sluitkop 6.7 vergemakkelijkt. Nieuw van deze klinknagel 6 is dat de schacht 6.2 tweetraps is uitgevoerd. De eerste zone 6.4 die direct aansluit aan de Z-kop 6.1 heeft een grotere diameter dan de daaraan aansluitende zone 6.5. De overgang 6.8 tussen de beide zones 6.4 en 6.5 verloopt kegelvormig. In de ingebouwde toestand van de klinknagel 6 5 bevindt zich de zone 6.4 van de schacht 6.2 in het gat 4 in de band 2, terwijl de zone 6.5 ligt bij de gaten 5 in de staven 3, zoals het beste blijkt uit figuren 6 en 7. Uit deze afbeeldingen blijkt ook dat er voor het voltooien van de klinkverbinding een klinknagelplaat 7 is die van onder tegen de banden 2 aanligt. De klinknagelplaat 7 heeft eveneens twee gaten 7.1 die voor een vormsluitend opnemen van de Z-kop 6.1 van de klinknagel 6 is voorzien van een 10 geschikte zinking. De afstand tussen de gaten 7.1 van de klinknagelplaat 7 komt overeen met de afstand tussen de gaten 4 en 5 in de banden 2 respectievelijk de staven 3. De klinknagelplaten 7 moeten verhinderen dat de Z-koppen 6.1 van de klinknagel 6 bij het vormen van de klinkverbinding in de banden 2 worden getrokken.For riveting rods and bands 2, rivets 6 are used as shown in Fig. 3. These rivets 6 have, as usual, a Z-head 6.1 and a shank 6.2. Opposite the Z-head 6.1, the shaft 6.2 ends with a chamfer 6.3 which facilitates the formation of the closing head 6.7. What is new about this rivet 6 is that the shank 6.2 has a two-stage design. The first zone 6.4 that connects directly to the Z-head 6.1 has a larger diameter than the adjacent zone 6.5. The transition 6.8 between the two zones 6.4 and 6.5 is conical. In the built-in condition of the rivet 6, the zone 6.4 of the shank 6.2 is located in the hole 4 in the belt 2, while the zone 6.5 lies with the holes 5 in the bars 3, as best shown in Figures 6 and 7. It is also apparent from these illustrations that for the completion of the rivet connection there is a rivet plate 7 which rests against the bands 2 from below. The rivet plate 7 also has two holes 7.1 which for a form-fitting receiving of the Z-head 6.1 of the rivet 6 are provided with a suitable sinking. The distance between the holes 7.1 of the rivet plate 7 corresponds to the distance between the holes 4 and 5 in the bands 2 and the rods 3 respectively. The rivet plates 7 must prevent the Z-heads 6.1 of the rivet 6 from forming the latch connection in the bands 2.

Voor het vormen van de klinkverbindingen tussen de staven 3 en de banden 2 worden 15 de staven 3 met hun einde 3.2 en de klinknagelplaten 7 zodanig op de banden gelegd dat de gaten 5 respectievelijk 7.1 in lijn liggen met de gaten 4 van de banden 2. Dan wordt van onderaf een klinknagel 6 door de in lijn gelegen gaten 7.1, 4 en 5 gestoken. De Z-kop 1 ligt dan vormsluitend in de zinking van de boring 7.1 van de klinknagelplaat 7, zoals duidelijk blijkt uit fig. 6 en 7. Daarbij ligt de Z-kop 6.1 in lijn met het oppervlak van de klinknagelplaat 7. 20 De zone 6.5 steekt dan met het boveneinde uit het staafeinde 3.2 uit, en dit uitstekend gedeelte is zodanig gekozen dat er nog voldoende materiaal is voor het vormen van een sluitkop 6.7.To form the rivet connections between the bars 3 and the bands 2, the bars 3 with their end 3.2 and the rivet plates 7 are placed on the bands such that the holes 5 and 7.1 are in line with the holes 4 of the bands 2. A rivet 6 is then inserted from below through holes 7.1, 4 and 5 in line. The Z-head 1 is then form-fitting in the sinking of the bore 7.1 of the rivet plate 7, as can be seen clearly from Figs. 6 and 7. The Z-head 6.1 is then aligned with the surface of the rivet plate 7. The zone 6.5 then protrudes from the rod end 3.2 with the top end, and this protruding part is chosen such that there is still sufficient material for forming a closing head 6.7.

De gaten 5 in de staafeinden 3.2 en de gaten 4 in de banden 2 zijn afgestemd op de diameter van de zones 6.5 respectievelijk 6.4 van de schacht 6.2 van de klinknagel 6, met 25 andere woorden zij hebben ten opzichte daarvan een kleine speling die een doordrukken van de klinknagel 6 door de in lijn gelegen gaten 4 en 5 mogelijk maakt. Omdat de banden 2 kunnen meegeven, kunnen de gaten 4 ook enigszins kleiner zijn dan de diameter van de zone 6.7 van de klinknagelschacht 6.2.The holes 5 in the rod ends 3.2 and the holes 4 in the bands 2 are adjusted to the diameter of the zones 6.5 and 6.4, respectively, of the shank 6.2 of the rivet 6, in other words they have a small play with respect to that which push through of the rivet 6 through the aligned holes 4 and 5. Because the bands 2 can yield, the holes 4 can also be somewhat smaller than the diameter of the zone 6.7 of the rivet shank 6.2.

Voor het vormen van de klinkverbinding worden met geschikte gereedschappen axiale 30 krachten uitgeoefend op de klinknagelschacht 6.2 waarbij de klinknagelplaten 7 met de vormsluitend aanliggende Z-kop 6.1 rusten op een vast tegenleger. Door de op de klinknagel 6 inwerkende vervormingskrachten wordt de sluitkop 6.7 gevormd, zodat een vaste verbinding tussen de staven 3 en de banden 2 wordt gevormd, een en ander zoals in fig. 7 getoond.For forming the rivet connection, suitable axial forces are exerted on the rivet shank 6.2 with suitable tools, the rivet plates 7 with the form-fitting adjacent Z-head 6.1 resting on a fixed counter-support. The deforming forces acting on the rivet 6 form the closing head 6.7, so that a fixed connection is formed between the bars 3 and the bands 2, as shown in FIG.

35 De diametertrappen tussen de zone 6.5 en 6.4 zijn zodanig gekozen dat de sluitkop 6.7 met de beste kwaliteit kan worden gevormd, waarbij de daarbij op de klinknagelschacht 6.2 inwerkende krachten kleiner zijn dan de krachten die nodig zijn voor het verbuigen van de zone 6.4. Daardoor wordt inkerven van de klinknagelschacht 6.2 verhinderd.The diameter steps between the zones 6.5 and 6.4 are chosen such that the closing head 6.7 can be formed with the best quality, the forces acting thereby on the rivet shank 6.2 being smaller than the forces required for bending the zone 6.4. This prevents the rivet shank 6.2 from being scored.

-5- VERTALING BIJSCHRIFTEN FIGUREN Fia. 1 & 2:-5- TRANSLATION CAPTIONS FIGURES Fia. 1 & 2:

STAND DER TECHNIK STAND VAN DE TECHNIEKSTATE OF TECHNIK STATE OF TECHNOLOGY

Claims

1. Rod belt for a rod belt conveyor with rods (3) spaced apart transversely to the conveying direction and connected at their ends (3.2) to tensile, flexible bands (2) by rivets (6) the shafts (6.2) of which protrude holes (4.5) into the bands (2) and bars (3), characterized in that the shafts (6.2) are designed with two steps, such that they form a zone (6.4) with a larger diameter and a zone (6.5) with a smaller diameter, whereby, seen in the mounting position, the zone (6.4) with a larger diameter lies in the holes (4) of the bands (2) and the zone (6.5) with the smaller diameter lies in the holes (5) of the bars.

Rod band according to claim 1, characterized in that the transition (6.6) between the zones (6.4, 6.5) is conical.

A rod band according to claim 1 or 2, characterized in that rivet holes (7) are provided on the underside of the bands (2) which are provided with holes (7.1) which are adapted to the larger diameter of the rivet shank (6.2) .